1861. |efÖer, 3T(euraeDicp llitfCemsoorïï, en^. I 2. Eerste Jaargang. Woensdag o Junij. JMittdt a^bcrsigt. NIEUWE VAN COURANT DEN Abonnementsprijs per kwartaal ƒ1.30. Franco per post /rl.50. Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG. Brieven franco aan den Uitgever S. GILTJES. Prijs der Advertentiën 15 Ct. per regel behalve 35 Ct. Zegelr. voor elke plaatsing. llc verwerping van de herziening der post-wet. Zoo als de minister van finantiën, zeer te regt, in de zitting der Eerste Kamer der Staten-Generaal verklaard heeft, is het verwerpen der wet op de brieven posterij met verbazing, ja zelfs, met meer dan verbazing met ver wondering vernomen. Op den 12den April 1850 (Staatsblad No. 15) toch, werd eene wet vastgesteld, en reeds den 6den Julij 1855 (Staatsblad No. 61), gewijzigd. Verscheidene jaren geleden, werd ook eene nieuwe wet voorgestelddie even als in andere landenhet uniform porC tot grondbeginsel had; doch daar men vreesde dat de vermeerdering van 't aantal brieven, niet evenredig zijn zou met eene zóódanige portvermindering, werd dit wets voorstel verworpen. Om echter meer bepaalde gegevens te hebben, werd be paald dat die wet om de vijf jaren zou worden herzien, en reeds vóór 31 December 1360 aan eene nadere herzie ning onderworpen (Art. 35 der postwet.) Thans was eene nieuwe wet, ten gerieve der inwoners, door de Tweede Kamer der Staten-Generaal, met overgroo ts meerderheid van stemmen, aangenomen, die zoowel aan particulieren als industriëlen een groot voordeel en gemak zou verschaffen, zonder den staat eenig nadeel te berokkenen. En welke zijn nu de bezwaren tegen de herziening dier postwet ingebragt? Vooreerst dat de staat 4 tonnen gouds verliest; de mi nister van Finantiëu echter beweert daarentegen dat de opbrengst der posterijen, jaarlijks met ton gouds ver meerdert, en dus dit verlies in den tijd van acht jaren zou worden hersteld. Ten tweede dat de winst door de posterij aan den schat kist opgeleverd, eene verbeterde communicatie tusschen 't vaderland en het buitenland zou mogelijk makendocli dat deze achterwege zou blijven, indien de kamer tot het momentaneel verlies van ƒ400,000 besloot. Echter de minister van finantiën, de verantwoordelijke raadgever der kroon, verklaarde, dat er voor verbeterde com municatie zou worden zorg gedragen, ook al werd de wet aangenomen. Ten gevolge van de vrees dusom der schatkist een oogenblikkelijk verlies te berokkenen, van eene betrekkelijk geringe som gelds, zijn belanghebbenden verstoken vau al de voordeelen hun in de nieuwe wet toegekend. Het is ondertusschen mogelijk, dat de ziens-wijze dei- Eerste Kamer de ware zij, maar toch verdient het de aan dacht dat deze reeds verschillende wets-ontwerpendoor de Tweede Kamer aangenomen, heeft verworpen, die naar hare wijze van zien niet overeenkwamen met hare beginse len van staathuishoudkunde men herinnere zich slechts hoe de door de Tweede Kamer aangenomene wet tot af schaffing van de tienden" na het deswege gedane voorstel van den heer Sloet tot Oldhuis, door die kamer werd ver worpen. Niemand zal betwijfelen dat de Eerste Kamer het regt heeft, de door de Tweede Kamer aangenomene wets-ont werpen te verwerpenmaar dat zulks in dit geval met de juiste begrippen eener constitutionele staat in overeenstem ming te brengen is, zouden wij niet durven beweren. De Eerste Kamer moet wezen een intermediair tusschen de volks-vertegenwoordiging en de kroon; en het moet dus verwondering wekken, een ontwerp van wet verworpen te zien, dat door de raadslieden der kroon aangeboden en verdedigd, en door de volks-vertegenwoordiging aangeno men is. Zondag 2 Junij. Na het aannemen van de wet op de Kegterlijke Organisatie, heeft de Eerste Kamer zich bezig gehouden, met de discussie over de begrooting van het departement van koloniën, welke onder het ministerie van den" hr. Kochussen, door de Tweede Kamer was verworpen; na eene 1 korte beraadslaging is voornoemde begrooting, met algémêene: stemmen aangenomen. lij-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1861 | | pagina 1