Eerste Jaargang. 1861. |e(Öer, JTteuroeÖtep ZATURDAG UMemsoorÖ, civ,. 19 OCTOBER. Zitting van den Gemeenteraad, jys 4i. NIEUWE VAN COURANT DEN Abonnementsprijs per kwartaal f 1. Franco per post//1.50. .30. Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG. Brieven franco aan den Uitgever S. GILTJES Prijs der Advertentiën 10 Ct. per regel behalve 35 Ct. Zegelr. voor elke plaatsing. op Diugsdag 15 October 1S61. Voorzitter de heer Mr. K. J. C. Stak m atv Bosse. Secretaris de heer L. Vehiiey. De Voorzitter opent de vergadering. Afwezig zijn de heeren Boomsma, Zurmühlen, de Lange en Haremaker; de Voorzitter berigt, dat die heeren kennis hebben gegeven dat zij de vergadering niet konden bijwonen. De notulen der vorige vergadering werden door den Se cretaris gelezen en daarna door de vergadering goedgekeurd. De Voorzitter verklaart dat aan de orde is een voorstel tot vermeerdering van het personeel der plaatselijke commiezen en cene concept-verordening op den invoer vanaan accijns onderhevig slagtvee, en voegt er bij, dat het reeds door den raad in beginsel is aangenomen, dat in de dienst voortaan zal worden voorzien door plaatselijke en niet meer door rijks-commiezen, het dus hier hoofdzakelijk betreft, de regeling van dat personeel en de bepaling der tractementen. Daarna leest de Secretaris eene missive van den Inspecteur der rijksbelastingenwaarbij kennis wordt gegevendat het bij beschikking van den minister van Financiën verboden is, dat de rijks-commiezen belast zijn met het toczigt der gemeente belasting op het gemaal. De heer de Breuk na het woord gevraagd te hebben zegt, dat hij Vrijdag jl. kennis gekregen heeft, dat de stuk ken betreffende de in behandeling zijnde punten, op de Secretarie voor de leden ter inzage waren nedergelegd dat die wel door hem zijn ingezienmaar dat de tijd te kort is geweest om zich in alles op de hoogte te kunnen 'stellen; hij stelt dus voor de behandeling 14 dagen uittestellen. De Voorzitter acht dit minder wenschelijk cn verzoekt den heer de Breuk om zijn voorstel te willen uitstellen tot eenige punten zijn bediscussieerd; welligt zullen daaruit eenige ophelderingen voortvlocijen. De heer de Breuk vereenigt zich daarmede. Wordt gelezen eene missive van den Controleur der plaat selijke belasting, waarbij gewezen wordt op het belang der gemeente, om eigen ambtenaren aan te stellenook om dat de rijks-ambtenaren dikwijls geen tijd over hebben om de gemeente belangen waar te nemen, en stelt voor dat perso neel te regelen als volgt: 1 controleur; 1 hoofd-commies die meter en roeijer is en belast kan worden met het toe- zigt op de overige; 2 commiezen, tc stationeren aan den ingang vau het lleldersch kanaalaan die post is verbonden het toezigt op de bootenliggende in de binnenhaven enz.; 2 commiezen aan het hoofd der havenwaarheen de tegen woordige post van C. de Boer aan de waag verlegd kan worden2 commiezen voor de dienst op de schepen2 com miezen aan den Huisduiner weg, die tevens belast kunnen worden met de dienst op den molen aldaar; 3 commiezen voor de surveillance in de gemeente en op het Koegras, waarbij nog gevoegd kan worden, twee adjunct-commiezen tot plaatsvervanging bij ziekten en tot buitengewone dienst. Alzoo is het voorstel om te benoemen één hoofd-commies; 11 commiezen en 2 adjunct-commiezen. Voorts wordt bij die zelfde missive het wenschelijkc betoogd, dat ook verzocht worde, dat zij tot buitenge wone rijks-commiezen wordeu aangesteld, teneinde gebruikte kunnen maken van de wachthuizen en ter voorkoming van botsingen met de rijksdienst. Hierop volgt een voorstel om de tractementen tc bepalen als volgt: Dat van den controleur op ƒ500. n hoofd-commies op 700. 1 commies le kl. op 600. 2 commiezen// ieder op550. 1 commies 2C kl. op 500. 2 commiezen// ieder op 475. 5 commiezen 3e kl. 450. 2 adj.-commiezen 150. De Voorzitter voegt hierbijdat het dagelijksch bestuur van oordeel is, om wel de som van 300.uit te trekkken maar de beide adjuncten geen vast tractement toe te staan, doch hen te betalen bij wijze van daggeldtelkens wanneer- zij dienst doen. Door den Voorzitter worden eenige inlichtingen gegeven en gevraagd of ook iemand iets tegen deze organisatie heeft. De heer Graat neemt het woorddaar het hem blijkt dat het personeel der plaatselijke commiezen moet vermeerderd worden, uithoofde de rijks-commiezen zich niet langer met het toezigt op de gemeente belasting vau het gemaal mogen inlatenvraagt hij, of het wel noodig is daarvoor die groote uitbreiding aan het personeel te moeten geven. De Voorzitter antwoordt dat het niet alleen is, om op de belasting op het gemaal het noodige toezigt te houden, maar dat de rijks ambtenaren wegens hunne drukke dienst, vooral op de schepen, geen tijd over hebbenom voor de gemeente belangen te waken; en dat do Controleur heeft verklaarddat de surveillance der gemeente, tegenwoordig wel in naam, maar niet in de daad bestaat. De heer Graat neemt genoegen met dit argument. De heer Recringh voegt hier nog bijten gevolge van het aangevoerde door den heer Graatdat voor het toezigt op het gemaal toch groote kosten moeten gemaakt worden; bevestigt het nader, dat de rijks-ambtenaren te veel bezigheden hebben, om ook in de dienst der gemeente te voorzien, en acht het wenschelijk, dat de gemeente, voor al voor de belasting op het gemaal, geheel worde afgesloten. De heer Janzen is van hetzelfde gevoelen en voegt er bij, dat de invoer van meel tegenwoordig eene zeer groote vlugt neemt. De heer Graat zegt den heer Beeringh dank, die door den aard zijner betrekking in staat isde hem noodige inlichtingen te geven. De heer Reeringh laat hierop volgen, dat hij doordron gen is, van de noodzakelijkheid van een eigen personeel;

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1861 | | pagina 1