KAGCHEIS
MANUFACTUREN EN MODES.
W. BRËËT,
Depót
ZIJDEN- EN W0LLEN-VERWER1J
DE LAATSTE LEVENSJAREN
xn.
ADVERTENTIES
aiO Cts. per regel.
MAGAZIJN
A. H. SCHMAND Comp.
SCHAGEN 17 October.
Paarden f14 a 60. 28 Vette Koeijen f140 a 200. 24 Magere Melk
Koeijcn f 80 a 130. Nuchtere Kalveren f7 a 12. 9 Vaarzen f60 a 90.
6 Gras Kalveren f24 a 36. 565 Magere Schapen f7 a 12. 530 Vette
Schapen f 10 a 26. 33 Engclsche Kammen f33. 16 Magere Varkens f 10
a 20. 79 Biggen f 4 a 8. Konijnen 25 a 40 Ct. Kippen 20 a 75 Ct.
Eenden 25 a 35 Ct. Duiven 15 a 50 Ct. Boter 85 a 8?-| Ct. p. k. of
113£ a 116 Ct. per Ned. fg. Kaas 20 a 45 Ct. per Ned. fg. Kip-Eijcrcu
f2,90 a 3,00 per 100. Eend-Eijeren i'3,00 per 100.
VAN
MARIE ANTOINETTE.
{Vervolg van No. 37).
Het is noch ons voornemen dit tijdstip van woede en volkshaat op ecne
uitvoerige wijze te doorloopen, noch om de geschiedenis van deze bloedige
jaren te schilderen, noch om de handelingen en besluiten der nationale
conventie op deu voet te volgen; slechts eenige punten willen wij daaruit
aanvoeren.
Slechts korleu tijd was het vorstelijk gezin naar den tempel overgebragt,
toen reeds zoowel uit de hoofdstad als uit den boezem der conventie de
kreet gehoord werd „Lodewijk moet worden tercgtgesteld"; en het duurde
dan ook niet lang of er werd eene commissie benoemd uit meer dan vijftig
leden bestaande om over dit ouderwerp een voorloopig verslag uit te brengen.
Reeds den 16den September bragt Gohier het rapport uit, betreffende
's konings uitgavennaar de papieren den lOden Augustus in het bestormde
en verwoestte kasteel gevonden, en daar de openbare haat tegen den ko
ning grootendeels gegrond was op de beschuldiging van overmatige geld
verspilling door het hofwas dit rapport voor zijn toekomstig lot van het
grootste gewigt. Dit uitgebreid stuk, partijdig gesteld, bragt een verba-
zenden indruk te weeg, en deed des te meer verlangen naar het eind-ver-
slag waarin over de vraagof Lodewijk XVI inderdaad misdadig was
beslist werd. Dit bleef echter tot den zesden November achterwegeals
wanneer de bekende Valazénamens zijne drieëntwintig medeleden het
rapport aan de vergadering voorlas dat als eene eerste acte van beschuldi
ging kon dienen. In deze uitgebreide acte werd de koning, onder den
naam van Lodewijk Capet aangeklaagdde natie te hebben uitgemergeld
en zijne pligten omtrent dezelve niet te zijn nagekomen doch 't lid Bar-
baroux vond dat er slechts een gering getal grieven in deze was opgegeven
en zeker niet de vooniaamsten, die slechts bij de comite's en de geregtshoven
voorhanden waren; hij vordert dat er een algemeen verslag worde uitge-
bragtwaarin alles, wat ter zake dienende is, worde gevonden.
De vordering is naauwelijks uitgesproken of ze wordt met overgroote
meerderheid aangenomen, en binnen een korten tijd is de uitvoerige be
schuldiging opgemaakt, die tegen den gevangene van den Tempel werd te
berde gebragt, en in veertien hoofdpunten vervat was.
Ondertussclien was de koningin in dezelve niet vergeten. Wij hebben tot
nog toezegt Mailhederapporteur der commissie, niets gesproken van
Marie Antoinette. Zij is niet begrepen in liet besluitdat den last uwer
;deu uitmaakt; en zulks mogt noch koude zoo zijn. Van waar
zouden zij het regt ontleenenom hare zaak met die van Lodewijk XVI te
vermengen Was het hoofd der vrouwendie ooit in Erankrijk den naam
van koningin voerdenmeer geheiligdmeer onschendbaardan dat der
overige oproermakers en zameuzweerders P Wanneer gij u met haar zult
bezig houdendan zult gij onderzoeken of er tegen haar grond van be
schuldiging zij en dau zal uw besluit alleen aan de gewone regtbauk kun
nen verzonden worden.
Verschillende beraadslagingen over de vraag of de koning door de verga
dering gevonnisd kon wordenvonden achtereenvolgens plaats en welligt
zou die vraag ontkennend beantwoord zijnzoo niet de vergadering gevreesd
had, zich den haat en de wrok van het volk, dat door gehuurde agenten
tegen den koning werd opgeruid, op den hals te halen. Ten slotte kwam
den lOden December het eind-verslag der commissiedoor Lindet uitge-
bragten daarna werd na eene korte beraadslagingLodewijk XVI naar de
vergadering verwezen om daar als misdadiger te regt te staan.
Het is de 11de December 1792. Een koude en sombere nevel hangt
over Frankrijks hoofdstad; het schijnt dat de natuur er, als het ware,
behagen in schept de verschillende tooueelen die Parijs thans oplevertin
het duister te begravende algemeene stilte die er heerscht wordt afge
broken door het roeren van de troui in al de wijken der stad. Waartoe
dit sein? O, het is in de laatste jaren den Parijzenaren al te bekend,
dan dat zij noodig zouden hebbeu inlichting daaromtrent te vragen het is
het teeken dat de gansche gewapende magt zich moet verzamelen om de
veelvuldige posten te bezettenter handhaving der openbare veiligheid.
Maar, reeds de gansche hoofdstad weet waartoe die statige wapening dienen
moet; alleen Lodewijk is daarvan onbewust.
Des middags ten cén ure verschijnen de afgevaardigden Chambon en
Chaumettedoor hun' griffier vergezeld, in den tempel. «Ik ben gelast,
zegt de eerste, U te berigten, dat de nationale conventie U op dit oogen-
blikvoor zich verwacht, en dat zij mij bevolen heeft, U derwaarts te
vergezellen." Te gelijker tijd laat hij door den griffier voorlezen, art. V
van het besluit van 6 December, "Lodewijk Capet zal voor de conventie
ontboden worden om de acte van beschuldiging te hooren voorlezenen
te antwoorden op de vragen, die hem, alleen door den Voorzitter zullen
gedaan worden." Gij noemt mij verkeerd Lodewijk Capetantwoordt de
koning. Mijne voorouders voerden dezen naam; ik echter had ze nooit.
Waarschijnlijk, is dit een gevolg mijner behandeliug sedert vier maanden.
Ik zal geenc bedenking makenen ben bereid u te volgen.
Aldus verschijnt Lodewijk XVIvoor de vergaderingin plaats van
zijne waardigheid als koning en vorst op te houden', in plaats van zelfs de
wettigheid zijner regters te bestrijden, of door eene indrukwekkende hou
ding en antwoord ontzag in te boezemenlaat hij zich daar als een gewoon
misdadiger teregt stellen, en geeft dus stilzwijgend aan zijne beschuldigers
het regt in handen hem te vonnissen.
Wordt vervolgd.)
Dingsdag den 22 dezer vertrekt van hier de
Oost.-Indisehe landmail via TRIëST.
VAN
Ondergeteekende heeft de eer te berigten, dat hij ont
vangen heeft de NIEUWSTE MODELLEN
MANTELS, HOEDEN, MUTSEN en COIFFURES,
alsmede een assortiment PELTERIJEN, CHuLS en CHaLS-
LONGS, ROBES en STOPPEN, benevens verder voor
dit Saizoen nieuw uitgekomen ARTIKELEN.
W. GÜNTHER.
Nieuwediep October 1861.
berigt, dat bij vele soorten van
voorhanden heeftvoorts zijn bij hem ook
KAGCHELS TE HUUR.
Bevelende zich beleefdelijk in ieders gunst.
Middenstraat N°. 291.
VAN DE
VAN
De ondergeteekende verwittigt de DAMES, welke met
de Beroemde Zijden Verwerij nog niet bekend zijn
dat hij ze heden in de gelegenheid stelt, LINTEN,
ZIJDEN-HOEDEN, JAPONNEN, enz., welke door
het saisoen gevlekt, of door lucht verschoten zijn, in de
zelfde kleur te doen herstellen, of door een ander te ver
vangen Witte Stoffen, geeft men desverkiezendenaar
liet monster de verlangde Nuancesde kleuren zijn op die
hoogten, zoo als de nieuwste mode is: BLEUPRANSCH
ROSE, LILA, PENSE, ZEEGROEN, en meer andere
Kleuren, die voor het Nieuwe niet behoeven achter te
staan, daar dezelve ceht en tegen de lucht bestand zijn.
P. A. HELLEGERS,
Hoofdgracht.
Gedrukt ter Boek- cn Steendrukkerij van S. GILTJES.