genomen een voorstel van deu lieer van de Leemputstrek
kende om liet adres onverwijld aan den koning te zenden
en tegelijkertijd om eene audiëntie te verzoekenten einde
zoo spoedig te worden toegelaten, als do koning deleden
van den raad zal kunnen ontvangen.
1TIS U ir S EIJ D UT G S1T.
Helder, Nieuwedicp, Willemsoord, enz. 27 Junij 1862.
Op Vrijdag 1 Julij a. s.des namiddags ten één ure,
zal aan liet Raadhuis alhier worden aanbesteed: »IIet vol-
tooijeu der bruggehoofden bij de Nieuwe Kerk en het daarop
stellen van eene ijzeren draaibrug".
Volgens advertentie, (zie hierachter) zal de Groote
Vergadering der Zangvereeniging Ceciliadie gewoonlijk op
Zondag plaats heeft, thans gehouden worden op Dingsdag
1 Jlllij a. S.en de Algemeene Repetitie op Maandag
30 Junij a. S., 's avonds 7j- ure, in liet lokaal Tivoli.
Met genoegen kunnen wij vermelden dat op de alge
meene vergadering van het Provinciaal Utrechts genootschap
van Kunsten en Wetenschappen gehouden te Utrecht den
24 dezer, o. a. tot lid van genoemd genootschap benoemd
is de heer J. II Sonstral, Horst. Evang.Luth. pred. alhier.
De naam die Ds. Sonstralook in de letterkundige wereld,
zich heeft verworven, maken hem die verecrende onderscheiding
allezins waardig.
De commissie bij Zr. Ms. besluit benoemd tot 't hou
den van de gewone jaarlijksche inspectie van 't Kon. Inst.
voor do Marine alhierheeft in de eerste dagen dezer week
hare taak volbragt. Donderdag jl. is 't theoretisch eind-exa
men aangevangen voor de adelborsten 2C kl.zullende 't
proclitisch gedeelte worden onderzocht, na hunne terug
komst van den jaarlijkschen oefeningstogt, die Dingsdag zal
beginnen. De commissie benoemd tot liet afnemen van 't exa
men, bestaat uit: den Iloogl. O. van lleijnsbcrgen als voorzitter;
den kapt. t/z. C. P. de Prauw; de kapt. luits. t/z. J. A. II.
Schrcuder en J. Vos; en den heer J. M. Obrcen, dir. van
liet depot van kaarten, plans, modellen en van de biblio
theek bij het Departement van Marine, als leden.
Woensdag jl. is alhier gearriveerd de kolonel Eu-
gclbrcchtstot 't houden eener inspectie over het alhier in
garnizoen zijnde hataillon der Infanterie.
Tengevolge van het weder optreden van den heef
J. R. G. Coninck Westenberg, als plaatselijk bestuurder over
de reddingsmiddelen, door de Noord- en Zuidhollandscha
reddingsmaatschappijop het eiland Texel geplaatstis de
lieer J. L. Kikkert, Notaris aldaar, die gedurende de afwe
zigheid van eerstgenoemde met de tijdelijke waarneming dier
betrekking was belast, op zijn verzoek, dezer dagen eervol
ontslagenonder dankbetuiging van II. H. Pestuurderen dier
maatschappij, voor den bijzonderen ijver en hulp, verleend
bij gelegenheid der, in zijn bijzijn en op zijne orders,
plaats gehad hebbende reddingen, als van
12 man der equipage van liet Zweedsche barkschip Favori.le.
5 n u h de Ilannoversche kof Feducia.
5 n de Ilollandsche schooner Gczina.
16 het Ttussische Barksch. Feler lierman.
8 n de Deensche schooner Ftalsraad Hoidl.
Naar men verneemt, zullen Z. M. de Koning en
Z. K. II. de Prins van Oranje aanstaanden Zaturdag van het
Loo in de residentie terugkeeren. Z. M. zal aldan eenige
dagen daar ter stede verblijven en zich vervolgens naar
Wiesbaden hegeven. Het Japansch gezantschap zal den I"
Julij ten IIovc worden ontvangen.
Eergister morgen is het Japansche gezantschap ten
1 u. 45 m. te Amsterdam aangekomen. Het station aldaar
was tot de ontvangst der Japanners ingcrigt en zag men
de Nedcrlandschc en Japansche vlaggen (wit met rooden
schijf) van liet gebouw wapperen. Pij het uitstappen uit
den wagen werden zij door den heer Brouwer Anclier, pre
sident der Ilollandsche spoorweg-Maatschappijwelkom ge-
heeten. Toen zij in do wachtkamer der 2e klasse waren
aangekomen, werden zij begroet door den burgemeester
dier stad en andere autoriteitenwaaronder de kolonel
kommandant der Schutterij Staats Boonen. De toespraak
werd door den tolk in de Japansche taal overgebragt. De
eerste ambassadeur, Fakenoutski Simodskc-no Kambedankte
den burgemeester voor de hartelijke toespraak en uitmun
tende ontvangst, die hun in Holland ten deel viel. Hij
hoopte dat de vriendschap tusschen Holland en Japau nog
lang mogt voortduren. Hierna namen zij plaats in open
rijtuigen en reden aldus naar het hotel van den heer Brack
alwaar hun ecu ontbijt wachtte in een salon, die voor hen
door den heer Bangert fraai gedecoreerd was. Toen het
ontbijt geëindigd was gingen zij naar een der zalenwaar
henonder andere corporatiënom hen te complimentereu
ook de directie der Nederlandsche Handelmaatschappij
wachtte, die hen tot een diner op gister uitnoodigde.
Van hier gingen zij eenige openbare instellingen bezoe
ken, waaronder het diaconie-weeshuishet Rijks museum
op het Trippenhuis, de diamantslijperij van den heer Coster,
waar zij zich herhaalde malen inlichtingen hebben doen geven.
Heden zullen zij do tuinen van het genootschap Natura
Artis Magistra bezoeken, alwaar hun een collation zal wor
den aangebodenen morgen naar 's Hage terugkeeren.
Aanstaanden Zondag avond zal er eene groote soiree bij
den Belgischen gezant en Maandag avond bij den Engel-
schen gezant plaats hebben. De Japansche gezanten zijn
op beiden genoodigd.
Wij vernemen, dat vele dames, die op de soiree
bij den Minister Huyssen van Kattendyke tegenwoordig
warenniet alleen allen lof geven aan het luisterrijke en prach
tige van die Soireemaar vooral hoogst verrast waren over de
conversatie, welke de Japansche gezanten wisten te voeren,
die daarbij zoowel beschaving en beleefdheid als galanterie
wisten aan den dag te leggen. De heeren Japannezen
zwaaiden overigens meermalen lof aan de Hollanders toe
zeggende dat zij Frankrijk wel groot en schoon, maar Holland
wel kleiner, doch veel aangenamer vonden. Zij waren opgeruimd
en vrolijk, zelfs eenigen hunner maakten van den dans gebruik.
Uit 's Hage schrijft men
Politiek, binnen- en buitenlandsche verkiezingen, enz.,
geraken geheel op den achtergrond door onze gasten uit
Japan, 't Is of de mensehen allen bezeten zijn; men hoort
niets dan van d j Japannezenen men ziet niets anders dan
menschen fraai toegetakeld om hen te gaan aangapen. Wat
zullen ze wel van de Hollandsche dames denken? Verbeeld
u, de aanzienlijkste dames kunt ge in de prachtigste toi
letten tot vier uur 's namiddags achter de kerk bij de To
renstraat zien heên en weêr slenteren oin de heeren uit
't bad te zien komenen reeds ten 9 ure 's morgens ziet
ge dezelfde dames, even elegant getoüetteerdvoor de Bellevue
op en neer wandelen, in de hoop toch even hun doukcr
gelaat of ten miuste dat van een hunner bedienden te zien.
't Is bespottelijk om aan te zien, die plotselinge Japau-
nomanie, niemand is er vrij van, heeren en dames, knechts
en meiden, winkelbedienden, ja zelfs de bedelaars paraderen
voor 't hotel van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat, en
zelfs 't smerigste boodschapmeisje spaart haar geld voor oen
of anderen mooijen ruiker, om dien den vreemdelingen toe
te werpen of aan te bieden. En de Japannezen zeiven?
Ze schijnen met dat alles zeer ingenomen en het aan te
moedigen. Ze wandelen zooveel mogelijk door de stad en
bezoeken bijna alle winkels, en als ze niet wandelen of op
visite zijndan zitten ze in de Bellevueaan de open ven
sters en wenken alle voorbijgangers, vooral dames en kin
deren tot zichof werpen cadeautjesals waaijersschilderijtjes
of muntstukken naar beneden. Men zegt, (lat ze eenige Ne
derlandsche dames moeten uitnoodigen met hen te gaan, ten
einde aan het Japansche hof tot hofdames te worden aan
gesteld en dat ze daarom vooral zooveel attentie voor de
dames hebben.
Z. M. heeft aan den heer 0. J. M. Nagtglasop zijn
verzoekeen eervol ontslag verleend als gouverneur der
Nederl. bezittingen ter kuste van Guiuea, met toekenning
van pensioen en dankbetuiging voor de door hem bcwezene
dienstenen den heer II. A. Eliascomm. bij het Departement
van Koloniën, chef van het bureau W. I. zaken, benoemd
tot gouverneur der Nederl. bezittingen ter kuste van Guiuea
met toekenning van deu rang van luit.-kol. gedurende zijne
dienst aldaar.
Men schrijft van Ilarlingen, 24 Junij: Volgens hier
ontvangen berigtenheeft de Groenlaudsvaarder Noordpool,
varende onder boekhouderschap van de firma Zeilmaker C".
alhier, eene goede vangst gedaan, bestaande in 2500 jonge
en 950 oude robben.
Een uit Noorwegen hier ontvangen bcrigt meldt, dat ten
der Noordsche Groenlaudsvaarders, ie Dirkje Adama, kom-
mandeur Wildts (reederij Barend Visser Zoon alhier)had
gepraaid, en dat deze zich, destijds, in eene aanvankelijk
goede vangst van 1800 robben mogt verheugen.
Duitsche berigten melden nog nader eene vangst van laatst
gemeld schip van 2300 robben. Dit berigt was van 23 Mei.
Het is te hopen dat ook dit laatste gunstige berigt moge
worden bewaarheid en dat deze tak van handeldie jaren
lang minder gelukkig werd gedreven, een beteren tijd te
gemoet gaat.