J\'o 152. Tweede Jaargang. 1862. «jjeföer, JTteuioeÖiep, RMemsoorö, en5. WOENSDAG 5 SEPTEMBER. Onze vijanden in Indië. NIEUWE COURANT VAN DEN Verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30 Franco per post v v 0 „1.50 Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post directeuren. Brieven franco aan denllitgever S. Gii.tjes. De prijs der Advertenties van 14 regels is 40 Centen; voor eiken regel meer 10 Centen. Zcgclrcgt voor elke plaatsing 35 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags middag 12 uur, gelieve mende Advertcntiën intezenden* Ingezonden stukken een dag vroeger. Dc laatste berigten uit Nederlandsch Tnditi maken gewag van stoute onderuemingen van zeeroovers, die niet alleen koopvaardijschepen plunderenmaar ook te land alles rooven, wat onder hun bereik komt. Onze marine stelt alles in het werk 0111 hen te tuchtigen, maar gewoonlijk hebben de roo- vers de stranden verlatenals hunne aanwezigheid is bekend geworden. In enkele gevallen, als zij gevangen genomen en gestraft wordenvermindert het kwaad wel eenigermate doch het wordt daardoor niet uitgeroeid. Lezenswaardig is hetgeen de Arnhemsche Courant in een artikel over den zeeroof mededeelt "liet is bekend, dat de Soeloe-eilandengelegen ten noordoosten van Borneo en ten noordwesten van Celebes, het brandpunt zijn van den zeeroof, die in den Indischen Archipel wordt gepleegd. De Vorst of Sultan, die er ge bied over voertis de boofdaanleggcr van dit misdrijf. Hij en zijne hoofden zijn in het bezit van wapenen, kruid en lood, en van alles wat verder tot de uitrusting eener roo- versvloot behoort. Do roovers worden daarvan door hem voorzien, tegen ruil van geroofde menschen, waarmede hij eenen uitgebreiden slavenhandel op de noordkust van Borneo drijft. "De roovers, die voor het meerendeel zelve doodarm zijn, oefenen dus hun bedrijf ten voordeele van hunne hoofden uit. die hen dikwerf door dwang er toe aanzetten en hun in elk geval van de middelen voorzienom hunne rooverijen te kunnen plegen. De vaartuigen, waarvan zij zich bedie nen, en die gewoonlijk voor eene bemanning van 50 tot 62 roovers ingerigt worden, voeren een buitengewoon groot zeil. Het zijn gewoonlijk tweedekkers, waardoor zij twee rijen rocijers boven elkander kunnen hebben. Uit dit laatste vooral ontleenen zij hunne vlugheid, die hen in staat stelt om elk grooter zeilvaartuigdat hen mogt willen vervol gen, te ontkomen. Als zij vervolgd worden, wordt liet zeil in een oogenblik gestrekenhot vaartuig gewend en tegen den wind opgeroeid, en zij zijn buiten gevaar. Op den voorsteven dier schepen bevinden zich altijd verschansingen van ijzerhout en bamboede daken dier verschansingen zijn met drie of vier buffelhuiden bespijkerd, zij loopen in zee uit en zijn zóó sterk en hellend, dat kanonskogels er zelfs op terugstuiten. Binnen deze verschansingen staat het grootste kanondat meestal een zesponder, doch somtijds een stuk van nog grooter kaliber is. "Wanneer deze, uitsluitend voor den zeeroof geschikte schepen gereed zijn, gaan de roovers naar den Sultan en de rijksgrootenom zich van wapenen en verdere oorlogsmate rialen te voorzien. Zij huren die van de hoofden tegen eenen bepaalden prijs, dien zij uit den gemaakten buit betalen, bij voorbeeld: een geweer kost één slaaf, een 3pon- der kanon twee slaven, een 6ponder drie slaven, een 12ponder kost een Nederlander, die dus de onderscheiding geniet in waarde gelijk te staan met zes inlandschc slaven." De zeeroof in den Indischen Archipel is dus van een gevaarlijk karakter; het tuchtigen van eenige roovers is niet voldoende om daaraan een einde te makenkrachtige maat regelen zullen alleen daartoe leiden. Naar wij vernemen, heeft onze Regering onderhandelingen met Engeland en Spanje aangeknoopt, om gezamenlijk den Sultan en zijne onderdanen te nopen, zich voortaan alleen met geoorloofden handel in te laten. Engeland en Spanje, wier Oost-Indische bezittingeneven als die van Nederlandin het groote rooverskwartier zijn gevestigd, hebben het zelfde belang en zijn gelijkelijk ver- pligt om hunne onderdanen en bezittingen tegen geweld der zeeroovers te beschermen. Het is te hopen, dat de onderhandelingen tot een goed einde zullen leidenen dat de drie contracterende zeemo gendheden door eene groote expeditie het rooversnest geheel zullen uitroeijen. POLITIEK OVERZIGT. De indruk, dien de gevangenneming van Garibaldi te weeg heeft gebragt, is zeer groot. Do generaals Cialdini en la Marmora hadden het plan gemaakt om Garibaldi in het zuidelijk gedeelte van dc Oa- labriün tusschen de golven van Squillace en Santa Euphemia vast te zetten. De kolonel Pallavicini heeft met een leger van 1S00 man dit plan doen gelukken. Garibaldi is ge wond en gevangen genomen. Doch zal hiermede de Jtali- aansche quaestie geëindigd zijn Wij gelooven het niet. Ten eerste is de vraag of met den val van Garibaldi, de militaire quaestie in eens is opgelost, en is dit het geval, dan zal zonder twijfel de politieke quaestie weder al haar gewigt hernemen. De expeditie van Garibaldi vertraagde eenigermate de diplomatieke handelingen, die thans op nieuw weder op den voorgrond zullen treden. Te Richmond is een kongres van de Z. Staten bijeen gekomen; er bestaat alle grond voor het vermoeden, dat het eene nieuwe ligting van troepen zal uitschrijven. Te Brooklyn is eene meeting gehouden, waarbij men zich ter gunste van de voortzetting des oorlogs verklaard heeft. De MontenegrijnsChe kwestie is voor het oogenblik met een schitterend vuurwerk besloten. De prinsen Nicolaas en Mirko hebben de wijk naar Oostenrijk genomen, maar eerst Cettinje in brand gestoken. De Turken hebben zich van gemelde stad meester gemaakt; de telegraaf meldt niet of dit vóór dan wel na de brand geweest is. 1TIBTJ7TSTIJDI1T3-E1T. Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 2 September 1862. -Op den laatsten der afgeloopen maand legde de heer J. L. Crap Hellingman controleur der directe belastingen in- en uitgaande regten en accijnsen, inspecteur over de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1862 | | pagina 1