De prijspuzzle r 1 Op 't Vezelinstituut genieten vele larfjes van rust, duisternis en.... een goede pot DEZE WEEK IN DE TUIN Zeeplons waspoeder 5 6 Pagina 4 Zaterdag 11 October 1952 EEN MOTTENKOLONIE IN DELFT Elke dag een lekker „lapje", wat gist en bouillon |w Apr LONDEN KRIJGT NIEUW LUCHTSTATIONS GEBOUW 'door Wi'm en Roo$ fl T UITEINDELIJK TREKKEN DE WOLETERS AAN HET KORTSTE EIND I Motten zijn vanouds ongenode en ongewenste gasten in de woning van de mens. De Romeinen vochten er al tegen en in de Middeleeuwen borg men met veel zorg een kledingstuk in een leeuwenhuid, een middeltje, dat intussen weinig hielp, aangezien deze dierenhuid de motten eerder lokte dan afweerde! Hoe hét echter ook zij, het mensdom heeft door de eeuwen heen zijn best gedaan van deze nare vlinders en hun gevaarlijke larven af te komen. Is het daarom niet des te verwon derlijker, dat ergens in Nederland een plekje is, waar met ijver en toewijding motten worden gekweekt? Toch niet, want deze motten, die soms bij duizendtallen het levens licht aanschouwen, dienen juist om hun familieleden het leven zuur te maken of, wat nog beter is, van dit leven te beroven. Zij weten er niets van, de vraatzuchtige larfjes en de goudkleurige vlinders, die in het Vezelinstituut T.N.O. te Delft in velerlei variaties voorkomen. Onbewust laten zij zich echter observeren en op die manier leveren zij prachtig studiemateriaal voor de mottenbestrijding. Wie een vijand wil verslaan, moet eerst zijn wapens kennen en die wapens worden nauw keurig bekeken door de biologische afdeling van het Vezelinstituut in het sfeervolle oude Delft. De gebouwen van de T.N.O., de „Organisatie voor Toegepast Na tuurwetenschappelijk Onderzoek", rijzen trots en majestueus omhoog, maar de mottenkolonie is tevreden met een heel bescheiden plaats in dit complex. Zij huist in een van de kelders, maar dat heeft zijn re den. De mottenlarven zijn name lijk verzot op een donker, rustig plekje. Als het er verder warm en vochtig is, zijn zij volkomen in hun element. Het Vezelinstituut heeft voor al deze factoren gezorgd, want hoe beter de aankomende mot groeit, hoe beter hij in zijn diverse gedragingen bestudeerd kan worden. Wij zouden echter bijna een heel voorname factor vergeten: de wol. Er staat geen fles met motten in de kelder, die het Vezelinstituut in gebruik heeft, of er zit ook een lap lekkere wol in. Dit voedsel is voorzien van wat gist en bouillon, om voor de mot tenlarven nog wat appetijtelijker en voedzamer te zijn. „Vanwaar dit uitgezochte me nu?" zult u vragen. Wel, de gist en bouillon bevatten vitamine B, die de mot-in-de-dop nodig heeft om goed te gedijen. In de huizen van de mensen krijgt hij zo'n uit gelezen etentje niet, maar dat is ook niet nodig. De wol, die daar te bemachtigen is, bevat doorgaans al voldoende vitamine B en wel op verontreinigde plekken. Van daar dat motten het eerst afgaan op plaatsen, waar vuil, etensrestjes en dergelijke te vinden zijn. Wat te doen? Dat brengt al een conclusie mee voor de huisvrouw, die wollen goed moet bewaren en dit tot elke prijs uit de handen of liever ge zegd pootjes van de mottenlarven wü houden. De wol moet zo schoon mogelijk worden opgeborgen. Natuurlijk zijn er ook chemische bestrijdingsmiddelen om haar te helpen bij de bestrijding van de mot, maar eerst noemen wij nog een andere maatregel, een maat regel, die wel wat moeite, doch geen geld kost. Dit is namelijk het uitkloppen en borstelen van wol len goed. Door kloppen en borste len kunnen eventueel aanwezige motteneitjes verwijderd worden en dan is er nog iets. Na deze behan deling wordt het goed geruime tijd gelucht. We hebben straks immers gezien, dat mottenlarven een rus tig donker plekje prefereren? Zij hebben een instinctieve afkeer van het licht en zodra zij buiten ko men, doen zij dan ook niets liever dan uit de kleren wegvluchten en een beter plaatsje opzoeken. Wie een weefsel met mottenlarven bo ven een groot stuk papier uit schudt, kan dit goed zien. De larf jes, die op het papier rollen, mar cheren allemaal in de zelfde rich ting weg, van het licht af! Omdat mottenlarven zo van rust en duisternis houden, kan de mot- tenzak, die juist als veiligheids middel bedoeld is, een groot ge vaar zijn. Zij dient er voor om te zorgen, dat de motvlindertjes haar eieren niet op wollen kleren kun nen afzetten. Men moet er van te voren echter goed op letten, of er geen motten, larven of eitjes in de zak zitten enof de op te ber gen kleding er vrij van is. Mocht dit niet het geval zijn, dan is zo'n zak juist een prachtige broedplaats voor de dieren, omdat zij in hun donkere verblijfplaats lange tijd van een heerlijke rust genieten. Uiteraard moet de zak ook goed gesloten zijn, eventueel met behulD van plakpapier. In Amerika leveren vele chemi sche reinigingsbedrijven het gestoomde goed af in een zak van polvoinylchloride-folie die hermetisch gesloten is. Zo doende kan de klant de goe deren volkomen veilig opber gen tot hij ze gaat gebruiken. Ze groeien ah kool Het zal de meeste huisvrouwen zeer zeker bekend zijn, dat de mottenlarven het grootste kwaad aanrichten in de wol. De larven, die zich laten ontpoppen tot mot- vlinders, zijn ware veelvraten. Zij doen zich zo zeer aan onze wol te goed, dat zij, wanneer ze volgroeid zijn, bijna driehonderd maal zo zwaar wegen als bij hun geboorte! Als volwassen vlinders hoeven zr dan ook geen voedsel meer te ge bruiken. Er wordt wel eens be weerd, dat motvlinders daarom on gevaarlijk zijn, doch dat is onjuist. De groten zorgen weer voor de voortplanting van de kleintjes en wie een mot ziet vliegen, doet dan ook verstandig deze onschadelijk te maken. Meestal zijn het mannetjes, die wij door de kamer zien fladderen. De wjjfjes zijn minder beweeglijk, doordat zij hun eieren bij zich dragen, doch op het Vezelinstituut te Delft is geconstateerd, dat ook zij zich wel vliegend verplaatsen. Natuurlijk hebben wij op het in stituut gevraagd, welke chemische bestrijdingsmiddelen de huisvrouw het best kan gebruiken in haar strijd tegen de mot. Er zijn er tal loze, van de befaamde mottenbal- Iëtjes tot de diverse d.d.t.-houdende producten. De laatste zijn te ver kiezen boven de eerste. De mot- tenballetjes schijnen menige huis vrouw aan te trekken door hun frisse geur, doch dit kraakheldere luchtje „doet 't 'm niet". Het is de damp van deze stoffen, die werk zaam is en dan alleen, als deze damp in een behoorlijke concen tratie in de lucht aanwezig is. Er moeten dus veel balletjes worden gebruikt in een zeer goed gesloten ruimte. Bovendien zijn kleren, die de kast verlaten, al spoedig niet meer tegen mottenvraat be schermd. Practischer Practischer zijn de d.d.t.-hou- dende middelen, die duurzamer èn doeltreffender werken. Zij hechten zich aan het wollen goed in de vorm van strooipoeder of sproei- vloeistof en verlaten dit niet voor het gewassen of chemisch gerei nigd wordt. De strooipoeders zijn vooral geschikt voor weefsels, die voor lange tijd opgeborgen moeten worden. Kleren en bekleding vai meubelen, die regelmatig afgebor steld worden, kan men beter met sproeimiddelen behandelen en wel „van top tot teen". In gevallen, dat de mot diep in de bekleding van meubelen zit en dus onbereik baar is, wordt wel gebruik ge maakt van gifgassen. Deze gassen zijn echter uiterst gevaarlijk en mogen alleen maar met speciale toestemming van de overheid ge bruikt worden. De huisvrouw zelf zal alleen maar te maken krijgen met de genoemde middelen: mottenballe- tjes en de strooipoeders of sproei middelen. Zoals gezegd zijn de laatstgenoemde het beste, al zijn ook deze niet permanent en moe ten zij dus met tussenpozen op nieuw toegepast worden. Een blij vende werking hebben alleen de methoden, waarbij de vergiften ge lijk een verfstof op het wollen goed worden aangebracht. Men past deze procédé's bij voorbeeld toe op wollen dekens. Er zijn reeds diverse fabrikanten, die hun de kens op deze wijze motvrij maken, doch hun aantal is helaas nog te gering. Meer belangstelling van de huisvrouw was hier wel op zijn plaats. Hoe groter de vraag naar motecht goed, des te groter de hoeveelheden, die de fabrikant af levert. In Zweden is de situatie in dit opzicht ideaal; daar wordt ze ker negentig procent van de wol len goederen motvrij door de fa brikant afgeleverd. Nog een vijand Tot nu toe is de mot het onderwerp van het gesprek geweest; er is echter nog een andere vijand van de wol, een vijand, die zeker de helft van de schade veroorzaakt, welke aan de mot verweten wordt. Dat is de tapijtkever. Op het Vezelinstituut, waar vele mottenlarfjes een menu van al of niet motvrije wol krijgen voor gezet, huizen ook de larfjgs van de tapijtkevers met hun ouders. En naar men zegt, zijn zij nóg gevaar lijker dan de mottenlarven, aan gezien zij veel meer eten en beter bestand zijn tegen bestrijdingsmid delen. Men moet de diverse mid deltjes, die reeds besproken zijn, dan ook in grotere mate gebruiken, als het om de tapijtkevers en hun vraatzuchtige kroost gaat. Op een van onze foto's ziet u een aantal gewone kleren-mot, maar wel een beetje groter, dan wij gewend zijn haar te zien Amerikaanse tapijtkevers, zodat u enig idee hebt van het uiterlijk van deze dieren. In Nederland komt een soort voor, dat niet bij zonder veel van de Amerikaanse kever verschilt. De biologische afdeling van het Vezelinstituut te Delft verstrekt gaarne adviezen en inlichtingen aangaande de grote vijanden van onze wol: de mot, de tapijtkever en him hongerige larven. Daar naast maakt zij nog een studie van de schimmels, die in ons land voorkomen en materialen van ka toen, linnen, vlas en dergelijke aantasten. Men ziet dus, dat zij een uitgebreid werkterrein heeft en dat zij er niet weinig toe bij draagt het welzijn van de vezel en daarom van vele huisvrou wen te behartigen. De strijd is voor de eerste maal gestre den. Hij was bijzonder fel, want deze eerste prijspuzzle leverde al een enorm aantal inzendingen op. De vijf prijswin naars kunnen derhalve zeggen, dat zij hun boeken zuur verdiend hebben. Het was naar de mening van velen geen gemakkelijke puzzle, maar toch kwamen er heel wat oplossingen uit de bus. Niet alleen goede oplossingen, ove rigens. Er was één inzender een enthou siaste die zijn inzending voorzag van een in kleuren uitgevoerde tekening, ter gelegenheid van de „première". Jammer, dat hij zijn naam en adres niet vermeldde. En dan was er een ander, de heer Jac. Meilink Jr., die bij de oplossing een rijm fantaseerde, dat we U niet mogen ont houden. Hier is het: Over de nieuwe minister van financiën heb ik nog geen kwaad gehoord. Maar voor al zijn instantiën geldt wèl dit wijze woord. De oplossing worde hèm opgedragen en zo zijne excellentie er naar doet Nederlands' bevolking zal niet klagen en werkt voort met licht gemoed: Z 3 1 if '9 W w to T~ w jr~ IO W 1 i.9 3b /9 11 W 26 93 59 5/ 9l V 95 s i9 15 ié 9i il 99 9i 9 13 15 ii 50 2Ü lb 50 1 9 il 23 9o ié1 92 V 11 91 98 i 9 20 99 9i ii m II 35 l il 9ö 19 22. >9 9i w 51 9i 26 23 99 35 r f it5 7T 5 l 7 T r y lb a ié >9 ld V jgtil li 19 p H *9 W ii 5r W 57" 15 I8I3B5 17 [AS 1 L~ n 9i tV VA 9} 10 J'1 1 1 1 1 urb Vriend meent gij het met het schaapje wel, zo scheer de wol en niet het vel. Of de oplossing onze lezers met de jongste aanslagen juist in huis ook uit het hart gegre pen was! De namen van de prijswinnaars kunt U op pagina 2 onder het weerbericht aantreffen. Hier onder volgt dan de nieuwe puzzle, weer een, die U de kans geeft een van de vijf uitgeloofde mooie boeken te bemachtigen. Al wat U hebt te doen, is Uw goede oplossing voorzien van naam en adres in een open enveloppe vóór Donderdag a.s. aan ons bu reau op te zenden. Denkt U erom als brief te frankeren, indien U per post verzendt? In de linker bovenhoek van de enveloppe ver melden: Prijspuzzle Noorderpers. Een groepje Amerikaanse tapijtkevers, twaalj maal vergroot. Het ongezellige weer van de af gelopen weken heeft in de meeste gevallen de tuin geen goed ge daan. De eenjarige zomerbloeiers, die hun bestaan bij gunstig na jaarsweer nog heel lang kunnen rekken, zijn thans voor het groot ste gedeelte ter ziele gegaan. Als wij deze hebben opgeruimd zal de tuin er al direct minder slordig uitzien. Ook het afgestorven loof van vaste planten dient nu verwij derd te worden. Zo zoetjesaan wordt het ook tijd om de gladiolen- en dahliaknollen op te graven. Voordat wij deze voor de winter opbergen, moeten ze eerst grondig worden gedroogd, daar de overwintering anders reeds bij voorbaat is mislukt. Er blijft zo langzamerhand nog maar weinig „bloeiende waar" in de tuin over. Maar de late klanten, als herfstaster en chrysanth kun nen toch nog enkele weken en wat de laatste betreft misschien nog wel enkele maanden voor een beetje kleur in de komende donkere dagen zorgen. De bosjes herfstaster, (zie af beelding), die in de kleuren rose, blauw en wit en alle daartussen in liggende tinten, i,n een veelheid van vormen thans hun stempel drukken op menige tuin, prefere ren een zonnige standplaats. Daar zullen zij eerst goed tot hun recht komen. Heel vaak zien wij echter, dat ze een tamelijk kwijnend be staan lijden. De oorzaak hiervan moet dikwijls gezocht worden in het feit, dat zij in het najaar ten gevolge van de laagstaande zon niet meer kunnen profiteren van de koesterende stralen, hetgeen juist dan van zoveel belang is. Aangezien met de laatste bloei de herfst straks onmerkbaar in de winter overgaat, moeten wij nu reeds zorgen voor het komende voorjaar. Narcissen, tulpen en scilla's kunnen thans de grond in. Voor hyacinthen, crocussen en sneeuwklokjes is het zelfs de hoogste tijd, willen wij er straks zoveel mogelijk van genieten. Dan is het nu ook tijd om de tweejarige planten te bestemder plaatse uit te zetten. Naar gelang de toekomstige grootte van de plant krijgen zij een tussenruimte, welke varieert van 1050 cm. Wie de tweejarige uit „eigen" zaad heeft gekweekt, weet natuurlijk precies, welke afstand hij moet nemen. Anders zal het pakje, waarin het zaad is gekocht, wel de nodige aan wijzigingen geven. Htn. Gezocht worden 14 woorden van elk 6 letters, die in het bo venste gedeelte van de figuur moeten worden ingevuld. Vervol gens moet elke letter uit de bo venste figuur naar het overeen komstig genummerde hokje in het onderste gedeelte van de figuur worden overgebracht. In Altoos, gestadig Bericht, nieuws Vezelachtige, meestal witte of grijze delfstof en een slechte warmtegeleider Vervoermiddel (in schrijf taal Plaats, waardoor men bin nenkomt Laatste gezang bij een gods dienstoefening Landstreek, oord alle gevallen is de laatste letter van het eerste woord steeds de beginletter van het daaropvolgen de woord. Bij juiste oplossing ont staat dan in het onderste ge deelte van de figuur een dicht regel, terwijl zowel de begin- als de eindletters de naam van de dichter te lezen geven. Politieagent (volkstaal) Vertegenw. van een regering Muze v. h. blijspel Zangvogel Oxydisch zinkerts Voorspoedig groeien Kleine soort van eend De spreuk luidt: en is afkomstig van: Naam: Adres: OPLOSSING PUZZLE nr 1 Vriend, meent eii het met het schaapje wel? Zo scheer de wol en niet het vel! De antwoorden op de gestelde vragen waren de volgende: 1 Zwitserland; 2 Vredespaleis: 3 Herman Heijermans: 4 Hon derd dagen; 5 Seraiewo; 6 Pietro Mascagni; 7 Crescendo; 8 Helve tia; 9 Nachtwacht: 10 Einthoven. LONDEN In de plaats van het huidige stationsgebouw te Kensington laat de Britisch Eu ropean Airways te Waterloo, op de zuidelijke Theemsoever een nieuw stationsgebouw verrijzen. Dit nieuwe gebouw, dat men in het voorjaar van 1953 hoopt te kunnen openen, zal veertiendui zend passagiers kunnen verwer ken. Het heeft een eigen ver binding met de „underground" en het bovengrondse spoorweg net van Waterloo-station. Dit jaar zijn eveneens op de zuide lijke rivieroever proeven geno men, om deze op haar geschikt heid als landingsterrein voor helicopters te beproeven. Duizenden Britse huisvrouwen hebben onlangs een volkomen nieuw zeeploos waspoeder op de proef gesteld, dat onder de naam „Surf", op de markt is gebracht. De fabrikanten beroepen zich er op dat hun onderzoek iets nieuws tot resultaat heeft gehad. Het mid del bevat n.l. materialen die nooit voor wasdoeleinden zijn gebruikt. De voordelen die naar voren wor den gebracht zijn dat het 't enige wasmiddel is dat de huisvrouw op de keukenplank nodig zal hebben en dat het, behalve voor het af wassen van de vaat, veilig voor de fijnste stoffen, zowel als voor de zwaardere stukken van de was, kan worden gebruikt. In Amerika haalde een dief met een hengel zo maar ongeveer 17.50 uit de zak van een mijnheer, die de krant zat te lezen. Is dat goed, kleine vrien den? Mag dat? Ze krijgen in Utrecht een nieuwe grote gas houder. Daar kan 70.000 kubieke meter gas in! Dat grote ding kost ongeveer 850.000 gulden! Een peuleschilletje! Nu weet de Lassoman nog niet wat dat nu is met die vliegende scho tels. Zoeken jullie eens, kleine vrienden! In een keukentje heeft de Las soman er ook wel wat gezien. Maar dat waren maar van die kleintjes! Een zwarte man smeet er wat mee. Toch is dat niet verstandig! In Nederland zijn 900.000 mensen, die auto kunnen rijden. Paardrij den kunnen er niet zo veel! Ze kunnen het van de Lassoman leren. Voor niets! Er gaat meer Neder landse kaas naar Ameri ka, kleine vrienden! Onze kaas is ook best! In Utrecht hebben ze er een prachtbrug en 'n prachtbeeld van de hei lige apostel Bartholo- meus bij gekregen. Aan het singel! Dicht er bij woont een heel knappe schilder! In Duitsland is een herder met 800 schapen. Op de grote, stille heide! Vroeger zong de Lasso man dat ook al. Twee stemmig nog wel! En al dwalend Weet je wel? In Den Haag woont een dame van 100 jaar en elke dag gaat zij nog wandelen. In het bisdom Den Bosch zijn bijna 40.000 kindertjes op de kleuter- siühool. Wie komt er in mijn hokje? Bij Soest liepen pas ge leden vier koeien op de spoorwegbaan. Poef! Daar kwam opeens een trein aan! Alle vier de koeien dood! In Nederland wonen drie vrouwen van over de 100 jaar, jonge vrienden! Eén in Gelderland, één in Zuid-Holland en één in Friesland. De vrouwen winnen het! In Didam verkopen de kruideniers ook vleeswa ren, en nu gaan de sla gers, die daar boos om zijn, lekker ook koffie verkopen! In Didam! In Alkmaar zijn veel toeristen geweest deze zomer! Nu, kleine vrienden, tot in Alkmaar! De Las soman houdt van kaas! Oplossing prijsraadsel Kijk maar even, of je de oplossing van het prijsraadsel goed had. De woorden, die je moest in vullen, waren: Emmer Feest—-Greethekel en Irene. Krekel, de waar* zegger (Slot) Meneer zou dus even proberen, of die Krekei wel een echte waarzeg ger was. Kijk, daar sprong juist een krekel tje op de schoorsteen. Meneer pakte hem vast, liet twee schotels bren gen en sloot hem daar tussen op, zonder dat ie mand het in de gaten had. Onmiddellijk liet hij de waarzegger bij zich komen. Krekel stond op zijn benen te trillen en werd nog banger, toen hij meneer hoorde zeg gen: „Zeg, vriendje, jij hangt hier in mijn kasteel de waarzegger uit en wil daarvoor door gaan. Maar ik weet, dat je een gauwdief bent, die iedereen er tussen wilt nemen. Ik wil er het mijne van hebben. Als je me nu niet gauw vertelt, wat er tussen die twee schotels zit, zal ik je ge ducht laten afranselen. „Krekel zag nu, dat zijn bedriegerij ontdekt was. Hij sloeg zijn ogen ten hemel en zuchtte luidop: „Helaas, arme Krekel, nu zit Je gevangen!" Hij be doelde natuurlijk zich zelf. Maar meneer, die Krekels naam niet ken de, dacht, dat hij het beestje noemde, dat tus sen de schotels gevangen zat. Nu geloofde hij toch ook, dat Krekel een echte waarzegger was en deed de schotels van elkaar. Het krekeltje sprong naar buiten, meneer ver klaarde, dat hij nu over tuigd was van Krekels wijsheid en schonk de verbouwereerde waar zegger een flinke belo ning. Krekel, die, zonder dat hij er op gerekend had, zo mooi aan alle straf ontkomen was' en bovendien nog een fikse duit in zijn zak droeg, ging er maar gauw van door. In zijn hart voelde hij zich helemaal niet ge rust over die waarzeggerij en hij nam zich voor er nooit meer mee te be ginnen. Al was dan alles goed afgelopen, zijn rik- ketikkertje verweet hem, dat bedriegen voor een fatsoenlijk christen geen eerlijk baantje was. Vreemd opschrift In een klein plaatsje hangt boven de poort van het kerkhof het vol gende opschrift: „Bij be sluit van het Gemeente bestuur begraaft men hier slechts de doden, die in de gemeente verblij ven". Uit de natuur 1. Als je duiven houdt, moet je er voor zorgen in de nesten, waarin ze broeden, insectenpoeder te strooien. Anders ko men ze zo onder het on gedierte te zitten, dat ze er ziek van kunnen worden. 2. Was het je bekend, dat jullie kanariepietje ,van de Canarische eilan den komt? De eerste wer den in 1473 door de Spanjaarden meege bracht. In ons land ko men nu ook zelfs wilde voor, die ook broeden. Maar ze zijn dan niet geel, maar groen-grijs. 3. Als je thuis een kat er op nahoudt, moet je zorgen, dat je voor het beestje ook 's avonds wat eten klaarzet. En weet je waarom? Omdat katten feitelijk nachtdieren zijn. Ze kunnen je met hun geschreeuw lelijk uit de slaap houden. 4. Weet je hoe oud honden kunnen worden? Nu, ze halen wel de 20 jaar. Maar gewoonlijk leggen ze bij 13 jaar het bijltje ,er al bij neer. Let maar op! Kruiswoordraadsel m 1 2 4 Bi5 6 M 8 10 12 m 13 IK ZAT TOCH ZO RUSTIG Baas Teunissen renteniert, 's Morgens vroeg zie je hem er al op uittrekken met de fiets. Zijn pijpje dampt als een locomotief. Hij gaat vissen, z'n grote liefhebberij. Hengel, deeg, visemmertje, alles is in orde. Hij weet zijn mooie plekjes te vinden, aan de fortgracht, onder de neerhangende takken van een oude wilg. Teunissen stapt af. Hij is waar hij wezen moet. Even later ligt de dobber al te wiebelen op het water. Maarwat is dat? Plats, plets, daar vallen keitjes vlak bij zijn dobber in de gracht. Kwaad kijkt ons vissertje om. Niets te zien. Hij gooit zijn snoer weer in, maar geen tel later valt er een kei midden op z'n dobber. Meteen hoort hij een paar deugnieten weghollen, die zich stiekem verscholen hadden. Baas Teunissen balt zijn vuis ten. Onruststokers! bromt hij tussen zijn tanden. Kunnen ze een mens niet even met rust laten? Hadden de bengels maar even aan de spreuk van October gedacht: BEN IK EEN ONRUSTSTOKER? Dan zouden ze misschien Baas Teunissen z'n ple ziertje niet bedorven hebben. In te vullen: Van links naar rechts: I. Waar Londen vol van is. 4. Dat zie je op een korenveld. 5. Een herkauwer. 6. Gedroogde vrucht. 8. Er zit een in de kabel. 10. Een lidwoord. II. Een reeks. 12. Een zangnoot. 13. Een persoonlij!. voornaamwoord. Van boven naar bene den: 1. Afdeling van het eger voor de matrozen. 2. Naam van een prinses. 3. Voorzetsel. 4. Andere naam voor veld. 7. Afkorting voor Niet Klagen. 9. Lichaamsdeel. 11. Afkorting voor Rooms-Katholiek. Wie heet er HEDW1G1S Als meisje van 12 jaar ging Hedwigis naar een vreemd land. Polen werd haar tweede vaderland. Veel moeite had ze om er te wennen aan taal en volk. Maar als vorstin deed ze al haar best om goed voor iedereen te zijn. Van haar rijkdom deelde ze zoveel uit als ze kon. Maar hoeveel ver driet moest Hedwigis verdragen. Haar eerste kinderen stierven. Velen van haar familieleden werden vermoord of leef den niet braaf. Een zoon stierf bij een jachtpartij, haar man overleed, zon der dat ze bij hem kon zijn en ten slotte stierf haar jongste zoon Hen drik, die haar bijzonder lief was, in de oorlog te gen de Tartaren. Maar bij alle leed sprak Hed wigis: „Het is Gods Wil en wij moeten ons daar aan onderwerpen". Toen ze alleen overgebleven was, trok ze zich terug in het klooster en stierf er In 1243, terwijl ze de sluier van haar heilige nicht, Elisabeth van Thü- ringen, om haar hoofd droeg. 16 October vieren we haar feest. Ra, ra, wat is het? 1. Een molenaar en 'n schoorsteenveger ont moetten elkaar, vlogen elkaar in de armen, om helsden elkaar en begon nen hun nood te klagen. Wie van beiden had nu gelijk? 2. Waaroon zijn de bedden van luie mensen altijd te kort? 3. Ken je een sul, die toch een hoge betrekking heeft? 4. Er zijn veel nette dieren, maar welk dier is wel het netst van alle maal? 5. Welke mensen heb ben altijd vrede met el kaar?

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noordhollands Dagblad : dagblad voor Alkmaar en omgeving | 1952 | | pagina 4