Driehonderdtwintig orgels tekenen een lange weg De wegverbinding tussen Hoorn en Amsterdam Autobestuurder weigerde bloedproef te ondergaan Een vreemd telefoontje Minder straf voor helpende deserteurs Dijk van De Eendracht weer dicht Verleden en heden Fa B. Pels en Zoon bestaat 'n halve eeuw „U spreekt met de loco-burgemeester van Stavenisse" Rijk bereid voor 60 pet in kosten van verbetering bij te dragen Aanleg rijksweg uitgesteld Het werk gaat door /V aar wij vernemen Officier van Justitie stelde hem in het gelijk De „Piet Hein" in Malta Donderdag 26 Februari 1953 Pagina 5 enaaMBH EEN ALKMAARSE INDUSTRIE, wier reputatie groeide tot ver over de landsgrenzen, viert op 3 Maart a.s. haar vijftigjarig bestaan. De grondlegger van deze industrie was de heer Bernard Pels, die in het jaar 1903 met één knecht in een perceel aan de Nieuwlandersingel het eerste orgel bouwde voor de Ned. Hervormde Kerk te Graft; dit eerste orgel, dat later verhuisde naar de Ned. Hervormde Kerk te Aalsmeer, is onlangs uitgebreid en verkeert nog in prima conditie. Toen de firma Bern. Pels Zoon haar zilveren jubileum vierde, hadden reeds 80 orgels hun weg naar de kerken en kapellen in ons land gevonden in de tweede kwart-eeuw werd deze productie verdrievoudigd, zodat bij dit gouden jubileum op een productie van 320 orgels kan worden terug gezien. De meeste orgels werden in ons land geplaatst, doch ook naar het buitenland vonden zu hun weg. Zo plaatste de firma Pels een orgel in de Abbey de Notre Dame de Citeau in de Cote d Or er. in Gevrey-Chambertm in Frankrijk; in de St. Laurentius- kerk te Antwerpen en in de kerk van Édegem. waar Mgr. Carton de Wiart het orgel inwijdde. In Zuid-Afrika werd een vijftal or gels geleverd, in Amerika staat in een drietal Gereformeerde kerken (Pretoria. Cicero en Hol land) eveneens een orgel van de fa Pels. En dezer dagen ontving de jubilerende firma twee op drachten voor de bouw van kerk orgels voor de Memorial Chapel van de universiteit van Michigan en voor de universiteitskapel van Illinois. Ook naar Indonesië (Bandung) Mexico. Belgische Congo en Lu xemburg vonden de orgels van de fa. Pels hun weg. Export Bij het begin van de na-oor- losse periode kwamen de firman ten voor nieuwe problemen te staan. Sinds 1909 was het bedrijf gevestigd aan het Verdronken- oord. Toen de firma echter ook ging exporteren, deed zich de behoefte gevoelen aan een grote montagehal, waarin de orgels ge heel konden worden opgebouwd en beproefd, alvorens naar het buitenland te worden verzonden. Deze montagehal, in 1948 aan het Wolfpad gebouwd met een op pervlakte van 10 bij 20 meter en 12 meter hoog. werd volgens het acoustisch ontwerp van ir. B. J. A. Pels ingericht en kan een uni cum op dit gebied genoemd wor den. De heer Bernard Pels die de firma oprichtte 50 jaar geleden. Ir. Pels. die in '48 aan de Technische Hogeschool afstudeer de als natuurkundig ingenieur, kreeg hier ook een laboratorium tot zijn beschikking, waar de nieuwste vindingen op het gebied van de geluidstechniek konden worden toegepast. Op dit labora torium ontwierp ir. Pels ook het systeem van de vijf vrije com binaties. dat hij in 1949 voor het eerst toepaste op een orgel voor de R.K. kerk te Vreeswijk en daarna op het orgel voor de St. Hippolytuskerk te Delft, een or gel met 3807 pijpen en een speel tafel met drie klavieren. 53 re gisters omvattend het grootste orgel tot dusver door de fa. Pels gemaakt. Een orgel van de fa Pels is niet een fabrieksproduct zonder meer; elk orgel op zich is een schepping van een bouwmeester, een kunstenaar op het gebied van de klanken en het geluid. Niet voor niets maakte de fa. Pels ook een tweetal orgels voor de R.K. Muziekschool te Utrecht, een orgel voor het Conservato rium van de Leergangen te Til burg en het orgel voor Sint Pau- lus-Abdij der Benedictijnen te Oosterhout. Een vererende op dracht kreeg de fa. Pels ook in 1950 van de Teyler's Stichting te Haarlem, waarvoor zij in samen werking met prof. dr. A. D. Fok ker, curator van het physisch kabinet dier stichting een orgel maakte met twee klavieren van elk 319 toetsen, waarbij het sys teem- van de middentoonstem ming werd toegepast naar de be rekening van de 17de eeuwse physicus Christiaan Huygens. Dit orgel, waarop elk octaaf 31 toet sen omvat, en dat niet op het gehoor gestemd wordt, doch met behulp van een toongenerator en een kathodestraal oscillograaf. maakt het mogelijk in alle toon soorten met veel grotere zuiver heid te spelen dan op gewone or gels mogelijk is: het leent zich dan ook speciaal voor oude com posities. zoals van Sweelinck en Hurlebusch. Dit zuiver-weten- schappelijk werk werd door ir. Pels op voortreffelijke wijze uit gevoerd; het instrument, dat enig is in de wereld, bevindt zich in het Teyler's Museum te Haarlem. Talrijk zijn de kerken in ons land. waar een orgel van de fa. Pels bijdraagt tot de luister van de eredienst. In 1928 reeds kreeg de katholieke kerk op Ameland een orgel van de fa. Pels en het was de tegenwoordige kardinaal de Jong. toen professor te Rij zenburg. die een feestpredikatie hield. In 1950 wijdde Mgr. Hui- bers het door de fa. Pels ge maakte orgel in voor zijn vroe gere parochiekerk aan de Chas- séstraat te Amsterdam. Niet alleen in Alkmaar. Heiloo en Bergen, doch ook in de verste provincies van ons land staan de orgels, afkomstig uit de ateliers van de jubilerende firma. De or gels in de katholieke kerken te Hoorn en Enkhuizen werden evenals zovele elders door de fa. Pels gerestaureerd. De firma Pels, die in 1928 bij haar zilveren jubileum met tien man werkte, geeft thans werk aan circa vijftig man; in 1950 werd reeds een gedeelte aan de nieuwbouw van 1948 toegevoegd en binnenkort hoopt de jubi lerende firma haar bedrijf aan het Wolfpad wederom uit te breiden om onderdak te ver schaffen aan de nas-opgerichte metalen orgelpijpmakerij. In 1935 werd te Lier (België) een filiaalbedrijf van de firma Pplc crpcfipVif Óp 14 September 1950 bracht Z.K.H. Prins Bernhard een be zoek aan deze bekende Alkmaar- se industrie; hij werd toen rond geleid door de directeur, de heer Ant. Pels en diens zoon. ir. B. J. A. Pels, en toonde grote belang stelling voor dit interessante be drijf. dat de naam van Alkmaar en Nederland tot ver over de grenzen heeft uitgedragen. i 'i bept emoer laoü Loonde fries Bernhard tijaeas zijn bezoek aan Alkmaar ook zijn belangstelling voor de orgelfabriek. Tussen het Rijk en de provincie Noordholland vinden onderhandelingen plaats betreffende de verbetering van de provinciale weg Amsterdam-Purmerend- OosthuizenHoorn. Na deze verbetering zou de ge noemde weg voorshands voldoende geschikt kunnen worden geacht om hel doorgaande verkeer langs deze route op te nemen, zodat de aanleg van de op het Rijks wegenplan onder no. 7 vermelde weg van het overeen komstige gedeelte uitgesteld kan worden. Hierin is een financieel voor deel gelegen, daar de aanleg van dit rijksweggedeelte wegens de slappe ondergrond zeer grote kos ten met zich mede zou brengen: bovendien zou veel cultuurgrond aan zijn bestemming worden ont trokken. De aanleg van genoemde rijksweg zelf is geeri punt van onderhandeling met de provincie geweest: deze aanleg zou, indien hij werd ondernomen, geheel ten laste van het Rijk komen. Aanvankelijk is in analogie met andere gevalen van de zijde van het Rijk een bijdrage toegezegd in de bedoelde wegverbetering op grond van de begrote kosten, en wel tot een percentage van 60 pet. Naar aanleiding van een na der vertoog van Gedeputeerde Staten van Noordholland wordt evenwel aan dit college bericht, dat het Rijk 60-pet. zal bijdragen in de werkelijke kosten van twee onderdelen van het werk, waar van de plannen reeds in details zijn uitgewerkt, terwijl het Rijk zich voorts ten aanzien van het overblijvende gedeelte van de verbetering in beginsel, doch vrij blijvend, bereid verklaart op de zelfde voet mede te werken. Naar mag worden aangenomen, zal de provincie Noordholland met deze regeling instemmen en de werken aan de twee bedoelde onderdelen dit jaar aanvangen, waardoor spoedig de slechtste gedeelten van het traject verbeterd zullen zijn. In verband met de grote waar schijnlijkheid datde verbetering van de bestaande weg aangevan gen zal worden, ingevolge een overeenkomst tussen Rijk en pro vincie, zijn alsnog geen plannen ontworpen van wat te doen zou staan, indien die overeenkomst niet tot stand zou komen. Een spoedige verbetering van gedeelten van de route Amster damHoorn is voor het verkeer van groot belang: uit hoofde van het verschaffen van werkgelegen heid bestaat echter geen behoefte aan de uitvoering van grote wer ken in deze streek. Deze mede delingen heeft minister Algera op schriftelijke vragen van de com munist Gortzak gegeven. 99 99 Polder binnen een week droog DEN BURG. Gisteren is het gat in de dijk van de Texelse pol der „de Eendracht" gedicht. De werkzaamheden konden bij gun stige waterstand worden ver richt. Op 1 Februari des morgens te acht uur had de dijk het be geven. Er was een 130 m. breed gat ontstaan waardoor de 240 ha. grote polder volstroomde en de landerijen hier en daar tot 1.80 m. onder water kwamen te staan. Men hoopt nu de polder binnen een week te hebben drooggema- i len. ran de Stichting oud'politieke delinquenten Naar wij bij informatie bij mr Wolthuis te GroAingen vernemen, is zijn uitleg van het vonnis, dat door de Kantonrechter te 's-Gra- venhage is uitgesproken in de door deze Stichting tegen de Staat en tegen dr W. Drees aanhangig gemaakte procedure over de slui ting van het oorlogskerkhof in de Peel, dat de Kantonrechter de Stichting niet heeft gekwalifi ceerd als een verboden vereni ging. Volgens mr Wolthuis zal de Stichting derhalve haar werk zaamheden blijven voortzetten. Periodieke keuring van onderwijspersoneel (Van onze parlementaire redacteur) De Tweede Kamer aanvaard de gistermidddag z. h. st. het wetsontwerp inzake bescherming van leerlingen tegen de gevol gen van besmettelijke ziekten (periodieke keuring van onder wijspersoneel). Een amendement Peters (kvp). dat de Kamer wil de inschakelen voor het geval de in, de wet genoemde termijn van twee jaar zou moeten worden bekort, werd ingetrokken. Mi nister Cals zei toe dat in dat geval eerst de betrokken organi saties zullen worden gehoord. Het is gebleken, dat sommige mensen van de naam der meest getroffen gemeenten en van de nood der slachtoffers van de wa terramp een „handig" gebruik en tevens een deugd weten te ma ken. Een deugd. voor zichzelf dan. Want, wat te denken van iemand, die, hoe dan ook in Sta- venisse verzeild geraakt, de Ford fabrieken in Amsterdam opbelt en, zich uitgevend voor de loco burgemeester, aan de directie vraagt of deze voor het zo zwaar getroffen Stavenisse twee perso nenwagens en een vrachtwagen ter beschikking wil stellen. Wat de directie in Amsterdam natuur lijk niet weigerde. De wagens zouden naar de Di- foga-garage te Bergen op Zoom worden gestuurd, bij welke gara ge de „loco-burgemeester" van Stavenisse 's nachts present was. Of de wagens uit Amsterdam er al waren? In Bergen op Zoom wist men van niets. Toen 's an derdaags de wagens inderdaad arriveerden, meldde zich later weer een andere „loco-burgemees ter" van Stavenisse, die de chauf feurs van de uit Amsterdam ge arriveerde wagens weer naar Mo- kum terugbracht. De vraohtwagen werd per boot naar Stavenisse vervoerd, hoewel de twee ver schillende loco-burgemeesters van Stavenisse natuurlijk wel te den ken hadden gegeven. Toen zich daarop de volgende dag weer een andere „loco-burgemepster" meld de met het verzoek of de Difoga een auto ter beschikking wilde stellen, werd het de directie in Bergen op Zoom toch wel wat te gortig, temeer daar het vermoe den was gerezen, dat loco-burge meester 2, die de chauffeurs met een Opel naar Amsterdam had ge- nam mr H. A. J. Reumer gis termorgen, in verband met het bereiken van de pensioengerech tigde leeftijd, afscheid als advo caat-generaal bij het Haagse Ge rechtshof; werden drie Amsterdammers, wegens het importeren van por nografische lectuur, veroordeeld tot betaling van geldboeten. Twee van hen kregen f 500.en de derde f 300.boete; wordt in de gemeente Ede onder de boeren een actie ge voerd om bij de minister, op grond van hun godsdienstige overtuiging, te protesteren tegen de inenting van rundvee tegen mond- en klauwzeer; zal hedenmiddag in het Rijks museum te Arasterdam de ten toonstelling „De Nederlandse let terkunde in honderd schrijvers" worden geopend, die tot 7 April a.s. te bezichtigen zal zijn; hebben vertegenwoordigers van de regeringen van Zweden en Nederland, tijdens hun besprekin gen van 18 tot 24 Februari, een accoord bereikt, dat thans ter goedkeuring aan beide regerin gen zal worden voorgelegd. Drie van zes Indië-deserteurs, die op 1 Februari te Schoon hoven in voorarrest zaten en dadelijk hun diensten voor hulp verlening in het rampgebied aanboden. stonden Woensdag voor de krijgsraad te velde West terecht. Deze Amsterdamse jongens, behorende tot een groep van 1700, die in 1946/48 weigerden naar Indonesië te vertrekken en die eerst drie maanden gele den gearresteerd konden wor den, zagen hun dienstvaardig heid beloond met een half jaar vermindering van straf. Omdat zij dadelijk hadden aangepakt en zich te Ouderkerk aan de IJssel en elders flink ge droegen, vorderde de auditeur militair tegen twee hunner, die van inschepingsverlof waren weggebleven, zes maanden ge vangenisstraf met aftrek van voorarrest. Tegen de derde deserteur werd een jaar met aftrek gevorderd De auditeur-miltair zeide, dat deze verzachting van straf, in het licht der daden van de ver dachten bij de watersnood, op haar .plaats was. Dr. mr. dr. W. Schuurmans Stekhoven, verdediger van de drie deserteurs, was het met deze opvatting eens. De krijgs raad velde aan de eisen con forme vonnissen. Eind Maart zullen de ander» drie deserteurs van deze groep vrijwillige helpers voor de krijgs raad terecht staan. De Officier van Justitie bij de Amsterdamse rechtbank Mr H. J. van Nouhuys heeft gistermiddag tijdens de be handeling van een zaak tegen een autobestuurder, die er van verdacht wordt zijn wagen onder zodanige invloed te hebben bestuurd, dat hij hiertoe niet meer naar be horen in staat was, gezegd, dat de verdachte zijn weige ring zich aan de bloedproef te onderwerpen niet mocht worden verweten. „De president heeft zojuist ge zegd, dat verdachte, als hij wer kelijk nuchter was, juist het be wijs -van zijn onschuld had kun nen leveren door zich aan een bloedproef te onderwerpen", zeide mr. Nouhuys, „doch tenslotte eist de wet niet van een verdachte, dat hij zijn onschuld bewijst, integen deel, de wet stelt, dat het Open baar Ministerie, in dit geval dus ik zelf, het bewijs van zijn schuld moet leveren. Dat bewijs wordt mij soms geleverd door het resul taat van de bloedproef, soms ook door de verklaringen van getui gen, die de verdachte autobe stuurder zijn wagen slingerend over de weg hebben zien rijden. In deze zaak heeft de verdachte de bloedproef geweigerd. Even min zijn er getuigen, die met ze kerheid kunnen zeggen, dat hij dronken was, zodat ik geen be wijs heb en derhalve vrijspraak vraag". Het betrof hier geen alledaagse zaak, want naar de officier voorts mededeelde, was zij aanvankelijk door hem geseponeerd. Later ech ter was deze strafzaak echter toch doorgezet en wel op last van de procureur-generaal. Terecht stond „een der meest vooraanstaande geheime agenten, die tijdens de bezetting tot twee maal toe in ons land aan een pa rachute is neergelaten", zoals de president, mr. M. J. Hutschler, bet tijdens de zitting uitdrukte. In de verdachtenbank stond de 32-jarige P. T„ tegenwoordig aquisiteur in Den Haag. Op zijn borst droeg hij de Militaire Wil lemsorde. Op de morgen van 22 Novem ber j.l. kwam deze P. T. op de Rozengracht te Amsterdam met zijn wagen in aanrijding met een wielrijdster, die lichte verwondin gen aan haar knieën bekwam. „Op het bureau Marnixstraat begreep ik aanvankelijk niet, dat men mij als verdachte beschouw de", vertelde T. gistermiddag. „Ik was even te voren een restau rant bij de Westermarkt binnen gegaan, omdat ik moest opbellen en had als vertering één glas bier gedronken". „Toen ik de bestuurder onder vroeg", vertelde een als getuige gehoorde agent van politie, „rook ik de lucht van sterke drank, waarop ik hem heb gevraagd mee te gaan naar het bureau". „Op het bureau", vervolgde de voormalige geheime agent, „zei de brigadier mij: ga maar op dat bankje zitten. Ik dacht, dat hij dit beleefdheidshalve zei en ant woordde dus: i'k blijf wel even staan. Ik was nog zenuwachtig van de aanrijding, waarbij ik erg geschrokken was. Maar toen wer den er harde woorden gezegd en een agent begon mij op het bank je te drukken". Uit verdere verklaringen ter te rechtzitting bleek nog, dat daarna harde woorden waren gevallen en de verdachte „een emotioneel man" volgens zijn verdediger uitlatingen had gebezigd als „het is hier nog erger dan in Bergen Belsen". „Gezien het feit, dat deze ver dachte in 1941 in Amsterdam op onaangename wijze kennis heeft gemaakt met de politie", zei de president, „is dit misschien niet te excuseren, doch wel ietwat be grijpelijk. Hij is in dat jaar be wusteloos geslagen". „Daarna sloten ze mij in een cel op", vervolgde verdachte. „Toen de dokter kwam heb ik plotseling geweigerd me aan die bloedproef te onderwerpen. Ik had er eenvoudig geen zin meer in. Ik kan er niet goed tegen om in een cel te worden opgesloten". De dokter, als getuige gehoord, verklaarde, dat verdachte zeer opgewonden was en naar drank rook. Enige zekerheid over 't feit of hij „onder zodanige invloed was, dat hij zijn auto nietmeer naar behoren kon besturen" kon hij echter niet geven. De rechtbank zal op 11 Maart uitspraak doen. VALETTA, Malta, 25 Febr. (A.S.) De Nederlandse tor- pedobootjager „Piet Hein", onder bevel van kapt. ter zee A. H. W. von Freytag Drabbe heeft van daag op de thuisreis van Korea Malta bereikt. Gedurende de negen maanden in de Koreaanse wateren heeft de „Piet Hein" ruim 45.000 mijl afgelegd en bijna 4000 granaten op de vijand afgevuurd. bracht, deze wagen op dezelfde manier bij de G.M.C. had losge kregen als loco-burgemeester 1 de wagens bij de Fordfabriek. Een vermoeden, dat bewaarheid werd, toen de politie in de zaak ge mengd was. Deze aohterhaalde de Opel, verlaten, bij St. Anna- land. Door de interventie van de (heuse) burgemeester van Sta venisse is de vrachtwagen thans in Stavenisse gebleven. Vervolg van pag, 1. Aan deze tijd van sociale werk zaamheid van het eerste uur, waarin problemen aan de orde kwamen, die onze generatie eigenlijk al voor een belangrijk deel niet meer begrijpt, hebben de heren Oud (V.V.D.), Stapel kamp (A.R.) en mej. Tendeloo (P.v.d.A.), bij het debat van de afgelopen week nog eens terecht herinnerd. „Ik denk in het bij zonder", aldus mej. Tendeloo, „aan de ellendige toestanden in de tachtiger jaren ten aanzien van de arbeid van vrouwen en kinde ren. Er kwamen arbeidsdagen voor van 19 uur, waarna de huis vrouwen nog haar gezin moesten verzorgen. Een toen gehouden parlementaire enquête bracht aan het licht, dat kinderen van 4 en 5 jaar de meest gewenste arbeids krachten in het textielbedrijf wa ren, omdat die zodanige afmetin gen hadden, dat ze onder de ma chines konden kruipen om het afgevallen wolpluksel op te ra pen De arbeidswetten van 1889 en 1911 hadden dan ook betrekking op de arbeid van vrouwen en kin deren. De arbeid van de man liet de overheid nog ongemoeid. Zulks voelde men nog teveel als een aanslag „op de vrijheden van arbeid". Maar de ontwikkeling ging voort. In 1911 werd ook al de motie-Aalberse in de Tweede Kamer aanvaard, die de gedach ten bepaalde bij de tien-urige arbeidsdag voor de arbeider. De naam Aalberse, die hier voor het eerst opduikt, bewijst andermaal, dat de voorstelling alsof de sociale ontwikkeling niet vanuit de ka tholieke en christelijke politieke visie werd gestuwd, zeker niet juist is. Wei is juist, dat hierbij in eigen kring nog grote weer standen moesten worden overwon nen. Maar men bedenke dat het, toen veel meer dan nu, ging om een radicale ombuiging van ge vestigde gedachten en inzichten. Het dramatische en grootse van deze strijd vindt men belichaamd in de figuur van de christelijke sociale werker, minister Talma. Hij probeerde de arbeidstijd van de arbeider te regelen door mid del van afzonderlijke wetten. Zijn beroep op het christelijke kamp om de weg van de nieuwe ontwikkeling te gaan, bij de be handeling van de Ziektewet, komt ons tegemoet als een stem uit een ver overwonnen verleden, maar het houdt anderzijds toch ook nog zeker een aanwijzing in voor de huidige, daarop aanslui tende taak van de christelijke partijen: „Wij hebben aan de rechterzijde het geloof gehad, dat aristocraten en democraten samen konden werken en ik heb jaren lang in 'het volk gestaan en ik heb met innige overtuiging tegen de mensen gezegd: gij kunt er"op aan, dat wij er ons voor zullen zetten en dat wij de behoeften, die opkomen in ons maatschap pelijk leven in vervulling zullen brengen. En nu geloof ik, dat de rechterzijde zich wel tienmaal mag bedenken, voordat zij dat vertrouwen, dat het volk in haar heeft, zal beschamen". (Slot volgt). Gistermorgen is het stoffelijk overschot van pastoor L. H. Wanna in het priestergraf te Obdam bijgezet. De hoogeerw. deken H. J. Kuyper verrichtte de absoute. Naast hem de wel- eerw. heer kapelaan C. v. d. Wel. Vele priesters en gelo vigen woonden de plechtig heid bij.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noordhollands Dagblad : dagblad voor Alkmaar en omgeving | 1953 | | pagina 5