llarinus van der Lubbe Marinus van der Lubbe EK DE GAL LEVER OP Een proces een vonnis ;g mij, in welke betrek- Associated Press tot de nse regering stond en ik ie: „In geen enkele." ïeer Oatis", zei hij wan- pporteur, die er bij was, gevoel hebben gehad, zaak had verknoeid, nu rieur, de kapitein, het i gevonden tussen beide en nu barstte hij uit. :rok zijn gezicht, fronste brauwen en krijste me dat werd vertaald als: schurk". Hij beschuldig- van. dat ik op mijn ver terug kwam. gener tijd ondervroeg de over een kaart, die bij llen gevonden was. Het verlofpas van de school 'apanse taal van de mi- ;eheime dienst te Ft. 1944 korte tijd geweest in Minnesota. Ik was ang naar een overeen- school aan de universi- vlichigan, waar ik mijn i het Japans een jaar Ofschoon met een n de militaire geheime is ben ik nooit bij die rkzaam geweest, want iiging van de cursus uit de militaire dienst Zaterdag 26 September 1953 Pagina beval de kapitein mij, ichool en de mannen die 1 gekend te schrijven en le mij met een schrijf- en sigaretten naar mijn ondervraging van de avond kwam ter sprake, Vtwood tegelijk met mij geweest, maar dat wij aar nooit hadden ont- er 24 uur later legde de mij een uitvoerig docu- r en zeide: „onderteken naken." behoeft U geen zorgen (Wordt vervolgd.! •ede e toewijding ger stillen rtuig ied m van tobben cenning 1 van een kippenhok icht iw (fr.) its in Siberië ingdrank iig htig ■tal er in N.-Brabant roord iroord ing kruiswoordraadsel no. 21228 rONTAAL: 2 kroon, 7 lakei, 14 etter, 15 rups, i, 19 smid, 20 stop. 23 prei, 29 raat, 30 pond, 2 ree, 33 Edam, 36 meer, 41 erica 42 elke, 43 paar, 48 rood, 51 étage, 55 i reden. 60 rente. CAAL: 1 vier, 2 klap, k, 5 o.e., 6 nier. 7 Peru, 10 ae, 11 tram, 12 hand, mber 17 directeur, 18 d, 19 Sappenneer, 20 sr, oa, 24 prooi, 26 ro, 27 I, 33 ed, 34 dr, 35 aa, 37 39 re, 43 pret, 44 ader, 47 Isar, 49 orde, 50 dood, ad, 54 de, 56 re, 57 en •e verhouding W aterschappen VVENHAGE, 25 Sept. j vernemen ligt het in nemen van de minister keer en Waterstaat een e in het leven te roepen, al dienen te adviseren het financieel herstel waterschap wezen. (Advertentie) t »s moreens „kiplekker" uit bed springen. g moet uw lever een Uter gal wanden doen stromen, anders w voedsel niet, het bederft, rerstopt, wordt humeurig en n de plantaardige CARTER'S LLETJES om die liter gal ken en uw spijsvertering en op natuurlijke wijze te regelen, aardig zacht middel, onover- i de gal te doen stromen, r'a Leverpilletjes. taalregels weer eens na- i zeg hem. dat hij dit trouwen moet doen, arna krijgt hii geen tijd m moet hij de vaat was- gewoonlijk, als hii zijn eens had kunnen luch- >n hii hartelijk te lachen Phii éen sigaar aan. ;r maar niet naar zon ijgezel en zoek 'n vrouw- lat je naar je hand kunt n dat niet de baas over ts als Else dus?" stelde r en maakte dat hii weg- vant Else had naar de r gegrepen. ni 5 Lewis las op het kaar de jongste bediende hem gebracht had: Joe Perkins farmer - Sydney tiet hij eruit, Percy?" jrovinciaal!" zei de jong- al de minachting van de deling ten opzichte van ere rijksgenoten. :o. Laat mijnheer straks men, als ik bel. Zeg. dat t ogenblik in een drukke tie ben." verdween. n een boom, als ik snap, die vent bii mij komt", ewis. En die gedachte ima'al niet gek. was 32 jaar. Hij scheen at kapitaal van zichzelf •n. want hii zag er altijd it en werd in de chiqste [©den aangetroffen, jaar geleden was hij uit :s gekomen en had in een haast verlopen prak- -genomen. Maar hij deed 1 moeite om die omhoog sn. (Wordt vervolgd). Op Maandagavond, de 27e Februari 1933, 's avonds om 9.15 uur, werd de Ber- lijnse brandweer naar het Rijksdaggebouw aan de „Platz der Repnblik" geroepen. Daarmee begon het drama, dat de Pruisische minister president Göring had uitge dacht, om aan de communistische agitatie het hoofd te bieden. Tien posten van de Berlijnse brandweer rukten uit, onmiddellijk gevolgd door een grote politiemacht. De omgeving van het Rijksdaggebouw werd afgezet. Niemand kon het gebouw nog binnenkomen of verlaten, zonder door het cordon te moeten. Het verkeer werd langs andere banen geleid. Toen de „schupo's" en de brandweerlieden het gebouw binnendrongen, vonden zij daar een man, die onmiddellijk toegaf de brand te hebben gesticht. Hij maakte niet één ogenblik de indruk, zichzelf volkomen bewust te zijn van de gebeurtenissen. Bij de ondervraging verklaarde hij lid te zijn van de Neder- 'andse communistische partij. Onder strenge bewaking werd hij naar het politie bureau bij de Brandenburger Tor overgebracht en opgesloten. Het was de vier en wintig-jarige metselaar Marinus van der Lubbe uit Leiden. Om 10 uur stond de koepel an de Rijksdag in lichtelaaie. Duizenden Berlijners hadden :ich rond het gebouw en in de uinen van de nabij gelegen ,Tiergarten" opgesteld om iets van de brand te kunnen zien. Later was het gehele dak één vlammenzee. Het vuur scheen van de zalen beneden naar bo ven te zijn doorgevreten en was tenslotte door het dak aan de oostzijde gebroken. De ver- Donderdag, 21 September 1933, [hans twintig jaar geleden, des morgens om negen uur, begon te Leipzig het proces tegen de vijf verdachten van de Rijksdagbrand: vier Bulgaren, een Duitser en 'n Nederlander. Het eindigde met het doodvonnis van de Nederlander: Marinus van der Lubbe. Van der Lubbe stierf op 10 Januari 1934 onder de valbijl. Dat zegt men tenminste. Of werd Marinus van der Lubbe niet onthoofd? Daar is bij tijd en wijle sprake van geweest. Ieder een weet thans wel, dat zowel de Rijksdagbrand als het proces van der Lubbe door de nazi's op touw was gezet om de commu nisten in Duitsland tot de laatste man en de laatste cel uit te roeien. Wat dat betreft, hebben Hitier en zijn trawanten hun doel bereikt. Nog geen drie jaar later was het communisme in Duits land als partij uitgeroeid. De pro paganda, die van het proces-van der Lubbe uitging, bezorgde de nazi's een klinkende stembus overwinning en tevens de macht om met de Gestapo door te drin gen tot in de kleinste communisti sche organisatie. In een tijd, dat er tussen de Duitse Gestapo en de Russische GPOE al een hartelijke samen werking bestond zou het van der Lubbe zijn geweest, die als rode stroman moest optreden. Alle schuld voor de Rijksdagbrand op zich nemen onder de geheime belofte, dat hij na het proces on der een andere naam onverlet had kunnen leven. Of was deze van der Lubbe door de Gestapo zo bewerkt, dat hij volkomen apatisch slechts bekende en be kende.... tot de valbijl zijn leven beëindigde? Nu, twintig jaar later, is voor deze vragen nog geen oplossing gevonden. Nu, twintig jaar later, worden wij opnieuw geconfron teerd met processen als dat, waar in van der Lubbe figureerde: de willoze verdachte, zichzelf be schuldigend van de zwaarste mis daden, zichzelf vernietigend.... Het is goed, nu, na twintig jaar, nog eens stil te staan bij dat ge beuren in een land. waarover het Hakenkruis juist vol-uit ging wapperen. Ook in dit verleden ligt voor het heden een les. LEO DERKSEN gaderzalen, wandelgangen en perskamers waren volkomen vernietigd. In het gebouw zelf, waren die avond slechts weinig men sen werkzaam. De portier en wachters waren hun rondgang nog niet begonnen. Om tien uur was ook Hitier gearriveerd in gezelschap van von Papen, Frick en Göring, welke laatste de leiding van het blussingswerk op zich had genomen. Gepantserde politie auto's reden in de omgeving. De Politieke Politie onder lei ding van de chef Diels, stelde een onderzoek in. Het verhoor van Van der Lubbe Op het politiebureau aan de Brandenburger Tor begon men aan het verhoor van Marinus van der Lubbe. Men publiceerde dit verhoor en de daarin verkregen gegevens, met een nauwkeurig heid, die enkel argwaan kon op wekken; een nauwkeurigheid die deed vermoeden, dat al deze ge gevens reeds lang vóór de brand bekend waren. Van der Lubbe bleek in het bezit te zijn van een Nederlands paspoort en een be wijs van lidmaatschap van de communistische partij. Hij was bleek en volkomen apathisch. Hij herhaalde voortdurend niets an ders dan zijn gesuggereerde zelf beschuldigingen. De avond van de brand was hij gekleed in een donker werkpak en een pelerine jas. Hij had zwart haar dat ver ward neerhing over zijn smal bleek gezicht. Twee uur achter een werd hij verhoord, om elf uur werd hij overgebracht naar het hoofdbureau van politie. Nog maals verklaarde van der Lubbe, dat hij de brand had gesticht. Toen men hem vroeg naar de motieven van deze daad, ant woordde hij: „Wraak aan het in ternationale kapitalisme". Bovendien verklaarde hij reeds eerder pogingen om brand te stichten, te hebben ondernomen. Namen van de opdrachtgevers of medeplichtigen weigerde hij te zeggen. Al spoedig echter publiceerde de politieke politie duidelijke fo to's van hem om te weten te ko men met wie hij gewoon was om te gaan. Een beloning van 20.000 mark werd uitgeloofd voor dege ne, die belangrijke inlichtingen kon verschaffen. Het web om van der Lubbe scheen nauwkeurig te zijn gewe ven. Hij was er in verstrikt ge raakt. Hij zou boeten op het po dium, dat anderen voor hem had den opgericht. Het Pruisische ministerie haast te zich hierna, deze brand de erg ste te noemen, die ooit was voor gekomen. Er waren vierentwintig brandhaarden ontdekt, die ver spreid waren van de kelder tot de koepel. Teerpreparaten en brandende fakkels waren tussen leren stoelen, drukwerk en hou ten betimmeringen gestopt, die alle tegelijk moesten zijn aange stoken. De politie had bovendien personen met brandende fakkels in het gebouw zien rondlopen. Niettemin bleef van der Lubbe herhalen, dat hij geen medeplich tigen had gehad. In de morgen van de 28ste Fe bruari (de dag van de brand) werden tachtig arrestaties ver richt. Onder de arrestanten be vonden zich afgevaardigden en leiders van de communistische partij. Het blad „Berlin am Mor gen" werd in beslag genomen. De gehele communistische rijks dagfractie werd gevangen geno men, waaronder de leider Törgler en zijn adjudant Konen. Verder werd beslag gelegd op materiaal van de communistische partij (K.P.D.) en de oude socialistische partij (S.P.D.). Het bureau „Vor- warts", het hoofdkwartier van de S.P.D. werd bezet. Alle commu nistische bladen en kranten wer den in geheel Pruisen voor vier weken verboden en later ook in de andere districten; de S.P.D.- bladen ondergingen voor veertien dagen hetzelfde lot. Bepaalde ar tikelen van de grondwet werden buiten werking gesteld, waardoor de vrijheid des persoons, de vrije meningsuiting en de persvrijheid evenals het recht van vergaderen, werd opgeheven. Het brief-, tele gram- en telefoongeheim werd vernietigd. Voor beslaglegging, huiszoeking en beperking van eigendommen werden alle forma liteiten opgehevén. Hierdoor kwam geheel het openbare leven onder controle van de „bevoeg de" instanties. Dit alles was het gevolg van een rapport van -de Rijkscommissaris van het Pruisi sche Departement, Göring, over het materiaal, dat ontdekt was in het „Karl Liebknecht Haus". Dit hoofdkwartier van de commu nistische partij was enige tijd vóór de brand door de nazi's be zet. Uit de stukken, die daar Popoff, student en Taneff, schoen maker. De „Manchester Guardian" publiceerde later een opmerkelij ke verklaring van een Bulgaarse diplomaat, Kosta Todorov, die gezant te Belgrado was van '19 tot '23 en eerste gedelegeerde van Bulgarije bij de Volkenbond in '22 en '23. Todorov verklaarde 'n politiek tegenstander te zijn van de communisten en van Dimitroff in het bijzonder. Todorov zei: „Dimitroff is beslist een fanati cus, maar hij is een volstrekt moedig man. Hij en ik zijn vijan den en zullen dat altijd blijven, maar dit is geen reden om zijn karakter niet te respecteren. Di mitroff is aan deze brand on schuldig. Indien hij wordt ver oordeeld, zou dit justitiële moord zijn". Deze verklaring was de inlei ding van een offensief, dat^ de wereld zou ondernemen om' de ware achtergronden van de Rijks dagbrand openbaar te maken. Een offensief, dat slechts tragisch was, omdat het verloren ging in het geschreeuw van Hitler en in de comedie van de „rechtspraak", die later zou volgen. Het feitenmateriaal, dat de Zweedse advocaat Branting en de Franse schrijver Romain Rolland over de brand hadden verzameld, veroorzaakt een briefwisseling tussen deze beiden en de „Ober- reichsanwalt" dr. Werner. Zij vragen om toelating van buiten landse verdedigers en dan blijkt uit het antwoord van de procu reur-generaal, dat buitenlandse verdedigers alleen kunnen wor den toegelaten tezamen met een Duitse verdediger. Dat de verdachten niet menswaardig zou den zijn behandeld, wijst de pro cureur-generaal verontwaardigd van de hand. Inmiddels echter waren aan de verdachten Duitse verdedigers toegewezen, omdat zoals het Rijksgerechtshof te Leipzig het motiveerde de verdachten zelf nog geen verdediger hadden geko- Met een plattegrond van het Rijksdaggebouw erbij moet van der Lubbe (de gebogen figuur rechts) bewijzendat'hij op 24 plaatsen brand stichtte kon met grond veronderstellen, dat zij in de Duitse regering za ten Het proces Op Donderdag 23 September begon het proces in het grote ge bouw van het Rijksgerechtshof te Leipzig. De bewakingsmaatrege len waren scherper dan anders. Er werd druk gepatrouilleerd; de visitatie van de bezoekers was zeer streng. Dertig telefooncellen waren nabij de zittingszaal ten behoeve van de pers ingericht. Voorbereidingen waren getroffen om gedeelten van het proces te verfilmen en uit te zenden door de radio. De vrouw van Törgler en de stiefbroer van van der Lubbe za ten op de publieke tribune. Even „Beste Rinus, De familie heeft in onderhan deling gestaan met mr. Pauwels, om je- te laten verdedigen. Zij heeft echter thans het volle ver trouwen aan meester Stomps ge geven. In de krant stond, dat je iedere verdediging afwijst, maar we verzoeken je dringend Stomps als verdediger aan te nemen. Hij staat niet in dienst van een poli tieke partij en zal je belangen zo verdedigen als je het zelf wenst. Ik schrijf dit in naam van de ge hele familie, die je hartelijk groet. Simon". Dan wordt van der Lubbe vlak voor de groene tafel gebracht. Hij staat roerloos; zijn armen hangen zouden zijn aangetroffen, zou zijn gebleken, dat het land zich in groot gevaar bevond, een gevaar, dat een onmiddellijk handelen vereiste. Zo zou het bewijs zijn geleverd, dat Törgler niet alleen met van der Lubbe, maar ook met andere brandstichters enige uren vóór de brand in het ge bouw was samengeweest. Intussen was van der Lubbe de gehele nacht door verhoord. Hij bleef roerloos en bleek. Met het hoofd tussen de schouders gaf hij verwarde antwoorden op de vra gen die hem werden gesteld. Hij sprak zacht, bijna fluisterend. Soms scheen hij een ogenblik overeind te willen springen, maar onmiddellijk daarop viel hij weer terug op de stoel. Er kwam bijna niet anders dan een monotoon herhalen van zelfbeschuldigingen van zijn lippen. Ook het feit, dat hij alleen was geweest en nie mand anders bij hem was geweest, sprak hij steeds weer opnieuw uit. Soms maakte hij vermoeide gebaren, die bijna schrikachtig aandeden. Hij gaf toe, behalve de Rijksdag, op 25 Februari, ook het gebouw van Maatschappelijk Hulpbetoon te Neuköln, het Ber lijnse Stadsslot en het Berlijnse raadhuis in brand te hebben ge stoken. In het gebouw voor Maat schappelijk Hulpbetoon en het Raadhuis, had hij de ruiten in gegooid en daarna brandende vuurmakers naar binnen gewor pen. Hij erkende, dat h(j in ver binding stond met de Duitse communistische partij. Later bleek dat hij al sinds lange tijd teen lid meer was. Hij bekende a i. wat men hem vroeg, behalve één ding: hij erkende niet, dat hij medeplichtigen had gehad. Toen hij eindelijk werd teruggebracht naar zijn cel, was hij uitgeput. Hij viel neer op de matras en sliep onmiddellijk. De wereld in beroering Langzaam, zeer langzaam kwam de wereld in beroering. Traag,- maar onloochenbaar zeker, vatte de overtuiging post, dat de ach tergrond van deze brand anders was, dan het driftig geschreeuw der nazi's wilde doen voorkomen. Achter de snel opeenvolgende re devoeringen van Hitier en Göring, waar luid het communisme werd aangewezen als de ondermijner van het staatsbestel, school enkel de machtswellust van een dicta tor. Het was de „Manchester Guar dian", die onder de kop: „Wie was de schuldige?" een artikel publiceerde, waarin de Rijksdag brand werd besproken en beweer dwerd, dat de ware schuldigen in de Duitse Rijksregering zaten. Onder de verdachten bevonden zich toen behalve van der Lub be en Törgler ook nog drie Bulgaren: Dimitroff, schrijver, Bleek, voorovergebogen en apathisch luistert v.d. Lubbe tijdens het proces naar de be schuldigingen, die tegen hem worden ingebracht. Fluiste rend zal hij alles bekennen. zen. Volgens de wet moesten deze gekozen worden uit de te Leip zig gevestigde advocaten. Zo kreeg van der Lubbe de advocaat Seuffert toegewezen en de drie Bulgaren werden toevertrouwd aan dr. Teichert. De Rijksdagafge vaardigde Törgler, kreeg op zijn verzoek de advocaat dr. Sack te Berlijn. Intussen had de Procureur Ge neraal om toezending verzocht van het door dr. Branting en Ro main Rolland verzamelde feiten materiaal. Er had zich een inter nationale enquête-commissie ge vormd, die de zaak van de Rijks dagbrand onbevooroordeeld zou bestuderen. Daarin had behalve dr. Branting ook zitting de Pa- rijse advocaat de Moro Giafferi, het Nederlandse Tweede Kamerlid mevr. mr. Bakker-Nort en nog een aantal buitenlanders. Romain Rolland antwoordde op het verzoek om toezending van de documenten, dat deze zouden worden doorgezonden, zodra de garantie was gegeven voor vrije, onafhankelijke verdediging, als mede voor openbaarheid van de behandeling. Ook -dr. Branting eiste vrije keuze van verdediging voor de beschuldigden en het vol ledig recht der verdachten, zich met de verdedigers te onderhou den, zonder aanwezigheid van derden. Verder vroeg hij vrijgelei de en veiligheid voor de getuigen, die door -de internationale com missie zouden worden opgeroepen. Inmiddels had de familie van van der Lubbe zich tot mr. Francois Pauwels gericht, met het verzoek de hoofdverdachte in het proces te verdedigen. Dan, op 25 Augustus 1933 wordt de datum van het proces vastge steld. Het zal worden gehouden in Leipzig en aanvangen op Donder dag, 21 September, 's morgens om precies negen uur. Het dossier be staat uit 35 delen, de acte van be schuldiging beslaat 230 pagina's. 110 getuigen zullen worden ge hoord. Opnieuw wordt op 31 Augustus nogmaals gezegd, dat van der Lubbe volledig heeft be kend en dat hij dus zal worden aangeklaagd, beschuldigd van hoogverraad en andere misdaden. In het vooronderzoek zijn vijf honderd getuigen verhoord. De wereld intussen nam steeds klemmender stelling tegen het proces, een poppenspel, waarin van der Lubbe slechts een mario net was. In Amsterdam stelde een internationale juristencommissie op 6 September een onderzoek in naar karakter en verleden van van der Lubbe. De Duitse procu reur-generaal verbrak de brief wisseling met dr. Branting. Als antwoord daarop namen vijftien duizend burgers op een congres te Parijs een motie aan, waarin het proces-van der Lubbe een ver krachting van waarheid en recht genoemd werd. In Londen werd een schemer-proces gehouden te gen de verdachten van de Duitse Rijksdagbrand. De uitspraak moet na de deskundige betogen van de beste juristen een slag in het gezicht van Berlijn geweest zijn: van der Lubbe was geen lid van een communistische partij, maar juist een tegenstander er van. De Bulgaren werden volko voor negen uur kwamen de be- slap langs zijn lichaam. Hij is klaagden de zaal binnen. Van der Lubbe staarde recht voor zich uit, de andere ver dachten zagen de zaal rond. Vóór de beklaagden namen de verdedi gers plaats. Seuffert voor van der Lubbe, dr. Sack voor Törgler en Teichert voor de drie Bulgaren. Van de 120 getuigen waren er de eerste dag slechts zes opgeroepen. Mr. Francois Pauwels had een te- tegram van van der Lubbe ont vangen, waarin deze hem mee deelde, dat hij mr. Pauwels niet als verdediger wenste.-De familie van van der Lubbe had zich daarna met mr. Stomps te Heem stede in verbinding gesteld en van der Lubbe een brief gestuurd, deze advocaat wel te aanvaarden. Na de opening van het proces las de president Böhmer een brief voor van van der Lubbe, dat hij ook mr. Stomps niet als verdedi ger aanvaardde. Deze eerste dag van het proces is van der Lubbe zwijgzaam. Hij geeft slechts verwarde en korte bleek. De president vraagt hem naar deze brief: „Hebt u de laat ste dagen van Uw verwanten een brief ontvangen, waarin u wordt aangeraden, meester Stomps als verdediger te nemen?" Van der Lubbe zwijgt. Zijn hoofd schijnt nog dieper weg te zakken tussen de hoog opgetrok ken schouders. Hij antwoordt ten slotte: „Nee". Wanneer de vraag wordt her haald, zegt hij fluisterend: „Ja". Uiteindelijk zegt hij: „Ik wil mr. Stomps niet als verdediger". Politiek spel in het spionnetje Dit hele proces blijkt overigens niet anders dan een politiek spel tussen twee ideologieën. Het Leip- ziger gerechtshof is de arena waar dit spel wordt gespeeld met al de Wie is Marinus van der Lubbe? Hij is geboren de dertiende Januari 1903 te Leiden, zoon van rondtrekkende kooplieden. In 1927 sluit hij zich aan bij de communistische partij. Hij col porteert met blaadjes en is betrokken bij relletjes, waardoor hij meermalen met de politie in aanraking komt. Bij het Maat schappelijk Hulpbetoon te Leiden heeft hij ruiten ingegooid en eenmaal gaat hij de wethouder van Sociale Zaken te lijf. In het voorjaar van 1931 ontmoet hij de communist Holwerda, met wie hij plannen maakt om naar Rusland te gaan.. Zij zullen in hun onderhoud voorzien door de verkoop van ansichtkaar ten. Later echter, trekt Holwerda zich terug en v. d. Lubbe gaat alleen. Hij komt niet verder dan Berlijn, waar hij door de politie wordt opgepakt en over de grens gezet. Opnieuw in Leiden sluit hij zich aan bij de Internationale Communisti sche Partij. Meermalen treedt hij in debat met. de fascist Baars. Drie weken vóór de brand, wordt van der Lubbe uit het Academisch Ziekenhuis te Leiden ontslagen, waar hij onder behandeling is geweest voor een oogkwaal. Van beroep is hij metselaar. Deze figuur hadden de nazi's uitgekozen om te fun geren als de fanatieke bedreiger van de nationale vrede. Een figuur, die tè tragisch was om deze beweringen een waarheids karakter te geven. Van der Lubbe zou nooit de morele moed voor een dergelijke daad hebben kunnen opbrengen. Zijn levensloop getuigt misschien van temperament, maar zeker niet van standvastigheid in zijn politieke overtuiging. Hij was niet anders dan 'n ontspoorde geest, die bevrediging zocht in agitatie. antwoorden. Zijn hele levensge schiedenis zal worden nagegaan: zijn revolutionaire ideeën worden scherp uitgepluist. Voor van der Lubbe schijnt het alsof al deze dingen hem voorbijgaan. Met ge bogen hoofd zit hij tussen de wachten. Het gehele proces door blijft hij deze roerloze, bijna stompzinnige figuur en geeft zach- -te, gefluisterde antwoorden. De familie van van der Lubbe heeft inmiddels een telegram ge stuurd aan Hindenburg om te zorgen, dat de door hen aan van der Lubbe geschreven brief in zijn bezit komt. Uit de verslagen in de kranten hebben zij gelezen, dat Marinus ook mr. Stomps heeft geweigerd en leiden daaruit af, dat hij de brief nooit heeft ont vangen. Van der Lubbe zelf, zal sinds de aanvang van het proces niet meer eten. In een latere zitting komt het telegram aan Hinden burg ter sprake en de brief van men onschuldig bevonden, evenals'de familie, waarin het volgende Törgler. De schuldigen dan? Men werd gescheven: verbetenheid, die maar enigszins te bedenken is. Van der Lubbe is daarin slechts de schamele fi guur. Herhaaldelijk worden er ge beurtenissen aangehaald, waaruit blijkt, dat van der Lubbe geen der andere verdachten ook maar een keer had ontmoet. Wanneer de verdediger van van der Lubbe aan Taneff vraagt of hij van der Lub be wel eens heeft ontmoet, begint van der Lubbe luidkeels te lachen. Taneff antwoordt, dat hij van der Lubbe niet kent. Later, bij het verhoor van Po poff is van der Lubbe nog slechts een wrak. Hij zit weggedoken in de beklaagdenbank, het hoofd op de borst. Hij geeft geen enkel ant woord meer. Weer later is hij plotseling opgewekt. Hij lacht te gen de bewakers, die hem binnen brengen. Een dokter heeft hem in de gevangenis onderzocht. Deze getuigt, dat hij gezellig met van der Lubbe heeft gepraat. Dr. Sack de verdediger van Törgler, stelt voor de vertegenwoordiger van de „Telegraaf", Johan Luger, te ho ren, die daarbij tegenwoordig was. De lichamelijke toestand kon de heer Luger niet beoordelen. Het gesprek was echter nogal eenzij dig geweest. Van der Lubbe had enkel met Ja en Nee geantwoord; de armen hingen slap langs zijn lichaam. Dagen worden later besteed aan de branden in het gebouw voor Maatschappelijk Hulpbetoon te Neuköln en het Raadhuis te Ber lijn. Nauwkeurig wordt nagegaan op welke wijze van der Lubbe deze branden heeft gesticht. Tien tallen getuigen worden daarbij gehoord. Pas later, veel later, komt de eigenlijke Rijksdagbrand ter sprake. Van der Lubbe bekent. Hij bekent alles wat hem wordt gevraagd. Enkel het feit, dat hij alleen is geweest blijft hij hard nekkig volhouden. Hij legt precies uit hoe hij naar binnen is geklommen, door het raam, en op welke wijze hij de brandhaarden heeft aangelegd. Alleen Dimi troff protesteert tegen de gang van zaken. President; Bent u die avond alleen naar binnen geklom men? Van der Lubbe: „Ja." President: „Hebt u de Rijks dag alleen in brand gestoken?" Dimitroff roept: „Dat is uit gesloten, onmogelijk, idioot." President: „Wees stil, ik ont neem u het woord. Ik vraag u nog eens, van der Lubbe, hebt u de Rijksdag alleen in brand gestoken?" Van der Lubbe: „Ja." Het O.M.; „We hebben dit nogal eens geprobeerd, maar ik wil dit niettegenstaande nog eens vragen: Hebben ande ren de daad voorbereid? Heb ben anderen u geholpen?" Van der Lubbe: „Dat kan ik niet zeggen". Dimitroff: „Hij wil niet toe geven, dat hij een werktuig is." Dr. Sack (verdediger van Törgler-: „Dimitroff is van me ning, dat van der Lubbe een misbruikt werktuig is geweest van anderen." (Dimitroff: „Juist.) Ik acht het mijn plicht de procureur-generaal daarop te wijzen. Dood door de valbijl Tijdens de laatste zitting van het Rijksgerechtshof, op 23 De cember 1933, werd Marinus van der Lubbe wegens hoogverraad, gepaard met brandstichting ter dood veroordeeld. De andere be klaagden werden vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Van der Lubbe werd ter dood ver oordeeld door een wet met terug werkende kracht, die op 28 Fe bruari, de dag na de brand, in werking was gesteld. Het verzoek van de Nederlandse regering, de straf om te zetten in levenslang, werd afgewezen. Dinsdagavond, de 9e Januari 1934, werd aan van der Lubbe medegedeeld, dat president von Hindenburg geweigerd had hem gratie te verlenen. Van der Lubbe stond roerloos, rechtop in zijn cel. Hij luisterde met dezelfde apathie als gedurende het proces. Toen men hem vroeg of hij geestelijke bijstand wenste, bleef hij zwijgen. Woensdagochtend om zes uur werd hij gewekt. Hij werd gescho ren en vervolgens naar de bin nenplaats van de gevangenis ge bracht. Daar waren aanwezig: de officier van justitie, de voorzitter van de Senaat, drie rechters en een vertegenwoordiger van de Staat. Zonder aandoening luis terde van der Lubbe naar het voorlezen van het doodvonnis. Hij wiegde traag heen en weer alsof hij elk ogenblik zijn even wicht kon verliezen. Toen men hem vroeg of hij nog een ver klaring wilde afleggen, schudde hij ontkennend het hoofd. Ge willig volgde hij de beul naar het schavot, waar een geestelijke enige gebeden verrichtte. De terechtstelling door de val bijl duurde dertig seconden. In de tijd, die daaraan voorafging, had van der Lubbe niet meer ge sproken. Drie dagen voor zijn verjaardag werd hij vermoord, door dezelfde groep, die hem als willoos werk tuig had meegevoerd door de gan gen onder het Rijksdaggebouw: die samen met hem het gebouw in brand stak en hem toen alleen achterliet om opgevangen te wor den door de politieke politie, zo als dit na de oorlog in het proces te Neurenberg, duidelijk is komen vast te staan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noordhollands Dagblad : dagblad voor Alkmaar en omgeving | 1953 | | pagina 9