Talloze K.L.M.-ers brachten
gisteren een laatste groet
Waar de mensen-eter ij het
prikkeldraad uitspaart
Ned. bloemisten ongerust
over snijbloemen-uitvoer
P.T.T. gaat met eigen
posttreinen rijden
Jaren lang leefde het
rijke vrouwtje met haar
kostbare spulletjes, de poes
en de twaalf cactussen in
haar knusse huisje, zonder
dat er iets gebeurde. Op
een goede dag scheen het
PUZZLE
Het verscheiden van Dr Plesman
Ook krans van ivitte bloemen
namens H.M. Koningin Juliana
„Driewieler' in
Monte Carlo-rallye
Belgische beperkingen
Munitiebergplaats
in Havelte ontdekt
Zegt Dir.-Gen. Neher in Nieuwjaarsrede
POES PEPITA REDT EEN
KOUS MET GELD
Op verkenning in Nieuw Guinea (II)
In Tanah Merah ivorden geïnfiltreerde
kolonelsen generaalsuit Indonesië
op de maat der uren geluchtaan het
werk gezet en gevoed
Dinsdag 5 Januari 1954
Pagina 5
oordpuzlle 290
jersoon
ler
reniging
)am
:he aanduiding
l
'r.)
:r
Italië
ndelijk
d (Fr.)
d
esse
edicht
n
gte
d
:inse rijk
iS
niddel
Limburg
:he aanduiding
iet
e
lar getal
G KRUISWOORD-
DSEL No. 289.
TAAL:
al; 5 koren; 9. gi.i;
2. st: 13. netel; 16.
t; 20. ri; 21. oa; 22.
4 al; 25. me; 26. ra;
32. artis; 33. etage;
itie: 40. ge; 41. vesta;
n
^L:
pij: 3. aster; 4. 11: 5.
7. es; 8. nt: 11. ab;
li; 16. ko; 17. melig;
na; 26. riant; 27. as;
jel; 31. deken; 34. at;
re: 38. aa: 39 id;
Unie van 1945
1 betalingen
(5 opgerichte schade-
maatschappij ,.De
de" te 's-Gravenhage,
lige tijd in moeilijk-
erde deelt mede. dat
leten besluiten haal
verder voort te zet
lij kertiid de betalin-
:n Onderzocht wordt
kansen bestaan, dat
toekomst met credi-
>n regeling wordt ge-
etie ter beurze
West Shore
ay Company
van 11 Januari zul-
rze van Amsterdam
worden certificaten
in coupures van dol-
t. eerste hypothecaire
ir 1 Januari 2361 ten
West Shore Railroad
i eerste koers zal, re
ende met een eventu-
enkele kosten, worden
>p basis van de koers
k per 8 Januari. (Op
r was de koers 59%
bekend is de West
ad sedert 30 Juni 1952
n de New York Cen-
l Co.
an ik je onmogeli.ik
Ik dacht dat het weer
om een twintig pond
tappen verwijderden
et laatste wat Phil en
arden was de driftige
nker Frans, die her-
;p: ..Het moethet
ders ben ik verloren.'
ring was verbroken,
maar teruggaan naar
n op en gearmd lie-
zaam. terug,
oorzaak van die be-
zei Else opeens. „Zo-
Trans in de zaal ver-
d het gezicht van de
jomber. Het was aan-
te zien hoe Patricia
am haar echtgenoot
goede stemming te
gelukte haar ook wel
maar haar broer
ipzettelijk als een.er-
longen aan en hield
dere zwager openlijk
Geen wonder dus,
e gasten het een piin-
vonden."
heb ik een zekere
izoor dat jongmens,"
vermoed, dat hu er
denkt als ik en het
ijk vindt, dat ziin
ige zuster aan een
roppeld is."
en de balzaal binnen,
rave had hoopvol op-
lar toen hij za? wie
kreeg ziin gezicht
argelijke uitdrukking.
3Ü" zei de oude Lady
■n haar hartsvriendin
field. Driemaal heeft
nd naar de deur ge-
r een paartje binnen-
telkens werd hii te-
(wordt vervolgd)
's-GRAVENHAGE, 4 Januari De leden van het personeel
van de K.L.M. hebben vandaag een laatste groet gebracht aan
de overleden directeur dr. Plesman. Zij deden dit, tezamen
met vele vrienden en andere personen, die met de overledene
in betrekking hadden gestaan, door een stille gang langs het
stoffelijk overschot, dat was opgebaard in de hal van het
hoofdkantoor van de K.L.M. aan de Badhuisweg.
De hal was ingericht als chapelle
ardente. In het halfduister brand
den kaarsen, vier stille vlammen,
waarvan het schijnsel speelde op
de talloze bloemstukken, welke
rondom de baar waren geschikt.
In de nis achter de baar hingen
de kransen, afkomstig van het
gezamenlijk personeel en aan de
voet rijgen zich de bloemen aan
een, die een laatste groet sym
boliseerden van directies van bui
tenlandse luchtvaartmaatschap
pijen, van leden van het corps
diplomatique en van vele vrien
den en bekenden, een lange rij
van bloemen, die zich langs de
muren voortzette tot in de vesti
bule, waar zich het borstbeeld
bevindt van de overleden direc
teur. Naast de baar had zich een
erewacnt opgesteld van leden
van het vliegend personeel in
uniform, een erewacht waarvan
de samenstelling voortdurend
werd gewijzigd. Voor de baar
was een kussen geplaatst, waar
op de onderscheidingstekens,
waarmede dr. A. Plesman tijdens
zijn leven was begiftigd.
In lange rijen trok het perso
neel van de verscheidene afde
lingen van 't hoofdkantoor langs
het stoffelijk overschot het
personeel werkzaam op Schip
hol arriveerde tegen de middag
en tussen de lange rijen per
soneelsleden voegden zich vele
anderen, bekenden en onbeken
den, bij welke eerste categorie
zich bevonden luitenant-generaal
I. A. Aler, de professors C. W.
de Vries en W. Schermerhorn.
Om even over half elf brachten
een kort bezoek de zoon van de
overleden directeur, de heer A.
Plesman, een schoonzoon van de
overledene en de weduwe van
de andere zoon Hans Plesman.
In het hotel de Wittebrug, gele
gen tegenover het hoofdkantoor
van de K.L.M., werd gelegenheid
gegeven tot het tekenen van een
register, waarvan vele gebruik
maakten.
Koninklijke belangstelling
Hedenmiddag om vijf minuten
over vier heeft ritmeester Bi-
schoff van Heemskerck, adjudant
van H.M. de Koningin en eerste
stalmeester bij het departement
der kon. stallen, in opdracht van
H.M. Koningin Juliana en Z.K.H.
Prins Bernhard, in de hal van
het hoofdgebouw van het K.L.M.-
kantoor aan de Badhuisweg te
's-Gravenhage een grote krans
gelegd bij de baar van dr. A.
Plesman. De krans was van witte
bloemen en voorzien van linten
met daarop de initialen van H.M.
de Koningin en Prins Bernhard.
Ritmeester Bischoff van Heems
kerck werd in het voorportaal
van het hoofdgebouw begroet
door leden van de directie van
de K.L.M., namelijk de heren
von Balluseek, Slotemaker en de
algemeen secretaris van der Wiel.
LONDEN De Britse luite
nant-kolonel Michael Crosby is
druk bezig aan de voorbereiding
voor zijn deelneming aan de
Rallye van Monte Carlo.
Hjj zal die rijden in zijn mini-
car op drie wielen. De voorbe
reiding gebeurt met militaire
nauwgezetheid. Tot 18 Januari
oefent hij op de moeilijke wegen
in de Schotse bergen. De autori
teiten van de Rallye erkennen
de inschrijving van Crosby niet
officieel, omdat hij met een drie
wieler komt, maar, zo heeft
Crosby gezegd, ik heb wel hun
medewerking. Hij vertrekt 18
Januari met de andere Britse
deelnemers naar Le Touquet. De
maximum-snelheid van zijn wa
gen bedraagt 80 km. per uur. De
Rallye schrijft voor de totale af
stand van 3200 km. een gemid
delde snelheid voor van 60 km.
Crosby denkt die te kunnen
halen. Zijn mede-rijder is de
Britse kapitein T. Mills.
Helicopterverbinding
RotterdamRuhrgebied
ROTTERDAM, 4 Jan. Volgens
mededeling van de voorzitter, mr
K. P. van der Mandele, in de he
denmiddag gehouden vergadering
van de Rotterdamse Kamer van
Koophandel, zullen er de volgen
de week op uitnodiging van de
Handelskamer te Duisburg afge
vaardigden naar Duisburg gaan,
teneinde besprekingen te voeren
over een helicopterverbinding tus
sen Rotterdam en het Ruhrgebied.
's-GRAVENHAGE, 4 Januari.
De onrust in kringen van de Ne
derlandse bloemisterij over de
situatie van de uitvoer van snij
bloemen naar België wordt steeds
groter. De beperkingen, die tij
delijk aan de Nederlandse uit
voer naar België werden op
gelegd, duren onverminderd
voort, zonder dat uitzicht op ver
betering bestaat.
Sedert 1949, toen door de Bel
gen minimum-uitvoerprijzen voor
bolbloemen werden geëist en
1950, toen op gesneden tulpen en
narcissen resp. heffingen van 45
en 30 cent per bos werden ge
legd, duurt deze affaire reeds.
In datzelfde jaar werd in Bene-
luxverband tot vrije uitwisseling
van sierteeltproducten besloten,
maar in April 1951 was het weer
mis: België voerde contingente-
rmg in. Na overleg op hoog ni
veau werd tot een heffing van
12 percent met aflopend karakter
over hoogstens drie jaar besloten
onder de afspraak, dat België po
sitieve maatregelen zou nemen
om het verschil in kostprijzen
van de snijbloementeelt in België
en Nederland weg te nemen. Van
Nederlandse zijde werd nog toe-
gezegd, dat exporteurs minstens
vijftien percent winst zouden ne
men, dat zij vier percent voor
verpakking en vracht zouden be
rekenen en dat Nederland over
net totaal van de uitvoer een half
fer«mt vrijwillig zou afstaan om
m België propaganda voor snij
bloemen te voeren.
Onder druk van Belgische pro
pten werd in Juli 1953 toch
weer een contingentering inge-
u*op 75 Procent van het ge-
'cnt van de uitvoer in overeen
komstige perioden in 1952. Deze
i, ''Proefneming" werd stilzwijgend
gecontinueerd, hoewel zij maar
j er maanden zou duren. Inmid-
kroggebracht ^ichtspercentage
i.P,eze kwestie zit vele Neder-
nase producenten van snijbloe-
u jr! zeer hoog. Naar hun mening
oben de Belgen vrijwel niets
gen. Zij treffen geen markt-
ordenende maatregelen en publi
ceren geen bruikbaar cijfermate
riaal.
De ontevredenheid in de Ne
derlandse bloemisterij groeit met
de dag. Steeds sterker wordt de
aandrang in de organisaties om
tot protesten bij de Nederlandse
regering te komen en tegen
maatregelen te eisen. Tal van
kwekers vinden, dat men met
het doen van concessies in Bene-
luxverband reeds veel te ver is
gegaan en dat een snel einde
moet komen aan de kwantitatie
ve restricties. Zeker wil men
helpen om de Belgische verkoop
van bloemen te stimuleren, zoals
dat in Nederland ook geschiedt
door het inrichten van goede
winkels en de zorg voor een goed
geoutilleerde straathandel. Men
voelt er echter niets voor om in
Benelux verband nog langer het
kind van de rekening te zijn, zo
zegt men in kringen van de Ne
derlandse bloemisterij.
Drie meisjes uit
observatiehuis ontvlucht
AMSTERDAM, 4 Jan. Uit het
protestans observatiehuis voor
meisjes „Vechtvliet" aan de Rijks
straatweg te Breukelen zijn Za
terdagavond omstreeks half tien
drie meisjes in de leeftijd van 17
a 18 jaar ontvlucht, de meisjes
hebben in het observatiehuis een
beperkte bewegingsvrijheid. Het
drietal heeft Zaterdagavond tij
dens het afscheid van de heen
gaande directrice kans gezien on
opgemerkt de „Vechtvliet" te ver
laten. De rijkspolitie speurt naar
de meisjes.
Stafchef inspecteur-
generaal Kon. Marine
Bij K.B. is met ingang van 1
Januari 1954 Hr. Ms. Adjudant in
buitengewone dienst kapitein-lui
tenant-ter-zee C. W. T. baron van
Boetzelaar tijdelijk bevorderd tot
kapitein-ter-zee, voor de duur, dat
hij zal zijn belast met de functie
van chef van de staf van de in-
Ritmeester Bischoff van Heems
kerck bracht aan de heer Albert
Plesman jr. in opdracht van de
Koningin en de Prins zijn deel
neming over met het heengaan
van zijn vader.
Herdenkingsplechtigheid
op Schiphol
Ir. F. Besancon, directeur pro
ductie van de K.L.M., heeft des
morgens op Schiphol dr. Plesman
herdacht. De heer Besancon zeide
onder meer: „Onze maatschappij
heeft haar oprichter verloren
wij begrijpen nog nauwelijks wat
dit verlies inhoudt. Maar wij be
seffen een ding: dat wij hebben
geleefd in de nabijheid van een
groot mens".
„Een man als onze baas is niet
te herdenken met woorden. Zijn
levensloop en de redevoeringen
daarover staan nu in alle kran
ten ter wereld. Maar voor ons
was hij het kader, die zonder on
derscheid des persoons een ieder
op zijn plicht wees, als er iets
niet naar zijn zin ging. En dat
was nogal dikwijls".
De heer Besancon herinnerde
eraan dat dr. Plesman eens heeft
gezegd: „De luchtvaart kan niet
stilstaan, wij moeten blijven
groeien, blijven vernieuwen; en
een reputatie die wij na jaren
hebben opgebouwd, kun je in
korte tijd verspelen als je er niet
aan blijft staan". Dat is aldus de
heer Besancon ook de boodschap
die hij ons nalaat: „Blijf aan het
werk, blijf je beste krachten ge
ven, blijf groeien". Dat zijn de
daden die wij aan zijn nagedach
tenis verschuldigd zijn.
Van Duitse oorsprong
HAVELTE, 4 Jan. Aan de
Koningskamp te Havelte, niet ver
van de korenmolen, hebben om
wonenden vanmorgen een onder
grondse munitiebergplaats ont
dekt, afkomstig van de voorma
lige Duitse bezetting.
Grote voorraden patronen,
granaten, brandbommen enz.
werden bij een summier onder
zoek door de rijkspolitie in te
genwoordigheid van .de burge
meester aangetroffen. De berg
plaats bevindt zich temidden van
door de Duitsers opgeworpen
zandheuvels. Het terrein is voor
lopig onder bewaking gesteld van
de opruimingsdienst. Eerst dan
kan blijken van hoe grote om
vang deze bergplaats is.
Gevaarlijk speelgoed
kwetste 12-jarige jongen
's-GRAVENHAGE, 4 Jan. De
12-jarige L. B. uit de Heemstraat
had van een vriendje een geweer
huls gekregen. De knaap zette de
huls thuis tussen een bankschroef
en draaide deze aan. Een ontplof
fing volgde, die hem op enige
kwetsuren en een wonde in de
arm kwam te staan.
Twee militairen uit
strafkamp ontsnapt
's-GRAVENHAGE, 4 Jan.
Twee gestrafte dienstplichtige mi
litairen zijn Zaterdag ontsnapt uit
het Koninklijk Depót voor disci
pline Willem III-kazerne te Nieu-
wersluis. Eén hunner is gisteren
door de rijkspolitie aangehouden
en ter beschikking gesteld van de
marechaussee, die hem naar Nieu-
wersluis heeft teruggebracht.
Sedaan om de eigen kostprijzen specteur-generaal der Koninklijke
ae snijbloementeelt te veria- Marine.
's GRAVENHAGE, 4 Januari.
Hedenmorgen heeft de directeur-
generaal der P.T.T., de heer L.
Neher, voor vertegenwoordigers
uit het gehele personeel zijn ge
bruikelijke Nieuwjaarsrede ge
houden.
De heer Neher heeft tijdens
deze rede een overzicht gegeven,
van wat er in 1953 bij het staats
bedrijf der P.T.T. was geschied
en heeft stilgestaan bij enkele
problemen van grotere allure,
die de P T.T. in het komende
jaar te wachten staan. Zo heeft
hij vermeld, dat in de toekomst
de P.T.T. met eigen posttreinen
over de hoofdtrajecten hoopte te
gaan rijden en memoreerde dank
baar de totstandkoming van de
PTT-raad en de PTT-kamers. De
heer Neher zeide: Wij zullen het
er niet gemakkelijker mee heb
ben, maar de vraag is niet of wij
het gemakkelijk hebben, maar
of wij het goed doen.
Met genoegen constateerde de
heer Neher, dat de bedrijfsuit-
komsten over dit jaar zo waren,
dat de PTT-ers met elkaar, de
lasten van het bedrijf hebben
mogen verdienen, zodat de belas
tingbetaler in ons land niet een
deel van de gelden, die hij moest
opbrengen, als subsidie in de
tekorten van PTT moest zien
verdwijnen. Verder zeide de heer
Neher, dat de plannen om de
inspecties der posterijen te ma
ken tot postdistricten met een
eigen directeur aan het hoofd,
ongeveer naar analogie der te
lefoondistricten, in de eerste
helft van dit jaar hun beslag
zullen krijgen. De loonsverho
ging, die op 1 Januari van dit
jaar moest worden ingevoerd
betekent voor de PTT een extra
last, die in de orde van grootte
van f14.000.000 ligt, een bedrag,
Ook Rijkspostspaarbank
had gunstig jaar
AMSTERDAM, 4 Jan. Even
als de algemene spaarbanken kan
ook de Rijkspostspaarbank op een
gunstig jaar terugzien. In Decem
ber werd hier 3 millioen ge
spaard, waardoor het jaar met
een positief saldo van 33 min
werd afgesloten. Inleg en terug
betaling beliepen in 1953 totaal
408 min en 375 min. In 1952
werd 11 min gespaard.
Het overschot van 33 min is
een der grootste sinds de geldsa-
nering. Per ulto 1953 bedroeg het
totale tegoed van de inleggers bij
de Rijkspostspaarbank (inclusief
geschatte gekapitaliseerde rente)
1.400 min verdeeld over 4.240.000
rekeningen.
De „witte pokken"
in Den Haag
's-GRAVENHAGE, 4 Jan.
Het aantal gevallen van zoge
naamde „witte pokken", dat zich
in de residentie voordoet, is waar
schijnlijk niet bij het drietal, dat
dezer dagen geconstateerd werd,
gebleven.
Vier personen uit hetzelfde ge
zin zijn vandaag geïsoleerd in een
barak van het gemeentezieken
huis aan de Zuidwal, aangezien
zich bij hen verdachte verschijn
selen voordeden. Er kon nog niet
met zekerheid worden vastgesteld
of het gevallen van witte pokken
betreft. Dit zal gedurende de ob
servatie moeten blijken. De nieu
we patiënten hebben de leeftijd
van 14 tot 20 jaar en zijn uit het
zelfde gezin afkomstig als één der
reeds geïsoleerden.
dat uiteraard ergens vandaan
moet komen. Misschien zal dit
tot gevolg hebben, aldus spr.,
dat er een pleidooi gehouden zal
moeten worden om nog enige
verhogingen in te voeren, omdat
het een eerste eis is, dat de P.T.T.
sluitend werkt.
Ook heeft de heer Neher die
leden van het personeel, die ge
durende de watersnood zeer veel
bijgedragen hebben tot het her
stel van de communicatie met die
gebieden in de ruimste zin van
het woord, waarderend toege
sproken.
Verder heeft spr. enige woor
den gewijd aan de K.L.M., het
bedrijf waarmede de P.T.T. zo
veel te doen heeft op vervoers
gebied en aan de ernstige slag,
die aan dit bedrijf is toegebracht,
door het overlijden van zijn pre
sident-directeur, de heer dr. A.
Plesman.
Lang geleden leefde er
een oud vrouwtje, dat een
kostbare kous bezat. De
kous zelf was eigenlijk zo
heel kostbaar niet; ze was
gebreid van dikke zwarte
wol, zoals zoveel kousen
van oude vrouwtjes in die
tijd. Nee, het ging om iets
heel anders, het ging om
om de goudstukken, die in
die kous waren opgebor
gen. Goudstukken, echte
goudstukken? Ja zeker, het
waren er minstens honderd.
Het vrouwtje had jaren
lang gespaard om ze bijeen
te krijgen en nu, op haar
oude dag, bewaarde ze het
geld zorgvuldig. De kous
lag in de onderste la van
een grote mahoniehouten
kast en die la was altijd
goed op slot. De sleutel
droeg het vrouwtje zelf bij
zich. Zij had haar aan een
zilveren sleutelring han
gen, die aan haar donkere
japon was vastgenaaid.
Een kous met minstens
honderd goudstukken en
een zilveren sleutelringe
tjedat moet een rijk
vrouwtje zijn geweest, denk
je nu waarschijnlijk. Ja,
het vrouwtje was ook rijk.
Ze had de mooiste meubel
tjes in haar huisje staan,
allemaal van het glanzende
roodbruine hout, dat de
mensen mahoniehout noe
men. Haar bed was zelfs
een pronkjuweel. Het was
versierd met kunstig snij
werk en het had gordijnen
van gebloemd fluweel, die
met koorden van gouddraad
konden worden opengetrok
ken. Toch behoorden al
die prachtige dingen niet
tot het liefste, wat het
vrouwtje had zelfs de oude
kous met kostbare inhoud
was niet haar dierbaarste
bezit. Nee, het rijke vrouw
tje hield nog het meest van
haar zwarte poes en van de
twaalf cactussen, die op een
rijtje voor het raam van
haar huisje stonden. De
zwarte poes heette Pepita.
Ze was flink en statig en
zo verstandig als een groot
mens. Ze dacht werkelijk
na, als er iets tegen haar
gezegd werd, dat kon je
duidelijk zien.
Van de twaalf cactussen
is natuurlijk niet zo veel
te vertellen. Ik kan je al
leen zeggen, dat ze allemaal
hoog opgeschoten waren en
erg scherpe stekels hadden.
De een was lang en smal,
de ander juist heel bol en
rond en ik geloof, dat het
vrouwtje veel plezier had
in al die verschillende vor
men. Ze kon er soms wel
een uur lang naar kijken,
terwijl Pepita naast haar
stond, met de poten op de
lage vensterbank. Pepita
tuurde dan even wijs en
even ernstig naar de plan
ten als het vrouwtje. Ja, die
Pepita was een wonderlijke
poes.
Klaas, „dan breng ik
mijn beste breekijzer mee
voor de la van die grote
kast. Eens kijken, of wij die
kous met goudstukken dan
niet te pakken krijgen".
Na deze woorden trokken
ze het venster, dat wat los
geschoten was, weer stevig
naar zich toe. Ziezo, dat zat
weer. Geen mens zou te
weten komen, dat zij met
zijn tweetjes aan dat raam
gepeuterd hadden. Nee,
geen mens zou het weten
Het rijke vrouwtje lag al
lang in haar mooie bed met
kunstig snijwerk en koste
lijke gordijnen en was in
diepe slaap. Maarwie
er niet meer sliep? Pepita,
echter anders te zullen
gaan. Wat gebeurde er
dan? Wel, er gebeurde nog
niets, maar twee sterke
mannen, Kees en Klaas,
hadden boze plannen. Kees
en Klaas waren inbrekers
en misschien begint je
hartje nu al vlugger te
kloppen. Je denkt zeker aan
de oude zwarte kous vol
met goudstukken, die in de
onderste la van de maho
niehouten kast lag? Wel,
daar dachten de twee in
brekers ook aan. Hoe ze
wisten, dat het vrouwtje 'n
kous met zo veel geld had?
Ik zou het je echt niet kun
nen vertellen. Ze wisten het
nu eenmaal enze wis
ten nog meer. Het was die
twee inbrekers ook bekend,
dat het rijke vrouwtje nog
al doof was en dat ze moe
derziel alleen in haar mooie
huisje woonde.
„Een prachtkans", zeiden
zé op een donkere avond
tegen elkaar, „het kan ge
woon niet mis gaan." Ze
stonden op dat ogenblik
voor het raam van het
huisje en duwden er eens
tegen aan, precies zoals het
moest: hard en toch weer
zacht genoeg om niemand
te storen. Het venster schoot
al een eindje open,Dat
gaat gemakkelijk", fluister
den de twee mannen toen.
„Wanneer zullen we?"
vroeg Kees. „Morgenavond
maar meteen" antwoordde
de verstandige zwarte poes.
Pepita was meteen ont
waakt, toen het venster
door de twee inbrekers
werd opengeduwd. Ze had
alles gehoord, wat de twee
mannen met elkaar bespra
ken enze had alles be
grepen. En terwijl het
vrouwtje rustig doorsliep,
tussen het gebloemd flu
weel van haar statiebed,
zat Pepita in haar mand
zwaar te piekeren, de hele
verdere avond en de hele
nacht lang. „Wat moet ik
doen, wat moet ik morgen
avond toch doen?" Zo ging
het door haar wijze poe
zenkop.
DE volgende dag gedroeg
Pepita zich even rus
tig en even waardig als an
ders. Niemand kon aan haar
zien, dat ze de hele nacht
gepiekerd had en dat ze
grote plannen koesterde
voor de komende avond.
Grote plannen? Ja zeker,
Pepita had iets bedacht. Zij
zou die twee inbrekers wel
eens een lesje geven, reken
maar!
Zodra het vrouwtje die
avond naar bed was, gleed
Pepita uit haar mand en
sloop de donkere kamer
door. Waar ging ze heen?
Naar het raam, of liever
naar de vensterbank, waar
op de twaalf cactussen
stonden. Maar die bleven
daar niet staan! Nee, Pe
pita haalde de bloempotten
een voor een weg en zette
ze met haar sterke poten op
de grond, vlak onder het
raam .„Ziezo" fluisterde ze
toen, „dat is alles. En nu
maar wachten". Wel, onze
poes moest heel lang wach
ten, maar ze had geduld.
Ze had zich onder de grote
mahoniehouten kast genes
teld en loerde van daaruit
de kamer door. Behalve
haar ogen spande ze ook
haar oren en hoorde ze daar
niet iets? Jawel, er klon
ken voetstappen op straat,
daarna op het grint en ten
slotte op het grasveldje
voor het huisje.
„Daar heb je ze" dacht
Pepita, terwijl haar snor
haren trildenEven la
ter werd het raam weer
opengeduwd, precies zoals
de vorige keer: hard en
toch ook weer zacht ge
noeg. Vervolgens werden er
twee paar inbrekersbenen
naar binnen gestoken en
toentoen hoorde je op
eens de vreselijkste gelui-
den.„Au, au, oooh aaah, au!"
klonk het en tussen al dat
geschreeuw en gekerm door
begon een poes vervaarlijk
te blazen en te krijsen. Die
poes was Pepita, dat begrijp
je direct. En wie er ver
der zo tekeer gingen? De
twee inbrekers natuurlijk,
die met hun beide kouse
voeten in de scherpe ste
kels van twaalf cactussen
vlak onder het raam waren
gestapt! Zo goed en zo
kwaad ze konden maakten
de twee mannen rechtsom
keer. Ze moesten wel. Er
was teveel lawaai gemaakt
en bovendien konden ze on
mogelijk werken met zulke
pijnlijke voeten. Hè, wat
stak en brandde het in hun
vlees!
Een paar minuten later
was het weer doodstil in het
huisje van het rijke vrouw
tje. Poes Pepita zette de
planten netjes terug op de
vensterbank en trok het
raam heel stilletjes dicht,
terwijl het vrouwtje
zelfdoorsliep. Ze had
niets gemerkt! Ze droomde
heerlijk verder en prakke-
zeerde op het ogenblik
niet over haar kous met
geld. En ook niet over pik
zwarte Pepita, de wijze
poes, die minstens honderd
goudstukken met twaalf
scherpe cactussen had ge
red!
(Van onze speciale verslaggever)
TANAH MERAH Bij ons in Tanah Merah begint de Westerse
beschavening met een gevangenis. Tanah Merah is eigenlijk geen
dorp. Het is een terrein dat in het oerwoud is opengekapt en waar
indertijd een kamp werd aangelegd voor lieden, die het Nederlandse
gezag in Indië onderwoelden: communisten en nationalisten. Moham
med Hatta en Sjahrir waren ook eens ingezetenen van dit verlaten
oord, ver genoeg in de rimboe weggemoffeld om de inwoners te
kunnen laten staan en gaan, waar zij wilden. Overigens was dit
ook zonder veel bewaking, beperkt genoeg. Rondom Tanah Merah,
een eindeloze gordel van oerwoud; naar de dichtsbijzijnde Zuidkust
drie weken oerbos en overal elders nog meer. Geen mens, die met
succes een ontsnapping probeerde. Slechts één groep bereikte de
grens van Australisch Nieuw Guinea en werd vandaar weer prompt
uitgeleverd. Van twee andere groepen werd nooit meer een spoor Tanah Merah bezoeken
teruggevonden. Het is aan te nemen, dat zij door rondzwervende
stammen werden overvallen en opgegeten. In dit gebied van de
Mandobo's houdt men tot op de dag van vandaag nog wel van een
stukje mensenvlees.
leggen. Ze gaat er dag en nacht
meer door het leven. Ze bindt
telkens een nieuw, fris rokje
over het oude heen, zodat het een
dikke laag wordt van wel zes of
zeven. De oudersten slijten van
zelf weg.
Zo zijn de Mandobo's gekleed.
Langs de Digoel huizen de
Djairs, een vissersvolk. De man
nen dragen zogezegd onder- en
bovengoed, nl. een halve dop, een
grote schelp aan een touwtje en
daarover een vezelrokje. Inte-
genstelling met de Muju's en
Mandobo's zijn ze voorzien van
arendsneuzen, welke zij met
mannelijke ijdelheid nog promi
nenter hebben gemaakt door er
overdwars een flink gat in te
boren en dit gat in, stand te hou
den door middel van een bam
boering. Met de oorlelletjes doen
ze hetzelfde. Soms ziet men
Djairs met één oorlel zover uit
gerekt, dat er een servetring in
past. Aan de andere kant is de
operatie gewoonlijkt mislukt en
hangen de oorrestanten er als
vleesdruppels bij. Zo zien ze er
dus uit, de landskinderen, die
Wie in Tanah Merah terecht
komt. valt meteen een aantal
eeuwen terug in de tijd. Hij
stapt vanuit een vliegtuig op 'n
trap, die door een tiental reuzen
van kerels wordt aangezeuld,
mannen uit de gevangenis van
Tanah Merah: drie alom ver
maarde koppensnellers uit het
Mappigebied en een stelletje
Mandobo's, welke wegens moord
en menseneterij hun straf uit
zitten. Rondom de landingstrap
staat een aantal landskinderen
om de grote vogel met de zware
bromstem van nabij te bekijken.
Men ziet altijd andere gezichten
in Tanah Merah. Diep uit de
jungle komt men toegelopen,
sedert men weet dat de poe-
anims (anim is mens, poe is
plof van het geweer) niet boos
meer zijn. En zo staan ze daar:
de Mandobo-mannen en jongens
compleet gekleed in de halve
dop van een pitvrucht, de vrou
wen en meisjes in vezelrokjes.
Een Mandobo of Muju zou in
de grond- zakken van schaamte,
als hij zich zonder die halve dop
zou moeten vertonen. Nu loopt
hij frank en vrij rond want aan
zijn besef van voegzaamheid is
voldaan. Zo is het ook met de
meisjes. Ze zijn nogal van ro_
buuste samenstelling en ziet ze
daar nu voorbijschrijden met
soepele, glijdende gang, de
schouders achteruit en dan het
korte dikke vezelrokje van
voor korter dan van achter
hups op en neer en heen en
weer wiegend. Dit natuurkind is
in de begrippen van haar volk
zeer welgevoegelijk gekleed. Haar
rokje zal ze niet gemakkelijk af-
Maar al ligt bij ons in Tanah
Merah de tijd een paar eeuwen
achter: ze staat er toch niet stil.
Ieder uur slaat de politiepost het
uur op een schor stuk ijzer en
dat wordt herhaald vanuit de
hoge, roestige wachtpoorten
rondom de betonnen gevangenis;
heel de benauwd-hete dag door.
De politieke gevangenen ver
scheidene geïnfiltreerde „kolo
nels" en „generaals" uit Indone
sië worden op de maat der
uren gelucht, aan het werk ge
zet en gevoed, terwijl de gevan
gen papoea's op het land werken.
Het jon,ge, slanke plaatselijke
bestuur, C .H. Stefels, zwaait de
scepter over deze wonderlijk sa
mengeraapte samenleving in
Tanah Merah en bovendien over
het aangrenzende mijngebied met
25.000 zielen op een oppervlakte
zo groot als twee Nederlandse
provincies maar dan bedekt met
rimboe. Hij vertelt ons, hoe het
vroeger bestuur de rondom wo
nende stammen verjoeg en ze
terwille van het kamp ver van
Tanah Merah hield. En wij over
peinzen. dat dit toch wel een
vreemde houding is geweest van
een overheid, welke enkele be
langrijke verplichtingen jegens
die barbaarse bevolking had. De
menseneterij beschouwde men
toen blijkbaar als een omstan
digheid welke enige kilometers
prikkeldraad uitspaarde
De heer Stefels vertelt ons
hoe in de thans veel verbeterde
gevangenis aan de gevangenen
wat Maleis wordt geleerd, hen
enig begrip van hygiëne wordt
bijgebracht en hoe zij leren, hun
spijzen voedzamer klaar te ma
ken. Als zulke lieden vroeger hun
straf hadden uitgezeten, hadden
zij bij terugkomst in het dorp
zoveel overwicht, dat zij als per
soon van aanzien menigmaal
dorpshoofd werden. En heel, heel
langzaam, leert het volk zijn ge
schillen niet zelf uit te vechten,
maar aan het bestuur voor te
leggen.
„Beste luidjes", zegt de pastoor
voldaan en we kijken, hoe een
paar Mandobodames zich voor
ons venster nestelen. Daar de
een als sieraad behalve een
aantal ringen een sluitspeld in
het oor heeft hangen, bied ik er
de andere ook een aan een
kromme uit de luiermand wel
bewust, smaakbedervend te werk
te zijn gegaan, maar toch een
mens zielsblij te hebben ge
maakt.
Een luid gedraaf schrikt ons.
Het zijn de vrije, wilde paaruen
van Tanah Merah, dubbele hit
ten. die hier lopen en vreten
wat ze willen. Ze doen dat al
drie jaar, sinds namelijke de
goudzoeker ze terugstuurde om
dat hij ze wegens gebrek aan
gras niet kon gebruiken op zijn
dwaaltocht door de rimboe.
Daarna ging hun eigenaar met
dragers op stap, waarmee hij
ruzie kreeg, omdat ze in vijan
delijk gebied niet verder wilden.
Hij werd vermoord en opgegeten
Met de gestolen wapens drong
de troep verder door naar een
vijandige stam en maakte daar
nog tien slachtoffers
„Ik wil U niet bezorgd maken"
zegt de inspecteur van politie le
klasse Bouw. „Ik hoor dat U door
de rimboe naar Mindiptana wilt
lopen. U zult wel enkele man
nen van me tegen komen. In een
dorpje voor Mindiptana zijn een
paar dagen geleden twee man
nen gedood en opgegeten en er
is een vrouw ontvoerd. Boven
dien zoeken we naar de rest van
een troep van zeventien, die
voor geld mensen vermoordt en
opeet. Drie er van heb ik al
vastzitten'