COURANT;
Ao. 1798. !9*
NOORDHOLLANDSCHE
QELYKHEIDVR THE ID, BROEDERSCHAP
Van Maandag den 7 Mey.
het vierde jaar der bataafsche vryheid.
NOORD-AMERICA.
Boston den 20 Maart. Er werd onlangs alhier een trcurfpel, A-
Lexandervertoond By het opkomen'van dien Held, riep eender
Vcitoou'ers uit: Welke ftcrveling is groter dan AlexanderV" waarop
men eene Item uit het Parterre hoorde antwoorden:— Buonaparte
Waarop alle de Loges, Galleryen en de bak aanftonds een luid handge
klap aanhieven waar van de Schouwburg bemaalde reizen weergalmde.
FRANSCHE REPUBLIC Q.
Parys den a# April. De verregaande beledigingen die onzen Gezant
Bernadotte te Wenen tn jegend zyn fchynen voornamelyk aan Engelfcltó
aanblazing hunnen oorfprong verfchuldigt te wezen, en Engelfche era
R 1 fifche Onverlaaten tot werktuigen gehad te hebban. Vier uuren lang
heeft het onraad geduurd, voor dat de 1 olicie iets rot fluiting daarvan
gedaan hebbe, en Bernadotte heeft zyn paspoort flechts agt uuren nadat
hy het gevraagd had gekregen, hy is, volgens fommige berichten, naar
R as:advolgens anderen naar lngolflad geweken. Ons Uitvoerend Be-
ftuur heeft deze iy ling niet zonder de levendigfte verontwaardiging ver
nomen het heeft zyne, raadspleging daar over tot laat in den n icht uit-
geflrekten was, zegt men, op de fpoedigfte en kragtdadigfle midde
len van wraakoefening bedacht, toen een courier van den Keizer zelve
afgevaardigd, die biliyke gevoeligheid eenigzins verzagt heeft, zo dat
men nu hoopt dat geene nieuwe vredebreuk daar uit ontllaan zal. Zyne
keizerlyke Majesteit betuigd zyn diep leedwezen over het gebeurde, en
verklaard dat hy gereed is om ons daar voor de doorflaandfte voldoe-
n ng te geven. Noch de Burgery, noch de bezetting van Weenen heb
ben deel gehad aan den aangedaanen hoon; zy zyn daar zeiven niet zon-
chr verontwaardiging getuigen van geweest; het is alles aan dedoortrouw-
looze aanblazingen geflookte woede eener drieste hoop vreemdelingen ea
bandieten te wyten Het zoude mogelyk Engeland al te wel in de hand
gewerkt zynwanneer men het opgedoken zwaard daar voor weder uit
de fchede trok. Zie daar wat wy uit verfchillende beri'hten waarfthyn»
lykst over dit geval hebben kunnen opmaken. Wy hebben ontegen-
zeggelyke aanfpraak op voldoening, op geëvenredigdevoldoening; maar
waare grootheid gaat met edelmoedigheid gepaardenmenschlievenuhdé