„ONS BLAD"
NOGRDERBANK,
BANK - ASSOCIATIE
Fa. W. APPEL Jr.
m umrkii \m eis
LKUll I.kton
Onsier VaSscha Vlag.
ZATERDAG 28 MEf 1921
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon:
DE BONDSVERGADERING
ALKMAAR - HOORN.
Verstrekt crectief
In Rekening-courant en tegen
accept.
2 Zandblad (0 Cts.
Kapitaal en Reserven f 19.500.000.—
VAN DER PÜTT DE VLAM
EINDHOVEN.
Direct: K. VAN MIENES Jr.
Parlementaire kroniek.
No. 19»
14e JAARGANG
r -==««
Abonnementsprijs:
Per kwartaal voor Alkmaar f 2.
Voor buiten Alkmaar - .f2 85
Met Geïllustreerd Zondagsblad 0A0 f hooger.
ADMINISTRATIE Ne. 433
REDACTIE No. 633
Advertentieprijs:
Van 1—5 regels f 1.25; elkerege! meer f 0 25; Reclames
per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor
uitbetaling per plaatsing f 0.60.
irtr» -f nr\r\ r- -ar\r\ z czr\ t or. r. a
Beroemds ,,S£8ëH!8ii3'
Fornuizen Hoil. lizermagazljn v/h.
M. BE WILD, Alkmaar,
Laat over de Boiersiraat.
Utrecht, 28 Mei '21.
Heden is te Utrecht de jaarvergade
ring gehouden van den Aigemeenen
Bond van R. K. Kiesvereenigingen.
Nadat een groot aantal deelnemers
aan de vergadering des ochtends geza
menlijk de H. Mis hadden bijgewoond,
kwam men des middags bijeen in het
gebouw van Kunsten en Wetenschap
pen, waar de voorzitter, mr A. baron
van Wijnbergen de openingsrede uit-
nede baron van
wijnbergen,
ocdert onze laatste bijeenkomst heeft
een gebeurtenis plaats gegrepen, ook
uit politiek cogpunt bezien van buiten
gemeen groote beteeker.is, waarop vóór
alles de aandacht moge gevestigd wor
den. fea
Tot stand is gekomen de Wet van
den 9en October 1920 tot regeling van
het algemeen vormend lager onderwijs,
waarmede een zóó lange en zware
schoolstrijd beëindigd, het gelijk recht
voor allen werd erkend.
God daarvoor dankend, brengen wij
voorts onze eerbiedige Isolde en dank
aan de zoovelen, niet het minst aan
onzen onvergeteüiken Doctor Schaep-
raan z. g. die in groot Godsvertrou
wen hebben gebeden en gewerkt, die
den dag der overwinning niet hebben
mogen aanschouwen, doch door hun
eencrzchtig-krachtig volgehouden ar
beid het ons mogelijk gemaakt hebben
eindelijk te behalen de zegepraal.
blij ft te leeren voor ons uit den
gi oer en schoolstrijd.
ieeren er uit;welke'ontzaggelijke
waarde het voorgeslacht heeft gehecht
aan welke groote offers het heeft
over gehad voor godsdienstig onderwijs.
Aan ons te beseffen, dat het thans
onze taak is de met zoovel moeite tot
stand gebrachte wetgeving't&ienstbaar
te maken aan het katholiek onderwijs
onzer jeugd aan ons te toonen, dat de,
in verhouding tot de enorme sommen,
iie onze voorouders zich moesten ge
troosten, geringe bijdragen, welke
De noodzakelijkheid hiervan springt
aanstonds in het oog bij elk onderdeel
van het staatkundig arbeidsveld.
Al werd op het terrein der lagere
school de strijd beëindigd, wij weten
uit het verleden en uit het heden, dat
bij tenuitvoerlegging van vredesver
dragen vaak niet geringe moeilijkheden
te overwinnen zijn wij weten voorts,
dat ten opzichte van het middelbaar
en van het hooger onderwijs in de tos
komst verschillende gewichtige regelin
gen van financiëelen en van anderen
aard zullen moeten worden getroffen,
een taak, welker volbrenging we het
veiligst achten onder leiding van
rechtsch Bewind.
Wij vernemen meer en meer, dat in
onze'koloniën de meest tegenstrijdige
geestelijke stroomingen zich trachten
baan te breken wij zien een Wester-
sche beschaving, die goeddeels schijnbe-
schaving is gebleken te wezen, pogingen
aanwenden daar toegang te verkrijgen;
aan ons de taak met beleid en met voor
zichtigheid, doch ook met den noodigen
moed en onverschrokkenheid te bevor
deren, dat de valkeren, wier lot wij ons
hebben aangetrokken, niet tot ons
voordeel, doch in hun belang, dan ook
de rechtmatige belangstelling onder
vinden aan ons de taak hei mogelijk
te maken, dat de zegeningen van het
Christendom, ons geschonken, geleide
lijk worden meegedeeld aan de mil-
iioenen daar, die er thans nog van ver
stoken zijn.
Noodig is voorts een blijvend samen
gaan der christelijke partijen, opdat
onze sociaal-politieke arbeid kunne
worden voortgezet.
Overbodig er aan te herinneren, dat
ook aan sociale wetgeving, wil zij duur
zaam ons volk ten zegen zijn, ten grond
slag moeten liggen de christelijke be
ginselen, terwijl juist daar het gevaar
zij het onbewust geleidelijk af te
dwalen, ongetwijfeld grooter is dan op
het terrein van het onderwijs.
Noodig derhalve juist daar te voeren
thans nog gevorderd worden voor» de S principieele politiek.
zoo allerdringendst noodige instellingen
vo:r k t'mliek middelbaarfea voorberei
dend hooger onderwijs, gaarne gegeven
word?
Wij loeren er uit, dat ook op politiek
terrein slechts successen behaald wor
den onder bekwame, rustige, vooruit
ziende, doelbewuste leiding, ten koste
van degelijke studie, van harden,
moeitevollen arbeid, en in het voortdu
rend uit gansch de actie blijkend besef,
dat telkens slechts het dan bereikbare
onmiddellijk moet worden nagestreefd,
teneinde op die wijze stap voor stap
doch zeker te bereiken het doel, dat
men zich heeft gesteld.
Wij leeren er eindelijk uit, tot welke
zegenrijke resultaten voor gansch ons
volk een eendrachtige arbeid der katho
lieken, in coalitie met de beide andere
christelijke partijen heeft geleid, nu op
een terrein, waar de politieke strijd ja
renlang het brandendst was, ten slotte
het recht aan hun zijde werd erkend, en
in de zegepraal van het recht de funda
menten van den Staat steeds steviger
bevestigd worden.
Indien er iets derhalve is, wat de be
ëindigde schoolstrijd ons te zeggen
heeft, is het te blijven volgen de lijn,
waarlangs de katholieke partij zich
jarenlang bewogen heeft, vast te hou
den aan de Christelijke coalitie.
Met voldoening mogen wij wijzen op
hetgeen door de christelijke partijen
werd tot stand gebracht op sociaal-poli
tiek terrein, Welnu, die lijn, de lijn der
christelijke democratie, moet worden
doorgetrokken, zonder afwijking.
En naarmate de sociale arbeid voort-
schriidt, zal de politicus telkens een
nieuwe taak te vervullen krijgen.
Zoo zien wij in de aanhangige voor
stellen tot Grondwetsherziening demo
gelijkheid neergelegd aan andere orga
nen dan tot dusverre verordenende be
voegdheid te geven, en alzoo het voor
uitzicht geopend, om, zoodra de ont
wikkeling der maatschappij 't gedoogen
zal, een sociaal-politieke ordening tot
stand te brengen, tien-tallen jaren
reeds zoowel van katholieke als van
christelijke zijde voorgestaan, en in
degelijke studie en noesten arbeid
steeds meer en meer voorbereid.
Waar zoo de zaken staan, is duidelijk
ook met het oog op onze sociale wet
geving een samen blijven der rechtsche
partijen van groot belang. En voor zoo
verre deze den laatsten tijd in eigen
kring met tegenwerking mocht zijn
bedreigd, hetzij door hen, die terug
zouden willen naar den tijd, waarin de
Christelijke Democratie nog geen baan
zich gebroken had, hetzij door hen,
die tot het andere uiterste overslaand,
Alle drukwerken zender uitzondering
WÏ3&AGT PSSiJS,
een zeker niet minder gevaar opleve
ren, mag worden vertrouwd, dat
zullen worden ter harte genomen
de vaderlijke vermaningen aan beide
categorieën toegediend door den Mi
nister van Arbeid, in diens rede onlangs
in de Eerste Kamer gehouden, waar-,,
mede katholieke Staatspartij on-
getv i'feld an heeler harte heeft inge
stemd.
Zouden wij dus voortgaand ge
makkelijk kunnen aantoonen, hoe elk
onderdeel van ons arbeidsveld vraagt
trouw te blijven aan de tot dusverre
gevolgde politiek ook uit algemeen
oogpunt bezien is zulks van niet minder
belang.
Nog steeds is alom ter wereld de toe
stand onzeker, en vraagt men zich met
bezorgdheid af, wat de toekomst bren
gen zal.
Welnu, wie ziet, dat zij, die aan het
Christendom zoo beslist mogelijk te
genover slaan, alom trachten meer
en meer naar voren te komen, ander
zijds vast overtuigd is, dat slechts in
het Christendom der volkeren heil te
vinden is, zal niets onbeproefd mogen
laten teneinde de Christelijke begin
selen te doen zegevieren ook op staat
kundig terrein.
Zeker, in de eerste plaats ter eere en
ter liefde Gods, Wiens naam openlijk
te belijden en te doen belijden, ook in
het openbare leven, ons steeds heerlijke
taak wezen zalrnaar dan ook in 't
belang van ons volk, in 't belang van
Staat en Kerk, van maatschappij en
htlisgezin. Bij de verwarring op heden
in het staatkundig leven, vinden we de
oorzaak zoo duidelijk aangegeven in
de Vredes Encycliek van 1 November
1914, waar de Paus schrijft
„Sinds men er toe gekomen is den
oorsprong van het menschelijk gezag
niet bij God, den Schepper en Be
stuurder van alles, doch in den vrijen
wil der menschen te zoeken, zijn de
banden, die tusschen overheden en
onderdanen moeten bestaan, zóó
verslapt, dat ze bijna geheel ver
dwenen schijnen te zijn."
Voor ons, die met alle middelen
wenschen mede te werken teneinde
redding te brengen aan een bijna tot
wanhoop vervallen wereld, geven die
v/oorden reeds de duidelijke aansporing
op staatkundig terrein saam te werken
en te blijven saam te werken met hen,
die met ons eenstemmig denken om
trent oorsprong, wezen en doel van
het gezag.
Blijven vrij derhalve principieel^ en
practisch vasthouden aan de coalitie,
mag het overbodig heeten te verklaren
dat een terzelfder tijd streven naar
andere groepeering daarmede onver
een igb aar is.
En in 't bijzonder wat de sociaal
democratie betreft.zij met nadruk vast
gelegd,dat tenharenjopzichte nog steeds
geldt het „nulla communio", nog
steeds geldt het woord, dat tusschen
de christelijke en de sociaal-demo
cratie niets is gemeen.
Niet alleen teneinde verwarring te
voorkomen in eigen kamp, zij zulks
openlijk verklaard, doch ook opdat
onze coaütiegenooten en daar heb
ben zij recht op met juistheid weten,
wat zij aan ons hebben.
Zonder eenig voorbehoud worden
door ons onderschreven de woorden,
namens de Regeering gesproken op
9 Maart 1. 1. in de Eerste Kamer
„Met de sprekers der drie rechtsche
groepen in deze Kamer, gelijk als in
de Tweede, is ook het Kabinet van oor
deel, dat behoud der coalitie is in het
Kantoor ALKMAARBRs-EDSTRAAT
Correspondentschap H005?S4GROOTE 140
belang van ons land en geboden door
de gemeenschappelijke geloofsovertui
ging, dat het gezag der Overheid door
God haar gegeven is, en dat Zijn
Woord ook voor het leven der volke
ren bindende voorschriften bevat. Die
geloofsovertuiging kan en moet zijn de
grondslag ook voor de Staatkundige
en maatschappelijke overtuiging."
Dit diep in te prenten in ons kiezers
corps is de voornaamste taak, die ons de
komende maanden wacht, opdat allen
het volgend jaar vóór alles op zuiver-
principieele gronden hun stem uitbren
gen op de katholieke lijst. Zóó en zóó
alleen,zal op den duur ons Roomsche
volk ons vaandel trouw blijven. En te
meer is er reden des te handelen, nu
voer het eerst de vrouwen met ons
ten strijde zullen optrekken de vrou
wen, die tot ons "komen, bezield met
hooge, heilige idealen, en die wij thans
door onze daden zuilen hebben te too
nen.dat de vroeger zoo vaak door haar
op politiek terrein beluisterde strijd
kreet„Voor den Christus," geen ijdele
frase is.
Opgeroepen derhalve onze kiezers'
en vel op principieele gronden, om ons
te velgen, teneinde ook na 1922 een
Gb. ;.:Jijk Kabinet mogelijk te maken,
'een' volgen, meer dan door woord en
geschrift te bereiken door het persoon
lijk voorbeeld van allen,die op katho
liek-politiek terrein van hoog tot laag
met leiding zijn belast.
En eenmaal onze kiezers dus principi
eel onderlegd, zullen zij het volgend jaar
ter Bondsvergadering, na een zelfde
voorbereiding als vroeger, die toen in
elk opzicht is gebleken doeltreffend te
zijn, in de gelegenheid worden gesteld
van hun inzicht te doen blijken ten op
zichte der practische toepassing dier be
ginselen door aanvulling en wijziging,
voor zooveel noodig, van ons katholiek
program.
Wanneer wij bedenken, dat het getal
onzer katholieke kiezers dat van
800.000 overschrijdt, is het duidelijk,
welke zware verantwoordelijkheid, wel
ke moeitevolle taak rust op de leiders,
die te bevorderen hebben, dat de uit
oefening van het kiesrecht door de on
zen zooveel mogelijk worde dienstbaar
gemaakt aan het algemeen belang.
Onze kiezers mogen nu onthouden,
dat de door hen zelf gekozen leiders
menschen zijn met mensc'nelijke gebre
ken, die echter te goeder trouw met
eerlijke bedoeling, zoo goed mogelijk
trachtend hun arbeid te volbrengen, er
beslist op mogen rekenen, dat hun taak
niet onnoodig worde verzwaard.
Beseffend, dat wij zonder hulp van
Boven niets vermogen, hebben wij de
zen dag aangevangen met bijwoning
der H. Mis..Blijven wij in het moeilijke
jaar, dat aanbreekt, onze voornaamste
kracht zoeken in 't gebed, blijven wij
de ':=fde onder elkaar betrachten, ge
in. h t katholieken betaamt, en vertrou
wen we dan met onbegrensd, kinderlijk
vertrouwen, dat de Vader in den hemel
onzen politiek en arbeid zegenen zal.
Grediiefew, Deposito's*, A-sst» en Verkoop vas* ESssc'eer.
ALLE BANKZAKEN.
Dc Kinderrechter. Er zijn nog
tal van zaken af te doen. De
leening voor Indië. De intcr-
pellatie-Wintermans.
Onze in de vorige Kroniek uitgesproken
verwachting, dat de behandeling 'van liet
wetsontwerp lot invoering van den Kin
derrechter, lot veel geredekavel in pus La
gerhuis aanleiding zou geven, heeft zich
bewaarheid. De heer Dresselhuys had een
amendement ingediend op dat wetsontwerp,
om dc mogelijkheid* te openen, dat ook
vrouwen konden aangesteld worden lot
plaatsvervangend kinderrechter. Met dit
mendement had de politieke, slimmeling
het gras voor de voeten der S. D. A. P.
weggemaaid. Teneinde deze vliegen-afvan
gerij zooveel mogelijk te blindeeren, stelde
de heer Kleerekoper, een der roode heeren
die overal raad op weten, een motie voor,
waarin hij de Kamer wilde doen uitspre
ken, dat de vrouw lot het rechterambt (in
het algemeen) moet worden toegelaten en
de daartoe noodige wetswijzigingen zoo
spoedig mogelijk moeten worden aange
bracht. Deze poging mislukte, daar de
Voorzitter èn met het oog op de nog. om
vangrijke af te handelen agenda èn omdat
vele leden op een discussie over een «frm'k-
beeld van zóó wijde strekking niet bedacht
waren, de behandeling dér motie tot nader
te bepalen datum wilde uitstellen, mer
w^Jk voorstel de Kamer zich met 33 tegen
29 stemmen vereenigde.
Over het amen deinen t-Dresselhuys ont
spon zich een principieele strijd waarin
men zich van anti-revolutionnairc zijde
vooral, niet onbetuigd liet.
De lieer Scheurer schilderde de vrouw
als een voor het openbare ambt bij uit
stek ongeschikt wezen en de heer Beumer
ontzegde de vrouw de objectiviteit en de
onbevangenheid, welke van een kinder
rechter mogen gevorderd worden en had
vooral dit bezwaar, dat de gehuwde vrouw,"
die in haar gezin behoort, het meest ge
schikt zou zijn voor liet ambt in kwestie.
Hij liet dit zoo zwaar wegen dat liij zich
voornam tegen hei ontwerp le stemmen,
als liet amendement zou worden aangeno
men.
Het geluid van onzen geloofs- en partij
genoot Van Sehaik, klonk ons .sympathie
ker en aannemelijker in de oóreil. Hij wil
de voor man en vrouw gelijke benoembaar
heid tot alle openbare ambten met de'mo
gelijkheid van uitzonderingen, noodig met
het oog op de openbare orde en de zede
lijkheid. En nu zouden z.i. vele vrouwen
niet eere het ambt van kinderrechter ver
vullen, ook al ziet hij nog meer heil in dc
medewerking der vrouw aan de collegiale
rechtspraak. Doch tegen hel amendement
had Jiij het bezwaar dal het geen rekening
hield met allerlei vragen dc-r practijk, wel
ke de uitvoering van het amendement naar
voren zou brengen.
De ChristeJijk-Historische heeren Scliok-
king en Van Veen, waren het in 't alge
meen met hun anli-revolutionnaire coali-
tie-genooten eens, al spraken zij zich ook
in meer gereserveerden zin
Minister Heemskcrk's opinie helde ook
al niet over ten gunste der vrouw in zake
het beklecden van rechterlijke functies.
1 Het rechtersambt vordert voortdurende
aanwezigheid in het rechtsgebouw en dat
zou voor de vrouw moeilijkheden opleve
ren, meende Z.Exc. In hoofdzaak wees hfl
het amendement evenwel af, omdat naar
zijn meening de Wel op de Rechterlijke Or
ganisatie de vrouw van rechterlijke func
ties uitsluit en het wijzigingsvoorstel dus
onuitvoerbaar zou zijn.
De heer Marohani merkte nog op, dal
zij, die zooals hij, mcenen dat reeds nu
zich geen enkele wettelijke bepaling tegen
de benoeming van vrouwen in de rechter
lijke macht verzet, tegen het amendement
moesten stemmen, omdat het de benoe
ming anders dan lot liet ambt van kin
derrechter zou uitsluiten.
Het amendement werd verworpen met
42 tegén 31 stemmen. Vóór stemden de
Vrijheidsbonders, de Sociaal-democraten
op den heer Troelslra na, benevens de
heeren Snoeck Henkemans (C.H.), van
Sehaik (R.-K.) Kuiper (R.-K.), Smeenk
(A.R.) en Kooien (R.K.j
Een amendement, dat ons lang niet on
belangrijk toescheen, ingediend door de
Commissie van rapporteurs, om de uitzet
ting en ontheffing uit de ouderlijke macht,
niet, zooals was voorgesteld, aan den (al
leen rechtspreken den) kinderrechter, doch
aan de meervoudige kamer deF recht
bank, waarin deze alsdan zitting zal heb
ben, op te dragen, werd, na bestrijding
door de heeren Snoeck Iïenkemans, Ger
hard en Hugenhoiiz cn verdediging door
de heeren Van Sasse van IJsselt, Kleere
koper en Schokking, met 55 legen 13 slem-
men'aangenomen. Minister Heemskerk had
de beslissing aan de Kamer overgelaten.
Eenerzijds stonden zij, dk deze gehccle
zaak zooveel mogelijk in de hand van den
één en, met den jeugdigen dcliquenl cn zijn
gezin in voortdurend contact zijnden kin
derrechter gelegd wilden zien, anderzijds
diegenen, die de ontzetting, resp. onthef
fing, een zóó ernsligcn en ingrijpenden
maatregel achtten, dat deze alleen aan hel
oordeel van de collegiale rechtspraak mag
worden overgelaten.
Het ontwerp in zijn geheel werd zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
De Kamfer stoanl Woensdag-middag op
het punt de eerste der vijf aangekondiigde
interpellaties te behandelen, toen de Voor
zitter het noodig achtte, een ernstig
woordje met haar te spreken.
Tol 1 Juli, zeide hij, zijn nog 5 weken
na deze weck beschikbaar, tot 8 Juli 6,
maar die laatste w-eek zal er wel afvallen.
Resten, na wat nu reeds op dc agenda
slaat, ten hoogste 5hh week, d. i. 22 ver-
gaderdagen. Daarvan rekende de President
er 6 voor de DiensLplidhtwet, 4 voor de
Zondagswet en de Rijksuitkeerimg aan de
gemeenten en het voorstel-de Geer, 4
voor de burgerlijke en 2 voor de inild'jaine
penis toen wollen en 4 dagen voor den
rechtstoestand dor ambtenaren. Voor ver
scheidene dozijnen kleinere wetten blijven,
dan slechts 2 dagen over en Ziekenver
zorging, Erfopvolging, Sleenhouwerswdk
Luchtvaartwet, Indische b es hiu rs in rich
ting, Efleoteniheurswet cn tal van andere
ontwerpen, waarvan de Voorzitter de af
doening gaarne zou bevorderen, moeten
tot na hel zomerreces blijven liggen,
Dat ziel cr inderdaad niet rooskleurig
uit vo-or een tijdige, behoorlijke afdoe-
vfllj naar het duitsch.
li0n 'k am,ers bandelen, dan ik
deed?"
Met een d'iepGil zucht bleef bij eindelijk
j staan, en keek rond. Dc stad lag een heel
eind achter ham en het was dc hoo-gste
tijd, dat hij omkeerde, indien hij nog voor
het vallen van d'en nacht itihuis wilde zijn.
Juist wilde hij don tarugweg aannemen
toen hij een boer, op een dichtbij zijnden
akker een giiiende kreet hoorde slaken.
Haast op hetzelfde oogeniblik vernam men
hol dreunen van een rijtuig, dat in vüo-
Een smal, weinig begaan pad leidde,
rechts af. Wolfhagen volgde liet en be- genide vaart naderde. Van hetgeen in de
reikte zoo, langs een omweg aan den an-1 volgende minuten gebeurde had Wai'lha-
deren kant van hot stadje, weer den groo- S™ slechts een zeer flauwe herin-nering,
ten weg. Rechts strekte zich door een Er heen loop en, luid schreeuwen een heen
breede slooi van den weg gescheiden, zoo-j ca weer geslingerd rijtuig, stampende
ver het oog reikte, akkers en velden uil, paarden, duizend rondvliegende vonken
gedeeltelijk nog kaal, gedeeltelijk reeds dan een stoof, die hem ter aarde wierp,
met een dicht, lichtgroen tapijt bedekt, gelukkig juist bui-ten het bereik der 'dood
Links wat dc slrerk minder eentonig.
Schilderachtige met st too gedekte boeren
hofsteden lagen hier cn daar half verscho
len tusschen knoestige vruehtbooman. af
gewisseld met Vriendelijke villa's, en den
achtergrond vormde een donker, in het
goud dei avondzon roodachtig schitte
rend dcimcnbosdh. Bergop en bergaf slin
gerde de weg in talrijke kronkelingen. Hoe
voider VValthagen zich van de stad ver
wijderde, hoe eenzamer en stiller hei ooi
hem l»«a wwd.
en verderf dreigende hoeven. Maar de
teugels, die hij gegrepen had, hield hij
vast met zijn geheele kracht. Weinige se
conden later, en de strijd was beslist: de
niensch liad gezegepraald over de ruwe,
dierlijke natuurkracht.
Wallïagen had moeite om op le staan.
Uit een klein, dicht bij den weg staand
buis kwamen nu eenige manuien toeschie
ten; een oude vrouw en een jong meisje
volgden hen.
Cc boer, door tyierts geschreeuw WaM-
hagen het eerst op het gevaar was oplet- j lokkig aan -hel gevaar ontsnapt
tend gemaakt, sprong haastig over de
sloot; ook van den anderen kont kwamen
nu eenige landbouwers toesnellen, allen
bezield met den wen-sch om te helpen en
hunne nieuwsgierigheid te bevredigen.
„Wiens rijtuig was -dat?" „Is iemamd ge
kwetst?" „Waar is de koetsier?" Een half
dozijn handen strekten zich uit om liet
portier te openen en degenen, die dood-eSijk
•Verschrikt zich er in bevonden, bij het uit
stappen behulpzaam te zijn.
„O, dokter, is u dia t?Is die doime
buiten kennis'.... Lize, loop gauw, een
glas water ha'enIs de koet-sier van
den bok gevallen?" Zoo praatte en vroeg
men, de een nog drukker dam dc andere.
WaMhagen had de teugels der paaiden,
die nu hijgend en bevend stil stonden, aan
een der mammen gegeven en was bezig
zijn kleeren zoo goed mogelijk in orde te
brengen. Een paar bloeddroppeien, die
over zijn slapen roüiden, herinnerden heim
aam den omitvangen stoot Hij streek met
zijn liamd over het voorhoofd. Bloedt Het
was misschien slecht® een schram. Esng
kou de wond niet zijn, wamt hij gevoelde
geen pijn; hij was slechts een weimig dui
zel'ig.
Hij wierp oen blik op degenen, die ge-
Dokter Roh wijdde zijn zorg aan de bijna
bezwijmde damie, die krampachtig den arm
va-n een bejaarden heer vasthield.
Op hem werd niet gelei. Waarom zou
hij hier nog langer vertoeven? Er was
hulp genoeg bij do homd, men had hem
niet meer noodig, en om dankbetuigingen
te oogsten, had hij zijn leven niet ge
waagd. Hij maakte daaa-om van liet oogen-
blik gebruik, dat iedereen zijn oogen naar
der koetsier richtte, die luid klagende
kwam aanhinken, en keerde de schouw
plaats zijner heldhaftige daad den rug
toe. Twee minuien lkler was hij aöliter de
naaste bocht vam den weg verdwenen.
II
„Zijt gij dal, Helena? Hebt gij al ge
beld?"
„Al tweemaal. Ik begrijp niet waar
Anna blijft.... Zij zalEindelijk!"
Slepende schreden naderden, een gren
del vloog terug cn de a-Hiebediil der familie
stond voor de beide sprekers, d.ie elkaar
bij de deur om-tmoet hadden.
Anna was nog een toontóóeld vam bet
helaas, im zoo tamelijk soort uitgestorven
soort daemsiibodicn, die zoo langen tijd in
dezelfde famSKe leven, dat zii als het ware
erbij belho-oren. Al-s flink krachtig meisje
liad zij den dienst im het jonge liuiahou-
den aanvaard; zij had M-ax en Helena en
veel la-tor d-e tweelingen Greta-en Hod wig
op de armen gedragen, gekcestenJ en
verzorgd, en vreugde en leed ge'TotiwcJi.'üc
met de familie gedeeld. Voor zich zelf
had dö trouwe ziel, die nu haast vijf-lig
jaar oud was, geen w-eras-oh meer; al hare
hoop en haar verlangen was op liet geluk
„onzer kinderen" gericht.
„Is manna al te Led? Ik za.g op straat
-dat boven alles donker is."
„Neen, zij ligt in de huiskamer op de
canapé. Greta en Hedwig zijn bij haar.
Zij had dezen raid-dag weer erge pijn,
maar nu is hel, God-d-amSt, veel beier. De
kin-deren hebben aiog geen Lidht opge
stoken."
Zij slofte weer naar de keuken cn Max
en Helena gingen de trap o-p.
„Ik lieb go-ede tijdingen voor u alien,"
zei-de Helena, toen zij boven ovct -de smal
te ga-ug gingen.
„Zoo," hernam Max op zulk een onver
schilligen foton, dM zijn zus-Ier zich naar
hém omkeerde.
Het was echter te donker om de uit
drukking vam zijn gelaail te onderschei
den.
„Zijl gij z'^k, Max, of slechts ver
moeid?"
„N-ooh (het een, r.oeh hef aaid-er. Waar
om vraagt gij dat?"
„Omdat gij voirtrekt niet verlang! mijn
nieuws te vernemen."
Z-c-ker c-oo ik d it. Zijt ge misse-tóen met
de liond-ord-duizend uit de loterij geko
men? Al-s dat zoo is, zal ik n-coil meer
s-po'ten over dc voo-rs-pellende droomen
van Anna." licraa-m -hij, ter,vijl hij moeite"
deed om cp sckcrlsendcn ioo-n -te spro
ken.
Helena lachte en opende de deur der
huiskamer.
De straatlantaarn, die schuin t-egen-over
liet Ssuis aloud, verspreidde een zwnlt
licht in dc tamelijk gre-ofe kamer. Niet
ver van liét raam lag op een sootS divan
een donker ge-k-leede d.jïie mei een smal,
bfo-clk gel-ant. Naast haar - 'cn twee m-cis-
ios van omtrent 14 jaren, (ie -ecne gom vis
kei ijk ariMero-vei-liggende in een lagen
leu-niingsiloe'. d-e andere minder preien Il
eus, op can houten voetenbankje. D"
laatste scheen juk.t bezig met'veel ijver
iets Ic vevUt'tan. Dij hel binnen'redén van
•broer cn zutócr zweeg rij en spro-ng op.
Met rassche schreden bereikte hij het punt,
(Wordt vcruolyd.lj