BUITENLAND. Bureau; HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: Brieven uit Frankrijk FEUILLETON No. 195 DONDERDAG 2 JUNI 1921 14e JAARGANG 1 VOORWAARTS! Onder Valsclic Vlag DAGBLAD g- - "«H „ONS BLAÜ" Abonnementsprijs: Per kwartaal voor Alkmaar .-*;••'ri 2.— Voor buiten Alkmaar Met Oeïllustreerd Zondagsblad 0.50 f hooger. ADMINISTRATIE No. 433 REDACTIE No. 633 i..„4 enn f A Advertentieprijs: Van 1—5 regels f 1.25; elke regel meer f 0 25; Reclames per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor uitbetaling per plaatsing f 0.60. nn f 9fin.- f mo— f fiO f 35.—. f 15.—. Aan alls abonné's -,W oude vall; de lijden veranderen en nieuw leven bloeit op de puinen. Dat oude "°r- ™j"ui'iJk UJd van ™n schen twee toppen, die periode na den val van oen lioógtultuur en het opstijgen naar een nieuw tijdperk van beschavmD, is vol gevaren en moeilijkheden. Ook dc gemeenschap, welke zich i e- derlandschc Slaat noemt en in deze de groote, machtige, onmisbare groep, weke bet openbaar Katholieke leven vormt, on dervindt de bezwaren aan dezen ovci^an,, P*. cï 0X1 °Na den groolen wereldoorlog zijn wil al tastend aan 't zoeken naar den juisten weg. Over de alles en allen bezielende ge dachte. de solidariteit der verschillende klassen, was geen meeningsversclnl. Maar de wijze, waarop cn liet tempo waarin ze zou worden verwezenlijk!, openbaarde zich aldra een vrij scherpe gedachlen- slrijd. Lentestormen noemden wij onlangs de ze oneenigheden in onze partij. „Strijd, korte, krachtige strijd kan, als alle ande re middelen zijn uitgeput, noodzakelijk z£ om het recht te doen zegevieren en den va-Mie in liefde te herstellen"; aldus drukte Y»*ter van Ginneken j.l. Zaterdag dezelfde gedachte op Roomsche wijze uit. En inderdaad, Utrecht heeft dezer da gen getoond, dat het Katholieke openbare leven gezond en krachtig is. De stormen der tijden kunnen er vrijelijk over heen gaan; zij beroeren slechts de oppervlakte. Altijd weer blijkt, dat schijnbaar ernstige nroeningsverschillen slechts bijkomsiighe- raken; op het stuk van beginselen is s meerderheid altijd eensge- Nog nooit misschien is in ons land zoo radicaal een omzetting van heel de maat schappelijke ordpnnig uiteengezet als pa- teT Raaymakers het deed op het congres der R.K. Vakorganisatie. Hij vertolkte in scherp omlijnde vormen, wal vaag leeft in de hoofden en harten van de vurigste hervormers onder ons. En toch was zijn conclusie, dat de medezeggingschap der werknemers, dat de publiek-rechielijke be drijfsorganisatie op 't oogenblik nog maar idealen misschien wel nooit ie verwe zenlijken idealen zijn; dat in ieder ge val hei afdwingen van dezen idealen toe stand door middel van stembusstrijd een dwaasheid zou zijn, welke de zaak zelf maar zou schaden, 't Zou zijn: de natuur forceeren met kunstmiddelen. Slechts langs den weg van natuurlijken groei valt hier iets te bereiken. Ziedaar de merkwaardige eenheid van de Utrechtsche bijeenkomsten op Zater dag en Zondag; van de politieke en de so ciale wapenschouw, welke zoo zeldzaam goed samen vielen en zoo geheel onafhan kelijk van elkaar een zelfde lijn volgden. De groote vergadering der afgevaardig den van alle Katholieke kiesvereenigingen, onze politieke vertegenwoordiging, nam immers het voorzichtige besluit om het brandende vraagstuk der publiek-rechle lijke bedrijfsorganisatie niet te negceren, maar ook niet overhaast lot een stembus- leus te maken. Er wordt een half jaar tijd genomen voor overleg en studie; dan komt er een nieuw concept-program van actie. Daarin zal ook worden vastgelegd, wat het Roomsche volk op het stuk van publiek-rechielijke bedrijfsorganisatie van een eventueel volgende rechtsclie regeering verwacht en wat het nog meer verwacht. Bij de voorbereiding van een zoo gewich tig stuk als een politiek partijprogram zullen de vertegenwoordigers van alle be langhebbende groepen worden gehoord. Zoodat daar zijn wij zeker van dat 1 nieuwe concept-program de instemming van de overgroote meerderheid zal weg dragen. Juist het trekken van de bélan- stelling op dat ééne punt, de publiekrech telijke bedrijfsorganisatie en nog wel door organisaties, welker arbeidsveld op de eerste en voornaamste plaats niet op po litiek, maar op sociaal-economisch ter rein ligt, verwekte een oogenblik vertroe beling en verwarring. Reeds bij de voor bereiding van dit vraagpunt vóór de groote Bondsvergadering, bleek in verschil lende kieskringen, dat onze politieke een heid geen schipbreuk zou lijden op één punt van meeningsverschil. En te Utrecht kwam men aldra eenstemmig lot een ge lukkig, tactvol en verstandig accoord. Maar ook en nog veel meer op dat andere overweldigende congres van de mannen der Roomsche vakorganisatie dat golijklijdig in de grijze bisschopsstad bijeen kwam en dat de aandacht van heel het land op zich trok ook daar daar op nog veel sprekender wijze werd getuigd van het gezonde leven in Roomsch Nederland. Wellicht heeft men in het vijandelijk roode kamp men zou het althans uit de zuur-zoete nabetrachtingen opmaken gehoopt, dat „de Roomsche arbeiders" nu eens flink tegen bun politieke leiding zou den uitpakken en een nieuwen koers zou den eischenl Dan heeft men nogmaals en voor de zooveelste maal blijk gegeven de wordingsgeschiedenis en den groei van onze Katholieke Werkliedenbeweging niet te verstaan. Bij heel die geweldige manifestatie van ■drie dagen werd geen wanklank gehoord; de Roomsche geest, zoo wars van alle drijverij, sprak daar in Waarheid van taal en vol we tensch a pp el ijken zin. Met welk een geestdrift en dankbaarheid ontvingen de vertegenwoordigers van 160.000 Room sche werklieden in Nederland een bis schop in hun midden, in wien zij liet Kerkelijk gezag eerbiedigen. Welk een kostelijk antwoord was de keuze der sprekers op het verwijt, als zouden cr de magogische invloeden sluipen in onze Ka tholieke Vakbeweging. Of zijn mannen als pastoor van Schaik, mr. dr. Raaymakers, pater vas Ginnekendemagogen? En zij voerden toch het hoogste woordl! Pater Raaymakers verlo'lke in een hel der, wetenschappelijk betoog de eischen van den nieuwen lijd; bij vond onverdeel- den en luiden bijval in dezen kring. Men moge in onderdeelen straks over zijn be toog in debat treden, zijn grondstellingen zal men moeilijk kunnen aantasten. Ne men de voormannen onzer vakbeweging deze voorlichting tot leiddraad voor hun verdere actie wat men met rede mag onderstellen welnu, dan aanvaarden zij ook de conclusie, dat de publiek-rech ielijke bedrijfsorganisatie moet groeien in de maatschappij en niet met de kunst mest der polilick als een wonderplant uit den bodem moet worden gestampt. En daarmee is ook dit urgente vraagstuk in de kalme sfeer der rustige beschou wing gekomen. Hoe cordaat is ten slotte op het con gres der R.K. Vakbeweging alle personen strijd geweerd, ondanks daarvoor toch zooveel gevaar was. Alle debat over de befaamde rede van mr. van Wijnbergen werd afgesneden. De woorden, waarmede de voorzitter dat deed, mogen weinig vriendelijk lijken aan het adres van iemand, die op velerlei gebied zeer groote verdiensten heeft voor de Katholieke zaak, men is nu eenmaal in werkliedcnkringen niet gewoon diplomatische taal te gebrui ken. Wij willen er niet anders uit lezen, dan dat de Katholieke vakorganisatie op haar terrein mr. van Wijnbergen niet als leider wenscht. En dat is haar recht. Dat de onverkwikkelijke strijd over de vrijgestelden zoo kort en krachtig is be ëindigd valt in ieder geval te loven. Zoo heeft Utrecht ons groote winst ge bracht in menig opzicht; alle kleine on eenigheden zijn weggevaagd; en mee- ningsverschillen en twijfel omtrent be langrijke zaken als samenwerking tus- sclren Katholieken en sociaal-democraten op politiek terrein en het betrekken van de leuze der pub li ek -r e.eh lel ij k e bedrijfsor ganisatie in de politieke actie zijn in be slissende taal opgelost. Katholiek Nederland vervolgt weer zijn weg met vasten tred! „DE WEER'DER KATHOLIEKE SCHRIJVERS." Ons kleine HolLand mag er trotsch op gaan, in vele opzichten de groote landen vooruit te zijn. Op het ge bied der katholieke sociale actie cn dat der sociale wetgeving, neemt liet een vooraanstaande plaats in. Over het algemeen mag men zeggen, dat in Holland het katholieke leven zich meer naar builen loont, een groolere rol speelt in het openbaar maatschap pelijke leven, dan zelfs in katholieke landen. De zeer verklaarbare reden hiervoor is, het scherper afgeleekencle meeningsverschil op godsdienstig ge bied in de Prolestantsche landen. „Du choc des opinions jaillit la verité", uit de botsing van meeningen treedt de waarheid naar voren, en dit geldt meer voor die landen, waar op gods dienstig terrein zooveel verschillen de opvattingen lieerschen, dan bijv. in een land als Frankrijk, waar van huis uit bijna ieder katholiek is. Dit neemt echter niet weg, dat ook het streven moet zijn in katholieke landen le komen tot een krachtiger actie op sociaal gebied, tot een grootere saam- hoorigheid van de katholieken van de daad, tegenover diegenen, die slechts dien naam voeren, als een toevallig bij de geboorte verworven erfstuk. De katholieke, schrijvers van Frankrijk-eu vooral de jongeren, hebben dat in gezien en reeds sedert ecnige jaren zijn zij werkzaam om in dien geest hun ideecn le verwezenlijken. In het maandblad „les Leitres" vond men ge regeld him uitingen en de „semaine des écrivains Catholiques" onlangs gehouden, heeft bewezen hoe nultig deze samenwerking der katholieke schrijvers werkt. Onderwerpen van zeer uileenloopcnd karakter zijn in die week behandeld en de meest bekende persoonlijkheden op katho liek litterair gebried hebben daarover hun rapport uitgebracht en aan de discussies deelgenomen. Het vraagstuk van de katholieke school is er uit voerig bekeken, en het mag ons tot vreijgde strekken dat Holland in deze, Frankrijk lol voorbeeld kan zijn. De bij ons geëindigde schoolstrijd staat hier nog iu het begin. De „katholieke internationale" was ook een punt, dat groote belangstel ling vroeg. Het lag niet zoozeer in de bedoeling, om hier tot een dcfinsV tieve beslissing le komen, dan wel om het voor en tegen van de ver schillende schrijvers te vernemen. De buitengewoon begaafde René Johan- net, redacteur van talrijke katholieke bladen en tijdschriften, trad als rap porteur op. Hij noemde de katho lieke internationale een organisajie die moest dienen om de zedelijke hoe danigheden van de Christenwereld te herstellen. Hij ontveinsde zich de moeilijkheden niet, vooral waar de oorlog een tweespalt heeft doen ont staan en er gevaar zou zijn, dat deze beweging dool- sommigen voor ver keerde doeleinden zou worden benul. Zoovel bij dezen spreker als ook bij de anderen, die dit onderwerp behan delde;kwam vooral de vrees voor Dui' rilland voor den dag en de moei lijkheid om met dat land samen te wei" sin. Hoe begrijpelijk het ook is, dat bet verlangen niet groet is, ban den an le knoopen met een volk, waar-foor men geestelijk en materieel zaov.yl heeft geleden, loch had ik in deze gaarne gezien, dat een breeder stan-."s«unt. was ingenomen. De oorlog is voorbij en het streven moet zijn, de eenheid over geheel de wereld le heirs aden. De katholieke eenheid vooi waai- een internationale zal toe 'Loeten meewerken, staat ver bo ven Hen strijd en onderlinge mee nings ia-schillen. René Johannet heeft daar^ eer zeker op gewezen en stond lijm-! 1 if tegenover Mgr. Deploige, die afker ig was van een katholieke in- tern;,!jdale. Dc conclusie, waartoe de raPRileur kwam, was deze: liet stich ten -*n esn internationaal tijdschrift door:éntholieke schrijvers van geheel de w eld. Alle sprekers waren het er over kens, dat er feitelijk maar één kathfijeke internationale is, en wel de I.jjrk zelf, maar dat deze, waar over -,;ans gesproken wordt, zal moe ten d .riien, om de kerk te steunen, een werf; v ijken vrede te bewerken en de band jsschen de katholieken der ver- schi'l ,L-ide landen nauwer toe le halen. G; iie zou ik nog uitvoeriger in gaan 'p deze belangrijke week, die achk'-'ons ligt, maar ruimte belet het mij. i' uo.eg zij het le constatceren, dat deze-oprek getoond heeft welk een verl en er bestaat de katholieke! begi:-'r/en niet tot het inwendjige te hepdV; - n, maar ze ook in het open bare ;.'!i£én te doen doordringen. De •pfienfÉï van de katholieke schrijvers in dit opzicht, maken een belangrijk deel van de gehouden besprekingen uit. De beminnelijke kerkvorst, Mgr. Kardinaal Dubois, prees dan ook in zijn slotwoord het streven van hen, die het initiatief tot deze week had den genomen, wenschte ze geluk, met het behaalde resultaat. Gij rijt en thousiast en gij zijt jong, zeide hij, gaat voort op den ingeslagen weg. Wellicht zou ook voor Holland een katholie.ke week van schrijvers en journalisten van beteekenis kunnen zijn. In ieder geval geldt voor ons Katholieken over geheel de wereld het woord, dat de ijverige secretaris van deze week, Gaetan Bernoville, sprak: „Waar liet betreft onze begin selen le verdedigen en le werken voor de groole katholieke zaak, kennen wij geen achturigen werkdag, onze rust zal pas komen in het leven hier namaals". Mr. P. v. S. Parijs, 23 Mei 1921. De toestand in Ierland. De boycot van Engeland. Een groote firana in de City heeft vol gens de „Times" van den zich noemenden handelsvertegenwoordiger der Iersche re publiek le Parijs bericht ontvangen, dat het Dail Eireann den minister van handel der republiek gemachtigd heeft den invoer in Ierland te verbieden van alle goederen, die via Grool-Britlannië worden gezonden, onverschillig wat het land van herkomst is. Fransohe exporteurs moeien derhalve hun goederen reohtsireeks zen-den en zoo spoedig mogelijk een vertegenwoordiger in Ierkmd vestigen. Hel nieuwe parlement voor Ulster. Volgens de bladen zal het eerste ministe rie voor Ulster vermoedelijk als volgt zijn samengesteld: Premier Sir James Craig, minister van financiën H. M. Pollock, mi nister van onderwijs Lord Londonderry, bïnnenlandsche zaken Sir Dawson Bates, arbeid J. M. Andrews, landbouw E. M. Archdale. Speaker zal worden majoor Hugh O'Nei'll. De opneming van den mar kies van Londonderry in het ministerie werd tot het laatste toe niet verwacht. Hij zal lid van den Senaat worden evenals J.ord Pirrie, hoofd der scheepsbouwers- firma Ilarland and Wolff te Belfast, die voorzitter van den Senaat worden zal. Het Lagc-riiuis voor Ulster, dat op 7 Juni bijeenkomt, doch waarvan de offi- cieele opening op 21 Juni is bepaald, telt 40 unionisten, 6 nationalisten en 6 S-inii Feiners. Devlin (nationalist) is op twee plaatsen gekozen. In een van heide zal cr dus een herstemming moeten plaats heb ben en daar in beide dislriclen, waar hij gekozen is, een sterke unionistische meer derheid is, zal er wel een unionist wor den gekozen, waardoor dezen 41 zelels zullen krijgen of een meerderheid van 30. Dood gewaand. Een bewoonster van Dublin zoo ver haalt de correspondent van de „Times" al daar had vernomen, dal haar man bij de brandstichting van het douanekantoor door een bajonetsteek was gedood. Zij ging naar het ziekenhuis, identificeerde een der lijken, daar aanwezig, als haar 'man, maakle toebereidselen voor de Begrafenis en kocht rouwkleeren. Een dezer dagen cchlcr kreeg zij een brief van haar man uit de gevangenis, waarin hij om een pijp -tabak vroeg. Zij ging naar de gevangenis, doch kon geen loegang krijgen. Zij gaf den cipier een vel schrijfpapier met hel verzoek aan den gevangene te vragen daarop de namen van haar kinderen te schrijven. De cipier kwam met de juiste namen terug en toen wist zij, dal haar man leefde. Later kreeg zij ver gunning haar man in de gevangenis le be zoeken. Het conflict in de mijnindustrie. Nieuwe bevoegdheden voor de Regeering. Dinsdagavond is een proclamatie uitge vaardigd waarbij de bevoegdheden, welke de regeering reeds had verkregen inge volge de wet tijdens de dreigende staking der Triple Alliantie, worden uilgehreid. De nieuwe proclamatie machtigt de regeering lot bezitneming van gas- en eiectriciteits- fabri-eken, waterleidingen en andere fa brieken, lot hel opvorderen van voedsel, veevoeder en andere voorraden, van sche pen, van vracht- en passagiersruimte in schepen, lot inbezitneming van kolenmij nen, kolenvcorraden, machinerieën, spoor wagens en andere voertuigen voor het vervoer van kolen en tot het vaststellen van prijzen van steenkool, gas en eleclri- citeit en het opeischen of controleeren van den verkoop van benzine. De verklaring van Lloyd George. De tegenspraak lusschen de verzeke ring van Lloyd George, dat hij over ver plichte arbitrage zelfs niet gerept heeft in de conferentie van Zaterdag en de opvat ting, welke de mijnwerkersleiders daarom trent hebben, wordt volgens den mede werker voor arbeidszaken van de „Times" verklaard uit liet ook door ons vermelde grapje, dat Herbert Smith, de waarnemen de voorzitter der mijnwerkersfederalie, zich Ier conferentie veroorloofde. Schert send werd èn door hem èn door Lloyd George, die er op inging, gezegd, dat ais de voorwaarden verworpen werden, de mijnwerkers en de mijneigenaars in de ge vangenis zouden komen. Daaruit zon men dan (en onrechte hebben afgeleid, dat de regeering dwang wilde opleggen. De „Pall Mall and Globe" verneemt, dat, hoewel de premier Zaterdag niet lieeft ge dreigd liet parlement te vragen een stelsel van verplichte arbitrage in le voeren als mijneigenaars en mijnwerkers het niel eens worden, het in de bedoeling der regeering ligt zich lot het lagerhuis le wenden ten einde de noodige bevoegdheden le ver krijgen om een eind te maken aan de hui dige noodlottige stopzetting. De regeeringsvoorstellen. Hodges, de secretaris der mijnwerkers- federaiie, heeft gelijk reeds werd ge meld het denkbeeld aan de hand ge daan, ,dat er standaardloouen zouden worden gegeven ongeveer 80 pel. hooger dan de loonen van Juni 1914. Een vertegenwoordiger van de „Mining Association", de veTeeniging der eigenaars heeft tegenover de „Westminster Gazet- te" dit voorstel onmogelijk genoemd. D« loonen zouden volgens hem dan hooger worden dan de industrie kon betalen. Hij zeide voorts nog, dat het van de mijnwerkers zelf afhing of hel bedrijf beter zou worden en daarmede de kos ten zouden verminderen. Als zij de pro ductie dermate opvoerden, dat de indus trie weer economisch gezond werd, dan zou automatisch het bedrijf zich verbete ren. Ook over de loonen in de tijdelijke pe riode en de kwestie van den nationalen winstpo't heeft Iiodges zich gisteren nog uitgelaten. Wat de eerste betrof, die moesten na tuurlijk afhangen van den S!cun der re geering. Iiodges geloofde niel, dat het land er legen zou zijn om, gezien dc bij zondere positie waarin de mijnindustrie geplaatst was door de controle cn de ontijdige opheffing der conlrole, de noo dige uitgaven door de regeering goed' le -keuren om de Iconen op een peil le hou den, overeenkomende met dc kosten van levensonderhoud, in die districten waar het economisch onmogelijk is zulk een loon te handhaven uit het bedrijf zelf, tot c-r een verlevendiging van het bedrijf is en dientengevolge een vermindering der kos- len. Die som zou lien mi-llioen kunnen zijn, of meer. Over den nationakn winstpot zeide Hodges, dat de regeering en de eigenaars dienaangaande blijkbaar onvermurwbaar zijn. Goed, zeide Hodges, laten dan de regeering cf de eigenaars, of beiden, voorstellen indienen, die, naar hun oor deel, hij een permanent stelsel de groot ste productiviteit zullen verzekeren, een minimum aan kosten, betrekkelijk goed- koope steenkool en waardoor c-r levens tegen gewaakt wordt, dat de loonen der arbeiders dalen beneden een bedrag, dat in overeenstemming is met de vaardigheid en de verantwoordelijkheid vereisclit voor den arbeid in de mijnen en dat hun en hun gezin een goed en fatsoenlijk be slaan verzekert. De Poolsche opstand in Opper- SiSezië. Nog steeds gevechten. Van verschillende zijden wordt gemeld, dat de Polen het door hen ontruimde gebied systematisch verwoesten. In Gros- stein en Stubendorff hebben ze een groot aanlal huizen in de luclit laten vliegen. O.a. weid door tien ontploffingen de rest van het door hen in brand gesloken kas teel Stubendorf en de lol liet landgoed beboerende spirilusstokerij met den grond gelijk ge-maakt 'In Grosslein werden de kalk fabrieken verwoest. Volgens betrouwbare .berichten is de door de Polen bezette belangrijkste Oder- haven van Opper-Silezië, Kosel, volkomen ondermijnd en gereed om an de lucht te vliegen. De Polen schijnen liet voornemen te hebben de haveninrichtingen bij liun terug-'och l .te verwoesten. Ernstige gevechten zijn Dinsdag slechts bij Kalinow geieverd, waar Duit scha Se-Lbslseluitz-afdeeliEgen door sterke VRIJ NAAR HET DUITSCH. „Een betrekking, waarin hij jaarlijks een paar honderd gulden verdientl Gij lijdl er nu al onder, dat wij niet rijk zijn; hoe zoudt gij van zulk een klein inkomen kunnen leven? En dan heeft hij ook nog zijn familie, die hij moet ondersteunen." „Wij zijn beiden nog jong en kunnen' wachten, tot betere tijden komen," fluis terde Augusta met gesmoorde stem. „Totdat gij beiden oud en grijs zijt, niet es aar? En als ik intusschen kom te ster ven? Ons inkomen sterft met mij, gelijk gij zeer goed weel. Een brillant vooruitzicht voor mijn dochter, om als winkeljuffrouw ol huishoudster, of in een andere onderge schikte belrckking haar brood le moeten verdienen. Wat zoudt gij anders willen be ginnen?" „O mama, ik kan niet tegenover hem staan en heip in gericht zeggen,.dat ik au, juist nu het ongeluk hem getroffen heeft, hem hardvochtig den rug loekger! Ik san het nictl" "L., „Schrijf hem dan, gelijk ik u reeds ge- voor u is," ging haar moeder op bemoedi- maar wie weet! En Augusta is ontogen- het kleine plekje grond keek, dal mei den zegd heb, of Iaat mij met hem spreken en hem in uw naam uw besluit mededeelen." „Geef mij ten minste tijd om na te den ken." „Er is volstrekt geen bedenken noodig. Het zou dwaast, het zou letleriijk krankzin nig zijn, een verloving zonder vooruit zichten te laten bestaan.' Augusla antwoordde niet; in haar bin nenste woedde een hevige strijd. Doch haar moeder hield niet op. Met de levendigste kleuren schilderde zij haar de ontberingen en vernederingen, die haar zouden wach ten, indfên zij der rede geen gehoor gaf. Om uwe toekomst, kind, ja, om zijnent wille moet gij alle gevoeligheid op zijde zetten en verstandig zijn," zeide zij. -In Gods naam dan, als het zoo moet zijn," fluisterde Augusta eindelijk. „Spreek met hem en zeg.... neen, neen, ik laat '1 al aan u over." „Zoo is het goed, kind. Mei uwe schoon heid en uwe talenten kunt gij op iets ge heel anders aanspraak maken. Gij zijt ge schapen om te schitteren en een rol te spelen, en zoudt een leven in armoede niet kunnen verdragen." Augusta knikte slechts. Zij was tot ver deren tegenstand niet meer in staat. „Ik begrijp heel goed, dat het zeer hard genden toon voort, „maar ecri levenslange ellende is nog oneindig veel harder. Geloof ra'j> rij ZUÏÏ deze eerste smart spoedig over- winnen en later in cene omgeving, die be ier bij uwe opvoeding en neiging past, ge lukkig worden. Aproposl ik heb ook nog een aangename tijding voor u. Gisteren middag was de oude zonderling, mijnheer West weer hier, om liet schilderij nog eens nauwkeurig te bekijken en denk eens wij zijn het eens geworden over den prijs. Hij wil er ons vierhonderd gulden vooi geven. Nu kan dc wensch, dien gij zoo lang ge koesterd hebt, worden vervuld, Augusta. Wij gaan naar de baden, zoodra het sei zoen geopend is." Augusta hoorde deze tijding veel onver schilliger aan dan zij onder andere om standigheden zou gedaan hebben, maar zij toonde er toch genoeg belang in, om haar moeder le bevredigen. De wonde haars harten is gelukkig min der diep, dan ik vreesde, dacht deze, toen zij de kamer verliet om in de keuken eens naar de voorbereidingen voor het middag maal te zien. Zij zal vergeten en dan De jonge graaf Platzheim bewees haar onlangs buitengewoon veel oplettendheid. Men zegt, weliswaar, dat hij met een Vlas harige nmht zon voed -als vgrloofd is, zeggelijk een schoonheid! Terwijl de moeder met een critisch oog in de keuken den toestand van het gebraad onderzocht en te gelijk in den geest het plan tot een voorloopige veldtocht over: woog en ontwierp, waarvan het doel en de strekking de verovering van den graaf of beter gezegd, van zijn titiels en zijn for tuin voor hare dochter was, liep deze rus teloos in haar kamer op en neer. Had zij goed gehandeld, door aan het verlanger hater moeder toe te geven? Neen, neen, verweet haar hart. Neen, want wat men ook van Max moge zeggen, hij is goed en een man van eer, en ik bemin hem. Maar armoede en ontberingen, versleten kleederen, dagelijks lerugkeerende zorgen, zou -'e liefde haar de kracht verleenen tot .n zoovol offers? Neen, zij zou on der dien zwaren last bezwijken, zij zou on gelukkig zijn cn verteerd worden door haar onbevredigende wenschen. Naar rijk dom en weelde had zij gehaakt, zoolang zij kon denken. Waarom kon Max haar dal alles niet geven? Waarom bozat hij niet het vermogen van dien dwazen kunstliefhebber West! En dan die jonge graaf Piatzhciml Die bezat verscheidene millioenen! Een millioen," fluisterde zij halfluid, terwijl zij aan het raam stond en strak op grootschen naam van tuin bestempeld werd. Duizend schitterende luchtkasteelen doken op voor de oogen harer verbeeldingeen irolsch rijtuig, een rijpaard (den geheim- sten wensch haars harten), sehillerende diamanten, glans en grootheid allijd en overal. Anderen bezaten dat ai, anderen, die zich met haar op geenerlei wijze kon den melen. Een trolsche glimlach om speelde hare lippen. Haar moeder had ge lijk, het was zoo heler, veel beier.... En Max? Onwillekeurig sloot zij haar oogen; zij wilde het beeld niet zien, dat tegen haar wil voor haar oprees. IJdelheid en hoog moed hadden de zege behaald en liet dwa ze hart tot zwijgen gebracht. Voor altijd?.. Het middagmaal werd bijna zwijgend ge bruikt. Mevrouw Wilhelmi trachtte her haaldelijk een gesprek over hel een of an der onverschillig onderwerp le beginnen, maar Augusia gaf slechts korle of niets zeggende antwoorden. Ook haar eigene ge dachten keerden steeds terug lot het be sluit, dat een uur geleden genomen was. Niet dat zij er ook maar een enkel oogen blik berouw over gevoelde, inlegendeel, zij verheugde zich over haar zegepraal, maar deze vreugde was niet geheel onver mengd. De volgende dagen zouden wei voor haar en voas Augusta vele onaange naamheden, veel verdriet brengen. Men kon vrienden en bekenden niet beletten te pralen, Augusta te beklagen of te veroor- deelen en haar met misplaatste betuigingen van deelneming le vervolgen. En indien Max Wallhagen verlangde Augusta zelf te zien of le spreken? Zou zijn invloed haar dochter misschien niet tot wankelen bren gen in haar besluit? Plotseling sprong Augusla verschrikt op. De huisdeur ging open en vanuit de gang klonk en welbekende mannenstem naar ho ven. „Ga naar uw kamer, kind, ik zal later daar hij u komen." Augusia verdween en haast op hetzelfde oogenblik Irad Wallhagen binnen. De eer ste blik reeds toonde hem. dat zijn aan staande schoonmoeder reeds met de ge- heele verandering zijner omstandigheden hekend was. In plaats van de gemaakte vriendelijkheid, waarmede zij hem anders behandelde, droeg haar uiterlijk nu den stempel eener koude terughouding. „Neem, als het u belieft plaats, mijnheer W at'1 --en." H vrdi vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1921 | | pagina 1