BUITENLAND.
1
„ONS BLAD"
f"- i
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon:
Hoog bezoek.
PHIJILLRTON
Onder ValscSie Vlag
Parlementaire Kroniek
No. 20?
DONDERDAG 16 JUNI 1921
14e JAARGANG
Abonnementsprijs
Per Irwariaa! VGor Alkmaar ......if 2.
Voor builen Alkmaarf 2 85
Wei Geïlhtslreerd Zondagsblad OAO f hooger.
Advertentieprijs:
ADMINISTRATIE No. 433 j Van 1—5 regels f 1.25; eikeregel meer f 0 25; Reclames
REDACTIE No. 633 J per reg-ei f 0.75; Rubriek „Vraag cn aanbod" bij voor-
uitbetaling per plaatsing f 0.60.'
Aan alls abonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 400,—, f 200,—, f 100,—, f 60,—, f 35,—, f 15,—.
Gisteren namiddag heeft dan .Ie Japmi-
toeïie Kroonprins Hiroliik» in i hoofd-
r-kul den voet op Node;LuuiscJie» bodem
gezet.
■dl vreemde en hc.oge bezoek is voor
ons land als «en zeldzame onderscheiding
aan te merken.
Is toch de eerste maal, dal een der
leden van het Vorstelijk huis uit het land
der Rijzende Zon, de Oostersche streken
verlaat en naar deze lage Weslersche lan
den komt. De grooie oorlog, waarin Ja
pan als grooie mogvudlieid^een rol speel
de, gaf den voornaamsten stoot tot deze
reis. De vrienden, waarmee Japan in den
wereldkrijg zij liet op verren afsland
had samengewerkt: Frankrijk, Engeland
en België, moesten worden bezocht. Dat
daarom in dit reisplan ook een bezoek aan
het neutrale Nederland werd opgenomen,
mag zeker als een onderscheiding van
groote beleekenis gelden.
En toch, wij hadden ons niet zouder
reden teleurgesteld kunnen gevoelen,
wanneer de Japansche troonopvolger zoo
dicht aan onze grenzen was geweest en
ons bij zijn vertrek uit Europa den rug
had loegekeerd, zonder met onze Vorstin
en ons volk kennis te maken.
Nederland en Japan toch hebben samen
reeds eeuwen geleden groote belangen ge
meen gehad; het contact werd nu en dan
verbroken, maar de betrekkingen werden
toch telkens hersteld. En we behoeven
slechts te wijzen op ons koloniaal rijk,
veel dichter bij Japan dan bij het moeder
land gelegen, om het bestaan van groote,
wederzijdsche belangen aanstonds in het
oog te doen springen.
Japan is in de nieuwe geschiedenis een
der mc-est op den voorgrond tredende
landen geweest; liet is als een jonge reus
te midden van slapende volkeren opge
staan; het heeft de leiding der wereldheer
schappij in het verre Oosten genomen; het
is de „self-made man", die de bewondering
van alle beschaafde volkeren getrokken
heeft, vooral, omdat zijn ontwikkeling zoo
ongehoord snel uitgroeide en niet minder,
omdat zijn succes grootendeels te dan
ken was aan de energie, de volharding, de
lucht, de geest- en werkkracht van het
volk zelf.
Op ééii ding mogen wij daarbij echter
wel de aandacht vestigen, n.m. hierop, dat
de Japansche Zon eerst recht de Rijzende
Zon is geworden, nadat in hevige burger
oorlogen het pleit was beslist ten gunste
v n hen, die de Westersche beschaving
als het onfeilbare middel beschouwden, om
aan het poëtische land der chrysanten en
der kakemono's de leiding in het Oosten
te verzekeren.
Eerst in 1868 werd de strijd om Jedo,
bet tegenwoordige Tokio, beslist, een
strijd, die beteekende, dat de voorstanders
van liet weren der vreemdelingen en eene
vreemde beschaving overwonnen werden
door den meer vrijzinnigen jongen keizer.
Tokio, de nieuwe hoofdstad, is dan ook
het symbool van de overmacht van de
Westersche cultuur op het starre vast
houden aan oude tradities.
Japan is nu in bestuursvormen, in tijd
rekening, in muntstelsel, bankwezen enz.
een Europeesch land geworden en heeft
daaraan zeker voor hel grootste deel zijn
overwicht te danken.
Dat hierbij ook genoemd mogen worden
de keizerlijke besluiten van 1873 en 1876,
waarbij eerst van alle christen-vervolging
werd afgezien en vervolgens de tegen liet
christendom uitgevaardigde bevelen, waar
hij het den Japanners verboden was tot
Christus' leer over le gaan, werden opgehe
ven, is zeker een der hcugelijkslc feiten in
Japan's geschiedenis.
Want een zoo energiek volk, waartoe
zich al eens de groote moderoe sostel der
heidenen, een Franciseus Xaverius, voelde
aangetrokken, moet ten slotte ook voor hel
licht der waarheid gewonnen worden. De
voortgaande bloei van het Katholicisme
geeft daaromtrent hoopvolle vcuwaoiitin-
gen.
Om dit alles is het zeker niet te ver
wonderen, dat wij den Japanschen Kroon
prins vandaag een hartelijk welkom op
den Nederlandschen bodem toeroepen. Ja
pan heeft al sinds eeuwen de belangstelling
van onze christelijke zending, van onze
geleerden, van onzen handel en onze in
dustrie gelrokken. Tal van werken zijn
ever het groote eilandenrijk verschenen.
Vele Nederlanders hebben Japan be
zocht en kunnen over het rijke, vreemde
land met kennis van zaken en uit ervaring
spreken. Vele zijn de Nederlandsche rela
ties met Japan. En de belangstelling voor
het land der Rijzende Zon is dagelijks
groeiende.
De verecniging „Nederland in den
Vreemde" heeft indertijd een afzonderlijke
Japansche commissie ingesteld en deze
heeft al reeds een zestal brochures en uit
voerige geschriften over Japan het licht
doen zien.
Het laatst verschenen werk in deze serie:
„Japan in den Oorlog" van dr. P. A. Roe
per Bosch mag als een belangrijke stu
die van een deskundige,, die vijf jaar in
Japan heeft vertoefd, worden beschouwd.
Nederland heeft dus voor het land van
den Mikado groote belangstelling.
Moge de Japansche Kroonprins daarvan
deze dagen overtuigd zijn geworden en die
overtuiging straks meedragen naar zijn
scboone land.
Uitgave van „Het Nederlandsch
Boekhuis".
De nieuwe regeling van den
Dienstplicht.
Over de nieuwe regeling liebben zich
nog de heeren Duymaer van Twist, Wijk,
Boraans en Kruyt laten hooren, allen
mannen met verschillende inzichten over
onze logerorganisalie.
Vrijwel tegenover elkaar stonden de an-
li-revolutionnaire en de katholieke spreker.
De heer Duymaer bracht allerlei bezwaren
tegen Minister Pop's regeling te berde.
Het vetdleger zou z.i. niet bij een even-
tueclen aanval den eersten sloot kunnen
afweren, daar het te klein was en wat de
opleiding, het ploegenslelsel en de voor
oefening betreft, daarvan deugde zoo goed
als niets. Het deed daarom wel ietwat
zonderling aan, den anti-rev. overste op
non-acliviteit de hoo j te hooren uitspre
ken, door gemeen overleg met de Regee
ring zijn ernstige bezwaren tot een be
vredigende oplossing te zien brengen.
De heer Bomans had zich te verdedigen
tegen vele verwijten tot hem gericht, dat
hij n.l. zijn vroegere theorieën was on
trouw geworden. Hij ontkende dit. Zijn
hoofdstreven was altijd geweest het ka
zerneleven te beperken.
Dat doet dit ontwerp, althans kan dit
ontwerp doen. En dus was hij er mee inge
nomen. De houding der sociaal-democraten
noemde hij weinig parlementair „belab
berd". Zij prediken nu de weerloosheid,
nadat zij eerst in de crisisjaren meegedaan
hebben aan allerlei oorlogscredieten.
De heer Wijk, die als eenig vertegen
woordiger van het zoogenaamd Verbond
tot democratiseering onzer Weermacht,
het woord voerde, viel in een heftig be
toog de legerorganisaiie van den Minister
aan. Deze zal de stem van dezen „demo
craat" niet krijgen, niet omdat de wet niet
democratisch genoeg is integendeel!
Maar deze democraliseerder van de weer
macht is tegen bezuiniging en tegen leger-
verz wak king, had het zelfs over weerloos
heid, kanonmenvleesch, Z. M. de kiezer,
lam en verachtelijk gedoe en nog veel meer.
terwijl de eerste oefentijd van den Minister
(6 maanden) te kort is volgens dezen
W -t "Achtsverboinldemocraat. Het was
niet van de Kamer, maar toch ook
niet onbegrijpelijk, dat zij na de
schimppartij van den heer Wijk op de
Kanier, niet geneigd was om eenage mo
ties, die de heer Wijk ontworpen liad, le
ondersteunen, welke bejegening geen be
letsel voor den redenaar was, om zijn rede
verder af te lezen.
De dappere heer Kruyt is communist en
wil daarom niets van een sterk leger weten,
behalve natuurlijk in Rusland. En daar
mee is alles omtrent dezen Russophiel ge
zegd.
In de avondvergadering was het de heer
v. d. Voort van Zijp, die één klaagzang
aanhief over personeel en materieel.
Omtrent ons vestingstelsol vroeg de spr.
of dit afgezien van de motie-Drion
waarin bezuiniging bij dit stelsel wordt
aangedrongen nu eigenlijk zal worden
gehandhaafd, dan wel afgeschaft. Op dit
punt, evenzeer als ten aanzien van den
inhoud der geheime aan de Kamer over
gelegde nota, heeft ons volk recht om vol
ledig te worden ingelicht, met voorbehoud
natuurlijk van hetgeen voor het buitenland
geheim moet blijven. Deze spr. drong
voorts aan op betere en ruimere voorzie
ning van geschut en evenals de heer Duy
maer van Twist legde hij bijzonderen na
druk op liet groote gewicht, -hetwelk iii het
nieuwe stelsel aan dc vooroefeningen zal
moeten worden gehecht. Met de leiding van
deze vooroefeningen zal de vrijwillige land
storm moeten worden belast en in geen
geval de burgerwachten, zooals van som
mige zijden wordt gepropageerd.
Het denkbeeld van een „Statenbond van
Europa", waarvoor de wel idealistisch aan
gelegde, maar daarom nog niet sympa
thieke lieer Van de Laar, een gloedvolle
rede hield, werd door een krachtigen
kouden waterstraal afgekoeld. De spuit
gast die dit werk op zich nam, was de
christelijk-historische heer Schokking. Hij
noemde dit denkbeeld „kinderlijk."
De leider der Socialisten wijdde een rede
voering aan de kwestie der ontwapening
in verband met de practische politiek. Mr.
Tioelslra hield N.B. vol, tegen liet getuige
nis van een deskundige als generaal Luden-
dorff in, dat niet ons leger ons land buiten
den oorlog heeft gehouden, terwijl nog in
November 1920 het „Volk" (hoofdredacteur
mr. P. J. Troelslra) constateerde, dat zon
der onze mobilisatie de oorlogvoerenden
ons land hadden moeten binnenvallen en
dat daarom de houding van 1914 de eenig-
juiste is geweest? Wil de heer Troelstra nu
blijven volhouden, dat hij niet gelooft wat
Ludendorff schreef en dat het Duitsche
legerbestuur niet moet geweten hebben, dat
Nederland zoo weinig grof geschut bezat
en dat ons land liet geheel voorbijziende,
dat wij in dat geval niet alléén zouden
hebben geslaan niet twee dag-en zou
hebben uitgehouden, dan lijkt zoofa hou
ding van den man der vergissingen in 1918
op niks.
Vrijdag was Minister Pop aan 't woord.
Hij was begonnen, en daannee was hij
volkomen in zijn recht, met generaal
Snijders, den oud-opperbevelhobber „den
man" die zooveel jaren onbeperkt zijn
krachten aan 't vaderland gewijd heeft,
te verdedigen tegen de persoonlijke aan
vallen van den socialist K. ter Laan. Ver
volgens trad hij in de verdediging van zijn
sleisel. Daarbij bestreed hij liet denkbeeld,
Van VeenVan Twist om de reserve- en
kernlroepen samen te voegen. De Minister
wees er vooreerst op, dat, wil men alle
72 bataljons als kern/troepen fonnecren,
de outilleering van de 36 bataljons reser
ve-troepen even goed zou moeten zijn als
de thans voorgestelde van de 6 bataljons
kernlroepen. De kosten daarvan zouden
aan artillerislische uitrusting 12 mallioen
méér bedragen. Tegenover dit argument
hebben de bóeren Van Veen en Duymaer
van Twist in hun repliek betoogd, eener-
zijds dat de artillerie niet in gelijke mate
behoeft toe te nemen, als de kerntroepen
in aantal verdubbeld worden, hetgeen mi
nister Pop in zijn dupliek echter staande
hield, anderzijds, dat de opperbevelheb
ber bij. een vijandelijken inval praotisch
toch genoodzaakt zal zijn om onmiddellijk
de kernlroepen met de reserve aan te vul
len, welke laatste dan echter slecht ge
oefend zal zijn en „een janboel" zal ver
oorzaken.
Verder vreesde Minister Pop, dat, hi
dden men thans tot een zoo breeden opzet
van het veldleger besloot, als mr. Van
Veen noodig oordeelt, de kosten daarvan
Op den duur niet te dragen zouden zijn en
men iater weer een desillusie te meer zou
moeten erkennen. 'Omtrent dit kernleger
meende de Minister overigens een misver
stand te moeten constateeren. Met dit le
ger zal niet onze gebeele grens moeten
worden „gegarneerd", doch het zal op
die, door het beleid van den opperbevel
hebben uit te kielen plaats moeten wor
den ingevoerd, waar, met gebruikmaking
van het terrein, met den meesten -kans op
succes de vijand kan worden tegengehou
den. Indien drt eerst zal kunnen geschieden
na het prijsgeven van eenigen grond on
zerzijds, dan is dit een gewoon verschijn
sel, aan hetwelk geen enkel land, zooals
de Minister herinnerde, gedurende den we
reldoorlog ontkomen is. Zelfs Duitschland
heeft den oorlog niet geheel buiten zijn
grenzen kunnen houden. Om deze rede
nen -bleef de Minister vasthouden aan een
klein, doch goed geoefend en volledig ge
outilleerd kernleger, waarvoor een oefentijd
van zes maanden een volstrekt minimum'
is. De heer Pop betwistte nog, dat juist
de meest ijverigen en belangstellenden on
der de dienstplichtigen bij de reserve-
troepen zouden worden ingelijfd; het vïer-
maandenstelsel heeft geléerd, dat het eer
de meest g-emakzuchtigen waren, die van
deze gelegenheid profileerden, onder de
niet-voorgeoefenden zullen zich dan ook
uitstekende soldaten be vinden.
Overigens herhaalde de Miniser, dat «en
ook slechts bij benadering juiste bereke
ning van de kosten dezer wet absoluut on
mogelijk is. De kosten der vrijstellingen-
commissies begrootte hij op ongeveer
f 9000, waardoor z.i. een eentraal-dnstituut
zal vv-jrden verkregen, dat eenheid van op
vatting waarborgt.
Ten slotte stelde de socialist K. ter Laan
nog een motie voor, gelijkluidend aan die
van den communist Kruyt iot schorsing
der beraadslagingen, doch niet de toevoe
ging, tevens maatregelen moeten wor
den genomen, om de tweede lielff der lich-
ting 1021 niet te doen opkomen.
4
Opper-Süezïë.
Tot botsingen van groolen omvang is
het gisLeren in O. S. niet gekomen. De op
standelingen hebben evenwel hun aanval
len op Zembowjtz .in de gouw Rosenberg
hervat. In de streek van Rosenberg hebben
zich na den aftocht der Engelschen Pool-
sclie benden gevormd, die opnieuw mét
wapengeweld tegen de volkssteniuiingspo-
litie en de Duitsche bevolking optreden.
Bevestigd wordt, dat de Polen bij Ratibor
de dorpen Markowitz, Lucawini en Ho-
henbirken hebben ontruimd.
Een delegatie van het Int. Verbond van
vakvereenigingen, bestaande uit Jouhaux
en Fiwimen, is ie Oppeln aangekomen.
De toestand.
Pessimisten hebben, met het oog op d
betrekkelijke kalmte in Opper-Silezië van
een stilte voor den storm gesproken en in
derdaad is op de vreugde, die in Duitsch
land over de berichten der Engelschc cor
respondenten in Opper-Silezië heerschte
en de daaraan geknoopte verwachtingen,,
dat nu eindelijk de geallieerde commissie
eens krachtdadig tegen de opstandelingen
zou optreden, een koude douche gevolgd.
De onderhandelingen van de Entente-com
missie met de commissie van Twaalf, zijn
afgebroken. De Enlenteommissie stelde als
tegeneisch de ontruiming van Annaberg,
die de Duitsche zelfweerhaarheid met ver
lies van groote offers op dc opstandelin
gen had veroverd, en een zeer sterke po
sitie is. Deze eisch is door de commissie
van Twaalf en door den aanvoerder van
de zelfweerhaarheid, generaal Hofer, van
de hand gewezen en hierop heeft de En
tente oommissie ie kennen gegeven, dat de
zelfweerhaarheid weigert de bezette stre
ken te ontruimen. Tegelijk met dit bericht
vernemen de bladen dat de Polen hun te
rugtocht overal hebben afgebroken.
Een kreet van verontwaardiging gaat
door de geheele Duitsche pers. Men vraagt
zich af of hef mogelijk is, dat de Entente-
commissie, die tegen de Poolschc opstan
delingen nog zoo goed als niets onderno
men. heeft. Üians een voorwendsel zal ge
bruiken om Korfanty alweer een dienst te
bewijzen. Het heet dat Korfanty zelf in
Fransche officiersuniform te Oppeln is ge
weest. De houding der Ententecommissie
wordt ten dceJe aan het feit toegeschreven
dat de nieuwe Engelsche gedelegeerde in
de commissie, kolonel Stuart, een willig
werktuig in de hand van Lerond is of al
thans zich door Lerond om den vinger
laat winden. De bladen verwijzen met bit
terheid naar de rede van Lloyd George
van 13 Mei en vragen hoe het mogelijk is,
dat thans de Entenlecommissie na een
maand precies het omgekeerde doet van
hetgeen Lloyd George boven hoeft ge
zegd.
De „Vossische Zeatuiig" schrijft: De hou
ding van de commissie te Oppeln wordt
oen Enropeesdh gevaar. Men hoeft hier
militairen een politiek-diplomalieke taak
gegeven en moet thans beleven dat zij hun
eigen politiek maken. Terwijl men over
den herbouw van Frankrijk en Europa on
derhandelt, worden de grondvesten daar
van in Oppeln verwoest. De commissie
weet dat de Ententënfë endheden erop re
kenen dat 22 Juni dit- bevrijdingsactie zal
zijn afgeloopen. In plaats echter met allen
nadruk deze actie voor le bereiden en te
volbrengen, verbruikt men den tijd met zich
door Korfanty voor den gek te laten hou
den, en zijn voorwaarden aan de Duit
sche organisaties in den vorm van een
bevel over te brengen. Dat daze niet in
staat zijn om, voor dat nog het geringste
tegen de oproerlingen is geschied, blinde
lings geloof te hechten aan de honderd
maal gebroken beloften van Korfanty,
schijnt men le Oppeln als voorwendsel te
willen aannemen om weer een tijdlang
niets te deen.
In deze veronderstelling van de houding
der Ent ent e coram i s si e zijn alle bladen het
mei elkander eens, met uitzondering van
de „Freilieit", die de Duitsche zelfweer
haarheid een Orgesch-afdeeling noemt en
op de uitingen van extreme Duitsch na
tionale zijde wijst, dat als de orde in Op
per-Silezië zal zijn hersteld, de zelfweer
haarheid rechtsomkeert zal maken en ook
le Berlijn ordelijke toestanden scheppen.
Als resultaat van de onderhandelingen
der Ententecomniissie met Korfanty heeft
deze zich bereid verklaard Gleiwitz te
ontruimen op voorwaarde dat de Duat-
sclièrs den Annaberg den 16cn dezer ont
ruimen, overeenkomstig deze bereidverkLa-
ring zijn de Polen sedert Dinsdag met de
ontruiming van Gleiwitz bezig. Gleiwitz is
de laatste schakel in de onzijdige zone,
-welke de Entente-troepen bezet houden.
Korfanty moet zich voorts bereid ver
klaard hebben den opstand ie bre telen op
voorwaarde dal de Duitsche zelfweërbaar-
hcid en de Orgesch worden ontwapend.
Ierland.
Te Belfast Braken de paiillj-onluslen
Dinsdag opnieuw uit. Vo'fc-ns de laatste
berichten, zijn twee menscihcn gesneuveld.
Sir Hamar Given wood, de minister voor
Ierland, heeft in hat Lrgerihuis meege
deeld dat dc jongs'e pogingen o,m een
wapenstilstand in Ierland ie weeg te bren
gen toit niets geleid hadden. Zoowei Sir
Jamar Craig als Lloyd George hadden
hun bereidwilligheid te kennen gegeven,
om met de leiders van Sinn Fein bijeen
te komen, maar de laalsten hadden ge
weigerd. Wat Sir. James Craig betrof,
schijnt deze de uitnoodiging aan de Valera
gezonden te hetbbon, maar zij word afge
slagen
Nu de toestand zoo was, verzocht
Greenwood affie partijen om zich tegen den
tegenwoordige!! opstand aaneen le sluiten.
Als die opstand bedwongen was, moest
men zich vereenigen 0111 Noord- en Zuid-
leriand aan te moedigen zich over een
grondslag te verstaan, o.a. een grondslag
met de grooitslt mogeCijke financieele
zelfstandigheid, en hun geschillen zeiven
te regelen.
Volgens de „Daily Mail", zal, indien
net Zuidelijke parlement op 28 Juni met
officieel bijeenkomt, een onderdrukking
van de Sinn-Fcinsche extremisten op
groote schaal beginnen. Het gebied van dc
krijgswet zal uitgebreid worden lot hedl
Ierland buiten Ulster. Een aantal klop
jachten legen de gunmen zullen on-
•dennomen worden.
Daarvoor zal Ierland m verschillende
districten verd-eetel worden, die elk stel
selmatig afgezocht en omsingeld zulle»
worden. Dit zal vooral geschieden in berg
achtige streken.
Militairen, politie en hulpitroopen zullen
versterkt worden De hulppolitie zal meer
een miliitair 'karakter krijgen cn ondoi
bevel van militairen geplaatst worden.
DE HERBOUW-CONFERENTIE.
Naar verluidt zal den 24sten dezer ie
Parijs de Fransch-Duitsche herbouw-oon-
fereütie beginnen, waarvoor minister Ra-
thenau thans een plan voorbereidt.
De Londensdhe correspondent van hel
B. T, zegt dat de Opperste Raad op ver
zoek van Loucheur Ra then au waarschijn
lijk zal uiitnoodigen zijn plannen persoon
lijk of door een vertegenwoordiger in de
eerstvolgende zitting van de O R. nader
uiteen te zetten.
DE YAP-KWESTIE
Naar Reuters Agentschap verneemt, is
Japan hoewel het zijn rechten als man
dala ris over zekere Zuidizee-eilanden hand
haaft volkomen bereid om met dc Ver.
Staten tot overosnisitemming te komen.
Wat betreft de telegraafkabels, die op
Yap landen, is Japan bereid, aan de Ver.
Staten, de volledige controle le verschaf
fen over den Amerikaanschen kabel, wel
ke loopt van Menado naar Guam, via Yap.
Tot dusver is er geen aanwijzing teil
aanzien van de houding van de Ver. Ska
ten in deze zaak.
Er zijn lot nu toe geen berichten voor
handen, die aoi?den aanloonen, dat de
zaak in e'en eindsladium verkeert.
BEZUINIGINGEN IN ENGELAND.
Tengevolge van de protestbeweging on
der de coalitie-unionisten tegen de hand
having van heL ambt van minister zonder
portefeuille op een safaris van 5000 pond
sterling heeft dr. Addison, dien het verzet
gold, bericht, dat bij zijn ontslag aanbood,
dat neg niet aangenomen was.
Dit is een der manifestaties van het par
lement om druk te oefenen op de regee
ring voor 'bezuiniging.
.De gelofte om bij de regeening op bezui
niging aan te dringen, is thans volgens de
„Times" door 155 leden van het Lager
huis onderteekend. Op 14 na zijn het allen
unionisten.
GEMENGDE BUÏTENL. BE- j
RICHTEN.
DE DROOGTE IN ENGELAND.
Toldusver is in Engelland in deze maand
maar 3/20 F.ng. duim tl Eng. duim 21/jg
c.M.) regen gevallen, i>e gewone regcuviu
in Juni is bijkans duim. Gisteren was
liet de 87ste regenlooze dag in het Zuid
oosten van Engeland sedert einde Januari.
De velden in de Midlands zijn bruin ats
in Augustus. Vijvers en stroomen drogen
op en het vee lijdt.
Het winterkoren staal er goed. bij, maar
alle gewassen, die in het voorjaar gezaaid
zijn, kwijnen. Alleen aardappelen vormen
oen uitzondering.
Een door de Kamer van Koophandel
te Kopenhagen belegde en door belangheb
benden druk bezochte vergadering hooft
zich gister bezig gehouden met den Ihaahe-
ijken toestand van de Deensolie nijverheid-
Besloten werd dc Kamer van Koophandel
te verzoeken zich nogmaals tot de regee-
ring le wenden met liet verzoek doeltref
fende maatregelen te nennen om de voor
dc belangen des lands hoogst gevaarlijke
crisis in handel en nijverheid le keerte
gaan.
Gisteren werd in het geheele land do
Sicreen-i-ging van Sleeswijk. met Denemar
ken gevierd.- Herdacht wordt tevens de slag
bij Beval, 700 jaar geleden, toen volgens
de legende da Deensche nationale vlag uit
den barrel is gevallen.
Bij de behandeling van de zaak tegen
den communist Holz is het Dinsdag tot
een ernstige hoisting lussohen den beschul
digde en zijn verdediger aan den eenen
kant en den voorzitter aan den anderen
kant gekomen. Deze laatste wilde nJ. niet
toeslaan, dat Hols ziclh hij zijn verklaring
lot de publieke tribune zou wenden. De
beklaagde was echter niet tot zwijgen to
brengen, en voer legen hel gerechtshof uit,
rvaaiibij hij door zijn verdediger Hchge-
wisdh bijgestaan werd. De voorzitter ver
klaarde daarop de zitting voor gesloten en
liet de zaal ontruimen.
liet incident ontstond, toen Holz ver
klaarde dat zoolang hij de macht in ban
den liad gehad overal orde en rust had
geheersoht, maar dat deze gestoord wer-
VR1J NAAR HET DUITS f H.
20
Marion stond op. „Goeden nacht papa!"
„Goeden nacht," hernam deze ver
strooid, ronder naar haar om te zien.
Zachtjes verliet Marion de kamer.
Een breeds jjtng leidde van bet por
taal langs verscheidene, sedert den
dood hare." e.ier ongebruikte logeer
kamers raar Hn linkervleugel van het
uitgestrekte gebouw. Hier aangeko
men, bleef Marion aan den voet eener
tamelijk steile trap een oogenbiik stil
staan, om kracht te verzamelen, al
vorens naar boven te gaan.
„ik wilde, dat Tita een beneden
kamer had. prevelde zij, terijl haar
blik over de meer of minder uitgesleten
;ap zwierf, „maar.ik waag het niet,
haar daar een kamer aan te wijzen
Papa zou boos kunnen worden. Mijn
3od Als :k tooi: de waarheid wist
En die familie Watlhagenj! Zou deze
iamiüe in eenige betrekking staan
io."..Maar neen, neen, ik zie spoken
i,ij heldor daglicht. Misschien, r.sen,
zeker, is mijn twijfel geheel ongegrond
de woorden, die ik hoorde, waren van
iemand, die in zware koortsen lag, meer
niet.... En toch, waarom werd papa
zoo verschrikkelijk bleek, toen ik den
naam noemde
Diep ademhalend, ging zij met moeite
de trap op en bereikte, nadat zij nog
ovs, een smalle gang was gegaan, aan
het uiterste einde daarvan de kamer
van Tita.
Tita cf eigenlijk Josephine, was de
oude kindermeid, die, gelijk Constance
Weber met recht aangemerkt had, het
eenige gezelschap der ziekelijke Marion
was, de eenige ook, die haar in het
ouderlijk huis liefde en teederheid be
toonde. Sedert jaren kon de oude dienst
bode die, ten gevolge van rheumatische
aandoeningen half kreupel v/as, niet
meer werken, maar de eigenaar van
Guruguh had haar niet verstooten,
maar haar, met een hem anders vreem
de edelmoedigheid een kamertje aan
gewezen, v/aar zij, rijkelijk voorzien
van wat zij wenschte, haar dager in
rust kon slijten. Daar zat zij ook- pu,
toen Marion binnentrad, aan een tafel,
waarop een geopend album met Ita-
liaansche iandsc'nappen enz.
„Goeden avond, Tita," zei Marion,
terwijl zij naast de oude vrouw ging
zitten. „Ik vreesde haast, u te bed te
zullen vinden.".,
„Kind, gij hadt beloofd te komen en
daarom wachtte ik op u. Hoe blijde
ben ik, dat gij mij deze platen van de
reis hebt medegebracht. Ik kan mij nu
zoo goed voorstellen, waar gij dezen
winter geweest zijt. Ik wilde, dst het
geheele kasteel, met al, wat er in is,
des nachts naar Italië kon verplaatst
worden. Daar zou ik wel van mijn
rheumatiek afkomen. Denkl gij niet
ook
„Het zal hier ook wel beter worden,
nu het weer warm wordt," troostte
Marion.
Tita schudde zuchtend het hoofd.
„Kon ik maar nu en dan eens buiten
komen 1"
„Zoodra de pijn in uw voeten minder
wordt, zullen Antoon en Casper u weer
iederen namiddag naar beneden dragen,
evenals verleden zomer. Uw wagentje
staat reeds klaar. Dus maar moed ge
houden, Tita."
„Ach, Marion, wat moest ik toch be
ginnen, als ik u niet had 1" zeide de
oude, vergrijsde vrouw, terwijl zij de
smalle, haast doorschijnende hand van
het meisje streelde. „Vertel mij nu een,s
hoe het u dezen middag bij de familie
Weber is bevallen. Waren er veel gas
ten Hebt gij u goed geamuseerd?"
Marion knikte. „Zeker, ik houd veel
van Constance en dan was er ook nog
Wanda Brenner, die ik na mijn terug
komst uit Italië nog niet gezien had,
en nog een vreemde jonge dame, die
gij niet kent, Tita." jj
„Wordt de pdn erger vroeg Tita
plotseling, terwijl zij Marion vol zorg
aankeek. „Gij zijt zoo bleek en uw oogen
zijn zoo dof."
Zonder te antwoorden, sloeg het
jonge meisje haar arm om den hals der
oude, trouwe ziel, en borg het gezicht
aan haren schouder.
„Wat is er dan gebeurd
„Niets, niets, Tita. Maar papa is
zoozoo.
„Boos?"
„Dat juist niet, maar hij heeft mij
in 't vervolg den omgang met Constan
ce verboden, en zij was toch in den
laatsten tijd de eenige vriendin, die
ik nog had."
„Maar waarom riep Tita verbaasd
uit. „Wat heeft zij gedaan
i „Niets. Het is ook niet om harentwil,
maar omdat papa niet wenscht, dat ik
nadere kennis met de familie Walhagen
maak, die.
V/alhagen riep Tita zoo lyid en
scherp, dat Marion verschrikt opsprong.
,,-ent gij die familie, Tita?" vroeg
zij ademloos van opgewondenheid.
Papa sprong op, alsof hem een a'dder
gebeten had, toen ik den naam noemde,
en nu gij ook al In welke betrekking
staat die familie tot ons O Tita, zeg
het mij, ik moet het weten
De oude vrouw had het gelaat af
gewend. ,,In.... in volstrekt geen
betrekking," stamelde zij eindelijk.
„Waarom wilt gij mij misleiden
riep Marion nu op het punt van in
tranen uit te barsten.
„Dus die jonge dame, waarvan gij
mij zoo even verteld hebt, heet Wajl-
hagen vroeg Tita na een pauze. „Ja
Mijn God zou het mogelijk zijn? Hoe
zag zij er uit, Marion En hoe komt zij
daar in het huis van den fabrikant?"
Marion deelde nu aan Tita alles mede,
wat zij wist.xjr
„Maar de vader, de vader?"
„Ik weet volstrekt niet. of hij nog
leeft."
Tita verzonk in gedachten. Een
geruime tijd verliep.
„Wilt gij mij niet zeggen, wat die
Wallhagens met ons te maken hebben,
Tita verzocht Marion.
Tita schudde het hoofd. „Dat mag
ik niet, kind."
„Dat moogt gij niet Waarom niet
Om papa fluisterde Marion.
De oude vrouw knikte stom.
„Maar gij vreet toch, dat gij rnij kunt
vertrouwen."
„Neen, neen. Hij zou het mij. nooit
vergeven. En dan ik ben niet eens
zeker, dst het dezelfde familie Wa'II-
hagen is. die ik meen. Kunt gij mij die
juffrouw niet beschrijven. Heeft zij
ro'-d haar
„Rood dat geloof ik nietmaat jk
heb cr ook niet bijzonder op gelet."
hernam Marion, terwijl zij moeite dead,
zich de gestalte en het uiterlijk v-nS
het jonge meisje zoo goed r.ogdijk te
herinneren. „Zij is groot en rank.' Ei
genlijk knap vond ik haar nietmaar
zij heeft een tidtengevosn intelligent
voorkomen en prachtige, donkere, spre
kende oogen. E.ioh, nu herinner
ik het mij, zij heefc bruin haar, goud-
Kruin en gekruld."
if VK or ft Dtcvtlgc!)