ONS
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Téèfoon: SSÈ^gib433
Een ramp voor velen.
BUITENLAND,
FEUILLETON
Oncier ïalsohe Vlag
No. 21S
DONDERDAG 30 JUNI 1921
Ue JAARGANG
Abonnementsprijs:
Advertentieprijs:
Brieven uit Frankrijk.
IR «ïfüct in de Engelsche mijn
industrie opgelost.
«<5t verk in de mijnen zal onverwijld
N00RD-H0LLANDSCH
Per kwartaal voor Alkmaarf 2.
Voor buiten Alkmaarf2 85
A'et Geïllustreerd Zondagsblad 0 10 f hooger.
Van 1 5 regels f 1.25; eikeregel meer f 0 25; Reclames;
per regelt 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor-
uifoefating per plaatsing f 0.60.
Aan alle abonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot eert bedrag vanJ"50qirf4^trTpf^T3TTfr7iCT°^yr^
II (Slot)
't Heeft menigeen destijds nog ver
wonderd, dat de levensverzekeringen
zich zoo kranig hieldenal was de
sterfte abnormaal hoog, de uitkeeringen
geschiedden vlot en regelmatig.
Ernstiger dan de in het vorig artikel
genoemde, hebben echter de factoren,
welke het gevolg waren van den grooten
oorlog en van de groote crisis, de malaise
in het bedrijf bevorderd.
Noemen wij allereerst het feit, dat
vele maatschappijen een beduidend
leel van haar kapitaal belegd hadden
in buitenlandsche effecten, welke door
de oorlogscrisis vrijwel of geheel waar
deloos werden.
Dit veroorzaakte natuurlijk vele en
groote stroppen direkte geldverliezen.
Gedeeltelijk ook in verband hiermede
s te noemen de ontzettende daling
ier buitenlandsche valuta.
Zooals wij hierboven reeds zeiden,
is de toch al vaak te dure buiten
landsche exploitatie voor sommige
maatschappijen noodlottig geworden.
Inderdaad
Ten eerste moesten de Hollandsche
maatschappijen, welke in Duitschland
werkten (evenals de Duitsche maat
schappijen zelf) ook oorlogsrisico
d. w. z. ook uitkeering voor de fïi oorlog
sneuvelenden verzekeren.
Al sinds ruim 12 jaren 'n feit, waarin
sommigen het bewijs willen zien, dat
Duitschland zich tot den oorlog be
reidde, den oorlog wilde..'n feit
in ieder geval, dat den maatschappijen
schatten gelds gekost heeft in den groo
ten oorlog.
De in Duitschland werkende Holland
sche maatschappijen vielen onder de
Duitsche wetten op het verzekerings
bedrijf, en die wetten eischten o. a. ook,
dat de volle premiereserve van de
maatschappijen voor een bepaald per
centage belegd werd in Duitsche fond
sen. Voorts werd men gedwongén, in
te teeko**'3** °p -
(\eemngen.
Welk een groote strop dit is geworden,
behoeft wel niet nader uiteengezet.
Verondersteld kan en moet verder
worden, dat vele Hollandsche maat
schappijen groote sommen herverzekerd
hadden bij buitenlandsche maatschap
pijen, die haar verplichtingen niet
kunnen nakomen.
Zóó is het heel verklaarbaar
gekomen, dat een ernstige malaise in
het verzekeringsbedrijf intrad.
Nu zijn sommige directie's niet van
eenig lichtzinnig beheer vrij te pleiten
Jaren lang heeft men hier en daar
den toestand veel te rooskleurig voor
gesteld, door b. v. fondsen, enz.
hoezeer ook in waarde verminderd
nog maar steeds, als was er geen vuiltje
aan de lucht, voor de oorspronkelijke
volle waarde op de balans geplaatst
te houden, waartegenover geen vol
doende reserve gekweekt werd.
Had men zich vroeger rekenschap
gegeven van de treurige werkelijkheid,
dan was reeds vroeger ook de malaise
aan het licht gekomen, dan was er in
sommige (thans fataal aan 't licht ge
treden) „moeilijkheden" misschien nog
tijdig hulp geboden, dan hadden velen
niet jaren lang gesteund -op iets, dat
achteraf absoluut geen steun zou blij
ken.
Doch naast sommige directie's zijn
ook enkele opeenvolgende regeeringen
en Kamers in gebreke gebleven.
In Nederland is hoe absoluut nóó-
dig het ook was nimmer een wette
lijke regeling voor het verzekerings
bedrijf getroffen lang geleden einde
1908 hebben de maatschappijen
;r zelf om gevraagd.
Nu is er door de commissie-Niemeyer
een wetsontwerp op het verzekerings
bedrijf ingediend, en naar in vakkringen
verluidt, is zulks over 't algemeen een
uitstekend wetsontwerp.
Men hoopt, dat deze wet er nu spoedig
komtzij zal vele onklare toestanden
tot klaarheid kunnen brengen, wat
vooral in deze tijden nu het ver
trouwen in het levensverzekerings
bedrijf zoozeer geschokt is hoog
noodig is.
Dat is juist het funeste in deze malaise
dat het publiek na het gebeurde met
„Algemeene" en „Kosmos" en „Con
cern Sorel" &lle maatschappijen min
of meer gaat wantrouwen, terwijl er
voor zeer vele vooral meer provin
ciale maatschappijen voor wantrou
wen niet den minsten grond bestaat.
Zóó zelfs, dat de directie eener ons
welbekende levensverzekering ons de
zer dagen nog verklaarde, dat zij zeer
gaarne hare boeken door een regeerings-
accountant zou laten onderzoeken zóó
accuraat en zóó voorzichtig was steeds
het beheer en de belegging der kapi
talen geweest.
Om het wèlverdiende vertrouwen bij
het publiek te herwinnen lijkt ons
zoolang de regeering zelf niet recht
streeks ingrijpt tot herstel van onver
diend geschokt vertrouwen het
denkbeeld dezer directie niet kwaad.
't Is in het algemeen belang, dat de
maatschappijen, welke dit waardig
zijn, het volle vertrouwen van het pu
bliek genieten.
Dit vertrouwen wederom te bevor
deren is aller plicht, in de eerste plaats
de plicht der directie's van verzekerings
maatschappijen.
HET HOLLANDSCHE DORP EN
NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE.
Als een oase in de woestijn ligt het Hol-
landsohe dorp te Lens te midden van ver
woesting en vernietiging. Nog is-or.yc geest
weer iir iaiige rijëö-voor ons oprijzen, als.
wij plotseling staan voor la Cité Holhm-
daise, die daar ligt als een teelten van her
leving. Het zijn de contrasten in het leven
die des te sterker iets doen uitkamen; zou
de vreugde zoo gelukkig maken als er geen
verdriet was, dat ons deed lijden, en zou
de behagelijke warmte ons zoo verrukken
als het niet de koude was die er naar
deed verlangen. Die tegenstelling is het ook
welke onze bewondering nog grooter doet
zijn, als wij het Hollandsche dorp in
oogenschouw nemen. In wijde kringen,
om ons heen, komende van Arras, niets
dan ruines, die vertellen van al het leed
dat hier geleden is, in Lens een nienw
centrum. Waar men een oogenblik die ver
schrikkingen kan vergeten. Een kundige
hand heeft dit dorp opgebouwd en tevens
een artistieke hand heeft er een stempel
van fijnen smaak op gedrukt. De woningen
van afmeting verschillend, zijn opgetrokken
uit hout en doen ons denken aan de nood
woningen die ook in Holland bekend zijn.
Tal van kleuren geven aan de voorgevels
een frisch en vroolijk aanzien, terwijl het
blijde zonlicht ruimle genoeg vindt door de
kleine ruitjes, om binnen te stroomen. Hel
der en vroolijk, dat is de indruk dien men
reeds op het eerste gezicht krijgt. Maar
dat niet alleen: de constructie getuigt van
Hollandsche degelijkheid en zonder angst
kunnen ook de wintermaanden met regen
en kou worden tegemoet gegaan. Vele
moeilijkheden moesten overwonnen wor
den, eer het zoover was, dat verleden
Zondag onze gezant, Jhr. Loudon, dit ge
schenk van Holland aan de Fransche re
geering kon overdragen. Moeilijkheden zijn
er echter alleen om overwonnen te worden
en waar dit hier geschied is, dient het ner
gens toe ze nog eens op te halen.
Drie honderd en veertig keurige wonin
gen bicden thans een gezellig verblijf aan
de mijnwerkersgezinnen uit dit zoo zeer
geteisterde gebied en nog 150 zullen bin
nenkort te Lievin, niet ver van Lens ver
wijderd, gereed zijn om eveneens de zoo
veel ontberende arbeiders een onderdak te
verschaffen. Scholen zijn in het kamp ge
bouwd, een feestlokaal lokt om gemeen
schappelijk uren van gezelligheid door te
brengen en dat men de hygiene niet ver
geten heeft, bewijst ons het badhuis dat
een voorbeeld is van Hollandsche zindelijk
heid. Bladen en tijdschriften hébben de
laatste maanden reeds meerdere keeren
van dit echt Hollandsche dorp verteld,
maar de plechtige overdracht die zoo juist
heeft plaats gehad, is reden genoeg de
herinnering nog eens op te frisschen. Tal
rijk waren de landgenooten, in Parijs
woonachtig, dae op dezen dag tegenwoor
dig wilden zijn, om blijk van hun belang
stelling te geven, maar ook de Franschen
ontbraken niest. Woorden van wederzijd-
sche vriendschap werden gewisseld tus-
schen de vertegenwoordigers der Neder-
landsche en Fransche regeering. Zoowel
Jhr. Loudon als de onderstaatssecretaris,
de heer Lugol, wezen op de be teekenis
van dit geschenk, dat niet alleen ten goe
de komt aan hen, die er een tehuis hebben
gevonden, maar dat tevens den band nau
wer zal toehalen tusschen twee naties die
steeds groote sympathie voor elkaar heb
ben gekoesterd. De op dezen dag onthul
de gedenkplaat zal door lange jaren heen
blijven getuigen, dat Holland steeds op den
bres staat, waar het geldt nooden te leni
gen en hulpbehoevenden te steunen. Die
steun en die hulp behoeven ook de talrijke
gezinnen van Nederlanders, die in Noord-
Frankrijk gevestigd zijn en ruim 120 in
aantal, zoozeer de gevolgen van den oor
log hebben ondervonden.
Persoonlijk hebben wij, correspondenten
van Hollandsche dagbladen, een bezoek
aan die ongelukkigen gebracht de ver
woesting van hun huizen en werkplaatsen
aanschouwd, nut hun eigen mond verno
men, in welk een toestand zij verkeeren.
Wij hebben mannen ontmoet, die hun ge-
heele leven hard IiebiTen gearbeid en dnak
zij hunne energie een industrieele positie
van beteekenis hadden verworven en aan
wien de oorlog alles heeft ontnomen. Som
migen, oud en ie geknakt, allen, zon
der middelen om opnieuw te beginnen.
Wie zal hen helpen als niet Nederland
hen te hulp komt. De Fransche regeering
heeft reeds de taak voor haar eigen land
genooten en bekommert zich niet om deze
vreemdelingen. Duilschland, dat voor een
groot deel de oorzaak is van de ruines en
,noo vergroot heeft docr,ct>v/iv—
alle mogelijke materia/en, vergoedt slechts
de bons die zij daarvoor in de plaats heeft
gegeven. En wat beteekent dat: zoo goed
als niets, de getaxeerde waarde van 1914
is nauwelijks een derde van de tegenwoor
dige en de mark, thans 5 centen, wordt be
rekend naar een bedrag één franc 25 centi-
mcn. Neen, Nederland moet deze landge
nooten te hulp komen, die er toch ook toe
hebben meegewerkt den naam van Holland
hoog te houden in den vreemde. Reeds
zijn er giften ontvangen, ongeveer 200.000
fres., om deze „smistiés", meest uit Lim
burg afkomstig, een schadevergoeding toe
te kennen, maar als een korreltje zand in
de woestijn is dit bedrag, waar 4 5
m-illioen francs benoodigd zijn. Wij mogen
die gezinnen niet aan hun lot overlaten,
op eigen beenen laten staan, die niet meer
kunnen dragen de lasten van het leven.
Zij moeten worden in staat gesteld op
nieuw te kunnen herbouwen, grondstoffen
te kunnen aanknopen, door bedrijfskapi
taal de mogelijkheid te hervinden hun afge
broken handel nieuw leven te geven. Geen
volk of het heeft in de oorlogsjaren en
daarna, de Hollandsche offervaardigheid
ondervonden.
Duitschers en Oostenrijkers, Franschen
en Belgen, hebben een toevlucht gevonden
in het gastvrije Nederland, hun kinderen
hebben er hun gezondheid hervonden, zou
den zij dan vergeten, onze eigen landge
nooten Nederlanders als zij, maar in den
vreemde, die buiten hun schuld het slacht
offer zijn geworden van den wreeden oor
log. „Vraagt en gij zult verkrijgen". Wij,
die dat alles persoonlijk hébben gezien en
gehoord, wij vragen uit hun naam aan de
Nederlandsche regeering en aan allen, om
financieelen steun.
Moge het „gij zult verkrijgen" in klinken
de munt ons ten spoedigste in de ooren
schallen.
MR. P. v. S.
Parijsf4 Juni 192Ï.
35,—, f 15,-
H-Tifestfhii in -de steenkolennij'verheid is
Diïis(i.|mi(i<lag voor goed geregeld in een
conferfilie tusschen Lloyd George en de
leifler dcr mijnwerkers.
he.0 y worden.
asm- de mijnwerkers zekere voorwaar
den,. 8| de regeering gestald had, aanvaard
hebbel stelt de regeering een som van 10
miliior pond sterling beschikbaar om de
looi.' c i den lijd van slapte op ie honden.
VoO.net eerst is in een groot industrieel
geschil et beginsel van winstverdeeiing in
de -Tvrfenkomst neergelegd. In de toe
komst jl nadat vaste bedragen uit de op-
breng;!ran de industrie betaald zijn, in elk
mijnSiïict uit de overwinst 83 procent
voor e ra -loonen en 17 procent voor extra
divide I gebruikt worden. De 17 pot. zul
len ec er niet geheel in de zakken van de
jnijijcijnaars komen, daar er nog eenige
opricl ngskosten uit betaald zullen wor
den.
'IV il aan de werklieden een loon ge-
waariSj-gd wordt van 20 pet. boven den
stamiifd van het loon van 1914, is <J«
overo komst er op berekend, vermeerde
ring tr productie en duurzaamheid vair
den vijle in de industrie te verzekeren.
Het-(ijnwerkersbestuur vertrok des mid
dags t Londen naar de respectievelijke
distritm om de voorwaarden van de re-
igeeri; j uiteen te zetten aan de mijnwer
kers. j'
Ermferdên voorbereidingen getroffen in
de injjpn in Zuid-Wales om het werk on-
mid'Scijk te hervatten. Er wordt medege
deeld, jat de loonsverlagingen bedragen 2
sh. pt i.schoft in Juli, 2sli. in Augustus
en 3 v in September. De overeenkomst
zal w.< kracht zijn tot December 1922.
De jelangrijikste bepaling van de ko-
Ienov V-entomst is, dat in het vervolq da
loon-S^hoogmgen zullen afhangen van de
winsjVêrmeerderirig, waar deze vermeerde
ring kjl worden berekend per district, en
niét (Ver het geheele land. Er zal dienlen-
gevoihe geen nationale „pool" van loonen
of wltsten worden gevormd, zooals oor-
sRr7"t'bïijk door de mijnwerkers werd ge
el .-Va-c den anderen kamt stelt de
deel m o„ -- -.O temcipe vast van aan-
dustrie. ——»«*»-
Ierland.
De uitnoodiging van Lloyd George.
Sir James Craig, de eerste minister van
Noord-Ierland, heeft Dinsdag na overleg
met de ministers besloten, de uilnoodi-
ging van Lloyd George aan te nemen. Hij
heeft den wensoh uitgesproken, om op de
conferentie vergezeld te zn door vier van
de ministres, ow. Lord Londonderry.
Het katbiinet van Ulster heeft de uitnoo-
diging van Lloyd George aanvaard, om le
confereeren met de regeering en De Vale
ra.
De Valera heeft Dinsdag een bespreking
gehouden met Griffith, den vice-president
van Sinn Fein, in de gevangenis te Du
blin, waar deze is opgesloten.
Het antwoord der Sinn-Feiners aan
Lloyd George wordt niet verwacht voor
Donderdag.
De Ieren in Amerika.
Men seint nit New-York aan de „Westm.
Gaz." dat men itn het Iersch republikein-
sehe hoofdkwartier aldaar weigert zich uit
te laten over Lloyd George's uitnoodiging
aan De Valera.
De heer Harry Bol and, leider in het
hoofdkwartier, zeide: „Laat ik duidelijk
zeggen dat dit een zaak is die uitsluitend
het Iersche volk raakt, dat den toestand
kan beoordeéilen en dat men dezerzijds de
kwestie hier niet moet bespreken, vóór
ginds in Ierland een beslissing zal zijn ge
nomen. Géén interviews dus in de pers".
Amerikaansche persstemmen.
De New Yorkscfhe correspondent van de
„Tijnes" meldt, dat de Amerikaansche
pers, schrijvend over de uitnoodiging van
Lloyd George aan De Valera als hare ui,le
ning te kennen geeft, dat zoo de Sinn
Feiners weigeren op de uitnoodiging in te
gaan, zij het laatste greintje sympathie der
Amerikanen zulten verliezen. De New-
Yorksehe „World" zegt, dat de volkomen
nutteloosheid van voortzetting van liet
conflict van wellk standpunt ook, nooit
duidelijker is gebleken dan thans. De
„New York Times" zegt, dat zoo De Vale
ra de uitnoodiging weigert, daaruit zal
blijken dat hij zich laat intimideeren door
de terroristen en dit zou bete©kenen, „dat
de Iersche opstand een aantal roekeloozc
mannen heeft losgelaten, die zich verheu
gen in laf bloedvergieten en die bereid
zijn, de keel van eiken Ier door ie snijden,
die het zou durven ebstaan aan te dringen
op een vredelievende schikking met Enge
land".
Hel parlement voor Zuid-
lerland.
Het parlement voor Zuid-Ierland is of
ficieel geopend door den Lord Chief Jus
tice, die den onderkoning verving. Zooals
verwacht werd, weren er van de 128 le
den van het Lagerhuis slechts 4, die de
universiteit van Dublin vertegenwoordig
den. aanwezig. Van 64 senatoren waren er
slechts 15 aanwezig. De plechtigheid
duurde maar een kwartier, en welkte geen
.publieke belangstelling.
Het parlement is verdaagd lot 13 Juli.
De kosten van de opening van
het Noordelijk Parlement.
Het streven naar zuinigheid, hetwelk
zich thans in Engeland zoo slerk doet
gelden, komt op de meest eigenaardige
wijze iot uiting. In het Lagerhuis ver
zocht de afgevaardigde Devlin, die zich
blijkbaar niet kon vereenigen met den
grooten luister welke aan de opening van
,cet Noordelijke Iersche Parlement is ge
spen aan Sir Haanar Greenwood om bet
bedujg van de kosten der plechtigheid op
te ge-V;n. Sir Hamar antwoordde dat hij
dit bezwaarlijk kon doen, doch hoe groot
het bedrag ook mag zijn, bet is van geen
beUm.e v-i - ,i -i
talen va» het koninklijk bezoek.
.Devlin vroeg: Wilt ge inyn vnsag be
antwoorden' Waarop mr
klaarde dat rij bcprcefo had «ftt te doen.
Ik kan de juiste kosten met laten v.
stelten, zoo zeide hij, zonder een g
aantal departementen ontzaglijke moei
en arbeid te verschaffen.
De onderkoning geopereerd.
Lord Filz. Alan, die, sedert zijn benoe
ming tot onderkoning van Ierland, eem-
tiid geleden, last had van aderoutste-
thains ondiSrthaiidelingien gevoerd tussoher
Londen en Parijs over de houding, welke-
moet worden aangenomen na de Griekscme
weigering. In Fransdhc kringen zou men
dtentk-en over het zenden aan Griekenland
van een formeeïe en definitieve waar
schuwing, waarbij wordt •verklaard, dat.
indien Griekenland volhardt in zijn offen
sief, het handelt op eigen risico en
derhalve op geenoriei steun der drie ge
allieerde mogendheden behoeft te reke
nen.
Na d voorstellen van Be-kir ]>ey te heb
ben vernomen, heeft Parijs dringende be-
spirekingen met Londen geopend over de
noodzakelijkheid Griekenland ©en waar,
scihuwsng te zenden, waarin behalve hel
bovenvermelde zou worden gezegd, dat de
geallieerden over Smyrna en Thracië zul
len beschikken zooals zij zulten wenisdhen,
daar alle verplichtingen tegenover Grieken
land zijn vervallen.
Londen aanvaardt het beginsel van de
waarschuwing, maar zou de voorkeur
geven aan minder duidelijke en minder
hoftjge bewoordingen.
HET ENGEL50HJARANSGH
VERDRAG.
&C1X J 1' 1
king, heeft Maandag te Londen een lid)
te oneratie ondergaan. De operatie is
goed geslaagd, doch dc onderkoning
nog veertim dag-en rust moeten houd-n.
Dc Lord-Kainem voor Ierland.
ri bladen moldeis. iO. et geheel onver-
linig een wijziging is "peKvlneiT"te'ifi6-.
Lor d-K an sell ersöh ap voor Ierland. Sir Ja
mes Campibelll, dlè d-it amfbt sedert 1918
bekleedde, is door Sir John Ross ver
vangen.
Sir John, die 67 jaar is, is een Ulster
man en vertegenwoordigde in 1892 Lon
donderry City in het parlement.
Krachtens de nieuwe Home Rule-wet
zal het Lord-Kanselierschap voortaan geen
politiek ambt meer zijn, dat bij een re-
geerirgswisseling o,pen komt, doch een
permanente functie.
Opper-Silezië.
De brief van Lerond.
De Lckal Anzeiger schrijft, dat hij een
dementi van liet gepubliceerde geheime
rapport van generaal Lerond reeds van
tevoren had- verwacht, daar de inhoud
van het document zoo comipromilteerend
was, dat de Fransche autoriteiten nage
noeg gedwongen waren dit bericht te loo
chenen. Het blad zegt: Wij nemen voor
het o ogenblik genoegen ermede, o,p onze
verklaringen nopen-s de echtheid van het
document te wijzen en wij behouden ons
nadere stappen voor.
Het Berliner Tageblalt zegt, naar aan
leiding van het dementi, dat op de Duit
sche regeering thans de plicht rust, het
raadselachtige geval duidelijk te maken.
De ontruiming.
De „Vorwarts" meldt uil Oppelii, dat
de Polen inderdaad begonnen zijn het be
zette gebied le ontruimen. Glelwilz en het
industriegebied van Hindenburg met dc
stad Hindenburg zelf, zijn vrij. De Poten
hebben al hel spoorwegmateriaal meege
sleept, zoodat iedere, mogelijkheid ont
breekt om hel spoorwegverkeer te her
stellen. In de verlaten dorpen zijn vele
menschen zond-er wapenen achtergeble
ven. die in dienst dér insurgenlen waren.
DE GEALLIEERDEN EN GRIEKEN
LAND.
Alfred Sze, de Ghineesohe gezant in dé
Vereenigde Staten, heeft aan het jaar-
lijksch banket van de State Bankers' Asso
ciation, te New-York, een heftigen aanval
gedaan op het Engedsch-Japansche ver
drag. Hij kenschetste het verdrag als een
„oorlogszuchtig,en maatregel", die de be,
doeling lia-d de belangen van Groot.
Brittanniië en Japan in het Verre Oosten
Günnêescthe volk d"n'; Aai hm
beschouwde en tri
GhlK en de Vereen-tede Ci T leniziJ
genome. Sfaten worden oo-
znen, dal - 1 terdrag, hij niet kon il-
duurzaam zodred-e m het Verre Oosten
"tien zijn.
D-e „Even. Stand.''
veer veertien dagen gelen. dat lj,el oncJ'
sche regeering aan Japan <]e
om de beslissing over de hernte.
het verdrag drie maanden uit tev- -h
door de regeering te Tokio is aanwaai
De bedoeling daarvan is uitsluitend ohv,
de betrokikien partijen, met name de
'rijkseonferentie ie Londen en de regeering
jL «iai»n volle «cle®enherd
Volgen-s de „Petit Parisian" worden omnibussen.
der Vereenigde Staten volte gelegenheid
te geven die quacstie onder de oogen ts
GEMENGDE BUITENL. BE* i
RICHTEN. I
SPOORWEGONGELUK IN BRilTSOH
INDIë.
Een werstroomlng ih-eefi een groote I>re£
geslagen in den spoorweg bij Amroza. Een
passagiers trein is in die bres gciloopen. Dc
locomotief en de twee wagens zijin volko
men veiïdwtenen. M<en vreest, dat veertig
passagiers, benevens bet personeel van de
locomotief, zijn verdronken.
De arbeiders in de Londenscbe gas
fabrieken ten getale van 90.000 hebben
Dinsdag toegestemd in een loonsverlaging
ten bedrage van 6% shilling per week.
Het referendum onder de leden der
Engelsche vakvoreenlgiing van arbeiders
in de machine-industrie oveir de voorstel
len der werkgevers tot een algemeene
loonsverlaging heeft een groote meerder
heid opgeleverd tegen aanvaarding van
deze voorstellen.
De afdeeling transiportwczien van de
internationale conferentie van Kamers van
Koophandel', waar Bedford, voorzitter van
de Standard Oil Cy., optreedt als presi
dent, heeft haar goedkeuring gehecht aan
een resolutie, die aandringt op het bou
wen van een kanaaltunnel en, in af-
wa-cihtkig daarvan, op de instelling van
treiniponlen over het Kanaal.
-Het volgende jaar zullen volgens Ren
ter's bijzonderen dienst, vele belangrijke
wijzigingen worden aangebracht in de
regeling van het openbaar verkeer in
Engeland. De beperking van de rijsnelheid
van parliculiiiere automobielen zal wordier
opgeiheven, doch automobilisten, die ge
vaar opleveren voor de veiligheid, zouden
worden gestraft. De snelheid van andere
motorvoertuigen zal 24 mijl per uur
anogen bedragen, doch 16 mijl voor motor-
t .VRIJ NAAR HET DU1TSCH.
TWEEDE DEEL.
'29.
De baron hield onwillekeurig ^jn
paard stil. „Uw vader? Juist zoo, dat
zal liet wel zijn. Dos uw vader was die
verstcoten neef van den onden Brauns-
"berg. Zeker, zijn geschiedenis, voor zoo
ver zij dan openbaar werd, is mij niet
onbekend gebleven. Persoonlijk ben ik
natuurlijk niet met hem in aanraking ge
komen; ik was nog een kind toen mijn
heer Braunsberg stierf en mijn neef
Guruguh erfde." (j
„Mijnheer Guthbridgc is uw neef?"
liep Helena verwonderd uit.
„Gelijk men hot wil noemenda ver
wantschap is echter zeer ver. Zijn groot
vader was gehuwd biet een juffrouw
Brenner."
Helena zweeg. De ontdekking van de
ze familiebetrekking had haar onaange
naam aangedaan.
„Heeft u de ecktgenoote van nw
neef getemd?" vroeg zij eindeliik ter
wijl zij den baron vol verwachting aan
keek.
O ja, zij was een bedeesde, zenuw
achtige dame, zij had een zwak lichaam
maar een warm hart. Het schijnt, dat
juist de beste menschen het eerste
sterven."
Een geruimen tijd reden beiden
zwijgend naast elkander.
„Was het een gelukkig huwelijk
begon Helena het onderwerp hervat
tend het gesprek opnieuw.
„Het huwelijk? U spreekt van me
vrouw Guthbridge. Hm wat zal ik
daarop antwoorden Zij vreesde haar
man ik heb haar zien schrikken en
verbleeken, wanneer hij haar aansprak.
Nu, in gezelschap was hij de oplettend-
ste en teederste echtgenoot, maar
welke rol hij thuis speelde, daarvan
heb ik natuurlijk volstrekt geen idee,
gelijk u wel zal begrijpen. Waarom
stelt u zooveel belang in het huwelijks
geluk van mijn neef
„Omdat.... omdat," stamelde He
lena en bleef steken. „Mejuffrouw We
ber vertelde ons van de plotselinge
verandering, die na den dood zijner
echtgenoote bij den heer Guthbridge
werd waargenomen, en ik.,., nu, 'k
wenschte te weten, of men kon aan
nemen, dat haar verlies zulk een diepen
indruk op hem gemaakt heeft," voegde
zij er bij, terwijl zij bloosde, toen hij
zijn vragenden blik op haar richtte.
„Maar waarom Ik kan niet geloo-
ven, dat alleen nieuwsgierigheid de
oorzaak van dezen wensch is."
„Neen, ik heb er een reden voor,
die ik u echter nu nog niet kan ver
klaren."
„Een geheim dus vroeg hij glim
lachend.
„Neen, dat nietmaar de verdenking,
het vermoeden, het voorgevoelik
vreet niet, hoe ik het moet noemen,
hééft voor mij zelf nog geen bepaalden
vorm „aangenomen."
„Een verdenking, die zich tegen
Guthbridge richt," riep de heer Von
Brenner verwonderd. „Waarvan be
schuldigt u hem dan Dat kan u mij
ten minste toch wel zeggen."
Maar Helena schudde het hoofd.
„Zoodra ik iets duidelijker zie, wil ik u
alles mededeelen, wat ik weet of ver
moed. En dat staat vast bij mijik
zal niet rusten, alvorens ik zekerheid
heb. Wij vrouwen," voegde zij er
glimlachend bij, „denken meer met
het hart dan met het hoofd, gelijk u
weet, en wij spreken vermoedens uit,
v/aar wij bewijzen moesten hebben.
Het is ons voorrecht onlogisch te mo
gen zijn."
De baron onderdrukte het antwoord,
dat hem op de tong lag. Zij zou zijn
woorden voor lage vleierij gehouden
hebben en dat wilde hij niet. Hij was
zich van 't eerste oogenblik, toen hij
Helena leerde kennen, bewust, dat
haar blik, haar stem, ja hare nabijheid
alleen reeds op hem een eigenaardigen
invloed uitoefenden, waaraan hij zich
niet kon en ook niet wilde onttrekken.
Voor 't overige geleek zij volstrekt niet
op het ideaal, dat hem tot nu toe voor
oogen gezweefd had. En nu wat was
in hem of haar veranderd, dat dit ideaal
eensklaps naast haar verdween Als
een warme stroom scheer, het bloed
door zijn aderen te vloeien, en hij ze
gende de beschikking, die hen beiden
juist op dit oogenblik met Wanda te
zamen bracht.
Zij kwam op dit oogenblik in snellen
draf uit een hollen weg te voorschijn,
en uitte hare bewondering over de
vorderingen van Helena en over zijn
bekwaamheid als onderwijzer.
„Maar de eerste les heeft zeer lang
geduurd, en ik stel voor, naar huis
terug te keeren," zeide zij eindelijk.
„Vindt u het goed Ter belooning wil
ik u voor de rest van den weg met mijn
interessant gezelschap gelukkig maken,
in plaats van mij weer te verwijderen
zooals voorheen. Zijt gij mij daarvoor
ook behoorlijk dankbaar, oude jon
gen
VIII.
i
Verscheidene weken v/aren verloo-
pen. De maand Juni naderde haar
einde. Een hevig onweer, vergezeld
van regen, had in den loop van den
nacht de lucht verfrischt en de ver
smachtende planten verkwikt. De ro
zen, die gedurende de laatste dagen
moe en afgemat haar geurige kopjes
lieten hangen, hadden zich weer op
gericht de bladeren aan boomen en
struiken, die gister nóg met grijs stof
bedekt waren, prijkten nu in frisch
groen de geheele natuttr ademde een
nieuw leven.
Niet ver van den ingang naar den
tuin, die tot het „witte huis" behoorde,
stond Helena in een lichte zomerjapon
een klein, rond hoedje rustte op haar
weelderige krullen zij keek met op
lettendheid naar iets, dat aan den voet
van een laurierboompje in 't gras scheen
verborg'en te zijn.
Een hand legde zich plotseling op
haar schouder.
„O riep Helena, terwijl zij ver
schrikt uit haar gebukte houding op
stond. „Is u het, Constance? Ik ont
dekte daar een vogelnestje. Kijk maar
eens hoe lief
Vier kleine vogeltjes
„Dat zijn kwikstaartjes," besliste
Constance na een kort onderzoek. „Men
zou het die onooglijke, lompe diertjes
niet aanzien, dat zij later zulke flinke
vogels worden, niet waar Was u op
het punt om uit te gaan vroeg zij
terwijl zij zi ;h oprichtte.
(Wordt vervolgd.)