54 INSCHRIJVINGEN Bedoekt de Motorrennen Zondag 3 Juli 130 uur het Gemeentel. Speelterrein te Alkmaar. b 1 „ONS BLAD" P*1 BUITENLAND. FEUILLETON Onder Valsche ¥iag No. 219 VRIJDAG 1 JULI 1921 14e JAARGANG Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: 433 Indische kroniek. EL -VRIJ KAAR HET DUITSCH, TWEEDE DEEL, NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD Abonnementsprijs Per kwartaal voor Alkmaar f 2.— Voor buiten Alkmaar f 2 85 Met Geïllustreerd Zondagsblad 0 60 f hooger. Advertentieprijs; Van 1 —5 regels f 1.25; elke regel meer f 0 25; Reclames per regel f 0 75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor uitbetaling per plaatsing f 0.60 1 Aan alle abonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 4O0,—f 200,—f 100,—, f 60,—, f 35,—, f 15,—. - A if - Ir. Th. Vreede, tot voor kort lid van den Jndischen Volksraad, heeft de vorige maand te Batavia eene lezing gehouden over „de Indische spoor wegen". De cijfers, die hij als uitgangs punt nam voor zijne beschouwingen, zijn interressant genoeg, om ze hier eens af te drukken. Vooreerst enkele cijfers omtrent de betrekkelijke lengte Van het spoorwegnet Op 1 millioen inwoners heeft Noord-Amerika (Ver. Staten) 4000 K.M. Spoor Europa 800 Japan 220 Br. Indië 170 Nederl. Indië 120 De prijzen voor het reizigersvervoer per „reizigers-kilometer" zijn voor Noord-Amerika onbekend West-Europa 1 2% cent Japan 1,1 Britsch-Indië 0,6 Nederl. Indië 1,2 Het reizen in ons Indië is dus goed- kooper dan in Europa, doch duurder dan in Britsch-Indië. De prijzen Voor het goederen-vervoer zijn per ton K.M. in' Noord-Amerika 1,1 cent West-Europa 2 Japan 1,3 Britsch-Indië 1,1 Nederl. Indië 4,5 .Wat de duurte van het goederen vervoer betreft steken dus de Ned. Indische spoorwegen inderdaad gunstig af. Het is dan ook op dit punt dat Dl'. Vreede zijn critiek richt. De conclusie die hij uit bovenstaande cijfers trekt, is dat het economisch vervoer niet deugt. Hij wijt dit aan de te groote snelheden, waarmede gereden wordt. Van' alles zins bevoegde zijde is daar tegen aan gevoerd, dat juist de groote snelheid beterheid geeft aan het spoorweg vervoer. Ik voel me allerminst bevoegd om uitspraak te doen in deze kwestie, doch moet uitdrukkelijk verzet aanteeke- nen tegen het advies van Ir. Vreede, aan het slot van zijne lezing gegeven, mi een studie-reis te doen maken in Japan. In hemelsnaam, geen studiereis Sinds we in Indië het systeem heb ben geadopteerd, om, zoodra we er gens mee verlegen zaten, een deskun dige ambtenaar of ook wel een des kundige commissie naar 't buitenland te sturen om daar de zaak af te kijken, schijnt het alsof 't Nederlandsche intel lect niet meer tot zelfstandig denken in staat is. Wanneer we moeten aannemen, dat al deze studiereizen noodzakelijk wa ren, en niet werden verzonnen ten gerieve van den een of anderen amb tenaar, die lust had om gratis een rnooie buitenlandsche reis te maken, dan zou, afgemeten naar het aantal keeren, dat we op geestelijk gebied leentje-buur hebben moeten spelen, de achteruitgang van ons voortbren gend vermogen schrikbarend zijn. Het is gebeurd, dat het Departe ment van Binnenlandsch Bestuur voor den aankoop van drie bioscoop- toestellen een harer ambtenaren op „studiereis" zond naar Amerika en Zweden Vrage, hoe duur komt nu zoo'n simpel toestel te staan 1 En om nu terug te komen op de duurte van ons spoorweg-vervoer, het zou te vreezen zijn, dat de studie-reis naar Japan de prijzen nog hooger ging maken Bovendien heb ik vertrouwen ge noeg in de kundigheiden van onze ingenieurs om het aan hunne eigen ingenieusiteit over te laten te dien aanzien verbetering te brengen. Hetgeen de Nederlandsche onder nemingsgeest op spoorweggebied tot stand heeft gebracht, mag inderdaad geprezen worden. Aangelegd langs de flanken der bergreuzen, hier met diepe ingravingen brekend door de uitloo- pers der bergrnassieven, daar klim mend over hooge dijken door uitge strekte valeien, elders zwevend op rank gebouwde bruggen over angst- wekkend-diepe ravijnen, en enkele malen borend door de steil omhoog rijzende bergruggen heen, biedt de spoorlijn door Java's bergland den reiziger een tafereel, dat eene verruk king is voor het oog en voor het vader-' landlievend hart. Dat is Delftsche ingenieurskennis op z'n best Evenzoo geven de goed ingerichte treinen met hunne keurige compar timenten en nette restauratie-wagens veel te loven. Des te meer is te betreuren, dat de leiding van de S.S., welke het aller grootste deel van het Indische spoor wegnet aangelegd heeft, in toenemende mate aanleiding gaat geven tot klachten omtrent*- minder deugdelijke organi satie. Verschillende dagbladen geven ook uiting aan andere bedenkingen tegen het beleid der betrokken directie. De Nederlandsche lezer zal wellicht vreemd opzien, wanneer hij verneemt dat de S. ook hotels exploiteert. In Indië, waar de hotel-prijzen een fabelachtige hoogte hebben bereikt, zag men aan vankelijk met voldoening dat de Over heid op dit gebied werkzaam ging wor den. Zoo werd op het groote Konings plein te Batavia een hotel gebouwd teneinde te voorzien in het gebrek aan logeer-gelegenheid, dat vooral bij het greote Indische Ingenieurs-congres in 1920 dreigde te nijpend te worden. Naar men zegt, gehoor gevende aan den uit- drukkelijken wensch van Z. Exc. de Graaf v. Limburg Stirum, stampte toen de S. S. in vier maanden tijds van „tijdelijk" materiaal een ruim hotel uit den grond. De voortvarendheid, waarmede hier gehandeld werd, verdient zeker een woord van lof. Doch de verwachting van velen, dat nu prijsregelend zou worden opgetreden ten aanzien van de hotel-kosten, werd niet vervuld. H< t „Nieuws van den Dag v. Ned. Indië" schreef daaromtrent nog kort geleden „Nu de gebouwen er evenwel een maal staan, zijn de logeerkosten er al even hoog als elders, en streeft de ad ministratie naar eene luxe, volkomen in strijd met den opzet en met het doel, waarvoor de terreinen zijn afgestaan". Wij zijn dus al heel weinig vooruit gekomen. De nieuw-komer uit Nederland, die bij aankomst in Indië geruïmen tijd voor zijn logies 15.- tot 20.per persoon en per dag moet betalen, en dan heeft hij bij lange na nog geen dure kamer krijgt het gevoel, „gevild" te zijn, vóór dat hij goed en wel aan 't werk is. Zóó krijgt de Indische regeering heel vaak een mopperend ambtenaar te meer De regeering kan een goed werk doen, door te zorgen dat het S. S. hotel ingericht wordt orn te bieden wat het behoort te bieden een nette en vooral billijke logeergelegenheid. Alls grootheidsbevliegingsn zijn bii. dergelijk overheidsbedrijf uit den boozè. En nu de S. S. naar van uit Indië over gebriefd is, ook in Buitenzorg de twee grootste hotels heeft aangekocht, is het te hopen, dat de zuinigheid van den nieuwen landvoogd ook daar wonderen zal kunnen verrichten. S. NASCHRIFT. Na het schrijven van deze kroniek lees ik in „het Nieuws v. d. Dag van Ned. Indië" „Naar wij vernemen, is van de Alge- meene Secretarie een schrijven uit gegaan naar den Directeur van Gou- vernements-bedrijven, waarin dezen Departementschef wordt aangezegd, dat de tarieven van het S. S. hotel „Koningsplein" hier ter stede moeten worden verlaagd, en dat een einde dient te worden gemaakt aan de bals, con certen en andere feesten, welke in eene inrichting als deze minder op hun plaats zijn." Mooi zoo En of dat ingrij pen van hoogerhand ook noodig was Ds processen te Leipzig. Voor hot hoofdgcrechtshof te Leipzig, waar -de „oorlogsmisdadigers"' worden be recht, zijn nu de processen aan den gang, door de Fransche regeeiing aanhangig ge maakt. Belangwekkend is het verloop der zaak van generaal Strenger en majoor Crusius, beschuldigd va*n moord op Franscihe ge vangenen. Beklaagde Strenger, 62 jaar oud, sinds October 1915 oorlogsinvalide, vertelaarde in Augustus 1914 zijn manschappen, die 30. Helena wist niet recht, of zij die viaag naar waarheid beantwoorden of tot een uitvlucht haar toevlucht nemen zou, en plukte om tijd te winnen, een rozeknop, alvorens een besluit te nemen. „Ik ben op weg naar Guruguh," ging, Constance, die het dralen begreep, voort„mijnheer Gutbridge is op reis gelijk u misschien zal weten, en daarvan maak ik gebruik om Marion te bezoe ken. Hij heeft wel is waar geen onaan genaamheden met papa gehad, maar jr ontbreekt toch niet veel aan, en daarom vermijd ik het liever, hem te ontmoeten." Het gelaat van Helena nam een irnstige uitdrukking aan. „Hoe zeer jnoet die man ons haten zeide zij deinzend. Constance knikte. „Dat schijnt wel, jn ik moet bekennen, da+ deze om' Sioofdzakelijk uit inwoners uit Baden be stonden. van Mühlhausen naar Saarburg overgebracht te hebben. Bij het vervolgen van den vijand op 21 Augustus werden zijn troepen plotseling door de vijandelijke gewonden, die op het exeriiitjeplein te Saarburg lagen, bescho ten. Volgens Strenger's stafofficieren had den deze gewonden ziöh bij het voorbij trokken der Duitschers schijndood gehou den. Hierop had Strenger gezegd, dat der gelijke mepisöhen op de plaats doodge- sdhv'.on moesten worden. Dit gebeurde eelite, toen niet. Bij den doortocht door het dorp Hessen gebeurde hetzelfde. Generaal Strenger er kende toen dezelfde opmerking te hebben gemerkt, maar hij ontkende ten sterkste bevc: gegeven ie hebben om weerlooze geva; genen af te maken. Voortdurend kreeg hij berichten, dat de vijac-; zich dood of gewond hield, van achteren uit school of de handen opstak, maa; bij het nader komen der Duilscliers plot:- ling schoot. Op- een vraag van den president ver klaar.*: Strenger gezegd te hebben: „Men wil in uit de boonien op u schieten; daar* u moot men geen gevangenen make: Schiet hen als mussehen uit de boom-ui". Een direct bevel ontkende hij gegev i to hebben; dit zou dan gegeven moet: zijn door hom aan zijn regiments- corn:: LfcSiniten, en geen van hen heeft een «slijk bevel gekregen. litr-engci ver telde daarna welke ellen den zijn manschappen moesten doorstaan en dat hij een enorm aantal gewonden had, en verklaart nadrukkelijk dat de gevangenen niet zoo zijn behandeld als in de beschuldighigsacle staat; hij bestreed voorts met Idem de bewering van den president, dat hij een onderofficier, die gevangenen wegbracht, toegevoegd zou hebben: „H-eh iik niet bevolen dat er geen gevangenen zouden worden gemaakt?" Hierop volgde het verhoor van majoor Crusius. De president stelde vast, dat de geestestoestand van dezen beklaagde o*p 26 Augustus deed vermoeden, dat hij niet toerekenbaar was. Crusius stemde toe ver schillende keeren zenuwoverspannen ge weest te zijn. In den strijd om het dorp Hessen op 21 Aug. was het brigadebev-al gegeven, om gevangenen dood te schieten. Crusius verklaarde dat hij in dien tijd met een zekeren majoor Maller over het slagveld liep. Daar zagen zij een oogen- söhijnlijk dooden Fransehen onderofficier liggen. Majoor Muller gaf, toen bleek dat de man gewond was, aan twee Duitsohe soldaten bevel den onderofficier dood te schieten. Toen de soldaten aarzelden dit bevel op te volgen, zeide Müller dat zij waarschijnlijk niet bekend waren met het brigadebevel. Ook een tweede gewonde werd op bevel van majoor Müller dood geschoten, hoewel hij kapitein Crusius op zijn knieën simeekte om zijn leven. Crusius heeft het bevel echter laten uit voeren. Op het beweren van den president dat men toch geen slaaf is van de discipline tot aan het misdadige toe, beriep Crusius zich op het brigadebevél. Bovendien droeg majoor Müller de verantwoordelijkheid, omdat hij toen nog kapitein was. Crusius verklaarde pertinent dal om 3 uur 's mid dags, den 26 Augustus, alle officieren zijn bijeenroepen en door generaal Strenger bevel is gegeven, geen enkel gewonde le sparen. Strenger viel Crusius in de rede en ont kende een dergelijk bevel ooit gegeven te hebben. Hij beriep zich op het feit dat geen enkel der andere getuigen iels der gelijks beweerd heeft. Majoor Müller is dood; deze stond als een katoi officier bekend. Majoor Crusius bleef bij zijn bewerin gen, ofschoon ook de generaals Neu- bauer cn Eckermann als getuigen gehoord, verklaarden nooit van een dergelijk briga devel gehoord te hebben. Hoofdzaak van de bespreking werd de toerekeningsvatbaarheid van Crusius. Ver schillende getuigen vertelden van gebeurte nissen waaruit bleek, dat Crusius zeer over spannen was. Generaal Neubauer vertelde dat Crusius op 2 Augustus na het invetten van zijn bataljon bij la Ghapelle, het hoofd volkomen kwijt was en geroepen had: „Al les is verloren". Neubauer hield hem voor krankzinnig en heeft hem het bevel ont nomen. Getuige, arts Doehner, heeft op het exer citieveld majoor Crusius hooren roepen: „Willen jelui het brigadebevel niet uitvoe ren?" waarop een soldaat geantwoord had: „wij willen geen gewonden doodschieten". Crusius was toen zeer opgewonden. Of een loopende jaar nieuwe geldleeningen voor te stellen. De toestand In Ierland. De Labour Partij over Lloyd George's uitnoodiging. De parlementaire Labour Party heeft een motie aangenomen, luidende: „De partij, hoewel betreurende, dat deze stap niet reeds maanden geleden gedaan is, verheugt er zich over, dat de regeering eindelijk, zonder eenige voorwaarde, de afgevaardigden uit Ierland genoodigd heeft tot een samenkomst om de Iersdhe kwestie te hespreken en spreekt de hoop uit, dat de door het Iersche volk gekozen gedelegeerden, die uitnoodiging zullen aannemen en de regeering thans met be slistheid het pad der verzoening zal vol gen, toldat een oplossing der Iersche moeilijkheden zal zijn gevonden en vrede en geluk voor het volk hersteld zullen zijn." Een Ierscli batalion verrast. Maandagnacht hebben Kroontroepen Oen inval gedaan in een café te Waterfall, in het graafschap Cork, waar een batal jon van het Iersch-ropublikeausch leger Fransch soldaat is doodgeschoten, weet ge- een samenkomht hield en 45 personen tuige niet. gearresteerd. Leo Murphy, een békend of ficier in het graafschap, die de bijeen komst leidde, werd. toen hij een poging deed om te ontvluchten, doodgeschoten. Leo Murphy was betrokken bij de ont voering. enkele maanden geleden, van as kapiteins Green en Crtui jL„a,v is L.s 1L-' Watts, van wie sedert niets meer werd vernomen. tuige niet. Getuige CruTienberger, landbouwer, die indertijd onder Crusius gediend heeft, zeide dat Crusius op 21 Augustus het z.g. bri gadebevel heeft hekend gemaakt, om alle gevangenen dood te schieten. De geiuige- zag, hoe een kameraad een gewonde dood schoot. Op 26 Augustus is liet bevel door Crusius herhaald. Gisteren werd het proces voortgezet. Het conflict in de mijnindustrie, Hervatting van den arbeid. Drieduizend mijnwerkers hebben het werk te Caranock Chase hervat zonder de instructies van hun leiders af te wech ten. Ook de mijnwerkers van Yorkshire hébben besloten, het werk onverwijld te hervatten. Een vergadering van vijfduizend mijnwerkers te Wigan daarentegen heeft met algemeene stemmen de getroffen voor waard-en verworpen, terwijl de uitvoerende raad van de federatie van mijnwerkers van Zuid-Waies een resolutie heeft aan genomen, waarin hij zegt ckt hij, ofschoon ten sterkste de houding van de meerder heid van het nationaal uitvoerend comité afkeurend, daar zij den uitslag Van het jongste referendum negeert, meent, ter redding van de Federatie, geen andere keu ze te hebben dan de voorstellen der mijn eigenaars te aanvaarden. fWat de staking gekost heeft. De politieke medewerker der „Daily Mail" schrijft, dat liet conflict, hetwelk nu ongeveer 94 dagen heeft geduurd, aan de schatkist zeker ni.et minder dan twee miilioen pon-d per dag heeft gekost. De be lastingbetalers zullen, ruw berekend, moe ten betalen voor een verhoogd subsidie aan de spoorwegen 40 millioen pond; subsidie voor de mijnwerkers 10 millioen; leenin gen voor het wcrkloozenfonds 30 millioen: kosten der „Defence Force" 30 millioen; verlies aan invoerrechten, inkomstenbelas ting, schade aan de industrie in het alge meen, 120 millioen po* De belasting betalers zullen dus 230 n pond meer njpeten opbrengen dan de begrooting berekend was. De kansei. r der schatkist zal vermoedelijk gedwongen zijn voor het MOBILISATIE IN RUSLAND? De „Times" meldt uit Helsingfors, 8at in de noordelijke gouvernementen, en misschien in geheel Rusland, een mobéli- satieorder is uitgevaardigd in verband- mei de opstanden in Siberië, waar de toe stand zeer ernstig wordt geacht. Er zou veel verzet ziin tegen de mobilisatie en er zouden ernstige onlusten in verschillende districten zijn voorgekomen. De Peolsche opstand in Opper- Silezië. Aanvat op Beutheri. Volgens mededeelingen in de Duitsche bladen, werd in den naéht van den 29en Juni door de insurgenten een aanval ge daan op Beuthen Zij drongen onder dek king van machinegeweren tot aan hel hoofdslation. Winkels werden geplunderd in de huizen werden handgranaten ge worpen. De Franschen hielden ziah vol k-omen passief. De ontruiming. De „Vorwarts" deelt mee, dat de ont ruiming van de Selbstschuiz in het bezet te gebied ordelijk geschiedt. In de d-oor de Polen ontruimde gebieden werden tot op heden sleclhts de steden door Enten te-troepen bezet Derhalve is er groot ge vaar dat op het platteland weer aan slagen op het lev enen de goederen der Duitschers zul] enworden gepleegd. AUSTRALlë EN JAPAN. Minister Miller, in den AuslraliscJien Senaat het woord voerend, zeide, dat Australië's ideaal was een overeenkomst tusschen Groot-Brittannië, Japan en de Vereenigde Slalen. Hij zou wenschen dat de vriendschap tusschen Auslralië en Amerika uitdrukking vond in een taslba- standigheid reeds allerlei gedachten jn mij heeft gewekt. O, daar komt uw broer aan." „Mejuffrouw Weber", riep Max, nader Komende, „uw visite is, naar ik hoop, toch niet alleen voor Helena. Er zijn nog meer menschen in 't „witte huis", die blij zijn u te zien". Constance keek verlegen naar den grond. ,,U is zeer vriendelijk, mijnheer Wall.hagen; voor heden echter moet ik mij het genoegen ontzeggen uw mama te begroeten." „Omdat „Omdat ik naar Guruguh moest gaan en mij toch reeds te lang heb opgehouden. Dus adieu ,,Het afscheidnemen willen wij nog een kwartier of ook nog een half uur uitstellen, indien u er niets tegen heeft", hernam Max, terwijl hij de hand, die zij hem toestak, aannam en eenige seconden vasthield. „Helena en ik wilden juist een wandeling doen. In 't voorbijgaan wilden wij even bij de dames Rankhorst binnengaan, die He lena nog een visite schuldig is. Indien u het dus veroorlooft, gaan wij zoover met u mee." .Het was bijna alsof er een lichte schaduw over het juist nog zoo ge lukkig glimlachende gelaat van Con stance gleed toch gaf zij haar toestem ming. In de laatste weken had juffrouw Weber met een onbepaald, maar daar om niet minder zeer beslist misnoegen het drukke verkeer der familie Wall- hagen met de weduwe Rankhorst en haar dochter opgemerkt. De twee jong- sten gingen, gehjk haar bekend was, bijna iederen dag naar de pachthoeve om zich van Elfriede in allerlei hand werken te laten onderwijzen mevrouw Wallhagen en Helena waren vol lof over haar bekwaamheid en nu scheen Max ook nog door de algemeene geest drift besmet te zijn. Hij, voor wien visites maken een last en een plaag was, gelijk hij dikwijls verklaard had, ver gezelde nu Helena. Een plotseling ver langen om bij dit bezoek ook tegen woordig te zijn, maakte zich nu van haar meester. Een vragende blik van Helena riep Constance eensklaps tot haar zelve terug. Was zij niet dwaas, zich over dingen té bekommeren, die haar vol strekt niet aangingen De ingang van het park van Guruguh was bereikt en Constance nam afscheid, terwijl broe der en zuster hun weg voortzetten. De pachthoeve van den ouden Ost- lander lag dicht aan de straat in Zon dagsrust. De forsche gestalte van den ouden boer leunde gemakkelijk naast de openstaande deur, op wier drempel een groote kat zat, die met half geslo ten oogen begeerig op de voorbijwag- gelende jonge eenden loerde. „Groeizaam weer, mijnheer de direc teur," riep hij, terwijl hij een oogenblik zijn geheel zwart doorgerookt pijpje uit den mond nam. „De regen van dezen nacht is met geen geld te betalen." „Zeker," stemde Max toe, „alles zou verdord zijn, indien deze droogte nog langen tijd had aangehouden." „Ja, het zag er erg uit," zei de boer, met een bedenkelijk gezicht. „Nu, God zij dank, voorloopig zijn wij geholpen. Wil u naar mevrouw Rankhorst gaan Die loopt al veertien dagen met een doek om 't hoofd en schijnt veel pijn te hebben." „Met een doek om 't hoofd her haalde Helena verschrikt. „Wat scheelt haar dan 'i i t i i r „Kiespijn hernam Ostlander kort. ,,'t Zal nu echter wei beter zijn, ander was de juffrouw niet gaan wandelen denk ik." „Is juffrouw Elfriede niet thuis?" vroeg Max ras. „Indien mevrouw Rank horst ziek en haar dochter uitgegaan is, was het misschien beter dat wij ons bezoek uitstelden, totdat het beter gelegen komt, Helena." „Wij moeten ten minste even vragen, hoe het gaat." Mevrouw Rankhorst ontving haat- bezoekers met verbonden hoofd en een gezwollen wang. Het spreken viel haar moeielijk en haar geheel uiterlijk verried, hoezeer zij behoefte had aan rust. Hare beleefde uitnoodiging, lan ger te blijven, werd met vriendelijken dank beantwoord en Max en zijn zuster begaven zich op den terugweg. „Zullen wij rechtstreeks naar huis gaan," vroeg Max, toen zij te zamen weder op den grooten weg stonden. „Waar is hier die romantische ruïne, waarvan onlangs sprake was Zoudt gij ze mij niet kunnen wijzen „Gij meent dien ouden molen Eene ruïne "is hij nu eigenlijk niet, maar toch een schilderachtig oud ding." „Is 't ver van hier?" M,en, als wij dat smalle pad door 't volgen, zijn wij er binnen een hau -.ar. Dit pad ioopt langs den muur van 't park van Guruguh en dan in een bocht om 't boschje, waar ik den eersten dag, toen wij hier waren, oorzaak was, dat onzen lieven neef Guthbridge de schrik om-U hart sloeg". „Noem dien man toch niet onzen neef." Max antwoordde niet en beiden gingen een poosje zwijgende naast elkander verder. „Ik zou willen weten of hij zijn plan nen ten opzichte van ons opgegeven heeft of niét," begon Helena eindelijk. ,,'n Tweede poging bij den heer Weber zal hij wel niet doen maar wie geld en een ruim geweten heeft, vindt ge makkelijk middelen en wegen om an deren moeielijkheden te bergiaen." „Zeer zeker, maar men kan zich niet verdedigen, alvorens men aangevallen wordtwij moeten dus met gedulc' afwachten, vrat hij verder zal boen.1' „Weet gij, waar hij is „Guthbridge Neen ik weet er niets van/J ÏWorcÜ vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1921 | | pagina 1