""1 „ONS BLAD" F BUITENLAND FEUILLETON* Onder Vafsche Vlag MAANDAG 12 SEPTEMBER 1921 14e JAARGANG No 280 -HOLIANDSCH n mmiih mm éB iiiiBi» i i e— f 2- I Bureau: HOF 6S ALKMAAR. - Telefoon REDACTtElNo!E633 33 Abonnementsprijs Per kwartaal voor Alkmaar f 2 85 r lus t reerd^ondafrs b I a d' 6 60 f hooger. et e' "»nrrit nn aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 400, f 200,—, f 100,—, f 60,—, f 35,—15, Advertentieprijs: Van 1—5 regels f 1.25; eikeregel meer f 0 25; Reclames per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor-j uitbetaling per plaatsing f 0.60 Aan afie De Kruidje water. Wij hebben al meermalen de aandacht gevestigd op de well hoe langer hoe meer toespitsende wan ver houding tusschen Frankijtk en Engeland. En allijd viel bij alle conflicten een zeer Jaag-bij-de- groii<I'&ch niolief als oorzaak aan te wij zen, hoe goed de officieele berichtgeverij tlook wist te verbloemen. Men herinnert zich den strijd tusschen Frunvrnrk en Engeland over het aankuoo pen van handelsbetrekkingen met Rus land: h-M? aan Engelsche ziide werd ver kondigd dat het voor tie rust vn Europa tioodig was het Russische volk op te hef fen en dal daartoe niets beter was dan de gelegenheid tot handeldrijven open te stellen, terwijl Frankrijk met een gebaar der nobelste onbaatzuchtigheid 't Russi sche goud afwees, als komend uit de met bloed bevlekte banden van de holsjewiki. In werkelijkheid echter zag Engeland er een groot voordcel in van reeds offici eus aangeknoopte betrekkingen gebruik te mnken en den eersten sprong aan Russi se hen wal te doen; terwijl Frankrijk aan zijn oud-bondgenoot dit fortuintje róet gunde, terwijl er nog zooveel sc.huld- beker.ten.ssen ten name van Frankrijk in R-. siand onbetaald uitstonden. Zoo ging het op alle couferenties te Londen. Spa en Parijs: 't was altijd het Fransche e:genbclang dat tegen het Em gelsche belang streed: de strijd om de macht in Europa en om het bezit van bet beste deel van den oorlogsbuit. Telkens echter werd voor alle conflic ten een oplossing gevonden en 't groo'e publiek werd daarna weer met een f raaien toast op die eensgezindheid tus schen de twee geallieerde landen, zoo noodzakelijk voor het behoud van den Éuropeeschen vrede, in slaap gesust. Hef nieuwste conflict is er een van het zelfde soort, maar doet de langzaam ont stane verwijdering tusschen de beide vol keren wel zeer scherp uitkomen. Hel gaat over de verdeeling van het eerste Duitsche milliard, waarover op 13 Au gustus tusschen de geallieerden te Lon den is gesproken. Men heeft daarbij bet vredesverdrag zóó weten uit te leggen, dat het arme Frankrijk van dat ^eerste milliard geen cent krijgt. En het ergste is wel dat de Fran se he Minister, die bij de Londensche conferentie namens zijn land optrad, het convenant mede onder tekende! De woede van de Fransche pers daar over kent geen grenzen. De Fransche Mi nisterraad heeft den collega van finan ciën al moeten diskwal if iceeren, om de publieke opinie wal te bedaren. Maar hoe kan Frankrijk een deel van bet kostbare milliard bemachtigen, als le „vrienden" niet willen meewerken? De moeilij.khefid hiervan begint men in Frankrijk in te zien en wat de Fransche pers nu tegen Engeland loslaat toont eerst goed, hoe weinig er nog maar van de mde vriendschap over is. Als Engeland nog iets om de „entente iordiale'' geeft, zal het in deze moeten toegeven, aldus verkondigt de Fansche pers in alle toonaarden. Een man van invloed als Bonnefon zegt in de „Echo de Paris'' Welke ook de redenen van' de politiek zelfde soort, maar doet de langzame ont recht zijn vriendschap voor ons ook mo ge wezen zóó kan het niet langer voortduren. Want de Entente, op deze ^'1*jze ^o^gevat, is 'ets anders dan een illusie, waaraan Frankrijik sterven moet. En met verbazing leest men de vrij- moedige ontboezeming van Hervé in de „Victoire," waarin hij betoogt, dat tegen woordig in F a nik rijk de gangbare mee ning is, dat Engeland in 191 i niet uit sympathie voor Frankrijk of België of ter verdediging van een rechtvaardige zaak tusschenbeide is gekomen, maar uitsluitend uit eigenbelang, om n.l. de zee- en industriem iciit van Duilschland le breken en om le beletten, dat Duilsch land zich te Antwerpen zou nestelen. Drie jaar na den wapenstilstand is men >o ver. zegt Hervé, dat de groolc massa in Frankrijk zich in de handen wrijft, zoo aak het Engelschc gezag in Engeland, Indië of elders met moeilijkneden heeft te kampen. Lloyd George kan zich geen voorstelling ervan maken hoe zeer de on- eiukkige geschiedenis vaal de Parijsche afspraak schade doel aan de Engelsclr- Fransche entente. Is hot thans een goede takliek. als Engeland, om wat eerder een half milliard le incasso eren. in het hart van hel Fransche volk voor tientallen mil- liarden bitterheid en wantrouwen zaait?" Wat Hervé als de „tegenwoordige gang bare meening in Frankrijk" aanwijst, werd vroeger wel eens in particuliere ge sprekken gefluisterd. Dat zoo iets nu van de daken af verkondigd wordt, wijst er wel op, dat de verbittering in Frankrijk tegenover Engeland tol het uiterste geko men is. En men vraagt zich met ongerust heid af, hoe lang kan de gebarste kruik der officieele vriendschap n-og te water gaan, eer ze zinkt? LEGERïfERVOVRVMVVING EN OORLOGSBEZUINIGING. Ingezonden. De bladen staan de laatste weken weer vol - van berichtjes omtrent excessen in do uitgaven van het Departement van oorlog. Misschien waren dezulken ook te vin den bij andere departementen; maar van het Departement van Oorlog worden ze opgemerkt en besproken. Waarom? Omdat do menschen antimi- litairist zijn, wordt door sommigen ge- jgd. Mij dulct dat men zóó de oorzaak to ver gaat zoeken en daardoor juist tot verkeerde conclusies komt. Onder lei ding van sommige afdv elings-chefs wordt bij het Departement van Oorlog met het gold op onoordeelkundige wijze omge sprongen, ziedaar wat zij die de zaken van een beetie dichter bij bezien kun nen, u zeggen zullen en wat duizenden en duizenden soldaten in den mobilisatie tijd hebban gezien en wat diezelfde men schen in do burgermaatschappij terug gekeerd „opgezet" houdt tegen het De partement van Oorlog. Ook onder ons. Do voorstanders van „algemeen" en „wereld-vrede zien 't is duidelijk in het bestaan van legers met de on overkomelijke kern van beroepsofficieren en beroeps-kader, een der greote strui kelblokken, die den wereldvrede tegen houden. Die zijn dus voor algemeene afschaf fing van leger en vloot; dat zijn de ide alisten, welko voorzoover zij in ons land behooren liefst tot algeheeie afschaffing en ads dat niet kan, tenminste tot een groote inkrimping willen komen. Maar dat zijn er slechts enkelen. Naast deze sluit zich de veel grootere massa aan, van „anti-militairisten" die onze leger-autariteiten gedurende de mo bilisatie heeft bezig gezien en de werk zaamheden van het Dep. van Oorlog heeft gadegeslagen en meenen dat een behoorlijke reorganisatie een flinke be zuiniging zal brengen; die denken dat als de „augias-stal" eens is schoonge veegd de millioenen aan onze lands verdediging uitgegeven nuttiger besteed zullen worden. Tegen een leger zijn zij niet Maar daar zij ten rechte of ten onrechte; goed ingelicht of niet op het „leger" afgeven, worden zij in ge dachte samengenomen met de idealisten onder de anti-leger en vloot-personen. Maar duidelijk is het, dat, als men deze groep geloofwaardig kan maken dat het geld voor het leger wel goed besteed wordt en het geheele landsverdediging departement wèl goed optreedt, dan ver valt de geheele anti-leger-aetie welke ^nu nog in ons land gaande gebonden wordt. Bij deze twee categorieën sluit zich oc-n derde groep aan. Die der socialis ten en communisten. Deze Zijn en blij ven „anti-militairisten" en hot lieeft geen nut hun standpunt te trachten om te praten. Maar en dit vergete men niet een voortdurend anti-militairislisch ge stook heeft ook de volkslagen aangetast onder ons, omdat die met de socialis ten in 'n voortdurend contact staan. Maar eenmaal in dienst blijven toch onze ka tholieke ^jongens de beste soldaten. Het leek mij wenschelijk deze pun ten nog eens op te zotten, om do pre misse duidelijk te doen zijn: hét aantal anti-leger-inenschen in onze partij is klein en dat aantal geeft onze katholieke persorganen niet het recht onze politieke leiders, onze Kamerleden en ons rechtseh ministerie den indruk te geven als of de „katholieke partij" is tegen het leger en tegen de noodzakelijke uitgaven voor leger en vloot. En toch, nu, met do nieuwe wijziging in de dienstplichtwet-Pop de nieuwe mi nister van oorlog tracht de tegenstel lingen in de inzichten op welke wijze de beste reorganisatie van leger en vloot ware daar te stellen, nu kan men in me nig orgaan onzer katholieke pers Stuk jes lezen, waarvan de korte zin deze is: „We zullen ons maar tevreden stellen met het hier gebódens; maar een sterke inkrimping der legeru itgaven is het toch niet." Het katholieke Nederlandsche volle evenmin trouwens als 2/3 van het ge heele volk wil geen afschaffing van het leger en wil niet een zoodanige le- gerinkrimping dat er niets goeds meer overblijft en onze katholieke persor ganen hebben naar mijn opvatting niet het recht als katholiek beginsel naar vo ren te brongen wat slechts een persoon lijk inzicht dor redacties is. i In do tweede nota van wijzigingen brengt do nieuwe minister van oorlog een legerhervorming aan, die - behalve dat zo misschien de tegenstellingen kan overbruggen van het hoogste tech nische gewicht zijn. 1. De opleiding tot soldaat wordt ge lijk voor iedereen, teruggebracht tot slechts vijf en een half maandje 1 en be houdt voor oorlogsindeeling de 72 regi menten die een behoorlijk veldleger waar borgen. 2. Het stelt voorop dat er meer artil lerie moet komen; dat geheel onjuist door minister Pop w.as verdonkermaand. 3. Het verkrijgt bezuiniging door con centrische opleiding, afschaffing over tollig berocpspersoneel, beter gebruik vau het beschikbare paardenmateriaal. 4. Vermindering van de cavalerie. Maar met dat al zijn wij er niet, als de geest op het Departement niet ver andert. Het behoud van het zeer zeker te missen wapen der genie is altijd nog iets dat den conservatieven geest van het Departement kenmerkt. Ihtusschen heeft in do per3 een -bericht gecirculeerd dat weer wijst op een stap in do goedo rich ting. De secretaris-generaal die tot nu do incarnatie was van het moest con servatieve gedeelte van het zeer con servatieve departement gaat heen. Er' kómt een andere. fschien wijst di't feit wel op een ver ing ten goede die de nieuwe mi- geleidelijk aan natuurlijk! weten te bewerkstelligen, juist, omdat deze minister brengen kan een legerorganisatie die voldoet en n .leg-r-administra'lio die bevredigt, larom schijnt het mij wenschelijk, dat onze pers, voorzoover zij do stemming onder het volk weergeeft en beheerseht, do pogingen van dezen minister steunt. Het zal de coalitie medo eerder ver sterken dan verzwakken. li.o.Z. September 1921. Ir. A. J. L. JUTEN. -*) Ons is geen Katholiek blad hekend, dat afschaffing van het leger verdedigt. EEDACTIE. Engeland en Ierland. Een resolutie van het inter nationaal congres voor Vol kenrecht. Het internationaal congres voor volken recht heeft Zaterdag een resolutie aange nomen, waarin gezegd wordt, dat liet con gres van oordeel is, dat het Iersche volk een afzonderlijke natie vormt en door zijn De Britsche regeering zou in haar mo reels ontwikkeling volkomen gerechtigd i3 om een afzonderlijk beslaan le voeren. Groot-Brittannië heeft dientengevolge geeh enkel moreel recht om het Iersche volk te dwingen van zijn vrijheid afstand le doen, enkel omdat commercieele en mi litaire redenen zich daartegen verzetten. Be Britsche regeering zuo in haar mo- ree'-en plicht te kort schieten, indien het weigerde zich aan beginselen te onderwer pen, die zij zelf verdedigde, wanneer het er om-ging om een ander dan het Iersche volk te bevrijden. Uit Dublin wordt gemeld, dat De Va lera'en zijn collega's reeds besloten heb bed de regecringsuilnoodiging voor een conferentie te aanvaarden. Men verwacht dat Lloyd George een ant woord in dien geest zal ontvangen nog voor de Dail Eireann bijoen zal komen. De toestand te Belfast. Uit Londen komt de tijding, dat, aange zien men vreesde, dat de relletjes van de vorige week zich zouden herhalen, de ver tegenwoordigers van alle katholieke en protcstantsche kerken op het politiebureau bijeen kwamen, om over den toestand te beraadslagen. Door tusschenkomst der gees telijken werd overal de witte vlag uilge hangen en de toestand was spoedig weer. normaal. Men hoopt, dat door deze samen werking der geestelijken, vriendschappelij ke verhoudingen tusschen beide partijen zullen ontslaan. Frankrijk en DuitscMand. t Het Duitsche milliard. Het bericht van den Londenschen cor respondent van de „Tomps" over de be sprekingen tusschen Doumer en Home is in mineur gesteld. Eenige fouten in de be rekeningen kunnen worden verbeterd, maar het schijnt twijfelachtig of de En- gelsche minister van financiën de conven tie van 13 Augustus nopens de verdeeling van het Duitsche milliard grondig zal la ten herzien. De 450 millioen, welke Enge land daarvan zou krijgen ter betaling van de bezellingskosten zijn al in de begrooting opgenomen en Home voelt zich sterk door den steun der andere geallieerden. Hij heeft rekening gehouden met het verzet van de Fransche openbare mcening tegen die regeling, maar Doumer er op gewezen, dal ook zijn regeering niet de openbare meening moet te rade gaan, vooral daar den laalslen tijd de financieele toestand in Engeland uiterst moeilijk is. In de dis cussie tusschen beide ministers kwam het vrij naar het duitsch, tweede deel. „Zou hij den wijn zien De opge wondenheid van Augusta steeg ten top; aJs een gloeier.de stroomliep het bloed door hare aderen vonken vuur dansten en dwarrelden voor hare oogen. Had hij reeds gedronken Ofindien hij hare list ontdekte Kwam daar achter dien boomstam niet een spotachtig lachend duivelsgezicht te voorschijn Neen, het was haar vijand. Hij hield het glas in de hand hij dronk Ha 1 het werk was gelukt, van nu af had zij niets meer te vreezen zij was gered, gered Met beide handen tegen hét branden de voorhoofd gedrukt keek Augusta bnd. Het door hare verhitte verbeel dingskracht haar voorgetooverde beeld was verdwenen, en zij kwam tot de over tuiging dat haar doel nog niet was be reikt, dat Muller nog leefde. „Waarom, s waarom, kwam hij niet te voorschijn. tijd, dat hij haar kon verwachten, was lang voorbij. Hoopte hij nog altijd op hare komst, of was hij reeds dood „O Een schaduw vertoonde zich in de open deur hij kwam de trap af. Met starende oogen volgde Augusta zijn bewegingen. Nu had hij den uitgang bereikt -de poort viel achter hem in het slot. In de volende seconde vloog Augu sta naar het tuinhuisje. Door de ven sters van het vertrek drong nog genoeg van het verdwijnend daglicht, om de voorwerpen te onderscheiden. De flesch waar was zij Zij stond niet meer op de tafei. Angstig dwaalden de oogen der zoekende door het vertrek en bleven eindelijk op de vensterbanken rusten. Een sprong, en zij had de flesch in hare handen ze was half leeg Haar list was gelukt, haar doodvijand vernietigd 1 „Vermoord Moord 1 Een moordena res Was zij dat Neen, neen en duizend maal neen 1 Een zonderling, spookachtig licht scheen plotseling in gindschen hoek te flikkeren het toonde haar een doode met verwrongen gelaat en wijd open voordeel uit, dal Frankrijk uit die rege ling trekt. Voorlaan toch wordt de Duit sche steenkool via Rotterdam of Antwer pen geleverd aan Frankrijk tegen den Duit- schen binnenlandschen en niet tegen den uilvoerprijs, gelijk te Versailles en Spa be sloten was, berekend. Engeland schat dit voordeel op 7 millioen pond, waarmee liet totaal der Fransche bezellingskosten tol 1 Mei 1921 zon zijn gedekt, zonder de waarde der Saarmijncn in de rekening op te nemen. De „Petit Parisien" meent te weten, dat Doumer en Horne zich vooral bezig ge houden hebben met de manier, waarop En geland, builen het eedsite milliard om, sohadeloos gesteld zal worden voor zijn bezeltingskoslen. Men acht het waarschijn lijk, dat er vóór Briand's vertrek naar Washington een beslissing genomen zal worden. De twee ministers zullen in het vervolg hun besprekingen voortzetten door bemiddeling der kanselarijen. Er is alle aanleiding te hopen, dat de verdere be sprekingen de twee regeeringen in staat zullen stellen het eens te worden over een formule, die de belangen der beide lan den waarborgt. De hongersnood in Rusland. Het bokje wisfedh agentschap Rosla meMf, dat in een district aan den boven loop van de Welga 30 procent der bewo ners aan hongersnood en epidemieën is Lijzweken. Hot vee verdwijnt en het aan tal paarden vermindert er elke week met 3.5 procent, dat der koedien met 6 en dat dor varkens met 20 .procent, daar ze vol strekt geen ivoer bobben. Het Wad Rodnota zegl: wal armoede (beteekent beseft men, als men weeit, dat'de boeren van Samairn1- Oefa en Simbirsk ®idh voeden mot klei, die te vuur wordt verhard' en met water vermengd', waarna een (beetje giis't en meel daairfbij wordit gevoegd: Ben pond dier klei kost al 1000 roebel. Volgens de Iswestiia van Moskou heeft de verhooging der tarieven het aantal toetareizen, in den om trek der sfa'd met 85 en d'at der reizen over grooten afstand met 90 procent ver minderd. Te Moskou worden gemiddeld maar 188 biljetten per dag voor de fea'lste categorie afgegeven en 4212 voor de eersite. De GriekschTurksche oorlog. Volgens de berichten uit Anatolië ds de temperatuur sterk gedaald en is de regen vat ingetreden, welke krijgsverrichtingen uiterst moeilijk maalklt en de voed'selïvoor- ziening der troepen bijna onmogelijk. Vol gens de laatste berichten bou de slag ten Oosten van de Sakaria hervat zijn, doch hiervan heeft men nog geen bevestiging ontvangen. Op aanstichting van hel conti lé tot verdedfging van de rechten der bewo ners van Anatolië en ïtoeimslië zijn er betoogi'ngen gehouden in alle steden van 'Amaitolië, waarop de bevolking een besloot toekende om Moestafa 'KemaJ te gehoor zamen en ham getrouw te blijven totdat hij ten slotte zal hebben gezegevierd. Volgens een telegram uit Koii.slan'lóno- pel hebben de vijandelijkhoden in Anato- lië, dien handel laon gestagen. De koop lieden nemen de uiterste voorzichtigheid' in acht. De Turksdhe schatkist bevindt zich in steeds toenemende moeilijkheden, de helating van de salarissen der ambtenaren valt haar uiterst zwaar. De nieuwe mi nister van financiën doet zijn best te be zuinigen en de inkomsten te verhoogen, zoowel door veiboogitng- der bestaande belastingen, als door heit scheppen van nieuwe. Zijn plannen moeten echter door de groolc mogendheden worden goedgekeurd. Over het vraagstuk van de vervanging van de .huidige douanetarieven door het tarief van 11 percent van voor den oorlog beraadslaagt men mog steeds. Het zal waarschijnlijk niet worden inge voerd. Op het oogenblik is Kons'tanfinopet de duurste stad der wereld. De toestand in West-flongarije. Schoiber, de Oostenrijksche bondskanse lier, heeft aan den Weenscllien correspon dent der Vossische Zeitung verklaard', dat hij niet langer de verantwoordelijkheid' in de kwestie yan West-Hongarijie kan blijven dragen. Hij staat op het standpunt dat het vredesverdrag aan Oostenrijk de vreedzame overname van Wost-'Hongarij* waarborgt. De entente moet öas de be paling van het vredesverdrag uitvoeren. In eralenlekringen le Weenen schijnt he? plan te zijn bespraken entente-troepen tusschen de Hongaarsdhe en Oo-stenrijk- sche linies te schuiven. Men meent op deze wijze zonder strijd het vredesverdrag ten uitvoer te kunnen brengen. De voorioopige regeering voor West- Hongarije, die haar zetel naar Wiener 'Neustadt had overgebracht, 'is thans weer te Weenen teruggekeerd. GEffl. BÜÏTEML BERföüTEM. Groote oneenigfieid. De reis van-pre* skient Masarijk naar Moravië en Slowa kije heeft in den gemeenteraad van Briinn aanleiding tot gnoote oneenighc-idi gegeven. De Duitsche gemeenteraadsleden heb'ben en bloc besloten, niet deel le nemen aan de onlvangst van dien president. Het besluit richt zich, zoo wordt gezegd-, niet tegen den persoon van den president, maar tégen het optreden der Tsjechen in liet naar ka rakter geheel Duitsche Brünn; het pro gramma voor het bezoek' is aldus opge maakt, dat geen enkele Duitsche instelling wordt bezochl; de toespraken worden al-, leen in het Tsjechisch gehouden. De Duitschers zijn voornemens eert klein memorandum uit te geven, waarin zij hun standpunt uiteenzetten. De Duit sdie pers stelt 'minister-president Czerny, mode verantwoordelijk voor het ignoroe ren der nationale verhoudingen door da autoriteiten, „die in het oude Oostenrijk eiken stadhouder, den gouden ikraag zou gekost hebben", maar acht president Ma sarijk, die zelf veel in Briinrt is geweest en er ook eenigen tijd studeerde, volkomen onschuldig. De mijnwerkers in Wales. Op een vergadering van mijnwerkers in Glamor ganshire, heeft Vrijdagavond Hodges, de secretaris van den mijrawerkersvakband, als zijn .meening te kennen gegeven, dat het ergste geleden was, voor zoover liet de industrie van den sleenkool-export be trof. Men diende echter rekening te hou den met het niet weg te redeneeren feit, dat de steenkool moet worden geprodnw ceerd tegen een prijs, die in de wereld d« koopers lokt. Dat zou niet mogelijk zijn door de toornen te verlagen, maar wel doori de productie op te voeren, en door de ad ministratie in-leme bezuinigingen te la ten uitdenken. Hod'ges zeid-e nog te hopen, dat het evangelie dat in Zuid-Wales was gepre dikt, dat n.l. maximum-loonen moeten worden betaald voor minimum-inspanning zou verstommen. Wandaad van fascisten. Naar de Grazer T-agespost" uit Laibacli verneemt, hebben de fascisten uit Triest te Kejani het Sloweensclie volkshuis, waarin alle Slowecnsche vereenigingen uil den omtrek van Triëst hun zetel hadden in de lucht laten vliegen. Het gebouw geraakte daar bij in 'brand en brandde tot den grond toe af. De Zurd-Slaivische bladen zijn over de gebeurtenis zeer opgewonden. Naar 't Pooischc telegraaf agentschap meldt uit Oppeln, hebben de Duitsche ge- neesheeren, behoorende tot de vereeniging van Opper-Silezische geneesheeren, beslo ten de Fransche leden der intergeallieerde commissie niet meer te behandelen. Dit besluit wordt toegeschreven aan de vriend, schappelijke houding van Frankrijk tegen over de Poolsche belangen in de Opper-Si lezische kwestie. Verontwaardigd over de ze houding hunner collega's zijn, nanr het Orienit-beriCht meldt, de Poolsche dokter» en bloc uit de vereeniging getreden. Ernstig auto-ongeluk. De heer Char, bonnier, chef van het kabinet van het mi nisterie van luchtvaart, is in de nabijheid! van Lyou,'bij een auto-ongeluk gedood. Zijn auto werd aangereden door een an dere, die nieitegenstaande deze aanrijding doore-edt. Het signalement van de aan rijdende auto is in alle richtingen getelefo neerd. Charbonnier was op slag dood. Zijn echlgcnoote had een schedelbreuk. De toe stand van zijn l8-jarige dochter, alsmede van een door hem aangenomen 7-jarig kind uit de verwoeste streken is zeer era- stijg. Volgens een nader bericht is ook het kind overleden. staande oogen, die haar aanstaarden verglaasde gebroken oogen. Zij kwa men hoe langer hoe nader en staarden haar aan, terwijl de bleeke mond de woorden fluisterde, die de moeder van Marion op het sterfbed haren echtge noot had toegeroepen „De wraak zal u treffen. Gods molen maalt langzaam, maar ontzaglijk fijn Een onbeschrijfelijke doodsangst over viel het rampzalig schepsel. Tevergeefs bedekte zij 't gelaat om het ontzettend schouwspel niet te zien .Èn die oogen wa ren overal en het fluisteren van den doode werd hoe langer hoe luider, tot dat het gelijk een donderstem klonk, die de geheele ruimte vervulde. „Gods mo len maalt langzaam, maar ontzaglijk fijn 1" klonk het haar te gemöet, waar heen zij zich wendde, totdat zij eindelijk met een vreeselijken gil de banen brak, die haren geest geboeid hielden. Als door furiën gedreven, vloog zij uit het huisje en rende blindelings voort, altijd vervolgd door den doode, die nu rondom tallooze, donkere spookgestal ten opwekte, die hare lange armen naar haar uitstaken om haar te grijpen en vast te houden. Plotseling was het alsof een koude hand haar aangreep haar voet struikelde, sprakeloos viel zij op den grond. XXI. „Wilt gij geen paraplu, Max „Een paraplu Waarvoor Het re gent immers niet meer. Goeden nacht, moedertje 1" Mevrouw Rankhorst liet haar brei kous in den schoot vallen en zag met een vriendelijken lach op tot haar aan staanden schoonzoon. „Goeden nacht, Elfriede 1 Wel te rus ten, Tita 1" Het was een heerlijke avond. De re- ge» had de lucht verfrischt; ieder plant je'scheen zijn zoetsten geur uit te stor ten, en boven tusschen de zich nu haas tig verdeelende wolken keken enkele sterren vriendelijk neer op de wereld, die zich bereidde om te gaan sluimeren. Max stapte in vroolijk opgewonden stemming op het „witte huis" aan. Nog v/as hij niet ver gekomen, toen een klagend geluid door de nachtelijke tilte tot zijn oor doordrong. Verbaasd k*ek hij op e; ontwaarde op koiten afstand een donkere gedaante, die in gebogen houding aan den weg neer hurkte. „Wat is er Wat scheelt u De gedaante gaf geen antwoord, maar deed vernieuwd gekerm hooren. Max was met verhaaste schreden ge naderd en boog nu tot den man neer. Deze hield zijn gezicht half in de handen verborgen. „V/at scheelt u vroeg Max nog eens. „Goede hemel, zijt gij het, Muller Deze steunde: „Ja, ik sterf. Dat mon ster heeft mij vergeven." Met brandewijn vennoedelijk, dacht Max maar een tweede oogopslag in het van smart verwrongen gezicht bracht zijn vermoeden aan 't wankelen. „Hier in de buurt is een huis, waar men u voorloopig wel zal opnemen," zeide hij vertroostend. „Ik zal hulp ha len." „Neen, naan, laat mijniet alleen hier achter..smeekte Muller. „In dien u mij wil helpen, kan ik..mis schien opstaan. O mijn God wat een pijn! Geef mij een arm.... Zoo zal het wel gaan." Hij poogde op te staan, maar tever geefs. Weer deed hij een zacht gekerm hooren het hoofd zonk op de borst en de geheele man scheen in elkander te schrompelen. „Het helpt niet.ik kan niet meer, ik sterf uitte hij met moeite. Het ver gif.... brandt in mijn ingewanden. Help mij. Ik heb 'n geheim te 'open baren en alvorens.... Is u het, mijn heer Wallhagen, u Dat is de vinger Gods Ik wilde mij late:: omkoopen orn uweigendom in vreemde handen te laten, en nu, nu.Zijn woorden gingen over in een onweerstaanbaar geprevel. Max keek een oogenblik radeloos op den zieke, die opnieuw begon te kermen en zich te krommen in onbeschrijfelijke pijnen. Zoo ver zijn oog reikte, was geen menschelijk wezen zichtbaar, dat herr had kunnen helpen. Hij moest echter noodzakelijk hulp halen. „Muller," zeide hij gauw besloten, „gij moogt niet langer hier in de nattig heid blijven zitten en alleen kan ik'u niet wegbrengen. In vijf minuten be.i ik weer hier." Zonder een antwoord af te wachten spoedde hij zich weg. Een kwartier later lag de nog kermen» de zieke op een in der haast voor hem opgemaakt bed en keek deze met gespalkte oogen dèn ouden boer aan die hem hoofdschuddend gadesloeg (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1921 | | pagina 1