1
„ONS BLAD88
BUITENLAND
dinsdag 27 september 1921
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: SSEtTSTVS"4"
dien datum verschijnen
de nummers gratis.
MIJN iEüSïi INDRUKKEN B
DUBLIN.
FEUILLETON.
DE VIOOL.
NOORD-HOLLANDSCH
14e jaargang
Abonnementsprijs
Per kwartaal voor AlkmaarJ 2.—
Voor buiten Alkmaar f 2 85
Met Oeïllustreerd Zondagsblad 0 60 f hooger.
Advertentieprijs:
Van 1 5 regels f 1.25; eikeregel meer f 0 25; Reclames
per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor.
met ueiuusuccm /-u..u«s=u.uu 8 Ullbetaiing per plaatsing f 6Q
Aan alle* ebonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 400,—, f 200,—, f 100,
i mihm in H 1
bij voor-i
J°~. f 35,—, f 15,—.
ZIJ, die ZICH met 1 octo
ber op dit blad abonnee-
ren, ontvangen de tot
(Van onzen bijzonderen correspondent.)
in
DUBLIN, 21 Sept. 1921.
Gist€r, tegen «Jen avond, ben ik hier, na
een prachtige reis, aangekomen, na zes urn
sporens van Londen naar Holeyhead
twee en een half uur varen voor den
overtocht over de Iersche zee naar Kings
town en dan nog een half uurtje spo
ren naar Dublin.
M'n eerste ervaring hier was al niet
van de aangenaamste; minstens een uur
lang heb ik op een Gaunting-car, waarover
straks meer, de stad doorkruist, vóór ik
een hotel kunnen vinden. Ik weet niet
meer, aan hoeveel adressen ik wel ge
weest ben, maar overal waren ze full up;
één had er nog een kamertje met een ca
napé erin, leeg, dat ik niet gezien heb,
maar dat de manager van het hotel zelf
me met zulke zwarte kleuren ujts^t}ilderT
de, dat ik maar liever besloot, eerst m'n
zwerftocht nog maar een beetje voort te
zetten. En daarvoor ben ik beloond, want
tenslotte heb ik een mooie kamer gekre
gen in een goed hotel, maar dat ik erg
goedkoop uit ben, kan ik niet zeggen.
Trouwens, het bleek me al heel gauw, dat
alles hier veel duurder is dan in Londen,
waar ze je de boel toch ook niet voor
niets geven. Om maar een kleinigheid te
noemen: een krant kost hier two. pence,
dus 'precies dubbel zooveel als in Londen
v vf»«r een ontbijt, dat in Londen in den
piv voor de kamer inbegrepen is, wordt
je hier vier shillings extra berekend.
Maar daar is nu eenmaal niets aan te
doen en toen ik eenmaal op m'n kamer
geïnstalleerd was, heb ik nog even zitten
na-genieten van de reis.
Het eerste deel van de trein-reis naar
Holyhead bood niets bizonders, was zelfs
vrij eentonig. Overal hetzelfde Engelsche
landschap, maar dan van den minst moeien
kant, vierkante stukken grasveld met ma
gere heggen omzoomd, een beetje geacci
denteerd en hier en daar 'n groepje hoo
rnen of een huisje. Van afwisseling geen
sprake. En dat een uur of vier lang, is wel
wat vervelend.
Een eindje na Chester werd het evenwel
beter. Daar stoomde de trein eprst een eind
langs den wijden mond van de rivier de
Dee en vervolgens langs de kust der Ier
sche zee Dat was een prachtige tocht.
Rechts de wijde, telkens van kleur wisse
lende zee, nu voer eens wat verder, dan
weer zóó vlak bij, dat je uit het coupé
raampje moest buigen om nog grond te
zien en links achtereenvolgens de booge
bergen van Flint, Denbigh en Carnarvon,
hier en daar afgewisseld door een meertje,
een strook moerasland of een weide, waar
op pikzwarte koeien graasden.
De lucht was bewolkt, over alles hing
een lichte nevel, die boven zwaarder
scheen en de bergtoppen geheel omhulde.
Maar juist dit wazige, dit wegdoezelen
ven oe Sv**rpe lijnen, maakte het geheel
tot een dubbel aantrekkelijk schouwspel.
In Holyhead moesten de passagiers
voor Dublin op de boot. Je zou zoo den
ken, dat je, als je van het eene deel van
Engeland naar het andere gaat niet
waar, Ierland i« toch, voor het oogenblik
althan», nog Engeland je van douanen
geen last zou hebben en ik keek dan ook
raar op, toen daar iedereen z'n koffers
moest openmaken. Het bleek er om te
doen te zijn, het binnensmokkelen van
vuurwapenen in Ierland te verhinderen,
naar de douaneman dien ik 't vroeg,
me verzekerde. Maar als dat het doel was,
mochten ze toch wel wat secuurder te
De Pauselijke Internuntius Mgr. Rob. Vicenfinf,
die bij de opening der Staten-Generaal o.m.
aanwezig was.
Het onthulde ffionumeit van Land- en Zeemacht
te ScLsveilingen.'
werk gaan; m'n koffer keken ze na; ja
wel, maar ik en alle andere passagiers
hadden best in iederen zak een revolver
kunnen hebben, zonder dat iemand er wat
van bemerkt had.
Enfin, na wat dringen en duwen en
slooten, om toch maar het eerst geholpen
te worden, zooals dat aan elk douanekan
toor nu eenmaal het gebruik schijnt te
zijn, kwamen we op de boot, die ons
naar Ierland zou brengen.
Nog altijd hing de nevel over het land,
zoodal dit vrij spoedig uit het gezicht ver
dwenen was. Maar even later brak einde
lijk de zon door en was de diepe blauwe
kalme zee, overwelfd door een prachtigen
blauwen hemel, gebroken door mooie ve
derwolken, rol aan den horizon te zien.
Niet lang echter. Na een goed uur doemde
voor ons uit reeds de kust op. van het
„groene Erin", waarop ik echter, ook toen
we er vlak bij waren, zoover ik kon zien,"
geen plekje groen heb kunnen vinden.
Eenmaal aan land, viel het dadelijk op.
hoe hier alles veel minder verzorgd was.
dan aan den overkant; de spoorwegwagens
zagen er uit, zooals in Nederland op een
erg achteraf buurtlijntje en de treinen, die
in Engeland zoo zacht en zoo geluidloos
loopen, rammelden hier geweldig. Maar
dat duurde gelukkig maar kort en toen
stond ik in het onooglijke DubUn'sche 'sta
tion Rotterdam D. P is er nog fraai
bij.
Van mijn eerste ervaring in de stad ver
telde ik reeds, dus o ja, van die Gaun-
Ling-cars zou ik meer vertellen. Dat zijn
heel typische Iersche, door een paard ge
trokken rijtuigjes op twee wielen, die
eigenlijk uit niets anders bestaan, dan uit
twee banken, een links en een rechts over
het wiel heen-hangend. Op de eene rust de
koetsier, op de andere ik en tussehen ons
beiden in. óm zoo te zeggen op de elkaar
rakende leuningen der beide banken, vond
m'n koffer" een plaats.
Maar hoe primitief het karretje ook was,
de mn 'die het bestuurde durfde me toch
voor i uurtje, dat hij me rondgereden
had langs de verschillende hotels nog tien
shillings vragen.. De koetsiers zijn hier dus
al niet beter dan overal anders, dat begreep
ik wel en ik vroeg den man dan ook maar
dadelijk, of hij misschien krankzinnig was,
waarop de man heel beleedigd zei, dat hij
niets meer dan den gewonen prijs gevraagd
liad. Ik stopte hem 5 shillings in z'n han
den en mopperend reed hij weg; voor dit-
maak week hij dan maar eens van zijn
„gewonen prijs" af. Doch ik had het ge
voel, nog te veel betaald te hebben.
Vanmorgen ben ik maar eerst eens de
stad ingegaan, om een beetje wegwijs te
worden. Heel aanlokkelijk ziet die er niet
uit.-Er staan wel flinke gebouwen in, maar
haast allemaal zien ze er groezelig en ver
waarloosd uit en over het schoonhouden
der stralen schijnt men zich niet erg druk
te maken, al heb ik dan ook een paar pri
mitieve sproeiwagens zien rijden. En als
je de winkels eens inkijkt neen, smake
lijk is anders, vooral die, welke je juist in
de eerste plaats zindelijk en helder zou
willen zien, n.l. die, waarin ze vleesch- en
andere etenswaren verkoopen Het aantal
sigarenwinkels (die echter hoofdzakelijk
tabak en pijpen verkoopen) is ontelbaar en
wel eigenaardig is het, dat die er over het
algemeeni het netste uitzien.
Kap je .hier dus genoeg te jooken kriy-
g-eiC met het eten gaat het niet zoo gemak
kelijk. Ik heb n.l. tot nu toe geen enkel
restaurant kunnen ontdekken. De vreem
delingen kunnen alleen eten in hun hotel
en dat weten de hotelhouders ook wel,
zoodat je niet bang hoeft te zijii, dat ze
je te weinig zullen laten betalen. Maar ook
moet gezegd, de hotels zijn, tenminste dat
waar ik terecht gekomen ben, uiterst zin
delijk. Dat ls het eenige, waarmee het
lot nu toe beter getroffen heb dan in Lon
den.
Het ontbreken van restaurants en ook
van café's café's zooals bij ons zijn er,
geloof ik, in heel Engeland niet is waar
schijnlijk de oorzaak, dat de mensehen
's-avonds in troepjes op de hoeken der
-straten bijeen klissen en daar de gebeurte
nissen van den dag bepraten. Fn hu hen
die groepen door kruipen en buit-den de
kinderen, allemaal met pikzwarte bloote
voelen en groezelige gezichten. Wat je ook
moeilijk anders kan verwachten, als je
maar éven naar den toestand van de straat
en de huizen kijkt, een toestand, die er
trok niet lee bijdraagt, óm het in de stad
erg friscli te doen ruiken.
Maarhet is gemakkelijk aanmer
kingen te maken. Je dient echter ook wèl
in aanmerking te hemen, hoe dit volk in
de laatste jaren, in den voortdurenden
strijd tegen Engeland, geleden heeft. En
zoo is het wel te verklaren, dat men hier.
waar iedereen vol is van idealen, waar
iedereen alleen leeft ter verkrijging van
dat eene, hoogste goed hier op aarde, de
vrijheid, waarvoor allen strijden, rijk en
arm, jong en oud, het materieele op den
achtergrond is geraakt; dat men zich om
het materieele welzijn niets bekommert,
zoolang men het geestelijke niet kan ge
nieten.*
Maa| dat zij dit zullen verkrijgen, daar
van zqpdt ge wel overtuigd worden, wan
neer gê hier op straat de mehschen maar
eens ken zien Allen is het aan te zien, dat
ze finir vrijheid willen verkrijgen; de vast
beraden trek toch om den mond waar
ïedereeo, man of vrouw, jongeling of meis
je, daaromtrent juist genoeg.
Eu, zegt niet de Engelschman zelf:
Where there is a will, there is a way?"
ARTHUR TERVOOREN.
pe ioestand in Ierland.
IJ gyd .George's antwoord.
De „Daily Express" verneemt, dat het
laatste antwoord van de regeering aan de
Valera in het algemeen een verzoenenden
geest ademt, doch zeer stevig gesteld is.
Het is echter in geen geval een ultimatum,
in goed ingelichte kringen wordt de mee
ning geuit, dat voor De Valera de weg nog
altijd open is voor het aanvaarden van een
conferentie, indien hij dit werkelijk
wenscht
Een bomontploffing.
Bij het ontploffen van een bom te Bel
fast, Zondagnacht, werden twee personen
gedood en achttien gewond.
Een stem uit Australië.
De „Celtic Club" heeft met groote meer
derheid van stemmen besloten, voort te
gaan aan het beginsel van Home Rule voor
Ierland steun te verleenen in het geloof, dat
het geschil het best kan worden opgelost
door een compromis zonder de instelling
van een republiek.
De Ver. Staten en Duitschland.
De New-Yorksch-e correspondent van de
..Frankf. Zlg." wijst op de veranderende
houding der Amerikaansche pers tegenover
Duitschland. Zelfs in de „Times" en de
„Tribune" vindt men welwillende woorden
en wel naar aanleiding van de houding der
regeering in zake den moord op Erzherger
en van het blijkbare besluit var. ihet Duit-
sehe volk de republiek onder alle omstan
digheden te handhaven, Toen aan de vroe
gere verhoudingen een einde kwam en de
Duitsche republiek ontstond, zeiden vele
Amerikanen: „Die slimme Duilsöhers zij
hebben den oorlog verloren en maken nrt
gauw een republiek, om de overwinnaars
milder te stemmen. Maar zoodra het vre
desverdrag in elkaar zit, komt Wilhelm le-
rug". De „Times", die vooral die opvat
ting was toegedaan, schrijft thans echter:
Degenen, die de Duitsche republiek tot dus
ver niet ernstig genomen hebben, zullen
hun oordeel moeten herzien, zij het dan
ook, dat het wellicht nog te vroeg is om
den arbeid als geheel geslaagd te beschou
wen. Afgewacht dient nog, wat de jonkers
zullen doen. Maar hetgeen reeds bereikt is,
verdient lof en aanmoediging". Terwijl de
„Globe" de republiek krachtig gegrondvest
acht, is de „World" van meening, dat de
al-Duitsohe beweging volstrekt dood is.
„De jonkers hebben Duitschland in zijn
tegenwoordige ellende gestooten en thans
beproeven zij het vredesverdrag als werk
tuig te gebruiken om zioh weer in den za
del te zetten, maar bet zal hun niet ge
lukken, meent de „Evening Post". De „He
rald" betoogt, dat de Duitsche regeering
nog wel wat zenuwachtig is, en dat het
politieke leven in Duitschland oppervlak
kig beschouwd, een ohaolischen indruk
maakt, maar het blad gelooft, dat „onder
deze oppervlakte het grootste genezings-,
proces plaats grijpt, hetwelk een volk kan
doormaken. De „Chicago Tribune" spoort
de Amerikaansche regeering aan alles te
doen, om de Duitsche regeering te steunen.
„Onze moreele, en zoo noodig, onze mate
rieele hulp moet gewaarborgd worden aan
die elementen, die voor den nieuwen
staatsvorm in Duitschland ijveren", aldus
verklaart het blad.
Het vredesverdrag met Duitschland.
Harding vesMiaart in den schrijven aam
Senator LoiJge, dat l eden in den Senaat
werd voorgelezen, dat de verdragen met
DuÊlsordand, Oostenrijk en Hongarije, het
laatste overblijfsel van wat verband houdt
met den oorlog <usrt den weg zal ruimen en
den vrede vollodSg zal doen iterugtoeeren.
De brief draagt den datum van 21 Septem
ber, waarop de verdragen naaT den presi
dent werden verzonden, die de verdragen
kenschetst als zijnde m volledige overeen
stemming met de resolutie, welke het Con
gres heeft aamgenomen. Harding voegt er
aan toe, dat de formeele vrede zoo lamg is
uitgesteld, dat 'hij nalaat er op te wijzen,
dat snelle ratificatie gewenscl.it is.
Uit een verslag, dat de New-Yoikschc
correspondent van de „Tijmes" geeft van
een vergadering van dc Senaatscommis
sie voor de buiitenlamdscihe betrekkingen
van Donderdag ji., blijkt nader, dat Sena
tor Borah zijn oppositie tegen het vredes
verdrag met Duitsdblariid voornamelijk op
deze twee punten baseerde, ten eerste, dat
volgens het verdrag Amerika de moreele,
zoo niet de wettelijke verplichting Kou
hebben Amerikaansche troepen in Duitsch
land op de heen te houden; ten tweede,
dat de voorgenomen benoeming van een
Amerikaan om zitting te nomen in de
Commissie van Herstel de Vereenigde Sta
len in de finiancleeile aangelegenheden en,
als uitvloeisefl daarvan, in de politieke
twisten van Europa, voor die eerste veertig
jaar zou betrekken. Volgens Borah zou
het verdrag ten gevolge hebben, dat Ame
rika „door de achterdeur in plaats van
door de voordeur" in de Europeesche ver-
wikkeliingien zooi komen.
De correspondent verzekert, dat hij op
goed gezag kan mededeelien dat, in geval
de ratificatie plaats heeft, de regeering on-
deriian delingen zal aanknoop en met haar
vroegere bondgenooten over verdragen,
die als aanhangsel bij het pact met
Duitschland zullen worden gevoegd. Vol
gens Hughes, den staatssecretaris van Bui-
temtaaidsche Zaken, zal het teneinde de
liquidatie van den oorlog „af te ronden",
noodzakelijk zijn, verdragen Ie isiludien met
Groot-Bri'ttaiinie, Frankrijk, Italië en Japan
om de betrekkingen van deze mogend-
hedieni en de Vereenigde Staten vast te
stellen tien aanzien van. de gebieden, d'ie
Duitschland gedwongen werd over ie
geven! als het resultaat van de „geallieerde
en geassocieerde" overwinning. Het ligt in
-hel voornemen van Hughes om in elk
Iraotaat, waarover hij onderhandelingen
•zaL aamknoopen, ïiauwgezte een clausule
te denn vastleggen, waarin uitdrukkelijk
wordt eikend, dat de Vereenigde Stalen!
dezelfde kanis zuMlen hebben in de gem am
dateerde gebieden als de volken die leden
zijn van den Volkenbond.
Van deze regeling wondt Yap uitgezevn/
derd, dat als een afzonderlijk geval wordt
besonouwd.
DE RUSSISCHE HONGERSNOOD'VOOR
DE VERGADERING VAN DEN
VOLKENBOND.
De Volkenbond had besloten om de
'hon^ersnood-quaeslie in Rusland op d<6
agenda te plaatsen, maar de sub-commis
sie, belast dit vraagstuk te bestuideeren\
heeft geconstateerd d'at in de tegenwoor
dige omstandig heden de negeer in gen nie!
hij machte zijn om crediefcen toe te staan
en heeft besloten om op de gestelde vragen
ontkennend te antwoorden.
INTERNATIONALE GREDIETEN VOOR
EUROPA?
Naar de „V. Zig." aan de „New-Yoik
Herald" ontleent, zou een groot aantal
internationale 'bankiers het plan overwe
gen, om een 500 niiliioeni dollarleening uit
te geven. Het project zou reedis aan de
regeering te Washington zijn voorgelegd,
opdat deze haar goedkeuring eraan zou
verleenien. De teeming zou voornamelijk
het verleenen van creidielen op het vaste
land van Europa mogelijk maken. De renv
'tevoet zou 2y2 3 bedragen.
AREEIiDS CO'NtFLtCTEN IN DUITSCH-
LAND.
„Höcflister Fanbwerke" en de kunstzij-
dedrieken in Kesleibach 'hebben de
werkplaatsen gesloten en alle arbeiders
voor ombepaalden' tijd ontslagen. Een en
ander is het gevolg van de (houding der
arbeiders, die Donderdag in Hochst en!
Vrijdag in Kesterbaoh de directies ge
dwongen hebben tot toezeggingen in strijd)
niet de contracten. De weikgeversbond in
de chemische industrie lieeft de beide di*
-r-ecties verboden deize eisdhen na te komen!
De correspondent van de „Frankf. ZJ
te Hochst meldt nog, d.d. 23 Sept. het
volgende: i
Gistermorgen verlieten dé arbeiders van'
de „Fanbwerke" plotseling de werkplaat-)
sen om voor de directiegehouwen te de*'
mops tree ren en het onmiddellijk .ontslag
van een beambte te eisdhen, die zich on-;
gunstig had uilgelaten over de arbeiders.
Tegelijkertijd edhter werd, daar de be-
drijfcraad te Oippau vertoefde, een cour
missie gdkozeni, die van de directie, onder,
bedreiging met geweld, een toeslag eischic'
van 2000 M. Omdat deze commissie niets
wist Ie verkrijgen en ook een tweede niet
slaagde, werd een derde commisstie geko
zen. In tussehen waren twee soc. genreen*
t era ad sleden op het tooneel verschenen en
(beproefden te vergeefs de arbeiders te
kalme eren. Tenslotte trad ook nog de re*
geeringspresident op. Na langdurige on
derhandelingen verklaarde de directie zich'
eindelijk bereid den gehuwden arbeiders
1200 M. toeslag, den ongeïiuwen 500 M.
toe te zeggen. Met dit resultaat waren nu'
echter de laatsten weer niet tevreden; zij
drongen het directiegebouw binnen en!
beproefden dooi- een eigen commissie
meer te hereiken, maar de directie was
reeds naar huis gegaan. Hedenmorgen
vroeg werd nogmaals getracht te demon
streer en, maar men vond weinig steun.
Deze gebeurtenissen te Hochst zijn thans
naar Griesheim overgeslagen, zoodal de
arbeiders van de chemische fabriek „Gries
heim-Eleklron" lijdelijk verzet pleegden,
teneinde de door beu gestelde eischen
door te drijven.
ANNEXATIEPLANNEN VAN GRIEKEN
LAND. en
Volgens berichten in de regeering§bla>
den, die door den minister van oorlog be-'
vestigd worden, is de Griéksche regeering
van plan om de annexatie af te kondigen'
van de bezette gebieden in Klein-Azie en
Roman door MYRTLE REED.
Vertaald uit het Engelsch door Hen
riëtte v. d. Waarden.
Wil je er voor zorgen, dat het rustig
ai huis is
Ze sprak tegen Margaret, maar ze
keek Lynn aan.
Wat zooveel wil zeggen als, zei hij,
fat 2i], die viool moeten studeeren wel
zoo goed zullen willen zijn, niet 'voor
na drieën te beginnen, en dat het zeer
geapprecieerd za worden, als zeker
iemand niet door het duis davert.
Lynn, zei de oude dame, héél
ontoepasselijk, je bent buitengewoon
schrander. Ik verwacht groote dingen
van je.
Dat ééne uurtje in de week veroor
loofde Miss Field zich als ontspanning
In haar bezig, gelukkig leven. Om zeven
uur ontbijt, en om tien uur naar bed
vas de ijzeren regel van den huize.
Van haar komst ir. Oost-Lancaster
»f had Iris Woensdags tussehen twee
«n drie plechtig de wacht gehouden
over de voordeur. Al waren de be-
ïoekers nog zoo vlug, ze hadden nooit
aen tijd de bel te bereiken, want eer
op de stoep waren kwam hen al een
Riem meisje tegemoet loopen, met een
Vingertje op de lippen.
Stil, zei ze uan, Tante Peace
slaaptHet kwam echter maar zelden
voor, want Oost-Lancaster kende Miss
Field's gewoonten, -en eerbiedigde ze.
Tot straks, lieve men chen, zeide
pezs, en zij stond een oogenblik stil
aan den voet der wenteltrap, ik ga een
ver e reis ondernemen, waarop ik
misschien nog oud vrienden ontmoe
ten zal. ik ga vreemde landen zien,
en veel ondervinden, wat jullie wellicht
v.eemd en belachelijk zal voorkomen.
Ik ga maar een klein uurtje weg maar
als ik terug kom, heb ik heel veel te
vertellen.
Z; droomt altijd, legde Iris zacht
uit, toen de meesteres van het huis
hen over de leuning nog eens vriendelijk
toelachte, en als ze wakker wordt ver
telt ze mij alles.
Lynn ging op een langen zwerftocht
uit, na vergeefs getracht te hebben
zijn moeder of Iris mee te krijgen. Ik
heb genoeg aan mijn avondwandeling,
zei mevrouw Irving, en het jonge
meisje verontschuldigde zich met hare
huiselijke plichten. Met elastischen
tred ging hij de stoep af, sloeg het tuin
hekje dicht, en liep fluitend de olmen-
laan af. Zijn moeder luisterde met wel-
gevallen naar hem tot de vroolijke
tonen in de verte verstierven. God
zegene hem, fluisterde ze bij zich zelf,
wat is hij mooi en sterk, en wat heb ik
hem oneindig lief
Het huis scheen te waken, terwijl zijn
beschermengel sliep. Aan haar zelf
overgelaten, zwierf Margaret rusteloos
rond door de zitkamer en de bibliotheek
toen liep ze de hall op en neer tot het
haar inviel, dat het Tante Peace kon
hinderen.
Een verlaten roodborstje zat in de
neerhangende takken van den ahorn
bij het tuinpoortje, en deed wanhopige
pogingen, om een onverschillig vrouw
tje, dat bovenin op een twijgje zat,
het hof te maken,, maar ze nam heele-
maal geen notitie van hem.
Uit den riaburigen boomgaard waai
de de geur van appelbloesems aan, en
een eenzaam blauwborstje vloog door
het veld en zijn azuren veertjes maak
ten een schitterend effect tegen de
zilveren wolken. Margaret werd wee
moedig van al deze heerlijkheid, en
het gezicht verloor zijn kalmte.
|Droomen, mompelde zij, ijdele,
leege droomen,terwijl je ziel verhongert.
Iris kwam zachtjes binnen met haar
naaiwerk, en ging zitten. Margaret
voelde haar tegenwoordigheid in de
kamer, maar keerde zich niet van 't
raam af. Iris behoorde tot de weinigen,
waarmee je een prettig stilzwijgen kon
bewaren, zonder onbeleefd te schijnen.
Margaret had al de bitterheid van
haar leven diep in haar hart begraven,
- die smart, die te dragen is als ze
aan zich zelf wordt overgelaten, is te
heilig om getoond te worden. Als die
bitterheid eenmaal opgewekt is tast
het grondsop het geheel aan en de
tijd moet alles weer effenen. Als de
scherpte van de plin pooit weggenomen
werd, zou de wereld te droevig zijn
om er in te leven.
Eindelijk keerde ze zich naar de
kleine naaister, die zoo recht als een
kaars in den gebeeldhouwden, maho
niehouten stoel zat. Hare lange wim
pers overschaduwden de zacht-gekleur-
de wangen, het blauw-zwarte haar viel
met een weelderige golving over het
lage, witte voorhoofd. Margaret zag
de teeder-peinzende uitdrukking, van
den wel-gevo mden mond, de was han
den, en den ronden arm, zóó vol
maakt geschapen voor alles, waarin
de vrouw het meest tot haar recht
komt, dat het hart van de opmerkzame
toeschouwster- plotseling samentrok in
scherpe pijn.
Iris, sprak ze, op een toon, die
het meisje verschrikte, als de man van
je keuze komt, en je weet absoluut,
dat je hem liefhebt, volg hem dan, on
verschillig of hij een prins of bedelaar
is. Als verdriet je treft, draag het dan
dapper, zooals een hoog-staand meisje
past, maar nooit, nooit dat ben je aan
je zelf verschuldigt, mag je berouw
hebben over je vertrouwen in hèm. Als
je hem liefhebt, en als jij jou liefheeft,
denk er aan, dat er dan nooit een slag
boom tussehen jullie geluk kan komen,
dan moet je alles wat er tussehen jullie
zou kunnen oprijzenwegvagen als een
spinneweb. Vernietig het meteen heer
lijken durf en ga naar hem.
Confort, gemak,, carrière, positie,
komen er niets op aan, de meenjng van
anderen telt niet, het is een levéns-
questie tussehen je eigen hart en het
zijne, en in dat heiligdom heeft nie
mand het recht zich te dringen. Al
heeft hij je slechts een korst aan te
bieden, deel ze met hem, maar laat
niemand je overhalen tot een levens
lange scheiding van hem, dien je lief
hebt, dat is een pijn, die niet te dragen
is
Het jonge meisje hield hare diepe
oogen kinderlijk smeekend op Margaret
gevestigd, toch was het duidelijk dat
zij haar begreep. Iedere lijn van Mar
garet's gezicht drukte het teederste
medelijden uit, zou deze vlinder ook
nooit zijn vleugelen mogen uitslaan
Iris voelde den plotsslingen harts
tocht der andere vrouw, ze las het
lijden in de donkere oogen, de opeen
geklemde lippen, zelfs in de slanke
witte handen, die als gebroken lelies
in haar schoot lagen.
- Dank u, mevrouw Irving, zei zc
rustig. Ik begrijp u.
Minuten verliepen en er werd geen
woord meer gewisseld. Klokslag half
vier kwam tante Peace beneden. Z
had haar mooiste japon aan, van soe
pele, zware zijde, eenvoudig gemaakt.
Om den hals en de polsen sloot zeld
zame, oude kant, en het eenige edel
gesteente, dat ze droeg, een smaragd
van ongewone schoonheid en groote
waarde, glinsterde op haar borst. Ze
droeg geen ringen, behalve den gouden
band, die haar moeder's trouwring was.
Waar hebt u over. gedroomd'
Vroeg Iris.
- Nergens over, mijn liefje, lachte
zij. Ik heb zelden zoo heerlijk-rustig
geslapen, onze gasten hebben een
groote bekoorlijkheid over ons huis
gebracht.
Ze nam uit het geborduurde werk
zakje, dat aan haar ceintuur bengelde,
het kantje dat ze aan 't maken was en
begon haar steken te tellen.
- Ik ga mijn werk ook halen, zei
Margaret. Ik heb het gevoel, alsof ik
de hommel ben in dezen nijveren bijen
korf.
Zeven, acht, negen, telde tante
Peace. Iris, zijn de koekjes even goed
uitgevallen als den vorigen keer
-Ik vind dat ze zelfs beter zijn.
Heb je de oudste port uitgezet
-Ja, de alleroudste.
Ik hoop, dat hst hem maar niet
gehinderd heeft, ging tante Peace
voort, dat ik hem de vorige week ver
zocht niet te komen. Gewone menschen
nomon dit soms eerder kwalijk dan
aristocraten,die aan gasten gewend zijn.
Natuurlijk vond hij het jammer,
zei Iris met een lachje, maar hij heeft
't niet kwalijk genomen, daar ben ik
zeker vap.
i
(Wordt vervolgd.)