ONS BLAD"
1
BUITENLAND
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: 433
DE VIOOL.
WOENSDAG 26 OCTOBER 192ï
Fjsj3irriïriiöiiir
Be Staatsgreep van Karei van
Habsbmg.
De toestand in Ierland.
FEUILLETON.
Opper-Silezië.
SEM, BUITENU BERICHTEN.
lfe JAARGANG
NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD
Abonnementsprijs:
Per kwartaal voor Alkmaar
Voor buiten Alkmaar
Met Geïllustreerd Zondagsblad
f2.-
f 2 85
0 60 f hooger.
Advertentieprijs:
Van 1—5 regels f 1.25; elke regel meer f 0 25; Reclames
per regelt 0.75; Rubriek „Vraag en aanboa" bij voor
uitbetaling pe: plaatvng f 0.60.
abonné's wordt op aanvrage gratis eenpolis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag vanf 500, f 4QQ, f 200, f 100, f 6 O, f 35, f 15.
De interpellatie over de pasvisa. De
interpellatie steun aan Rusland. De toe
passing der Arbeidswet.
Ofschoon, naar onze meening, wel wat
rijkelijk gebruik wordit gemaakt van het
interpellatie-recht door do Kamerleden,
zoo waren ioch de interpellaties, die de
vorige week zijn gehouden, belangrijk in
zich. Zij brachten opklaring, opheldering
over zaken, waarover menigeen zijn ge-
daohlen heeft laten gaan.
Donderdag dan heeft in de avondver
gadering. dc communist en ex-dominé
Kruyt zijn interpellatie gehouden over de
slappen, die de Regeering "gedaan heeft of
voornemens is le doen, in zake de afschaf
fing der visa of paspoorten.
De inlerpellamt had zijn onderwerp in
■en viertal vragen^geforrnuleerd, die luid
den:
1. Op grond van welke overwegingen is
je Regeering overgegaan lot opheffing
jer verplichting voor het Lebben van pas
poorten in het wederzijdsch verkeer tus-
schen Nederland en België?
2. Welke pogingen zijn door de Regee
ring gedaan om te gemoet le komen aan
jen al gemeen en wensch om te geraken
lot opheffing der verplichting tol visa op
paspoorten in het verkeer met andere
Staten?
3. Heeft de Regeering eenig initia
tief genomen, ten ein le bij internationale
regeling, bijv. door bemiddeling van den
Volkenbond of in overleg met de Regee
ringen, die in den Volkenbond dominee-
ren, lot een zoover mogelijke afschaffing
der verplichte visa le geraken?
Acht de Regeering uit een oogpunt
van binnenland'sche veiligheid en nood-
ta kei ijk toezicht op vreemdelingen de
handhaving der verplichte visa voor
vreemdelingen nog verder noodig?
Nu zal niemand dio geen vreemdeling
is in de verhoudingen van ons interna
tionaal verkeer, ontkennen, dat de zaak
dér visa op de paspoorten tot veel ge
harrewar, en onaangenaamheden aanlei
ding gee't. De vraag is echter: is die
visa nog steeds ooodÊg? En uit het
antwoord daarop door de ministers van
Buitenlandscke Zaken, en van Justitie
gegeven, moeten wij - besluitenhelaas,
ja
Het antwoord '"dezer bewindslieden
kwam o.a. hierop neer, dat de. Regee-
ï'ing zelf naar vermindering der meest
klemmende bepalingen streeft.
Waar mogelijk zijn de gehate voor
schriften afgeschaft of is men er over
doende. Maar vooral de oostgrens de
meest geliefde, zooals begrijpelijk is, bij
de vrienden van den interpellant, 'kan
nog niet zonder meer opengesteld wor
den. Controle op vreemdelingen is on-
nisbaar; 'n overslrooming van vreemde
arbeiders en niet-arbeiders zon anders
allerminst uitgesleten zijn. Wij zouden
geen werk voor hen hebben en geen
woningen, de moeilijkheden ten onzent
zouden in ernstige mate toenemen en
ten slotte zouden de beeren en dames,
die hier onbeperkte gastvrijheid zouden
genieten, ons daarvoor betonnen door pro
paganda tegen onze Staatsorde.
Logisch en duidelijk, dunkt ons voor
iedereen, behalve voor den heer ivruijt
en consorten. Deze heer en zijn vrien
den wijzen er bij iedere gelegenheid
op, dat de regoeringsmaatregelen tóch
geen doel treffen. Io 'h interpelleeren zij
telkens en er is haast geen ander on
derwerp, waarvoor zij zoo dikwerf en
compleet in de Kamer verschijnen. De
verklaring van deze schijnbare tegen
strijdigheid zal wel hierin liggen, dat
de overheidsmaatregelen verre van feil
loos zijn hoe zou het anders kun
nen maar dat zo toch een zeer on
aangename belemmering vormen voor wie
ze poogt te ontduiken.
Tot de gewone voorstelling bij de com
munisten behoort- ook deze, dat do be
palingen in ons land het ergst zijn.
De Minister van Buitenlandsche Zaken
ontkende dit ten stelligste en bet zou
ons niet verwonderen, wanneer de re-
volutionnairen in elk Parlement met de
zelfde bewering kwamen.
Het was een tegenvaller voor den in
terpellant en do zijnen, dat de S. D.
A. P. bij zijn interpellatie door af-
vfezigheid schitterde, met bet gevolg,
dat zij de communisten geen hand en
spandiensten verleenden.
Het spreekt van zelf, dat de heer
Kruijt niet tevreden was, over de reeds
"verkregen en ia overweging zijnde ver
ruiming van het internationale verkeer,
die de Minister van Buitenlandsche Za
ken in uitzicht stelde. Met een motie
kwam men echter van communistische
zijde niet op de proppen.
Aardig was het, dat de heer van
Rave&teijn de opheffing van de con
trole op het grensverkeer op één lijn
stelde met de bestrijding van het pro
tectionisme, met den strijd voor den
vrijen handel, waarvan zoovelen herstel
van meer normale (d.z. „kapitalistische")
economist ho verhoudingen verwachten.
Het was juist zoo aardig, omdat de
heer van Ravesteijn het in vollen ernst
betoogde.
De interpellatié-Wijnkcop: het verlee-
nen van regeering,ssteun aan de honge
rende boeren en arbeiders in Sovjet-
Rusland, een interpellatie, die hij samen
vatte in een motie, welke motie met 45
tegen 26 stemmen werd verworpen, biedt
enkele punten aan vcor interessante be
schouwing. Bij die gelegenheid zeide de
heer Wijnkcop o.m.: „Ik weet, dat reeds
thans, op dit oogenblik, menschen bij dui
zenden van honger omkomen, maar in
do genoemde gebieden dreigen in do
naaste maanden millioenen om te komen."
Daarna deed hij een poging, om de
schuld van dit treurspel geheel te wijten
aan de omstandigheid, dat de boeren niet
hebben geleerd, den grond volgens de
eischen der moderne landbouwwetenschap
te bewerken. Reeds 20 jaar geleden was
dan ook de ramp, die Rusland thans
getroffen heeft, voorspeld door den jour
nalist Barfasz. Deze heeft gewezen op
het periodiek terngfeeeren van mieoogsten.-
En inderdaad, zco ongeveer om do vier
jaren was er in Rusland'een Slechte oogst.
Maair niemand heeft ooit vernomen van
zulk een ellende als thans over Rus
land gekomen is.
Terecht wees Minister van Karnebeek
er op, dat de thans keerschende ellende
in Sovjet-Rusland nog aan geheel andere
oorzaken valt toe te schrijven. De uit
muntend gedocumenteerde rede van den
Minister ten overstaan van Wijnkoop's
interpellatie, kwam hierop neer, dat de
hongersnood en de ontredderds toestand
in Sovjet-Rusland in hoofdzaak te wij
ten zijn aan het jammerlijk fiasco van*
het communistisch economisch stelsel.
Des heeren Drion's interpellatie over de
uitvoering der Arbeidswet met betrekking
tot het verleenen van vergunning voor
overwerk, heeft den minister van Arheid
gelegenheid gegeven, ten aanzien van de
campagne, welke tegen die wet wordt
gevoerd, de puntjes op de i te 'zetten.
De woedo der vrijzinnige pers daarover
is vermakelijk. Zco maakt .het „Vad."
den voorzitter Kooien er oen verwijt van,
dat hij, Minister Aalberse niet verzocht
zich tot zijn onderwerp te bepalen. De
.Nieuwe Courant" beweert; dat dit ge
deelte (het dcor ons- bedoelde van puntjes
op de i voorzjenle gedeelte) in de rede
van den Minister volstrekt niets te ma
ken bad met de interpellatie van den
lieer Drion. De N. Rott. Crt." spande
do kroon door „du bant de sa grandeur",
te verklaren, dat de Minister het „oir-
baar" heeft geacht haar in het Kamer
debat te betrekken.
Hoe durfde Minister Aalberse ook zoo
oneerbiedig en vermetel ie zijn! De Re
dactie van hol liberale opgaan, belooft dan
ook met den Minister af te rekenen, zoo
dra" het stenografisch verslag zijner reco
verschenen is. Wij hebben gisteren in ons
hoofdartikel de belachelijk-aanmatigende
houding van het blad, aan de kaak ge
steld I
Wat had de Minister dan voor kwaad
gedaan? Hij had, waartoe hij volkomen ln
zijn recht was, de beteekenis der liberale
campagne tegen de Arbeidswet in 't licht,
gesteld, die dian toch in haar huldigen
vorm door alle Kamerleden van den Vrij
heidsbond werd goedgekeurd. En goed
gekeurd niet alleen! Minister Aalberse, dte
nu zoo fel wordt aangevallen, herinnerde
er aan, lioe bladen als de >,N. R. Ct."
zoowel als de leider der Vrij-liberaien ln
de Kamer, mr. Dresselhuys, in die dagen
herhaalde malen bij de Regeering hebben
aangedrongen, om toch niet te talmen en
onverwijld te komen met "ri wettelijke re
geling van den arbeidsduur, welke, naar
loen van liberale zijde werd beweerd, ge
rust op 8 uur voor de industrie-arbeiders
en op 6 uur voor de mijnwerkers mocht
worden gesteld.
Met instemming niet alleen, maar lot
groote vroolijkheid van het niet tot den
reactionnairen Vrijheidsbond beboerende
deel der Kamer reconstrueerde de Minis
ter dus de atmosfeer :n de Kamer en
daarbuiten, waaronder de Arbeidswet tot
stand kwam. Hun die, naar de Minister
zich uitdrukte, niets geleerd en alles ver
geten hadden sinds 1918 (Z.Exc. bedoelde
de tegenwoordige Vrijhei,isbon.ders) riep
hij in hot geheugen terug den onïtuimigen
aandrang, waarmede de Vrijzinnigen toen
de meest ingrijpende sociale hervormin
gen eischten.
En wat de overwerkver-;uniring aangaat,
bij d,e totstandkoming der Arbeidswet be
stond geen verschil van opvatting omtrent
de beteekenis dier vergunning. En het
kostte den Minister niet die minste moeite
liet aan te tooneft de tegenwoordige
toepassing klopt volkomen op die opvat
ting. i
Met hoe groole uchthairtigheid de inter
pellatie was opgezet bleek uit die verkla
ring des Ministers, dal de aangevochten
voorwaarde van aansluiting bij een or
ganisatie.nooit werd opgelegd; even
min als diie van overleg met de arbeiders
organisaties (dit overleg werd alleen aan
geraden*. alx..,de arbeiders weigerden .over
werk te verrichten).
De Minister mocht dian ook de mee
ging hebben, dat de actie van de Drion,s
niet zoozeer legen de toepassing der wet
als wel tegen de wet zelf is gericht.
Nog vernamen we dat overwerkvergun-
ning -wch'db verleend met het oog op sei-
zoendrukle, buitenlandsche concurrentie,
lijdelijke opeenhooping van werk, onder-
produotie, bedrijfsstoomissen.
Voor maatregelen Ier bespoediging van
beslissingen o,p aanvrage om overwerk,
verwees de Minister naar het aanhangige
wijzigangsontwerp.
Inderdaad, het was een doorwrochte en
rijk gedocumenteerde rede, waarmee de
Minister de campagne tegen zijn Arbeids
wet bestreed. Trouwens, van een man als
deze Minister was niet anders te verwach
ten. Onomwonden verklaarde hij niet 1e
zullen toegeven aan pogingen, die hem
zouden willen doen lerugkceren op den
ingeslagen weg.
Voor noodzakelijke wijzigingen heeft hij
oog dit bewijst het bekende voor-ont
werp en met de moeilijkheden der va-
■derlandsche industrie en hare rechtmatige
belangen wenscht hij wel degelijk reke
ning le houden.
Maar dit is iets anders, dan belgeen men
aan de overzijde," met name dn de oud-
liberale en daaraan gelijke kringen, van
hem verlangt.
Hij wil van de arbeidswetgeving geen
ondirageHijk dwangbuis maken noch toege
ven aan het drijven der uiterste linker
zijde, dat geen acht slaat op de eischen
der werkelijkheid.
Maar bij wil ook allerminst reactie.
Dit laatsle heeft hij ondubbelzinnig en
nadrukkelijk uitgesproken.
En wordit daarmede eenerzijds aange
toond, hoezeer hij pal slaat legenover den
aandrang van liberalen en andere conser
vatieven, anderzijds blijkt ook bet bod'em-
looze en ongerijmde van de bij herhaling
gegeven voorstelling in de socialistische
pers, als ware dé minister bezig zijn draai
te nemen eh zijn. Arbeidswet prijs te geven
De Minister heeft weer blijk gegeven,
dat de uitvoering der Arbeidswet, niet
liet minst wegens zijn onkreukbare eer
lijkheid en nauwgezet plichtsbesef, bij
hem in veilige handen is.
Het avontuur mislukt.
Het schijnt nu wel vast te staan, dat de
poging van den ex-koning Karei van Hon-
graije voor de tweede maal en daar
mee wel voor goed mislukt is.
Gisteren werd namelijk uit Londen ge
seind:
Volgens de opvatting in gezaghebbende
kringen is het avontuur van koning Karl
geëindigd. Alleeen moeten de geallieerden
nog beslissen naaf welke plaats Karl ge
zonden zal worden.
Er is geen formeel pjotest ingediend bij
de Zwitsersche regeering. Alleen zijn er niet
offjcieelc inlichtingen gevraagd.
Uit Budapest wondt geseind, dat de Idon-
gaarsohe regeering met de vertegenwoordi
gers der groote en kleine entente thans
beraadslaagt over de toekomst van den
gewezeil koning.
Onderdak in Nederland gevraagd?
Uit Berlijn seinde gisteren het Ned. Tel.
Agentschap:
„Een vertrouweling van den ex-koning
Karl, graaf BerchtoM, kwam uit Zwitser
land in. Münohen aan. Hij zal heden ver
der reizen naar Nederland. Hét doel is on
bekend."
Dat „onbekende doel" laat zich wel ge
makkelijk raden!
De Conferentie.
Het Maandagavond uitgegeven offïpieele
communiqué zegt, dat de lersche conferen
tie tot gisteren is verdaagd.
De moeilijkheden zijn nog niet ten vqJIe
overwonnen, dopli. de toestond is hoopvol
ler dan Maandagavond.
Het antwoord aan De Valera op de door
hem tot den eerste-minister gerichte me-
dedeeimg, werd, volgens de „Daily Tele
graph" Maandagmiddag overhandigd en
door de ministers vóór de aankomst der
lersche gedelegeerden onderzocht. Het blad
zegt, dat de conferentie den toestand in het
algemeen besprak. Het standpunt van Siinn
.Fein werd der conferentie voorgelegd en
de wensch der lersche gedelegeerden om
de onderhandelingen voort te zeiten, werd
mei kracht bevestigd. De eerste-minister
legde opnieuw den nadruk op het punt,
dat de trouw aan de kroon moet worden
aanvaard, daar anders de conferentie niel
kan voortgaan. Er werden eenige plannen
geopperd en het resultaat was de benoe
ming van een commissie van vier gedele
geerden, twee van iedere zijde. Toen dit
kleine comité vergaderde, trokken de an
dere gedelegeerden zich terug, doch de vol
ledige conferentie kwam twee uur later
bijeen en beraadslaagde verder drie kwar
tier.
De zeelieden te Belfast.
Uit Dublin meldt men aan de „Westm.
Gaz.", dat zich te Belfast een aanmerkelijk
aantal zeelieden heeft afgescheiden van den
zcehedenhonl, die onder Havelock Wilson
staat, en zich gevoegd heeft bij den bond
van lersche transport- en gemeentewerk
lieden. Deze hond beweert thans de meeste
zeelieden van Belfast te omvatten; de
meeste groote zeeschepen, die den laat-
slen tijd Belfast verlieten, waren door leden
van dien bond bemand.
Dit toenemen in kracht der nieuwe ver-
oeniging is niet zonder politieke beteeke
nis. In de „.Arbeid-stem" schreef een der
leiders, James Connally, dal, als men de
textiel-arbeiders te Belfast, zelfs de spin
ners alleen, tot staking kon bewegen tot
hel tijdstip dat Ulster zich met Zuid-Ier-
lan-d zou vcreenigen, de schade aan de in
dustrie te Belfast toegebracht van dien
aard zou zijn, dol het leger van Carson wel
tot rede zou worden gebracht. De nieuwe
zeeliedenbond poogt de tcxtjel-arbeiders
over te halen lot dat doel samen te werken.
DE WASHINGTONSCHE CONEB-
RENTIE.
Een draadloos telegram van het stoom
schip, dat de Japansehe gedelegeerden
naar Washington vervoert, deelt mede,
dat de grondslag van Japan's program
ter Washingferasche conferentie zal zijn:
het verlangen om een defensieve vloot
te handhaven, groot genoeg om af te re
kenen met elke vlootmacht, die welke
natie ook naar: het Verre Oosten zou
kunnen zenden. De indruk werd ge
vestigd, dat Japan niet zal voorstellen
de Amerikaansche verdedigingswerken in
den Stillen Oceaan te ontmantelen. Ja
pan gelcoft blijkbaar niet, dat Amerika
zijn gebeele vloot naar het Verre Oosten
zou kunnen zenden vanwege den afstand
en bet gebrek aan voldoend groots vloot-
bases, maar indien de Amerikaansche
bases vergroot werden en Brittannië's
bases uitgebreid, zou Japans minimum
daarmede in overeenstemming moct n
worden gebracht.
De vermindering der vloten.
DO correspondent van de Times'' te
Washington ontleent aan de Amorikoan-
sche pers onderstaande, naar hij gelooft
•op offioieele documenten steunende,
cijfers betreffende de steirikle van de drie
groole maritieme mogienidheden, n'J.f
Groot-Britamnië: oogenlbliikkelijke. sterk
te 533 schepen' met een inhoud van
1.866.480 (on; in aanbouw 17 schepen met
een inhoud van 169.380 ton.
Vereen. Staten: oogeniMilttkeilijlke—sterkte
464 schepen met een inbond van 1,286.463
ton. in aanbouw 69 schepen mei een1 in
houd van 734.928 ton.
Japan: oogienMikkelijike sterkte 09 schc-
ipen met een1 inhoud van 528.689 Ion; in
aanbouw 85 schepen met een inhoud van
805.188 ton.
Zoo dra de bouw,programs afgewerkt
zullen zijn, is de sterkte der vloten aldus;
Grool-iBritannië: 550 schepen, inhiyuil
2.059.860 ton.
Vereenig.de'Staten: 533' schepen, inhoud
2.024.391 ten.
Japan; 184 schepen; inlhibud 1.333.877
Ion.
De correspondent leekcnt hierbij aan,
dat het zonder ontleding niel mogelijk is"
een vergieüjibing te treffen wat aangaat de
slagvaardigheid der vloten. Hiermede zal
de conferentie zich bezig houden en daar
bij het slagschip als grondslag voor de ge-
veehtsiwaarde der vloot nemén. Hetligt
ook in de bedoeling van Amerika, <lif be-;
ginsel in een eventueel te treffen overeen
komst met Groot-Britannic en Japan vast
te leggen.
Volgens den correspondent stellen de
Amerikaansche marine-officieren zich op
het standpunt, dat Amerika een gelijke
vloolsterkte dient te hebben als Grool-iBri-
tannië, waartegen geen bezwaar van dc
zijde van Britannië schijnt te bestaan. Er
bestaat echter niet de minste aanwijzing,
welke positie Japan in een drievoudige
overeenkomst betreffende de vloot zou
moeten innemen. Erkend wordt, dal dit
een van de groote moeilijkheden der Con
ferentie zal blijken, ofschoon men er op
vertrouwt dat een oplossing zal worden
gevonden. Het ligt in de bedoeling van
het de,parlement van marine zoowel in
krimping ais beperking voor te stellen:
inkrimping van de totaal sterkte, welke
het resultaat zou zijn van de voltooiing
van het onderhavige program, hetgeen lot
gevolg zou hebben, dat een bepaald aantal
schepen, die thans in aanbouw 'zijn, met
zou worden afgemaakt; en beperking van
de vloolsterkte van elke mogendheid tot
een aantal schepen, in dc eerste plaals uit
te drukken in de hoeveelheid kapitale
schepen en waarvan geen enkele mogend
heid mag afwijken. Op grond van dit plan
zouden daarom alleen verouderde schepen
mogen worden vervangen.
De correspondent verzekert dal er geen
reden is om er aan te twijfelen dal boven
staande beginselen in 'het algemeen liet
plan vormen, dat de Amerikaansche ma
rine-deskundigen zuilen ondersteunen. Zij
meenen dat dit de eenige pracliscihc op
lossing is.
Verder, zegt hij, bestaat er een ander
plan, dat eveneens sterken steun onder
vindt, n.1. de aanneming van een finan-
cieele formule, volgens welke de groote
mogendheden er in zouden toestemmen,
'hun jaarlijfcsehe vlootirilgav-en te beperken
tot een bepaalde som, terwijl elk dezer
mogendheden de vrijheid zou hebben,
deze som' naar eigen goeddunken te be
steden. Als één van de argumenten, die
voor laatstgenoemd plan pleiten, w'ordt
naar voren geschoven, dat wanneer de
vlootuitgaven willekeurig worden beperkt,
elke regeering noodzakelijkerwijze eerder,
het oog zou gericht houden op verdedi-
gings- dan op aanvalsimaatrcgelen, doch
daartegenover staat de on'bereddwiUigheid,
of onbekwaamheid, om te zeggen, waar
verdediging eindigt en aanval 1 .'nt.
Heit is niet mogelijk te zeggen, lot welk"
der beide plannen de Amerikaamsche re
geering ten slotte zal overhellen, doch hef
is, zcgl de correspondent, zeker, dat prési
dent Hairddng en zijn adviseurs van meer
ning zijn, dat een belangrijke maatregel lot
beperking van vlootbewaping kan en zal
worden genomen. i,
Poolsche ontevredenheid.
Een P. T. A.-telegram uit Warschau
maakt melding van verschillende Pool
sche persstemmen, die ontevredenheid be
tuigen met de beslissing van Opper-,
Silezië, al zijn er die meenen, dat Po
len nog geen grondgebied beeft toe
gewezen gekregen, in hoofdzaak gaat
bet tegen de economische regeling eon
wordt verlangt, dat bet toegewezen deel
van Opper-Silezië nu ook onvoorwaar
delijk aan Polen wordt gegeven. ij
DE HERLEVING DER ENGiÉLSCHE
KOLENTNDUSTRIE.
Met het oog op den emstigen loesland
in de kolenindiustrie heeft de Eng el se lie
mijniwerkersfedieralie de regeering ceiï
nieuw plan voorgelegd voor de herleving
dé-ziea' industrie. Het plan stelt voor dien
maximum, prijs dér .mdUiSlriekolen op 30
shilling per ton hrulo vast te stellen, ter
wijl dc regeering aan de betrokken mijn
eigenaren en spoorwegmaatschappijen het
verschaf vergoedt. De regeering zal zoo
mogelijk acht tot tien miilioén pond süb-
shüeeireB.
AMERIKA EN DE, SGHUJJ) DER GEAL-
LIEERDEN.
Het Representantenhuis te Washington
verwierp een amendement op dc Foreign
Debt Refunding 'Bill, bepalende dat de
rente, door dfe, geallieerden aan Amerika
te' keüaierii,' gemiddeld vijf procent zou
zijn.
REQUI.SITHEBEPALINGEN IN RUSLAND
Het Russische persbureau maakt be
kend) aldus seint dc correspondent van
de „Daily Telegraph'' uit Reval dat de
Raad van. VioRiscommlssarissen heeft vast
gesteld, dalt die requisitie ran goederen
alleen mag plaats hebben op last vain dan
Arbeids- en Verdedigingsraad, en alleen
dn exccplioneele gevallen. De districtscom
missie zal de schadeloosstelling bepalen
volgens het gemiddelde der marktprijzen.
Dc volksrechters hebben echter het. recht
goederen te comfiiskeeren op grond van
e«n vonnis; uitgesproken door de revolu
tionaire- reeibtbauiken. de buitengewone
commissies en, in bepaalde gevallen, doer
die regeering'sauit.orjteiten, doch geen huis
houdelijke - goederen, gereedschappen, of
vocidingsmiidldelenmogen voor den ditui-
vaat zcss maanden worden gerequireerd.
PANIEK IN E.EN CONCERTZAAL-
Terwijl Zaterdagavond j.'l. ongeveer
_500 men-ScLen in der' Temperance Hall
-te Walsall in Engeland, luisterdennaar
een concert, stortte opeens, dus seint
men aan de „Daily C'hron.", 'het dak dei-
zaal in. Een' der komieke zangers zong
juist het lied" „Where shall w'e be ina
hundred years! You shall not be here
and we shall .not be here", toen het on
geluk plaats had. Met het dak stortte een
deel dier galerijen van de zaal in en alles
werd iin duisternis gehuld. Er ontstond
Roman .door MYRTLE REEO,
Vertaald uit het Engelsch door He»
riqtte v. d. Waarden.
i ~t
33.
dal
Ik vind, zei ze na een poosje,
«k weg moet^ uit.Oost-Lancaster.
Zoo? En waarom?
iris fronste de wenkbrauwen.
Ziet u legde ze uit, ik heb' hier geen
recht. Het huis is van Mevrouw Irving
w daarna komt het aan Lyuu. Tante
•4-eace heeft gezegd, dat ik, zoolang ik
ectde, liet als mijn thuis moest be-
mJt°UWen' ",laar dat zci ze- omdat zc mij
ron iWfS w'k',e slitren. Ze wa-s lé goed
ï'.1doen; maar ik hoor daar niet.
Ivcrhm.t I;Ccn' Irv'»g, vroeg de Meester
Ne' I''" WCg' fiaat?
Êel ni„i Cn', ",een! Jfep Iris "it, begrijp
eeed 7 vc.rl r^- hebben niets ge-
Jl,, w™ allerliefst voor me geweest
ivoei er niels aan doen, dat ik
Le Meester knikte.
if»j „mein* !?cl' Misschien wil
je.
zuster en mij kpmep vvppen.
et oude huis heeft behoefte aan jonge
g^chtem en- het geluid van jonge voeten.
ie'm s' z<" h" met rustige voonba-
'raBhevd, „is zeer groot".
Zelfs in kaar verwarring verwonderde
Iris ach over het feit, dat dc eigenaar van
het Weme vogelen-huis op de helling van
dteb berg t altijd als zeer groot 'beschouw-
•de. Direct las hij haar lachte
- Ik weet wat je denkt, ging i,ij voort;
Je denkt dat mijn huis klein is. Drie ka
mers boven en drie kamers beneden Fre-
dcri'ka zou in mijn kamer kunnen slapen
én ik zou d,e binnenkamer achter mijn
werkplaats kunnen nemen, en het hout
voor dc violen bij Herr Doctor laten be
waren. Boven kon i ij een slaap- en zitka-'
mer hebben; Frederi'ka cn ik zouden al
teen boven kómen om te eten.
Herr Kaufman®, riep Iris uit, terwijl
een warm gevoel haar hart doorstroom
de, het is mooi van u, 'maar dat kan ik
niet doen. Begrijpt u niet als ik ergens
zijn kan, ik blijven moet waar ik ben?
Wat ze zei was niet erg duidelijk, maai
hij begreep, wat zc bedoelde.
Ja, dat 'zie ik 'wel in, maar als ik
zeg, dat mijn huis groot is, dan dénk ik
niet aan deze zes kamers. Heb je niet
gelezen in den Bijbel, dat in Het huis
mijins vaders veie woningen- zijn? Zoo?
Nu, in deze woningen leef ik. Ik heb mijn
smart terzijde gezet, en ik wacht tot het
den goedien God behaagt mij. naar. huis le
voenen. - i.-
Ons naar huis voeren, zei Iris na
denkend. Misschien was tante Peace ver--
moeid.
Ja, antwoordde de Meester. Ze was
moe. Anders" had ze mogen blijven. Je
hebt niet aan haar gedacht, maar aan je
zelf.
Misschien 'hebt u gelijk, gaf ze toe.
Als je "wpggaat, ging hij voort, is het
beter, dat je gaat studeeren. Je hebt een
mooie stem, en met verdriet in je hart
'kun je er veel van maken. Zij, d'ie groot
zijn geworden, hebben eerst geleiden.
Iris keek hem vlak aan.
Meent u dat? vroeg ze dringend.
Natuurlijk antwoordde hij kalm;
.vóór je hen, die 'Jijden helpen kunt, moet
je zelf geleden hebben. Zoo slaat het ge
schreven.
Iris zuchtte zwaar.
Ik moet, weg, zei zc loom.
Nog niet, wacht even. 1 J
Hij ging naar zijn slaapkamer, en
kwam terug met een vioolkist. Hij open
de haar voorzichtig en deed' dc zijden om
windsels van dc Cremona af.
Kijk, zei hij, met een glans van
vreugde op zijn gelaat, is zij jiiet schitle-'
I-end. Als je treurig bent, herinner jc dan,
dat je „tnein" Cremona gezien hebt.
Dank" u, antwoordde Iris,- met een
vreemde mengeling van lachen en iranen
in haar slem, ik zal er aan denken.
Toen ze naar huis ging keek de Mees
ter haar eenige oogenblikken na, toen'
wendde hij zich van het raam af, om zijn
oogen af te wisschen. Zijn temperament
werd aangetrokken lot ieder, die verdriet
had, en hij had al jaren lang veel van Iris
gehouden.
Dien avond zat zij alleen in die biblio
theek, ingesloten door het intieme duis
ter. Margaret zat in haar eigen kamer te
lezen en Lyinji .was uit. Duidelijker dan
oöit zag Iris in, dat ze hier weg moest. Zc
had nooit geen bepaald plan, maar Herr
Kaufmann had 'n mieuw gezichtspunt voor
haar geopend.
Toen Lynfi thuis kwam, stak zij in de
ontvangkamer de kaarsen aan. Iris hoop
te dat hij naar boven zou gaan zonder in
de bibliotheek te komen, maar dat was
zijn plan niet. Ze trok zich icrug in haar
stoel, opdat hij haar niet zo-u opmerken,
maar met een onfeilbaar instinct ging bij
regelrecht op baar af.
Liefste, fluisterde hij, ben je Jiier.
Ik ben 'hier, zei Iris, maar zoo heet
ik niet.
'Het trillend stemmetje vervulde hem
met 'n groote lecderheid en hij greep haar
hand.
Iris, lieveling, ging hij voort waar
om ontwijk je me?
Ik ben ellendig geweest sinds hel
oogenblik dat ik je zei de brieven geschre
ven le hebben.
- Het was verkeerd, dal je zc schreef,
zei ze. <r Y lyt 1 1
Waarom Iris? j t
Daarom.
Vond je 'liet niet prettig?
Neen!
Ik dacht dat je er niet boos om
was.
Hij was le ridderlijk om haar te 'herin
neren aan dien maan-lichten avond.
Het was heel verkeerd herhaalde ze
koppig.
Vergeef mé dan.
Ze zijn niets voor me, antwoordde
ze onbewogen.
Ik 'hoopte dat ze wel iets voor jc
zouden zijn, zei Lynn zacht. Ik ging al
tijd maar dc naburige stad om ze le pos
ten, ik wist dat jé mijn schrift niet ken
de, en ik was er zeker van dat jc mij niel
verdenken zou.
Het is mooi een meisje zoo te be
handelen, vind jc niet? vroeg Iris driftig.
Ze stond op en wilde naar dc deur gaan,
maar Lvnn hield haar tegen. In het ster
renlicht zag 'hij haar bleek bedroefd ge
zicht.
Liefste, zei hij, luister. Eén oogen
blik maar, lieveling, dat is toch niet le
veel gevraagd? Als ik er verkeerd aan ge
daan heb, je die brieven te schrijven, ver
geef mij dan, maar ieder woord was
waar. Ik 'houdt200 van ie, kindje, O, ik
heb je zoo lief. Iris.
Met je heéle tart, herhaalde ze hoo-
nend. Je tobt geen hart.'
Iris, zei hij onvast, wat bedoel jc?
Dit, riep ze harls.tochtHijk uit; je
hebt niet meer gevoel dan dc grond on
der je voeten! Heb ik het niet gezien, heb
ik het niet geweten? Tante Peace stierf,
en het kon-jou niet schcleh je vond tot
-alleen onaangenaam. Jc speelt- als een ma
chine, een kwakzalver. Handigheid met
de viool, handigheid met WoordenEn jij
durft-toch zeggen, dat jc me liefheb l
Iris! -Lieveling! r' Lynn, tót in
zijn diepste roerselen gfcoftd,-" zeg dat
nie t- -
Eerst wil ik het zeggen. Morgen ga
ik voor altijd uit je huis weg. Ik heb 'hiér
geen recbl,. geen plaats. Ik ben een. in
dringster, maar ik ga heen, je zult me
nooit terug zien, nooit, z-oolang je leeft.
Jij, een machine, een domkop, een bedrie
ger, iemand zonder hart, jij zult me
niet meer beleedigem
Wit tot.de lippen rukte Iris zich be
vend als een espenblad los, en vloog naar
haar kamer.
Dynn slaakte een.' pijnlijke, sidderende
zucht..
O, God! fluisterde hij, zijn handen
wring-end, „O, God!"
(Wordt vervolgd).