De moeilijke, tijden. BUITENLAND. Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: 433 DE VIOOL. No. d33 MAANDAG 14 NOVEMBER .1921' I4e TAAPG4NG Abonnementsprijs: Per kwartaal- voor Alkmaar Voor buiten Alkmaar Met Geïllustreerd Zondagsblad f 2.— f 2 85 0 60 f hooger. Advertentieprijs: Van 1—5 regels f 1.25; eikeregel meer f 0 25; Reclames per regel f 015: Ru-riek „Vraag en aanboc" uij vooi- uitbetaling pc. piaat; ig f 0.60 Aan alle abonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 4ÓO—f 200,—, f 100,—, f 60, f 35, f Ï5, Do werekl slaat voor een moeilijk en onbe?T":,"»elijk probleem. Vo h een klein jaar terug en ook heden wordt het nog herhaald, werd door de eerste lieden van ons land gedoceerd, .dat de wereld, en ook ons land, slechts ware ie redden door arbeid. De bijna 5-jarige oorlogstijd had zooveel nuttige en noodzakelijke goederen aan de wereld onttrokken, de oorlogsindustrie had ïooveel improductieve goederen voortge bracht,, dat wij stonden voor een tekort. Soberheid eenerzijds, arbeid anderzijds, daardoor alleen was de menschheid voor oen buitengewone, ramp te redden. In den laatsten tijd echter hebben v-ij deze voor, de hand liggende waarheid niet jneer dagelijks hooren herhalen. Men berijdt thans een ander stokpaardje. Met het oog op hetgeen in 1922 zal gaan gebeuren, is inen vooral bij het stellen van zijn conclusies zeer voorzichtig. Indien, zoo luidt het thacSj die lamme arbeidswet van Aalberse maar is opgerold en de loonsverlaging toegepast, dan zal -liet heel veel béter gaan. Wij durven beweren, dat, gesteld ook al dat de inwilliging van die beide verlan gens mosgeii doorvoerbaar waren, dan nog zou er slechts een bijna niet noemenswaar dige verandering plaats grijpen. Natuurlijk (wat zou het geven dit te ontkennen), een tijdelijke verbetering hier en daar, eenige verlichting in de moeilijk heden voor de industrieën, zou daarvan het gevolg zijn. Een blijvende, een afdoende verbetering, een benaderende opheffing van de moei lijkheden bracht dit alles niet. Daarom zij men vooral van Katholieke zijde, en" dan niet alleen in werknemers- kringen, bij het stellen zijner conclusies zeer voorzichtig. In de groole dagbladpers, meer speciaal in de pers van liberale huize, dreunt te genwoordig een soort Indianen-gehuil, het welk meer in 't bijzonder is gericht tot den Minister van Arbeid. Hij is vooral degene, die gebruikt moet worden als aanvalsobject, in de hoop en de stille verwachting, dat dit zal brengen de zoo vurig en zoo lang verhoopte politieke watiste. Men onderschatte van onze zijde de macht en de invloedsfeer van die zijde niet. In een tijd van malaise, in een tijd van internationale moeilijkheden, gaat er bij veien een dergelijke Helze heel gemakke lijk in, vooral wanneer onder dezulken nog tegenslag of verlies wordt geleden. Den zondebok zoekt men thans en ge lukt de toeleg, dan zal die zondebok, Aal berse, met zijn sociale wetghving moeten worden opgehangen. Weliswaar is nog door niemand van de luidruchtig doende dames en.heeren vol doende de juistheid van hun. beweringen aangetoond. En droevig is het beeld de ■ninister wees er onlangs zelf op in een schitterend pleidooi bipde behandeling van vragen, rakende de Arbeidswet van de „belden" van 1918, die toentertijd maar niet genoeg en ook niet spoedig geiioeg sociale maatregelen konden krijgen in hei. Staatsblad. Maar de tijden zijn gekeerd: er heerscht groote werkloosheid en binnen een goed half jaar opent zieh de stembus. Meer dan schitterend vallen alle feiten en omstandigheden samen om polilick ge win le maken. Wij kunnen ons begrijpen, dat de ge wone mensch, die niet aan politiek be hoeft te doen, van al die verpolitiekte ge wichtigheden weinig begrijpt, zelfs weinig gelooft. Wij hebben op dit terrein echter eenige jaren ondervinding en schromen niet tc verkiareri, dal er weinig strijdperken zijn aan te wijzen, waarin m<d zulke oneerlijke vapenen wordt gestreden als in de poli tick. Niet dat de politiek in zich verkeerd be hoeft ie zijn, maar de politiek is en wordt stelselmatig mi'sbruikt. Met bet doel te waarschuwen voor ver schalking eenerzijds, met het doel enthou siasme te verwekken anderzijds, met het doel om de landen op elkander te sluiten en onze regecring te helpen, schreven wij dit en enkele volgende artikelen. 's-Bosch. M. K. IKDiSGHE KRONIEK. X. Den 28en Augustus heeft Pastoor A. Nolthenias de Man, {(hans le Bandoeng, ond-er veie blijlken van belangstelling 'zijn 25-jarig priesterfeest gevierd. Pastoor de Man! Het laatste nummer van „Sociaal Le ven" 1) bracht me een uitmuntende foto van den Zeer Eerwaarden Jubilaris te nid-den van bloemen Zij,n beeltenis roept in me onmiddellijk de herinnering wakker aan de pastorie le Buitenzorg, waar op ouderwetsche wijze de Indische gastvrijheid werd betracht. Wie van Batavia eens een beer des Zon dags overkwam, en dan na de Hoogmis, op liet voorplein, dal daar lot het erf der kerk en het daar aan grenzende St. Viuioenlius-gesticht behoorde, nog wat bleef toeven om een'ige goede bekenden de hand le drukken, kon er zeker van zijn •dal hij een kwartier ialer met nog ande re gasten mee aanzat aan dg ontbijttafel in de Pastorie; cn tien legen één, daar dan gezellig bleef napraten, langer, veel langer, dam in zijn voornemen lag. Hoe dmidelijik staat het,me voor den geest, hoe wij het was in - den tijd, dat wij in onze jonge organisaties, sociale en politieke, met jong idealisme ons op gingen maken de Katholieke idee uit le gaan dragen itn* de Indische maatschappij, en onvermoeibaar waren in het houden van bijeenkomslen, waar nieuwe wereld- hervormende plannen werden gesmeed bijzondere voorkeur hadden voor Buiten zorg om dat het vergaderen daar aan {rek kelijk werd gemaakt door hel gulle ont haal, dat ons werd bereid. Pastoor de Man! Een vam die mamm-en er zijn ér meer deren die im Indië grijs zijn geworden, d'ie na veie jaren van ononderbroken ar beid, neg immer met denzeüfden ijver en gelijke toewijding hunne kradhlen, bun leven, hun persoon blijven geven Ier eere van Hem. door Wien ze werden uitgezon den. Er, bestaat ,in Indië hissclhen de klasse der „volbloed'-'Europoanen on de millioe- nen massa dier Inlandsöhe bevolking een tusschen.g'rocp, die we kennen onder den naam van Indo-Europeanen. Het is een groep, aan wier belangen, van de drie, het minste aandacht werd en nog wordt geschonken. Ten onrechte, wamt dcize ingezetenen van Indië zijn immer een betrouwbare S'leun geweest voor het Westersdh gezag, en kunnen in die nabije periode van Indië's ontwikke ling een gunsligen invloed uitoefenen. To oh is deze klasse van Indo-Europea nen altijd een misdeelde geweest. Bk spreek niet van diegenen onder hen, die in de gelegenheid waren* door goede school- en vakopleiding eene betere plaats op den maait sob appel ijken ladder le berei ken. Maar ilk doel op de groote groep van Indo's, waaruit de lagere beambten bij g ou vernemen Is-, en particulier bedrijf worden gerecruleeTd, en die bun heeie leven lang voort, blijven ploeteren in eene Orgaan van den Katholieken So- c.alcn Bond, afd. Batavia. schamele betrekking. Zoo zijn ei* duizen den! Beschouwd als niet .te. behooren tot de „onderdrukte" inheemsche bevolking, te genover welke men op „ethische" gron den met-de veel goed te moe'en maken, wordt hij evenmin opgenomen in de le vensgemeenschap der Europeesche-Kolo nisten. Geen ander vaderland kennende dan dit land, waar hij werd geboren, zijn hem toch de voorrechten on bh ouden, welke aan de Inlanders wettelijk worden toege kend. Missen zij van den eenen kant d>e in- tellectU'Cele vaardigheid der Europeanen^ van den anderen kart ontbreekt hun bet g-roole „getal", dat de kracht der In landsöhe uil kan maken. Zoo ziet deze hybridische tusschen- groep hare belangen verwaarloosd en im mer .weer teruggedrongen naar den zv*"- kant der Indictie samenleving. En zoolang daar in Indië de Europeanen als kolonisten zich vestigen in liet land der Indiërs, zoolang zal deze klasse van ïndo-European-en steeds groeien, en zoo lang zullen velen onder de „verschoppe lingen" blijven, aan wie -de vader niet wil en de moeder niet kan, de zorg ge ven die hen weerhoudt weg te zakken in de on dp rs te lagen der maatschappij. Het strekt onzen priester tot eer, dat velen onder hen begrepen hebben hoeveel goeds er te' doen viel yöor deze misdeel- den, en dat hebben gedaan. In onze St. Vincentius-geslkhten von den vele Indo-kinderen de bescherming van hun jong bestaantje, die liun ont houden werd door hunne ouders, en werd de plaats van ben. die van na''re aan ga wefzen waren leiding te geven aan hun leven, Ingenomen door den Priester. En vaak gaf deze priester aan deze kinderen geheel zijn liefdevol hart. Zoo een was pastoor, de Man. „Twaalf jaren behartigde bij de op voeding van de minder-bedee]de Indi sche - jeugd in hel St. Vincenlius-ge- siieih te Buitenzorg. Als een vader, wel willend 'en Wiis, ging hij met z'n jon gens om, leefde hij in ^Ijes met hen nice. Zün opvoeding was niet massaal, maar volgens de nieuwste opvattingen: -Individueel. Iedere pupil kende hij van -buiten en Van binnen. Zün tact -in den omgang was voorbeeldig en allen droegen hem od de handen. Toen .hii dan ook afscheid van zijn dierbare jongens nam, bij zijn1 vertrek naar Batavia, was er geen. die .met on- beroerd gemoed erbij stond. Schier bii allen, klein en groot, welden de tranen op. toen rif bun vaderleken vriend één voor één de hand ten afscheid drukten. En de vruchten ziïner wiize leidim» gedurende die twaalf jaren kan men overal in Indië ontwaren. Meerdert knanen, die anders stellig aan den zelfkant der samenleving zouden be land zijn, 'bekleedeh thans eervolle be trekkingen en zim u.i{gegroeid lot dege- l'ike karaktervolle, Katholieke marnoen, met wie bij nog steeds In hartelijk» correspondentie staal". Lezer, heb ik verkeerd gedaan om deze kroniek Ie wijden aan dezen man, en bovenstaand citaat over te nemen uit „het Katholieke Schoolblad van Nederlandsdh- -Indië"? - Achten de Katholieke Nederlanders hel overbodig om meet dan in heel algemeene en vage trékken zich een beeld Ie vormen van wal door hunne geloofsge- nooJen in Iropisch Nederland wordt -lot stand gebracht? Vinden zij het nutteloos, iels te lezen over de personen; die in Inddë behooren totde besten? Doe ik niet goed het tegendeel aan ie nemen? En mag ik niet uit hun naam van 'hier uit voor Pastoor (leMan den wensoh her balen, die de Bedoel Je van het hierboven aangehaalde tijdschrift uitspreekt? En deze bede neerschrijven: „Moge God nog vele jaren de krachi schenken om zijn zegenrijken arbeid voort le zetten," DE CÖNFEREHT1E WAS HINGTON, De opening. Zaterdag is dan de veel besproken con ferentie van Washington geopend met een rede van den president der Vereenigde Staten. In -zijn openingsrede schelste Harding den aard der bijeenkomst als het resultaat van het ontwaokte geweien der twintig- eëuwsche beschaving. De conferentie is geen bijeenkomst van overwinnaars, geen volkenraad, wejke tracht den mensch-elij ken- aard le vervormen, doch 'eerder een bespreking van vertegenwoordigers uit alle deelen der wereld om de betere eigenschap pen der menschheid toe tc passen, teneinde de fouten-in de internationale betrekkingen tot een minimum terug te brengen. De con ferentie is tc beschouwen als het uitgespro ken verlangen van de oorlogsmoede wereld, worstelend 'voor haar herstel, om betere be trekkingen oiidcrlitig ié scheppen. Harding scheLste dan de vernietigende gevolgen van dén oorlog, door de menschheid niet Ie rechtvaardigen, door God niet te vergeven. Allen verlangen naar vrijheid en recht, de een kan niet beslaan zonder den ander, beide moeten met onbestreden bezit der na- lies zijn. Bij bet overdenken van de ma- belooze oorlogskosten en den voorlduren- den last der bewapening verlangen alle verstandige volken naar een wezenlijke be perking van bewapening, naar recht in plaats van oorlog. De honderden mïllïoe- nen, die in vredestijd betalen en in oorlogs tijd sterven, willen de uitgaven voor ver woesting veranderd zien in middelen voor opbouw. Amerika verwelkomt de gedelegeerden der andere landen met onzelfzuchlige han den, Amerika koestert geen vrees, verdenkt geen Vijand, overweegt geen verovering. Tevreden met wat liet heeft, zoekt het niets van anderen. -Amerika wenscht alleen dat fijnere, edelere le doenr wat geen enkele, natie klleèn af" kan. Amerika wenscht met anderen rond dé tafel" van internationale ovéreefistemming te zitten. Amerika wil de gedelegeerden openhartig ontmoeten, noo it igi uit tot samenwerking en biedt hun -samenwerking aan. De wereld eischt het besef, dat geen genezing mogelijk is zon der opoffering. Spreker bedoelt niet bet afstaan van rieéhten, mindere vrijheid of beperkte aspiraties. De trots behoeft niet te worden vernederd, de nationaliteit niet op geofferd, maar spreker wil eerder eenheid van geest, ten behoeve van minder voor bereiding, meer genot van een gelukkigen vrede. Indien fijnere gevoelens ons niet noopten tot deze actie, zouden de harde koude feilen en de welsprekendheid van den economischen toestand ons dwingen onze bewapening te verminderen. Ten slotte zeide Harding: Ik verwelkom u niet alleen vol goeden wil en met een hoog doel, maar ook met groot vertrouwen; ik hoop op een overeenstemming, welke den vrede zal waarborgen en den nadruk zal leggen op afspraken voor mindere lasten en betere orde, welke de wereld zullen kal- moeren. De voorzitter. Hughes is gekozen Lot voorzitter van de conferentie. Het voorstel van Amerika. Na de opening der conferentie door Har ding, voerde staatssecretaris. Hughes het woord, die in korte trokken het plan voor de conferentie ontvouwde, waarbij hij ver klaarde, dat Amerika zich gelukkig achtte dat van alle zijden instemming was be- iivigd met het plan. tot beperking van be wapening. Op een gebied zou dat gemak kelijk kunnen gaan, n.l. op dat der bewa pening ter zee, aangezien de drie grootste vlootmogendkeden hier bijeen zijn en de beperking alken van bun goeden wil af hangt. Gezien den toestand, waarin de oorlog de Fransclie en Italiaansche vloten heeft gebracht is het nu niet het oogenblik om te spreken over de toimemaat, welke die beide landen kan worden toegestaan. De beperking moet uitsluitend betrekking, he'bhen op de Engelsche, Japansche en Amerikaansche viool. Hughes stelde de volgende vier beginse len op: le. Alle groote schepen van de vlootprogramma's, hetzij voor dadelijk, óf voor later ontworpen, worden opgegeven; 2e. men -zal geroken „tot vork*re beperking door een aantal oude schepen le^chraüppen; ,3e. in. het algeméén zal men rekening moe ten houden nier de bestaande sterkte van de vloten der bc'.^kken landen; 4e. de ton- ueniaat van de groole schepen zal diehen als maatstaf voor de vloten en naar ver houding daarvan ztiileii Iiulpschepen wor den toegestaan. Volgens het plan van Hughes zou Enge land -den aanbouw van de vier nieuwe sche pen van het type Hood moeten staken en alle tweede en eerste klas slagschepen tot aan'de George V klasse ïr -i afdanken. J, an zou de plannen moeien opgeven voor twee slagschepen en vier slagkruisers, wel ke nog niet op stapelzijn gezet, afstand doen van drie groote slagschepen eii vier slagkruisers in aanbouw, en van alle iÖ -dreadnoughts tweede klasse. Voor. de Ver. Staten schrapt het plan 15 slagschepen in aanbouw én 15 oudere slagschepen. Als programma voor de vervanging van verouderde schepen stel-Je Hughes voor in de eerste tien" jaar géén nieuwe groole schepen, op stapel te zetten en 'het maxi mum tonnemaat dat. zoo noodig, vervan gen mag werden te bepalen op 5001000 ton voor de Ver. Staten, 500 000 ton voor Engeland en 300 *000 Ion v-oor Japan, Ir 'het tijdperk, van 10 jaar zou de vervanging van groote schepen vud. 20 jaar oud, ver oorloofd zijn, terwijl de bduw van schepen van meer dia.n 35000 ton Ier vervanging van een. verouderd schóp vertboden zou zijn. Deze cijfers we'ten aanvankelijk na tuurlijk beroering, maar weldra barstte dé Tteele zaai In luid handgeklap los en on der een druk sleniigeeons kon men ter nauwernood nog verstaan, dat Hughes bovendien voorstelde in de eerstvolgende 10 jaar geen enkel n'eu'w schip té bouwen, geen enkel oud schip te vervangen dan na twintig jaar dienst en het aantal hulp kruisers te beperken. Een donderend bravo barstte los toen Hughes zijn plaats weer innam. Zonder bespreking besloot men daarop Garrett tot secretaris-generaal te benoe men en vervolgens mét algemeene stem men oan twee commissies ter bestudeermg van de beperking van. bewapening en een van- alk negen mogendheden ter bes t u ckering van de vraagstukken van den Stillen Oceaan. Briand spreekt.' Hierop zou de vergadering uiteengaan, doch van de tribune,wélke gereserveerd was voor de leden, van hel congres; kk>nk uit honderden kéten: Briand! en de Frans-the minister-president was gedwon gen het woord le voeren. Ik heb diadel ijk, zei bij, o.p den oproep van uw president present geroepen, niet alleen wegens de onvergankelijke dankbaarheid, welke wij u verschuldigd zijn, maar ook wegens onzen drang tot den vrede en onzen wenscih om. dien te versterken. Toen Frankrijk in een oorlog, wélken het niet had uitgelokt, zwichtk .onder dé slagen van den vijand, heeft uw groole republ'ek niet geaarzeld miljoenen mannen naar het slagveld te zenden om hel leven van .mijn land te redden Wij hebben zij aan zij den oorlog gewonnen en konden dus niet doof blijven voor uw uitnood-iging om den vréde te helpen verzekeren. Frankrijk neemt" hier, naar gij weet, een heel bijzon, dere plaats in, 'Met zijn gausoUen wil en van ga«nsc"her 'harte zal het trachten de bewapening te beperken. Wij zullen u meededen wal wij verricht hebben en er u tevens aan herinneren dat ons volk nooit in zijn beslaan een imperialistisch en veroveringszuchtig volk is geweest. Wij zullen tot u spreken oog in oog en hart tot hart. Dan zult gij zien, dai van alle land-en Frankrijk het meest bereid is te roepen: De wapens neder! Hoewel Briand i>n hel Fransöh had ge sproken, schee-en de zin zijner woorden toch iot de vergadering te zijn doorge-. -drongen, want toen hij uitgesproken had stond de heele zaal op en brach t hem oen grootsche ovatie. Nadat Hughes de andere leiders der delegaties verzocht had eveneens eri!: !e woorden te spreken en dezen daaraan ge volg had-den gegeven, ging men tot Dins dag uiteen. FE.UILLETON. Roman door MYRTLE REED. Vertaald uit het Engelsch door Hen. ristte v. d. Waarden. 45. Margaret snikte met haar gezient ver korgen legen zijn schouder. Mein liebchen, jouw tranen kan ik -iel zien. Ik kan veel verdragen, maar dat bel lange wachlen hob ik je weer <kchl bij m:j, jouw en „mein" zoon, de Uankc, jonge vent, met zijn eerlijk Re- z'clU en zijn zonnige levensblijheid, die -an zichzelf „ein" arlïst gemaakt heeft. weg strekt zich ver voor ons uil, Jajr bij nejg( naar [let Westen, en de van de ondergaande zon leckent af op de wolken. Maar tot het y. /'aan wij samen, mét jouw kleine ■d in <ie mij-ne. vMieföe, als de wegen zich r>rn 50 <^en en iü 0I" ik zullen opgeroe- in .i.„0l, tn ''cn Grijzen Engel le volgen SM],- kwlernis,gelopf ik, dal wij niel bcdrortV/CC"en' ^'ESCMen zullen wij zeer Oln-i-w i a,n' maai' de een zal blij zijn, s andy; grooLe rust aanvaar den mag. Maar, geliefde, je weet, als ik de eerste moet zijn en jou zal moeten achterlaten op d,en moeilijken weg, dat ,,tiK in graf geen scheiding zal zijn. Het leven heeft mij niet kunnen verleeren je met „mein" gcheele ziel lief te hebben,' en de docd zal liet mij niet verkeren. Het .leven is positief, de dood negatief. Zal de dood dan meer vermogen dan bet leven? O, mein liebchen, vrees niet! De lierfslncvelen begonnen hem te om hullen en de sterren glansden mat als paarlen. Toen zij op de brug gekomen wa ren legde hij zijn lippen op baar mond en kuste haar goeden nacht, en Margaret ging naar huis cn zelfs loèn nog verlang- 'bloed zong als ware in zijn aderen. De mieester ging den berg op en zijn bloed zong als 'tvrare in zijn aderen. b'redcrika vond hem ongewoon afge trokken, maar •vreerad-gelukkig en tot iang na middernacht zat bij bij het raam en hij componeerde op zijn Cremona een thema van zulk een ongeëvenaarde schoonheid en zulk een zeldzame harts tocht, dat haar hart in haar trilde en be angst, werd. Dien nacht droomdeFreiderika, dat iemand haar van l'ranz gescheiden ha^l en haar kussen was -nat van tranen, toen zij wakker wérd. Niet voor denvolgciKkn middag kwam het bij Item op, dat hij het haaf v.erlcllen moest. Hij dacht lang over deze moeilijk heid na en ten einde raad ging hij naar dokter Brinkerhoff. De dokter was uit. en kwam niet terug voor zonsondergang. Toen hij terugkwam zat de meester nog opdenzelfdén onge- makkelijken stoel, waarop hij urenlang ge zeten had als een standbeeld. Mein vriend, zei de meester mot plechtige vreugde, zie me aan, en vertel mij, wal er met me gebeurd is. Wal er met je gebeurd «is- herhaalde de dokter verwonderd: wel, ik vind je nog dezelfde stomme, ouwe kerel van al- lijd. De meester lachte, gelukkig: Zoo? Ts er niets met dien stommen ou.\ven kerel gebeurd? l'k kan me niet voorstellen wat, zei de dokter, zijn hoofd schuddend. Het is wel niet snugger va-n me denk ik, maar je zult liet me toch moeten vertellen. Zoo? T.uisler dan. Al heel lang heb je mein verdriet gekend. Ik heb nooit veel er over gesproken, omdat mein oude hart schrijnde bij iedere aanraking, en omdat me-in vriend begrijpen kon zonder woor den. -Ja, zei de dokter gretig, .„ik wist dat zij, die je liefhad van. je weggenomen werd, loen jullie beiden zeer jong waren. t Nu, kijk me nog eens aan en zeg me wat je. ziet... v vV* w Jc hebt haar gevonden, stotterde de dokter, buiten-ziel', zelf van verbazing. Juist beaamde de meester, met een stralend gcziGht. De dokter greep zijn hand. Fratiz, mijn oude vriend, riep hij uit, „woorden kunnen mijn blijdschap niet uitdrukken! Waar is ze wie is /ij?" Mein vriend, antwoordde de Mees ter, „jij bent een stomme ouwe kerel". Nadat je je zelf belastte met de bood schap haar te zeggen, dat ik haar zoo liefhad, vond je het niet noodig mij het nieuws te komen vertellen, dat ook zij niet onverschillig was geworden. Zoo- doendte is er heel wat tijd verspild. De Dokter werd beurtelings bleek en rood. Je bedoelt toch niet riep hij Hit „Niet niet mevrouw Irving!" Wie anders? vroeg de Meester kalm. Is zij niet de lieflijkste dame der ge- heele wereld? Wie. die haar kent, houdt niet van haar. en waarom ik dan niet? Dokter Brinkerhoff zonk opgewonden in een stoel. Voor mij is het ook duizelingwek kend, ging de Meester voort. Ik kan maar niet begrijpen, dat de lieve God zoo goed geweest is, en ik moet mijzelf aanhoudend overtuigen,- dat ik niet slaap. Hel is won- „rbaaxlijk. Dat is het Wérkelijk, antwoordde de Dokter. Maar hoor nu 'noc alles gebeurd is. Ik kah het nu pas ten volle begrijpen. In het begin leed ik zeer veel, maar uil mein lijden, pül ik de "kracht van mijzelf ein groot artist te maken. „Mein" Cremo na bewerkte de 'tciding, omdat ik zoo dwaas was er in haar huis er naar te kij ken. Toch was het Cremona, die mij haar ten volle schonk den laatsten keer. Franz, zei ze, „als je haar neemt, zul je mij nooit vergeten,ze is van mij, en rk kan er mee doen wat ik wil. Toen ik cin groot artist gewo"Vn was, speelde ik op „mein" Cremona voor vele duizenden en zij allen weenden. Al tijd is het „mein" Cremona, En zoo heeft zij in de verte van mij gehoord, en heeft zij mij uitgekozen om „mein" zoon viool te leeren, opdat ook hij ein artist zal zijn. Tweemaal beeft ze mij en „mein" Cre mona gehoordeens op straat bij „mein" buis, en oens loen ik .het Ave Maria speelde hl haar huis toen de oude dame gestroven was. Dokter Brinkeihoff wendde zich af, terwijl Wj zijn spieren strekte, maar de Meester ging ongestoord venier. Zie, het is altijd „mein," Cremona en de lieve God beeft ons beiden op. de-, zelfde wijze gemaakt, Hii maakte „mein" <2 DE INTERNATIONALE ABBBIDS- CONFERENTIE. De commissie voor het ioo-iwi[vreay'sjir'; heeft zich met 13 tegen 9 stemmen uitge sproken tegen het algeheel verbod van loodwit in de aangesloten landen en met 12 tegen 11 stemmen legen het beperkte loodw itverbod (1. w. het verbod van lood wit in het schildersbedrijf). Hel Int. Arbeidsbureau heeft besloten dat de volgende conferentie in Oct. 1922 zal worden gehouden. DE DU1TSOHE INDUSTRIE. Van welingelichte zijde ontvangt de Berliner Zeilung am Mittag de mededee- linig, dat de geallieerde commissie voor-de waarborgen in zake de krediel-aetie het erover eens is geworden, dat het door de industrie opgestelde programma voor de Entente onaannemelijk is. Als de eisch van de industrie tot het brengen van den spoorwegin partieuliër beheer mocht worden vervuld, dan zou ie commissie voor de schadeloosstelling dit verzoek moeten voorkomen door zelf de rijks- spoorwegen in beslag te nemen. FRANKRIJK EN DUITSCHLAND. De Ere.Nouvelle schrijft, in verband met de reis van de commissie van m-rstel naar Berlijn: Het is nu niet het oogenblik het Roergebied te bezeilen. Frankrijk zal alleen betaaid worden als de hecle wereld het wil. Alle steenkool van Wesl falen is niets waard als de Vereenigde Staten n-iet geldelijk helpen. Ook de Vicfoire wijst op de noodzaak ■van Amerikaanschen steun. Dit land lijtd-t zelf onder valuSa-moeilijkhoden; dus is het in het belang der Unie Frankrijk?in staat le stellen zijn oorlogsiscöiuUd af te doen. Eerst moet ze di't in het zadel hel. pen. Maatregelen van geweld zouden te minder op hum plaats zijn, daar de. Duit sdie regeering zjdh inspant haar schuld af le doen. Wiirlh's kwade trouw ih piet bewezen. Hervé, wiens goede -verhouding pot Bri and hekend is, bereidt zidh op de moge lijkheid voor, dat Duilschland inderdaad volgens artikel 234 van bel verdrag uitstel van betaling wórdt-toegestaan./Natuurlek op bepaalde voorwaarden. Frankrijk zou -de daardooï ontslaande ieenule best door een binnenJamd'Sche leening kunnen dok ken. Dit lijkt de waarschijnlijkste gang van zaken. De Fransclie gedelegeerde oonnm:s- sie van herstel zal bij haar amfelgenooteii aandringen tegenover Duiitseh,land's onwil het been stijf te houden. Van onwil blij ven de meeste bladen overtuigd, vooral daar 'het tekort der Duifsche begroeting 96 milliard en het bedrag in den vreem/ de belegd 76 milliard bedraagt. De Action Franeai.se acht het al te lam om orde op de Duilsdbe zak en te kunnw stallen. Hel blad vreest, dat Frankrijk op nieuw voorschotten aan Dtwtschland >':i' moeten geven en wel in den vorm van grondstoffen, bijvoorbeeld ijzer, wal voor oorlogisimduslri-e kan aangewend. 11 NOVEMBER. De verjaardag van den wapenstilstands dag lts Vrijdag in geheel Frankrijk op ingetogen wijze gevierd. Te Parijs hebben veie afgevaardigden en een- groote men- scheninenigte bloemen gebracht op het graf var den Onbekenden Soldaat. Do Petit Parisien maakt de opmerking, dot de menschen eerst over eenige jaren, wanneer overal de bouwvallen hersteld -cn welvaart en vreugde teruggekeerd zullen zhm over de ge'heeie aarde genoeg/aani vrij zullen zijn om le begrijpen, da', do 11de November 1918, die' de 'ineenstor ting van hét Pruisiisdhe mSJktahAsime- en de ops'ta-nding van- versdheiie martelaar- naties zag, een van de grootste uit de geschiedenis der menschheid is Ook de onbekende Amerikaansche "ol- daat heeft dit jaar zijn hulde gekregen. Aan de plechtigheid op het Arlington kerkhof namen 50.000 mensehen deel. Fodh 'heeft bij het plaatsen van me daille cn kruis op de kist. eenige roe rende woorden gesproken. Hij ze'-de: „Onbekende soldaat die op den F i- sdheri bodem onze beproevingen zij'! ko men deelen, en die het voorbeeld hebt ce- geven van de vëriiovensle zelfpofr ik plaats op uw stoffelijk overschot r!o Cremona uit het biter lijden. Zij wer-d g ■- sneden en gekerfd en zij doorworstel de lange nachten: zoo werd or1 ik gevormd, op-dot ik waardig zou zijn haar aan te ra ken. Z-.o ben ik voor haar, wat „mein" Cremona voor mij is, ik b—haar in strument en ze kan met mij doen wat ze wil. Een snaar hoeft nu n-cg slechts ge stemd te worden, ging de Meester diep be- wogen voort. Ik weet niet wat ik met „mean" Frc- derika doen zal. Frëdcrika! herhaalde Dok-ter' Brin kerhoff; ook hij had de trouwe Fraulein vergeten. II lie kleuren passen niet hij „mein" Liebchen, ging de Meester voort. De helle kleuren, herhaalde de dok ter, en door een toevallige wending van hét lot voegde hij er hij, „ik heb ze altijd erg aardig gevonden". Een heider licht verscheen plotseling voor den Meesier en hij kon niet denken dat het slechts een dwaallichtje was. Zoo, riep hij triomfantelijk uit, „heb' jij „mein" Zuster lief! Soms dacht ik hét wél, maar nu weet ik het!" {Weidt vervolgd.).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1921 | | pagina 1