t
BINNENLAND.
„ONS BLAD" pa8Maad'iMM
I
2~I Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: 'ggSSFSSVB'4?' 1 Vn
FEUILLETON-»
i
Alksnaar's Roem
PRIMA GEURIGE PIJPTABAK
J3 R. &EU8S - ALKMAAR
H@i gêlieiKis. T7a.ii
Dell.
iNDISGHE KRÖKIIK.
gefabriceerd door de Tabaksfabriek
BIKNIKLAKSSGH fflEUWS.
Abonnementsprijs
Per kwartaal voor Alkmaar
Voor buiten Alkmaar
Met Geïllustreerd Zondagsblad
No. 349 VRIJDAG 2 DECEMBER 1921 14e JAAROJ
NOOREf-HOLLANDSCH DAGBLAD
14e JAARGANG
Advertentieprijs:
f 2 85
0 60 f booger,
per regel f 0 Ï5: Ru riek „Vraag en aanboo" bij voot.
uitbetaling pc. plaats ig 0.60
Aan alle abonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 400,—, f 200,—, f 100,—, f 6Q,—f 35,—, f 15.—
,Hct wordt moeilijk, hoe langer hoe
moeilijker.
Ik .doel hier alweer op de „hangen
de" kwestie der amb.enaren-voor-
ziening.
Dat het bij lange na niet mogelijk
was, om hier van uit Nederland het
benoodigd aantal werkkrachten te
leveren, die het Indische Gouverne
ment noodig heeft, is een reeds lang
bekend feit, en ook in deze Kronieken
is over deze kwestie al herhaaldelijk
geschreven.
De Indische regeering, heeft den
laatsten tijdgebruik makende van
den noodtoestand, waarin de Midciel-
Europeesche landen verkeeren
een groot aantal buitenlanders van
den Gouvernementsdienst geworven.
Ze is daarbij niet onfortuinlijk ge
weest.
Het onzalige plan om voor het In-
landsch Onderwijs een 200-tal Duit-
sclie leerkrachten aan te werven, die
na een korte voorbereiding op de In-
landsche bevolking zouden worden
los gelaten, is gelukkig op zijde
gezet. Daarvoor waren dan ook de
practische moeilijkheden en theore
tische bezwaren te groot. Doch bij de
technische dieasten is het met de aan
werving van buitenlanders zoo vo.or-
spoedig gegaan, dat de toestand daar
door een ander bedenkelijk aspect er
bij heeft gekregen.
Er zijn nu talrijke buitenlanders bij
de volgende landsdiensten werkzaam
Waterstaat, Staatsspoorwegen, Water
kracht en Electrieiteit Post en Tele
grafie, Mijnwezen, loodswezen, land
bouw, pest-bestrijding. Ik weet heusch
niet of dit lijstje volledig is. Maar het
is al erg genoeg
Cijfers, betreffende het aantal bui
tenlanders bij deze onderscheiden
diensten werkzaam, zijn niet gemak
kelijk te verkrijgen. Doch de Indische
Waterstaats-ingenieur" heeft ten aan
zien van enkele diensten eeltigs cijfers-
gepubliceerd, die voldoende zijn dm
een goeden kijk te verschaffen op de
Afmetingen die dit euvel heeft aange
nomen.
Ik gebruik hier een 1iard' woord,
doch niet waar —wie zal dezen
toestand niet ongevvensclit achten
Zonder ook maar iets af te dingen
op de bekwaamheid van deze buiten
landers en zonder ook maar een en
kele wantrouwende veronderstelling
te maken wat betreft hunne menta
liteit zooals enkele Indische bladen
doen zal ieder toegeven, dan heeft
de grooie toevloed van niet-Neder-
ianders in liet ambtenaren-corps van
telt' een ongunstigen invloed op de
verhouding tusschen Nederland en
Nederlandsch-Indië.
Welke Nederlander zou zich niet
beklemd gaan voelen, wanneer hij
leest, dat in het eerste halve jaar van
1921 aangewezen worden bij
Waterstaat en Burgerlijke Openbare
Werken 40 ngenieurs, w.o. slechts
13 Hollandsche»
Staatsspoorwegen 22 ingenieurs,
o.w. 6 Hollandsche.
Waterkracht en Electrieiteit5 in
genieurs, o.w. 2 Hollandsche.
Post en Telegrafie7 ingenieurs,
o.w. geen Hollandsche.
Mijiuliensten 2
m Hollandsche.
ingenieurs, o.w.
In totaal dus 76 ingenieurs o.w. 55
met een buitenlandsch diploma en 21
Nederlandsche Ingenieurs.
De redactie van bovenvermeld tijd
schrift herinnert er voorts aan, dat
gedurende 1921 voor den Indischen
dienst werden aangewezen 86 inge
nieurs, onder wie 21 Nederlandsche,
zoodat 1 Januari 1920 en 30 Juni 1921
in totaal werden uitgezonden 120 bui-
tenlandsche ngenieurs.
En toch levert Delft nog maar
steeds een groot aantal geslaagden,
n.m. in de jaren 1916 tot en met 1921
respectievelijk 125, 131, 161, 190 èn
194, terwijl dit aantal voor 1921 kan
v/orden geschat op meer dan 200.
"Deze cijfers toonen aan, dat er iets
hapert.
En dit niet alleen wat betreft de
ingenieurs, doch ook bij onze juristen,
doctoren en anderen.
In de Februari-zitting van den In
dischen Volksraad, waarin de bezol-
digings-voorstellen werden behandeld,
wees de Regeerings-gemachtigde er op,
dat de Burgerlijke Geneeskundige
Dienst 200 artsen noodig had, en dat
er nog geen 60 waren. Dr. de Vogel
vervrachtte, dat het aantal aan te
werven buitenlanders gesteld kon
worden op 40. Deze hoofd-ambtenaar
knoopte daaraan de opmerking vast,
dat blijkbaar de menschen in Neder
land wachten op de tractements-her-
ziening, die werd gezegd in aan oebt
te zijn.
=5
Die salaris-herziening moet inder
daad binnenkort in de Nederlandsche
Kamers aan de orde komen
Doch nu komt de vraag, welke mij
en vele anderen buitengewoon in
teresseert hoe zuilen dienaangaande
de voorstellen van den Minister zijn.
Hoeveel zal met name van de nivellee-
rings-voorstelien van de Indische Re
geering, die in Februari van dit jaar
door den Volksraad met groote meer
derheid zijn aangenomen, overblijven?
In dit hooge Indische college waren
er reeds enkelen, die meenden, dat de
tegenwoordige tijd er geen was om
zulke veelomvattende salaris-herzie
ningen, die het land op circa 75 niil-
lioen gulden zullen komen te staan,
te behandelen. Deze tegenstanders der
verbetering verwachtten door de heer-
schende wereld-malaise een verrui
ming van het aanbod van werkkrach
ten tezien optreden. Wanneer de
Indische regeering nu voortgaat met
in ruime mate studie-beurzen uit te
reiken aan studeerende jongelui, die
zich verbinden willen voor den In
dischen dienst, dan bestaat -er kans
dat het ambtenarentekort niet zoo
groot blijft, dat daarvoor die uitgave
van 75 miilioen gewettigd is.-
Deze opposanten, die dus opportu
nisten zijn, vergeten echter, dat dan
zoodra de Malaise voorbij is liet
ambtenarentekort nog grooter zal
worden, daar dan deze met regeerings-
steun afgestudeerden, na afloop van
hun 6-jarig dienst-verband toch naai
de particuliere bedrijven zullen over-
'oopen. Tenzijde Regeering de
salaris-verbeteringen toch doorzet.
Maar ik heb een flauw vermoeden,
dat de huidige Minister van Koloniën
erg veel gewicht zal hechten aan de
hierboven genoemde bezwaren.
Eén zaak staat vast.
Het «al ontzettend moeilijk zijn
voor de Indische ambtenaren om sa
laris-regeling te treffen, die rechtvaar
dig isaanlokkend, genoeg om het
benoodigd aantal liefhebbers, te trek
ken, en tevens mogelijk.
Daar zijn gedurende de laatste
jaren in lndië siroomen van woorden
gespróken en geschreven over de mo
gelijkheid van een afdoend bezoldi-
gings-stelsel, er zijn meerdere commis
sies door de Regeering ingesteld, waar
in de knapste koppen zitting kregen,
en nog lijkt het er niet op, dat men ook
maar eenigszins tot algeinecne over
eenstemming gekomen is.
Ik zal met enkele woorden de groote
moeilijkheid aanduiden.
Indië is een land, dat nauwelijks
begonnen is met zich economisch te
ontwikkelen. Voor die ontwikkeling
heeft het vele werkkrachten noodigi
die het zelf niet voort kan brengen, dus
moet-er een groot aantal „van buiten"
betrokken worden. Om deze aan te
lokken, moeten de dieiistvoprwaarden
zoo aanlokkelijk gemaakt worden,
dat de menschen daarvoor eigen land
verlaten willen. (Ik spreek 'hier nu
vooral in verband met de Nederland
sche werkkrachten). Gevolg is, voor
deze abnormaal hooge bezoldigingen.
Nu gaat men met kracht beginnen
niet de opleiding van inheemsche
werkkrachten.
Hoe moeten deze nu bezoldigd
worden Bij gelijkwaardige opleiding
gelijk traktement
Maar dan worden de salarissen alle
abnormaal hoog, en dus voor een landr
dat economisch nog niet tot volle ont
wikkeling en normale draagkracht
gekomen is, eenvoudig niet te betalen
Dus de eenige mogelijkheid is on
gelijke vergoeding voor gelijke dien
sten, waarbij aan de uitheemsche
krachten eene vergoeding in welken
vorm dan ook wordt toegekend
boven het normale salaris, vöor het
verlaten van ejgen land en arbeiden
in eene vreemde omgeving.
Gesteld nu, dat de mheemschén met
zoo'n ongelijke, bezoldiging uit
ptire vaderlandsliefde genoegen
nemen, dan nog zijn wij of liever
Indië er ook nog niet. Want nu
komt liet er op aan, de scheidingslijn
te trekken tusschen inheemsch en uit-
heemsch opgeleide werkkrachten. Ik
kan daarover niet uitweiden, doch
alleen nog vermeiden, dat de door de
Regeering ingestelde commissie na
lang getob wel tot het definieeren van
de scheidingslijn kwam, maar in April
van dit jaar met 11 tegen 5 stemmen
besloot legen de onmiddellijke invoe
ring van de door haar ontworpen
scheidingslijn te adviseerenMen
vreesde te zeer allerlei „gevoelighe
den" te kwetsen.
Aldus is wat enkele hoofdzaken
betreft de toestand.
Een knap man, die Indië uit deze
moeilijkheden helptS.
Men. leze met stichting het vol
gende:
„hj het; laatst van Januari 1921
werd de aandacht der commissie ge
vestigd op de aanschaffing van kost
bare meubelen ten dienste van het
hoofdbestuur der posterijen en tele
grafie. Zij deed daarnaar een onder
zoek instellen. r Inderdaad bleek, dat
deze tak van dienst, nadat een onder-
handsche inschrijving was gehouden,
bij «2 fabrikanten voor een belangrijk
bedrag aan burcaumeubelen had bar
steld. Deze meubelen, welke toen nog
in bewerking waren, zouden bij el
kander bijna f 93.000 kosten. Hieron
der volgt een specificatie van. het be
stelde:
50 kl, bureaux ministre ad f 333.50
12 gr. bureaux ministre ad - 458.—
75 schrijftafels
12 bureaukastjes
30
13 kasten
2 idem
40 kleine kastel
220 stoeien
37 armstoelen
25 tafels"
20 idem
50 idem
15 idem
ad
ad
ad
ad.
ad
ad
ad
ad
ad
ad
ad
ad
215.—
- 216.—
220.—
666.
1081.—
- 315.—
- 37.40
- 78.10
- 31.90
- 53.—
- 64.—
96.—
HOE ER BEZUINIGD WORDT!
Ja. dat kan men mooi gewaar wor
den door een prachtig brokstuk uit
liet rapport der Bezuinigings-Commiis-
sie-Rink.
Deze meubelen waren ontworpen
door een sierkunstenaar. De hoog©
.prijzen waren naar het schijnt in
hoofdzaak het gevolg van de bijzon
dere eisdlen gesteld aan de hoedanig
heid en. de afwerking der meubelen.
De commissie wendde zich naar
aanleiding van deze aanschaffing tot
den minister van Waterstaat en schreef
o. s. dat naar haar meening ter zake
van dezen aankoop de geldelijke be
langen vatn het Rijk op zeer laakbare
wijze zijn veronachtzaamd.
Er had naai- hare meening moeten
worden volstaan met vervanging van
de volstrekt ongeschikte meubelen
door andere van eenvoudige construc
tie, waarbij meer op de kosten en
de bruikbaarheid van het bemoedigde
,dèn op de cischcn dei' aestethiea had
Jxïhooresi te worden ge'.et.
Ook de inrichting van het nieuwe
gebouw van gemeld hoofdbestuur aan
de Kortetiaerkade te 's Gravenlioge
werd in beschouwing genomen.
De commissie nam daarbij o. m.
waar, dat in een voor één ambtenaar
bestemde kamer groote plafondlampen
en één staande lamp waren aange
bracht.
Zij wees op de zeer hooge uitgave
voor de meubileering van dc werk
kamer van den chef van den teeh-
nischen dienst der telegrafie.
Die kosten hadden, ongerekend de
uitgaven voor raambedekking. ruim
f 8800 bedragen. Het gebouw is van
een centrale verwarming voorzien;
niettemin werd een sierhaard aange
bracht, welke bijna 420 kostte.Voor
een betimmering van vurenhout werd
pl.m. f 2350 uitgegeven, voor meubelen
f 1954. waaronder f 859 voor 'n schrijf
bureau. In de kamer was een sier
lijke kast geplaatst voor het opbex-gen
van archiefstukken; die f 2200 had ge
kost. Verder werd uitgegeven f 1090
en f 850, respectievelijk voor een ta
pijt en een lichtkroon.
Do minister van Waterstaat deelde
betreffende dit alles aan de commissie
mede. o. a. dat de nieuwe meubelen
duurzaam moeten zijn, practise!) ge
construeerd, door vorm en inrichting
Neemt proef mei deze prima kwaliteiten in
fraaie verpakking- Vraagt ze Uwen winkelier
op de beste wijze aan liet doel beant
woorden en tegen billijke prijzen wor
den geleverd. De vlakke lessenaars roet
afzonderlijke kastjes waren wel duur
der dan de z.g. loketten-lessenaars,
maar deze hadden het nadeel, dat op
de arbeidsprestatie van de ambtenaren
mmöer goed kon worden toegezien.
De minister verwachtte dus als ge
volg van de nieuwe lessenaars perso-
neclsbesparing. Naar het oordeel van
den minister mocht aan den aeslheti-
sclien vorm dei- meubelen geen waarde
worden ontzegd, Deze zou aan het
werk der ambtenaren ten gte 'e komen.
De commissie berichtte den minis
ter, dat zij zich met (liens beschou
wingen omtrent de aangekochte meu
belen geenszins kon vereenigen. Wat
dc inrichting van het vertrek van den
hoordiugenacur-tLrecleur Let ©it. merk
te de commissie op, dat haar een uit
gaaf van f 2300 voor wondbekleeding
in één kamer zeer hoog voorkwam.
Ook kon zij niet inzien, dat daarin een
schoorsteen met betimmering, een sier
haard en pendule met coupes noodig
zou zijn geweest, nu 'net gebouw van
centrale verwarming is voorzien.
De commissie achtte het wensche-
lijk ecnig inzicht te verkrijgen om
trent de wijze, waarop nieuwe rijks-
gehouwen worden ingericht en de
daaruit voortvloeiende kosten. Te dien
einde heeft zij o. m. een onderzoek
ingesteld naar.de uitgaven, gedaan voor
de inrichting en meubSteering van het'
nieuwe gebouw van het centraal bu
reau voor de statistiek aan de Oost-
duinlaan.
Het gebouw maakt inwendig over
het algemeen een soberen indruk. De
meeste kantoormeubelen zijn, na den
overgang van de verschillende buree-
len naar het nieuwe gebouw, in ge
bruik gebleven. Vernieuwd is in hoofd
zaak het meubilair in de kamers van
den directeur, den adjunct-directeur
en enkele andere vertrekken. Toch
heeft de inrichting van het gebouw
met inbegrip van ijzeren en houteil
stellingen voor de bibliotheek en het
archief, reeds circa f 130.000 gekost,
waarméde nog niet al het geleverde
was betaald."
In liet bijzonder heeft het dc aan
dacht van de commissie getrokken,
dat de kosten wegens het leveren eh
het aanbrengen van lampen f 26*100
hebben bedragen, en dut voor de in
richting van een vergaderzaal f 13.000
is besteed. Deze zaal heeft vermoede
lijk belangrijk meer dan i' 20.000 gekost.
Deze zaal is bestemd voor da ver
gaderingen van de centrale commissi©
voor de statistiek, welk college in
deai régel slechts 2 maal per jaar
een dag bijeenkomt. Overigens blijft
die zaal ongebruikt,
v I3-
Een bliksemstraal, die van den he
mel midden in 't gezelschap neerge
komen was, had Edilli geen grooter
schrik kunnen veroorzaken dan dit
woord. Zij werd eerst rood, dan bleek
Tji herhaalde eindelijk met bevende
kppen: „Strijd en Arbeid!".,..
Haar ontsteltenis was niemand ont
gaan en Haar stiefmoeder benutte snel
de gelegenheid om haai- nog meer in 't
nauw te drijven.
„Mijn Edith schijnt dat beroemde
epos te kennen," sprak zij, „heb jij
J gelezen, kind'? Vertel ons eens, hoe
l in je handen kwam?"
Aller hl.kken waren nu met span-
n ng op de jonge dame gericht, die ia
Pijnlijke verlegenheid aan de kant van
hear zakdoek plukte en niet-bij machte
scheen te antwoorden. Zij voelde, dat
Blunt op haar lette; wat zou zij'ant
woorden? Zou ze oprecht bekennen
van wien zij 't gedicht kreeg? Hoe
echter 't vers, dat met petfood op
den buitenrand geschreven stond, snel
genoeg te verwijderen Als zij toegaf,
.dat zij 't gedicht gelezen had, dan
pnocst zij toch ook die verzen kennen
«en deze verrieden meer dan louter
hoogachting van een ondergeschikte:
J'J drukten 't gevoel uit van een man,
me liefheeft, Mocht zij in zijn tegen-
voordigheid erkennen, dat zij deze
gevoelsuiting bemerkt en gelezen had?
Dat nooit!
„Ik herinner mij, dat gedicht toe
vallig eens gezien te hebben," ver
klaarde nu freule Edith.
Het was gezegd zij had een leu
gen gesproken en voelde reeds in
volgend oogenbiik daarover berouw.
Wat moest Blunt van ham- denkeu?
Zij had zich geschaamd over de nei
ging van zijn eerlijk hart en hem
daardoor zeker diep gekreukt!
Daar was er echter nog een, die met
boosaardige vreugde freule Edith's
Verlegenheid gadesloeg. Zij bood hem
een nieuwen schakel in den keten zij
ner combinaties, en met behulp van
al deze zorgvuldig verzamelde bewijs
gronden wilde hij de rijke erfgename
op zekeren dag tot in liet stof ver
nederen en dan tot zijn eehtgenoote
maken. Met groote onbeschaamdheid
blikte hij van Edith naar Btunt; dan
sprak hij met ko-elen boon: „Ook ik
herinner mij, dat epos heel toevallig
ergens gelezen te hebben; laat ik eens
nadenken waar?...;'
De secretaris verschrikte onwille
keurig, zoowel door den spottenden
toon der stem, als door den zegevie
renden uitdagenden blik van Frank
Mordaunt; nu twijfelde hij er niet Lan
ger aan, dat deze zijn hartsgeheim
kende. Juist wilde hij trachten uit
te vorschen, op welke wijze Mordaunt
iets van zijn geschenk aan freule Edith
bemerkt had, toen de dame des huizes
van de ontbijttafel opstond. Onmiddel
lijk verlieten de gasten het vertrek.
Alleen de secretaris cn mevrouw Still-
worth waren achtergebleven*
Bovenstaand relaas spreekt voor
zich zelf. Het is meer clan schande,
zooals met het geld der belasting
betalers wordt rond gesprongen.
COLLECTE VOOR RUSLAND.
Naar het „Ccnte." verneemt, heeft «te
collecte door de K. S. A. voor r„oocHijdiei»l
Rusland tot nu toe opgebracht 6509.
EEN ADRËS VAN HET N. A. S.
Door het besiurr van hot N. A. S. is «en
adres aan de Tweede Kamer goz-oaiiden,
waarin aangedrongen wondt op productie
ve werkverschaffing of het geven van een
uitkeering, gelijkstaand mot vv-1 loon.
Het adres fe van oen uitvoerige toelich
ting voorzien.
HET R.K. STAATSPROGRAM.
De R. K. Ktesvereemgtog te Schiedam
sprak rich lot voor ée veilende punten
ter plaatsing op het R. K S-toa-toprogram:
le. Opheffing van hoi verbod tot in
zegening -van een huwelijk alvorens düt
burgerlijk besloten is.
2. Opheffing van 't veiibad tot hot aan
gaan van een huwelijk door 'n persoon ten'
wiens aanzien echtscheiding is viitge-
sproken.
3. Vorslcrking van «Se maafregeien, die
lot stenrn van de groote gezinnen kunni-eit
strekken.
4. Uitbouw van de verBokerhigiswotfent
5. CeiilraiKsaitiie van liet Vciv-.-t.rrirgv-
wezen worde nacestreefd.
Minister van Karnebeek Dc „Tel."
'ixtfiebt; dai' monster Van Karnebeek 29
December van Whshdrigioji weer naar
Europa vertrekt.
De Rekenkamer. Vpiïgesvs het ,,E11>)."
wordt overwogen hot aantal leden s der
Reken,kamer tol dlfie terug te bremgetj.
Uitbetaling van boumpremies. Op
schriftelijke vragen van het Kamerlid
W-ei-tka mp omtrent de late uil-betaling van
bouwproaiieis, heeft de minister van Ar-
bcêd medegedeeld, dut al hot mogelijke
zal worden gedaan om de uitbetaling van
de premies ten 'spoedigste te doen plaats
hebben.
Waarvan de Regeer In» afziet.
D>e R-og'eeritng sk,t af a d<ö invoGróng
van ftfeaalserfreoht, oen we-eidtebo^aslsiig en
oen hoffqng vsi eens.
Geen nieuwe belastingen.
In de aligtemoene bes-cfh-coi wiingien over
de siLaalsfoegrooiMig voor 10*22, deoU de
Regeering mede, dat 'h<e»t niet in haar be-
dloe&iinig ligt om in de invoeihiiig, van
nieuwe belöslangen of in be-t verhoogen
van beslaande 't Tmd'del ie zoeken, oni die
fönaiKveële, moeülijkiheden Le hoven te
kotmen.
DE PUBLIEKE VERMAKELIJKHEDEN
TE HILVERSUM.
De Gemeenteraad van Hilversum heeft
een motia aangenomen, waarin wordt uit
gesproken, dat hij in beginsel besluit tot
verlaging der belasling op publieke ver-
merkelijkheden, wanneer de beirokken in
richtingen heropend worden.
„Mijnheer Blunt," begon de dame
nu, „ik heb u iets te vragen."
„Tot uw dienst, mevrouw!"
„Gij moet bij de grooie Kerstfeesten
in dc gezelschapskamer verschijnen."
„Wat zult u daar aan mijn onltedui-
denden persoon hebben, mevrouw?"
„Het oordeel daarover is mijn zaak,
mijnheer Blunt; gij wordt nog een
echte kluizenaar. Men moet u bepaald
met geweld gezellig maken,"
„Eu wat is er mee verspeeld, als
ik werkelijk een kluizenaar word?"
„Bezondig u niet. Gij zijt een jonge
man en hebt uwe toekomst nog voor
u. Gij houclt u al te veel in die oude,
donkere bibliotheek op, mijn waarde;
dat samenleven met mijn eenzamen,
zonderlingen echtgenoot zal ook u nog
mensehenschuw maken."
,,'t Is mijn heilige plicht mijn be
staan aan mijnheer le wijden."
„Maar gij hebt ook nog andere ver
plichtingen, beste Blunt."
„Geen die me zoo nauw raken."
„Nu goed, maar voor de Kerstdagen
moet gij me helpen mijn gasten te
onderhouden; belooft gij dat? Gij zult
in de ontvangkamer komen, niet
waar?"
„Slechts met tegenzin, mevrouw?'
Zij beet zich op de lippen. Was
deze schrijver dan zoo moeilijk te re-
geeren? Had hij er slag van, do gxmst
die men hem wilde bewijzen le ver-
atderen in een offer van zijn kant?
Toen begon zij weer: „Ik mag toch
minstens voor de groote gezelsehaps-
avonden van Kerstmis op uwe tegen
woordigheid rekenen?" --■
„Gij njoet werkelijk meer beweging
nemen, Blunt, en uw jonge leven niet
tusschen donkere muren vermijmeren."
„Mevrouw, u zijt wel goed voor mij, I
ik zal probeeren uwen raad op te
volgen."
„Dus ik kan vast op u rekenen?"
„Als ik u daarmee van dienst kan
zijn, zal ik 't als mijn plicht bcschou-
wen naar uwen wensch te handelen."
Hierbij maakte hij 'n buiging tot
teeken van vertrek.
„Wilt u ook zoo goed zijn en Edith
zeggen, dat ik haar verzoek naai- de
oude Dina te gaan? 't Is een heerlijke
morgenwandeling naar Lindenliof."
Blunt begaf zich naai- do roode ka
mer, om de dochter des huizes zijn
opdracht over te brengen eu ijlde dan
naar do veranda. Hij wilde met zijn'
stormende godaclilen alleen zijn.
Wat zou zij toch met haar valsche
vriendelijkheid bedoelen," vroeg hij
zich af; „en waarom wil zij me dwin
gen in den salon te komen en aan
de gesprekken deel te nemen Daar j
steekt bepaald iels achter; ik zal op
mijn tellen moeten passeiij
„Moet men hier komen om 't zeld
zaam genot van uw conversatie te j
zoeken, waarde heer?" onderbrak plot- j
seling 'n Stem achter hem zijn alleen-
spraak. Voor hem stond de tengere1
gestalte van dokter Maas, en 't roode
haar van den jongen man, door de
morgenzon bescheneu, omgaf 't fijne
gezichtje met 'u zuchten schemer.
„Ik ben u.nagegaan, beste Blunt,"
vervólgde hij, „omdat ik u voor de
ceitigc, werkelijk eerlijke ziel hier
houd en ik u vragen wou pi ij eens j
openhartig te zeggen of ik vanmorgen
bij 't ontbijt niet 'n mal figuur ge
maakt heb?"
„Ja, zeker," sprak dc secretaris zon
der omhaal en maakte een beweging
alsof hij haast had om weg te komen.
De kleine dokter scheen door dit open
antwoord in 't geheel niet beleedigd,
integendeel, hij greep met beide han
den naar Blunt's rechter en schudde
die zoo levendig als hij maar kon:
„Dank, dank, mijn waarde; dat is een
openlijk vriendenwoord 1 Ik wou u al
leen nog vragen
„Excuseer mijik heb '11 drin
gende zaak
„Kunt u niet naar 111e luisteren?"
„Onmogelijk, la Ier wellicht
Bhjjit liehile groetend zijn hoed en
was, eer de andere 't bemerkte, uit
de veranda verdwenen en ijlde de trap
af en 't park door. Daar sloeg hij den
zijweg in, die naar 't vrije veld voer
de en volgde dan een zijpad over
weiden en velden naar Lindenliof.
Het was een prachtige dag! Zelden
in den Kersttijd scheen de zon zoo
warm en vele «late bloemen omzoom
den het pad.
Blunt snelde met gebogen hoofd
voort, zonder zich 0111 de bekoring van
't landschap te bekommeren. Aan het
einde van 't kleine voetpad naar 'Lin
denliof voerde een brug over een smal
water, dat bij aanhoudend regenweer
of na '11 hevig onweer niet zelden
tot een onstuimige heek aanzwol, die
dan buiten zijn overs trad, dén weg
beschadigde en menigmaal den om
trek met slijk êii kiezel overdekte.
„Zij kan deze brug nog niet gepgs-
secid zijn," sprak Bimit bij zich zelf,
terwijl hij zijn gang matigde cn voor
zichtig in alle richtingen keck, ,,'t Is
onmogelijk, ik heb den ailerkortsten
weg ingeslagen. Hier zal ik wachten."
Hij betrad de brug en keek droef
geestig in de buitcngezwollcn beek
neer.
„Zoo is 't ook in mij," mompelde
hij. „Zoo gaat ook mijn leven voorbij
in kommervoile, einde Roze eenzaam
heid."
Een lichte Ired stoorde hem in deze
onbehagelijke gedachten: de erfgename
van Cozy Deil naderde. Nadat hij
haar begroet cn verlof gevraagd had
om haar te mogen begeleiden, ging
hij 'n poos zwijgend naast haar voort.
Eindelijk begon hij: „Neem 111e niet
kwalijk, freule, dat ik u met' 'n directe
vraag bestorm; maar ik lijd al te zeer
onder mijn twijfel, ik verzoek u mij
Le verklaren,waarom gij vanmorgen
zoo angstig verzwcegt dat ik u dat
gedicht gegeven had?"
„Ik dank u, mijnheer Blunt," ant
woordde Edith hartelijk, dat gij me
zeif zoo spoedig in de gelegenheid
stelt mijn onrecht weer goed te maken.
Dat ik onrecht deed, begreep ik in
't zelfde oogenbiik dat 't gebeurde
en niet meer goed !c maken was. Ik
voelde dat 't u kreuken moest; niaar
't was geen minachting voor den ge
ver .van 't gedicht, die me- zoo. deed
handelen. Ik vreesde alleen, dat de
opmerkzaamheid van anderen zon val
len op die met potlood geschreven
woorden. Ik wil niet, dat ze weten
hoe ongelukkig ik ben!"
1("Wordt vervplg'IjLj