BINNENLAND.
Het verdwenen meisje
No. 373
MAANDAG 2 JANUARI 1921
14de JAARGANG
I --
„ONS BLAD"
rr^.
Bureau; HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon:
Sieunreye.ing in net veen.
KERK EN SCHOOL.
GEMENGD NIEUWS.
Huizen.
Italiaanscfae Populier
BINNiiLSMDSOH NIEUWS.
FEUILLETON
NOORD
Abonnementsprijs
Per kwartaal voor Alkmaarf 2.—
Viior builen Alkmaarf 2 85
Met Geïllustreerd Zondagsblad 0 60 f hooger.
ADMINISTRATIE No. 433
REDACTIE No. 633
Advertentieprijs:
Van 1—5 regels f 1.25; eikeregel meer f 0 25; Reclames
per regeif 0.73; Rubriek „Vraag en aanboo" bij voot-
uitbetaling pc: plaats ng f 0.6O.
Aan alle abonné's wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 400,—, f 200,—, f 100,—, f 60,—f 35,—, f 15,-j
Er circuleert omtrent bovenstaand
onderwerp een berichtje door de pers,
hetwelk zeer tendentieus is gesteld en
dus, zeker in algenieenen zin, onjuist
is.
Vooral nu allerwegen getracht wordt,
de noodlijdende gezinnen te hulp te
komen, is het weinig minder dan
kwaadaardig, dergelijke berichten te
lanceeren.
Het bericht zegt dan, dat een veen
arbeider die in dit jaar f 2650.ver
diende, waarvan hij dezer dagen nog
f 1450.ontving zich voor steun
aanmeldde het zegt voorts dat twee
arbeiders weigerden om voor f_20.
per week te werken wijl zij, indien zij
niet werkten f 14.steun zouden ont
vangen daarnevens, dat er arbeiders
in de venen zijn, die de laatste jaren
zóóveel overhielden, dat zij wel een
jaartje van werkloosheid kunnen trot-
seeren.
En dan, als slot, dat deze dingen
„vermoedelijk" ook ter bevoegder
plaatse zijn opgemerkt, althans men
„begint" thans werkelijk onderscheid
te maken tusschen werklooze en nood
lijdende arbeiders.
Nu ook in deze streken blijkt, dat
men iets voor de noodlijdende ge
zinnen in de venen wil doen, kan een
dergelijk bericht slechts de zaak scha
den en zal het door velen gewaar
deerd worden te weten, dat hun of
fer niet aan onwaardigen wordt be
steed.
Het zou dwaasheid zijn om te be
weren, dat alle veenarbeiders even
brave menschen zijn en er dus onder
dezen niet waren, op wier hande
lingen veel is af te dingenevenmin
kan ik weten of er door een veen
arbeider die dan met zijn gezin
llioet gewerkt hebben en anders is
let onmogelijk dit jaar f 2650.
?s ontvangen maar wèl weet ik, en
kan ik weten, dat zeer veel arbeiders
dit jaar maar zeer kort hebben ge
werkt en du.s in de allergrootste ar
moede verkeeren.
Ik kan weer niet weten, of er twee
arbeiders zijn, die liever f 14.— steun
ontvangen, dan voor f 20.— te gaan
werken; wel weet ik, dat het over-
groote gedeelte géén werk kan krij
gen en f 14.steun slechts kan ont-
vangèn worden, als iemand 5 kinde
ren zónder verdiensten heeft en zelf
ook niets verdient. In dat geval moet
van de f 13.75 eerst nog de contri
butie voor de werkloozen-kas betaald
worden, anders houdt hij o daarvan
lid te zijn Daardoor wordt de uit-
keering f 1.25 lager.
Dat er arbeiders zijn, die niet-nood-
lijdend zijn, kan worden toegegeven,
maar onwaar is het bericht, waar
het den schijn wekt, alsof dergelijke
personen van den openbaren of vrij-
willigen steun profiteeren. Daarom
trent is steeds een zoo scherp moge
lijke controle ingesteld, wat alweer
niet uitsluit, dat hier of daar iemand
de controle heeft kunnen misleiden.
Als we ten slotte nagaan, dat alle
Zeer Eerw. Heeren Pastoors in de
Drentsche venen zich hebben doen
opnemen in een steuncomité om door
giften van onze geloofsgenooten den
allerergsten nood in hun parochie
,e Ktii.uen lenigen oat Z. u. H. de
Aarts-Bisschop van Utrecht voor dat
doel reeds een gift zond van f 500.
dan zal iedereen toegeven, dat be
richtjes als door mij bedoeld een vet-
keerden indruk vestigen en dus afbreuk
doen aan hetgeen voor vele veen
arbeiders toch zoo dringend noodig
is, n.l. hulp van hun medeburgers in
Nederland en kan m.i. het bericht, dat
waarschijnlijk' gebr-1 onwaar is, doch
in elk geval slee ts op zeer e e!e
nitzonderiagsgevalie., slaat niet van
kwaadwilligheid worden vrijgespro
ken en dat mogen dus ook de lezers
van dit blad wel weten.
Schoten, 28 Dec.
- A. J. LOERAKKER.
EEN STRIJDSTER VAN 'T H. HART.
Den 28 December j.l. overleed te
Meerssen (L.) de Eerw. Moeder Thé-
rèse Joseph, Overste van de Zusters
der H.H. Harten aldaar. Moeder Thé-
rèse is een van die stille arbeidsters
van het H. Hart geWeest, die, onbe
kend bij de menschen, tocli ontzag
lijk veel goeds stichtte. Zij was in
den vollen zin des woords een apostel
van het Werk der Intronisatic van
het H. Hartin de huisgezinnen: daar
voor werkte zij, daarvoor schreef zij,
daarvoor leed zij met blijdschap de
ongemakken van haar zeer langdurige,
slepende ziekte. Sedert meer dan een
jaar spande zij, met de Paters der
H.H. Harten, al haar krachten in 0111
de practische godsvrucht tot het H.
Hart aan de kinderen, vooral de
schooljeugd te leeren, door de ver
breiding van de „Kruistocht van het
H. Hart", vereeniging, die haar tegen-
woordigen bloei in tal van scholen
niet weinig aan haar Makenden ijver
te danken heeft. Mogen alle vereerders
van Jezus' H. Hart deze zeer verdien
stelijke vrouw in him gebeden ge
denken en zich levens voe'.en aan
gespoord, den strijd voor het Rijk van
het H. Hart dapper voort te zetten,
,dien - zij, ondanks haar lichamelijke
zwakheid, zoo krachtdadig gestreden
heeft. R. I. P
EEN ZWAAR WERK.
Het Mastbosch bij Breda, ruim 500
H.A. uitgestrekt, heeft bij den November
storm geducht geleden en volgens mede-
deeling zijn er niet minder dan 8000 stuks
zoodat het op sommige plaatsen een waTe
ruine is geworden. Het blijkt geen ge
makkelijk werk te zijn deze boomer, lig
gende tusschen en in nog slaande hoo
rnen, le verwijderen. Eerst heeft men be
proefd met ossen dit geduchte werk uil
te voeren, maar bij een proef bleef het.
omdat liet een ondoenlijk werkje bleek:
met een zoogenaamde „lier" werd het
geprobeerd, maar datsoboot niet op.
Toen het allernieuwste op het gebied van
kraohlwerktuigen, n.l. een tractor, maar
die men bezigde bleek ook al niet ge-
geschikt, omdat men niet meer dan cir
ca 20 boomen per dag kon wegwerken,
ten slotte een Renault-tank van 45 P.K.
Met een langen staaldraad worden de
boomen a«n het werktuig bevestigd en
zoodra de Iraclor in werking wordt ge
bracht, sleept hij de boomen met onweer
staanbare kracht voort en zoo worden
er per dag ongeveer 100 exemplaren op
de plaats gebracht, van waar men ze ver
der kan hansporleeren. Onder de geval
len boomen zijn echte woudreuzen van
meer dan 25 M. lengte en daaraan even
redige middellijn in dikte.
EEN VREEMDE WERKVERSCHAFFING.
Men meldt aan de L. Ct., dat een be
sluit van den gemeenteraad1 van Workuro
(Friesl.) om ter wille van de werkver
schaffing de boomen in die stad te rooien-
vrij wat beroering heeft gebracht. Een
groole protestvergadering is gehouden,
uilgeschreven door de vereeniging Plaat
selijk belang. De zaal was stampvol. Tal
van sprekers lieten hun protest hooren.
Besloten werd een adres te richten lot
den raad om op hun besluit lerug te to
men, ter wijl ook aan Ged. Staten zal ver
zocht worden het besluit niet goed te
keuren.
DE FRAUDE TE GENDRINGEN.
Uit Gen-dringen wondt aan het N. v. d.
D. gemeld-
De afwikkeling van de financieele ope
raties van den voormaiigen burgemeester
van Gendringen is thans zoover gevorderd-
dat dank zij het stellen van borgen de ge
meente gisteren weer in het bezit is ge
komen van de 45 aandeelen ad f 1000
der Geldersche Stoomtram. Het nadeel der
gemeente bepaalt zich thans nog tot <te
15.000 van het lcvensmiddelenbedrijf en
de f 1830 van de brandstoffenecmmlssie
die de burgemcesler ten eigen bate moei
hebben aangewend en voor welke bedra
gen zich tol heden nog niemand borg
heeft willen stellen.
SCHAPEN VERSCHEURENDE
HONDEN.
't Schijnt dat de honden in de laatste
dagen al heel erg op schapen gebeten zijl).
Nu-beeft weer een landbouwer uit Sloter-
dijk aangifhr gedaan, dat een hond van
een buurman een i8-tal schapen, die-aan
hem toebehoorden in een sloot heeft ge
jaagd en op zoodanige wijze er drie gebe
ten heeft, dat één bezweek en twee afge
maakt moesten worden.
DE MELKICWESTIE TE AMSTER
DAM.
Vrijdagmorgen vergader-den de neutrale
Bond van Melkveehouders en de R. K.
Bond van Melkveehouders ter bespreking
van den toestand in tl'en melkhandel. Me
degedeeld werd, dat in een vergadering
van melkproucenten en den melkhandel,
onder leiding van Dr. van Raalle besloten
was, dat de prijs van de melk thans fran
co sta-d zal zijn 14 ets. Mocht de prijs nog
verder gedrukt worden, en kan men dan
niet tot overeenstemming met den melk
handel komen, dan zullen de boeren de
melk zelf gaan uitventen of verwerken tot
boter of kaa9.
Leo schrijft in de „Tel."
De opperman, een achterlijk en ou-dér-
wetseh burger, pruimde-.
Hij zat op een omgekeerden kruiwagen,
in de nabijheid van de teekrenloods, achter
welker doezelige ramen vage gedaanten
zichtbaaT waren, en blauwe vellen papier
zilh uitrolden op groole tafels.
De opperman kauwde op zijn pruim als
een rund.
Zijn kaken schovend knarsend, malend,
wrijvend over elkaar, en telkens ging de
mond een beetje open, weer dicht, weer
open.
De pruim was groot en nieuw.
Achter en naa-st den opperman was dc
rommelige -veelheid van roodgeschilderde
raamposten, steenslapels, bruinrood en
grauw, planken, blankgeel, kal-ktroggen.
Voor - hem was een heuveltje, waarin
een man met fragc bewegingen kalk aan
maakte.
'De opperman plujs-d'e een paar brood
kruimels uit zijn warrigeon, grijzen baard,
en wrong dc sterke, eeltige handen stijf
ineen op dc -knieën.
Hij keek naar het halfafgebouwde huis,
dat voor hem oprees, en waarin <le vloer
balken rechte lijnen trokken.
Een metselaar, zijn laatste hap brood
besmakkend, naderde.
Kijk-ie naar, Teunisse? vroeg hij,
met vollen mond. Bi-je bang dat de boel
iiizakt?
Bin 'k ne; antwoordde de opperman
zeer bed aard. Ken geen stand hou we
peskalk, peshout en pessteene.afijn.
Over'tien jaar Ieit 't heele zaakie teu'ges
de vlakte. Dal zéit Teunisse en die
weet wat steene benne. Dit benne geen
-steene..'benne peperncute
Hij nam een steen, dSe onder zijn be
reik lag, wierp hem omhoog.
De steen viel op een andere, brak.
De opperman imolenisfeende met zijn
breede kaken.
Enne dio menier om te bouwen,
teugenifwoordig.is dat 'n huis? Drago
die b&llekies? Noem jij dat 'n muur?
Me hemd is dikker.muur van niks..
enne die rame die rame benne veuls
to- groot:., enne die kozijntjes benno to
smal.....'.
Sa 't zegge an dö* annemer Teu
nisse! grapte de metselaar. Of an de ar-
sitek-t.
Ja Me liak. Beduvel je zuster. Ze
zelle 11a Teuuisse luistere. Afijn. Mar
ai dat moois houdt geen stand, bestaat
niet.fijn 0111 teugen an te kijke,
mar niet om in te wone. Stikkedonker
op de purt-aaltjes, enne kleine hokkies
van kamertjes.
Hij liefkoosde zijn pruim, liet zijn
lichtblauwe- -oogen gaan over de aebterzij
van een rij huizen, die bijna klaar wa
ren.
Daar, op een derde verdieping, flap
perden baaien rokken, stond een bezem,
druilde een verveloos duivenkotje, op 'n
sriialle waranda, waarvan de leuning nog
gemaakt moest worden.
Nou vraag ik je nou vraag
ik je afijn of dat bar is. Do boel is
niet eens af en zo stoppon d'r mense in.
Wie z'-n poot op de veranda zet, lata-
felt d'r meteen af. Geen leuning en
niks en d'r wonen minse.... afijn.
Welis van den woningnood ge
hoord, Teunisse? spotte de metselaar.
Ja Mo laars.
Er verscheen voorzichtig eon man op
de waranda, die een iel touwtje te span
nen begon, tusschen de twee houten zij
schotten.
Dat was de leuning. I
Dc opperman stond op.
Het leek of hij kraakte.
Hij kreeg een timmormansjong in 't
oog, dat lui te kauwen stond, leunend
tegen een der nieuwe huizen, fraai rood,
en blank, en helder.
Ga mit je pens van dat huis af,
jonge! beval hij stuursch. Zoo meloen
douw. je 't afijn vaa so plaas..... Nee,
Dan mijn tijd, dan mijn tijd.
'n Bel klonk.
Allo, mamie, sprak de opperman.
Maak die mooie luzzoversdoosjes mar es
af.afijn.
EEN GEMEEN'E DAAD.
Toen Dinsdagmorgen met de werkzaam
heden der in aanbouw zijn-de scholen te
Oss (N. B.) zou begonnen worden, ikwam
men tot de ontdekking, dat gedurende de
Kerstdagen de steigerlouwen waren door
gesneden. Gelukkig kwamen nog geen per
soonlijke ongeluk-ken voor. Men brengt
deze gemeene 'daad in verband met de
onlangs uitgebroken slaking -bij de fi-rma
wed. Broks aldaar, door wie dit werk 5s
aangenomen. De politie heeft de zaak in
onderzoek.
HAAGSCHE HUISEIGENAREN EN
DELFLAND'S SLUISGELD.
Ilaagsche huiseigenaren hebben dezer
dagen een aanslagbiljet ontvangen tot bet
betalen van Slm.-gcid voor het hoogheem
raadschap Delfland. Iets geheel nieuws.
Maar deze nieuwe 'belasting schijnt ge
rechtvaardigd.
De „Haagsche Post" noemt haar een
verdedigiogsbela-st-ing. Het Hoogheemraad
sobap Delfland, dat een gebied omvat van
bijna 33,000 H.A. heeft behalve de zorg
voor enkele wegen, 11 sluizen en 38 brug
gen- het onderhond! van den „gemeenen
'boezem" van 77 polders, van een groote
uitgestrektheid dij-k en van 17.070 meter
zeewering.- Afvoering va-n het overtollige
wa-te-r en wering van het watergeweld van
buiten, ziehier de eerste taak van een wa
terschap. Hebben die Hagenaars daarmede
niets le maken als er van die duizenden
meiers zeewering 6560 meters op het
grondgebied van -hun gemeente'liggen? En
waar moet het water iietP uit de p-ol-der-
tjes aan den Oost- en Westkant van de
sta-d als de .gemeente boezem" va-n Delf
land het n-iet opneemt en dloor zijn slui
zen doet wegs-troomen?
De stelregel voor het o-ud-HolIand-sche
dijkrecht: „Wlen water deert, die water
keert", -is ten volte toepasselijk op eiken
eigenaar vaai onroerend goed, die binnen
de dhlen van Delfland! veilig leeft en dus
meebetalen moei.
Terwijl in Rijnland, het waterschap
waarvan Lei-den het middelpunt vormt,
hot boczem-un-derfhoud' het duurst komt. -Is
in Delfland de zeewering het -kostbaarst-
En daarvan trekt de Hagenaar op meer
dan ééne wijze profijt. Als wij alleen maar
beden-ken, da t er al een heel dorp Sche-
veningen, sedert den grooten vloed van
1470, een paar mijlen ver in de Noordzee
ligt, en dat het meermalen ging als een
halve eeuw later, „in '-t jaer 1530, op den
vijfden November, 's morgens ten 8 uixren
•toen een grooten storm uylten N. Westen
-haestelyc opgeres-en -hel zeewaeler, seer
hoog v'-oeyende, alles in korten stonde
■deed wegruck-en, -dreygen-die Sohevellnge
met eenen. algemeenen ondergangh."
EEN ERKENNING.
In „De Strijd," het blad van het
N. V. V., wordt gesproken over do
werkloosheids-interpellatie. Van do Re
geer ing wordt gezegd, dat zij steunt op
de R. Kath. ea Christelijke Arbeidersbe
weging. Daarom doet zij niet genoeg.
Maar even verder staat ia hetzelfde
artikel.
Het is wtiar, zooals vanwege de Re
geering weid betoogd, dat in ons land
meer op dit gebied wordt gedaan dan
in andere landen.
Ook wat inzake werkverruiming ge-
Kweekenj „De Daniia"
St. Pancras. Telefoon 14
Biedt aan
Aanbevelend J. GROEN
daan-wordt, is „niet van geringe betee1
kenis."
Het gaat dus nog wel mot die Regee
ring, dio „-steunt op de R. li. en Chris
telijke Arbeidersbeweging." Zij deed en
doet meer dan de Regeeringen in an
dere landen, waar de „Moderne" Arbei
dersbeweging over veel inviood beschikt
en waar zelfs sociaal-democraten in het
Kabinet zijn of waren opgenomen.
Maar dat wil do schrijver in „De
Strijd" natuurlijk niet erkennen. Immers
noemt hij het vele, dat hier te lande
geschiedde, „een bewijs ten gunste van
ito strijdmiddelen en den invloed van
onze d.i. do Moderne Arbeiders
beweging."
Nu zijn wij er precies, teekent „Patri
monium" hierbij aan:
Wat er goeds in Nederland gebeurt'
op sociaal gebied danken wij aan de
.Modernen."
En dat er ook nog kwaad geschiedt,
is te wijten aan de Christelijke Arbei
dersbeweging.
Het is heel duidelijk.
Maanwie gelooft het?
De leiders van het N. V. V. gsloóven
het zelf niet!
De jacht in Noord-Holland. Do jachl
óp alle waterwild in de provincie Noord-
IIoIland zal worden gesloten op Dinsdag 31
Januari 1922 met zonsondergang. Het wei-
spel van kwartelen mei steekgaren of vlieg
net zal mogen worden uitgeoefend van- 1
Mei lot en met 15 Juli 1022.
Vergoeding. Voortaan zal ook voor
adviezen, verstrekt door den voorlich
tingsdienst ten behoeve van do Nijver
heid, esn zekere 'vergoeding in rekening
worden gebracht.
HET VET"EHALTEONDERZOBK
DER MELK. t
Vanwege den Algemeenen Nederland-
landschen Zuivelhond, is oene commissie
ingesteld, welke zal hebben na te gaan
aan welke éischen van nauwkeurigheid
en samenstelling hot door den hond aan
zijne aangesloten fabrieken te leveren
glaswerk en chemicaliën voor melkonder-
zoek zullen hebben te voldoen. Deze ar
tikelen worden reods sedert jaren uit
sluitend onder controle van het schei
kundig laboratorium te Leeuwarden af
geleverd, doch in den loop der jaren en
vooral tengevolge van de achter ons lig
gende crisisjaren, is het noodig geble
ken, dat de eischen waaraan deze hulp
middelen hebben te voldoen opnieuw wor
den geformuleerd en vastgesteld. Dat
met dit onderzoek groote belangen voor
den boerenstand gepaard gaan, zal dui
delijk zijn, wanneer men weet dat op
het vetgehalte-onderzoek der melk- het
geheele betalingssysteem van do meeste
coöperatieve zuivelfabrieken berust.
Do commissie, welke' zich met het on
derzoek heeft belast, bestaat uit de hee
ren prof. B. van der Burg L.i., J. ET.
Aberson, beiden hoogleeraar aan de Land-
bouwhoogeschool to Wagoningen, Ir. H.
W. de Krnijff, directeur van den Keu
ringsdienst te Zutpben en dr. L. 0.
Janse, scheikundige van den Bond van
Coöp. Zuivelfabrieken in Friesland te
Leeuwarden.
Op dit oogenblik ging de deur open
en een vreemde kwam naar buiten.
Hendrik trad bent in den weg.
„Haltwie zijt gij vroeg hij
haastig.
„Aha mijnheer Mcerveldt 1" ant-
wootddt; deze, staan blijvende Hij
•scheen te overleggen wat hij verder
antwoorden zou.
Wederom ging de deur open en de
portier, een oude, trouwe dienaar
des huizes, verscheen met een licht
in de hand op den drempel. Hij had
de stem van zijn jongen, meester
herkend.
z'ï gedankt, dat gij hier zijt
nep hij, en trok zijn heer in huis.
Urn Godswil, wat is er gebeurd
vroeg Hendrik verschrikt.
verloren"»®erust' no8 is al'c hoop niet
i.Wat is er dan spreekIs
mijn vader of mijn vrouw plotseling
ziek geworden pioiseung
„Neen,beiden zijn nog tamelijk wel
„Maar spreek dan toch Je foltert
me met je achterhoudendheid."
De trouwe dienaar verkeerde in
de grootste verlegenheid. Hij wist
niet hoe Hij hetgeen voorgevallen was,
tein zijn lieer zou mededcelen. Deze
drong echter aan en wilde nu zelf naar
boven naar zijn vertrekken snellen.
De bediende hield hem vast.
„Gij moogt niet zoo eensklaps voor
de bedroefde moeder verschijnen
sprak hij treur g.
„O God mijn kind riep Hendrik
uit en zonk op een zetel neder. Daarna
sprong hij weder op, greep den dienaar,
wien dikke tranen over de wangen
biggelden, vast, schudde hem en riep
„Waar s mijn kind Welk onheil
is mijn Rudi bejegend
„Wij weten het zelf nog niet,"
antwoordde de dienaar bevende. „Gis
teren verdween het plotseling uit het
huis. Hoe dit mogeiijk zijn kan, is
ons aller, onverklaarbaar, daar zij
bijna geen oogenblik buiten toezicht
was. Daardoor werd hare verdwijning
ook aanstonds bemerkt. Het geheele
huis geraakte in opschudding. Wij
zochten haar overal er was nergens
eenig spoor van te vinden. Eindelijk
ontdekten wij hier voor de voordeur
een .klein zijden doekje, dat zij dien
dag om den hals gedragen had. Dit
verwekte het vermoeden, dat zij ge
roofd zijn moest. De goede grootvader
ijlde terstond naar de politie en smeek
te den commissaris al het mogelijke
in liet werk te stellen, om het kind
terug te bekomen. Om de politie
agenten aan te vuren, loofde hij een
groote belooning uit. Tegelijk verzocht
hij van uur tot uur bericht omtrent de
stappen, die men ter nasporing gedaan
had. Zooeven verliet weder een bode
het huis. Hij wist niets anders te zeg
gen, da.11 dat ondanks de zorgvuldigste
nasporingen, er nog niet het geringste
spoor gevonden was, waar het kind
gebleven kon zijn."
De ongelukkige vader had in stom
me smart toegeluisterd. Nu stond hij
van zijn stoel op en wankelde als eeeri
slaapwandelaar uit het portierskamer
tje naar zijn vertrekken.
Luid jammerende wierp zich de ar
me moeder in de armen haars echtge-
noots.
„Ik weet alles!" sprak hij smarte
lijk, toen zijne vrouw onder een vloed
van tranen beproefde hem het voor
gevallene mede te deeien.
Ook de ontroerde grootvader reikte
hem stom de hand. De smart ovef de
verloren kleindochter had in dien en
kelen nacht zijn haar veel witter doen
worden.
Den daaropvolgenden oudejaars
dag ontving de p anter Bellecour in
Florida uit New-ljork den volgenden
"brief
Eindelijk is de aanslag gelukt.
Het kind is in zekerheid. Het kostte
veel moeite. De politie is geweldig
in de weer. Een belooning van duizend
dollars is voor de terugvinding van
het kind uitgeloofd. Het gevaar voor
mij ware zeer groot, had ik niet met
slimme berekening de betrekking van
geheim politie-agent verzocht en ge
kregen. Niemand vermoedt derhalve
waar zich het kind bevindt, want ik
houd de geheele politie-bende op een
valsch spoor. Maar dat kost mij veel,
zeer veel geld. Ik zie derhalve een
verdere ondersteuning tegemoet, die
tegen de uitgeloofde premie opwegen
kan.
Piérré Renard."
VI.
Mevrouw Belly Meerveldt had ach
tereenvolgens haren echtgenoot drie
lieve kinderen, een fikschen jongen en
twee allerliefste meisjes geschonken.
Hoe liefdevol haar moederhart ook
voor deze drie spruiten van haren
gelukkigen echt klopte, kon zij toch
de eerste vrucht daarvan, haar aan
vallige Rudi, niet vergeten. Met diepe
droefheid kwamen steeds de vragen
bij haar op „Waar is het kind geble
ven Wat is er van haar geworden
Had zij de zekerheid bekomen, dat
het kind gestorven of zelfs gedood wa
re, dan zou hare smart niet grooter
geweest zijn. Nu echter stelde zij
het zich dikwijls voor in lompen ge
huld, gebre.. en ontberingen lijdende,
wellicht door gewetenlooze lieden mis
handeld of tot een slechten levens
wandel opgeleid. Dit onderhield in
haar een staat van voortdurende ze
nuwachtigheid, zoodat hare gezond
heid sterk daaronder leed. Haar man
had zijne navorschingen naar het kind
jarenlang voortgezet en zelfs thans
rustte hij nog niet, hoewel hij reeds
sinds lang alle hoop opgegeven had,
het ooit terug te zullen vinden. Zijn
eerste verdenking was op Bellecour als
aanstoker van den roof gevallen.
Hij zond derhalve een geheim-politie
agent, die hem als zeer bekwaam
aanbevolen was, naar Florida. Maar
ongelukkigerwijze had de keuze den
werkelljken roover Pierre Renard ge
troffen. Deze keerde na eenigen tijd
terug en verzekerde dat de heer Belle
cour in ieder geval aan den kinderroof
geheel vreemd was.......
Het was een vriendelijke lentedag.
Voor het eerst na lange, sombere win
termaanden zond de zon hare stralen
weder verwarmend en met een nieuw
leven bezielend op de aarde. Wie
slechts kon, verliet de enge wanden
zijner woning om de heerlijke buiten
lucht te gaan inademen. Ook Hendrik
noodigde zijn vrouw tot een kleine
wandeling uit. Zij kozen den weg naar
de haven naar een kant, die slechts
door weinigen bezocht werd. Hier
vonden zij een klein meisje van om
streeks tien jaar, dat stil stond te
schreien. Ondanks de sterk ontstoken
oogen mogelijk wel van het vele
schreien had het een allerliefst ge
zichtje. Haar kastanjebruin haar hing
in twee eenvoudige vlechten op haar
rug af. Hare kleeding was armoedig,
maar zeer proper. Onwillekeurig voel
de mevrouw Meerveldt zich tot de klei
ne aangetrokken, en ook op haar man
maakte het schreiende kind een die
pen indruk. Beiden hadden waarschijn
lijk dezelfde gedachte dat hun ver
loren kind, dat van denzelfden leeftijd
was als dit, wellicht even hulpeloos
en verlaten was.
Beden bleven voor het kind staan.
Het meisje keek weemoedig naar hen
op. In haar oogopslag lag diep leed.
„Wat deert je, mijn kind, dat je
hier zoo alleen staat te weenen
vroeg Hendrik's vrouw deelnemend.
Daar het kind met het antwoord
talmde, voegde zij er bij„Vrees niet,
kleine, wij meenen het goed met je."
„Móeder ré gestorven, en vader
heeft mij het huis uitgejaagd," ant
woordde het kind met bevende stem.
„Hij zeide, dat iK niet meer zijn kind
was en kon gaan waar ik verkoos."
En opnieuw begon het luid te schrei
en.
Hoe zacht het ook gesproken had
lag er toch ondanks de diepe smart
een zoete welluidendheid in hare stem.
„Hoe heet je vader en waar woont
hij vroeg Hendrik.
Het kind drong haar tranen met ge
weld terug. Daarna antwoordde het
„Vader sloot het huis ep ging naar
zee. Hij zal in langen tijd niet meer
terugkeeren."
De bescheidenheid, waarmede het
kind sprak, trok de beide echtelieden
steeds meer aan. Na veelvuldige vra
gen, die zij tot haar richtten, verna
men zij, dat haar moeder eerst daags
te voren begraven was na lang gesuk
keld te hebben. De liefde en eerbied,
waarmede de dochter van haar sprak,
bewezen, dat het een zeer verstandige
en brave vrouw geweest moest zijn,
die in menig opzicht ver boven de ge-
worte zeemansvrouwen gestaan had.
Als matroos was de vader dikwijls
maanden lang afwezig. Ook hij had
zijn kind zeer liefgehad. Hij bracht
het telkens va.i zijn reizen speelgoed
mede. Als hij te huis was, moest het
altijd bij hem zijn; hij. speelde en stoei
de er mede. Dikwijls voer hij met haar
in een boot de haven rond ectiige
keeren nam hij haar zelfs mede naar
zijn schip en schommelde haar lachend
in een hangmat. Pas echter was de
moeder tot een beter leven overgegaan,
of hij werd eensklaps geheel anders.
Hij zag het kind niet meer aan en stiet
het van zich af, als het zich tegen hem