ONS BLAD
BUITENLAND.
J. R. KEUSS
94 VRIJDAG 27 JANUARI 1922
99
...f2.—
f 2 85
0 60 f hooger
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: aBBFE".»433
INDiSSHE KR08IEK.
RECLAMETABAK
MERK
BLAUW 1YSERK
GROEN MERK
FEUILLETON
De vondeling
NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD
99
Abcnnementsprijs:
Per kwartaal voor Alkmaar
Voor buiten Alkmaar
Met Geïllustreerd Zondagsblad
Advertentieprijs:
Van 1—5 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25; Reclames
per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voor
uitbetaling per plaatsing f 0.60
Aan
-||o ghnnné.s wordröp°*aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—, f 400,-, f 200,-, t 100,-, f 60,-, f 35,—, f 15,-
De beide Katholieke leden hebben ini de
naiaarszitting van den Volksraad wederom
góed werk gedaan; de Rooinsche beginselen
febben in de heeren ten Berge en Burer
wakkere en onvervaarde verdedigers ge-
V°Ook na hetgeen in tijdschrift en dagblad
over ie Indische loeslanden geschreven is,
valt het wellicht voor de Nederlandsche
nolitikers niet zoo gemakkelijk te begrijpen
hoe moeilijk onze Katholieke Volksraadsle
den het hebben; ons solidarisme heeft in
Indië niet alleen klassen-, doch ook ras
senverschillen te overbruggen, en de natio
nalistische strevingen hebben een overwe
genden invloed op dé wijze, waarop velen
zich de politieke hoofdgroepeering denken.
Vooral onder de inheemsche politici
of moet ik zeggen; politieke inheemschen?
'is het gebruikelijk om te spreken van de
sini"-partij en de „sana"-partij; benamin
gen, die den Nederlandschen lezer duidelijk
zullen zijn, zoodra hij weet dat het woord
sini hier, en het woord sana daar beteekent.
Bij deze, ongetwijfeld ietwat simplistische
onderscheiding worlen de „sana"-menschen
tot de reactionairen gerekend. En ook voor
de Katholieken, die er tot de Nederlandsche
bevolkingsgroep belmoren, is het moeilijk,
om door de „sini"-menschen niet onvoor
waardelijk tot de „sana"-partijgangers te
worden gerekend.
Voor een man als Pastoor van Lith
en wellicht voor enkele onderen geldt
dit nietbMaar nog is het wezen der Rooin
sche beginselen niet zoo duidelijk voor de
Inlandsche partijgangers, dat het gevaar
groot is als kalholiek politicus tot die groep
te worden gerekend, welke men als „uit-
heemschen" reeds bij voorbaat met zijn
wantrouwen begiftigt.
Het is goed, dat men dit in het moeder
land weet.
Want hoe simplistisch ook met deze
opvalting zal rekening dienen gehouden te
worden.
En in de Tweede Kamer, en in de Eerste
Kamer der Nederlandsche Staten-Generaal
is er met zekeren nadruk op gewezen, dat
ten aanzien van de Koloniale politiek tus-
schen de Katholieke Staatspartij in Neder
land en de Indische Katholieke Partij
samenwerking is.gekregen. Ik kan er bij
voegen: heusch geen oogenblik te vroeg.
Doch die samenwerking zal, ondanks de
sterke positie der Katholieken in de Neder
landsche volksvertegenwoordiging, slechts
da.i tot tastbare resultaten in Indië kunnen
leiden, indien beide partijen de Indische
politiek dusdanig leiden, dat daarmede het
vertrouwen van de sini-menschen, althans
van de verstandhouding onder hen, ge
wonnen wordt.
De mogelijkheid 0111 in Indië vrucht
baar werk te verrichten berust voor de
Katholieke partij ik heb dit reeds eer
der betoogd bijna geheel en al op dit
vertrouwen.
En dit vertrouwen laat zich niet enkel
winnen door wóórden.
Tien vooruitstrevende woorden zijn ge
makkelijker dan één vooruilstrevende daad,
idoch men zou dwaas doen door het Indi
sche onderscheidingsvermogen te onder-
schallen.
Doch ik keer terug tot de besprekingen in
den Volksraad, om aan enkele aangelegen
heden een korte beschouwing Ie wijden.
Daar is dan de veelomstreden kwestie
der „winst-aandeelkassen".
Ik moet dit woord even verduidelijken.
Hel is het denkbeeld van gouverneur-ge
neraal Fock geweest om aan alle cuHuur-
ondernemingen op Java de verplichting op j
te leggen, jaarlijks 8 pet. van nun exploila- -
tie winst te storlen in de kassen, die den
naam zullen dragen van „winst-aandeelkas
sen".
De bedoeling is, dat zij zullen worden in
gesteld in alle Inlandsche dorpsgemeenlen
binnen liet gebied der betrokken onderne
mingen. Het beheer zou worden opgedragen
aan commissies, bestaande uit twee beheer
ders van ondernemingen en twee dorpsbe
woners, aan te wijzen door den betrokken
resident. Onderling zouden zij een voorzitter
kiezen. De fondsen zouden moeten worden
aangewend voor sociale en economische
doeleinden. Zij zouden bijvoorbeeld kunnen
worden besteed voor de bekostiging van
hygiënische maatregelen, voor de instelling
van eèn bedrijfscrediet, de verbetering van
het vakonderwijs, e.d.
Deze kwestie der winstaandeelkassen is
in Indië evenzoo een „cause célèbre'" ge
worden als hier in 't land het vraagstuk der
bedrijfsraden.
Het is hier niet de plaats om daaraan
uitvoerige besprekingen te wijden. Wat on
middellijk pleit voor dit nieuw te scheppen
instituut is de gedachte, die er aan ten
grondslag ligt, om den inlandschen werk
nemer te interesseereu bij de uitkomsten
van het bedrijf, en hem aldus het bestaan
van een belangen-gemeenschap duidelijker
voor oogen te stellen. Wal er misschien te-
yen pleit, is de vorm, waarin de landvoogd
dit beginsel wil belichamen.
Dóch aan dé laatste, technische bezwa
ren kan worden tegemoet gekomen, en wan
neer kan worden bereikt, dat de inlander-
landbouwer en fabrieksarbeider door dit in
stituut van winstaandeelkassen nader ge
bracht wordt tot den Europeaan-werkgever,
dan mag dat als heel veel getell worden.
Ook de heer ten Berge heeft in dien geest
gesproken. Hij toch was een dergenen, die
het landvoogdeiijk denkbeeld warm verde
digde en bijzonder opmerkelijk is dan ook
het slot van zijn wel gesproken rede:
„Ik besluit, M. d. V., met de hoop uit te
„spreken, dat de Regeering er spoedig in
„moge slagen het gezonde beginsel, dat aan
„de winstaandeelkassen ten grondslag ligt,
„op bevredigende wijze te verwezenlijken,
„wijl m.i. daarin versnelling van het tempo
„der economische verheffing, en als gevolg
„daarvan, de staatkundige rijpheid en zelf
standigheid, van Indië ligt besloten."
Het was in dezelfde rede, dat deze spre
ker -de. verzekering had gegeven, „dat de
Katholieke Partij in Indië en in Holland
haar van harte steunen zal om dit gezonde
denkbeeld te verwezenlijken".
Nietwaar, er is niet de minste twijfel aan,
dat „Ier zijner tijd" op dit Indisch belang zal
worden gelet.
De lezer vergeve me, dat ik hier ambtelij
ken stijl gebruik, die immers als geen andere
zoo geschikt is om hel anders te zeggen, dan
men bedoelt.
Door den heer Biirer werd de nu wel
haast berucht geworden nota van het De
partement van Onderwijs over de scheiding
van Kerk en Staat onder handen genomen.
Ik licht uit het afschrift Zijder rede dit ci
taat:
„De christelijke beschaving, door onze
„missionarissen hier gebracht, houdt ontel
baar velen terng van het pad der misdaad,
„van zedelijken en maalschappelijkcn on
dergang, van galg en gevangenis. Ik hoop
„dan ook, M. d. V„ dat èn de Regeering èn
„de Commissie, bij de bcoordecling van het
„vraagstuk der scheiding van Kerk en Staat,
„een open fiog zullen hebben voor de niet
„onder cijfers te brengen sociale en gees
telijke waarde van het voor de
„Indische maatschappij zoo zegen
rijke beschavingswerk der missionaris-
„sen en zendelingen. De nota toont niet de
„minste waardeering voor dit besehavings-
„werk, waar men op blz. 29 zoo onnoozel is
„om onze Christen-missionarissen en zen
delingen op één Jijn te stellen met heiden-
„sche priesters, en dus het hcillooze heiden
dom met het heilvolle Christendom verge-
„lijkt. Voor de overheid, die te zorgen heeft
„voor de handhaving van orde en rust, be-
„slaat geen mogelijkheid om de éhristen-
missionarissen en zendelingen te vervan-
,gen, tenzij door bouw van een grooter'aan-
„tal gevangenissen en door belangrijke ver
sterking van de politiemacht; en dit zou
„niet eenige tienduizenden, maar eenige
„millioenen kosten."
Inderdaad.
Het was goed óm het eens duidelijk Ie
zeggen.
En nu ik over 't werk onzer missiona
rissen schrijf, denk ik aan de heerlijke bood
schap van Hem, die deze week aan de Ka
tholieke gemeenschap zoo droevig onver
wachts werd ontrukt, waarin aan allen, die
aan het hoofd eencr missie staan, werd op
gedragen, „er op de eerste plaats voor te
zorgen, dat zij uit het volk zelf, waaronder
zij leven, priesters opvoeden en vormen."
Dat is voor de volkeren der missielanden
Zijn testament.
En ziet, nu verrijst er te Moentillan op
Java het Centraal Seminarie voor de oplei
ding van de inlandsche priesters voor heel
den Archipel.
Reeds zijn er 30 inlandsche priesters in
voorbereiding voor het priesterschap. Zoo
berichtte Pastoor van Lith in het laatste
nummer van „Het Missiewerk".
Welk een perspectief opent-zicli, wanneer
het Indische volk ziet komen zonen uit eigen
stam, als dragers van Gods woord, sprekend
de eigen taal
Daar kan geen grooter vertrouwen gewekt
worden dan door déze daad.
S.
De Conferentie te Genua.
Uitstel1!
De correspondent van. de „Times" te
Washington meldt, dat hel geloof veld
wamt te Washington, dat de eonferenilie
van Genua zal warden uitgesteld. In Ita-
liaan-sdhe kring-en wordt gewezen op de
m-oeilijkiheden van ontvangst en verzorging
van vijftienhonderd menschen, waarvoor
langdurige voorbereadi-ngen -nooddg zijn cn
o-p den onverwacli t langen duur der con
ferentie van Washington. De correspon
dent zinspeelt er voorts o-p, dat Amen-ka's
antwoord op de -ui-inoodiging voor Genua,
hetwelk deze week wordt verwacht, het
Fran-sche vo-lik zal d-oen beseffen hoe breed
de kloof is wc-lkc de huidige Fransclie po
litiek scheidt van eenc welke Amerika z-ou
bunnien steunen.
Oo-k de „Ti-mes"-correspomdent te Rome
gewaagt van geruchten inzake uitstel der
conferentie van Genua.
De Wasliingionsclie Conferentie.
Uit Washington wordt d.d. Woensdag
gemeld, dat in den loop. van een conféren.
tie in het Witte Huis Harding cn Hughes
bij den Chineeseheu gedelegeerde Tsje
een voorstel deden voor de regeling der
Sja-nitoengquaeslie. Niettemin verklaarden
zoowel de Japanners als -de Chineezen
later, dat g-cen overeenstemming bereikt
was cn oo>k voorloopig niet verwacht werd.
Men verwacht, dat de conferentie lc
Washington, die door onvoorziene moei
lijkheden langer had gediifluxl dan aanmer
kelijk bedoeld was, nu spoedig zal zijn af-
geloo-pen.
De bladen bevat-ten optimistische berich
ten over de regeling der hangende moei
lijke quaesties, w.o. die van Sjan-toeng.
Ieder oogenblik wordt uit Peking d-e
definitieve instructie verwacht van de re-
geerimg aldaar aan de GIiiLncesche delegatie
over het definitieve voorstel d-cr Japanners
nopen-s Sjan-toeng:
De correspondent te Washington van de
„Times" schrijft, dat hij wel ©enigszins ge
rechtigd i-s o-m te zeggen, d-at zoowel de
Ameri-kaansche delegatie als de Brilsche
-delegatie van oordeel zijn dat de voor
waard-en der Japamn-ers redelijk zijn te
achten.
Het belastingvraagstuk in
Duitschland.
De onafhankelijken trek
ken zich terug.
Omtrent het verloop van de bespreking
Wisschen den rijkskanselier en de verlegen,
woorddgers van de fractie der onafhanke
lijken over het belast-ingcompromi-s, geeft
het bestuur van deze fractie in de „F-red-
h-eit" een lange verklaring, waarin wordt
meegedeeld, d-at het voorst-el van een com
promis, ingediend door de burgerlijke par
tijen, met algenneene stemmen is verwor
pen door het centraal bestuur en -de rij-ks-
dagfractie. Een -belast:nghorv-ocmiing, waar
door d-e schulden vatn het rijk betaald
kunnen worden, lijkt d-e onafhankelijke
partij alleen mogelijk, indien behalve die
door de regeeri-ng voorgesteld, nog de vol.
sende belastingen van het bezit geheven
worden:
lo. onmiddellijke belasting van al het
goud of goudsiwaardige;
2o. onmiddellijke heffing van de rest
van het „Reichsnotopfer";
3o. onmiddellijke inning vam de be
staande belastingen die de bezittende
-kl-a-sse moet betalen;
4o. -het heffen vam uitvoerrechten en
de scherpste maatregelen tot het beslag
leggen op buitenlandsche deviepen.
Een compromis.
Het belastingvergelijk is zoo goed als
verzekerd, aang-ez-ien de Rijksd-aggroepen
het -bij d-e besprekingen van Woensdag i-n
groote lijnen eens zijn geworden. De grond
slag van de schikking is een gedwongen
leening tot een -bedrag van een milliard
goudmark. Daarvoor zal slechts 40 pet.
van hét tweede d-ende vam het rijksn-ood-
offer worden geheven -en de na-oorlogs-
winistbelastimg vervallen-.
Gi-sL-erenochtend i-s de definitieve -beslis
sing geval-len en gisterenavond kwam de
Rijksdag bijeen en legde de rijkskanselier
de regcermgsveridar-g af over het beta
lingsplan.
Volgens de Lok. Aiuz. zal de gedwongen
leening van een milliard goudmark, waar
toe nu is besloten, moeten worden opge
bracht door de industrie. Zij zal in vijftien
jaar door het rijk worden ingelost en de
eerste vijf jaar rentel-oos zijn, de overige
tien jaar 2 percent rentte geven. De op
brengst zal geheel voor de betaling -Her
schadevergoeding moeten dien-en.
DE ENGELSCHE ARBEIDERSPARTIJ
EN DE HANDEL. j
Glynes, de voorzitter der Labour Par
ty (Arbeiderspartij) in het parlement-,
feerft, al», gast van dc „Imperial Commer
cial Association1' over „Labour cn han
del" gesproken en er daarbij o.a. op ge
wezen, dat wanneer „Labeur" aan 'het
bewind kwam, liet zou streven naar het
onmogelijk maken van arbeidsconflicten,
die vaak zoowel voor. werkgevers als
werknemers de grootstegeldverspilling
cn verliezen beteakendien en een niet te
herstellen verlies aan de verbruikers toe
brachten. Sommige bepalingen der va-k-
vereenngingeri waren Oliderwetseh, en-
kwamen zeifs ten nadeele van den ar
beider, maar -dit kwam volgens Glynes
doordat zij ontstaan waren 111 een tijd.
devt er wettelijke d-wang op de va'kver-
eerijgingen werd uitgeoefend en deze
door de werkgevers werden onderdrukt.
Er wa-s, betoogde Glynes verder, heel
wat n-o-ns-ens verleid over de bedoelingen
der Labour-parly ten aanzien van het par
ticulier bedrijf. Dit was reed-s zeer zwaar
belast; erger kon het niet, onder een La-
bourbewind'; dót zou er evenals iedere
and-ere regeering. naar streven overeen- -
stemming te hrengen tusschcn dc eisclven
van het algemeen welzijn en- het particu
liere winstbejag. Het zou een groote ma
le van vrijheid handhaven, al wa-s het
slechts cmd-a-t het gebonden was aan het
-da-enen van het open-baar belang. Al-s
spoorwegen èn waterwegen thans natio
naal eigendom waren, zou-den zij nauwe
lijks aan m-eer wettelijk toezicht of de
partementale voorschriften -kunnen onder
worpen zijn dan thans. Voorts wees Cly-
nes er nog op, d-at de Labour Parly op
één na de grootste partij van -het land
was. Tegenover de bewering, -dat de La
bour Party uit revolutionaire socialisten
bestond, voerde de leider der Labourpar-
lij aan, dat die extremisten (die elke par
tij heeft; -de conservatieven hebben bijv.
ten „Die-hands") in getal en- invloed-
vermind-e-ren, naarmate zij meer verant
woordelijkheid krijgen.
„Labour" ziet iri, dat de voorspoed des
lan-d-s afhangt van een steed-s toenemen-
den omvang van ov-erzeehandel. Over
loonsverlaging sprekend, zeide hij, dat
deze niet alleen voldoende was om de
werkgevers in staat te stellen h-un moei
lijkheden- te hoven te Iko-men. Maar als -de
arbeider te ki-ezen bad tussohen minder
loon en grooter productie, dan zou hij
zijn eigen belangen het best -diienen door
grooter productie, waardoor zijn kans op
werkgelegenheid wordt vergroot alsmede
de koopkracht van zijn loon.
DUITSCHLAND EN DE SCHADEVER
GOEDING.
Dc Pall Mall Gazette bevat een aT-tikel
van -ha-ren commissaris S.ir John Leigh,
een- gezaghebbend man in de -kaloennijver.
hei-d. Hij verklaart daarin nadruikk-eli'ik
dat Duitsdhil-and kan en moet betalen. Hij
stélt vast d-at alle D-uiitsche industrieën,
vooral di-e van ijzer, staal, ko-per en che
micaliën tihan-s een v-oorspoed zonder we
dergade genieten. Men ziet het bewijs er
van in het feit dat Duitschland in den
loop van 1920-21 in Amerika driemaal
zooveel ko-per heeft gekocht als Frankrijk
en Engeland s-amen.
Leigh zegt ten sl-otte dat dB elementai
re g-ereohtfelheid- gebiedt, dat de gealli
eerden Dui-lschland dwingen om te beta
len.
HOEVEEL KOSTEN DE DECORATIES
AAN DE BELGISCHE SCHATKIST?
De begrooting voor 1922 van het Bel
gische Ministerie van Bininenlaudsche Za
ken geeft eene uitgave van 250.000 fr.
aan voor de toekenning van burgerlijke
eereteeken-s en 'het drukken van diplo
ma's.
Er moe-ten 21.000 eereleekena worden
gemaakt voor personen, die in 1919.
1920 cn gedurende het eerste kwartaal
van 1921 werdén gedecoreerd. Die eere-
t-eekens, welke -lot nu toe nog niet werdén
toegekend-, koslen 205.000 fr.
De decoraties welke gedurende het. 2de
kwartaal van 1921 en dn 1922 zullen wor
den toegekend, koslen 103.000 fr.
15.000 weggevoerdenl moeten nog hun
decoratie ontvangen, zijndé 25.000 fr.
In 1922 zullen levens voor ©en bedirag
van 24.000 fr. diploma's m-o-elen worden
gedrukt. Alles te zaïmen kost 357.000 fr.
Het Ministerie zal in -deze dringende
-behoeften voorz-i-eni door een krediet van
250.000 fr.
DB V. S. EN DE ETIHOPEESOHE
SCHULDEN.
Keuter meldt uit Washington, dat bij'
het debat in den Senaat over het wets
ontwerp töt fundeering der geallieerde
schulden Borah verklaarde, dat do geal
lieerden hun schulden kondon betalen in
dien zij het verdrag van Versailles wij
zigden en hun leger redelijk vermin
derden. Borah deed in het bijzonder een
aanval op het streven van Frankrijk, een
TABAKSFABRIEK
„DE WAKENDE LEEUW"
PRIMA KWALITEIT
BILLIJKE PRIJZEN
LAAT A 125 - ALKMAAR
leger van esn millioen te handhaven, ter
wijl het leger van Duitschland is terug
gebracht tot honderdduizend man.
HET LEVENSONDERHOUD VAN EX-
KONING KARET-,
Volgena do „Echo do Paris" hoeft de
ambassadeursconferentio gisteren het be
drag vastgesteld van de jaarlijksche uit-
keering voor levensonderhoud aan Kan
en Zita, dat bepaald is op 10 millioer
frs., wélk bedrag zou moeten betaald
worden door de suooeasiestatsn.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
HET GENOEGELIJ'KE TUCHTHUIi,
In de laatste maam-den hebben gevan
genen van het luchthuis te Görl-itz zdcï
schuldig gemaakt vijf-en-fwinlig maal aan
muiterij, o-m van aiadere -mis-drijven mie
te sp-roken. Bij het proces tegen deze ge
vangenen is gebleken -d-at niet alleen 111
Görlitz, doch -in zoo gooi al-s alle gevan
genissen van Duitschland toestanden
hecrschen, die aan het ongelooflijke gren
zen. De reien hiervan is, d-at de lucht
huizen overvol zijn. Nieuwe -kunnen niét
gebouwd worden om de kosten. Gevange
niseen, waarin .plaats is voor 500 man ten
hoogste, herbergen er -nu 700. De cellen
voor zware boeven en voor gelegenheids-
misdadigers, die.voor de eerste maal ver
oordeeld werden-, zijn steeds bezet. En het
gevolg is dat gevangenen, niet voor ver-
belering vatbaar, liggen im de overvolle
slaapzalen naast gevangen-en, nog niet
door de wol geverfd. Dezen 1-aatslexi
1-eeren hoe loopers gemaakt, medemen-
schen overvallen, kunslslot-en geopend',
buit verstopt moet worden. W-ie nog een
goeden kern in zich heeft, wordt door de
zen omgang met totaal gedegenereerden,
stellig tot gewoonte-misdadiger gemaakt.
Uit deze processen is gebleken, dat de
meeste gevangenen in het bezit waren van
een burgerpakje, dat zij meestal onder
hu-n gevangeniskteöding dragen. En in dat
burger-pakje heben zij geborgen scherp
geslepen- messen en dergelijke instrumen
ten. Ook geld hebben ze. En.... sleutel-s,
die pass-en op d'e cellen en buitendeuren
van de gevangenis.
Bovendien is de controle zoo slecht, dat
dé gevangenen doen en laten kunnen, wat
zij willen, zoodat ontvluchten dan ook'
aan de orde van den dag is.
Het congres van vakvercenigingen
in Tsjecho-Sicwakije heeft met e-en meer
derheid van meer dan 3/5 een motie der
communisten om dé Internationale van
Amsterdam te verlaten en zich aan te
(Naar Louise de la Ramé)
8.
Zelfs de vriendelijke commissaris
scheen vreeselijk op zijn ambtelijken
•etel voor den hoogen lessenaar.
Achter de balustrade stond de
gretige, onbarmhartige, aan de
eigen tijdkorting denkende menigte
het publiek, hoewel dit slechts be-
stond uit ongeveer veertig druiven
plukkers, blikslagers, slagers, bakkers
en Ieegloopers.
Umilta stond tusschen de twee
gerechtsdienaars, nog trotscher in
houding dan een paar maanden ge
leden, toen zij Virginio's aanzoek
ats oeg. Het gelaat van den pretore
teekende medelijden en belangstel
ling maar zij zag zulks nietzij zag
enkel een witte zee van licht met een
zwart punt er in, dat men haar als
heur rechter aanduidde.
Het verhoor begon.
Zooals gewoonlijk werd haar naar
«aar ouders gevraagd, er antwoord
de iemand voor haar„Van onbeken
de afkomst," en heur trots kromde
'ich in verschrikkelijke pijnen, als
een voor den grond geslagen schepsel.
De beschuldiging van diefstal kon
naar niet doen ontroerenzij was
niet waar. Maar dit was wèl waar
ij gevoelde een brandende schaam-
yerbqor jJuurde lang, gelijk
altijd in dit land. De lucht werd heet
en drukkend, de zon gloeide op de
gesloten vensterluiken, het volk liep
in en uit, de stemmen gonsden in
haar oor, evenals vliegen. Toen zij
zelve ondervraagd werd, kon emen
maar één antwoord lit haar krijgen
„Het is een leugen. Ik heb de paar-
len niet weggenomen. Ik heb Netta
van mij afgestooten, ja, en dat zou
ik nu nogmaals doen. Zij is slecht en
valscli."
Dat zei ze herhaaldelijk, en in
weerwil van alle bedreigingen wilde
zij niet meer zeggen. De rechtvaar
dige rechter werd bezorgd en verle
gen. De feiten spraken tegen haar,
en toch kon hij niet aan haar schuld
gelooven. Met onuitputtelijk geduld
cn goedheid trachtte hij haar te be
wegen rondborstig te spreken, maar
zij was te zeer van streek of te koppig
om zijn welwillende bedoelingen te
erkennen haar gemoed was jegens
hem en tegen Mie menschen geslo
ten. De menigte achter de balustra
de was £enparig tegen haar. Het
meisje was zeer mooi, maar welk
recht bezat zij, om daar zoo stom en
hoogmoedig te staan als een koningin?
Het volk gevoelde toornig die min
achting.
Het was reeds één uur in den na
middag geworden, toen de rechter
zuchtend inzag, dat hij haar om geen
enkele gegronde reden kon vrijlaten.
Een rechtvaardiging was onmogelijk,
zij ontkende het feit, maar dat was
slechts haar eigen woord en gold
niet. Zelfs haar meesteres sprak niet
ijl haar voordeel. Donna Rosa ver
scheen streng en somber in haar
wollen Zondagsch gewaad en gebioem-
den hoofddoekzij gaf getuigenis
van Umilta's trots en ijdelheid, van
haar gemis aan dankbaarheid en haar
minachting voor andere lieden.
Aarzelend en met leedwezen gaf
de pretore de hoop op, om het meisje
te redden, dat zich zelf niet wilde
of niet kon redden. Uit den warboel
van schreeuwende, driftig wordende,
beschuldigende stemmen, trad één
punt met noodlottige duidelijkheid
te voorschijn en dat was haar schuld.
Hij boog zich over zijn lessenaar
en verklaarde met bedrukte stem,
„dat zij tot aan de terechtzitting
in voorarrest moest blijven."
Umiltè, die gedurende vier marte
lende uren kaarsrecht was blijven
staan, als een jonge den op haar ber
gen in het goudkleurig westen, viel
plotseling op den grond, gelijk een
gevelde boom bij den laatsten slag
der bijl. Dona Rosa, hoewel zij een
strenge, hardvochtige vrouw was,
zonk zelve op een bank neer en zucht
te weenend
„Liever had ik haar mijn eigen
bruidspaarlen gegeven,'! en snikte
het toen luide uit.
Netta werd zeer bleekde boos
aardige, loerende triomf verdween uit
haar oogen. De politieagenten droe-
;en de bewustelooze weg, want nu
tehoorde zij aan den Staat.
Oostwaarts staat in Lastra een oude,
bruine, gemetselde poortdeze heet
Porta Fiorentina en is de gevangenis
van hst landstadje, 0§ze hoogste
en grootste der drie poorten ziet er
verweerd,en gebruind uit als een oud
soldaat de gebeeldhouwde schilden
in de muren zijn vernield, onkruid
en bloemen groeien in de spleten..
Eenige nauwe lokalen, waarvan de
vensters op 't oosten en op 't westen
uitzicht geven, zijn voor de gevange
nen bestemd.
Daarheen werd Umiltè gedragen
en in een kamer op een strooleger
gelegd de blauwe hemel blonk zoo
ver verwijderd door de ijzeren tra
lies van de kleine raampjes, alsof
dit was om de gevangenen te bespot
ten.
Wie niet op heeterdaad betrapt
wordt, mag in Italië tot aan de terecht
zitting maandenlang vrij rondloopen,
al is hij de grootste booswichtde op
heeterdaad betrapte wordt gevangen
gezet. De paarlen waren bij Umiltè
gevonden, en zij moest maanden
lang in de gevangenis verblijven, eer
't het gerecht gelegen kwam, over
haar schuld of onschuld te beslissen.
En wie zou haar schuld nog in twijfel
trekken Zij had de paarlen in haar
bed verborgen en uitgezonderd als zij
ontoerekenbaar was en niet wist
wat zij deed, kon niemand haar van
de misdaad vrijpleiten.
Signora Rosa haalde heimelijk haar
beurs te voorschijn en betaa de de
noodige kosten, opdat de gevangene
een eigen kamer verkreegde vrouw
bekende deze zwakheid tegenover
niemand, want zij schaamde zich
er over; maar er waren nog vier an
waaronder een slecht befaamd vrouws
persoon, en het zou niet goed zijn,
zei donna Rosa bij h zelf, om de
verkwisting van het dure geld voor
haar geweten te verontschuldigen,
dat een meisje uit haar huis, al was
het dan ook in de gevangenis, met
zulk een vrouw in aanraking zou
komen. Zoo werd dan Umiltè alleen
geherbergd in een klein kamertje
van de oude ruïne, welke aan de spring
bussen der Spanjaarden weerstand
geboden en de tallooze gevechten
in den loop der eeuwen overleefd
had daar moest zij op de terecht
zitting en haar vonnis wachten,-dat
volgens den langwijligen slakken
gang der Italiaansche rechtspleging
waarschijnlijk niet vóór Kerstmis
zou uitgesproken worden.
„Als zij onschuldig is, laat haar
dan vrij, en is zij schuldig, welnu,
straf haar dan terstond en maak er
een einde aan 1" zei signora Rosa vol
toorn, smart en schaamte, omdat
haar fatsoenlijk, eerwaardig huis zoo
openlijk in opspraak kwam.
De commissaris schudde zijn grijs
hoofd en antwoordde i „Dat is niet
de loop der wet."
„Dan is de wet dwaas en wreed,"
zei donna Rosa met brandende wan
gen.
De commissaris van politie haakt
zijn schouders op. Hij was sedert/
vijftig jaren een dienaar van het ge
recht het paste hem niet dit te la
ken.
Diep geschokt reed de anders zoo
Sari naar huis. Het meisje sprak geen
woord, toen de kar over den hobbe-
ligen weg hotste. Netta had schad«
geleden en donna Rosa had haar
gerechtigheid verschaft, maar zij kon
niet langer van het meisje houden.
Het was reeds pikdonker, toen de
kar voor het huis stilhield. De meis
jes kwamen vol verwachting en toch
bedremmeld naar de deur geloopen,
om den uitslag te vernemen, de koeien
loeiden in den stal naar iemand, die
thans niet tot haar komen kon de
hond snuffelde driftig, en begon toen
te janken en te huilen het was een
droevige thuiskomst.
Donna Rosa ging op haar houten
stoel naast den haard zitten, verborg
het gezicht in haar jurk en weende
weer overluid.
„Ik wist tot nu toe niet, dat ik
zóóveel van het meisje hield zei
zij tegen haar dochters en was kwaad
op zichzelf.
Netta sloop ongemerkt de deur
uit en liep naar haars vaders huis.
Zij was gewroken, maar de wraak
vond zij verre van zoet. De maan
scheen helder. De zachte herfstavond
was schoon, ert Umiltè zat in de ge-
JWol'dt VêFvnffl/1 1