feuilleton BINNENLAND I 14e Jaargang- Potuerteeren BUITENLAND. KORTE BER1CHTFN Wikha™ Zitman "ek0men? SS&tdat^die aiet Abonnementsprijs: Per kwartaal voor Alkmaar 2.— Voor buiten Alkmaar 2 Met Geïllustreerd Zondagsblad 0 60 f nooger. Aan alle In bijna alle bladen komen zoo nu en dan economische verhandelingen voor, ten doel hebbend het volk er van te doordringen dat een algemeene ver sobering noodzakelijk is, willen we niet geheel en al ons economisch even wicht verliezen. Een vraag van niet geringe betee- kenis is echter, of die verhandelingen ook zoo gesteld worden, dat ze door het gewone volk begrepen worden wat toch zeer kennelijk de bedoeling is. Zoo hebben we al herhaaldelijk kun nen lezen, dat wo een heel eindje bo ven onzen „stand" leven, óf, zooals het dan heel leuk heet, aan het „pótvertee- ren" zijn en is het mij evenzooveel ma len gebleken dat verschillende men- schen zich daarover nijdig maken. We mogen ons daarover niet al te zeer verwonderen en we hebben te be denken, dat iemand een zeer goed en zelfs een uitmuntend arbeider kan zijn zonder dat hij over eenige algemeene economische kennis beschikt. En daarom kan ik me indenken, dat menschen die een zeer klein inkomen en een groot gezin hebben, ofwel met groote werkloosheid e.d. te kampen hebben, kwaad worden als ze zelfs van goed gezinde lieden vernemen dat ze in al hun narigheid nog aan het „potverteeren" zouden zijn. Wat in hun ooren als sarcasme klinkt. In den regel wordt er mede bedoeld dat we als volk soberder moeten leven; in algemeenen zin te kort werken voor een te hoog loon en dat op den duur niet kunnen volhouden; maar ook in dat verband is het noodig dat de voor stelling zóó is, dat zjj door gewone menschen kan begrepen worden indien zij althans voor hen bedoeld is. Ons nationaal en internationaal ruil verkeer is nu eenmaal niet zoo gemak kelijk te overzien en te begrijpen. Er mogen eenige economische waar heden zijn die_ voldoende duidelijk tot het gewone voia spreken; in onzen tijd nu bet gehecle economisch leven ont wricht is en zelfs geleerden onder el kaar het minder dan ooit ééns kunnen worden, kan men het arbeiders en daarmede gelijk te stellen personen niet al te kwalijk nemen wanneer zij met die zaken niet voldoende op dé hoogte zijn. Toch is het noodig vooral als er offers gevraagd worden dat zij zien en begrijpen waarom men die vraagt. Men neemt de arbeiders e.d. zoo ge makkelijk kwalijk wanneer zij niet te vinden zijn om vrijwillig een stap te rug te zetten, maar daarbij mag men alweer niet uit het oog verliezen, dat door hen die boven hen staan in alge meenen zin geen voorbeeld wordt ge geven om vrijwillig eenigen welstand prijs te geven; ofschoon dat het eenig- ste middel is om eenig vertrouwen te wekken wanneer men onder welken vorm dan ook op versobering meent te moeten aandringen. Zoolang hooge en lage ambtenaren, kortom allen die intellectueel boven de arbeiders staan, weigeren om vrij willig een stap achterwaarts te zetten, hoewel toch ook voor hén dezelfde overwegingen gelden en ook zij van de steeds genoemde prijsdaling profitee- ren, zoolang zal het weinig indruk ma ken wanneer diezelfde menschen op versobering als een economische nood zakelijkheid aandringen. Het goede voorbeeld is ook in dezen nummer één; een duidelijke voorstel ling van zaken, een bijna even groot belang. Voor iedereen is het begrijpelijk dat Advertentieprijs; Van I5 regels f 1.25; elkeregel meer f 0.25; Reclamaf per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aanbod" bij voos uitbetaling per plaatsing f 0.60 ger op den duur meer kan uitgeven dan het ontvangt en we zullen dus nu dat geval aanwezig is als volk evengoed als een gewoon burger: of meer moeten werken, óf minder moe ten verteren en anders worden we heel gewoon elk jaar armer, totdat ook ons crediet verdwenen is en dan zou het zelfs niet meer mogelijk zijn om daarmede door te gaan. Maar ook dat dient alweer goed te worden begrepen. Want volks-rijkdom is niet betzelfde als volkswelvaart; zegt alleen dat er één van de voorwaarden daarvoor aan wezig is en zegt zeker niet dat ieder van dien rijkdom zijn aandeel ontvangt Alles hangt daarbij af of er een zoo danige verdeeling plaats vindt, dat ieder een redelijke gelegenheid heeft 'n zekere mate van welstand te bereiken. Zoo is het ook bij een algemeene ver arming, waarbij een zoodanige verdee ling van lasten moet plaats vinden, dat niet de een alles, de ander niets ont beren moet. En zeker zou het ongeoor loofd zijn, zonder zeer groote noodza kelijkheid, lasten te leggen op hen die reeds nu in kommervolle omstandighe den verkeeren. Of we willen of niet, we'zullen met verschillende economische factoren hebben rekening te houden; maar juist daarom is het noodig dat er getracht wordt daarvan een duidelijke voorstel ling te geven en dat door hen die daarvoor in de gelegenheid zijn het voorbeeld wordt gegeven om overeen komstig hetgeen men voorstelt ook te willen handelen. Het is niet aan mij om aan onze ar beidersorganisaties voor te schrijven wat zij op hunne vergaderingen zullen behandelen, maar nuttig lijkt het mij toch wel, dat zij probeeren op die ver gaderingen het algemeen economisch inzicht wat te verruimen. Want het is niet hetzelfde of men gedwongen door de macht der feiten én met wrok i.n bet hart tot iets over gaat, dan wel door de overtuiging, dat we aan die feiten op dit moment niets veranderen kunnen en ze dus hebben- te aanvaarden. Als dan voor het bezoeken van de vergaderingen eens wat meer animo zou ontstaan dan nu in sommige plaat sen het geval is, waren we in elk geval al een heel eind vooruit en kan er naar gestreefd worden, waar mogelijk, te ver beteren wat te verbeteren valt al zal 't nu juist niet meevallen om de interna tionale verhoudingen, waarvan ook wij de dupe zijn, te verwringen. A. J. LOERAKKER. ONGEREGELDHEDEN TE KON- STANTIN OPEL. Bij de betoogingen te Konstantinopel laagde een groep van 300 personen er in in de wijk Pera door te dringen, waar de ruiten en uithangborden van winkels zonder onderscheid van natio naliteit werden stukgeslagen. De opperbevelhebber der geallieerde troepen publiceert een mededeeling, waarin gezegd wordt, dat de betoogiu- gen_ onmiddellijk moeten ophouden en de inwoners zich na het invallen der duisternis niet op straat mogen be geven. Indien aan een en ander geen gevolg wordt gegeven, zal de krijgswet moeten worden toegepast. Volgens een bericht van den ,Ti- mes"-correspondent te Konstantinopel, meegedeeld door R. B. D. werden er ruiten ingegooid bij de Roemeensche le K'Vic, van het huis der Grieksehe mili- een volk evenmin als een gewoon J.ta're missie, van het Fransche postkan "r-toor, het „Crédit Lyonnais" en van de eetzaal der Fransche officieren in het Bristolhotel. ONLUSTEN TE KATTOWITZ. Naar aanleiding van de voorvallen der laatste dagen hebben de autoritei ten zich tot den Poolschen minister raad gewend met het verzoek in en kele gedeelten der wojwodschap bui tengewone rechtbanken in te stellen. Ieder die wordt betrapt op openbare rustverstoring, roof, diefstal, afpersing of brandstichting zal den volgenden dag worden gevonnist. Een door zulk een rechtbank uitgesproken vonnis be hoeft niet te worden bekrachtigd en moet binnen 24 uur worden voltrok ken. De ongeregeldheden zijn naar Bis marck Hutte overgeslagen. Toen het personeel vernam, dat de loonen in Poolsehe valuta zouden worden uitbe taald, werden bedrijfsvergaderingen bijeengeroepen, waarin de uitbetaling van het loon in Poolsch geld van de hand gewezen werd. Zij trokken naar de villa van den di recteur der Bismark-Hutte, Kallenborn, die zwaar mishandeld werd. Toen de politie hem wilde bevrijden, werd zij door de demonstranten ontwapend. Tenslotte moest een afdeeling infan terie met twee machinegeweren aan rukken om de menscbenmenigte voor het directtiegebouw uiteen te jagen. Uit een tuin werd met steenen naar de militairen geworpen, waarop de com mandant bevel gaf op de menigte te schieten. De machinegeweren begonnen te knetteren, en binnen enkele minuten was het plein voor het directiegebouw gezuiverd. Acht gedoode arbeiders, één gedoode politiebeambte en een groot aantal zwaar- en lichtgewonden bleven liggen. Men overweegt de af kondiging van den staat van beleg over Bismarck Hutte. Het bedrijf staat volkomen stil. DE IERSCHE KWESTIE. Een verklaring van Cosgrave. In een uitvoerige verklaring om trent de politiek der regeering zeide de minister-president Cosgrave in de Dail Eireann ten aanzien van de vre- deskwestie, dat de vrede grondwettig moet zjjn. Geen gewapende oppositie kan worden geduld en de vrede met Engeland moet worden gehandhaafd op den grondslag van het verdrag. Een tegenspraak. Het ministerie van Koloniën spreekt de bewering tegen, dat de Britsche regeering een overeenkomst met de Iersche regeering heeft getroffen, vol gens welke eerstgenoemde de schade zou betalen, voortvloeiend uit den ler- schen burgeroorlog. Een overwinning van de regeering. De Iersche voorloopige regeering behaalde haar eerste overwinning in de Dail, die met 51 tegen 17 stemmen een resolutie verwierp, welke was in gediend door de Arbeiderspartij ten aaazien van de poststaking en. de ver klaring, van den minister van binnen- landsche zaken, behelzend dat de re geering het stakingsrecht der ambtena ren niet erkende, afkeurde. FRANKRIJK EN DE DUITSCH-BEL- GJSCHE ONDERHANDELINGEN. De Fransche regeering onthoudt zich er van, haar oordeel aan Brussel ken baar te maken over de jongste som maties van België aan de Duitsche re geering, maar daar het voor de hand ligt, dat deze sommaties zonder prac tised resultaat zullen blijven, is reeds een besluit genomen. De Fransche gedelegeerde zal aan de Commissie van Herstel vragen te constateeren, dat Duitschland in ge breke is gebleven. Men is er zeker van, dat de Duitsche regeering wist, dat dit onvermijdelijk was en zich er bij heeft neergelegd. DE MOORD TE OBERCASSEL. Niettegenstaande ook van Belgische zijde thans is geconstateerd, dat er aan Dujtsche zijde geen schuld was bij den moord op de twee Belgische soldaten te Obercassel, hebben de bezettingsau toriteiten de verkeersvoorschriften op nieuw aanzienlijk verscherpt. In Ober cassel moeten de bewoners tusschen 8 uur 's avonds en 6 uur 's morgens af zonderlijk loopen en het trottoir ver laten en op 2 meter afstand daarvan blijven, zoodra ze op 25 meter afstand een militair persoon of op 50 meter af stand een wachtpost zien. Deze bepa ling trad gisteren in werking en geldt tot 30 September. BELGIë EN DE DUITSCHE SCHA DEVERGOEDING. Jasper, Belgisch minister van bui- tenlandsche zaken, heeft gisterenmor gen den Duitschen zaakgelastigde uit- genoodigd aan zijn regeering de som matie van de Belgische regeering ter keimis te brengen, overeenkomstig het besluit van 31 Augustus. Daarop seinde Landsberg naar Ber lijn, dat België wensebt dat de Duit sche regeering zich vóór 15 September verbindt om in een door de Belgische regeering daartoe aangewezen bank, vermoedelijk de Nationale Bank, 100 millioen goudmark te deponeeren, als waarborg voor de stortingen van Au gustus en September. DE HULPACTIE VOOR OOSTEN RIJK. Volgens de „Prager Presse" belooft de hulpactie van den Volkenbond ter leniging van den nood in Oostenrijk veel succes. Oostenrijk, zoo wordt gezegd, heeft ongeveer 60 millioen dollar noodig. Het is waarschijnlijk, dat deze som wordt bijeengebracht, te meer daar ver schillende staten daartoe zullen bijdra- Dat een dergelijk besluit in betrek kelijk korten tijd kon worden verwe zenlijkt, is het beste bewijs voor de practische beteekenis van den Volken bond. Tsjeeho-Slowakije zal natuurlijk zijn aandeel op zich nemen, maar het kan natuurlijk geen'speciale offers brengen welke die der andere Staten zouden overtreffen. DE STRIJD IN KLEIN-AZIë. Uit Smyrna wordt gemeld dat Moe- stafa Kemal pasja aldaar is aangeko men In een aan de Quai d'Orsay overkan digde nota verklaart de Britsche regee ring, dat zjj rekent op de hulp harer geallieerden .om de verdediging van Konstantinopel en het schiereiland Gallipoli te verzekeren. Wat de oplos sing der dringende kwesties betreft, welke een militair karakter hebben, stelt zij voor deze voor het oogenblik aan de zorg der hooge geallieerde commissarissen te Konstantinopel toe te vertrouwen. In antwoord op een verzoek van den aartsbisschop van Smyrna beeft de Paus order gegeven onverwijld be langrijke bedragen te zenden om de vluchtelingen en slachtoffers van de krijgsverrichtingen in Anatolië te steunen. Uit Athene wordt gemeld dat. de Grieksehe troepentransporten uit Smyr na zonder noemenswaardige inciden ten worden voortgezet. De troepen wor den hetzij in Piraeus hetzij op het eiland Paros of de Peloponesische ha vens ontscheept. Vier lichtingen zijn met verlof ge gaan. De reservisten worden afgedankt DE CONFERENTIE VAN VENETIë. Reeds is gemeld dat het Britsche mi nisterie van buitenlandsche zaken aan de Italiaansche fleering heeft mede gedeeld dat het een conferentie te Ve netië niet geschikt acht, doch het drin gend noodzakelijk oordeelt een groote intergeallieerde conferentie bijeen te roepen om het algemeene vraagstuk van den vrede in het Naburige Oosten te behandelen. Thans meldt het Stefani Ag. dat de Fransche regeering op de Italiaansche uitnoodiging heeft geantwoord, dat zij haar volkomen instemming met het denkbeeld betuigt, doch het aan de goedkeuring der Grieksehe regeering ondergeschikt maakt. De Shipping Board heeft bet bod van 750.000 dollars voor 226 van zijn houten schepen, welke gedurende den oorlog zijn gebot, wd voor den prijs van 300 millioen dollars, aanvaard. Uit Belgrado, wordt gemeld, dat aldaar een Tsjeeho-Slowaaksohe depu tatie is aangekomen, om over het slui ten van een nieuw economisch verdrag te onderhandelen. De besprekingen zijn reeds begonnen. De zetel van den Volkenbond zal waarschijnlijk definitief te Genève ge vestigd blijven, daar Zwitserland den Bond terreinen voor den bouw van de noodige lokaliteiten beschikbaar heeft gesteld. Lloyd George gaat de volgende week naar Genève en zal in de Verga dering van den Volk ïbond waarschijn lijk een politieke verklaring afleggen. Het uitvoerend comité van het Arabische congres besloot in Palestina de algemeene staking af te kondigen als protest tegen de constitutie en te gen het politieke mandaat over Pales tina, dat gisteren officieel werd afge kondigd. Te Jekaterinoslaf zijn 52 aanhan gers van de Petljoera-beweging ter dood veroordeeld. Volgens berichten in de bladen, hebben te Rome botsingen plaats ge had tusschen fascisten en Jong-Katho- lieken die in gesloten gelederen terug keerden van een plechtigheid in het Vatieaan. De politie joeg de demon stranten uiteen. De bladen laken in krasse be woordingen het gedrag van de paket- boot „San Marino", die in den Atlan- tischen Oceaan zestien passagiers van boord zou hebben gezet, van wie er zes verdwenen, onder voorwendsel, dat zij ongewensebte personen waren. De „Times" meldt, dat ten gevol ge van den nieuwen toestand, gescha pen door de Wemalistischo overwinnin gen, versterkingen van Britsche en In dische troepen naar Mesopotamië zijn gezonden. De staking van koelhuisarbeiders van Smithfield is geëindigd. Het T.-S. pei**reau deelt mede, dat Benes en Schanzer binnenkort te Genève een bijeenkomst zullen hebben. De Grieksehe kroonprins is uit Boekarest te Athene teruggekeerd. Volgens een radiogram uit Berlijn worden te Athene omvangrijke orde maatregelen genomen. Alle betoogin gen en vergaderingen zijn verboden, alle schouwburgen en bioscopen ge sloten De echtgenoote van den gevan gen genomen Griekschen opperbevel hebber Trikoepis heeft een telegram ontvangen,'meldend, dat haar echtge noot en andere opperofficieren hot heel goed maken. De overwinning der Kemalisten op de Grieken is in de Aja Sofia te Konstantinopel door een dankdienst ge vierd. Daaraan namen 70.000 personeD deel, waarvan 20.000 in de moskee Ook de Turksche kroonprins was aam wezig. „II Mondo" verneemt uit Vieova- ro dat bij een militaire manoeuvre een bom is gesprongen, waardoor een kor poraal en twee artilleristen werden ge dood. Twee andere soldaten werden gewond. De „Idea Nazionale" meldt, Jat Oabriele D'Annunzio thans geheel her steld is. Hij is bezig met de voorberei ding van een boek over de politieke gebeurtenissen in Italië. Uit Constantino. 1 wordt gemeld, dat de Kemalisten in Chionen bij Van- dorma alle Grieksehe ambtenaren van de tabaksregie hebben vpmioord. DE KONINGIN IN ZWEDEN Bij een maaltijd ten paleize hoeft koning Gustaaf de volgende rede uit gesproken: Majesteit. Het is heden de eerste maal in Zweden's historie, dat het 't voorreen! en het genoegen heeft in zijn hoofdstad een souverein uit Ne derland te begroeten. Het v©rheugl mij uiting te geven aan de vreugde welke de koningin en ik ondervinden Uwe Majesteit hier te ontvangen, vergezeld van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins der Nederlanden, en U hartelijk welkom le hceten. Ik had mij voorge leid in het afgeloopen voorjaar Uwe Majesteit in haar hoofdstad te bezoe ken, doch het zware verlies, hetwelk Uwe Majesteit heeft geleden, heeft mij niet veroorloofd toen aan dit voor nemen gevolg te ge ven Wij zijn dan ook dubbel getroffen door het bezoek, dat Uwe Majesteit ons thans wil brengen, en dal ons in het bizonder dierbaar is wegens de banden van bloedverwantschap, welke ons beide Huizen verbinden Nederland en Zweden hebhen vele herinneringen gemaan. Meer dan ©ens in den loop der afgeloopen eeuw©n hebben beide landen de>z©Ifde aspira ties gehaa en naar hetzelfde do©l ge- streefa. In 7weden evenals in Neder land wordt de nagedachtenis van den grooten Hugo Grotius geëerd als die van een der stichters van het Volken recht Deze herinneringen h.ebb©n in de harten der Zweden oprechte gevoelens van verwantschap achtergelaten. He den nog bestaat er tusschen onze bei de landen een gemeenschap van be langen en aspiraties, en een overeen stemming in hun standpunt ten op zichte van de moeilijkheden van den huidigen toestand, welke de hartelijk heid der wederzijdsche betrekkin" 't slechts versterken kan. Deze gem en- schap brengt hen er levens toe naar een wederzydscnen steun te vor een en ten einae de bescherming hunner be langen, welke zoo geheel ov©i eukom- stig zijn met alles, wal (o-i hei nanet- haven van den vrede en hel uil dan weg ruimen van geschillen tusschen de volken kan bijdragen, krachtiger te verzekeren. Wat mij zelf betreft, heb ik in de ernstige lijden, die wij zoo juisi lub ben doorgemaakt en welker ge vólgen nog op de geheele wereld drukken, getracht een dergelijke sai iw rkiiig te verwezenlijken, en ik scil©p er e hagen in om in het bezoek van u Majesteit de getuigenis te zieil rtad e denkbeelden door llaar word: 11 ge deeld. Met aeze gevoelens het ik" ru n s ai tg Mass ra M ptiH (Naar een Enqelsche vertelling). 17. Ik verontschuldigde mij, dat ik niet meer wijn dronk, door te zeggen dat ik geen tijd meer over had, voor mijn vertrek, en ik liet vrouw Ray alleen. Ik ging in mijne kamer het weinige mpakken wat ik voor mijn kort verblijf in de stad noodig had, en daarna bleef mij nog slechts een kwartier over. eer ik Nettlewood verlaten zou. Het was een donkere nacht, maar de herren stonden helder aan den hemel, ik kon ze van uit het venster mijner ka mer, in het diepe, donkere meer zien -temtieren. Ik spoedde mij naar bene den en ontmoette Letty onder aan den trap. Mw W,aS het antwoord. Kom ami mo'Jpr r Ci en laat de zaal lk volgde haar in de achterkamer; ik zag bij het licht dat op de tafel stond, waarover zij zich heenboog om de drui pende kaars te snuiten, dat hare oogen rood geweend waren. Wel, Letty, zeide ik, die plotselin- m„TeraJl infien hebben een verschil- wi Uu erkKel °P ons allen; maar ik hadjrehoopt u gelukkiger te zien. oe„ i u' antwoordde zij, met een kwijnenden glimlach Ik heb u voorspeld, dat er heldere dagen voor u zullen aanbreken; ik ge loof dit thans meer dan ooit. Alles is zoo duister rond mij heen murmelde zij; ik zie niet van waar het licht komen zou. Ik hob vandaag eene tijding vernomen, eer dat uw nieuws tot mij kwam, en waardoor elke licht straal voor mij is uitgedoofd. Op dit oogenblik kwam Jabez bin nen. De veerboot ligt gereed, mijnheer Gear, zeide hij. Mevrouw van het kas teel en hare dienstmeid zijn hier, en, voegde hij er bij, terwijl hij over zijn schouder keek, als ik niet droom, is Zotte Wenford er ook bij.' X. Allen traden de achterkamer van het Yeerhuis binnen, Mevrouw Zitman en mijnheer Wen- ford waren het eerste, en de dienst meid kwam achteraan. Wenford zag mij aan met een zonder lingen verslagen blik, en deed zelfs de moeite niet, mij te groeten. Mevrouw Zitman vergat alle welvoeg lijkheid en ijlde mij te gemoet. Waarom zou zij zich ook voor de lieden van Nettlewood moeten schamen. Ik heb weer allerlei sombere voor gevoelens, Canut, zeide zij; ik ben hier gekomen om u te vragen, dat gij mij niet verlaten zoudt. Ik geloof dat verschillende rede nen onze scheiding noodzakelijk maken Mary; wij moeten ons ditmaal door geen kinderachtige gedachten laten be heerschen. Zij liet zich door mij overtuigen. Welnu, als het dan toch zoo zijn ardwoo.rdde z;j met eenen zucht. Wenford ging door de kamer heen naar den schoorsteenmantel, waartegen hij met zijn reusachtige gestalte leunde en hield van daar onze ontmoeting in het oog. De rand van zijn langen mantel sleep te door de assche van den haard. Janet zette zich op eenen stoel bij de dftlir. Mijnheer Wenford zal dezen nacht met u het veer overvaren. Canut, zei Mary; hij zegt, voor dringende za ken naar Londen te moeten reizen. Weet hij dat wij verloofd zijn? vroeg ik. Ja., hij heeft er van gesproken, ik hoop niet dat gij mij achterhoudend zult vinden, als ik u thans voor de eer ste maal zeg, dat hij mij vroeger ten huwelijk heeft gevraagd? Hij heeft het mij zelf verteld, ant woordde ik. Ik geloof, fluisterde zij, dat hij mij beminde op de woeste manier die hem eigen is, en dat het hem geruimen tijd smartte dat ik hem geen wederliefde schenken kon. Hij is heden avond weer op dat voorwerp teruggekomen en heeft mij mijn keuze verweten. Als hij onbeleefd jegens u is, beste Canut, neem dan om mijnentwille de oorzaak daarvan in aanmerking. O, zeker. Ik geloof dat ik hem tot bedaren heb gebracht. Hij is van avond heel zachtaardig. De klok op de landingsplaats sloeg zes ure. Jabez, die zich verwijderd had, toen er gezelschap kwam, keerde nu terug. Ik heb het rijtuigje aam den over kant van het veer zien staan, mijnheer Gear, zeide hij. Zorg voor mijn paard, bromde Wenford, ik neem het mee, want ik moet een lange reis doen. Heel goed, mijnheer; het is al in de veerboot. O. Canut, vergeet mij niet in uwe afwezigheid, smeekte Mary Zitman, ter wijl zij mij de handen drukte; herinner u mijn eenzaam huis en mijn eentonig leven, totdat gij weer leven en vreug de terugbrengt. Uw leven is kostbaar, beste; wees om mijnentwille voorzich tig. Als ik u verlies zal ik er van ster- venl riep zij uit. Kunt gij denken dat ik u zal ver geten, liefste? Zou ik niet eerder de te rugkomst van uwen broeder, en zijne pogingen om u, in zijn belang, tot an dere gedachten over te halen, moeten vreezen? Ik zal niets aanhooren dat mijn gelukkige toekomst zou kunnen be dreigen. Hij heeft geluk gekend mij was dit tot nu toe geweigerd. Welnu, ik stel ook maar eene waar schuwing tegenover de uwe, Mary. Wil len wii nu afscheid nemen? Zij hief haar gelaat naar n Ij o ah een vertrouwend liefhebbend kind. zou der op de omstaanders te letten. Toen ik hare bevende lippen kuste, zag ik tranen in hare oogen zwil'rn Dij de ge. dachte aan onze scheiding. Wee ord stampvoette zoodat wij er beiden var ontstelden. Zijt gij gereed, mijnheer Gear? Dt veerboot wacht u. lk ben gereed, mijnheer. De sombere uitdrukking van Wen ford's gelaat trof mij onaangenaam. Eensklaps herinnerde ik mij al zijne vorige bedreigingen. Mevrouw Zitman, die hem onafgebroken in liet oog had gehouden, greep miji. n arm met beide handen vast, maar verli mij een oogenblik later, als door t,e invallen, de gedachte gedreven, en reikte hem de hand. Vaarwel, mijnheer Wonford. Ik wensch u een goede on voorspoedige reis. Hij boog zeer ernstig en plechtig he* hoofd maar antwoordde niet. (WDrat vervolgt!).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1922 | | pagina 1