sspwegs S?8VI^sCF^S^S p^t/s »F*|* K*ra3 TP7 'tfiMfp n i- a.o n? .r l?i Zi<Sa Ij tl S r+ Q, j?"j3 JU g-r, ft g m Hr 1 I f£ 3 I ft gs- O-re "5 ri tn a U K ^b.K.n n> gv :^>9!j:1_, nS-'^ Sl- S-g^JS ÊT'XJ COju 2.3 Sf r-qT ag-E.^ 1 T 1 <D 1 W *0 ..ajp. 3a. |3?>S-p to - ft p»j!l". S"® >^>ro ^^^qoI" -D' P"" ft s rt> $r? ut 2"' - liT^^ P-* --T P^Sfejpi sjf Bg»ffg.-5 i33 S-tnrrft 5,9 J tn„ S»«¥gZ"0 «.g- ft 2.- -1 fT* t~» T g>« ft S-CO?,p ft to 5 gwre 00 S~* ft >7 rt> «3 ■3 3 s- ft 5. £r "~?w >s -. ft 3?3i ft S T o- n a. |-»7S 3 ffi" A ©,g ca> W PiT J» ft Ö"Ct.~ 60 *-•> CU f° ft -OOQ 8 4 f °ft JO CO I J 1 I CO 00 O O cnj to 00 O* Oh O* N* 00 00 CJ> Cb PCW CO 00 O M c P* O CO CO O c* b* to hebben of we' bij war waanzinnig te ge'ooven verdenkt u mil een 'euge u met meer baten maar bovendien - ik Plotseling wierp hii zich opnieuw naar en bedr epe, ie ziin 3Cj]t u niet n staat tot zuik een „aghar met gevouwen handen smeekend aan Neen k vraas -/echts bewiizen tigheid nu u d't werk hebt begonnen de voeten van Made eine dat ,s mnn bocht en k waarschuwe zult u het ook when voitoo.en Vergiflenis vergee mi; ai het eed voor de strai waaraan ei u blootstelt Niemanu neett mn hiertoe eedwon da k u heb ve oo zaakt u die mi als u de ustit.e zou w den bedr egen gen ik heb aiie gevoigen overwogen soovee weidaden bewezen hebt V. ees iia,, hln,, voorstel en dat k mij en deze weerhouden mij niet gezegenu voor uw edelmoedigheid ik kom aank apen zondei dat het waar >s Nu dan moet u ook die gevolgen had mij zen vroeger moeten aank,a dat" ^ou komen°om u te zeggenStee wdlen zond r welke uw stap vergeefsch gen om Gilbert de Marsan te redden en mij in de niaam van dien man die tot en zelfs gevaarlijk zou z'Jn Sok u zelf maar kor met ,k zou mijn de gmelen verooJdee.d s Zeker Ais k mi, beschuldig is het vader daarmee gedood hebben Nu Ik veronderste niets maar ik geloof om de plaats van den onscbu dig ver hij dood Nu is het uur van herste van ook niets zonder bewiizen hernam de 00^dee'° 'Lvinie'Tkeek verbaasd on onrecht gekomen Vrees niet dat k m rechter onverzettelijk Zeg mij eerst De heer Savinier keek verbaasd op mijn pucht te kort za schieten ik waarom u w* ang gewacht hebt met u b j deze eenvoud^ige en duidelijke ver i>en U de grootste dankbaarhe'd schut aan te klagen a's u werkeli k schuldig k ^rjn8 1 oen e 7 u? J dig u bent ops in onzen nood te hulp ben Waarom hebt u Gilbert de Marsan bleekheid en he e endig uitzicht van gekomen u hebt ons uit onze ellende eerst aten veroord ei en Landry bemerkte werd hij door mede getrokken U hebt mijn armen vader Om mijn vader die mijn gevangen lijden bewogen in de matste dagen zijns evens getroost neming niet zou oveneefd hebben en Gaat u zuten. zei nij en wees hem en opgebeurd Nu s het tijd dat k u die door een zware ziekte zijn evens een stoei aan het goed terug geel dat u mij gedaan onderhoud met kon verdienen Boven- De ongelukkige liet zich dit geen hebt want k gevoe he rnifn einde dien had k toen net dezedde reden tweemaal zeggen Hij tbas de uitput is nabij Vrees met dat k za .trachtten om mii aan te k agen Gilbert de Mar ting nabij maar bestreed die met ai de te vluchten dat zou een aagheid zijn san is mii per ooniijk onbekend kracht van zijn ziel. Jk zai Gilbert de Marsan edden door ..En waarom doet u het dan nu De rechter begreep dit De houding mij zelf Over te everen ..Mijn vader s gestorven na den van Landry .boezemde hem we)wi|lend- De ïonge man was op de knieën blij laatsten tijd van zijn even ondersteund heid in en vergat hij niet dat hij wei Ven ïggen voor de voeten van Made en getroost te zijn door een ong rneis- icht een moordenaar voor zi h had hij Ie me dia hem aanhoorde bieek ais een ie een engei wie wij de grootste dank wilde hem geheel aanhoo:en voor hij loode en onbeweegdjk ais een beeid baarheid schuldig zijn en die vreeselijk hem veroordeelde Plotseling stond Landry op naderde ijdt onder de veroordee'ing van Gilbert V3t moed en vertel mij uw het bed boog zich over den doode en de Marsan dien zij bemmt en door wien geschiedenis vrijmoedig. Sla mets over bedekte dien gelaat met kussen en zij bemind wordt' wat de zaak kan ophelderen en uzult tranen als tot een afscheid Juist' dacht de heer Savm.er. u ve dienste lijk maken voor de justj- Vervoigens keerde hij zich snel om kijk hij wordt sentimenteel Het tie hoe chuidig u ook moogt zijn. t»n met de hand uitgestrekt nep hij met spreekwoord blijkt weer waar te zijn Landry begon met een doffe stem, een stem die door aandoening bijna .Cherchez ia femme die gaandeweg helderder werd maar verstikt was Ik ga mij aan de Justi- Glimlachend over de npïve bewonde- telekens weer verzwakte Hij drukte zich tie overleveren Vergeef mij en bid ring van Landry voor de jeugdige wel- e nvoudig uit als wilde hij slechts de Voor mij.' doenster zijns vaders begon de rechter waarheid openbaren zonder omwegen. Hij schoof Marie Jacquet ter zijde toch belang te stellen in zijn yerklarin- Hij verhaalde ;__,,Door vlijt en spaar- snelde de deur uit de trao af en was op gen. zaamheid had mijn vader in het zweet de straat vóór de aanwezigen van hun Op bemoedigenden toon en om de zijns aanschijns een fortuin verworven. Verbazing en ontsteltenis bekomen wa- hoogmoed en de ijdelheid welke hij bij dat hem in staat stelde behoorlijk te le- ïftjj di§n man veronderstelde te vleien her- ven. Ongelukkig maakte hij kennis XXVII. nam hij goedkeurend ,Als het waar is met Géroux die toen vaak in Marseil- wat u zegt wensch ik u geluk met uw Ie kwam waar hij zaken dè d voor Nog geen half uur later was Pierre edelmoedig besluit. Zeker het was een rekening van Mochelier Géroux was Landzy reeds binnengebracht in het plicht maar het ts toch verdienstelijk geslepen listig en doortrapt boosaardig, kabinet van een procureur der republiek een einde te maken aan een wreed on- Hij won het vertrouwen van mijn vader den heer Savinier een nog ong maar recht en het stilzwijgen te verbreken die in verschillende ondernemingen taien'VQi rechtsgeleerde wien een om een onschuldige te redden Dat ver- deelnam waarin Géroux hem yoordeé- schit erende toekomst wachtte dient lof en dezen zal niemand u ont- len had voorgespiegeld Landry was bleek hij wankelde onder houden Het is tot zekere hoogte een Deze voprdeelen wist hijhemookte. zenuwachtige overspanning en zege- herstelling van het gedane kwaad en verschaffen en herP Z°o to verleiden vierde slechts met moeite over zijn wijst op berouw dat de grootste zon- zioh geheej op dien gevaarlijken weg lichamelijke zwakte Niettemin scheen den kan uitwisschen te wagen kij niet van besluit veranderd te zijn Een donkere blos versehèefi' op het De gevqlgen bleven niet ui Mijn va- Want vrij kaun sprak hij.Mijnheer bleek gelaat van Landry De rechter der leed zware verli zen Om hem sc|ra ïk kom ofschoon zeer laat een einde hield dit voor trots en hoogmoed die deloos te stellen belastte Gérotix zich maken aan een rechterlijke dwaling men vindt bij groot en klein arm en rijk er mee mij een meer winstgevende be waarvan'n eerlijk man't slachtoffer is." zoowe bij den mi dadiger als bij den trekking te bezorgen dap ik te Marseii Deza vreemdsoortige inleiding vorst bad. Zoo kwam ik als kassier aan de ccheen den rechter niet bizonder te Hij vergiste zich echter en bemerkte Succursale van de bank Mochelier te Verrassen oi te verbazen Hij was aan spoedig zijn vergissing Lyil?' zulke onverwachte, vreemde zaken ge- „Berouw herhaalde Landry ironisch Géroux gipg voort mijn vad'r te Voon.' „Ja zeker berouw dat heeft U toch plunderen die zijn listige raadgevingen Hij verg noegde zich den spreker zeker hiertoe gebracht opvolgde om zijn verliezen te herstellen «Sherp aan te zien en maakte zich „Neen alleen dankbaarheid' Ik wil en na eenjg jaren was zijn fortuin ovqr- npoadig een idee van den persoon di,en dat de beschermstet van mijn vader gegaan in den zak van Anselme Gé hü voor zich had in Staat tot veel goed gelukkig wordt en dit is onmogelijk roux n hij zelf totaal geruïneerd Mijn «m veel kwaad naar de omstandigheden zoolang de dwaling der justitie voort- vader ve weet hem de schuld daarvan hem er toe brachten, duurt „Spreek vrij uit ik luister," zei hij „U betreurt dus uw misdaad niet toen op weiwillenden toon „Is u er zeker van dat het een mis- Welnu u herinnert U zeker den ge- daad was heimzinnigen moord op zekeren An- „Wat Dat is toch niet twijfelachtig?" seime Géroux die dood gevonden is „Er zijn men chen róó slecht dat men van de afgebroken betrekkingen. Gé- ©p een eenzaam piein in Louville de wereld een dienst bewijst met hen roux wilde zi h wreken ove deze ver- „Jawei.' antwoordde de rechter te doen verdwijnen'" wij en en de ingediende klacht en hij ijüjn moordenaar !S kort geleden ver- ..Is het over wijlen Anselme Géroux zwoer niets te zullen nalaten om ons in oordeeïd. Het was iemand van goeden dat u met zulk een diepen haat spreekt? het verderf te storten «tand Gilbert de'Marsan.' „Zeker en ik haat hem nog Hij heeft Dezen eed bleet hij maar al te getrouw „Deze man is niet schuldig!" niets nagelaten om mijn vader zedelijk Hij wist bij Mochelier mijn ontslag te „Hoe weet u dat te vermoorden zoodat ik hem uit hewerken en of ik bij dezen protesteer „Dat weet ik heei goed want ik ben wraak heb gedood de het baatte mij niets. In mijn veront het die Anseime Géroux gedo'od heb Hij was zeker veel wreeder wan® waardiging verklaarde ik aan Mochejier Deze verklaring deed den rechter de doodstrijd van mijn vader heeft ja- in tegenwoordigheid van zijn zoon Fer- toch opzien ofschoon hij gewoon ren geduurd en de zijne was kort ik nand, dat ik mij vroeg of laai op Gé- was vreemde dingen te hooren deze heb hem in het hart getroffen." roux wreken zou en door wo de meega bekentenis verraste hem door haar ,Maar zeg mij dan toch hoe die we- sleept voegde ik er bij dat hij ook geen duidelijkheid en door de vrijmoedigheid derkeerige vijandschap ontstaan is eerlijk man kon zijn wijl hij mat zulk waarmede zij geheel vrijwillig werd uit- die u tot zulke misdadige bu'tensporig- een schurk in verbinding stond ïerproken. Hij verborg zijn verrassing heden gebracht heelt De bankier stoof op en wilde mij te ©n sprak op strengen toon ,,U begrijpt ,0 dat is misschien te lang om te lijf Zijn zoon Fernand dreigde mij te dat ik dat zoo maar niet kan aannemen verhalen Dan zou ik u al onze rampen slaan maar ik weerhield hem en deed Ik herhaa mijnheer en ik bevestig moeten vertellen." hem op zijn plaats blijven, dat Gilbert de Marsan onschuldig is De rechter fronste het voorhoofd en „Als u mij .aanraakt wee u dan dat k het ben die Anselme Géroux haastte zich te antwoorden „Als u riep ik en trok.een revolver die ik op gedcod heb uw w»rk van -onrxbt t h rstellen ge hen richtte Mochelier beval zijn zoon .-.Het is niet genoeg dat te zeggen of heei wilt vo'voeren zij het danaofete. zich kalm te houden en zond ntij weg te bevestigen u moet bewijzen er van elfder ure dan is het noodzakelijk lk begr?ep dat de bankier ge.en cucht gayen. mij afle bizonde heden te doen kennen, baarheid aan deze zaak w>ide„geven Dus als ik mijzelf beschuldig; als Wat u gezegd hebt s slechts tot zekere uit vrees dat men ZO" ait hoe ik mij vrijwillig aanklaag, weigert u mii hoogte voldoende Een herroeping zou hij m de zv/endelar-. Van Gérou - be trokken was Dat was ook het gevoelen van mijn vader die mij over mijn op treden berispte. Je rechter uisterde aandachtig en begon d zaak o- begrijpen Ook zag hij n dat Pierre Landry zich volkomer bewust was van zijn dad n en een goed geheugen had .Hoevee tijd is er verloopen tus- schen uw twist met Géroux en den dood van dezen Meer dan twee iaren. Ik dacht er eerst net over mijn bedreigingen uit te voeren Daartoe heb ik eerst later besloten. Het was mij ni t mogelijk een betrek king t krijgen. Overal bijna werd ik, na ingewonnen informaties afgewezen en waa ik werd aangenomen volgde na eenige dagen een ontslag zonder opga ve van redenen Blijkbaar vervolgde mij de haat van Géroux en niet minder de gekw tste trots van een machtig bankier. Slot volgt. te zijn en drejgde hem te d en vervolgen Er zijn echter misd ijven waarop de wet geen vat heeft en waartegen de slachtoffers machteloos zijn Volslagen vijandschap was het gevolg Osjd®]? vfllsche vlag. Jaap, wi je me een plezier doen, vroeg mijn neef Jacob Randwijk op zekeren namiddag, mijn kamer bin nenstuivende „Dat hangt ervan af,1' gat ik ten antwoord. „Waarvan „Van wat het is." „O, 't heeft niets met geld uit te staan. Je hoeft niet bang t zijn." „Ik ben ook niet bang," hernam ik. „Je bent verstandig genoeg om te we ten dat je niet bij me behoeft te komen om iets wat ik niet heb Als ik op je andere manier van diens kan zijn, met genoegen. Wat' is er „Wel, de zaak is..Mag ik een si gaar nemen „Natuurlijk." „Mijn oudoom, de heer Petrus van Lummel „Wat Was hij soms mijn oom ook niet." mompelde ik. Is kort geleden in Sarna ang gestorven. Hij was eigenlijk geen oud- ohm van me, maar dat doet er niet toe. Ik heb hem altijd oom genoemd, en nu heeft hij me bij testament vijf tig duizepd gulden nagelaten Jaap RandwijkDa meen je toch niet „Zeker wel. Aan mij en een verrs achternicht van hem, Alice Potters, op voorwaarde dat wij binnen drie maan den na zijn dood samen gqtrouwd zijn, d w z nu nog ongeveer twee maanden. Die juffrouw Potters n ik hebben ft- kaar nooit gezien. Naar ik hoor moet zij een knap mei je zijn maar ook moet ze een eigen willetje hebben dat niet zoo mis is, en zij heeft zich ree s voorgenomen mij niet te trouwen." „Onzin 1" „Neen 't is een feit. Ik heb het van een vriendin van haarmijn nicht mevrouw Stans Mejuffrouw Potters schijnt verontwaardigd te zijn over deze poging van haar ouden suikeroom om over haqr hand te beschikken. „Je gaat haar nu natuurlijk gauw be zoeken, hè „O ik heb n'og vergeten je te zeggen, dat zij met haar familie in Batavia woont Gelukkig voor mij was zij juist op weg naar Holland om een poos bij een tan te van haar te gaan logeeren toen het bericht van haar ooms dood en van het testament haar gewerd, ander had ik misschien nog naar da Oost moeten trekken." ,Maar nu komt zij toch naar Hol land ,Zij is onderweg. £ij zal over een week arriveeren, denk ik Haar tante, mevrouw Rutten, van Zandheuvel, heeft mij geschreven en mij verzocht haar nicht van de een of andere kade te Amsterdam af te halen en haar naar een hotel te brengen, waar zij, de tan te n.l. haar zal verwachten om haar in ontvangst;te. nemen Daarna moet ;k den. volgenden dag met hen mee naar tantes villa inGelderland,Zandheu vel. en mijn best doen orn mij hij de da me of de dames aangenaam te. makea.'- e.-.p-- „Nu ik zai je voorloopig nw"" >-lici- teeren Met het vaste voornemen van dat achternichtje zai 't wei zoo n vaart niet oopen.' „Zeg dat niet zoo boud Ze heeft im mers a; van te voren besloten een hekel aan mij te hebben en mij af te wijzen „Och beste longen ie begrijpt dat is maar gekheid Hoe kan zij nu een hekel aan ie hebben vóór zij ie gezien heeft En ik zou niet weten waarom zij een heke aan e zou hebben of je afwijzen wanneer zij 'e gezien heeft," zei ik bij wijze van poging om hem de zaak smakelijk te maken, „Allemaal goed en wel Jaap," her nam mijn nee. met een zijdelingschen blik in den spiegel die zijn niet onknap gelaat1 terugkaatste. en in 't algemeen genomen zeer waar m sschien maar jij kent de macht van vrouwelijke voor- oordeeien nog niet Al wat ik doe of zeg zal in haar oogen dom en onbe houwen of dwaas zijn omdat zij nu eenmaa besloten heeft een hekei aan mij te hebben. Nu heb ik ech er een idee, en dat is dit Wij beiden hebben precies dezelfde namen zoowel voor als achternamen. Wanneer ik opgeroe pen word om deze prinses te begeleiden zal ik het bevel aan jou oyerdragen en dan zui jij me bij die gelegenheid vertegenwoordigen." „Bedoel je dat ik jou persoontje zou voorstellen dat ik moe voor geven de voor haar bestemde bruide gom te zijn „Juist." „Op m'n woord dat is nu de brutali teit ten top gedreven „Wacht een oogenblikje. Je beseft de kracht van mijn idee niet J e ontmoet dit meisje dat jou in 't minst niet aangaat en zij behandelt je met min der voorkomendheid dan je misschien verdient, aangezien ij nu eenmaal vooringenomen^ tegen den man dien mijn oom haar gekozen heeft. Maar wa gaat jou dat aan Niets. Je weet dat je geen man bent om nu al te trouwen en Alice heeft geen cent van zichzelf, behalve wat ze nu van Oo'm Petrus krijgt, 't Is een vriendendienst dien je me bewijst. J kunt er onmogelijk kwaad bij. En wanneer de jonge dame genoegzaam overtuigd is. dat haar vooroordeelen gegrond waren dan kom ik in hoogst eigen persoon over. Juist de omstandigheid dat ik niet de aange wezen persoon ben. zal maken dat zij een zekere belangstelling voor mij gaat toonen. Jij zult je dan op behoorlijken tijd terugtrekken. Zij zal jouw koelheid met mijn warmte vergelijken en ten slot te den wensch koesteren, dat ik de neef mocht zijn, met wien oom Petrus haar wou laten tróuwen. Op het juiste oogenblik maak ik mij bekend. Ver rukt en uit den droom geholpen, zal Alice mijn aanzoek terstond aanvaar den. Aldus zai het dwaz vooroordeel, dat haar romantische aard tot een on- overkomelijken hinderpaal schijnt te maken .feitelijk dienen om mijn belan gen te bevorderenik meen mij te mogen vleien dat het een aardig idee is." „Heel aardig," zei ik droogjes. „Maar het komt mïj voor dat ik in je kluchtspelletje een nogal bespottelijk figuur zal maken." „Maar beste jongen, hoe kun je zoo iets denken Bovendien je wordt zij delings de bewerker van ons geluk." „Bet mogelijk En toch...." „Kom. begin nu niet vervelend en zelfzuchtig te worden. Dat ben ik niet van je gewend. Doe me nu eens één keer een weidaad Jaap Bedenk hoe veel er voor mij op het spel staat 't Was laf van mij, dat beken ik, el lendig laf, en hoewel ik mijn levenlang steeds alles wat op bedrog geleek, als iets verfoeilijks heb beschouwd, liet ik mij door nijn neef net zoo lang vleien en bepratsn tot ik hem beloofde te doen wat hij vtrlangde. Ik zag niet in, dat uit het voorstel iets kwaads kon voortko men, norh voor d dame nooh voor mijn neef of mij. Wat mij betreft, ik zou reecb ver weg zijn vóór zij de on- schuldigt foppe ij bemerkte waarvan zij het voorwerp was geweest en naar alle waarschijnlijkheid zou ik haar nooit waderzisii. Zwak genoeg stemde ik der halve toi en beloofde hem natuurlijk, dat ik cis oomoiot niet zou yerratieh. maf" zou. uite? laten mijn handelingen "te verklaren, zoodra hii den tijd daarvoor gekomen zou achten. Een week later ontving ik van mijn n et een briefje dat met een beverige vrouwenhand geschreven en van Zand heuvel bij E. in Gelderland gedateerd was. Het briefje kwam van mevrouw Rutten de tante van juffrouw Potters. Mijn neef dat wou nu zeggen mij werd verzocht naar IJ muiden te gaan mejuffrouw Potters aan boord van de IJ dam af te halen enhaar alsdan naar het Grand Hotel in de hoofdstad te breng n alwaar mevrouw Rutten ons zou ontvangen. Er was een uitnoodiging bijgevoegd om een week of tien dagen al naar het mij gelegen kwam, op Zandheuvel te blijven iogeeren. Ik maakte mijn toebereidselen om den volgenden dag met mevrouw Rutten en haar nicht naar Gelderland te kunnen reizen en vertrok terstond naar IJ mui den. Ik kwam juist op tijd. De mail- boat lag reeds in de sluis en de sleep boot maakte zich ereed haar grootere zuster stadwaarts te trekken. Ik prong aan boo d eenige minuten later op het promenadedek. Zou zij dat zijn," vroeg ik mij af. toen mijn oog viel op een lang, slank en bizonder mooi meisje dat achter de deur van de kajuit stond. Zij wa de eenige dame die zonder 'ande gezel hap dan haar bagage scheen te reizen. Maar het leek evenmin naar dat zij naar iemand uitzag om haar af te halen. Haar donkere oogen sloegen heel bedaard de verschillende groepen'in haar omgeving gade. in weerwil van al mijn goede voor nemens begon mijn hart wat sneller te kloppen, toen de hofmeester op mijn desbetreffend vraag antwoordde „Ja mijnheer, dat is die dame, die daar bij d deur staat." Ik gaf hem mijn kaartje om het haar te brengen en bleef twee of drie pa sen achter hem. Zij keek naar het kaartje en toen naar mij. Ik boog en bemerkte dat de dame mij tot het voorwerp van een zeer koel, om niet te zeggen laatdun kend onderzoek uitkoos D t prikkelde mij. Ik. had mij voorgenomen hoogst ernstig te zijn thans nam ik een beleefd- anyerschillige houding aan. Toep wij elkaar de hand gaven, raak ten wjj elkaar ternauwernood met de toppen onzer vinger?. En toen ik vroeg, of zij een goede reis gehad had., ant woordde zij„O heel goed," en verder niets meer. Ook ik hield toen geruimén tjjd mijn mond dicht. Inmiddels had het stoombootje het mailschip op sleeptouw genomen, en wij voeren door het Noordzee-kanaal, „Zullen wij een plaatsje verderop uitzoeken," vroeg ik eindelijk- „Daar is het niet zoo vol," Zij ging werkelijk van haar plaats, maar zoo langzaam dat ik vre sde geen stoel meer te zullen vinden. „Wilt u mijn arm nemen „Dank u." „Misschien wilt u liever blijven staan tot wij inAmsterdam aankomen?" Geen (antwoord, maar ik vond nog één stoel onbezet, en zij nam zonder verdere plichtplegingen de plaats in Ik bleef in haar nabijheid staan, wachten de tot zij mij zou aanspreken. Maar wat zij ook deed, dit niet. Zij vroeg mij niet waar ik haar heen bracht en ik had het haar nog niet gezegd. Eindelijk wij waren reed de Hém- brug voorbij meende ik, dat het tijd werd haar een n ander mede te dee- len, of zij luisteren wilde of niet. Ik stak eensklaps met mijn uitleggingen van wal, en toen zij zich omkeerde om te hooren wat ik te zeggen had, stond ik een oogenblik in verwarring over haar schoonheid. Dit bracht mij eenigs- zins van de wijs.Hoe boos ik ook op haar was om haar ongemanierdheid, toch voelde ik hoe mijn pols n speller be gonnen te kloppep, toen zij 4e schit- terende öogen naqr mij richtte. Zij luisterd met dezelfde onver schilligheid ep rpet schijnbare berusting naar mijn verslag van het programma, dat haar tante, voa haa had gemaakt n toén sprak geen van ons beiden meer -"Oor wy aan de da Javakadé aanlegden." Wij réden terstondTiaar het Gfana "t oérf stéTCê Ut ftïf fret sprjt «e Hotel en vernnmen cl aai dac mevrouw dat k het zeggen moet nis een kwa* Rutten niet naar de hoofdstad geko- ongen aan Ik barstte in een schat reno men was. Zij moest wegens zware ver ge'ach uit. Maar ik geloot, dat als k in, koudheid haar kamer houden en had de volgende minuut voor strai haar beiaarde 'uffrouw van gezelschap een brandenden oven geworpen haé ,n haar piaat; gezonden: moeten worden ik evengoed zou g«- Nu de zaak zoover geloopen was, achen hebben. Ik moest nu eenmaal, kreeg <k groote lust van de geheele achen onderneming af te zien Waarom zou Wat 'uffrouw Potters betreft deze ik mij vrijwillig aan zoo'n onaangename hield haar illustrate no- steeds vóóir bejegening blootstelen? Waarom zou haar gezicht. Maar zij beefde van ver-, ik meer doen dan juffrouw Potters ontwaardiging Dat zag ot voelde ik den volgenden morgen op den trein aan de manier waa op het papier h»; brengen en mijn neef zeggen dat ik dehaar handen trilde, zaak opgegeven had Ik had het geval Niet zoodra begon mijn lachen wat tt bepaald al gemakkelijk genoeg voor bedaren, of ik hoorde de korte snij- hem gemaakt. dende stem van mijn reisgenoote mij Terwijl deze g dachte mij door het toeduwen hoofd ging. b vond n wij ons in de kof- „Mijnheer Randwijk." zij sprak' fiekamer en op hetzelfde oogenblik, nog altijd van achter haar courant, s kwam de oberkellner op ons toe om „weet u wel dat u je heelemaai niet al» te vragen of wij boven wilden dineeren een fatsoenlijk man aanstelt?" of'aan de table-d' hote. „Vergeef me," stamelde ik, „maS}" „Aan de table-d'hote" antwoordde het waste.... Ha, ha. ha!" juffrouw Potters, zonder blijkbaar aan „Dat is niet uit te staan Mijnhee* mij te denken. Zij scheen te vergeten Randwijk, „ik tyist dat ik een hekéj' dat de haar begeleidende heer daarop aan u zou h bben. Mijn voorgevoél behoorde te an woorden. Maar ik is bewaarheid. Maar nu kan ik u niet berustte in mijn lot en ging mijn hoed uitstaan." aan den kapstok hangen. Dit ontnuchterde mij. „Ik w u niet ophouden," zei juf- „Het spijt me zeer," sprak ik op frouwPotters hooghartig en toch eenigs- berouwvollen toon, terwijl ik, opstaan- zins verlegen. „Misschien moet u nog in de naar den anderen kant van den de stad zijn. Wij zij had de bejaarde coupé ging. „Ik heb mij als een kw*- gezelschapsjuffrouw zien binnentreden jongen gedragen, dat weet ik." „wij kunnen .wel in de koffiekamer Geen antwoord, of ergens anders dineeren." „Wilt u 't mij vergeven ,,'t Is mij hetzelfde," hernam ik. Geen antwoord' „ik moet toch ergens dineeren en kan Ik werd kregelmaar ik volhardd* dit evengoed hier doen. Maar ik vrees in mijn toon van zwaarmoedige ge- dat u de table-d' hote niet erg gezellig wetensknaging zult vinden." „Mij dunkt dat ik morgenochtend lk zef dit glimlachend, maar zij maar naar de stad moest terugkeeren," gaf er geen antwoord op. Ik had mij zei ik. vast voorgenomen haar hardnekkige „Dat zou bepaald het beste zijn", onbeleefdheid zooveel mogelijk over Ik zuchtte, 't hoofd te zien en haar te behandelen „Ik ben bang dat mevrouw Ruttep rooals ik het elk ander meisje, dat zich het gek zal vinden," voegde ik erbij, niet erg onbehoorlijk aanstelt, doen „maar.,..", zou. „O neen, volstrekt niet. Ik zal 't Wij dineerden onder een plechtig haar wel verklaren." stilzwijgen ook de uffrouw van ge- „Wat 'n akelig schepsel," riep II? zelschap die wat hardhoorend was, inwendig vertoornd uit. zei niets, want mijn beste pogingen Ik besloot voorloopig niet meep aan konden de ijskorst om het hart van juf- kaar te denken en naar mijn vorige frouw Potters niet doen smelten. plaats terugkeerende, opdat zij nie^ Den volgenden morgen was ik om letterlijk onder mijn oogen zou zitten, half tien aan het hotel. Orn tien begon ik nu in allen ernst de beursbo uur vijf waren juffrouw Potters, richten te bestudeeren. haar koffers, de gezelschapsjuffrouw Dat eentonige gedoe verveelde mij van mevrouw Rutten en ik in een niet- ten slotte, en ik kreeg een geweldig rook-coupé tweeds klasse geborgen en verlangen naar een pijp tabak of een op weg naar Gelderland. sigaar. Bovendien wat ging dat meisja Juffrouw Potters was zoo mogelijk mij aan? Toen wij dus het statiop nog koeler en verwaander dan den vori- Utrecht naderden, gaf ik te kennen, dat' gen dag- Zij zag er uit alsof zij van ik in een rook-coupé wilde overstap- meening was, dat ik mij een onver- 'pen. geeflijke vrijpostigheid aanmatigde met haar aan te spr ken Toch zocht ik de gewone kleine ge „Ga uw gang 1" Dit word op ietwat bitteren toon gezegd, maar het geïllustreerde blad makken bijeeq, dje men op reis, aan een lag nu op haar schoot en ik bespeurd»' dame bezorgt en nam schuin tegenover dat een lichte blos als de laatste teer# haar plaats d. w. z. ik recht?, zij links 'ozenkleur bij een zonsondergang haar in den coupé, de oude dame vlak gelaat overdekte, tegenove haar. Ik achtte het niet noodig de rook- lk had natuurlijk gezorgd, d"t ik coupé weer te verlaten, vóór wij een mijn krant bij de hand had, er» zoodra goed eind verder gespoord hadden, wij buiten het station gekomen waren, Toeq ik weer in de coupé van juffrouw hield ik mij, alsof ik met al mijn zinnen Potters plaats nam, vond ik haar op in de beursberichten verdiept was. dezelfde plaats gezeten en juist zqo- Onder voorwendsel daarhuiten iets te ah ik haa verlaten had. Zij keek niet zien, waarin zij veel belang stelde, stond naar mij, toen ik binnenkwam, maar mijn reisgenoote op en ging vóór het zoodra de trein weer in beweging v/as, portierraampje staan en bleef alzoo keerde zij zich uit eigen beweging naar voor een geruimen tijd met den rug mij toe en sprak, alsof zij een les op. naar mij toegekeerd, zegde Ik leunde in de kussens achterover en de „Mijnheer Randwijk, ik ben strak? courant hoog voor mij uithoudend, be- onvergeeflijk ruw geweest, Op mijn gon ik ze met meer aandacht dan ooit beur moet ik u vergiffenis vragen." te bestudeeren. Dit zeggende sloeg zij haar pogen Na eenigen tijd werd ik benieuwd naar de mijne op en bloosde even. te weten, wat „zij" deed. Zij had een „Integendeel," riep ik uit, „ik ben groot geillustreerd blad bij zich, dat bet, die u onheusch bejegende, en u wist ik. Las zij of staarde ze uit het por- hatj gelijk het mij kwalijk te nemen.'" tier Zij keek in de courant. Ik kon het Zij schudde het hoofd, maar glim- papier tusschen haar vingers hooren lachte daarbij zoo lief, dat het mij tos- ritselen. Nu, zoo pein:de ik, dan zal scheen, dat ik tevoren in 't minst niet zij mij niet kunnen zien, als ik eens even geweten had, hoe mooi zij eigenlijk wel naar haar kijk, lk wou wel eens weten was. Maar toen zij mijn bewonderende» welke gelaatsuitdrukking zij vertoon- blik opving, wendde zij haar höofdat de.. Ik gluurde behoedzaam om een en keek uit het portierraampje, hoekje van m'n krant. Op datzelfde Wanneer zij lat r weer tot mij Sprafy oogénblik gluurde zij av p voorzichtig geschiedde dit pp hartelijke én vriend* om een boekje van haar illustratie.Onze. schappelijke;- toon dan zij tot nu toe ga» oogen ontmoetten elkaar! daan had. Tegen den tijd dat wi} op

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1922 | | pagina 7