van het
„Noord-Hollandsch Dagblad”
h
_E vange 1 ie- v erklaring.
Epistel en Evangelie
Mls-aanwdztr.
'I
Di vreeze dss Hisrsn.
wenschen, en Zijn
de
H.
I
-
Januari 1023
oo-
J
'5'
7 januari, r*.
N. DRi»(9HIHIM9».
’‘W
JP
e
180 j
habere
de
Ma^gd, derie gebed
voor
vólgens
taaf
Laaf
6
H. Familie (biz. 517) 2
Mia
vun het octaaf
als
M.a van
het octaaf
ale
Mj van
het oc.aaf
ala
den o.t&afdag
hen: Waarom zocht
I
OO-
Mis ajs gisteren.
.“-I
v it V, j :?”1V
Mis van
van Dr .ekoinngen,
En zij begrepen het woord niet, dat Hij tot
hen sprak. En H’i gin" r-et hen mede, en
kwam te Nazareth. En Hij wag hun onder
danig. En zijne moeder bewaarde al deze
woorden in haar hart. En ,Jezus ging vooruit
in wijsheid en leeftijd en behageljjkheid bij
God en menseben.
Lezing van den profeet Isaias. C. 60, 1-6.
Sta op, wordt verlicht, Jeruzalem! Want
uw licht komt, en de heerlijkheid des Heeren
gaat over u op. Want zie, duisternis bedekt
de aarde en donkerheid de volken; maar
over u zal de Heer opgaan, en zjjne heerlijk
heid zal in u verschijnen. En volken zullen
wandelen naar uw licht, en koningen naar
den glans, die over u opgaat. Sla uwe oogen
op in het rond on zie! Alle dezen verzamelen
zich, zjj komen tot u; uwe zonen zullen van
verre komen en uwe dochteren van ter zijde
opstaan. Alsdan zult gij zien en overvloeien,
uw hart zal verwonderd zjjn en zich ver
ruimen, wanneer zich tot u wendt de menigte
der zee, de kracht der volken tot u komt
Een stroom van kameelen zal u bedekken,
drommedarissen van Madian en Epha: van
Saba zullen allen komen, goud en wierook
aanbrengend en den lof des Heeren verkon
digend.
Vervolg van het H. Evangelie
Matheus, C. 2, 112.
Toen Jezus nu' geboren was te Bethlehem
-van Juda Ln de dagen van koning Herodes,
FFICIEEL KERKBERIGHT
het ociaat. 2
Maagd (biz, 82) 3 ge-
van het octaaf van
DOMINICANEN KALENDER.
gebed van Driekoningen.
8 JANUARI. M s van
gebed van de II.
bed naar keuze.
9 JANUARi. Mis
gie teren.
10. JANUARI.
gi« teren.
11 JANUARI.
gieUren.
12 JANUARI.
gisteren.
18 JANUARI.
nachteveningen en hadden de baan en de terugkomst der kometen be
rekend. Van den juisten afstand tusseben zon en aarde waren zjj
hoogstwaarschijnlijk op de hoogte. Uit het Boek Job zien We, dat de
menschen van dien ouden tijd niet veronderstelden, zooals sommigen
beweerd hebben, dat de wereld plat was, maar dat hjj en de menseben
van zjjn tijd wisten, dat de wereld bolvormig is. De Egyptische Pyra-
miden werden gebouwd voor astrologische en astronomische studiën.
De alchimisten brachten hun leven door met het be^judeeren van me
talen en gassen en vloeibare en vaste stoffen. Het ware uitermate wij
ze mannen, die daar uit böt Oosten kwamen: Caspar, een jonge man;
Balthazar, een man van middelbaren leeftijd en Melchior, am tachtig
jarige. Naar de Overlevering de drie wijste mannen dier eeuw. Zij kwa
men tot de kribbe.
Broers: Dus.... echte koningen waren het niet?
Pastoor: Zeker niet naar Europeesch begrip, naast keizer Wilhelm of
koning George waren het „pauvres Sires”. Maar stamhoofden waren
het ongetwijfeld, zooals nu nog de emirs of scheicks. En terzelfder!ijd
priesters, nog wol van valsche góden, want, uitgenomen het Joodsche
volk, waren alle volkeren toentijds heidenen.
Jansen: En een verschijnsel uit de sterrenwereld wees hun den weg?
Pastoor: Ja een ster, of meteoorsteen, in elk geval een buitengewoon
schouwspel aan den hemel. Geen zwarte of lichtgevende wolk, als eer
tijds ’t Bondsvolk geleidde ter woestijn; een wolk beteekent smart of
zorg en de wereld had al wolken genoeg gehad. Geen bundel blik-
semstralen, flikkerend aan bet firmament; bliksem beteekent verwoes
ting, verzinnebeeldt verdelgende kracht en de wereld had geen behoef
te aan nog méér'verwoesting. Maar het was een ster en dat beteekent
blijdschap, dat beteekent koop, dat beteekent goed opthaal. Dat betee
kent ook scheppende kracht, want zongen do Morgensterren niet geza
menlijk, toen de bewaarplaats der werelden ontsloten werd? Een sterl
Dat wil zeggen schitterend voortbestaan, want zjjn de rechtvaardigen
niet bestemd om als sterren te blinken in de eeuwigheid? Het beteekent
de aanvang van nieuwe blijdschap, de morgenster der verlossing.
Door zulk een wonderbaren gids geleid kwamen de wijzen te Jeru
salem en .zeiden: Waar is de nieuwgeboren koning der Joden?
Broers: Geen-wonder, dat Herodes op dit woord ontstelde. Zelf im
mers was hjj koning der Joden en tiaar komt men hem zeggen, dat er
nog een andere pretendent is, een mededinger dus.
Pastoor: En oen mededinger, die naar zjjn gedachte te meer te vree-
zen was, naardien hjj zelf door zjjn onderdanen gehaat en verafschuwd
werd. En daar was reden voor. Koning Herodes was de verpersoonlijk
te valschheid, wraakzucht en zinnelijkheid. Bij wjjze van tydverbljjf
doodde hjj Hyrcanus, den grootvader zjjner vrouw. Daarna vermoordde
hjj zjjn vrouw Marianne. Vervolgens slachtte hjj haar beide zonen Alex
ander en Aristobulus. Daarna doodde bij Antipater, zjjn oudsten zoon.
Voorts gaf hjj bevel tot het verbranden van veertig menschen, die den
adelaar, het zinnebeeld van zjjn gezag, naar beneuen hadden gehaald.
Ook gaf hij last, dat de edellieden, die om zjjn doousued hauuen gestaan
tot den laatste toe vermoord zouden worden, opdat er bjj zjjn overlij
den een algemeens rouw zau zjjn. Van datzelfde sterfbed verordende
hjj de slachting van al de kinderen in Bethlehem beneden de twee ja-
ren, daar hjj zich verzekerd hield, dat als hjj de gansche kinderbe-
volking Ijet vermoorden dit ook den onvermjjdeljjken dood ten ge
volge zou hebben van het nieuwgeboren Koningkind.
Doch nu bjj de eerste navraag n»ar dat koningskind, valt het hem
in, hoe dit allicht de ziel en het middelpunt van een opstand tegen zjjn
tyrannic kon worden en aanstonds ia hjj er bjj om heel die odernen.ing
scherp in ’t oog te houden. Met meesterhand doet hjj zjjn eersten, ijjn
gesponnen zet. Hjj roept het Sanhedrin bjjeen en aan wat in Israël
priester of schriftgeleerde was, legt hjj de klemmende vraag voor:
Waar of de Christus moest geboren worden? Die moesten het weten.
En naar gelang hun antwoord luidde, kon hjj zjjn maatregelen nemen.
Jansen: Welk antwoord aan duidelijkheid niets te wenschen over-
Het: Te Bethlehem in Juda naar het woord van den profeet! Wie was
die profeet?
Pastoor: De profeet Micheas had voorzegd, dat de Messias te Bethlehem
het levenslicht zou zien. Dit orakel was onder de wetgeleerden zoo al
gemeen bekend, dat het Sanhedrin het voor onnoodig hield <Jen tekst
zelf in do H. Boeken op te soekaj, maar een soort van omschrijving
geeft, uit het hoofd weg ongezegd. Niettemin is de zin dezelfde: Beth
lehem zal beroemd zjjn onder de steden van Juda, dewjjl diir de Mes
sias ter wereld kosaen zal.
te vreugde, En het huis binnen tredend, von
den zjj het kind met zjjne moeder Maria, en
zjj vielen ter aarde en aanbaden het en hun
ne schatten openend, droegen zjj Hem ge
schenken op, goud, wierook en
in een droom gewaarschuwd om niet terug
te keeren naar Herodes, gingan
anderen weg naar hun land, i
EVANGELIE.1
Lezing uit den brief van den H. Apostel
Paulus aan de Romeinen. C. 12, ^—5.
Broeders: Ik bid u bjj de barmhartigheid
van God, dat gij uwe lichamen als eene le
vende, heilige en Gode welgevallige offeran
de opdraagt, hetgeen uw eeredienst is door
uw verstand aangegeven. En maakt u niet
geljjkvormig aan deze wereld, maar her
vormt u zelve» door de vernieuwing van uw
gemoed, zoodat gjj moogt onderscheiden wel
ke Gods goede, welbehageljjke en volmaakte
wil i^ Ik zeg dan door de genade, die mij
gegeven is tot ieder van n, geen hooger ge
dachte van u zelven te vormen dat het be
taamt. maar met bescheidenheid over u zel
ven te denken en volgens de maat van het
geloof, die God aan een ieder heeft toebe-
decld. Want geljjk wij aan één lichaam vele
ledematen hebben, zonder dat alle ledematen
dezelfde werking hebben, zoo zjjn wjj, velen,
één lichaam in Christus, «n zjjn wjj elk af-
zonderlüj^ledematen de een van den ande
ren in Christus Jezus onzen Heer.
Vervolg van het heilig Evangelie volgens
Lucas. C. 2, 42—52
Toen Jezus twaalf jaar oud was, en zjj
op gingen naar Jeruzalem, volgens feestge-
bruik, en na afloop der feestdagen terug
keerden, bleef de knaap Jezus te Jeruzalem
en zjjne ouders wisten het niet. Maar-in^de
meening dat Hij bjj het reisgezelschap pas,
legden ze eene dagreis af, en zochten Hem
onder de verwanten en bekenden. En daar
ze Hem niet vonden, keerden ze, Hem-joe-
kende, naar Jeruzalem terug. En na driesla
gen vonden ze Hem in den tempel, zittende
in het midden der leeraren en hen hoorende
en ondervragende. Allen jntusschen,. die
Hem hoorden, waren verbaasd over zjjne
schranderheid en zjjne antwoorden. En Hem
ziende stonden ze verslagen. En zjjne möe-
d< r zeide tot Hem: Kind, waarom hebt Ge
ons dit aangedaan? Zie, uw vader en ik
zochten U met droefheid. En Hjj zeide tot
hen: Waarom zocht ge Mf)? Wist ge niet, dat
Ik behoor te zjjn In ttèïfrevn mjjns Vaders is?
te Jeruzalem en zeiden: Waar ia de nieuwge
boren koning der Joden? want wjj hebben
zjjne ster in het Oosten gezien en zjjn ge
komen om hem te aanbidden. Toen koning
Herodes dit hoorde, werd hjj ontsteld en ge
heel Jeruzalem met hem. En hjj verzamelde
alle opperpriesters en' schriftgeleerden van
het volk, en vroeg hen, waar de Christus zou
geboren wórden. En zij zeiden hem: in Beth
lehem van Juda, want zoo is er geschreven
door den profeet: „En gij Bethlehem, land
van Juda, geenszins zjjt gij de minste ouder
dv hoofdplaatsen van Juda: want uit u zal
de vorst voortkomen, die mjjn volk Israël
besturen zal.” Toen ontbood Herodes heime
lijk de Wjjzen, en ondervroeg hen nauwkeu
rig over den tjjd, waarop hun de ster was
verschenen, en hij zond ben naar Bethlehem
on zeide: Gaat, en doet zorgvuldig navraag
naar het kind, en als gjj het gevonden hebt,
meldt het mij dan, opdat ook ik kome en het
aanbidde. Als zij d(*n koning gehoord had
den, gingen zjj heen. En zie, de ster, welke
zjj in het Oosten hadden gezien, ging voor
hen uit, totdat zjj kwam en bleef staan bo
ven de plaats, waar het kind was. Tóen zjj de
ster zagen verheugden zjj Zich met zeer groo-
ou ter li«-t oo- i
is Etob adwnit
WEEKKALENDER.
V. bet Volksmwboek. R bet Roonsch
MUbrnk van Baarta. O. bei. Misboek van
do R. K. Boak-Oentraie.
7 JANUARI. Zondag onder hef octaaf j
van Driekoningen. Feest van di H. Fa-
mflie. De Mis van de H. Fanrille komt
in de Hollandse' o Mhboekz® niet voor,
men neme daarom voor deren dag de
Mié: In excelro V. 237; BI48; C. 180
tweede g-bed van Driekoningen: V. 201;
B. 147; O. 181. Praofat'e v_ Dr ekoningvn I
8 JANUARI. D rdo dag onder lót oc.
ta*f van Driekoningen. Mis als op 7
Januari.
2 JANUARI Vierde dag
taaf van Driekoningen. Mi
V. 201; R 147; O. 176.. Tweede gebed
van
den Paus of voor de kerk (V. 187; R
151. O. 92)
10. JANUARI. Vijfde dag onder het
taaf van Driekoningen. -
11 JANUARI. Zesde dag on Ier hot
taaf van f
2 gebed van
R 66 R «58). 3 ge
(V. 187 R 131. O. 150).
12 JANUARI. Zevende dag ond r liet
octaaf van Dr ekoningen. Mis als Monsd.
13 JANUARI. Octaafdag van Dr ekonin
gen. M s: Ecce advenit (V. 210. 0» 150
0. 185)
Do groote fout van onzen tjjd is gebrek
aan vreeze des Heeren!
Beatus homo, eui donotum est
timorem Dei.
Zalig de mensch, wien het gegeven is
de vreeze Gods te bezitten.
Eccli XXV—15.
Hoog, zeer hoog, wond! de vreeze des
Heeren 'n de H. Schrift aangeslagen.
Zii wordt genoemd het beginsel en te-
I _*L
onwijsheid zelve, de volheid der wijs
hek
O! Kenden wij die heerlijke gave
Oods 1
De vreeze des Heeren toch is als ’n
paradiis van zegening!
Talenten en deugden verheffen het
hart, maar de vreeze Gods overtreft
beiden; zii gaat boven alle glorie. Zij
brengt eer en verheffing en vreugde; zii
is een bron- van leven en schaft lengte
van dagen Daar is niets beter dan de
vreeze des Heeren.
Zit is ook het begin der liefde, zij staat
geli& met het gebod der liefde: „Gii
zult den Heer, uwen God, vreezen en
Hem alleen dienen. Onderhoudt de ge
boden van den Heer, uwen God, en
wandelt op Zijn wegen, en vreest Hem,
vreest Zijn glorierijken en verschrikkelij-
ken Naam. Als git den Heer vreest en
Hem dient en luistert naar Zijn stem
en Zijnen mond niet verbittert, dan
zult gii en de kon;ng, die u gebiedt, den
Heer, uwen God volgen#
De Heer is de steun voor wie Hem
vreezen en Hii verheerlijkt hen en be
hoedt hen voor gebrek en geeft^ffenis
aan degenen, die Zijnen Naam viee-
zen, en zii zijn voornaam voor Hem in
alles en Zijn heil is dicht bü hen, en
zijn barmhartigheid komt over hen en
verstrekt hun spijze éh Hij schikt zich
Evangelie volgens den H. Mattjjeu» II: 112.
Als Jezus geboren was te Bethlehem in Juda in de dagen van Helo
de» den Koning, zie, toen kwamen Wjjzen uit het Oosten te Jerusalem
en zeiden: Waar is de koning der Joden, die geboren is? Want wjj heb
ben zjjn ster in het Oosten gezien en zjjn gekomen om hem te aanbid
den. Als Herodes de koning dit hoorde werd hjj ontsteld en geheel Je
rusalem met hem. Eu hjj vergaderde al de Opperpriesters en Schriftge
leerden des volks en onderzocht van hen, waar de Christus moest ge
boren worden. En zjj zeiden hem: Te Bethlehem in Juda! Want zoo ia
er door den profeet geschreven: Eu gjj, Bethlehem, land van Juda, zjjt
geenszins de minste onder de hoofdsteden van Juda, want uit u zal de
Leidsman voortkomen, die.mjjn volk Israël regeeren zal. Toen riep He-
rooes de Wjjzen heimeljjk bjj zich en onderzocht naarstig van hen den
tjjd, wanneer de ster hun verschenen was; en hij zond hen naar Bethle
hem en Zeide: Gaat en onderzoekt nauwkeurig naar het kind en ala
gjj het zult gevonden hebben, boodschapt het mjj, opdat ook ik kome
en het aanbidde. Als zjj den koning genoord hadden, gingen zjj heen.
En zie, de ster, die zjj in het Oosten gezien hadden, ging voor hen, tot
dat zjj komende boven de plaats, waar het kind was, staan bleef. Als
zj) nu de ster zagen, waren zjj met een zeer groote bljjdschap verheugd.
En in het buis tredende, vonden zjj het kind met Maria zijne moeder
en zjj vielen neder en aanbaden het. En zjj openden hun schatten en
droegen Hem tot geschenken op: goud, wierook en myrrhe. En in den
slaap vermaand z^ndo om niet wéder naar Herodes te gaan, keerden
zij langs eenen anaeren weg naar hun land terug.
Pastoor: Wat in dit Evangelieverhaal ook u 't diepst zal treffen, dat
Is de tegensteUng, de diepgaande en volkomen tegenstelling tusschon
die koningen uit het Oosten, gekomen om den menschgeworden God te
aanbidden en Herodes met het Joodscho volk, ontsteld bjj zjjn komst
en vol vreeze op het gerucht zjjner geboorte. Zie toch, de Viervorst van
Judea en geheel Jerusalem met hem hadden den Messias in hun mid
den en zjj vonden Hem niet. Maar die koningen kwamen van verre uit
een onbekend en afgelegen land en zy. vonden Hem. Herodes en
het Joodscbe volk hebben het Kind, dat van hun stam en uit hun bloed
geboren werd, teruggewezen en verworpen en zjj, de vreemdelingen,
zjjn gekomen om Het te aanbidden. V olkomen, maar vreeseljjko tegen
stelling, die te denken geeft, die ons aanstonds aan bet woord van Si
meon den profeet herinnert: Zie, Deze is gesteld tot val en opstanding
van velen in Israel! Uver een feit als de menscliwording van Gods Zoon
kan men niet heen praten, men kan er niet onverschillig Over heeule-
ven. Van dat Kind staat geschreven: Hjj opent en niemand sluit; Hjj
sluit en niemand opent. Dat Kind van Bethlehem is nu eenmaal over
het kruis en over het graf heen ten hemel opgevaren en doordien Hjj
in den hemel is wordt vanzelf en met noodzakelijkheid daar buitenge
sloten al wat op aarde zijn verschijning niet heeft liefgehad; wordt van
zelf en met noodzakelijkheid geopend, al wie in dat Kind van Bethle
hem zjjn koning is te voet gevallen. Wat Simoon in den tempel uitriep
was van kracht voor Herodes en de drie Kpningen; bljfft van kracht
voor u en mjj en ieder meuschenkind: dat Kind doet u vallen of door
dat Kind staat ge op; een val en opstandig voor velen in Israël.
Jansen: Om weer op den beganon grond te koihen, zegt u ons eerst
hens wat dat voor mannen waren, die drie Koningen.
Pastoor: Het Bjjbelsch geschiedverhaal zegt alleen: dat er wjjze man
nen tot den Christus zjjn gekomen. De Overlevering zegt, dat het Ma
giërs of oovenaars waren, dat het alchimisen of goudmakers waren en
zegt dit op eenigszüis minachtenden toon. Doch waarschijnlijk waren
het de schitterendste en voortreffelijkste mannen van hun tjjd. Het wa
ren natuurvorschere en mannen van wetenschap. Wjj moeten wel in het
Oog houden, dat de astrologie-of sterrenwichelarij de moeder der astro
nomie of sterrenkunde was. En dat do alchimie of goudmakerij do moe
der der chemie of scheikunde was. Eu omdat do kinderen schooner zjjn
dan de moeder, is de moeder nog niet te verachten.
Het was de geliefkoosde bezigheid dezer astrologen den sterrenhemel
te bestudeeren. Twee en twiutighonderd en vjjftig jaren róór Christus
Kenden do wjjze mannen van dien tijd do opeenvolging der dag- en
naar ht.n willen en v
welF'haqjen rust op hen. en zii wande
len fn vredei
Het goede va’* t-n d~“I aan Regenen,
die»God vreezen’ Zij zullen goeaè vrien
den v'nden, &ant deze zul'en zijn ge’ök
ri; zelf zijn Eervol is het geslacht d'r-
genen die den Heer vreezen, maar roém
loos die de geboden des Heeren over
treden. Wie den Heer vreest, is de
grootste! -
Die God vreest zal het goede doen
en het 1'wade laten, en de leer des Héé-
ren aannemen; het booze zal niet tot
hen naderen, en ge¥n vrees hen bang-
stigen, wan’ rim ziel is gerust, orhdat
de oogen van God, ifin beschermer, op
hem rusten; vol vertrouwen op den
•Heer zal hit handelen, al nadert ook de
b'and ng Het zal hem welgaan in zijn
w«.ul Kc.K~.nu ..Cl uiterste, en bi! r n verscheiden zal hij
elijk de voltooiing der wijsheid, ia, 1 gezegend wonden.
Arme, Kortzichtige, menschen’.dnde-
ren, echter die zonder eenige vreés
het kwade bedrijven! Zii vreezen Denge
ne niet, Die ziel en lichaam beide® in
het verderf, in het eeuwig ongeluk kan
storten. De dwaas zegt in zijn hart:
fniet met zijn verstand)' „Er is geen
God!”
En zii plegen maar heiligschennisen
zii vloeken er maar dapper op los; en
zii gaan maar voort de Zondagen te ont
hei.igen. Voor hen bes»aa» de uitspraak
met: „Vreest den Heer en den Koning”.
Hun devies luidt: „Geen God en geen
meester.”
Zij verscheuren elkander als wolven
door leugen en laster, door twist en
tweedracht, door moord en doodslag.
En zij stelenen zii rooven, en doen
tekort in maat en gewicht en maken zich
schuldig aan woekerwinst. Zij darte.en:
„Laten wii ens kroonen met rozen, eer
ze verwelken; ledigen wij den beker dér
wellust tot den boden; elke plaats zii
getuige van enze uitspatting; laten w?i
den onschuldige agen leggen, want zijn
werken getuigen tegen ons”. En zii
zingen en zii springen; en zij wenden
ae oogen van den hemel, om in het ver
borgene kwaad te doen.
Over hen k.aagt de H. Paulus al wee-
nende, dat zij zin hebben voor het
aaidsche, wip- God hun buik k, en
1,1 '-'-y
Secretaris: Maar Pastoor, hoe kloptldat uu? De Messiaa.waa gek»-
men niet om een Joodsch volk van orerbeersching te bevrjjden, maar
om de wereld te redden van den eeuwigen dood. Was mensch gewor
den, njet om als Zoon des menschen het hoofd der Joden tegen de
Romeinen in te gaan, maar om als Zoim.van God de menschen vrjj te
maken van de slavernij des duivels. En nu wordt Hjj ons door den pro
feet aangekondigd als „de Ixddsnian, die mijn volk Israel regeeren tal.”
Alzoo als afzonoerljjk hoofd van een particulier land.
Pastoor: Buiten kjjf lag het in Gods bedoeling, oat de Christus over
heel d% wereld heerseben zou. Dat wjjst ook het feest van Driekoningen
uit, waarop na de herders, die het Jodendom vertegenwooraigden, ook
de representanten der Heidensche wereld naéir zjjn kribbe genoouigd
worden en macht van profetieën spreken dit klaarbljjkeljjk uit- Maar
het volk van Israël was blind en doof geworden voor het koninaryk
des hemels, had oog en oor alleen voor de herstelling van den verbaster
den Joodschen staat. Daarom waardeerden ze onder al de profetieën
alleen die, waarin van henzelven sprake was en bleven er bjj, dat de
Messias alléén voor hen zou komen met het kennelijk doel om hun de
heerschappij over de wereld te geven.
Het verder verloop van de Driekoningen-reis is overbekend. Herodes
maakte de argelooze Wyien tot zjjn bewuste handlangers, die ware
God niet tusschenbeide gekomen hem het Heilig Kind hadden in
handen gespeeld. Ik depx dat de engelen, die de eerste Kerstcantate
boven Bethlehem zongen, niet de eenige engelen daar in den omtrek
hemelsche muziek te maken van boven tot onder langs de trappen
des hemels stonden met uitgetrokken zwaarden, scherpe, tweesnjjuende
zwaaruen. Die wieg moest verdedigd worden en het is mjjn meeniug,
dat het de wonderbaarljjkste redding van alle eeuwen was, aal on
der zoo listige intrige^ van een zoo machtig, gewetenloos hof het kinde-
ke niet geuood wera, vooraleer het zjjn eezste voetstap bad gezet.
'ioen aan de ster, die hen was voorgegaan, stilstond boven de plaats
waar het kindeke lag, zjjn de Wijzen daar binnengetreden en vonden
het kind en zjj^e moeder en offerden de meegabrachte gaven: goud,
wierook en myhrre. Het was een Oosterech gefcruik, dat tot God of zyn
koning niemand met ledige handen naderen mocht, doch de keus der
geschenken is hier van veejzjjdige beteekenis. Het goud beteekent cjjns
van schatplichtigheid, wierook een offer aan hoogere Machten, myhrre
de balseming des bederveljjken lichaams. Alzoo hebben de Wjjzen de
koninkljjke macht, de goddelijke majesteit en sterfelijke menschbeid
van den nieuwgeboren Messias uitgedrukt en verheerlijkt.
(loud voor Christus, dat wit zeggen heel de overvloed der wereld
aan Zjjne voeten neergelegd, maar het was ook een typisch zinnebeeld,
dat Christus’ komst .»oo- geheel de wereld in tastbare dankbaarheid
betaald zal worden
Wierook voor Chnjtus, dal is wat men oudtijds In de reukvaten
des tempels brandde. Wrnrook, dat beteekent aanbidding. Dat branden
wjj heden ook in onze harten, opdat het aangezicht van Christus, een
maal gepurperd door de bloedvloeiing aan het kruis, verkwikt worde
met de welriekende geuren eenez. aanbiddende wereld.
Myhrre voor Christus. De scherpe gomhars uit Abbessynië voor
de voeten van den Heiland gebracht. Dit beteekent bitterheid. Bitter
verraaa, bittere vervolging, bittere, dagen v. lichaamslijden, bittere nach
ten van zielesmart. Mjnrre! Dat is het wat zjj in zjjn beker mengden,
toen Hjj stervend aan den kruispaal hing. Dat is het, waarmee zy zjjn
levenspad, bestrooiden over den gebeelen weg van den veestal van Be
thlehem tot de spelonk op Joseph s buitenplaats. Dat is het, wat de Wjj
ze manned in zwachtels en windsels van den jonggeborene wikkel
den. Dat is 't wat de Maria’s vlochten in de Ijjkwa yan den dooden Hei
land. D hoogte en diepte van des Zaligmakers Ijjdensgang! Wel moch
ten de Koningen van het Oosten deze myhrre uitstorten.
Wjj Christenen, die gelooven wat die drie Wjjzeu geloofden, waar
om handelen wjj niet als zjj en zoeken God? En omdat God niet gevon
den wordt dan in en door Jjezus Christus daarom zjj Christus ons eenig
levensdoel. En omdat Christus niet gevonden worat, dan vp de plek,
waar Hjj ter wereld kwam, zoeken wjj Hem te Bethlehem, dat is: zoe
ken wjj Hem in onthechting aan de wereld, in eenvoud en ootmoed en.
zelfverloochening! En laat uw geloof zich weer duurzaam en met heili
ge teederheid aan het heilig Kerstkind hechten, die eens in de kribbe
lag, maar nu daarboven allen wacht, Mie in het leven Zjjn kribbe heb
ben liefgehad-
f
myrrhe. En
zij langs ten
van Drlekoningr’ti.
Dr ekoniiigon. Mis als gisteren. I
den H. Hygnus (V. 986 zie, toen kwamen er Wjjzen uit het Oosten
-’obed van de H. Maagd
L 150).