van het
„Noord-Hollandsch Dagblad”
Kerklijsten.
MIsaenwHzer.
Epistel ei Evangelie
ZEVENDE ZONDAG NA PINKSTER.
Epistel uit den brief vaa den H. ai
Paulus aan de Romeinen; VI, Ui
Broeders, ik spreek msneeheljjkerwljsa
om de zwakheid van uw vleeseh; want, ge
ljjk gjj uwe leden hebt overgegeven, om te
dienen der onzuiverheid, en der ongerechtig
heid ter ongerechtigheid, zoo geeft nu uwe
leden over, om der rechtvaardigheid te die
nen ter heiligmaking. Want toen gjj slaven
der zonden waart, waart gjj vrjj van de
rechtvaardigheid. Masr, wat vrucht had* gjj
toen in dl» dingen, waarover gjj u nu
schaamt? Want net einde daarvan te de dood
Maar nu gjj vrjj ran de sonde, en dienaren
Gods sjjt geworden, beM Ktl >we vrucht in
de heiligmaking, en uw einde te het eeuwig
leven. Want de vergelding der zonde ia de
dvod; maar de genade Gods is het eeuwig
leven in Christue Jesus, onsen Heer.
Ik ktk geen godsdienst noodig
8 Juli 1923
sa.
I
van
4
4
Voor het heiligdom v<u
Eerherstel.
niKMHRI
H. LAURENTIU&
Evangelie-verklaring.
De H. Paulus.
■w
kis
de hevigste
>ul
1.—
5.89
onbekend zjjn.
Jezus houden en
MAX.
l
i
OFFICIEEL KERKEERICHT
zande dien man ver-
hjj tegen uwe beitt-
van den H. Anicletus. ie
derde gebed naar ver-
n was afgeloopen
waren, toen eerst
1-—
18.—
zal In het rijk der hemelen ingaan; maar,
die den wil MQns Vaden doet, die in den
hemel is, die zal Ingaan In het rijk der he
melen.
naamkaartje met adres en beroep.,
ge wilt u« identiteitskaart
toe of uw trouwboekje....
En
v er
van de H. H. Martelaren
1882 B 10.
i den H. Matthcua;
15-21.
school bjj
geen
woes
13.—
5
1
1.—
17.60
12.36
gebed van den H. Bo-
’èbed voor den Paus.
tKALENDER
N. 0. D. Tweede en der-
Vurig bedrag 16.806.19 K
N. N. Egmoud aau uen Hoef
Uit onzen Kerk-Spaarpot
N. N. ter eere v. d H. An toni ue
N. N. ter eere van bet H. Hart
N. N. Eginond aan den Hoef
ter eere van bet H. Hart
N. N. Egmond aau den Hoef
ter eere van de H. Margaretha
Maria
Comité Vacantie
Van één onzer beste Zelatricen
hi. N. Egmood aan den Hoef
voor oen zaligen levensstaat
Van nog een beste Zelatrice
Van een armen Amerikaan
10 pC’L van mjjn inkomsten
40e Vraag. Wie mag t nog onl
dat wq in dezen slechten tjjd 't allerlaatst
moeten gaan bezuinigen op onze goede wer
ken?
Moet niet juist door onze goede werken
de tqd beter worden?
Zo. 7e Zondag na l*inksteren. Half 7, kw.
voor 8 en 0 uur de stille H. H. Misken, half
11 do Hoogmis, 1 uur Bybel en Liturgie, 6
uur Broederecbapsiof mei predikatie, kwart
voor 7 Congregatie van den H. Aloysius.
Ma. 7 uur Congregatie voor de meisjes.
DL kwart voor 8 voor de mannen.
Wo. half 8 voor de vrouwen.
Do. avond 7 uur bet Lof ter eere van bet
H. Sacianient.
ven den Heer Jezus.
Stellig heeft de Christus verklaard, dat er
tusscheu zijn volgelingen en de wereld een
onderscheid bestaat als van schapen en wol
ven maar zn achten bet beter te weten en
zijn van oordeel, dat htu> kinderen en de kin
deren der wereld al van één soort zijn.
Ze zien er daarom niet bet minste gevaar
in dat hun gedoopte en Christus opgedragen
kinderen omgang en soms drukken omgang
hebben met kinderen van hun jaren uit gezin
nen, waar Christus niet gekend wordt. En als
hun de keuze staat tusschen kinderen van
een Iets minderen stand uit Christelijke ge
zinnen en kinderen van hun eigen stand,
maar die buiten alle geloof staan, geven ze
maar al te dikwjjls aan dien fntrnmHjksa
omgang voor hun kinderen de vooikeur.
WEEKKALENDER.
8 JULI. Zevende Zondag na Plnksteren. te
gebed van de H. Elisabeth, derde gebed
A cunotte. Credo. Praefatie van de H. Drie
vuldigheid.
9 JULI. Feeetd
van Gorcum.
10 JULI. Feestdag van de H. Zeven Broe
ders. Tweede gebed A cunctis, derde ge
bed naar verkiezing.
11 JULI. Feestdag van den H. Martelaar
Plus. Tweede en derde gebed als gisteren
van den H. Joannes Gu-
gebed van den H. Na-
valt, bid dan tot God vol vertrouwen: Heer,
leidt ons niet in bekoring en de Heer zal
ook a antwoorden- R-trouw soon, schep
moed dochter. MHne rensde |s v renoer*"
ZAA volhardend rullen wil on het sterfbed
met Sint Psnlna g»tnlr*n. Tk hch d«n roe
den striid gestreden, Ik heb mën loopbaan
volbracht Ik heb bet geloof behonden.
Daarom la mfl de kroon der rereehtleheld
weggelegd, welke de rechtvaardige Rechter
mjj op den dag der vergelding zal opzetten.
Alkmaar Juli
M. P. A OOM 8, D. P.
12 JULI. Feestdag
albertus. Tweede
bor.
13 JULI. Foeetdas i
gebed A cunctis,
kiezing.
14 JULI. Feestdag van den H. Marcellinus
V 1889 B 10. Tweede -
naventura, derde gebed
DOM1N1CAANSCHE
8 JULI. 5e Zondag N. C. 2
de gebed blz. 892.
9 JULI. H. Joannes en Gezellen.
10 JULI. H. Zeven Broeders blz. 24. Tweede
en derde gebed blz. 892.
tl JULI. Z. Ignatius en Gezellen.
12 JULL H. Joannes.
13 JULL Z. Jacobus. Tweede en derde ge
bed blz. 892.
14 JULI. H. Bonaventura.
KATBCHISMU8-LE8SBN.
Eerste klas. Gebeden en kleine Katechtemus
voor Communicanten.
Tweede klas, vraag 171178 kleine Kate-
ohismus.
Derde klas, vraag 171—178 Kleine KateeMa-
mus
Vierde klaa. vraag 466461 groots Katechls
mus. 1
Vijfde klaa vraag 446449 gr. Katechtemus
Zesde klaa les 25—88.
Zevende klaa Repetitie.
Ik heb geen godsdienst noodig.
Zou bet wel waar zijn, dat gtj geen gods
dienst noodig hebt?
Om te gaan en te staan en te eten en te
slapen, jahebt ge geen godsdienst noodig.
Honden en katten gaan en staan en eten
en slapen ook
Maar om mensch te zijn, volledig mensch,
eerlijk en deugdzaam mensch, zoudt ge daar
voor geen godsdienst noodig hebben?
Laat on» een zien.
Wie zjjt gij?
Een aardige vraag hé? Ge geeft mjj
en
op den koop
aarmee weet
ik wie gij zjjtten minste voor een deeL
En daarom vraag ik u nog eens:
Wie zijl gij-als mensch?
Een redelijk wezen, ia 't niet waar?
vanwaar komt gij vanwaar komt uw
stand?
Maar zeg mij nu eens, gij die nu bestaat
en vóór honderd jaar niet bestond, boe zjjt
gjj begonnen te bestaan? Door vader en
moeder, natuurlijk. Maar, vader en moe
der? Door grootvader en grootmoeder, ook
nog natuurlijk. Maar, de eerste oudere en
grootoudere?.... Want om een duizendste,
en een hond ere te en een tweede te hebben,
moet er toch een eerste, een begn, zjjn. En
die eerste vanwaar komen die? Niet meer
van vader en moeder: andere zijn ze de eer
ste niet meer En niet door bun eigen. Want
om door hun eigen te zijn, zouden ze reeds
moeten zijn voor zo bestonden: men kan
maar iota veroorzaken voor zoover men reeds
bestaak.
Er ia dus geen andere uitleg mogelijk dan
deze: Er moet een wezen zijn, eeuwig en
oneindig volmaakt dat door zich zelf bestaat
en daarom de oorzaak kan tjj» en i* van al
wat ia beginnen bestaan, of, wat hetzelfde ia:
Buiten God, is alles geschapen door God zelf.
De mensch, evenals al bet overige is ge
schapen door God en beeft aan God zijn be
staan te danken.
Dan vraag ik M voor de derde maal:
Wie zjjt gjj?
En antwoord: Een redelijk schepsel Gods.
Dat staat niet geschreven op uw naamkaartje
maar dat staal geschreven op en in uw
eigen menscheljjk wezen.
En dan redeneer ik voort;
Indien gjj, jaenseben, een schepsel van
God zjjt, indien gjj met rede en verstand be
gaafd zjjt, zjjt gjj totaal afhankelijk van God
en moet gjj, met heel uw wezen, die afhanke
lijkheid erkennen.
Nu, dat juist is godsdienstig zjjn.
Wilt gjj dus waarijjk mensch zjjn, dan
moet gjj God uwen Schepper erkennen en hul
digen; moet gjj dus, want dat is hetzelfde,
een godsdienst hebben.
Ik heb geen godsdienst noodig.
Ie dus hetzelfde al» te zeggen. ik ben geen
mensch, geen schepsel van God.
ZEVENDE zondag na pinkster en.
Evangelie volgens den H. Mattbeus VII;
15—21
Secretaris: Wat hebben we eigenljjk ouder
een valscheo profeet te verstaan, Pastoor,
b dat een mensch, die valsche 'voorspellin
gen ten beste geeft?
Pastoor: Dat uiet_„. ten minste hier niet
Onder da oude Wet was een profeet niet en
kel een van God verlicht man, die de toe
komst voorspelde: men gaf dien naam aan al
len, die met een goddelyke sending bet volk
onderwezen.
Jansen: Een valsche profeet is hier dus
één dwaalleeraar, die in plaats vsn waar
heid leugens verkondigt?
Pastoor: Precies en die valsche leeraars
worden hier door Jesus ontmaskerd.
Jansen: Ze dragen dus een masker?
Pastoor: Ze doen zich ulterljjk ab schapen
voor; hun voorkomen en optreden b zoo
zacht en zonnig als zomerweer, wie zou niet
gaarne naar hen luisteren? Maar die schaap»
kleederen zjjn maar omgehangen; in waar
heid en inwendig
Secretaris: Zjjn het grijpende wolven.
Jansen: Maar dan snap ik niet hoe in de
Bergrede, die de pit en kern ZjjnerMPfddeer
moet inhouden, Christus zoo scherp te velde
trekt tegen zjjn tegenstanders en hen met
een bitter woord ah wolven doodverft?
Peetere: En ik vat niet recht hoe de Kerk
ons een Evangelie voorhoudt, dat in dagen
der valsche profeten ongetwijfeld recht van
bestaan had, maar in onze wuw actualiteit
noch raison d’etre meer heeft
Pastoor: Beide opwerpingen: boe de bena-
jning van wolven moet opgevat worden en
boe er ook nu nog zeer zeker van wolven
•Ptnke zjjn kan, worden glansrijk opgeloet
m een schoone bladzjjde van Dr. Kuyper,
Christenouders, zegt hij, stellen
1* opvoeding van hun kinderen bo-
Voor de opstanding van Petrus achtte on
ze goedertierens Zaligmaker, Jezus Chris
tus. God gezegend in eeuwigheid, één oog
opslag van genadige ontferming voldoen
de; voor de bekeering echter van Paulua,
ook Saulus genaamd, zal de goddelijks Ge
neesheer krachtiger en geweldiger middelen
aanwenden.
Saulus, een Israëliet uit den stam van Ben
jamin lupus rapax grijpende wolf te
Tarsus geboren, had te Jeruzalem de beroem
de school van Gamaliel gevolgd. Om in zjjn
levensonderhoud te kunnen voorzien sa
niemand tot last te zjjn, had hjj het tenten
maken geleerd.
Beboerende tot de sects der dweepzieke
Farizeërs, had hjj zich ah levenstaak gesteld
de voorvaderlijke overleveringen hoog in
eere te houden, meer dan al zjjne geioofage-
nooten. Vandaar zjjn ijver tegen de christe
nen en zjjne instemming met de steeniging
van dan heiligen Diaken Stephanus. Maar 't
gebed van dan martelaar steeg ten hamel
voor den vervolger De grijpende wolf van
den morgen zal in den avondstond den buit
veideelen.
Niet tevreden de Christenen uit Jeruza
lem verbannen te hebben, ging Saulus, ker
ker en dood voor de leerlingen dea Heeren
zoekend, naar den hoogepriester om last
brieven voor Synagogen te Damascus, ten
einde daar alle beïjjders van Jezus' Naam,
manen en vrouwen, gevankelijk naar Jeru
zalem te voeren en aan de boegen Raad over
te leveren.
Ah hjj nu, met die volmacht toegerust, de
stad Damascus naderde, zie, omstraalde hem
plotseling een geweldig licht uit dan hemel,
en ter aarde vallende, boorde hjj sens stenu
-Saulual Saulus! waarom vervolgt gjj Mjj?”
En hjj sprak: ^Heer! wie zjjt GQ?~’ Deze ant
woordde: ,Jk ben Jezus, Dien gjj vervolgt!"
Bevend mi ontroerd vroeg Saulus: „Heer,
wat wilt gjj dat ik doen zal?" En de Heer
seide: „Sta op en ga in de stad, en daar zal
u gezegd worden, wat gjj doen moet”.
De mannen nu, die hem vergezelden, ston
den verbaasd, w^l z| Fel d« stem boorden,
maar niemand zagen.
Saulus stond dan van den grond op, en ab
hjj zjjne oogen opendeed, zag hjj niets. Zf
namen hem nu bjj de band en leidden hem de
etend binnen. Daar bracht hjj drie dagen
door zonder te zien, aonder t« eten, of te
drinken.
Toen kwam het bevel des Heeren tot Ana
nias. „Sta op en ga in de straat de Rechte
genoemd, en vraag in het huis van Judas,
maar eenen man uit Tarsus, met name 8au-
lua, want sle, hjj bidt en hjj heeft eenen man,
Ananias genaamd, tot zich zien binnenkomen
om hem de handen op te leggen, opdat hjj
weder ziende worde.”
Ananias waagde de tegen bedenking: „Heer
van velen heb ik a
nomen, hoeveel kw;
gen in Jeruzalem gedaan heeft; en boe hjj
hier is uitgerust met volmacht van de Opper
priesters, om allen gevangen te nemen, die
Uwen Naam aanroepen”
Doch de Heer seide hem: „Ga, want deze
b Mjjn uitverkoren werktuig, om mjjnen
Naam te brengen voor heidenen en konio-
gieu en Israël» kinderen en Ik zal hem too-
nen, hoeveel hjj voor mijnen Naam moet lij
den.”
Daarop ging Ananias heen, en ging bet
van u zelf en met zulk t-en laatdunkend
neerzien op de lieden der wereld, heeft Je
zus zeggen niets uitstaan dc.
Ge hebt bet ook op bet weiland wei eens
gezien, boe een schaap «om» zeer vinnig
stouten en alle» beludve lief kan zjjn.
Maar dit is de zaak. Een houd ia sterk op
bel eigen erf en dit maakt, dat de lie,len der
wereld In do wereld zooveel sterker zjjn daa
gjj; zoodat ge niet tegen ben zjjt opgewas
sen zoodat uw kind weerloos tegen ben
overslaat en het stellig verliest zoo het on
der hen terechtkomt.
Dst vooreerst en dan in de tweede plaats dit.
De lieden der wereld zjjn fanatiek in hun
ijver voor de wereld en zjjn er daarom op uil
om uw kind, dat nu nog tegenstribbelt van
den geest der wereld te doortrekken. Ze rus
ten niet, oer ook uw kind in de wereld op
gaat. En dat te juist de oorzaak, waarom
Jezus de wwlveo noemt. Ze willen uw kind
aau zich geljjk maken, in zich opnemen en
dus geestelijk verslinden
En daartegenover nu staan wjj en staan
onze kinderen als weerlooze schapen maar
als sebaapkena van de kudde onze» Heeren.
Niet als een hert of een rund, waar eeu
wolf evengoed op aauvliegt, maar zeer be
paaldelijk ala „schajten".
Waarom dat
Eenvoudig, omdat een hert zich met zjjn
gewei verdedigt totdat bel neervalt, maai
een schaap, als de wolf komt, naar zjjn teer
der vlucht.
En hierin ligt du» de
Eerst uw kinderen zóó
onder de schaduw zijner vleugelen opvoeden
tol ze klaar zjjn.
En .u ut dan klaar zjjn, dan ze de wereld
inzenden, daa ze onder de wolven laten uit
gaan maar als sahapen, d.w.z. als jong»
maanen wier schild <te Heer ia.
Ie
h'
ter en alleen de Geest Gods dit wonder ge
wrocht heeft
Thane geeft de Heer een nieuw bewjja, dat
de stichting der Kerk Zjjn werk te, door uit
de scharen Zjjner vijanden den wreed*ten en
tegelijk den meeet begaafden Paulua uit te
kiezen, om Zjjnen Naam te brengen voor de
volkeren en voor de heidenen, en voor de
koningen en Israël» kinderen.
Deze prediking van dan nieuwen Apostel
geschiedde met geetadigen arbeid en ten koe
ts van de hevigste vervolgingen en de
gruwzaamste folteringen. Voegt daarbij den
inwenJigen strjjd om zjjnen Meester immer
getrouw te blijven. Hoort hem klagen en
zuchten: Opdat de verhevenheid der Openba
ringen mjj niet tot hoogmoed brenge, te mij
de prikkel des vleeecbes gelaten, die bondge
noot van Satan, welke mjj kastijdt Daarom
heb ik den Beer tot driemaal toe gebeden,
dat hjj van mjj mocht weggaan. Maar de
Heer antwoordde mjj: „Mjjne genade te u
genoeg, o, Paulus! En al dat strijden en al
dat lijden werd bekroond met zijnen mar
teldood, zijn onthoofding te Rome op dea
weg van Ostia, in het jaar 67 van de Chris
telijke jaartelling.
Wel mocht de H. Paulus getuigen: „Wat
ik ben, ben ik door Gods genade, en Zijne
genade te in mjj nisk jjd"l geweest; ik heb
meer gewekt dan de overige apostelen.”
X Was alsof hjj door zjjn Qver wilde goed
maken, dat hjj vroeger de Kerk van Christus
vervolgd had. Geheel zjjn leven besteedde hjj
voor Chrietu*. zoodat Ml sitroept: Ik leef
niet meer, maar Christus leeft in mf. Voor
Christus telde hjj Ijjden noch strijden zoodat
hn getuigt: Ik vloei over van blijdschap ia
alle verdrukking.
Ook in onze ziel straalt bet licht des he
mels door bet H. Geloof. Ook wjj vernemen
de stem van Christus in ons hart Waarom
vervolgt gjj Mjj door uwe ongodsdienstigheid
en heiligschennis door uw vloeken en las
teren doo: uw verzet tegen ouders en
oversten door uw snoeplust dronkenschap
en overdaad? Waarom vervolgt gjj Mjj door
uwe onzedigheid in kleeding woorden en
werken door die hemeltergende kinderbe
perking door uwe onrechtvaardigheid en
uw bedrog in den handel door uwe —r-
roof, liegen en lasteren? Sluiten we toch niet
onze oogen voor dst licht, noch onze ooren
voor die stem, tnasr antwoorden wjj met Sint
Paulus berouwvol en welgemeend: Heer, wat
wilt Gjj, dat ik doen zal? Het antwoord
luidt: Zoek u een Ananias, opdat hjj u dn
handen oplegge en u van zonden zuivere.
Als dan verder de strijd der volharding zwaar
Vóór Christus tegen de wereld te strjj-
den te de levensroeping ook voor onze kinds
reu. Daardoor alleen kunnen ze eens de
kroon verwerven. Eu natuurlijk tegen de we
raid strijden kunt ge niet, al» ge in een boek
bljjft zitten. Daartoe moet ge in de wereld
uitgaan. En ala een sciiaapske der kudde u
wagen midden onder de wolveu. Zoo moet
gjj doen en zoo moet ook uw kind doen.
Edoch, niet voordat bet klaar, voordat bel
gerjjpt, voordat het welgewapend en toeg»
nut te.
Maar zoo bedoelden zulke oudere bet vol
strekt niet. Ze zeggen niet: mijn zoon te zoo
vroeg rjjp en brandt zoozeer van ijver voor
den Chrteta», dat hjj nu reeds onder de wol
veu wil om voor zjjn Heiland te strijden.
0, neen niets daarvan.
Als er zulk een ijver voor den Heer Je
zus door ben in hun zoons gekweekt was,
zouden ze de eerste zijn om bun kinderen
naar een school te zenden, waar de Christus
in eere is
Maar juist dezen ijver hebtien ze niet van
kiudsbeen af aangekweekt, die ijver te in hun
kind niet ontvlamd. Vandaar dat bun kin
deren die wolven zoo lief en prettig vin
den
En nu zeggen: Vader, laat u my liever
onder die wolven gaan. Zoo flinke, forsche
dieren. Daar by die schapen te hel mjj zoo laf
En dan antwoorden die ouders: Nu, mjjn
jongen, dwingen «ril ik u niet. Ate bet u le
ven kan veraangenamen, welnu, ga dan on
der de wolven. Maar laat u niet bjjten. Pas
op!
Bedenk toch wat er ligt in de scherpe te
genstelling, die Jezus tusschen schapen ea
wolven maakt.
Wil Jesus daarmee zeggen, dat zjjn volge
lingen allen zonder onderscheid soo zacht
en zoo lief zijn, en dat daartegen de lieden
der wereld zoo boosaardig zjjn als eas wild
dier?
Ju het minste ni«A Met zulk ee» vWen
huls binnen, en hem de handen opleggende,
seide hjj: ..Broeder Saulus! de heer Jezus, die
u op den weg verschenen is, heeft mij ge
zonden. opdat gfl zoudt zien, en vervuld wor
den met den H Geest”. Terstond Helen er
als schubben van zQne oogen, en Saulus werd
weder ziende, en hjj predikte Jezus den ge-
kruisten, den Zoon Gods.
Thans was Ssulus wel Belijder van Chris
tus, maar nog geen Apostel Daarom begaf
hjj zich naar Jeruzalem, om Petrus te zien
en zich met den Prins der Apostelen is
verbinding te stellen. Want waar Petrus, de
Paus ia, daar te ook de Kerk.
Paulua had het Evangelie niet van «enigen
mensch ontvangen, noch geleerd, maar door
de Openbaring van Jezus Christus zei ven.
Bewonderen en aanbidden wjj de leiding
der Voorzienigheid in de bekeering van den
H. Paulus.
Eerst toch had Christus eenvoudige en
ongeletterde manuen, arme visschers en tol
lenaars tot verkondigers Zjjner leer uitverko
ren; opdat hun zwakheid getuigente zou af-
u, dat geen mensc tieljjke macht of wjjs-
de Kerk gesticht heeft, maar dat lou-
En godsdienst hebt ge zeker en vast noo-
dir om een eerltfk en deugdzaam mensch te
zjjn.
Eerlijk zijn wfl zeggen: aan Iedereen re
ven wat iedereen toekomt. Dn» ook aan Gnd.
Nu. tonder godsdienst reeft ge niet aan GM
wat God toekomt. Een volledig eerlfk
mensch moet dus een godsdienst hebben.
Ik wil niet zeggen, dat al wie niet katho
liek is. een onrechtvaardig mensch te. Verre
van daar. In zake geld en goed kan m«n zeer
eerlijk zijn tegenover de menschen: maar ik
houd staande dat men zonder godsdienst niet
eerlijk is tegenover God, die er toch wei
recht op heeft.
En deugdzaam zjjn, goed, verdraagzaam,
werkzaam, zedelqk. zuiver zijn i» zeker niet
gemakkeljjk. zoo niet ónmogelijk zonoer gods
dienst. Indien ge geen boogei wezen erkent,
geen hoogere wet geen sanctie van hierbo
ven. wat zal u recht houden midden In dm
strijd en de tallooze bekoringen? Zelfs met
de gedachte aan God vraagt de deugd In
spanning on moeite, wat zal bet dan zjjn Boe
der die boogere gedachte? Nu. zie maar eens
rondom u Hoe minder geloof, boe meer mis
daden. De godsdienst te de beste, zoo niet
de eenigste waarborg van zedelijk en rede
lijk leven
Zeg dus niet dat
gjj geen godsdienst noodig hebt
Gjj. zoowel als iedereen, hebt godsdienst
noodig. en in alle geval blijft God uw Schep
per en als zoodanig beeft Hij recht op uwen
«eredienst en uwe buide.
Zoolang gQ God niet wegcijferen kunt,
kunt kunt ge ook de nood zak »IQk beid van
dea godsdienst niet wegrjjferen.
Ea God wegcijferen kunt gjj evenmin als
het gewelf des hemels omverwerpen of de
zeeën uitgieten.
Evangelie volgens
VII, 15
In dien tjjde seide Jesus aan Zjjne leerlin
gen: Wacht u voor de valsche profeten, die
in sohaapskleederen tot u komen, maar In
wendig grijpende wolven sjjn. Aan hunne
vruchten suit gjj se kennen. Plukt men wel
druiven van de doërnen, of vjjgen van de
distelen? Alsoo brengt ieder goede boom
goede vruchten voort. Een goede boom kan
geene kwade vruchten, noch een kwade boom
goede vruchten voortbrengen. Ieder boom,
die geene goede vruchten voortbrengt, aal
uitgehakt, en in het vuur geworpen worden.
Zoo dan, aan hunne vruchten zult gjj ze ken
nen. Niet ieder, die tot Mjj zegt: Heer, Heer,
voor hun kinderen de voorkeur,
wat nog erger te, zoo er een school
moet gekozen, waar hun kinderen been sul
len gaan, hetzjj dan een lagere of een hooge
re school, ook dan sjjn vele van die ouders
wjjzer dan de Heer Jezus en gelooven se er
niets van dat ook hierbjj van schapen en
wolven sprake komt.
Want ja, zoo in het algemeen zjjn ze dan
wel voor Christelijk onderwijs. Op zich self
te dit natuurljjk beter. En stond al het overi
ge geljjk, dan zouden se de voorkeur geven
aan een Christelijke lagere en een Christelij
ke boogere schooi.
Maar ate het overige nu niet geljjk staal
eu er aan zulk een Christelijke school óf
meer moet betaald óf geen gelijke privile
giën zjjn te verkrqgen, óf de kring niet zoo
van zjjn stand ia, dan moet bet „Christelij
ke" weer geheel op den achtergrond treden
en zendt men zjjn kind onder de wolven, zoo
ate Jezus zou zeggen, maar zooate zii het
Jezus verbeteren willen onder de fatsoenlijke
menectoen.
Maar zult ge sergen. Ook Jeaus deed zoo.
Ook Hjj hield zjjn discipelen niet apart.
Zelf immers zegt Hjj het, juist üi het woord
waarop men zich beroept: Ziet ik zend u ais
schapee in bet midden der wolven.
En dat te ook zoo; alleen met dit verschil
dat Jezus se onder de wolven zond toen ze
klaar waren. t
Nergens leest ge In de Heilige Schrift, dat
de Heer Jesus toen Hjj Petrus en Andreas
Joannes en Jacobus en wie al niet, tol zjjn
trawanten kooe, ze eerst naar de scholen
der Schriftgeleerden of naar de toenmalige
Universiteit in Jerusalem zond.
lieze mannen waren eerst op
Joannes den Dooper geweest. Waarijjk
„fatsoenlijke" schoot Zoo midden in de
stjjn, bjj «en man met een beestenvel om en
allerlei zondaars en tollenaars ate leerlingen
In het oog loopend een bijzondere school.
En toen had Jezus zelf een school ge
vormd en in twee klassen, ate ge zoo wilt,
afzonderlijk de twaalven en afzonderlijk de
zeventigen onderwezen.
En hoezeer te Jezus er beducht voor, dat
Zjjn discipelen onder verkeerden invloed
rullen komen, dat als Hjj de meesters van
die andere scholen ontmoet, Hjj bqna altoos
zelf het woord voert en zjjn jongeren dekt
Zoo heeft de Heer Jezus, die er blijkbaar
heel anders over dacht dan zulke ouders,
zjja jongeren geheel apart opgevoed en bui
ten den invloed van die offleieele scholen ge
houden.
En toen eerst, toen dat geschied was, toen
die opvoeding genoegzaam
en se in zooverre klaar w
heeft Jezus se aangesteld om uu daa ook
hun ambteljjke bediening te beginnen ea toen
heeft Jezus ze in de wereld uitgezonden, zeg
gende: Ziet, Ik zend u ate schapen M hat
midden der wolven.
En natuurlijk dit moet dan ook
Zjjn onze kinderen eenmaal voiwaeeea en
rerjjpt, dan moetea se de wereld in; daa niet
tenger een Doopersche mjjding. Jesus self
bad het in Joh. 17: Ik bid U, Vader, niet dat
Gjj se aft de wereld wegneemt, maar dat Gjj
se bewaart tn de wereii