VOOR DE
I
h_
TWEEDE JAARGANG
s
s
5ciiriiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiiiiiiiuyjiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiHiiiiiiiininii;:iiiiiiiHiHiiiiiirjiiijiniiiii]u;iiiiiiiiiiiiiin:i^
T H E R M I E T.
HET VERBORGÉN SCHILDERIJ
TZZJ UIT DE -
MOPPENTROMMEL
NUMMER
kiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiniiirTiiiiiiLiiiiiniuiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiriiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiniiiiniiiiJiiiiinniiiriiiiiiiiiiiiiK
r
I
iu.
her-
,Wist ik maar of die jonge dame en
I
„Juffrouw Gnnzig,'
Moi
zeer mooi varen en vol uitdrukking.
■r
Zij
L
Ie uitnoodir
mevrouw' Lexton, tegenover wie hij
die
met
„Zeer juist, maar u vilde iets zeggen."
GEMOTIVEERDE VERWONDERING
met eenige woorden het doel van het be
zoek.
flink op zei Claire.
T zei Ge
rald, wijzend op den jongen aannemer,
geboft
te verzekeren.
,hebt u gisteren geen werk- toestand. Uit het kantoor waar Spangler
antwoordde zij verwonderd, voorste vertrekken. De vensters waren
men mante! ;ehuld en een slappen hoed
diep in de oogen betrok hij tegen het
vallen der duisternis zijn post. Vlak over
her huis van Spangler was een café. Oaar
gin; Polzig aan het venster zitten, nam
een glas bier en een groote courant, waar
in hij scheen te lezen. Hij zag echter geen
letter en loerde voortdurend naar het
huis aan de overzijde der straat, dat ge
luk kt® door een lantaren in de nabijheid
verlicht werd.
PREVENIEEREN.
„Dat is waar I” riep een grappenmaker
een leugenaar van pre'
in het bierhuis trad.
„Ik dorst het niet vroeger te wagen,
Ida.” antwoordde Spangler. „Je weet
waarom..--"
onderzocht Polzig.
„Jawel,"was het antwoord.
„En heeft hij dochters?"
maar die zijn reeds lang getrouwd.”
i l NAAR CHARLES OARVICE DOOR A. T. I' ',1
Hij „Zeer zeker, in Australië als ik ’t
wel heb.”
Zij „Zingen die ook een zwanen
zang voor den dood
Hij: „Ongetwijfeld.- met een klein
i, uc wnic zingen leuui CU g.
ten wegzenden."
„Ja, men beleeft te;
met die lui. Ze heeft ze!
dacht de ^detective en
„het gaat met de grooten evens!
zeide ze. En de kleinen.
Met den kantoorsleutti de
-1 de zware, etktnhc-.,
--1 aUnari in h<
Zig zou hif willen ontvluchten Ze wa
ren reeds bij het Anhalter station geko
men
Neen, hij _wilde de tram nerrfën, die
r a 2
o-n de tram op të wachten en t
zich achter een reclamezuil, tot de tram,
wa;
reed. Toen sprong JRRL„.
con en plaatste zich met den rug naar het keerde deur aanklop.”
binnenste van het rijtuig, ’t Was een ge*
vaarlijke post, want Spangler kon elk
oogenblik uitstappen en 1
fltocht hij echter niet
Zijn hoed in de hand,
had en kon toen door een
hoed verborgen, Spangler in bet oog
zins bruusk, want de beide politiebe- zijn lessenaar.
-droegen de kleeding van gewone
handwerklieden. brengt u voor goeds
„Neem me niet kwalijk,” begon de de
tective, „I
vrouw weggezonden
„Zeker,
Scholten „Heb je gehoord dat de
Hertog zijn been heeft gebroken en de
lijfarts niet in staat is de pijn te stillen
Jansen „Hemel, waarom neemt hij
ook een lijf-uts als hij pijn heeft in zijn
been."
VOORGEVOEL.
Monoloog van een liefhebbend vader
„Lieve deugd, in welk een tuchthuis zou
„Gevangen,” riep Polzig met ernst en mijn jongen thans weer zitten, nu hij in
nadruk en vatte met ijzeren greep zijn zoo langen tijd niet .heeft geschreven!”
arm. De lafaard bood niet den minsten
tegenstand. Met een klaaglijk gezicht liet NATUURGESCHIEDENIS,
hij zich de handboeien aandoen een half Zij „Niet waar. Alfred, er zijn ook
voorzichtig bent.”
ig sullen zijn,” zei ze, het ,,u'
uj” corrigeerend.
„O, zt passen wel op,” zei hij luchtig.
,Het zija allemaal ervaren lui, daar heb
ik wel voor gezorgd en mijnheer Lee,
te aannzmer, is een verstandige jonge
man, die geen risico zal willen loopen. Hij
tal bijna voortdurend hier zijn en wanneer
u zou beter doen, juffrouw, een en wist ach zoo goed te
jeetje achteruit te gaan, waar u r
nu staat zon een opspringende steen U ciaal beleefd was, er zeer door
kunnen trdfen." werd‘
Gehoorzaan deed Claire een paar passen
achteruit en even kuer ging ze naar bin
ten voor ifct ontflijt.
Toen ze 4aarna weer op het terras
kwam, was kij er nog en daar hij niet
vegging voor diner-tijd, had hij klaarblij
kelijk zijn eigtn ontbijt maar overgeslagen.
In den loop en
- -openen nu,
misschien sliep „de oude” nog, dacht
Max en beklom stil de trap naar de tweo-
a-J epin?, waar --
de dienstbode den sleutel in
"it te nemen.
iles ging goed. Noch „de o«
~-.J moeder, die voor de-i ".ca
vrij jongen man, bij gebreke eener 'zve«3
gezellin, zijn huishouden 'waarnam, had»
nog to* uit de armen v-
Morpheus losgerukt. Het was doe 'ote
Tnter daybl’ de bockhma»
der zou vandaag ook wel wat late.- da*>
gewoonlijk komen, aldus zet Ma*
„Tamelijk veel," hernam hij met een was.
glimlach, „want ik ben van de „Ik Ben zeer gelukkig, u het verlorene
Hierbij toonde hij zijn onder- terug te kunnen brengen," antwoordde
hij lakonisch, terwijl hij den brieventasch
Zij verbleekte een weinig. op den lessenaar legde.
t?„ vroeg zij niet zonder Het gelaat van den agent vertrok en
werd aschgrauw. Met een doodelijken
een
grond. „Ik moet u verzoeken, mij
beloven,” voegde hij er aan toe.
?llrn!^b«n, d7n'ridTrot
net lukte haar met. Zij voelde, dat zijn
J op haar arm begon te trillen en
was hij er zichzelf ook
F
HUISKAMER
OM*
met oetrekking tot het landgaód met hem,
henzelf.
„Vader heeft gelijk!” zei hij
een gewiekste oude vos I Ja, ik
mie buigen, en de onderdanig
spelen, als ik wat bij haar wi\
Mordaunt Saaie y eens kijken. Zijn vader !}??fuh?ed ®P en P“8 n“r den vleug«}’ in het oog gehouden fed, achteruit stap- 5*“° had« om bijvoorbeeld een der werk-
had hem een wenk gegeven zoo vrién
delijk als het usm mogelijk was te zijn,
en Gerald, dii de laatste ter wereld was,
om 1
gewekt.
„Mijn vader s naar Londen vertrokken,
mijnheer Wayiq.” zei Mordaunt, toen
hij zich omkeerti: om heen te gaan. „Als
e iets noodig he ut, zal ik laar met plezier
voor zorgen.” Hi zei dit met neergeslagen
oogen, maar Girald lette niet op zijn
en danltc hem uiterst hartelijk,
lunt gint naar het kasteel en
vroeg Claire te spieken.
juffrouw, dat hij een telei
dat hem naar Londm riep. Ik heb hier
paar stukken, waar/jen hij graag had, dat
U ze even inzag."Hij sprak bijna nederig
en zijn houding stakzoo opmerkelijk gun
stig af bij zijn gewon», jnameren, dat Claire
er aangenaam door vt-erd getroffen. „e M
„Het gaat over de Cnrinsley’s, juffrouw,’ kapitale kerel Ik
voegde hij er aan toe. „Mijn vader door mij van
is van meening, dat z^ weg moeten, maar Maar dat is niet zoo iets bizonders, want
nu vindt vader het goed, dat zij blijven
Pas begon een koude Decembermor
gen de duisternis van den winternacht t«
-j°nr
------VUlGtt
Spangler, zich door de straten naar heg
kantoor van zijn principaal spoedde*
Voor de deur van het huis, waar zich 'X»
de eerste verdieping dit kanttor beVonX'
wierp hij nog een half i l"',
z n horloge. Vijf_ minuten voor echten—
laat is! Om half acht moest bij aai» bet
rtr openen nts^
,de oude” nog, dacht
zijn patrom woondeü
i-. j2
I"-—
en beet zich op da
„U dacht, dat de muur nog niet zoo
i. nikt?" zei hij. „O,
L, 'i en tier - --
steen. Weer zag zij» den muur schudden— bracht en haar schrik aanjoag,
ditmaal was het zeker geen gezichts- er zich geen rekenschap van kol
bedrog. En Gerald keek nog maar steeds V u. '-.v
t naar Lee, geheel onbewust van het ge- «fgesnauwd, maar zij wist, dat dit een be-
„De won is heel wat beter dan de ,ur dat hem bedreigde. Zij had een ge- u**'
vader, dure, zei ze, „mijnheer Mor- voel, alsof zij zich niat kon bewegen, als-
daunt is.is....bijna een gentleman.” of zij vastgeworteld was aan de plek waar
„Ja, bijtia stemde Claire afgetrok- aj stond. Dat duurde maar een seconde,
ken toe. Het was maar jammer, dat maar het leek haar een eeuwigheid.
Mordaunt Sapley haar niet kon hooren. Toen sprong ze naar voren en had hem
i, toen
len muur
I cou-
zijn aandacht op de
-- jrijgbare stof
thermiet, om ijzer te smelten. Hij besloot,
haar man is fabrieksarbeider.” die voor zijn doel aan te wenden en schafte
„Juist, dat is dezelfde. Mist u soms zich een aantal werken aan om zich over
n of ander?" die stof en haar gebruik te laten onder»
Moeder en dochter zagen elkander richten. Iedere bijzonderheid van die
•i, gewaande inbraak bereidde hij op de
„Er zijn wel eemge kleinigheden op meest geraffineerde wijze voor. Op zijn
gsggs Wiss gSs
ar - ..-- - T--- -- --- groote som in bankpapier gevonden, legde hij de laatste hand aan het werk,
wi.’rp ze terstond1 weer neer, drukte zich ‘"Aha dacht de .detective en vroeg ze^n^nJioS’Sb'ik dfo^aTht1^- d^r ^n
den hoe 1 op het hoofd, en stormde naar luid „Waar ze heengaan, weet u zeker formatiën in te winnen. Van u ia dat geld d, bediende komen en den reruchtmaken-
Hij keek onderzoekend van de moeder
Op beider gelaat teeken-
i schnk.
„Hoeveel hoe groot is de som,”
dat te
Claire trachtte
hand
weer
nasteel en geuroeg zien oaar zoo schrikkelijk oog
dat Claire hem, daar het juist daarna werkelijk
ij er nir. is, zal ik zijn plaats innemen, drinken. Hij
achteruit
schuwen Wik op.
„ja, ni). ae zalen ei net - - --.o-----
:e inededeeling ver- slechtst voor staan, Itrent bij mij altijd al- ljerald haalde diep adem zijn hand
1 - FtlgrftA L.___ --1
-- aaw/va vp llUcU <*1111 Cll IllCL <tl --
vee8de het zweet van zijn ^^^^d^twgero gauw
- --- -- „Neemt u me met kwalijk, juffrouw,” mïsschlet^’riieD1
te nooren. Het was heel wnendelijk van maar ook met zijn 00gen en dat die dan 2ei hij, „ik vrees dat ik wat ruw en onge- -t-i__
Jêt ee.n 8oed woordje vooi hen te doen.” seer mooi varen en vol uitdrukking. r—ierf t™ L-L.
- - p „Ik geloof, dat de werklui hier niet leelijk aan het schrikken gemaakt. Mag
dien hij gemaakt had wter te niet ge- weten hoe ze het hebben,” zei hij, naar *k u vriendelijk verzoeken, nooit meer
hij bedwong zicLi nog intijds, gaat hen te gauw. We zullen aan het einde voorbij Hij trok met zijn hak
„Kan ik nog iets voor iu c-
frouw vroeg hij, met ee» onderdanige beginnen. Ik wil alles, <pf ten minste zoo
L- -
Claire besprak nog een paar dingen vóór de winter intreedt.”
- ^ft.i_i_e. - -i -
U4VC uzvucntunj wl UCl iddüjlJU 1X4CV HCI11, LaCC KW<*TI1 ICIU5 CU SC MCiu ivuj, waai- vjz
waarop hij vertrok, zeer te»treden over op ze beiden 'zich naar de afbraak bega- misschien
ven. Claire bleef staan kijiken naar de bewust, want hij troz ten minste zijn
dj. „Hij is mannen, die met de afbraak bezig waren daad weg. Maar nog steeds bleef hij, vergenoegd glimlachende Hhn *7-*.
- moet de en zag Gerald enkele oogenblikken niet, saamgeperste lippen, het gelaat nog--•-» -- 5™
<nie buigen-en de onderdanye dienaar waarna zij hem weer naast den ouden “tijd bleek, op haar belofte wachten.
i *k wat bij haar wi\ bereiken, muur zag staan. Hij stond met zijn rug „Ik ik beloof het u,”
Ik ben benieuwd, wat vader in, het schild naar den muur en naar haar en gaf Lee, ze zei het bijna onderdanij
voert en of er werkelijk iets itrit in dat die on het dak geklommen was, eenige Sartoris, de meesteres van Court xegina hep hij vlug op d
idee van hem. Het liikt m-r. niet eri; aanw i.ingen. Claire dacht ftr over eigen- „Het was dwaas van miiik dacht....” dwir oe. 4^
mer op en zag naar een schuilplaats om.
Deze vond hij bijna dadelijk. Het naaste
achappelijken ingang,
openstond. Hier verb
tive. Hij wilde wetenra
hui; lang zou blijven of er spoedig weer
uitkomen zou. Het was j
FRANSCHE BENAMINGEN.
De Franschen hebben een goeden
- dunk van andere volken, zooals blijkt
mes peuterde^ hij^^het er het Boulevard-Fransch, waarvan trou-
wens nog geen woordenboek is uitgege
ven. In die taal beteekent een Gres
valsche speler, een claqueur heet een
Romatn, een jaloersche een Espagnol,
een schuldeischer een Anflais. Men be-
L, men is
stijfhoofdig ab een Breton of een Hollan-
da s en lastig als een Normand. Een zon-
met de oogen.
diét**gehaald, ofschoon wij haar eiken dag zorgvuldig ingepast,
geld gaven.” hoekige opening in
‘i een
Polzig er bij, „hoe heette uw werkvrouw over. Een inbraak, waarvan hij in de
met haar vollen naam rant las, vestigde _2_.
„Thorese Muller." nieuwe, gemakxeltjké verkrijj
„Gehuwd thermiet, om ijzer te smelten.
raM, die voor zijn doel aan te wenden ën schafte
een of ander
„Het doet er eigenlijk niet roe, wat ik
verdween de blijde glans »»Ik in het vervolg wel op grooteren
s kliivan
beeren. De man van de meesteres 'van
°m ---- ---
waar te zijn net een sprookje. Ja, ze nren, dat de tnuur waarbij hij stond,
vlug in 'aan een schoonheid als die van Lucy; met y^pen. /lis de muur omviel,
toëc vw'nëc hotc llio T mjmwP ar_ar
en streek zij wilde hem toeroepen, Maar tot haar gezicht, heen en
>ng aan 1"*I~
tuurde één ver-
maar toen
was een het op hypotheek te zetten morgen kon toch
Lw. w„. icu, uil mj levenslang voor de e
oogenblik, ik wil zien of het geld ar nog taling der som zou werken. De
d UftWftft—U CU luvcu—
Ademloos ijlde ze naar de deur der taris bedroegen, zou hij met genoegen
:erae aeur aanuop. zijkamer, die zij haastig achter zich toe- opofferen om de v"*-’
Op dit oogenblik kwam de winkelier wierp. De detective was haar echter met daarvoor te krijgen
weer in de achterkamer bij Polzig en een sprong gevolgd, terwijl de andere Ida Malsch was i.„„ Lu,
hem zien. Dit fluisterde hem haastig toe ,^e is voor beambte de verschrikt opspringende moe- met haar moeder uit MaagdenbursTw:
,wa£*“.’Min in dsn winkel;v’7„„ die den vreemdeling terughouden if] haar verloofde had leeren kénni
alsof hij het warm ru* --i- <%__«-
spiegeltje in dën „Ja.” De zijkamer was een slaapvertrek en toen reeds" zijn
-r.2 zti De detective sloop op de teenen naar toen de detective de deur zacht opende, hulp 1
houden. Toen hij dezen zag opstaan, de deur, opende die even en gluurde door zag hij de jonge dame op een stoel staan ontberen, I,T.„
h.; k.» k,u,„1-i-u u. z-zziz-. voor een schilderij met vergulde lijst, laving geheim "te“hotidenTYch ^u
„Kan je niet met haar spreken T ik wou die zij met de eene hand oplichtte. Ze de vijftig duizend mark hem -vrvwnit nm
fluisterde hij zijn het ze echter dadelijk weer vallen toen naar N“ Ycck,-‘-
--zij de schreden van den indringer ver- afwikkeling der’ zaken
Deze begaf zich weer in zijn winkel, nam. C
„Is uw huis alweer verhuurd, juf- „Wat durft u ga heen," riep zij woning reeds opgezegd,
frouw,” wendde hij zich tot de jonge da- bevend van toorn. E"* J
me. „Gisteren informeerde iemand er bij De detective zag haar ernstig aan en zijn scherpzinnigheid den sluwen bedrie-
mij naar, maar ik kon hem geen bescheid antwoordde „Mijn verdenking was dus gtr 1
t gegrond 1 Het geld is hier..., U is me- Span
Juffrouw Malsch, een slanke^ydaante deplichtig aan den diefstal...U is mijn haar
met 1
iffrouw Malsch en uw moe- ning ontving. Spangler echter ging voor
eveneens. Veroorloof mij de vijftig- vele jaren het tuchthuis in. Het hoofd
duizend mark van -e--
nemen."
Doodsbleek zonk het
die tot hem opsloeg. Maar n\ toonde verdrijven toen Max Hesselraan, dej
t ach met in het geringst beleedigd door s“.^*en^„1,v*?_d.e“ lto?fdfRen' G
tot haar ha<f gespro-
ken. Zij zei ook niet„Ik kwam om u te
waarschuwen 1" Zij sloeg de oogen neer
en bleef zwijgend voor hem staan.
J
rustte nog altijd op haar arm en nier al
t-‘-
voorhoofd.
„Neemt u me niet kwalijk, juffrouw,’
manierd ben geweest, maar u hebt me ook de verdie
om van c
vangsi
Alk-
streep noch diens
-- ghmlac
t eens, dat zij keek en dus hoorde hij zoo iets als
net, aat juj meer naar hem keek, dan zich en,
het werk. Soms trok hij zijn jas uit hij Claire naast
het sloopingswerk, zelf een handje sprongen, viel vlak voor haar voeten nauwelijks van bewust, dat hij iets
zich zelf op, dat zij hem ademloos stond getroffen was.
«De schrik dien hij om hantntwillc kreeg,
stond, deed hem verbleeken en hij greep haar
arm en trok haar opzij. Zooals dat bij
mannen van zijn slag meer voorkomt,
maakte de emotie hem ernstig en met
een stem die klonk als een heftig verwijt,
vroeg hij
„Waarom kwam u zoo dicint bij Hoe
kon u zoo onvoorzichtig zijn De heele
muur had boven op u kunnen vallen 1
Gaat u achteruit
Claire’s gelaat was doodsbleek en de
schnk sprak nog uit haar oogen, toen ze
„Ik ik beloof het u,”
mg, zij Claire, T"..
Court Regina I liep hij vlug
daar heen te gaan, erf wel het werk van massa met daverend geweld neer.
naar het werk. Soms trok hij zijn jas uit hij Claire naast
en hielp hij, bij de gevaarlijker gedeelten na den val weer
van 1
mee en en paar maal betrapte^Oaire er neer en een oogenblik dacht hij, dat zij haar ugej
aan te staren, als hij daar op een hoek
van een afgei irokkelden muur s
waarvan de strenen onder zijn voeten
oez Biairs sox-xen weg vielen’ Zela;ren namiddag zat hij op
^ijn vader v^xschi mij U te zeggen, g" b°lP kpuin ldinJ??jP
ffrouw, dat hij e«m telegram onfving, EJ“r,e hl’ s'°ndop
it hem naar Londi» riep, fk heb hier een F-, HruXj1 \,an aee^i!e^erh, rr nr-
ur stukken, waarnro hii vraaz had. dat held’ Hl’ bad g^erd »ch 10 acht
men evenals 1 vllordaunt.
„Wat schiet u
,Ja, dank zij mijnheer Lee,'
ld, wijzend op Uen jongen
wuitnd doorliep. „Een
r s, juurouw, kapitale kerelIk heb zeldzaam
„Mijn vader door mij van zijn diensten
.rant Tcn met ln 8«f
'k ben'voor hen in de bres gesprongen en jk ben nu eenmaal een geluksvogel.” ‘S00 waarop hij
nu vindt vader het goed, dat zij blijven „Zoo zei Clarre met een flauw
natuurlijk heb ik hem nirteld, dat het uw glimlachje.
wensch was.” „ja/> hij. „Als de zaken er het
4 Claire was over deze j
aeugd en toonde dat Sow een glimlach les ’wjèr op' z\ poó'^es teréchL”
^isschien de eerste, de- zij Mordaunt Hij glimlachte en het wa-. niet voor
'«honk. de eerste maal, dat (Haire bemerkte, dat
„Dank u/^ei ze, ,Jkben heel blij dat hij het niet alleen met zijn lippen deed,
u, een goed woordje voo« hen te doen.”
Mordaunt had bijna den goeden indruk
daan, met een van zijn Ori'ord-glimlach- den afgebrokkelden muur kijkend. „Het zo° dicht bij te komen nooit hier
es, maar h“ -T. -
„Kan ik nog iats voor <u doen, juf- der negende week ai met den herbouw m den
buiging. goed als alles, nog on der dak hebben,
z-ftft - «M
Lee kwam terug en ze l hem iets, waar-
Claire bleef staan kijiken naar de bewust, want_ hij trok ten minste zijn
bereiken, muur zag staan. Hij stond met zijn rug
voert en of er werkelijk iets in* zit in dat die on het dak geklommen was, eenige Sartoris, de meesteres van
Eensklaps 1
op haar gelaat, want zij zag, of meende te
--ft IJ r C -W 31U11U, -
„Daa hoop ik. dat U dat ze voorxich- fs mooi al zou ik de voorkeur geven schudde. Haar hart scheen op te houden xaam
Milt*.» «MM ««a* M ss” nluo tn aan •Z'kr*r»r»h»in ala »rsn T t_i/il— ^QU f
iets zachtsen liefs. Die arme kleine Lucy!’ hij Op hem neerkomen en
Hi, Zilimlachte medelijdend r* - <--
zijn dunne snorretje op. schnk weigerde haar xpr
Den volgenden morgen was hij weer te gehoorzamen. Dat^Hi
op het kasteel en gedroeg zich daar zoo schrikkelijk oogenblik?
goed, ?-* -■■- •- - rzp
Funch-Cèid was, vr<
nam
„Woont er geen jong meisje bij hen,
1 nilie of zoo iets
„Neen.”
„En de bakker, heeft die dochters?"
„Alleen twee zoons.”
Nu was er alleen nog sprake van de
weduwe Malsch.
„Hoe oud is die dochter F
„Zoo ongeveer twee- of drieëntwintig." vragend aan.
„Is zij verloofd
„Dat zal wel. Ze gaat vaak met een heer onverklaarbare wijze’weggeraakt,'
--r~. - .~r--- „«..„.i tla een poos,
niemand vertoonde zich. Polzig dronk hij heet, weet ik niet.
„Wonen die dames hier al lang
vu* jivcj uftift. X wee uu< iftftu „G necu, pas vier luaftiiucu cu wver
hij reeds geduld geoefend. Half negen 1 twee maanden gaan ze weer weg. De wo
llij na n reeds ztjn vierde courant, maar ning is te huur.”
wiero ze terstond weer neer, drukte zich „Aha,” dacht de .detective en vroeg ïeg!Pn. Daarom heb ik de opdracht in- deur van het“ k?nto^r“te ‘?r^n~Nu
den hoe 1 op het hoofd, en stormde naar luid „Waar ze heengaan, weet u zeker formatiën in te winnen. Van u is dat geld de bediende komen en den reruchtmaken-
btnten. Eenmaal op de straat en zeker niet zeker niet afkomstig den diefstal ontdekken
van z.jn man, stapte 'mj snel vool-waarts. Ik geloof dat ze de stad uitgaan.” Hij keek onderzoekend van de moeder De aandeelen had hij werkelijk om de
G:«? het was Spangler.. Waar Polzig overlegde, terwul de winkelier naar de dochter. Op beider gelaat teeken- verdenking tegen Gow-el ter versterken.
gin; h.j heen? Naar zijn club Dat moest even, naar voren moest, of het geraden de zich groote schrik. avonds in de nabijheid van diens vZ
hq afwachten. Hij volgde hem op een zou zijn, de gelegenhttd waar te nemen „Hoeveel hoe groot ia de som," ning op een geschikte plaats neergei-gd.
bz.norl:;ken afstand, steeds de overzijde en de woning der weduwe, onder voor- stamelde de dochter. Hij hoopte stellig, dat de slotenmaker
uit, straat in. Spangler scheen -een oe- schouw te nemen. Hij zou dan de ver- ng- of vijftigduizend mark sprak,” her- Zijn plannen na de mtvoerina van da
pia! 1 doel te hebben. Geen enkele maal loofde ook wel te zien krijgen en aan haar vatte de detective aarzelend. ’„Naar het misdaad, waarvan ziin arme moeder nite
zag hij om. Hij ^gaat ver weg, dacht Pol- stem Jtunnen herkennen, of ze dezelfde schijnt was die vrouw van plan daarmede het geringste vermoedde, waren de voé-
genae
Zoodra de hoop op het terugkrijgen van
'jm dacht hij
----.klaren. Men
ik van hem verwach-
voor de terugbe- -
--_j enkele
dui zenden, die zijn vermogen en laven
de vijftig duizend mark
Ida Malsch was eerst kort geleden
waar
u Ll, UBT jenf
naar Berlijn gekomen en daar Spangler
reeds zijn plan beraamd had en de
zijner verloofde daarbij met kon
ren, kwamen zij avereen hun ver-
i zou met
in de schaduw van een huis. Hij zag hem
tutstappen en de Genthiner straat in- haar stem hooren,” fluisterde hij zijn het ze echter dadelijk weer vallen toen naar New-York, waarhëërT hij"
s aj‘Tr1.’. j vriend den winkelier toe. zij de schreden van den indringer ver- afwikkeling der zaken zou volgen en
Hij volgde hem, doch behoefde met Deze begaf zich weer in zijn winkel, nam. daarom had haar moeder de hum h«w
ver mee te loopen. Bij een der eerste „Is uw huis alweer verhuurd, juf- durft u ga heen," riep zij woning reeds opgezegd.
huuin bleef Spangler staan, haalde e:n frouw,” wendde hij zich tot de jonge da- bevend van toorn. Het is te begrijpen, dat Polzig die door
sleutel te voorschijn, opende een deur me. „Gisteren informeerde iemand er bij De detective zag haar ernstig aan en rijn scherpzinnigheid den sluwen bedrit
en verdween. mij naar, maar ik kon hem geen bescheid antwoordde „Mijn verdenking was dus «r ontmaskerd had en de Bank, door
Polzig bekeek het huis, nam het num- geven." L gegrond 1 Het geld is hier.... U is me- Spangler vertegenwoordigd, weer aaa
mer op en zag naar een schuilplaats om. Juffrouw Malsch, een slanke gedaante deplichtig aan den diefstal...» U is mijn haar geld had geholpen, een rijke beloo-
Deze vond hij bijna dadelijk. Het naaste met regelmatig gelaat, antwoordde kort- gevangene, juffrouw Malsch en uw moe- ning ontving. Spangler 1
huis had een ruime gang als gemeen- af dat de woning zoover zij wist nog te der .cis
schappelijken ingang, waarvan de deur krijgen was. duizend mark van den heer Spangler ia stuk „thermiet” had hem verraden.
zich de detec- Polzig knikte bevestigend. Ze was het. bewaring te nemen."
Spangler in het Maar hij zou nop iets meer vernemen. Doodsbleek zonk het meisje op een
spoedig w^r „Juffrouw Gnnzig," vroeg het jonge stoel neer en liet hem begaan. Vlug sprong
geen restaurant, meisje aan de vrouw van den winkelier, hij op den stoel, lichtte het schilderij op
/dus hij moest er een bezoek brengen. Öe „Weet u niet een werkvrouw voor ons. en klopte met de knokken op het behang-
•leutel dien hij er van had bewees dat hij De onze hebben we gisterenavond moe- sd. Zooals hij t-
er goed bekend was.
-»“!Na ongeveer een kwartier hoorde hij
'de deur opengaan juist, Spangler kwam
er uit, maar niet alleen. Een dame liep
'naast hem. Zij kwamen hem voorbij. Ze
spraken samen, zonder te vermoeden
dat zij beluisterd werden.
„Je bent iaat van avond, Outdo," i,.,
/hoorde Polzig de dame zeggen. Een 5trlil vln vre“?de »?hoot bl>
„Ik dorst het niet vroeger te wagen, -."T?. --_i.„ A j-- c een scuuiucwvuci «u nngiais.
Ida,” antwoordde Spangler. „Je weet deQ heimelijken toeschouwer. Een plan Gevonden, nep hij, „en nu naar Spang- drinkt ach een Polonau,
^‘och, ik'denk dat er geen gevaar is." ’uist <^aaro,n een^veêïbelovend plan. Moeder en dochter, die weenend hun
‘„Wie weet....”
„Niemand weet, dat je hier een ver
doofde hebt.”
„Juist daarom, dat moet ook niemand
weten. Binnen eenige weken....”
Ze waren voorbij en de luisteray hoorde aaar de wo“mng het jonge mi
niets meer. Wat hij gehoord had, scheen dat hü bij Grinzig gezien had.
hem echter voldoende. Hij maakte geen >>W1I verlangt u,B vroeg zij eemgs-
a A. zal ten om de twee te volgen.
Spangler had dus een verloofde en ambten droegen de kleeding van gewone
wilde met dat iemand hiermede bekend
was. VreemdWaarom niet Daar had
hij zeker zijn reden voor. Een straal van
trio uf schitterde in het oog van den de
tective.
gisterenavond moe- sel. Zooals hij verwachtte, 'klonk het op
één plaats hol. Nu keek hij nauwkeun-
tegenwoordig wat ger en bemerkte, dat een vierhoekig
et die lm. '4e neen zeker....” stuk van het behangsel ter grootte van
De winkelierster knipte beteekenisvol een boek in octavo formaat er in gezet
Z. was. Met een 1
„Ze heeft weken lang beschuit op ere- uit. Op een houten raam gespannen en
w«Uft.u, - yuldig ingepast, sloot het een vier-
fe 'bént’^iaat'^van**’avond Onirln geld "gaven.” hoekige opening in den muur, waarin
Ben straal van vreugde schoot bij het zich een brieventasch bevond, die de
hooren dezer woorden uit de oogen van detective er uitnam. Ben blik er in
c._ 1- •-•■■■
kwam bij hem op, een stout plan, maar Ier.”
juist daarom een veelbelovend plu. Moeder en dochter, die weenend hun da en jasng afa een Normand Een zon-
v u j d**1 “n.de..“adaad bekenden, met de derh wor3t een chinees genoemd, een
Nadat de jonge dame zich had verwtj- verontschuldiging door Spangler te zijn ongeregeld leeft, een Bohemer,
derd, verliet hij ook den winkel om op overgehaald om het geld te bewaren, wer- een domkop een Waal, een twistzoeker
het bureau van politie een agent in bur- den in een rijtuig naar 't politiebureau een £0-4een fijne epicurist een Athe-
gerkleeding mede te nemen. Met hem gebracht. Polzig echter snelde met twee Qer en een woekeraar een Jood,
keerde hij terug en beklom de twee trap- beambten in burgerkleeding naar Spang-
pen naar de woning van het jonge meisje, Ier. De beide mannen liet hij buiten de PREVENIEEREN
deur staan.
Spangler stond in het kantoorachter ,raar "«P een grappenmaker
- een leugenaar van professie toe, die juist
„Wel mijnheer Polzig,” riep hij, „wat *n bef bierhuis trad.
brengt u voor goeds?” „Maar, mijnheer, ik heb immers
De detective overzag met een blik den met£ gewgd.
stond, was maar één uitgang naar de
ftvw. dULWUVlUUC £1) VCrWUUUCIU, VUU13LS- TVlUCaam. VClLHClb naitu
„Z'J is zijn medeplichtige," riep hij „maar wat hebt u daarmede te maken?” niet gevaarlijk daar men op de 1ste étage
bij Zich zelf. „Dat wijst op een lang be- -- •-« ---
raatnd plan, waarvoor het noodig is, beleefden glimlach, „want ik ben van de
dat niemand iets van zijn verloofde weet, politie.” Hierbij t'»~’'4*
Geen twijfel— in dat huis is het'geld scheidingsteeken.
geborjsa.” Zij verbleekte een weinig.
„En wat nu,” vroeg zij niet zonder
Den volgenden morgen was de detec- eenige ontsteltenis.
tive veer in die straat, om het huis, waar „Die persoon is hedenmorgen vroeg angst in zijn blik staarde hij den beambte
Sp .ijlér’s verloofde woonde, nader op gevat. Ze heeft een heele reeks diefstal-
te namen. In een winkeltje kort bij, welks len bekend, waarbij ook u of uw moeder „Gevangen,” riep Polzig met ernst en
bewSners hij kende, vernam hij de na- schade schijnt te lijden.”
men der verschillende huurders. Bene- „Die listige feeks —dacht ik het
den woonde een bakker, op de eerste éta- niet ;4aar komt u binnen. Moeder is
ge een gepensioneerd ambtenaar, op de hier. nil zica oc iuuujjïicu ecu „puci w*.
tweede een weduwe Malsch met haar Dit was wat dc detective verlangde, uur later stond hij voor den commissaris zwarte zwanen
dochter, op de derde een paar arbeiders- Hij volgde haar met zijn geleider in een »n legde, over zijn gansche lichaam beven
gezinnen. vertrek, waar een oudere, elegant geklee- de, een volledige bekentenis af.
„Kent u den ambtenaar Richter,” de dame met een handwerkje aan het Het was alles zooals de detective het
onderzocht Polzig. - venster zat. De dochter verklaarde haar zich gedacht had. Spangler was reeds *n
laar tevoren op 't schurkachtige denk-
«beeld dat hij nu uitgevoerd had, geko- onderscheid, de witte zingen tenor en d?
,Om geen abuis te maken,” voegde men. Het geheele jaar door dacht hij daar- zwarte bas.”
lijk zonder het zelf te beseffen, hoe kra- Zij brak den kin af
nig Gerald de geheele situatie beheersch- lippen.
te, hoe heel zijn houding, en de kalmte „T_* J*
waarmee hij zijn orders gaf, wees op gauw zou vallen, u»c<.
zelf-vertrouw en en zij voelde die bewon- maar een muur in dien toestand is nooit
dering voor Aem, die iedere vrouw ge- te vertrouwen."
voelt voor dei» sterken man, die meester „Het doet er eigenlijk niet toe, wat ik
VIII wa.mchijnlijk, maar ik zal het toch pro- is over zichzelf en over anderen. dacht,” zei ze met een flauw glimlachje.
„O, neen," zei Gerald, „als je maar Coitri: Regina Het klinkt te moot om
kant rt waar tR triin nof wn «nrrvd
afstand blijven.”
Zij keerde zich om en ging lang-
naar het kasteel terug, waar zij
jou v'u2 naar llaar “S*:1 kamer ging. Zij
hem doóden. skx>t de deur en '*eP' met de handen vooe
1 weer. Zij zag hem.
haar wil daar n08 staan bij dien gevaarlijken muur,.
ver- hoorde nog zijn ernstige, verwijtende.
op het kasteel en gedroeg zich daar zoo schrikkelijk oogenblik; maar toen zij 3tem’ voelde noS ®in krachtige greep op
^7 -riep, werd het geluid haar »rm. De gedachte aan de angst -*•-
te blijven koffie- van haar stem o rerstemd door dat der had uitgestaan, vermengde zich
xtdiging aan houweelen en tier vallende brokken een va8« voldoening, die haar in de war'
houden, dat steen. Weer zag ziji den muur schudden— bracht en haar schrik aanjoeg, doordat-
j spe- ditmaal was het zeker geen gezichts- kij er zich geen rekenschap van kon geven.
ten bedrog. En Gerald keek nog maar steeds HÓ was boos qp haar geweest, had haar
wijs was van zijn zorg voor haar veilig
heid, zijn schrik over het gevaar dat haar
had bedreigd en zij nam het hem niet
kwalijk.
Toen na een poosje de reactie voorbij
ler-uiu, nau mj «.laarLm>- --7--- s - =u «w nem was, viel zij in een stoel neer, zich telkens
antbijt maar overgeslagen. Terwijl re nog sprak liep ze de trap reeds bijna bij den irm gegrepen, toen W“T of zij op Men muur zots
den namiddag kwam ook ®P en,kwa® even later weer beneden met Gerald, alsof hij voortdurend den muur ?,n toegesprongen, zooals zij Mj nu ge-
- haar hoed op en ging naar den vleugel. in het oog gehouden had, achteruit step- daan hid’ om bijvoorbeeld een der werk-
Zij had er uen gewoonte van gemaakt, te. Terwijl hij dit deed stortte de steenen- heden te
a.._ a.. -.Hij Ook bij Gerald kwam de reactie en
toen J0*11 Z1> weg was, stond hij naar het ge-
„j een zucht achter ^0?.w te kijken, alsof hij alle belang-
zich plotseling omkeerend, zag s, l®g.. Jtoor he werk had verloren,
zich staan. Een steen, die “et baatte zelfs. Na eenige oogen-
van den grond was opge- b“kken ging hij weg. Hij was er zich
1..L.-tot
izegd had, dat hij haar arm zoo
ruw had beetgepakt, hij kon zich alleen
het verschrikkelijke gevaar herinneren,
en terwijl hij naar huis wandelde nam hij
telkens zijn hoed af om zich het zweet
van het voorhoofd te wisschen.
f Wordt voortgezet.) j
zeker met afkomstig
„Ik geloof dat ze de stad uitgaan.” F22, ïzzL -
Polzig overlegde, terwijl de winkelier naar de dochter.
even naar voren moest, of het geraden de zich groote
i ’^wachten. Hij volgde hem op een zou zijn, de gelegenheid waar te nemen „Hoeveel hoe groot ia de som,” ning op een geschikte j
------ --- i en de woning der weduwe, onder voor- stamelde de dochter. i’" 1
der straat houdende. Voort ging het straat wendsel ze te willen huren, in oogen- „Ik meen, dat de inspecteur van veer- veroordeeld zou worden
- een be- schouw te nemen. Hij zou dan de ver- tig- of vijftigduizend mark sprak,” her- **”-
paald doel te hebben. Geen enkele maal loofde ook wel te zien krijgen en aan haar vatte de detective aarzelend. ’„Naar het t
--- waa die vrouw van plan daarmede het
was. Ook kon hij in de woning rondzien de vlucht te nemen.”
en waarschijnlijk de plaats waar het geld „Goede hemel, dat is ons geld,” barst-
was ontdekken. te de jonge dame hevig verschrikt loa. het geld verdsrenra rou rii,
--Hier schudde hij bedenkelijk het hoofd, „ggjj hadden het bedrag losgemaakt om rich bankroet te doen verl
daar begint. PoLig zag hem blijven staan Dat zou met mogelijk zijn. Daar was een het op hypotheek te zetten morgen kon toch onmog
verschool ander middel toe noodig. komt de heer, met de.... Wacht n een ten, dat hij levei
.u/avuic* ctu 4cux<*u4C4uxx, lui ut uduif „Wist ik maar of die jonge dame en ooi
urin Spangler plaatsgenomen had, af- Spangler’s verloofde dezelfde zijn," sprak is,1
sa. Toen sprong hij op het achterbal- hij bij zich zelf, „dat ik niet aan een ver-
Zijkamer, die zij haastig achter zich toe- opofferen
in de achterkamer bij Polzig en een sprong gevolgd, terwijl de andere
;en. Hij nam in den winkel....” der, die den vreemi
„Juffrouw Malsch wilde, den weg versperde.
„Ja.” De zijkamer was een slaapve
De detective sloop op de teenen naar toen de detective de deur zacht
i een s»
apron’ hij van het balkon en verborg zich de opening.
m J2’«»L.J.._ ww?»i
uitstappen en de Genthiner straat in- haar stem hooren,'
ctlaar* i 1tl.
’de niet
ver mee te loopen. Bij een der eerste
L_' 1lïj e:n
sleutel te voorschijn, opende een deur