IJ VOOR DE I .J-l J' HET INDISCHE KISTJE 1 1 NAAR HET ENGELSCH DOOR Q J H. I~~ I SlHillUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIEH^ lllllllHILIIllia s s S E I UIT DE - moppentrommel iT NUMMER 16 DERDE JAARGANG 1» yiiiiiiiniiiiiiHiiiiiiiiiiiiriHiiiii iiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiirniiiiiiiiiiiiiniiiiiirüiiiiiiiiiiiiiiiiiniiir iiiiniimiHiiiiiiiimixl ^wZeer vriéndelijk mijnheer Gambetta -- - - - - - - - een Veeleischende gast. GEVOLGEN VAN BESCHAVING HUISKAMER D* ter heb ik een Landman (voor s het KLEIN GEKREGEN. .Maar papa, SARCASME. Ambtenaar (op 't bureau komende) t Collega „Ja, kom maar binnen." maak dan dat je uit den wagos VOOR LEKKERE ETERS. EEN GELUKKIGE MOEDER. Heer. dochter schildert zelf.' EEN NIEUWE ZIEKTE. Meijer. „Zoo, „vriend Muller, alleen op m boter tot ze lichtbruin zijn. Wandeling Verwarm de olare de vïande Meijer. TAALLES. „Wat is het meervoud EEN GOED VAK. ige Gaunt volgde mij, zonder hoed, de een een onderhoud met een der groothertoglijke „J J d -11 .'21, Lli t zon- hoo- ol neen?' „Wel nu dan, neenl Dit geheim is mij onbekend, als er ten minste een geheim bestaat" IN DEN SPOORWAGEN. A. Hinden het u als ik rook!.. B. Zeker, ik kan den tabaksrook niet verdragen. A. Nu maak dan dat je uit den wagos komt, ik steek mijn pijp aan. teling l r. „fa, mijn vrouw ia niet wel.’’ -r. „Wat mankeert haardan t' Muller. „Een nieuwe wintermantel." na bad zij sproken, thans speelde zij over deze eilanden, heb niets te doen en ontvang daarvoor 40.000 dollars per jaar dus veel meer dan de President der Ver- eenigde Staten." cutie een aanvang kon nemen. Hij had den ritmeester wegens den doodskop met de doodsbeenderen voor een scherp rechter aangezien te zijner „eer" zou verrichten I mu- -- --met van 1 vinger dik, klop deze e'n snijd klein kunnen Zien t' Dame. „Dat is ook niet noodig, mijn I u dat belang in- op dek i bewe- IM haar katoenen zakdoek de oogen al. k nut daaraan biootsteuen Ik doe ge- „We zullen hem Noèl (Kerstmis) noemen ooi ik vee wijzer ais ik de eilanden niet ikM«m de zorg voor zijn opvoeding op verkoop en hier koning blijft.’ ™j I” De generaal dacht even na To n klopte Toen kreeg haar natuurlijk tempera- hij den komng op den schouder n zei «•at weer da overhand, en zij voegde er „Maiesteit gij hebt volkomen gelijk bij„Ik zal probeeren, geen egoïst van Gij zijt een verstandige kerel Behoud uw ten te maken, zooals u bent I' eilanden Als gij ze w idet ve koopen. „Goed, goed heel goed I” zeide de zoudt gij een groote ezel zijn dokter opgewekt. „Om te beginnen moet Dit was de eerste en laatste maai, dat je maar wat pap voor hem klaar maken, men generaal Mc. Cook met eene diplo «a maak dan een bedje voor hem in orde matiekc zending berstte. eten Dat VERKEERD BEGREPEN. maar met door hem gezien kon worden. Het geruchi was wei overdreven. De predikant begon eene donderende phmp- pica tegen den Prorector, dien hij bij den dtuvei zelven vergeleek Cromwell luisterde rustig toe. Er be woog geen spier van zijn gelaat. Het schelden werd steeds erger en de uitvallen werden voortdurend heftiger Eindelijk vroeg een der heeren, die den er gebeurd A. Hoe is het mogelijk dat ge steed, spelen, ge verliest altijd. Het noodlot kan mij wel doen ver liezen, maar hettkan mij met dwingen te de de uittrouw. „Welzoo I Hij was een van de geestigste en levendigste menschen, ik ooit ontmoette. Altijd vol grapj.«. en vluch tige geschiedenissen I Hij is nu zeker met thuis. Ik heb hem niet gezien, sinds „Hij is hier. Hij is niet van huis ge- „Maar papa, vooraan in I.„. nog wel gedrukt „nadruk is „Ik zal probeeren, geen ego DMBJ* maken, zooals u bent F’ do! je maar wat pap voor hem klaar maken, -'*‘2 naast jouw bed en dan zullen we gaan •a eeal °J? ®in teondheid drinken, tal ou Kerstfeest zijn." „Welke rol speel jij wel op het groote kachel." Verwijder het ‘Tchuim i levens? vroeg een de massa begint te koken spotvogel aan een eenvoudigen boer. „Ik daarna de in stukken bemoei mij met mijn eigen zaken,” ant- woordde het boertje leukweg. WAT KOMT ER IN DEN REGEL TE LAAT? PERSOONLIJKE VRIJHEID. Baas (tot zijn leerling die van de trap r Te drommel, deugniet, wat maak Parijzerriolennet onder de St Ma- je nu weer voor 'n leven -1 en ge- dreven wordt het bijna uitsluitend voor de arbeiders welke in riolen te doen heb ben. lederen dag eten hier minstens 100 man en voor ongeveer 6 per wet. kan men hier nachtkwartier en voeding ver krijgen MERKWAARDIGE HOTELS. „uai ucu i» .«„6 - Overal op aarde zijn veel, zeer mooie vonden,” antwoordde een gastronoom, hotels en call's er zijn ook echter zeer men eet van dag tot dag slechter, merkwaardige Een der zeldzaamste isbij Santa Cmz, in Califormè. Dit hotel be- ggjq MODERN BEDELAAR, staat uit een groep der in California veel voorkomende ttlathanboomen waarvan vele zeven meter omvang hebben Zulk een boom is hier als salon met electnsch licht en alle denkbare gemakken mge- uit. „Mare, was het haar stem?" „Kom," sprak ik, ten prooi aan een vreeselijjc vermoeden, terwijl ik het' salon uitsnelde. „De rivier, Charles! de rivier." In minder dan een minuut waren wij als dat aan het einde van den tuin en bij de de uitdrukking rivier. Daar stroomde het bruine water opgemerkt had. met kracht voort; het stond twee 4 drie voet hooger dan den vorigen dag, toen ik onze brug niet over wilde gaan. Op de natte planken zagen wij een 1 gen, den hoed van Cecilia. J bereikt haar doodsbleek gelaat, gesloten oogen had. Wat draafde ik! De stroom zelf ging niet sneller, want voor mij uit. op lijk geleek. paar meter afstands, bemerkte ik e-’ erkenbaar voo-werp. dal Ik ben met hem getrouwd." antwoord- „Kerel, wat is het hier heet, ben je va» plan een os te braden gespoord het geheim te doordringen, waarmede gij u omringt Deze omstandig heden misschien zullen hem in zijn po gingen helpen, en als dat zoo is, gebiedt mijn eer mij dan niet, alles aan mijn vriend te zeggen?" Zij luisterde begeerig naar elk mijner woorden „Hij wil gaarne het geheim doorgron den. en mijn gedrag van gisteravond met betrekking tot het portret, heeft zijn ach terdocht opgewekt?" vroeg zij op leven den toon. .Jk kan hier voor Gaunt niet antwoor den." antwoordde ik. Mathilde keek mij strak aan met een uitdrukking van onrust in haar oogen. „t la goed; ik wil noch u noch hem in verhoor nemen; al wat ik u vraag ia, mijn verzoek in te willigen en mij er kennis van te geven, als gij uw vriend alles ver tellen wilt, en dit oogenblik zoo lang mo gelijk uit te stellen. Voor u ben ik slechts een vreemdelinge, en ik begrijp zeer goed, dat de wijze, waarop wij kennis met elkander gemaakt hebben, mij geen hooge plaats in uw achting kan geven Maar als ik u mijn woord van eer er op geef, dat de reden van mijn komst is, de verdrukte onschuld te beschermen, dan kunt u dit woord aannemen als dat van een eerlijke vrouw." Ik keek haar vol belangstelling aan; zij speelde nu geen comedie, de toorn en de ontroering, die haar gelaat kleurden, wa ren oprecht Zij hernam op veel zachter toon: „Als ik u de gebeurtenissen vertelde, die voorgevallen zijn, dan geloof ik. mijn heer Owen, dat u de eerste zou zijn, om hulp te verleenen aan de verdrukte...." Zij zweeg, stond op en verwijderde zich ongeduldig. Toen zij terugkwam stonden er tranen in haar mooie oogen „Kunt u mij deze belofte niet geven?" vroeg zij met zachte, bevende stem. Welke man kan weerstand bieden aan de traned eener bekoorlijke vrouw? Ik sprak: „Stel vertrouwen in mij, Mathilde, het is mij onmogelijk, u te weigeren, wat u vraagt." En buigende verliet ik haar woning, terwijl ik mij reeds mijn zwakheid ver weet Dien dag had ik heel wat verveling te verdragen. De regen viel bij stroomen neer; er was dus geen gelegenheid, om mij door een flinke wandeling wat te ver zetten en de koortsachtige opwinding te doen bedaren, die het bezoek bij juf frouw Owenson veroorzaakt bad; mijn eenige hulpbron was wat lectuur en een gesprek met Gaunt. Maar beide zaken schenen mij op het oogenblik even ver velend. Mijn onderhoud van dezen morgen had onaangename herinneringen in mij achter gelaten. De belangstelling, die Mathilde Owenson mij inboezemde, was nu onaan genaam geworden, door de bijna kwet sende openhartigheid, waarmede zij mij dezen morgen behandeld had, en ik dacht er aan om het plan, dat ik reeds eenige dagen geleden had opgevat, ten uitvoer te brengen en naar Londen te vertrekken. Ik ontwaakte uit mijn gepeins, om naar Gaunt te kijken, die bij zijn gewoonte bleef om het raam oo te schuiven, on danks het koude, regenachtige weder. Hij zat met d- beenen op de vensterbank en liet het hoofd c, ec- kn-e-n r ^v. cui „Heb toch niet zoo n haast," riep zij op geheel veranderden toon uit. „Ik heb u niet voor dit morgenbezoek uitgenoo- digd, om comedie te spelen, mijnheer Owen," voegde zij er op openhartigen toon bij. „ik geloof, dat u er de man naar zijt, om de oprechte en trouwe vriend te Worden van een vrouw als ik." „U hebt gelijk." zeide ik haar. „Als ik er niet van overtuigd was," antwoordde Mathilde op enutigen toon, „zou ik u den dienst niet durven vragen, dien ik van u verwacht Antwoord mij openhartig," vervolgde zij, mij weer naar mijn stoel dringend. „Hebt u aan Gaunt verteld, dat u mij gisteren in die woning gezien hebt, of dat ik u gisteren avond verzocht heb te zwijgen?" ,Jk heb er geen woord tegen hem over gesproken. Ik houd elke belofte, ook die, welke zwijgend gegeven worden, juf frouw." „Daar twijfel ik niet aan. Nog een traaf. Weet u, welken graad van bloed verwantschap er bestaat tusachen Cecilia en mijnheer Gaunt?" Ik sidderJ». „Het geheim!" riep ik uit „Wees voor dezen keer tan minst, openhartig," hernam zij op een moeden toon. „Ik zie evengoed als u. dat er een geheim bestaat Ik weet er misschien meer van dan a, meer misschien, dan Gaunt zelf. Antwoord mij daarom rond rit, heeft hij u er iets van toevartrouwd?” „Een dergelijke vraag...." sprak ik op aanzelenden toon. Ja zeer eenvoudig, en bet antwoord is even eenvoudig," viel zij mij in de reden. ^)a of neen, een enkel woord is voldoen de." Haar oogen schitterden, waarheid geen comedie. „In walk opzicht kan boezemen?" „Dat gaat mij alleen aan,” antwoordde zij, nog steeds mot zichtbare onnut „Ja Juffrouw Owenson bleef een blik staan oca dit tooneel te b Heer. Waarom werkt ge met, voor zoo ver ik zien kan zijt ge eerst vijftig laren oud en hebt ge geene lichaamsgebreken. --T S' T-----T-u -r u Bedelaar Ik durf met tt werken, n tjn- ncht De slaap- en eetsalons bevinden zich heer WJUJt [k aan den arbeid ga, in 't binnenste der omstaande boomreu- de bedeeling uit de armenkas, zen en zijn van veel moderne en luxe voor zien. terwijl m nog anderen de keuken GE1ATENHEID. en personeel zijn ondergebracht. Dit hö- tel is zoo wijd vermaard, dat er dagelijks IS det mogelijk dat ge honderden gasten moeten worden afge- wezen In de nabijheid van Serdun, aan g de zuidkust van Frankrijk is een onder- zeesch hotel dat in de zomermaanden een DetaJen. OOK EEN VOORSTELLING, een prentenwinkel - I vreemdeling) Wat Vreemdeling. Ik geloof dat men dit noemt. „Welke man?’ vroeg Cromwell T— schandelijk staat tut te schelden.” „Neen, aat hem rustig even, Cramweh ac« grooter gek wezen dan hij. Iweft altijd onge ijk.” Daarop verbet hij met zijn gezelschap de kerk weder even onopgemerkt als hij te nemen, de biefstuk op de croutons, op de gebakken aardappelen in het midden. Rentenier. „En boeken heb ik nu ook. 2 K Kijk, Wit zeg je van mijn bibliotheek rundvleesch (schenkelvleesch, ---Bewonderaar. Keurig 1 Hoeveel betaal «tuk nf runderlannenl. 1 ö/Jt mat hem naar het naaste koffiehuis liet, was niet, zooals men zou denken, i« P«r kilo? 1 ui, 1 theelepel'zout en 5 liter water BBN GOED VAX. en voeg i gesneden groenten toe, laat de bouillon plm. 2 uur zachtjes koken en doe daarna alles door een zeef. Meer zout en specerijen kunnen toe gevoegd worden, naar gelang de soepen en sausen, die van deze bouillon ge- maakt worden, dit vereischen. Wil men Antwoord. De goede gedachten, het be witten bou llon hebben, dan neemt men rouw en de brandspuit. kalfs- in plaats var runde let rh. een scherp- „Onze stad,’ zei onlangs de heer van en gedacht, dat deze Schoffelen „maakt sinds eenige laren reus- eemge onthoofdingen achtige vorderingen in wetenschap en beschaving. Elk jaar levert zij een aan tal vrouwen, die zich aan de letterkunde wijden." ..Dat heb ik sinds tang reeds onder- de regels der weest.” - «M. JJaar zit hij, aan het eind van de ta- „Wat I die stille man met die onder- orpen uitdrukking ia zijn oogen?” 1de uur liep de extra- „Ja, mijnheer I” antwoordde de juf- Karlsruhe binnen. De frouw met veelbeteekenden nadruk. bij tegen de leuning van zijn armstoel ge plaatst had. Hij blies kleine, blauwe rook wolkje! voor zich uit en zoodra zij weg getrokken waren, kon men zijn gelaat zien. Zijn oogen staarden naar het Zwit- sersche huisje van onze buurvrouw. Toen kwamen treurige toongelen voor mijn geest. Ik gevoelde, dat, als ik nu mijn vriend verliet, ik voor altijd afstand zou moeten doen van onze vriendschap, van onze pleizierige uitstapjes in den zom^r Al deze herinneringen zouden verdrongen worden door een deftige partij, waar een schoone mevrouw Gaunt het middelpunt van was, en die bij tuuchenpoozen zou afwisselen met een familievisite. een doopmaal enz enz. Arme Charles! Neen, in derge lijke om standigheden verbood mij mijn plicht als vriend, hem te verlaten. Mijn ongerustheid verminderde, toen ik zag, dat hij den heelen middag kalm bleef zitten, zonder ook maar den minsten lust te toonen naar het Zwitsersche huisje te gaan. Daarna deed hij zich bij het diner aan de heerlijke spijzen te goed, zoo zelfs, dat ik hem zijn gezonden eetlust benijd de opmerking, dat een regenachtige dag buiten den avond lang doet schijnen; zijn \vijze van doen tellihg in. Ik zeide t man van den karakter\van Charles alleen in jat van ‘n Wist, dat \net het ik da\ht dat mijn vrisnd deze afzondering droe onze legde hij zich 4j(ija- een heelen djig hij slechts dot» Mathilde geschei- 'lypotheae met de brengen? Als on- XI. „Es toch," vervolgde Mathilde, „bent n de meest intieme vriend van mijnheer Gaunt Hii heeft mij zelf gezegd, dat gij als twee broeden met elkander omgaat. Dit," voegde zij er bij, „bevestigt mij in mijn meaning. Wilt mij een grooten dienst bewijzen een dienst, die de onderdrukte helpt, zich te verdedigen? Ik Vraag u enkel over alles te zwijgen, wat er tusschen ons gisteravond voorge vallen is. met betrekking tot die afgelegen woning en ons onderhoud van dezen mor- Ik aarzelde. „Door deze belofte te ge ven," zeide ik baar, „doe ik misschien Gaunt ongelijk aan. Er kunnen dingen g< beuren, die deze schijnbaar zoo nietij zaken van veel belang maken." „Ik vraag het n dringend," antwoordde zij, terwijl zij een «meekende houding aanam, „en als u mij deze belofte niet geven wilt, beloof mij dan ten minste, mij te waarschuwen, voor gij hem alles zegt.” „Het belang, dat aan deze kleinig heden hecht, maakt mij veinig geneigd, u deze belofte te geven," zeide ik „üw gedrag van gisteravond met 'cctrskkin>> tot dit portret, heeft hem büzonuer Legio, zouden we haast zeggen, is het vroeger hier was vroeg een oude klant aantal anecdoten dat omtrent de onhan- van een pension aan de juffrouw, bij wie delbaarheid en niet minder de onheb- - D« Fnnsche Minster Gambetta had belijkheid van den vongen Shah van MS uitmuntend middel om af te komen Perziè Nasr-Eddin, ook bij zijn tweede vao menschen die hem om hulp of amb* bezoek aan Europa, eenige jaren geleden, tan kwamen vragen. de ronde deed. (Ook in ons land kreeg Etna ontving hij bezoek van den zoon men bij die gelegenheid daarvan ver ven ecu zijner vrienden, welk jong men ach makelijke staaltjes te genieten.) De ver- wilde vragen om een post als gezant- schillende hoogere en lagere officianten echape-attachi. waren dikwijls radeloos, wijl zij niet ik weer hier ben." Gambetta, die terstond begreep waar- wisten wat aan te vangen om den Shah cm de jonkman kwam, begroette hem met tenminste nog eenigszins de regels der weest." de woorden etiquette te doen volgen. *t Volgende is ^Zoo Waar is hij dan V •Miin jonge vriend, ik ben zeer blijde voorgevallen bij het bezoek van wijlen te zien. den „Komng der Koningen” aan Baden, fel." „Gij zöt een der weinige menschen,"-r vervolgde Gambetta ,juui wie ik mij wer- trein het station te Karlsruhe binnen. De frouw met veelbeteekenden nadruk. Biefstuk i 'a Madeleine. Men neemt fcelijk verplicht gevoel." groot-hertog was tot de ontvzngst van 1 kilogram ossenhaas, 90 gram boter. “JJ «ood- Ik kan...." zijn hoogen exotischen gast op het station EEN GELUKKIGE MOEDER. glace de viande, croutons gehakte petei- wNeen., neen/ viel de staatsman hem aanwezig. Hij wachtte op het uitstijgen zelie, 1 sjalot, dragon, kervel, 1 citroen •pzueuw in de rode, „het is een verpheh- van den Shah, doch daarmee maakte deze Heer. „Ge zijt slechts een dag in Am- en aardappelen. Mtk hoop die ook altijd tegenover u te Majesteit was namelijk* heel" slecht te scums en schÜderijverzamelingen hbnren spreken over het feit, dat zulk een „E!cc= - antwoordde de bezoe- vorst” hem, den „Koning der Koningen” rie f/_ m dag te komen ---verdrijf v Gmnbetta. „Gij zijt een i «t den knng mijt ■4 nood om een betrel vraagd en dat zeker ook gea.n Dejonkjoian werd nu zóó verlegen, dat Mt hh ne verloop van een paar mnuten vSa hoed opnam en heen ging. ESN DIPLOMAAT. De volgende vermakelijke geschi'de- nis lezen wij in een Vlaamsch blad. Om van de aardigheid met verioren te doen gaan, geven wij ze hier etterlijk Hee Frankrijk door vndt men thans ■eden die een daghuur winnen (de ge bruikelijke 10 stuivers) mei de verjaagde GEMOEDSRUST. paters op te sporen, die misschien „heres- co referens” met wee of drie in 't zelfdt Oliver Cromweu had eens vernomen, buis verblijven en een gemeenschap uit- dat een dorpsgeestelijke zijne regeenngs r .aken daden beschimpt* en zelfs van den kansei Op de Parijsche groentenmarkt hoorde hwnz regen hem uirvoer Maandag een diet spionnen een meid Hij wilde ach overtuigen ot dai ge- salade vragen aan een boerin tucht waar was en daarom begat hij ach „Geef mij eens wat van dit groen Lie- op een Zondag incognito naar het dorp mijn capucienen eten dat gaarne." Daar trad hij de kerk binnen en ging ei Halt, dacht de spion, nier heb ik een Zóó atten, dai hij den predikant kon aen. >obke naar mijn hand „Uw meester heeft capucienen, doch ter?” „Jawel. „Hoeveel „Een stuk of tien, waarom?” „O, voor niets, breng mij bij hem." weten wat die vent van haren meester en laten daarheen was gev'ucht. Het vóór wilde o aderde zij met den spion de woon i - --- Daar oekorr.en vroeg de tienstuivers- 1 Lord Protector vergezelden „Zal ik dien gast Verwittig uwen meester en zeg deleinekerk te zoeken Ingericht man maar met terstond neerschieten?’ dat hij mij bij de capucienen brenge. i>— k.;_. ...~i...... U „Dat ziet ge van hier," nep de meid ,Wel. dien predikant, die u daar zoo „dat ik u op Tt kot laten; daarbij zij zitten mijn vervolging scheen te ontsnappen als een hersenschim in een droom. De stroom voerde het snel mee, too snel dat de beweging, die ik er eerst in meen de te ontdekken, spoedig ophield. Het was op het punt onder het overhangend* houtgewas te verdwijnen, toen de jurk van het kind aan een doornstruik bleef vasthaken waardoor het een paar secon den opgehouden werd Dit korte oogenblik was voor mij vol doende. Een meter verder stond ik reed» in het water, en ik worstelde met alle kracht tegen den stroom. Op het oogen blik, dat de lichte hinderpaal bezweek en het water opnieuw rijn prooi mee voerde. slaagde ik er, door een boven- menschelijke poging, in de jurk van hef kind vast te grijpen en de volgende mi nuut had ik de kleine Cecilia oever neergelegd, doorsbleek en gingloos. Hoe uitgepuit ik ook was, kon ik toch niet nalaten, zelfs in dit oogenblik met nieuwsgierige blikken naar Gaunt te kij ken, die, met haastigen tred naderbij ko mend, het kind wel is waar buiten het water vond, maar koud, en schijnbaar levenloos Hij zag buitengewoon bleek en zijn ge- laat drukte meer ontsteltenis, dan droef, heid uit Hij boog zich over het arme kind heen en riep uit: „O, Marei Marei Er lag diep medelijden in zijn stem, maar ze had tevens zoo'n vreemden klank, dat het denkbeeld, dat hij de vader van Cecilia waa, voor altijd uit mijn geest verdween. „Er is geen tijd te verliezen," zeide ik tegen hem. „Breng haar naar hui* e» laat een dokter halen. Gauw, ik ben aan den arm gewond en ik kan je niet hel- pen.” Gaunt, wiens gelaat nog steeds dezelf- 1 zonderlinge uitdrukking van schnk vertoonde, boog zich voorover, en nam het arme kind in zijn armen, terwijl hij l een blik, die ik niet uitgezien hebben. licht vergeten zal. -- ccrdü, dl; wi; d;;;a „Haast je, Mare, haast je," zei hij, plot, dag met elkander gewisseld hadden, had seling met zijn gewone geestkracht „Zij 1-1--1-* -11 Lanflis In Hfta Owenson en haar gedrag van den vorigen mels naam, Mare, loopl" avond te spreken; maar hij had er toch E_ ‘_-r. T niet bizonder veel belangstelling bij ge- was ook door anderen gehoord toond. O——- Had Mathilde met hem gesproken en berg, die zich naar den oever van dezes hem stilzwijgen laten beloven te mijnen gevaarlijken stroom spoedden, opzichte, volgen* de taktiek, die zij Ie- Bruno de hond wal ook bij ben e» genover mij gebruikt had? Terwijl ik zijn instinct deed hem gauw raden, wat Charles van terzijde aanzag, deed ik mij er gebeurd wa*. Hij sprong vooruit, en zelf deze vraag, toen eensklaps een huilde op droeven toon. Zoodra hij doordringende kreet die achter uit den Gaunt ontmoette met het doodebleeke tuin scheen te komen, on* beiden deed kind op den arm, wee* het klagend ge- sidderen. Wij sprongen onmiddellijk op. blaf van den hond iedereen de plaat* terwijl wij met angstige oogen het salon aan, waar geholpen moest worden, rondkeken. Nog geen tien minuten gele- Daar ik vooruit liep, wa» ik de eerote den zat Cecilia stil te lezen; nn wa» zij bij de planken brug de oorzaak van verdwenen. het ongeluk en men kan zich mijn ,Waar is zij?" riep Gaunt venchrikt schrik verbeelden, toen ik Mathilde Owenson zag aankomen, die met vasten tred deze gevaarlijke brug overstak. „Is het Cecilia?" vroeg zij, zoodra xij bij mij wa». Haar gelaat wa* even bleek van Gaunt, en ik hoorde diezelf- van schrik, die ik bij hem „Ja,” antwoordde ik, mij omkeeread en naar Gaunt wijzend. Er kwam een blos op haar wsngen, hoed lig- toen zij achter zich keek. I van Cecilia. Gaunt volgde mij, zonder hoed, de .Loop gauw stroom afwaarts, Mare, kleeren in wanorde terwijl hij het drui- gauw!" riep Charles mij toe, zoodra ik, pende kind in de armen hield, dat met veel vlugger dan hij, de brug bereikt haar doodsbleek gelaat, gesloten oogen 1J. JL.' -- J en slap neerhangende armen veel op een Daar oekorr.en vroeg de tienstuivers- i Verwittig uwen meester en „Dat ziet ge van hier,” nep de meid ro Ir/X* IaSam zlAAekli w«é fr. *ms| op 't dak en drie zijn aan 't broe en De paters in kwestie waren duiven van De Shah zou ook den Groothertog van Baden de eer van een bezoek bewijzen en op het vastgestelde uur li< i groot-hertog was tot de ontvzngst «JJeca, neen," viel de staatsman hem aanwezig. Hij wachtte op het uitstijj uneuw in de rgde, U>ct ia een verpheh- van den Shah, doch daarmee maakte oeze nscr. „vre ziji steent* een aag in iq, waarvan ik diep doordrongen ben, nog geen grooten haast. Zijn Perzische sterdam geweest, Ge hebt dus de Hfjven gevoelen „Gij overdrif te en hij maak eeraoek voor de «Neen, ik ov< aat hem rustig even, zei 1_r wAla ik hem strafte zou ik een dat slag, dat men aan de Seine „des Capu- tui, Wiesche'dt eins", en aan den boord der Schelde ca- puoientjes heet. Nft altijd onge i Daarop verbet WM gekomen ONWELKOME WAARDEERING. spreken over het feit, dat zulk een aanstalten om met zijn staand* in plaats van knielend ontving en te komen verklaarde eerst dan te willen uitstappen, I volstrekt niet," zei wanneer dit laatste gebeurde. Nu wilde der weinige men- men dien met Europeesche gebruiken mijner kennissen, die zoo weinig vertrouwden gast wel alle ikkm| hebben ge- mogelijke concessies doen, maar deze de wande! x nooit zullen vra- eisen ging toch te ver. Muller. de heerlijke spijzen te goed, zoo zelfs, de. Hij maakte alleen i regenachtige dag Jt -„.ut: boezemde mij belangsti bij mij zelf, dat voor een leeftijd en het Gaunt, de ware genegenheid staat was het verblijf in zoo'n'g dorp draaglijk te maken. Ik Cecilia zoo plotseling de stad dorp verwisseld had, maar p-1— i J___ -i-- der zich te beklagen, dank zij ne buurvrouw; en nu 1 geerig de verplichting op, alleen te blijven, terwijl een honderd pas van 1' den was. Hoe kon ik mijn h' dit feit in overeenstemming I de kleine scène met het portret hem tevreden gestemd had, dan zou hij er niet haar aanzag met 4 L— t— Li A M 1 Bij de weinige woorden, die wij dezen „Haast je, Mare, haast ja," sel hij, pled* L_„ l L. L.J -T hij volstrekt niet vermeden, over juffrouw ia alleen maar buiten kennis. Ia s He- En ik liep. Het geroep van het kind was ook door anderen gehoord en ik ontmoette al de bewoners vaa de her berg. die zich naar den oever vaa dezes Bruno de hond was ook bij ben es Daar herinnerde zich een schrandere 1 kop uit de omgeving van den Shah, dat een paar mnuten de aanbieding van brood en zout in een Russische stad zijn meester verbazend veel genoegen had gedaan. Na een kort officianten werd onmiddellijk uit de werd een knaap gevraagd. „Een dub- voorkomen door de stukjes boter niet loansch blad, werd door de regee- den Shah ia zijn saïonwagen aangeboden. J ^luts i neer de Sand- Dit teeken van „onderworpenheid’ stelde SCHERP. eiken biefstuk een weinig van de saus, idea urn mst den ko- de Perzischen vorst tevreden en deed hem d* gebakken aardappelen in het midden. Bouillon. Men neemt 2 K.G. mager - i ar..„m.domino- i ^eun* Hoeveel betaal stuk of runderlappen), 1 wortel, 1 kool, vaa1 te onderhandelen. Bereiding Snijd den haas in plakken ze alle op gelijke grootte. Bak evenveel croutons als er biefstuk zijn. Maak met een uitsteker kleine bal letjes van de aardappelen, kook deze half gaar, laat ze opdrogen, en bak ze daarna J— L— l.’Jt._M_ - - - y it VerWarm de glace de viande en voeg er nu en dan een klein stukje boter bij, al kloppende zoolang tot de saus eetuga- zins gebonden is, doe er ook nog de flja- gehakte sjalot, de perselie en dragon, peper, zout en cayenne bij. Men moet vooral zorgen, dat de saus van rtuiver niet olieachtig wordt dit kan worden Generaal Mc. Cook, zoo verhaalt een restauratie wat brood en zout gehaald en beitje,” was het antwoord. Amerytaansch blad, werd door de regee- den Shah ia zijn saïonwagen aangeboden, ring dier Vereemgde Staten naar de Sand- Dit teeken van „onderworpenheid" stelde SCHERP, wich 'eilanden gezonden om met den ko- de Perzischen vorst tevreden en deed hem niag dier eilanden over den verkoop daar- afzien van den eisch hem knielend tt vaate onderhandelen. ontvangen. Koning Kamehameha verzocht den ge- Toen hij evenwel den saïonwagen ver- -- —W» WSM IUCU 4UU UCUMU; gaan, om over de zaak te spreken. Daar het eerste wat plaats had de begroeting “Mie Z.M. behaaglijk .achterover in zijn tusachen de beide vorsten. De eerste die ïd en zeide tot Mc Cook. den Shah in het oog viel was een Baden- ««te ge, beste vriend, ik ben koning sche ritmeester, Frnr. Von Neukirchen, genaamd Von Nijenheim, die zich in schouwtooneel des net gevolg des groothertog» op het per- C* r - ron bevond. Deze, een kranige verschij- bemoei mij met mijn r - ning, droeg de zwart-met-zilveren gala- L dï eilanden verkoop, dan uniform van zijn regiment, het 2e 'ijf- oujn jaargeld kwijt en ben geen huzaren, met den zi’veren doodskop voor meer maar een eenvoudig bur- de berenmuts. Onmidde"ijk stapte de heb dan volstrekt niets meer te Shah op hem toe, zonder van den groot- tel mij hertog eenige notitie tt nemen en het voor uitschelden. Waarom zou hem door zijn to'k zeggen, dat de exe- groote schaar gasten lok' et van staal bestaande bouwwerk rust or 'otgfgen bo dem en door mooie zeer dikke spiegel ruiten kunnen de gasten ongeveer op de r diepte van HM. het zeldzame leven on- staande en de groep van Laokoon be de, het water gadeslaan Van boven wordt schouwende, tot een v door machines steeds lucht in de k. mets beteekent dit nu gepompt en de onreine lucht door afvoer- iT „T_ buizen weggedreven In dit eigenaardige jen gordiaanèchen "knoop hotel heeft de bekende Richebourg een „e, voor niets, oreng mij dij nem. zifntT beste vertellingen geschreven, toen Brandend van nieuwsgierigheid om tt hij, zooals teder laar, uit het Parijzei doen zeker allermerkwaardigste hotel is in het valt.) Te drommel, deugniet, wat maak Leerling. Nou, ik zal toch wel van de trap mogen vallen. NADRUK VERBODEN. Vader „Emma, je leest te eentonig je moet met meer nadruk de woorden uitspreken.” Emma boek staat „Waar is toch die aardige, vroolijke verboden.” man, die de ziel wa* van de tafel, toen ik zouden we haast zeggen, is het vroeger hier was vroeg een oude klant hij nu weer eens een poosje kwam eten

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1924 | | pagina 9