VOOR DE
in
as:; ara-s ik.w--
GEDWONGEN
F 5
kiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!!iiiiiiii;iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiiiiiiiiiiiiiiiiii"iiiiiiiiiii;iiiiih iiii:ii.iiiiiiii)iiiiiiiiiiiiiiiii:ix
s a a s a
NUMMER 20
s
e
-1 UIT DE -
MOPPENTROMMEL
DERDE JAARGANG 1923
xiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii ]iiiiii[ iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii;iiiiiiiiiiiiiii;iiiiiin::i!iiiiiiii!iiiiiiiiiiiii: iiiiiiiiiiüihiiiiiiiiiihk
g Ll---
ir'
H
0
HUISKAMER
dia het
punt
terZijt gij apotheker
„Och, mijnheer,
hij heeft
stamt!"
die menigte,'
het lijkt
ris de gemeente
ver-
van
een
aandringen zijner vrouw te willen pro-
door de
toe, dat bij
Volgende week loopt
h»‘ antwoord, geraas en opeens bleef hii steken.'
i
n uw vin|
juffrouw L
zoo
schoonhei*
„Waarheen?" informeerde de bureaulist.
Dat zijn mijn zaken." was
vermoed
er aan
1 oen kwam er
met een welgekleeden
dat hij uit naam van
GOEDGEMEENDE WENSCH.
Heereboer: „Ja, vrouwtje, het zijn elech-
i ver
voer
me na die eene
begrijpen, boe gij zoo
zei de lieve
tot den heer Joris. „Ik
„Ja, 't was .en echte automobielreee."
„Hoe bedoel je."
„Het ging zoo hard mogelijk, met reel
--1.1..1 i_:i
EEN KIND DES TIJDS.
Toch vindt jnen er binnen haar Vader, (tot een zesjarig zoontje die met
uitgestrekte kftkhoven waarin iede- zijn gouverneur een woordenstrijd heeft.)
sn.
Dat komt uit, mijnheer, sprak d*
was hier een bosch, maar
j van
tafel. Een der schoonen
J een appel voor en
u het een pro-
van hem af
ijk, onovertroffen schoon,
Ralinda, ah uit een droom
Waarlijk u hebt niet
dikwijls u mij van de
id van dez. streek
u raadplegen
Herbergier:
smaken. Was
er vooruit betaald wor-
nen maken...»? vroeg zijn vrouw.... koortsig.
„het vel....?" zj.l
„Neen, niets en omdat het misschien ben.
besmettelijk zou kunnen worden, zal ik
het dadelijk begraven."
De burgemeester had dat alles gezegd
in dén adem, als een les die hij van bui
ten geleerd had.
Toen hij klaar was, keek hij zijn raads
leden aan. De onderwijzer was het volko
men met hem eens de drie pachters zei
den niets vier boeren zwegen ook twee
kleine renteniers spraken met elkaar en
men hoorde slechts Natuurlijk 1.daar
valt niet over te redeneeren wat deed
vermoeden, dat de zaak in orde was.
„Dusaangenomenbesloot
de burgemeester.
Stilteonderbroken door de stem
van een gepensionneerd soldaat die in een
mooi huis woonde op 't eind van 't dorp.
Dadelijk keerde iedereen zich naar den
spreker. Wat ging er gebeuren
De andere begon met groote kalmte f
„....80.000 francs.... zijn
francs.
We betalen al heel veel voor een onder-
Geloof je dat heusch
„Ja, ga maar kijken..
stal.
En werkelijk, 't was een treurig gezicht
het kalf daar te zien liggen op net stroo
met opgezette haren en uitpuilende oogen,
naast de koe die het berook en het likte.
De boer schudde het hoofd
„Daar moeten we ons maar geen illu
sies meer over'tnaken.”
En hij zette met zijn beide handen zijn
pet recht, zeggende
„250 francs verloren
„Zouden we den veearts er niet bijha
lenvroeg zijn vrouw nog.
’’„Heelcmaal onnoodig, over een uur zal
het beestje wel dood zijn."
om
ten.
Colette hoopte nu maar dat haar man
maar spoe
dig dacht zij niet meer aan hem, zoozeer
aardig," antwoordde Re-
een vriendelijk lachje. Het was
de Lésigny, die zij dit ant-
Haar echtgenoot, zooals Relinda met
een vluggen oogopslag bemerkte, zat op
een twintig meter afstand in gezelschap
van een vriend, dien hij juist ontmoet
A. Wat zeide ze, toen ze wegging?
B. Zit m'n hoed goed?
NIET ALTIJD.
Huurder: „Het lekt voortdurend bij mij."
Huisbaas: „Ja, maar toch alleen als het
regent I"
u nu
Relinda, die in een
ANDERS BEDOELD.
„Het is werkelijk hoogst vereerend
me, mejuffrouw, dat u
nog kent”
u hebt nu
ten wars' de zonnestralen vrij in spelen,
en de Onovertroffen gunstige ligging van
San-Sebastien, die het den bijnaam ga
ven: de parel van den Oceaan.
Op een landengte aan den mond van
Uremea gebouwd, brengt de coquette
stad, die door water en bergen en heu-
een weelderigen plantengroei
eens laden.”
HET EER EZ WA, D.
Wie Glasgouw bezoekt, moet onpassen
dat hi; met spreekt over het eerste tere-
zwaard, dat door de burgerij aan majoor-
generaal Heetor Macdonald werd aangebo
den. We spreken van het eerste zwaard,
omdat er twee waren, en de oorspronke
lijke aanbieding aan pijnlijke gebeurtenis
sen herinnert, zooals uit bet volgende
blijkt:
ioen „Fighting Mac” uit Egypte terug
kwam, na den slag van Ondurman, schon
ken de burgers van Glasgow hem een eere-
w iwaazu, aie uaun v wi wes uajajz«av S*aw.a*»i.vas,
die zijn land bewezen had en aan een
AAN HET LOKET.
Een oud vrouwtje aan
Rotterdam vroeg een
eens, dat u Paris was,
1 u den appel geven?"
Zonder zich te bedenken wenkte hij een
bediende en vroeg:
„Och, breng mij nog eens twee appels!"
BEGREPEN.
Commensaal: „Wel, juffrouw, is u aan
mijn bureau gaan zeggen, dat ik mijn voet
verstuikt heb en daarom niet komen kon?"
Hospita: „Jawel, meneer."
Commensaal: „En wat zei de baas?”
Hospita: „Hij liet u beterschap wen-
schenen ik moest uanaar een geinari-
neerden haring geven."
VERWAAND.
Zilverstein: „Meisje, wat speel je daar?”
Dochter: „Een treurmarsch."
Zilverstein: „Ben je gek? Menschcn als
wij behoeven geen treurmarschen te ne-
ivni 1- -mu_u:v -u_
en tevens nog voor twee andere per
sonen die nog niet aanwezig waren. Al
vorens plaats te nemen liet Relinda
haar oogen door de hooge zaal rond
dwalen. Overal waar zij kwam zocht zij
naar merkwaardigheden en naar het ka
rakteristieke waardoor het eene land
zich van het andere onderscheidt. Maar
hier zag zij niets merkwaardigs Behalve
aan de Spaansche woorden die hier en
daar op de wanden stonden, kon men
niet bemerken dat men over de grenzen
was. Alles zag er binnen frisch en helder
uit, bloemen en geurige bouquetten sier
den de tafels. De garcons die met de
bedrijvig door de
s...sloeiend Fransch.
In haar hoop, iets bizonders te zullen
zien, bedrogen, richtte Relinda haar
oogen naar de deur, waardoor nog
steeds een stroom van reizigers binnen
drong. „Er is lang geen plaats voor heel
die menigte," zei ze vroolijk tot haar
wij mogen ons gelukkig
-- ---- ----- >reser-
hier elkander vinden, veerd was! O, wat een aardig meis-
onze je daarginds," voegde zij er met een on
haastig derdrukten uitroep van bewondering aan
toe.
„Waar,” vroeg mevrouw Josselin. x.
„Ik zie haa- niet meer," antwoordde
Relinda, terwij zij weer op haar plaats
naar
was
wwyaaaaMVM, wa WgVU VVU OtVUJj V «11 I
hem, die straks gesproken had. Hij is dus commissie de» man eigenlijk nooit gespro-
iruk en
komst waarna
zette
„Het dorp heeft wel een kerkhof waarop
de bewoners zeer gesteld zijn. Maar kerk
hoven midden in het dorp en rondom de
kerk zijn niet meer van dezen tijd door
de hygiëne, die groote moderne verove
ring, worden ze afgekeurd.
„Men begraaft daar, vlak bij ons men-
schen die aan alle soorten van ziekten zijn
gestorven.... de grond wordt doortrok
ken van de microben en daardoor wordt
een land geïnfecteerd.
„Zoodat men de kerkhoven zoover mo-
gelijk moet verwijderen van-de plaatsen
waar menschen wonen het is een drin
gende kwestie waarin men slechts de ge
gevens van ’t gezond verstand moet vol
gen.
„Nu biedt zich een gelegenheid aan
een i
mijn persoonlijke vrienden toebehoort, is
te koop voor 80.000 francs....
„Hoe denkt de raad daarover....?
wisten zelfs niet zeker, ot hij
wel bestond. Ze hadden de onderhande-
lingen gedreven met een t.
jongeling die zei, dat hij uit naam van v*n
Macdonald kwam. *fle«de'
'n nieuwe commissie, die op
eigen kosten een nieuw zwaard liet ma-
geliefden generaal en leder-
best, het eerste zwaard te
j rij deze omgaf dier bergen prijken tallooze nilas, waar- De plaatsen In de schaduw, die na-
Mevrouw Josselin, die minder gemak- boven het paleis, Miramar, dat, geheel tuurlijk het meest gezocht zijn, waren
een i
VOORZICHTIG.
Patiënt. Dokter, ik wou
over mijn totaal gebrek aan herinnerings*
vermogen.
Dokter. Zoo.... maar.... zietu, in
zoo'n geval moet
den.
danken dat ze Franschen gebleven zijn
het lijkt wel of ze dit alles doen verdwij-
ïet echtpaar ging de d_e! over naar den nen bij de opkomende generatie.
Ik verzeker u, burgemeester, dat het
t schandelijk is onder een dergelijk voor-
let stroo wendsel, onze dooden uit ons midden te
doen verdwijnen.... Hebt ge dan nooit
uw moeder liefgehad....? Tenzij dat
gij aan een geheime opdracht van de loge
gehoorzaamt waartegen ik protesteer in
naam van mijn dorp, van mijn vaderlands
liefde en van mijn geloof 1” -
De burgemeester liep haastig weg, want
•r zou beraadslaagd worden over de ver-
tslaatsmg van het kerkhof. Een gewich
tige vergadering waarin goedkeuring
moest worden gegeven voor den aankoop
van een terrein van 80.000 francs, een
half uur buiten het dorp gelegen.
Dat was trouwens het eenige
dat er dien dag te behandelen viel.
De burgemeester kwam op de verga
dering gaf aan den een en ander een
handdruk en opende dadelijk de bijeen-
lij de situatie uit elkaar
HEEL EENVOUDIG.
Bij de laatste herfstmanoeuvres in Zwit
serland sloeg een Engelsch generaal ver
wonderd een jongen Zwitser gade, die proe-
van groote vaardigheid in het schieten
legde.
„Zijn er in Zwitserland veel zulke goede
tters, mijn jongen?" vroeg de generaal
„Ongeveer vijftig duizend, generaal!"
„Zoo, zoo! Maar wat zoudt ge doen als
ik met honderd duizend Engelschen je
kwam aanvallen.”
„Onmiddellijk nog
UIT DE KAZEkNE.
Sergeant (bij het exerceeren): „Zet toch
niet zoo'n miserabel gezicht als een aap,
die pas gehoord heeft, dat je
oogwenk van
j was.
Mevrouw de Lésigny nam
tegen een prijs van 250 pond Sterling.
Up den bepaalden tijd was het zwaard
een prachtig wapen met gouden handvat maar,
gereed en aangeboden en de generaal
nam het mee naar lodié.
Toen hij in Zuid-Airika was, wilde het
ken voor den
een doet zijn
vergeten.
HET PAARD IN HET KOUDE JAARGE
TIJDE.
Niettegenstaande zijn groote lichaams-
J om c_
Santa-Maria, die aan den voet
ie opgetrokken is,
de voornaamste
stierengevecht bij keïlnër"verder te volgen, keerde hij zich straten voor het hotel Almedia gebracht had zij
k" om met de woorden, „we zullen de da- z-»»« --
geweest, mes niet storen," en Jiij vroeg den gar- blik neer om uit te rusten, terwijl Rc-
„Maar mijnheer." zei -deze verwonderd, voor haar blikken ontrolde,
Inderdaad, het aantrekkelijke vzx
San Sebastien is niet het Spaansche ka-
t men alleen vindt in de over
blijfselen van de oude stad, die door de
ken had, ze
COMPLIMENTEUS,
kan maar niet 1
ngers kunt fluiten,'
Sophie
zou het niet kunnen doen.”
„Neen, beste Juffrouw," zei Joris, die ook
eens galant wilde wezen, „als gij dat be-
proefdet, zou uw geheele handje in uw
mond verzinken.”
TE KRAS.
„Wij zouden graag zien," zei het hoofd
van het schooltoezicht tot den onderwijzer,
uw lessenaar een of ander
de kinderen aanmoedigend motto
r._- Wat zoudt ge b.v. denken van
„Wetenschap is Welvaart."
„Wilt u me voor den gek houden, me-
is bepaald neer! De kinderen weten, hoe 'n klein sala-
J i me geeft."
WEL BEDACHT.
Een heer bevond zich in gezelschap
-,-r—ie dames aan l—
de uitwasemingen der uitwerpselen de stal- hield hem schertsend
1Li voortdurend bederven, is
no oi
waar de huizen zoover uit elkaar liggen,
zijn er maar drie of vier sterfgevallen per Zeg vriend, sprak de toerist tot den VERKEERD VFRCTAAN
jaar.... Wat heeft dat nu te beteekenen boer dien hij tegenkwam, waarom noe- VtRKtERD VERSTAAN,
voor de openbare gezondheid*,,.? Min- ‘men ze dat hier eigenlijk Boschweg? Ik Dokter: „Uw pols is zwak, u bevalt mij
der dan niets heb nu al een half uur Jeloopen, maar va®^aaM vee^ minder, mevrouw."
En dan als wij onze dierbare dooden, nog geen boom gezien. Dame meesmuilend: „Hoe ongalant, dok-
waaronder ik verscheiden kameraden Dat komt uit, mijnheer, sprak d* ter" U
heb, een half uur buiten het dorp gaan boer. Vroeger was hier een bosch, maar GERADEN
verbannen, Lijkt het wel of we ons er voor nu is het wèg.
goed van willen ontdoenVoel je dan Herbergier: „De wijn schijnt u niet te
niet hoe aantrekkelijk én troostend het is Vokende week loont uw noli. ?raa, L ,.a^ de flesch misschien niet ge-
om ons kerkhof te hebben rondom de mijnheer/,prak dc agent van de ierze' Ga.t° Ik vr.l's’ eer”? 1 t o h 1 t w‘»
kerk De dooden worden <hn nooit ver- keringma.t.chappij; wen.cht u te ver- dichr' 1 4 Wij kunnen altijd vroolijk zijn."
geten. Men bezoekt hun graf lederen keer lengen? <Ucm- Mwrnw mnnan
als men naar de kerk gaat.... men brengt - Neen, antwoordde de verzekerde. AAN «ET LOKET. NIEUW WOORD
gevallen zijn.... die helden aan wie ze schappij pro be eren.
ken, er bij."
Arme vrouw:
---, dat n en
meneer."
WAT ZE ZEIDE
A Dus beeft je vrouw werkelijk je ver
laten?
B. Jawel; reeds drie dagen geleden.
Op den drempel van de deur wachtte
zijn vrouw hem al op.
„En....?” schreeuwt hij haar al van
verre toe.
„Het is gebeurdhet kalf is dood I” kracht, behoort het paard tot de gevoe-
„Ik was er zeker van 1” ligste huisdieren en heeft daarom in t sei-
Het beest is al opgezet!.... het lijkt zoen der veelvuldige temperatuurswisse-
wel een opgeblazen zak!....” lingen vooral veel zorg noodig. Dit geldt
„Laten wij gaan kijken....” vooral voor paarden, die op 't. land moe-
Daar stonden ze beiden voor 't cadaver, ten werken en 's winters bijna dagelijks
De koe loeide wanhopig. aan weer en wind zijn blootgesteld.
De burgemeester schudde het hoofd Voor alles moet een paard, zoodra het
„Wat een pech en dan te denken dat ik in den stal gebracht is, zorgvuldig alge-
het nog verleden week aan het Gesticht wreven worden, totdat het volkomen droog
had kunnen verkoopen.is, met den besten daartoe gesebikten
„Gelooft ge, dat we er no$ iets van kun- staldoek. Laat men dit na, dan krijgt het
nen maken.vroeg Zijn vrouw.koortsige mgen, die dikwijl, gevaarlijke
„het velziekten, als koliek enz. ten gevolge heb-
Voorts moet bet paard een zacht,
warm leger hebben. Is daar geen stroo
voor, dan gebruike men turfstrooisel, dat
minstens 15 c.M. gelijkmatig hoog op zijn
Toen stroopte de burgemeester zijn standplaats moet liggen. De vaste uitwerp-
mouwen op, nam zijn s«hop en zijn hou- selen moeten terstond verwijderd worden;
weel. geen nat dulde men de standplaats, dat
En daar, in zijn kleinen tuin, tusschen trouwens door 't turfstrooisel wordt opge-
80.000 het huis en den mesthoop, graaft hij een zogen. De temperatuur n..et in een „dat gij boven
kuil, een doodeenvoudigen kuil. paardenstal gelijkmatig zijn. De thennome- voor <1.
En daarin begraaft hij zijn kalf.... zijn ter mag niet in den stal ontbreken om den plaatste,
wijzer en een onderwijzeres die alle kin- arm kalf. Voor dien doode hinderde de
deren aan den landbouw onttrekken en er hygiëne hem niet,
kantoorbedienden van maken in de stad.
Ik vind, dat niets ons er toe verplicht deze
nieuwe uitgave te doen, zooals zooveel
andere die zwaar drukken op ons land."
„Maar de hygiëne, mijnheer," riep de
burgemeester uit.„het is toch poodig
met het oog op de hygiëne
„Uw reden om de hygiëne is met steek
houdend
Parijs is de meest gezonde stad van de
wereld. Toch vindt
muren
ren
Lachaise
nasse.
met de woorden, „we zullen de da-
en J
$on hem een andere plaats te wijzen.
„I'taai IIMJMMVWA, WW-
„alle plaatsen zijn bezet. De helft van ging.
„J was, zelfs deze tafel is voor u gereserveerd,, ze is
de meest bereisde toeristen. Wat groot genoeg voor vier personen."
n j a „Welzeker," zeide op haar beurt zijn rakter, dat
zelfstandig oordeel te kunnen jonge vrouw, die zich de bezwaren van I'"'
2Iman niet verklaren kon. „Ik sterf gelaat van haar man te letten naast Re-
van het hotel om de noodige inliclïtin- van honger en de dames zullen ons wel linda plaats nam. „In uw gezelschap zal
gen. Deze zou haar twee plaatsen ver- veroorloven naast haar te dejeuneeren." Engelschen in 1813 veroverd en gedeel- zijn Colette in de
schaffen in de schaduw en er tevens zorg „Zonder eenigen twijfel,” antwoordde telijk verbrand en later als moderne stad t
voor dragen dat voor beiden in de
wachtkamer te Irun, vanwaar de trein verlegenheid bekomen
naar Spanje eerïj uur na aankomst ver- Mevrouw de Lésigny nam met
trekken zou, een plaats gereserveerd vriendelijk knikje tegenover haar plaats,
werd.
De maatregelen waren niet te ver
geefs genomen; de dames zagen den
grooten toevloed van i
vertrek uit Biarritz. Het aantal
1
om een paar
achter haar de beide dames om deed
kijken.
““js „Het is toch aardig om een foto van
Hij dit verrukkelijk schouwspel mee te ne-
men," zei een jonge dame op kinderlijke,
toon.
„Zeker is het
linda met
-mevrouw
Relinda opgewekt,, „om- woord gaf.
servet over den arm 1
zaal gingen, spraken vloeiend
Relinda
me daar voorgediend hebt?"
meneer? Dat zal wel waar zijn.
op de plaats achterna gezeten
leden der commissie werd meegedeeld, wat
anderen Macdonald, maar die geefs trachten te vergeten,
door. Daarna bleek, dat de
deze stad
nog
even
haar
seboone natuur, waarin zij zich verheug
de. „Maar in dat jaar kon men de cita
del en de begraafplaats der Engelschen
bezichtigen. Het spijt me dat de toegang
thans verboden is
„Wij zouden vandaag den tijd niet ge-
.a om er heen te gaan, moeder,
in ieder geval te vermoeid ge-
- - - -1 «aju, wuui, p«u I» attu CU USMl
erleged, de stakkerd Ik had meelij met onbegaanbaar, en dan bij zulk een druk-
1 kende hitte!...."
Relinda zou juist opstaan c— -zzr
foto's te nemen, toen een fijn stemmetje
zogen. De temperatuur n.-
paardenstal gelijkmatig zijn. De thermome-
warmtegraad te regelen. In den regel moet
de temperatuur 1114 gr. R. zijn Een
temperatuur beneden 10 j
nadeelig voor de dieren.
Behalve een gelijkmatige
moet er ook voldoende lucht
Daar het ademhalingsproces
lucht voortdurend
toevoer van versche lucht
stuk van bouwkunst is.
„Wat zeg je er van," vroeg mevrouw
Josselin, die na eenige oogenblikken
van haar stoel was opgestaan cn haar
dochter in haar stille mijmering kwam
storen.
„Verrukkelijk, onovertroffen schoon,
moeder," riep E.
ontwakend, uil
overdreven,
pracht èn
vertelde."
„Toen wij samen, je vader en ik, in
.L_J logeerden, was dit hotel er
niet,” hernam mevrouw Josselin,
gelukkig over de lofprijzing van
dochter als over de verrukkelijk
de. „Maar in dat jaar kon men de cita-
de begraafplaats der Engelschen
thans verboden is
lebt je flink gehouden, Hevel.™ had hebben
en u zou i----
hij weest zijn, want het pad is steil en haast
Van woede trillend, stond de burge
meester op. De uitdrukking van
zicht voorspelde niets goeds, hij liet zijn
beide handen met vierkante vingers, wijd
open op tafel steunen. Men voelde dat het
warm zou toeloopen.
„Dat alles, mijnheer, dat zijn maar
mooie woorden.... de hygiëne, integen
deel is de hygiëne.deze heeft met die
groote woorden niets te maken. De doo
den hebben niet het recht de levenden te
vergiftigen!.... Ik weet wat de dokter
mij gezegd heeft en daarna ook de apo-
theker. Dat gaat hun aan.Zijt gij dok-
ter.... Zijt gij apotheker....? Ge zijt
zelfs geen veeartsWelnu, houd dan
uw mond I Trouwens we zullen nu tot
stemmen overgaanZijt gij van mee
rling, mijne beeren om, in naam der hygië
ne, het kerkhof te verplaatsen en voor
goed het tegenwoordige te sluiten
De burgemeester keek toen al zijn
raadsleden aandachtig aan om te zien of
Ze zouden gehoorzamen.
Langzaam werden de handen opge
stoken.
Vóór de verplaatsing van het kerkhof
elf stemmen. Er tegen een stem, van
totaal verslagen geworden.
De burgemeester jubelt, maar L-.-l
haast om naar huis te gaan want hij maakt
zich ongerust over z’n kalf.
Gauw, een borrel met de raadsleden
om de overwinning te beklinken.
Als nu morgen de loge niet tevreden is,
dan is ze toch erg moeilijk te voldoen.
Daarna keerde hij zoo vlug mogelijk naar
prachtig weiland, dat aan een van 'huis terug.
te koop voor 80.000 francs....
„Ik voor mij, ik vind 't een eenig aan
bod dat men niet moet laten ontsnappen."
WILDE EENDEN.
v Glasgow hem een eere- „Jan! is dat werkelijk een wilde eend,
zwaard, als dank voor de dappere diensten, wat^je^n
comnussie van 3 leden was opgedragen het Gisteren hebben we haar wel een half uur
zwaard uit te kiezen. op de plaats achterna gezeten om ze te
Under degenen, die het zwaard vangen.'
wilden maken, öbod zich iemand aan, ge
naamd Macdonald, en vooral omdat deze
tot hetzelfde geslacht behoorde ais de be- ---- -■ -t-
roemde generaal liet men het hem doen |e *‘*denk^i daD de onder dc
„Och, hemel ja. Ik hoop
i uw familie gezond blijfi
GESNAPT.
.«.U u.) U, zanu-^rur. w„, wBu. Heer (plotseling den duisteren wijnkelder
toéval, dat hij bij bet inpakken het hand- bimientreden e). Janl
vat brak. Hij zond het nalr een juwelier te Huisknecht. Hè mijnheer, wat maakt u
Kaapstad en vernam nu, dat het handvat daar aan t schrikken.... Bijna had ik
van een veel minder edel metaal was dan mij verslikt! t
goud en dat het heele zwaard met de ANDERS BEDOELD.
schede niet meer dan 7 pnd. St. waard
was.
Wat volgde, is nog pijnlijken Toen den korte ontmoeting
eenmaal een
de juwelier gezegd had, haastten zij zich van die gezichten, die wij vrouwen lever
den anderen Macdonald, maar die geefs trachten te vergeten.
er van J j_
I
temperatuur
en licht zijn,
der dieren en drie
gestadige
- - jdzakehjk; „Verbeeld u nu
want reeds 1 pCt. koolzuur in de stallucht aan wje van ons zou(j|
is hoogst nadeelig voor dieren en men-
schen.
„h.u.kom,«.
isse.... Passy.... Batignollesenz. Karei. Niet noodig, papa, ik kan het l’L.'j”e“:AOrfe e,r evenJ'e buitenlucht
Welnu in ons dorp dat zoo luchtig is en zonder stok ook wel af. d.. p, (en “u'ect aan de bui
ur de huizen zoover uit elkaar Eggen, n,n bloo‘«e»‘eld'
Zeg vriend, sprak de toerist tot den
atui: >.x»t-waarom noe-
t Boschweg? Ik
.geloopen, maar
ondervond, bekomen kon, bewonderde
in zichzelf de opgewektheid en flinkheid
van haar dochter en vergeleek haar met
mevrouw de Lésigny die, in zwarte zijde
gekleed, met haar kinderlijke trekken
en fijne stem nauwelijks een meisje van
twintig jaar geleek. Thans stond haar
gelaat ernstig en betrokken. Iets zwaar
moedigs en gelatens lag er in haar be
wegingen, dat een scherpe tegenstelling
vormde met de oploopendheid van haar
echtgenoot.
Relinda en haar moeder gebruikten
zoo spoedig mogelijk het dejeuner en
verlieten de zaal onder voorwendsel dat
anderen stonden te wachten om haar
plaatsen te bezetten.
„Wat zie ze er jong uit. 't Is nog bijna
een kind,” zeide Relinda, toen zij de
wachtkamer verlaten hadden.
„Ja, en een verwend kind,
ik," voegde mevrouw Josselin
toe. „Je h«-
Men zou gezegd hebben, dat je hem voor
de eerste maal zag; maar wat was
v«
hem!"
„En ik.ook.... Het heeft mijn plezier
verstoord, tenminste op dat oogenblik."
„Ik vond dat hij veranderd was."
„Waarlijk?.... Ik heb hem niet nauw
keurig opgenomen om hem niet nog
meer in verlegenheid te brengen. H:;
heeft mij zeker ook veranderd '-gevon
den."
„Dat kan niet, jij blijft altijd dezelf
de."
„Verbeelding, louter verbeelding. Ha
ve moeder," zei P-’!-a-
dat u mij alle dagen ziet; maar gelukkig
of niet, de iaren laten hun sporen ach
ter."
Aan het station van San Sebastien na-
men mevrouw Josselin en haar dochter had.
een rijtuig om haar door de stad rond te „Het is zeker moeilijk," vroeg zij, ter-
rijden. Op het Constitutieplein merk- wij] rij Relinda haar klein toestel ztg
waardig door den regelmatigen bouw der hanteeren.
-- „Volstrekt nietl Wilt
sloegen zij de Mayorstraat im om de beeren?"
van Santa-Maria, die aan den voet „O ja, u is heel .vriendelijk."
het Urgullo-gebergte opgetrokken is, Relinda zeide haar, hoe zij den kodak
iezichtigen Door de voornaamste gebruiken moest, en een oogenblik later
I.lJ -ij met veel handigheid en kleine
zette mevrouw Josselin zich een oogen- gracieuse bewegingen de eerste foto ge-
u,ik neer om d* D;
linda het prachtige panorama dat zich
genieten
gelukt," vroeg zij dadeUjk.
„U weet dus, dat zij hier zijn?"
„Gosteren zag ik hun namen in het
vreemdelingenboek.en dat speet mij
zeer.... ik duchtte voor jou een ont
moeting met hen, die je nu liever niet in
je nabijheid ziet”
„U had u daarover niet moeten veront
rusten, lieve moeder," zei Relinda met
een kalmte die mevrouw Josselin deed
herademen. Bovendien zou een ontmoe
ting niet mij, maar hen in verlegenheid
brengen
„Dat is waar. Hij heeft zich anders
gauw getroost," antwoordde haar moe
der, die niet begrijpen kon, dat iemand,
eens op haar dochter verliefd, haar zoo
spoedig vergeten kon.
„Zoo gauw," herhaalde Relinda opge
ruimd. „Mij lijkt het wel een eeuw gele
den. Wij hebben sinds dien tijd alweer
zoovele reizen gemaakt. Hij had groot
gelijk met mij te vergeten." s
Een oogenblik van stilte volgde, waar
na zij voortging: „Ook ik ben verrast; dat moeder, „en wij mogen ons gel
ik hen niet ontmoet heb, want zondeh te achten dat voor ons een plaats gei
zoeken kan men 1'. 2 -
Ik besluit er uit dat de Lésigny onze je daarginds," voegde zij
heeft en 1
.1 me. Ik had zoo
graag de’ vrouw gezien, die hij nu geko
zen heeft en di- J-‘ -
waarvoo^ hij mij bestemd had."
oprecht en dat stelde de oude
thans van haar zorg bevrijd,
gerust. de laatste, die den kellner op den voet
Eén van meening. hadden zij besloten volgde, herkende Relinda aanstonds het
gedurende haar verblijf te Biarritz de- schoone meisje van daar straks. Wat
- JLt zes- mevrouw Josselin betreft, deze vestigde
-twintig jaar geledert’ mevrouw Josse- aanstonds haar aandacht op den heer,
gezelschap van haar echtgenoot dien zij vroeger op het schip bij haar
t had. Relinda vertrouwde op het reis naar Kopenhagen had leeren ken-
';eheugen van haar moeder, bij wie alle nen, en <iie niemand anders was dan huizen die het omgeven aangek men,
lerheden nog frisch in het geheu- mijnbeer de Lésigny s
gen lagen. Deze scheen zeer onthutst. Hij had kerk
De derde dag van haar uitstapjes werd niet verwacht Relinda en haar moeder van I
aan San Sebastien besteed. Relinda ver- hier aan te treffen, en in plaats van den te bezichtigen
langde zeer
gelijk schouwspel tegenwoordig geweest, mes niet storen, en /uj vroeg oen gar- ook neer om uit te rusten, terwijl nc- nomen.
De een vertelde haar, dat het te ver- ?on hem een andere plaats te wijzen. linda het prachtige panorama dat zich Js ze gelukt," vroeg zij dadelijk,
schrikkelijk en te wreed was om naar te „Maar mijnheer," zei-deze verwonderd, voor haar blikken 'ontrolde, genieten 'jfc hoop het maar ik weet het nog
zien,terwijl anderen beweerden dat het „alle plaatsen zijn bezet. De helft van ging. niet.... de plaats moet eerst ontwikkeld
een onovertroffen schouwspel was, zelfs deze tafel is voor u gereserveerd, ze is Inderdaad, het aantrekkelijke van WOrden en daar bestaat hier geen g- 1c-
voor de meest bereisde toeristen. Wat groot genoeg voor vier personen." San Sebastien is niet het Spaansche ka- genheid voor. Maar als u wilt, zal ik ze
er van zij, Relinda wilde zelf gaan zien „Welzeker," zeide op haar beurt zijn rakter, dat men alleen vindt in de over- bij een fotograaf in Biarritz bezorgen om
om een zelfstandig oordeel te kunnen jonge vrouw, die zich de bezwaren van blijfselen van de oude stad, die door de le voor u te ontwikkelen."
vellen. Zij begaf zich naar den eigenaar haar man niet verklaren kon. „Ik sterf gelaat van haar man te letten naast Re-
om de noodige inlichtin- van honger en de dames zullen ons wel linda plaats nam. „In uw gezelschap zal Toen de Lésigny in den namiddag met
haar twee plaatsen ver- veroorloven naast haar te dejeuneeren." Engelschen in 1813 veroverd en gedeel- zijn Colette in de arena kwam, merkte hij
i „Zonder eenigen twijfel," antwoordde telijk verbrand en later als moderne stad tot zijn spijt dat hun plaatsen, die hii
haar weer opgebouwd werd. Het zijn de bree- tegelijk met mevroaw Josselin gehuurd
de wandelwegen, de lange rechte stra- had, zich naast de hare bevonden.
„Wat een gelukkig toeval," riep Co-
lette, terwijl zij zonder op het misnoegd
Haar echtgenoot was nu gedwongen om Sati-Sebastien, die het den bijnaam ga- gelaat van haar man te letten, naast
de eenige plaats die nog overbleef in te ven: de parel van den Oceaan. Relinda plaats nam.
--nemen. Maar door zijn koude en ge- Op een landengte aan den mond van „In uw gezelschap zal ik mij thans nog
reizigers bij het dwongen houding scheen hij tegen het de Uremea gebouwd, brengt de coquette meer verheugen."
- u 1 J nam aandringen zijner vrouw te willen pro- stad, die door water en bergen en heu- „Ook ik ben blij u naast mij te zien,"
daarbij aan de stations van Saint Jean testceren. Geen enkelen keer sloeg hij velen mét een weelderigen plantengroei zei Relinda, hard genoeg ■*-
op de dames tegenover hem. omgeven is, een ieder die haar voor de Lésigny verstaan te worde
Li; :z ■‘z zz^zz ~zz zzjz —zzzz, eerste maal aanschouwt in verrukking.
die hem zijn koudheid, waarover zij Met een niet ontveinsde verwondering het verledene vergeten zou,
toevloed verwonderd was. verweten beschouwde Relinda op het terras voor
Relinda wist maar al te goed wat de het hotel de blauwe golfjes van de Con- ging zij op in het schouwspel dat voor
I en deed cha, de prachtige baai, die als een zui- haar oogen afgespeeld werd, een schouw-
bij de wachtkamer uit en ontkwamen alsof haar aandacht geheel in beslag ge-
dus aan het grootste gedrang. Zij toon- nomen i
den haar kaart van het hotel Continen- met haar
tal, waarop beider naam geschreven stond waarmede
en aanstonds bracht men haar naar een
t'-feltv'. dat voor haar gereserveerd wss
aankomst* vernomen
vertrokken is Dat spijt
x A»t vrouw gezien
heeft en die de' plaats inneemt,
De ‘oan die uit haar stem sprak was ging zitten. Tegelijkertijd naderde de
dame, garden die haar was voorgegaan, door
volkomen een heer en een jonge dame gevolgd. In
B- de laatste, die den kellner op den voet
Eén van meening. hadden zij besloten volgde, herkende Relinda aanstonds het
gedurende haar verblijf te Biarritz de- schoone meisje van <1'.T'zt
zelfde plaatsen te bezoeken, die
en
lin in gezelschap van 1
bezocht had. Relinda vertrouwde
gebeugc-
bizono,
gen lagen.
San Sebastien besteed. Relinda
r eens een
te wonen. Nog nooit was zij bij een der
de Luz en Hendaye nog zoo toe, dat bij een blik
de aankomst te Irun het station wemel- Eens zag hij in dc oogen van zijn vrouw,
de en krioelde van menschen, die de
wachtkamer, voor zulk een
Veel te klein, als ‘t ware bestormden. 1
Relinda en haar moeder stapten dicht Lésigny in verlegenheid bracht - r v ---
ver halve cirkel in het land snijdt en aan spel honderdmaal beschreven, mcar
werd door het drukke gesprek wier kust het Urgullo- en het iguildo- waarvan niemand zich een idee vormen
moeder en door da zorgen gebergte zich verheffen. En aan den voet kan, tenzij hij het bijgewoond heeft.
rij deze omgaf dier bergen prijken tallooze villa's, waar- De plaatsen in de schaduw, die
J u_ _1_A__ t. 1"-A L.I.Z. Ml-—-. A.Z a.LuI e__HIL I— A A u -n*.
lijk van het onaangenaam gevoel dat ziiM uit marmer opgetrokken.
meest»' voor het grootste gedeelte door vreem-