VOOR DE
IF I
GEDWONGEN HALT
s
s
-1 UIT DE -7
moppentrommel
NUMMER 21 DERDE JAARGANG 1*21
-
;:t:iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiir!iiiiiiii;i:iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:!iiiiiiiiiiiiiiuii iiiiiiiiiii iiiii.i iii[.ii.iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:ix
ij"t zi;
t_LL_
S3
HUISKAMER
maar
3-
Een hoefsmid in Vienna, Cabfornié,
I
EEN TOOST.
kr;
u.
Het strand bood een levendig schouw-
zestig.
OOK EEN LEERVAK.
;enl
terjaa te betalen babe!
zeide „veertig slagen, Sheriff," vloog de
itn
kat lar
nederv,
enner.
terneergeslagen
eende. Relinda,
iten.
maken, moeder.”
De moeder van Clansskwam met den
bewusten brief terug. Het was inderdaad
ning voor-
«rd, aar-
i een heer*
d gekocht
de -eubeien,
die op een lijst genoemd stonden, ovet
Op een diner had zek« heer, die zich
het stuk van dronken instellen voor
geen held uitgaf, het ongeluk met zijn
Haar door
waren tot binnen deze
AFGETROKKENHEID.
De Engeleche dichter Bowles was soms
zeer afgetrokken. Hij moest paardrijden
voor zijn gezondheid en ging dan een be
paalden tol door. Op zekeren dag echter
voor den boom staan en riep om dentöï-
f-•---_
hem vernam Bowies dat hij te voet
HARD STUDEEREN.
Vader. Maar béste joi
die studie handen vol s
schrikkelijk uit de gis
4
dat erg tegen. En
eens hard
was, verdween hij weer, na een
lijken handdruk, in de richting va
stad. Het dnetal zou echter niet lang
L wat kost me
I Dat valt me
Zoon, ja, niet waar pa? Ook mij valt
”1 nu studeer ik nog jmet
IN EEN RUSSISCHE RESTAURATIE
Gast „Zeg eens kellner, zijn de spijs
kaarten in de restauraties ook aan cen-
_2_ torpen?"
Kellner „Hoe zoo V’
Gast „Omdat de beste spijzen ge
schrapt zijn."
Alles heeft zijd voor en tegen, zei een
1-icnsch, die nog al eens geldverle-
id bij eigen ervaring kende. Hoe
de zomer boe minder interest
het vonnis der wet te voltrekken.
De uitvoerder der gerechtigheid boog
met welgevallen de scherpe riemen van
voeten wil kussen voor uw eng<
I en edele zelfopoffering
Zij wrong en
orders naar Parijs begeven."
ik begrijp niets van al wat
t Misschien geeft het vol
gende eemge opheldering. „Ik vermoed
dat hij u naar Biamtz gevolgd is en zich
thans reeds bij u vervoegd heeft om u het u
geld dat ik hem toevertrouwd heb te over- naliat glimlachend voor haar. „Dat had gélukkige
handigen. In haast zend ik u 500 gulden, u niet verwacht, mevrouw de Lésigny." eerste de
het eemge wet ik op dit oogenblik ter „Ik waande u op weg naar Barcelona,"
«wer beschikking kan stellen....” antwoordde Colette vervaat.
_r rechtvaardiging geluk te wenschen
Tom WiHitts verscheen aan de deur
I vroeg mevrouw "Engle te spreken
„Mag ik thans binnenkomen?" vroeg voor ons twee
TUCr
Zijn verlangenwerd hem toegestaan Na<
der ry in zijn armen, terwijl zij hem vergeving daag in 't geheel met I”
„Zie je eens Marie, wat een
koekoek zegt op een schilderijen-
lein een dan toen nu was het een muziek, die tentoonstelling mevrouw A., terwijl ze
~:t geluid Lieflijk en vertroostend klonk, totdat zij voor een landschep stilstaat,
schreeuw op eenmaal weder dacht
een oor-
-zei Rehnda,
e*n „dat hij mijn handteekening nauwkeurig
nier nagemaakt heeft en je gemakkelijk beeft
Die Gas-arte is een
gewetenloze oplichter, van wien wij de
dun# jjja/’
„U wil toch, hoop ik. met zeg-en dat
asparre ons bedrogen heeft," nep de
1. daar hij aan zulk een
w*. vmmww LacniEc maunuCu i«dicr was m viumv» i_mii men uc lmi*
Hij trok zijn gevangene tegen den ladder nng hun hoofden buigen. Houd u sterk. Kerstfeest, en nu was er vreugde in het ste 30 dagen van de maand nooit geld in
4e ma.lrte o—r——rl hem aan de IraaV m„„ H Wli'ttS D
op ce telegram
verzonden had,
uit fdmburg van den hotelhouder, waar
u?'?r°J!!n--OOr?en R^* m^nd hnaldrenu Rehnda.’
komen vragen," zoo luidde zijn antwoord.
Haar vermoeden was dus bewaarheid dan Gasparre geen orders gegeven om een
Gasparre a 1---
met een groote som gelds van door. Zij
trachtte den j"
bericht op haar maakte, tevergeefs
EEN OPMERKING VAN EEN WIJS-
ameublement GEEP.
vroeg een pas Wanneer iemand met kastaaje-bruin
teekemsvoflen baar, gn), begint te worden, dan is dit
een teeken, dat hij vijftig jaar oud is.
En Mary nam de harde handen van gekwetst was.
„Dat weet ik met met zekerheid te zeg-
was het antwoord, „maar mijn
wangen, hi) muilezel loopt pp drie pooten."
i MONOLOOG VAN EEN STUDENT.
.O, moeder, ik zal sterven, levend kan
Maar geen traan parelde in haar
Marie (die naar een onbeduidend schil-
derijtje daarnaast kijkt, dat een dooden
een oogenblik zwijgend, eenvogel voorstelt) „Ja, prachtig hé
en dat «dichten En ie kunt zoo zien, dat hii AnnA
rt van
>t en vreeze, alleen vergoed door de
inist m den salon, toen de besteller haar golven met schuimende kopjes volgden
1 In k**l**n. ia W A 1 le d A* a« i -
„Dat is van Morin,” zei ze verwonderd
hm bankier om het dubbele gevraagd.
Den bestuurder van haar goederen had
te zenden, maar dw scheen zich met te
De concierge zag zijn dochter verslagen
aan.
„Maar juffrouw Rehnda,” zei Modeste
■ammen.
verwachtte. Het kw”am hier niet
„Over een uur vertrek ik ook in die De concierge Modeste, zijn vrouw eo
achting. Het spijt me, dat ik mij hier niet zijn dochter Clansse, die gedurende haa
langer in uw gezelschap ophouden kan. kort verblijf in Parijs haar, kamermeisje
Mijn bedoeling was even naar uw gezond- was, waren
heid te informeeren.”
„Dat doet mij veel genoegen. Zooals u
ziet, ben ik weer volkomen hersteld,’"
klonk haar antwoord. -
Even onverwacht als Tersac gekomen gebracht had, met zorg over de kamer?
de zij de zorg over al dien rijkdom toever
trouwd.
Nauwelijks had zij de deur van haar
J ‘1 zij bleef vol verwoe-
beb >e met mijn Diana
schouders gerukt, en met opengesperde naar den muur, om haar tranen' te
vrees bergen en riep „Dank, o God dank
voor dit geluk
Toen zij buiten de gevangenis kwam.
ontving het volk, dat in menigte was op
gekomen, haar met luide zegekreten,
Mary liet haar sluier over "t
zijn „kat", toen hij met een ongeduldig terwijl zij bedacht, dat ditzi
de ongelukkige vrouw, en toen de cipier zelen.
uIzwaa ^4^
om hoog, en met kracht „mijn stelling is, dat de menschen even- WM °“i genoeg.'
helsche werktuig den rug van het slacht- menschen in het ongelijk zien, als
offer reeds met den eersten slag trad het neer zij weder gered zijn."
bloed te voorschijn. In haar oude woning teruggekeerd, En waarmede is u tegenwoordig in de
Het volk lachte en juichte. De Sheriff werd Mary door tal van vrienden czt -
nam de toejuiching op met al de bedaard- vangen, wier meening nu plotseling was een hoogere burgerts. „Met Ituiwritfera» je in de Bank van Tjfttning voot win*
mm!» ta J a S- i^._e_ - a
De concierge Modeste, zijn vrouw en
zijn dochter Oarisee, die gedurende ha*
i opgetogen over het weerzien.
Óndanks de beperkte ruimte, zag h®
verblijf er binnen gezellig en aangenaam
uit. Rehnda had af de luxe voorwerpen,
die zij van verschillende reizen mee
- 1_
harte- verdeeld. Modeste en’zijn dochter had
van
Ij meer
bij elkander zitten, want een bediende van
het hotel bracht een telegram, dat Relinda kamer geopend of r
met zenuwachtige haast begon te lezen, denng staan. „Wat h< -
„Modeste is met alles gereed om ons te en met de Chineesche vazen gedaan,”
ontvangen, moeder met den nachttrein vroeg zij, wijzend op den schoorsteen,
kunnen we dus naar Parijs vertrekken." welks mantel, met lichtblauw wolfluweel
j nam het telegram bekleed, slechts voorwerpen van minder
van haar dochter en las „Alles gereed, groote waarde droeg. En terwijl zij deze
wij zijn blij u weer te zien. Modeste." vraag stelde die onbeantwoord bleef,
„Dan zullen we van hier moeten ver- draaide zij zich om en mistte van haai
trekken, mi kind," zei haar moeder, toilettafel twee zilveren kandelaars met
over de onmetelijke watermassa liet gaan.
In het hotel werd een tweede telegram
ida
GEMOEDELIJK.
„Jan. Hfer heb ie zeven stuivers, haal
wopten een van een dub
beltje en een andere van een kwartje.”
idat Jan de worsten heef) gehaald, zegt
de luitenant „die worst smaakt mij van
jan „Met uw verlof luitenant, u moest
ook niet op een paar stuivers kijken, neem
-ijkheid werd en toen beiden schuld bekenden, berouw lijk die van een dubbelhe deugt niet,
hadden en den ernstigen wil vergevings-
wentelde zich onder gezind te zijn, waren zu spoedig inniger
tgeput door bloedverlies en vreeselijke
pijn, bewusteloos in elkaar zonk, en
iterdag-ochtend, een koude, slechts aan de geboeide polsen bleet
htig Mei morgen. In de stad hangen.
chudding. F*
deuren der
de andere in de duisternis verscholen, el- gesmoord.
de vreesehjkste voorgevoelens omtrent de ie vreeselijke slagen, totdat zij ten laatste vrienden dan zij ooit te voren geweest
waren
„Ik beminde ie,” zeide Tom, „maar tot een landbouwer, van wien hij niet de
nu vereer ik je, om je heldenmoed en je gewenschte inlichtingen kon verkrijgen,
opoffering voor mij.” „wee’ >e wel waarvoor we hiet zitten T"
Er was nog een andere bezoeker De „Zeker." antwoordde de getuige „drie
-majoor Newton kwam binnen, met uwer voor 1200 en die dikzak in "t midden
hadden en den ernstigen wil vergevings-
haar.
„Mejuffrouw,
„door uw geterd schrijven van 26 Augus-
steeds in Schotland waande. Zeker betreft ken ik vrouwen die in dat opzicht trouweloosheid betichten.
totdat het schavot met die vuiligheden vrouw was door de deur naar de nabij-
averdekt was. Hij gilde van pijn, en span- gelegen cel gebracht. Men hoorde het
de zich vergeefs in, om, door zijn hoofd gemompel van het volk op straat. Me
te schudden, zich te bevrijden van het vrouw WiHitts hulde de ivoren schouders
bloed dat uit zijn gelaat stroomde en het in de deken, en Mary, haar moeder nade-
vuil dat er aan kleefde. Het grauw jouwde rende, nam haar in de armen en kuste
hem uit, en lachte over zijn vergeefsche haar fluisterend zeide zij
‘"pogingen, schold hem met de gemeenste „O. moeder, ik m)
namen en spotte over i
•aag en manchetten, en onder al die om- Maar geen traan parelde in haar
sunders was er geen enkel gevoelig hart, De deken om zich heen slaande, met
dat eenig medelijden met hem had. Een kalmte der wanhoop, maakte zij zich leden had gezien
uur moest hij daar staan, de vreesehjkste gereed, op het bevel van den ongeduldi- In Mary’s ooren klonk het kra
martelingen verdurende. Toen de toren- gen cipier de cel te verlaten. der verbrijzelde blokken nu geheel anifers koekoek zegt i.
klok elf uur sloeg .werd hij in een be- Eensklaps ontstond op het plein een dan toen nu was het een muziek, die ten toonstelling mevrouw A., terwijl
klagenswaardigen toesund bewusteloos en groote beweging Men vernam t-
vreeselijk verwond van de kaak genomen, van paardenhoeven daarna ’t ges’chreeuw op eenmaal weder dachfaan' de wilde.
De kaak werd dien dag met meer gebruikt, van vele stemmen en eindelij! een oor- nachtelijke vlucht Langs het strand.
Nu kreeg de geeselpaal een beurt. Twee verdoovend „hoera 1”. Beiden bleven t
vrouwen moesten gegeeseld worden.de Dr. Ricketts stormde naar binnen, maar beiden wisten, dat’ieders gedachten En je'kunt zoo zien, dat hij dood
eene was een blanke, de andere een zwarte, met een papier in de hand wuivende, verwijlde bij dien vreeselijken nacht
De zwarte moest haar straf het eerst „Zij heeft gratie l gratiekreet angst
ondergaan. Door angst en vrees vervuld, hij „terug I terug riep hij den cipier kalmte en het geluk van he’t tegenwoor-
werd zij uit de gevangenis gesleept. Een toe, toen deze de hand op Mary wilde dige. Mary drukte zich vaster in de armen
vuile katoenen rok slingerde om haar leggen. „Zie hier, lees en hij sloeg hem haars mans en haar lippen bewogen zich r
-- rUken helUlrte huur d.. h.. --k..-- geluk. voor godheid tt gil
paalden tol door. Op zekeren dag echter
kwam hij eens den weg afwaadelen, bleef
prachtige
baas om hem zijn geld te geven. Eerst van
A MA 0 A A A ABA .A. amI Aa aA t— t A
nu met
„Ik ste) mij nooit wijzer aan dan ik
RBviBuiu ut Keiagsamcrs. vuur ue een senaar weise ae anerin bedaard nedergeslagen oogen voot haar stond ben." zei de eene vriend tot den anderen,
toonbanken lazen zij de nieuwsbladen, aannam en gevoelloos een gedeelte van de zeide hij „Als ik iets niet weet, zeg ik dadelijk
die minsten eenmaand oud waren, dron- ooren der vrouw afknipte Haar handen „Ik kom u vergeving vragen voor mijn „Ik weet het niet"
ken. schreeuwden en vloekten luid, om werden ontboeid en bloedig verminkt, ruw gedrag en wreedheid. De beleedi- „Dat ia heel verstandig." was het ant-
aan hun bewegingen kracht bij te zenen, bewusteloos werd zij naar de gevangenis ging, die ik u aandeed, kan rummer wor- woord, „maar wat moet uw gesprek dan
De grootste drukte heerschte echter in teruggebracht. Haar door doodsangst den uitgewischt die wroeging zal ik mede eentonig zijn I”
een ander gedeelte der stad In het midden ontlokte kreten waren tot binnen deze n het graf nemen. Maar kunt gij een
van het marktplein bevond zich een stuk muren doorgedrongen, en deden de blee- woord van medelijden hebben voor een EEN HARDE SCHEDEL,
grasland ongeveer twintig voet in het vier- ke wangen van de beklagenswaardige oud man, wiens zoon gevlucht is als een
kant, aan alle zijden door een rij boomen Mary nog bleeker worden. Nog t i
omzoomd. In het midden stond de gee- andere vrouwen waren tn de cel, me- u staat met” een gebroken hart en uw besloeg onlangs een muilezel. Het dier
selpaal en de kaak. Dot klonk het tiende vrouw Engle en mevrouw WiHitts. Ter i - --
uur van den toren over het met menschen wille harer dochter hield mevrouw Engle goedheid
gevulde plein. Het,was dezelfde klok, die zich bedaard, i-J -
God te vereeren en Zijn genade al te smee- mevrouw WiÜitts Ma~y troosten." tèr-
IM-U-u u n.- j.
doeleinden gebruikt zij riep de geloovi-
haar^ de vreeselijke martelingen te delijk en vertroostend tot hem de tranen gen,'
vloeiden langs zijn ruwe t.w—
Ie dag komen, Mary, sprak kuste haar teedere vingers en ging heen,
gerechtvaardigd zult worden, om naar zijn onteerd en ongelukkig huis
.j j—.j. keeren.
Eemge maanden later was het weder
erstfees
van
gevulde jMetn. Het was dezelfde klok, die zich bedaard, maar durfde geen woord spreek het dan uit opdat ik die troost dagen later vroeg
sjtxïi» «sas ---
ken. Die kk>k werd voor zeer verschillende wijl zij met bevende hand haar ontkleedde, den ouden man in de hare, en sprak vnen-
doeleinden gebruikt zij nep de geloovt- om dc --- -
k gen op tot het gebed en de zondaren om laten ondergaan,
hun straf te ondergaan. Bij den eersten „Eens zal de d.
slag trad de cipier uit de gevangenis, een zij, „dat gij g<
man voortslepende, op wiens bleek ge- en de booze mannenjdie u veroordeelden,
Uat de diepste wanhoop te lezen stond zullen met bittere schaamte en vernede- Eemge maanden later was het weder ’t Is drommels lastig, dat men de laat-
Hij trok zijn gevangene tegen den ladder nng hun hoofden buigen. Houd u sterk. Kerstfeest, en nu was er vreugde in het ste 30 dagen van de maand nooit geld in
op en maakte zich gereed hem aan de kaak mijn lieveling, houd goeden moed, mis- huis van WiHitts Daar waren twee kas heeft.
te boeien. Dichte groepen van jongens schien is het niet zoo vreesdij k. Is de bruidsparen in het huis, waar nu de
stonden te schreeuwen en melden voor- avond donker en droevig, de morgen vroolijke lach van het geluk klonk. Mary
werpen in hun handen, om naar den ver- brengt geluk en lichtwie weet, hoe ge- en u“
oordeelde te werpen. De cipier klom naar lukkig wij nog eens met elkander zullen hun Kers,
beneden. Een longen zwaaide zijn arm en zijn.’ eelukkie
een bedorven ei vloog den eHendige, die Sprakeloos, onbeweegelijk als een mar- levenspad
aan de kaak stond, in het gelaat. De wal- merbeeld, stond Mary dur, terwijl zij
geb'jke inhoud vloeide langs zijn kin over zich van haar kleederen ontdeed en haar
de borst. Dat was het sein geweest. Die- blank vel in het halfduister der cel schit-
ren, doode katten, slijk, steenen, bossen terde.
jras werden naar den gevangene geworpen Het was reeds hoog tijd. De zwarte dankbaarheid naar het~jonge paar slechts een vreemdeling ên aan zijn naaste disch-
’otdat het schavot met die vuiligheden vrouw was door de deur naar de nabij- nu en dan wisselden zij een blik vol be- genooten voorhet eerste voorgesteld. Te
overdekt was. Hij gilde van pijm en span- gelegen cel gebracht Men hoorde het teekenis, als zij dachten aan de dagen midden van een ademlooze stilte gevoelde
- r - .- - fcf.1,.vannel vo'*. °P straat. Me- van angst en vertwijfeling, die zij hadden hij zich dan ook alles behalve op zijn ge-
schuddem zich te ^*\W{en^van het vrouw Wilhtts hulde de ivoren schouders doorgebracht en nu hoopten voor immer mak. Na eemge oogenblikken van span-
- J J ning „aagt hij aan zijn buurman „Hoe
Toen het spel in voUen gang was, heet u ook weer, mijnheer „Mijn naam
Tom en zijn vrouw zich is Bazelman.” „Bazelman, ah zoo dan
T? -i.”.Y' rao;o“’ 11 s,erven' levend kan voor een oogenblik hij nam haar naar stel ik voor op de gezondheid te drinken
noo!t,ï*e ik u terug!” buiten, aan den oever der rivier, en keek van mijnheer Bazelman I”
NATUUR- EN KUNSTKENNIS.
Tom WiHitts hielpen de kinderen bij
FL.itspelen en waren zoo blijde en
alsof zorg of leed nimmer hun op
levenspad hadden gekruist. ---
Intusschen zaten dr. Ricketts en zijn mes op een bord te tikken. De ceremonie-
vrouw aan het hooger einde der tafel meester, meenende dai hij het woord
(mevrouw Engle had zijn bede om weder- wilde vragen, stelde hem daartoe in de
liefde verhoord) en zagen met trots en gelegenheid. Ongelukkig was onze gaat
LLJ naar het jonge paar slechts een vreemdeling r-7 r:. JL
nu en dan wisselden zij een blik vol be- genooten voor het eerste voorgesteld. Te
teekenis, als zij dachten aan de dagen midden van een ademlooze stilte gevoelde
-|t en vertwijfeling, die zij hadden I
’.I en nu hoopten voor immer mak. Na eemge oogenblikken
voorbij 4e zijn. Lt; T
Toen het spel in voUen gang was, heet u ook weer, mijnheer „Mijn
verwijderden Tom en zijn vrouw zich is Bazelman.” ih
-„enbllk hij nam haar naar stel ik voor op de gezondheid te drinken
oog. naar de ijsschoUen, welke tegen den oever
st_de kruiden, juist zooals hij het een jaar ge-
iken
WMUUUVp, maaKlC Zij ZICH
moest hij daar staan, de vreeselijkste gereed, op het bevel van den ongeduldi-
klok elf’uur sloeg, werd hij in een be- Eensklaps ontstond op'het pieii
‘teweging. Men vernam het
denhoeven daarna "t geschi
of hij ook na uw bekentenis gratie wei- gewicht van zijn betrekking en vol ver- haar
geren zal.’’ trouwen op zijn wetenschap.
„Wat, vannacht nog?” vroeg Dick. Toen de slagen spoediger en regel- en
„Zeker, vannacht, dadelijk, en het zal natiger ri-'en, zwol het vel in di!ke „..aB -
goed voor u en uw slachtoffer zijn, als striemen op en vloeide het bloed in pur- hij’’met een blos op 't gelaat,
onze paarden ons pijlsnel naar Dover peren stroomen langs de verscheurde rok, Z.ju wd Ia—
brengen, en wi; nog morgenochtend vóór die het met meuwe en akelige kleuren en daar, voor aller oogen, drukte hij Ma-
tif»n ntir veên Um» zIzvbb/Jmaaba/Ia «aa.1 j"1 Ua_ ..a.aa.aaa
vroeg voor al het leed, dat zij hem Veroor
zaakt had.
Maar ook Tom had vergeving noodig ook een worst van een kwartje, want waar-
ing mee te maken.
De zon stond reeds hoog aan den
hemel, maar de aangename'koelte van de
Den volgenden morgen was Relinda zee temperde .haar warmte. De blauw.
;«t ,n d*n salon, toen de besteller haar eolven met schuimende komes voledea u j 7 meubelen, dat alles was ver-
“Stk,r^ M^in,” ze. ze verwonderd Het strand bood een levendig schouw- 'en. wetnd'
in zichzelf, „en maar 500 gulden." Zij had spel. Strandstoelen stonden over het
geheele strand verspreid en daartusschen j-
krioelde een bonte menigte van badgasten
zij opgedragen, om een even groote som cn vreemde bezoekers. geweest
te zenden, maar deze scheen zich niet te „Men gevoelt zich hier wat heerlijk,” s
haasten. Zenuwachtig scheurde zij de zei Rehnda, toen de drie dames in een
enveloppe open, nieuwsgierig welk schrij- kring bij elkander zaten.
ven ze moent behelzen. Vluchtig gleden „Verrukkelijk,” liet mevrouw de Lé-
haar oogen over de vele regels en hoe signy er op volgen. „Ik voor mij wenschte
dichter zij bij het eind van den brief kwam, hier voor goed te blijven, maar mijn man
des te onduidelijker werd zijn schrijven droomt slechts van uitstapjes.”
„Daaruit is het ook verklaarbaar, dat
schreef ’de bankier w’i elkander niet eerder ontmoet hebben,’
„uoor UW 24 Au,»- antwoordde mevrouw Jossehn. „Mannen
tus was ik ten zeerste verrast, omdat ik u houden vee! van bewegingain wm dit
heeft u mijn brief van 23 dezer, waarin °P heji gelijken, voegde zij er aan toe,
ik u dringend verzocht geen besluiten te «nmi» a> dochter glimlachend aan
nemen zonder mij te raadplegen, niet keek.
ontvangen."
las verder. „Gasparre, uw intendant, had
op uw
Welke orders, i.
hij hier schrijft.
op het eerste oogenblik, trachtte haar
„C ja. ja* fluisterde Colette die lang
zamerhand 1--
keerd was en nu
echtgenoot steunend
‘ÏL
wachten, toen naderde het
mijnheer Tersac gehui
grootste dat ik
hij uitstappend.
de Ldsign-
stappen hu
mevrouw J<
lichte hoofdbuiging groei
„En die dames Gaan
mee," vroeg Colette.
je te helpen en wij mogen de gevraagde som te overhandigen. Tot
strijd afhouden,” hernam de Lésigny, moet dus vermoeden....”
terwijl hij zich naast haar neerzette. Hij „Of een ngeluk is hem over komen,’
gaf eea wenk aan den koetsier, lichtte viel haar moeder haar in de rede.
-u— u, geval zijn we gedwongen van
daag nog naar Parijs te vertrekken.”
r' ld Het gesprek werd afgebroken doe
ersac zacht geklop aan de deur. Op een „bin-
zich met de stoorden tot haar „*t Zal nen” van Relinda ging ze voorzichtig
niet erf zijn, hoop ik.... Hoor, daar gaat open en Colette trad vnendelijk lachend
de bel, het tweede gevecht gaat beginnen, de kamer binnen,
treedt binnen, dames.”
„Neen,” zei Relinda vastberaden, „Wij
hebben er genoeg van gezien.”
,JUs ik dat r
twee rijtuigen genomen. Wilt u dat ik u verplicht zijn dezen dag eenzaam en
terug ga om er nog een te halen?” J
„Dank u, mijnheer, doe geen moeite, we
gaan wat wandelen, dat zal ons goed
doen.”
De jonge forsche man T 7 - -
geranden sombrero, boog eerbiedig en hartelijk de hand te drukken,
keerde haastig naar het amphitheater Mevrouw Josselin, die mets Hever had
terug. Alvorens echter binnen te gaan, dan haar dochter tevreden en gelukkig te
keek hij nog eenmaal om naar de dames, zien, was aanstonds bereid om de wande-
die langzaam uit het gezicht verdwenen, lil
de moeder op den arm van haar dochter
steunend.
trouwen op zijn wetenschap.
- -- Toen de slagen spoediger en
„Zeker, vannacht, dadelijk, en het zal vanger vi-'en, zwol het vel in
onze paarden ons pijlsnel naar Dover peren stroomen langs de verscheurde rok,
tien uur terug zjjnï” verfde Het doordringende 'gegil
Vüf minuten later waren zij op weg en vrouw vervulde de lucht, en bewi
jaagden zij door den donkeren nacht voor- sommige harten tot medelijden,
waarts de een het hart vervuld met de Maar bet was maar een „negerin", en
zoetste hoop, vreugde en tnenschenliefde, ieder gevoel van menschel!jkheid wi
de andere in de duisternis verscholen, el- gesmoord
lendig en zich-zelf beschuldigende en met Zij wrong en t
GOED BEGREPEN.
Hoor eens, getuige,' zei een rechter
toekomst
Het was Zaterdag-ochtend, een koude, slechts aan de geboeide polsen bleet nu vereer ik je, om je heldenmoed en ie gewenschte inlichtingen kon verkrijgen,
ruwe, regenachtig Meimorgen. In de stad hangen. opoffering voor mij." „wee’ je wel waarvoor we hier zitten r"
heerschte een kleine opschudding. Man- Eerst wilde de Sheriff met het voort- Er was nog een andere bezoeker De „Zeker/* antwoordde de getuige, „drie
nen slenterden voor de deuren der her- zetten der straf wachten, totdat zij weder oude majoor Newton kwam binnen, met uwer voor 1200 en die dikzak in 't midden
bergen, waar zij hun paarden hadden vast- was bijgekomen, daar er echter nog maar zijn hoed in de hand en het hoofd gebogenvoor 4000 gulden s-iaars.”
gebood:n. babbelden over de politiek, vijf slagen overbleven, vond hij het beter de trekken van zijn gelaat waren scherper
de oogst, de prijzen van het koren, het zijn werk af te maken, en liet hij de nog en harder dan gewoonlijk, maar zijn voor- OPRECHT,
longste nieuws, dat de postkoets en de ovenge slagen op de vormlooze vleesch- komen was ter neer geslagen en droevig,
schoener van Philadelphia hadden mede- hoop vallen de cipier kwam nu met Hij naderde Mary en toen hij met
gebracht. In de gelagkamers, voor de een schaar welke de Sheriff bedaard nedergeslagen oogen voor haar stond
toonbanken lazen zij de nieuwsbladen, aannam en gevoelloos een gedeelte van de zeide hij
dierminsten eenmaand oud waren, dron- ooren der vrouw afknipte. Haar handen „Ik kom u vergeving vragen voor mijn
verminkt, ruw gedrag en wreedheid. De beleedi- -
ging, die ik u aandeed, kan nimmer wor- woord, „maar wat moet uw gesprek dan
n het graf nemen. Maar kunt gu een
woord van medelijden hebben voor een
twee booswicht en eUendeling, en die nu vóór
;elachpge rukte zich los en sloeg met een zijner ach
ing O, terpooten den neger op het hoofd Benige
I iemand den eigenaar
of de hoefsmid zwaar
ijtuig dat venster. Al haar plannen waren thans
t _iui had „H< -L,—
"roótste dat ik machtig worden kon," zei naar Parijs vertrekken om persoonlijk 'te
j L onderzoeken, wat er gebeurd was.
„Inmgen dank, vnend,” antwoordde In haar overpeinzing had zij met be-
„Geen
vroeg mevrouw Josselin
itellend.
„Waarschijnlijk zijn wij de dupe van
•den. On-
■ageu om ons
OPTIMISME.
beenen. Een deken bedekte Jiaar rug, die het papier in het gezicht,
ontbloot was om de straf té ondergaan. De lange, vreeselijke angst was voorbij
Met ruw geweld sleurde de cipier haar en de reactie was zoo groot, dat Mary
naar den geeselpaal, door het joelende Engle, nauwlijks begrijpende wat met
volk omringd, en terwijl zij vurig, of- haar gebeurde, en de oorzaak niet bevroe-
schoon met onsamenhangende woorden dende, waardoor haar onschuld was ont-
om genade bad, alles belovende wat men dekt, verbaasd en ontroerd staan bleef,
van haar verlangen kon, sloot de beul Bewusteloos viel zij neder men legde
haar opgeheven handen in boeien, zoodat haar op ’t schamele bed, en deelde haar
zij genoodzaakt was op haar teenen te alles wat er gebeurd was mede. Toen
staan, wilde zij niet de ondragelijkste hierna de dokter verklaarde, dat Tom
pijnen lijden. De deken werd van haar onschuldig was, wendde zij het hoofd
schouders gerukt, en met opengesperde naar den muur, om haar tranen' te ver- SUV£ onderwoi
oogen, die door de ontzettende vrees
wild in hun kassen rolden, trachtte zij voor dit geluk
haar hoofd halverwege om te keeren naar Toen zij buiten de gevangenis kwam,
de plaats waar de beul stond, gereed om leunende op den arm van den doctor,
.i, „..Hebt ge dat prachtige
elaat vaHen, b*i Willemaens gezien
Jde volk bij getrouwde vrouw op beteekenisvoUen j,w. grijs
oor luisterde naar de vurige gebeden van elkaar was gekomen om haar te zien gee- toon haar echtgenoot.
..Neen, Have,” gaf deze ten antwoord, wordt zijn haar zwart, dnn hii
.Och, mijn lieve,” zeide de doctor, ik heb de rekening gezien en dat
ML-. J_a a^.mé« aanzs*»
ide, raakten de punten van het zeer verheugd zijn als zij hun mede-
7. b „ZZ- Zj wan-
offer reeds met den eersten slag trad het neer zij weder gered zijn.”
t'-zzt tz ~:zzzz~hZZ‘ In haar oude woning teruggekeerd,
Het volk lachte en juichte.^De Sheriff werd Mary door tal van vrienden ont- eerste klasse bezig, vraéi^een dim» aan
heid van eeh man,'dié overtuigd is van het veranderd, en zich nu haastten, haar met tuur,"luidt' hetdeftige antwoord?
„Dat is toch al te sterk Wat moet
tot het bewustzijn teru^ge- dat alles in ’s hemelsnaam beduiden
den arm van haar Zou Gasparre misbruik van zijn en mijn
naar den uitgang vertrouwen gemaakt hebben Ik begin
te vreezenZij zuchtte en mistroos-
oogenblik behoefden zij slechts te tig zette zij zich neer aan het openstaande
toen naderde het rijtuig dat venster. Al haar plannen waren thans
..Het is het verijdeld, ze moest zoo spoedig mogelijk
onderzoeken, wat er gebeurd was.
antwoordde In haar overpeinzing had zij met be-
sy, die zijn vrouw bij het in- merkt, dat haar moeder binnengekomen
jélp en alvorens haar te' volgen, en haar dicht genaderd was. „Geen goed
Josselin en Rehnda met een nieuws," vroeg mevrouw Josselin haar
itte.
ni die met met ons www_
mee," vroeg Colette. Gasparre’s trouweloosheid gewon
„Die dames zijn niet ziek, ze zijn afleen ze bankier had hem opgedragen
gevolgd om i
haar met van de bijwoning van den kamp- nog toe is zij hier niet aangekomen. Ik t_ h„ homl
strijd afhouden.” hernam de Lésigny, moet dus vermoedengeb?j£«twXd dat Re^n
terwijl hij zich naast haar neerzette. Hij „Of een - v m>«w>,n«n
nog even zijn hoed en het rijtuig rolde
heen.
Alleen gebleven in tegenwoordigheu
der twee dames, keerde mijnheer Tersa
niet erf zijn, hoop ik.... Hoor, daar gaat open en Colette
treedt'binnen, dames.” „Ik ben het,” zei ze opgewekt. „Zoo
J - gaarne was ik vandaag in uw gezelschap.
:noeg van gezien." Vanmorgen vroeg as mijn man voor een
it geweten had, dan had ik dag op reis gegaan en zoo zou ik zonder z cb ..--h» ln haar midden
- Wilt dat ik v.rnl.rki, -„'n d.r.n ,teedS 10 «mdden,
terwijl zij opstond en nog eens haar oogen gouden voetstuk.
In het hotel werd een tweede
AMinwiu varna awiuiuu „LHidl JUIILVUW ACUIlUd; LC1 IVJ.VUC31C
i^cie zij dien morgen eindelijk de stilte verbrekend, „al wat
t meer is. moet toch bij u zijn,
larginds.in Schotland I”
„Bij mij....m Schotland," herhaalde
„Wat moet dat beduiden
Thans verbleekte Clansse. „Heeft u
---1
haar bedrogen en was er heele lijst van meubelen en de mooiste
te som gelds van door. Zij voorwerpen naar uw nieuw eigendom
pijnlijken indruk, dien dit over te brengen
-- e ver- „Nooit heb ik Gasparre zulk een op-
bergei. Mevrouw de Lésigny bevond dracht gegeven,” antwoordde Rehnda,
-1 maar ver- zich inspannend om haar bedaardheid
aUeen'door te brengen. Gaat u misschien d'" h*' «k«»n. „en wd om de eenvoudige
mee wendelen?” gebeurde met. reden.dat ik nooit in Schotland n meuwe
„Nietwaar, ma, u hebt er toch mets op nij^br^én róu‘ beatUn« ’ekkocb’ heb’ G?PY'
tegen/’ riep Relinda, Hij van haar stoel gSn^Ee? TP0*0 ??akken" ,oen h” die
lichtte zijn breed- opspringend om haar nieuwe vriendin ua_ en tnhnnd den« vert*ldt.
La-a-uil Ja li uuinaar moe er riet over en inhoud van „Maar wij tebben uw bnet gelezen/
het laatste telegram gesproten, maar toen zei eindelijk de moeder van Clarisse,
nj in een datnescoupé plaats genomen „Gelukkig heb ik hem nog bewaard. Ik
hadden, wilde z i haar moeder op het kan hem de juffrouw laten lezen, als zij
pijnlijke van het voorval voorbereiden, het verlangt.”
„U heeft mij vandaag zonder twijfel Al wat waarde had, bronzen en mar-
bezorgd en verstrooid gevonden/’ begon r eren beelden, zilveren drinkschalen.
Zij, haar arm om den hals van haar moeder Grieksche en Chineesche vazen, antieke
baar mag zijn voor de afleiding, welke zij dwenen. G;
u verscha t heeft, misse ien d; schuld
dairvan gegeven. Neen, iet anders heeft
mij in zorgen gebracht. Gasparre is met die achzelve nu meer meester was dan
een zeer aanzienlijke som verdwenen en op het eerste oogenblik, trachtte haar
dat Wl’ reeds «eruimen rijd het moeder te troosten. „Ondanks aHes mogen
slachtoffer van zijn trouweloosheid zijn wij toch blij zijn, dat hij aUeen het ver-
bodige meegenomen heefthet nood-
„Waarhjk, zei mevrouw de Jossehn zakelijke heeft hij ons gelaten, aten wij
met een kalmte die bewees, dat zij het ons niet tevroeg
ernstige daarvan niet inzag, daar een t
geldelijk verlies haar tamelijk onver- L
schilhg het. „Met een roekeloos oordeel een bnef, van haar handteeker
mag je met te haastig zijn, mijn kind,” zien en aan Gasparre geadressei
ging ai moedig voort. „Ik voor mij geloof in zij hem berichtte dat zij pas
Itijd aan de eerlijkheid van menschen, lijk gelegen villa in Schodan.
- -J zoolang ik de zekerheid met heb, dat het had en tevens verzocht o
antwoordde mevrouw Jossehn. „Mannen bedriegers zijn." 'evttT verïocn'
„Ook ik zal niemand zonder reden van te zenden?
k Maar thans „Ik moet bekennen,”
ben tk gedwongen om Gasparre voor eer -----
schurk te houden. Ik kan me zelf l
- - - --- -- verwijten, dat ik alles aan hem heb kuïmen bedriegen?
„Houdt u van reizen, juffrouw Rehn- toevertrouwd.’ r
Besluiten nemen, waarover? Relinda da," vro g Colette. Tevergeefs trachtte zü haar gedachten dupe gewenden
«Ja. wb*jna alrijd op reis. een andere wending te geven. Tevergeefs
„Zomers, in den winter zeker met?” sloot zij haar oogen om in een verkwik- Gasparre uo» o«
mi --1— V- T_a1a44a P te concierge ontsteld, daar hij aan zulé een
„Kgt, mijnheer Tersac, neo Colette vinden. Vermoeid verbet zij den trein, geweldig bedro niet gelooven kon.
plotseling opspringend uit. „Ik dacht, dat toen deze in den morgen het station van „En toch is het de zuivere waarheid
rL*V'?n1£er _a a P,n^ Kirxnenlaer>. Zorgvdldig vernmd antwoordde Rehnda dis naast ha^r
Op hetzclfde ooge.ibhk stond de jour- zi) elk woord, dat haar moeder uit haar moeder was gaan zitten en over het
stemming brengen kon. De laatste meer bedroefd was dan over al het
-bot* luto bracht haar laags de ovwige. „Gasoarre is aea diW. «en
Grand Marché naar den boulevard, waar valaoaard
z« haar optrekje hadden. 0^^ keken de familieleden eb