NooTd-HclIandsch
Oaghlad.
tweede bl»d.
Maandag 30 JB’I1924.
De aanval op het n giersch
opperhoofd Ben-Hbdallah
ie ilemcen.
RECHTZAKEN.
1
Pluimveeteelt.
v V v.
KUNST EN KENNIS.
PROVINCIAAL NIEUWS.
NOORDS CHARWOUDE.
LAN GEN DIJK.
OUDKARSPEL»
EGMOND AAN ZEE.
t
Dir.
Grootebroek, Dir. O.
H.
Wiege-
,W. S.
streeren wil, dat het ook wil streven naar
5
J
VEROORDEELING WEGENS ONRECHT-
MATIGEN VERKOOP VAN DUITSCHE
MAGGI-PRODUCTEN.
Gelyk iu de dagbladen is medegedeeld,
werd in één der procedures betreffende de
geborloofdheid van den verkoop der z. g.
Duitsche Maggi-producten onder de bier te
lande ten name der Zwitserscbe naamlooze
vennootschap Fabrik von Maggi's Nahrungs
mitteln te Kempttal, Zwitserland, ingeschre
ven merken, in October van het vorig jaar
IETS OVER DE HUISVESTING DER
ir .voren gehecht
.Gemengd Koqr” (Zuid-scharwoude) Dir.
(Wordt vervolgd)
Montauban toonde kapitein Doineau niet de
vereischte energie, en had hij op grond van
diens staat van dienst beter vjm hem ver
wacht. Hem werd «Us O&k telegrafisch op-
ilch naar Oran te begeven, maar
daar wist hij den generaal te overtuigen, dat
van de inmiddels gerezen verdenkingen, die
in het bijzonder Bel-Hadj betroffen, niets
waar kon zijn; Bel-Hadj toch, zoo deelde hij
mede, was op den dag van den aanslag ern
stig ziek en kapitein Doineau had dit kunnen
constateeren. Generaal de Montauban, een
vaderlijke vriend van Doineau, die hem in
allo opzichten genegen was, achtte het in-
tusschen verstandig om zelf een onderzoek
ia te stellen en leerde daaruit, dat Bel-Hadj
slechts ziekte had voorgewend en nog dien
zelfden dag zich op straat had vertoond. Hjj
was ook bij de races uitgenoodigd, maar had
op grond van die voorgewende ziekte gewei
gerd. Tegelijk verspreidde zich het gerucht,
dat do weduwe van Ben-Abdallah, door den
aanval een weinig in haar verstandelijke ver
mogens getroffen, het tegen een ieder, die
het hooren wilde, uitschreeuwde, dat Bel-
Hadj den aanval bad voorbereid en den
moordenaar van haar echtgenoot was. Aller
lei geruchten deden de ronde, en tal van
namen werden genoemd; onder deze al spoe
dig die van Si Mohammed, den Kodja (secre
taris) van kapitein Doineau zelf. De gouver
neur, dio volslagen vreemdeling in Algcrjju-
sche innerlijke-zaken, niets meer van de ver
wikkelingen begreep, zond een Arabisch
Aga, Ben Daout, dien hij had leeren kennen
als een man met een helder verstand, ter
plaatse om de zaak op te nemen. Nauwe
lijks was diens aankomst te Tlemcen bekend
of Bel-Hadj liet vrouwen, kinderen en goede
ren en waardigheid in den steek en vluchtte
naar Marokko met vier van zijn dienaren.
Beii-Daout ging voort met zijn onderzoek en
het duurde niet lang of hij wist aan generaal
de Montauban vrijwel volledig te noemen de
Inlandsche persoonlijkheden, die bij den
moord betrokken waren geweest. Opnieuw
werd kapitein Doineau naar Oran geroepen;
nu gold het echtec niet meer een consultatie
doch een verplaatsing, die den schijn had
van een bevordering.
Doineau ontveinsde zich de werkelijke be-
teekenis ervan niet, hij trad den generaal
zijn oppersten superieur, met sekere heftig
heid, tegemoet, en betoogde, dat men hem in
zijneer en Ȇn aanzien schaadde door deze
overplaatsing. De Montauban, hoe vriend-
schap^ejijk Doineau- gecind, kon echter niet
ix>or dio anemische werking nu worat de
lucht in het hok gezuiverd en worden de
daarin aanwezige ziektekiemen gedood.
Even noodzakelijk voor de goede gezond
heid der dieren is een doelmatige lucht ver-
vereching. Hiermede is het gewoonlijk wel
iets beter gesteld omdat de lucht zich nu
eenmaal gemakkerlijker toegang verschaft
door reten en kieren dan het licht. De sa
menstelling van de lucht in een hoenderhok
moet zooveel mogelijk met die der buiten
lucht hooger, doordat de uitgeademde lueht
van het dier wordt het koolzuurgehalte der
Inch htooger, doordat de uitgeademde lucht
circa 100 maal zooveel koolzuur bevat als
de buitenlucht. Wordt het koolzuurgehalte te
hoog, dan is het leven daarin onmogeljjk.
Het zelfde geldt ook voor de waterdamp.
Door doelmatige ventilatie (vlak onder
het dak) moeten we deze overtollige gassen
afvoeren, evenals andere schadelijke gassen
al- bjjv. die, welke ontstaan uit de uitwerp
selen der dieren. Sommige dier gassen zijn
zeer nadeelig voor de longen en andere ook
voor het gezicht. Denk er bij de aanbren
ging der ventilatie-openingen om, dat het in
het hok niet tocht. Hierdoor ontstaan heel
wat ziekten als snot, diphteritis e.a. De ven
tilatie-openingen bewijzen ons echter nog ‘n
anderen dienst. Wij kunnen hierdoor de lucht
in het hok op een goede temperatuur hou
den. In een hoenderhok, waarin zich eenige
hoenders bevinden, is het nogal spoedig
warm. Een te hooge temperatuur maakt de
dieren gevoelig voor weersinvloeden. Ook ’n
te lage temperatuur is niet goed en brengt
de dieren dikwijls van den leg.
Juist in deze laatste warme dagen komt
het nogal eens voor, dat de dieren niet in
het hok willen en liever buiten overnachten.
De oorzaak is dan wel. dat het binnen te
warm en te 'benauwd is.
'naar voren
- - - 7- --
Pranger zong „Sneeuw” van Olman over ’t
algemeen heel goed, ’t tempo vonden wjj wat
langzaam, jammer dat de bassen hier en daar
te veel domineerden. Ook „Schaemt U niet"
van Molenaar werd goed gezongen.
.Apollo” van Wieringerwaard Dir. Mej. J.
Sluis. „De Mulder” van J. Rujjkrok werd
zuiver gezngen, goed genuanceerd, 't Tem
po was soms wat
„Tavenu”ivan 1
zong 't eerstotcouplet van „Zonsondergang”
van Wettig-Weissenborn heel mooi, het en
semble was ook goed, later werden de teno
ren wat scherp.
„Crescendo” van Grootebroek, Dir. O.
Keersemaker. ,,’t Avondlied” van Frans Abt
werd zuiver gezongen, ook het ensemble was
vrjj goed, de sopranen waren niet zoo mooi.
.Zanglust” Hauwert Dir. H. Bruin. In de
..Serenade van een Landsknecht” van Lesso
vonden wjj het rubato bij don, don, dir-ri,
don, heel goed, overigens had de voordracht
welw at meer afwisselend kunnen zjjn.
„Vox Humana" Zaandam Dir. P. Zwager
zong in plaats van „De Winter" van Loots
„Sneeuw” van Olman. Heel mooi gezongen,
muzikaal van opvatting ook goed ensemble,
jammer dat de sopranen op 't einde de voca
len wat te open zongen.
Wognums Zangkoor, Wognum, Dir. D.
Saai heeft Tenebrae Tactae sunt van Michaej
Haydn, mooi gezongen, het goede stemmen
materiaal bracht hier veel klankklem. In tem
po hadden wjj iets meer afwisseling beter ge
vonden.
„Excelsior” Dirkshorn, Dir. Jb. Hovenier.
„De sterren staan te branden" van Olivier
Koop werd goed gezongen. Dynamische scha
keeringen zeer mooi bjj het 3e couplet was
de stemming iets onzuiver.
„Excelsior” Abbekerk. Dir. Rooker, zong
Kinderen van mjjn Droomen” van J.
Wierts, stemming en ensemble waren goed,
't diminnendo bjj de laatste regel heel mooi,
de voordacht ocer het algemeen monotoom.
„Thalia” Hoogkarspel. Dir. G. JJejjus.
Over het algemeen vonden wjj
liedje van Roeske, zeer goed gezongen, de
tenoren waren in het 2e couplet wat onzui
ver.
„Oostwoud” van Oostwoud. Dir. C. Koo-
men, had te zingen „Van een zwarten smid"
van Theodoor Verhey. Vrjj goed materiaal,
hier en daar heel goede tekstuitbeelding.
Over het algemeen de accentuatie nog al
zwaar.
„Oefening kw-eekt Kennis” Andjjk. Dir. C.
Beejjer, heeft „Domme Hans” van Kuntzo
vrjj zuiver gezongen, hier en daar goed voor
dracht. Als compositie wordt dit lange num
mer op den duur wat eentonig. Bjj publiek
veel succes.
„Kolhorn” van Kolhorn. Dir. C. Warde-
naar. Vrjj zuiver was de stemming in „Mjjn
Taal” van Arnold Spoel, overigens werd dit
nummer veel te saai gezongen.
Tenslotte „Crescendo”, Stompetoren, Dir.
Anderson met „Harmonie” van Karl Hamm.
Met het aanwezig stemmenmateriaal kan dit
koor nog veel bereiken, het ensemble vonden
wjj in de pianissimo's beter dan in de forti.
De tenoren waren bjj het einde nogal domi-
neerend.
BenAbdallah, het hoofd der Boni-Snous. 'n
man, die, van den aanvang af de Franschen
op politiek gebied groote diensten had be
wezen, wien finaneieele en andere voordee-
len in groote mate waren toegestroomd, en
die zich dientengevolge onder een deel
zijner langenooten zoo weinig thuis gevoel
de, dat hjj zelfs bij bezoeken aan eigen stam
zich geregeld door een gjoot escorte
vergezellen. De hem tea deel wr^Hen voor
spoed llij zelfs tot ridder in het Le-
van Êer benoemd werd met leede
oogen aangezien door een zekeren Bel-Hadj,
die aanvankelijk naar Marokko was uitgewe
ken, omdat hjj niet onder het gezag van Ben-
Abdallah wenschto te staan, maar die terug
gekomen was, toen de Fransche regeering
hem wjjseljjk evpneens tot Aga had benoenuF
en die voor de diensten, welke hij tjjden»
den opstand van Ab-del-Kader had bewezen,
zelfs het officierskruis van het Legioen van
Eer verkeeg. Dan was er als derde invloedrij
ke Inlandsche persoonlijkheid in de omge
ving van Tlemcen nog de Caid der Beni-Our-
nid, eer. zekere Bel-Kheir, een Algiersch
krijgsman van den ouden stempel, met een
schitterend voorkomen, en vlammende zwar
te oogen. De Arabieren zjjn gewend te intri-
geeren, een leugen tellen zij niet geljjk dit in
Europa geschiedt; hunne waardigheid ver
hindert hun niet zich in deze leugens te ver
strikken. "co was 't tusschen di opperhoof
den een voortdurende strjjd om meer of min
der van dat eigenaardige Inlandsche gezag,
waarvan de Fransche bezetter maar al te
moeiljjk de beteekenis kon doorgronden.
Kapitein Doineau leefde uiterlijk in <le bes
te verstandhouding met de drie hoofden; in
het bjjzonder behoorde Ben-Abdallah schijn
baar tot zjjn vrienden. Zoover ging dit zelfs,
dat de kapitein aan den ter plaatse aanwe
zigen controleur^den raad had gegeven «in
Ben-Abdallah maar te laten begaan; hij wist
wel wat hij doen mocht, en zou niet te ver
gaan. Waarmede hjj intusschen op zjjn po
litieke houding doelde en geenszins over het
hoofd zag, dat Ben-Abdallah als alle anderen
in gewone administratieve, d.w.z. smokkel
en andere zaken, niet te vertrouwen viel!
In den heel vroegen ochtend van 12 Sep
tember 1856 het«w%s een Vrjjdag ver
trok Ben-Abdallah met zjjn tolk, een zekeren
Hamadi. per diligence ^van Tlemcen naar
Oran; hjj had een uftnoodiging ontvangen
van den commandeerenden generaal om er de
races te komen bjjwonen. Met hem waren
een viertal reizigers van verschillenden
anders, want y-u verschillende zijden waren
klachten ingekomen, dat Doineau het onder
zoek van den ter plaatse aanwezigen vrede
rechter en van de politioneele autoriteiten
eerder belemmerde dan bevorderde; dat hjj
telkenmale op formeele gronden de zoo noo-
dige samenwerking weigerde; dat in één
woord zjjn aanwezigheid voor den. voort»
gang van het onderzoek niet goed werkte.
De generaal wist intusschen kapitein Doi
neau te overtuigen, dat hjj in den maatregel
van overplaatsing werkeljjk niets anders dan
een bevordering had te zien.
Toen de Montauban evenwel het onder
zoek zelf te Tlemcen ter hand nam, bleek al
spoedig, waarom kapitein Doineau zich zoo
tegen zjjn overplaatsing had verzet. Nadat
de arrestaties begonnen waren, liepen door
de Arabische wereld te Tlemcen reeds on
rustbarende geruchten. Maar plotseling werd
in de verhooren de naam van kapitein Doi
neau'genoemd.
Het was Bel-Kheir, dien men verwjjderd
van de overige gevangenen had gehouden^
toen men hem voor den generaal voerde om
een verhoor te ondergaan, verzocht hjj drin
gend hem te dooden, maar hem niets meer
te vragen. Men liet hem natuurlijk niet meU
rust: zulks temeer, aangezien een der minder
belangrijke schuldigen, een zekere Mamar, 'n
bekend struikroover, reeds had gezegd, dat
ook Bel-Hadj en Bel-Kheir, wier namen hjj
noemde, op hooger last handelden. Bel-
Kheir nu was het, die ten slotte den naam
van kapitein Doineau uitsprak, die zich be
klaagde, dat zjjn poging om den honger
dood te 'sterven, hem niet was gelukt; die
een “volledige l>ekentenis af legde. Volgens
hern zou de kapitein geheel het plan van den
moord hebben beraamd; zelfs erbij aanwezig
zjjn geweest, maar zich met den moord niet
hebben ingelaten. Op een afstand was hjj ge
bleven, te paard, en hjj had zjjn inlandsche
medeplichtigen aaugehiUt om. vooral goed te
treffen! Wat bem gedreven had, w'erd uit dit
verhaal nog niet duidelijk. Eerst toen Bel-
Hadj, even plotseling als h’j vertrokken
was, weer terugkeerde, kwam hierin wneer
licht. Deze deelde mede, dat tusschen den
kapitein en Ben-Abdallah reeds geruimen tjjd
zekere verwijdering bestond, daaruit voort
spruitende, dat Ben-Abdallah te veel op do
hoogte was van kapiteins willekeurige ban
delingen.
de ontwikkeling van den gees, en van het
i gemoed. Het is zooals uw voorzitter heeft
gezegd: de zang brengt verhooging van de
gedachten van de aarde en dan vindt men
het juiste evenwicht. Ik wensch dat de uit
voering daartoe in belangrijke mate moge
medewerken, dat gij u zult kunnen verheffen
boven de kleine beslommeringen van het da-
gelijksch leven en dat gij tevens zult vinden
wat de hitrten vereenigt.
Toen de muziektuin tot stand kwam, was
dat tot heil van de stad en haar burgers,
maar nu zien wjj, dat bet dit is tot dat van
de geheele omgeving. Ik hoop dat nu blij
ken zal, dat de muziektuin voor alle doelein
den geschikt is en ik hoop, dat uw uitvoe
ring nog beter mag slagen dan die van vori
ge jaren.
Door al de vereenigingen werden geza
menlijk 2 nummers uitgevoerd onder leiding
van den heer R. Sasburg, (te Benningbroek)
en wel „Bondslied” v. Paardekoper en
„Schaemt u niet, 't armoedig schjjnen” v.
Moolenaa^ Beide nummers werden zuiver ge
zongen, mleen in 't laatste nummer hadden
wjj de in eens afgebroken melodie bjj „dien
't leven knelde” door een grooter ritardando
voorbereid gezien.
Zang der afzonderlijke koren.
Het was zeer aangenaam te kunnen con
stateeren dat de bjj den Bond aangesloten
vereenigingen, de beoefening van den ge-
inengden koorzang ernstig opnemen, het mu
zikaal peil v*n den koorzang in Noord-Hol-
land is reeds belangrijk verhoogd, ’t Eerste
koor „Ons Genoegen” (Heer-Hugowaard) Dir.
J. N. Al opende met „Zondagmorgen” van
Bonset.
Dit nummer werd goed genuanceerd, en
muzikaal gezongen, jammer dat zjj hier en
daar met de zuiverheid niet zoo gelukkig wa
ren. Vervolgens „Nieuw Leven” (Hoogwoud)
Dir. A. Rooker te zingen nummer „Lento”
van N. v. d. Linden. Over 't algemeen vrjj
goed gezongen, de sleepeude portamenti der
sopranen vonden wjj niet zoo mooi.
„Zanglust” (Anna Paulowna) Dir. B. de
Vries zong „Ons Lied van de Zee” van P.
Hartog eerste couplet heel mooi, verder liep
’t ensemble door 't rjjzen der stemmen nog
al uiteen. Vervolgens „Caecilia” (Barsingcr-
horn) Dir. Joh. de Groot te zingen nummer
„Voorjaar” van F. Coeneu. Mooi stemmen-
inateriaal en goede uitspraak vielen ons hier
op. In de nuanceering hadden wjj meer af
wisseling gewenscht.
„Zanglust” (Stompetoren) Dir. J. Baas,
heeft „Sneeuwklokjes” van Zjjderlaan zui
ver gezongen. Van voordracht en nuance,
had men wel wat meer kunnen maken.
T. A. V. E. N. U. (Andjjk) Dir. G. Groen
had in „Sneeuw" van Olman zeer goede mo
menten, 't tempo vonden wjj wel wat te vlug.
„Zanglust" (Hensbroek) Dir. Rooker zong
„Avondschemering” van R. Volkman. Ook
hier goed stemmenmateriaal; er werd zuiver
gezongen, 't sleepende zingen der sopranen
was minder mooi.
West-Frisia (van Winkel) Dir. Jb. Hove
nier. In 't „Bijenliedje” van Roeske, hadden
wjj de voordracht ’n tikje losser gewild, en
de forti iets bescheidener, over 't algemeen
heel goed gezongen.
„Crescendo” van Beets. Dir. Bergman
zong „Moeder en Kind” van Wierts. Met dit
kleine koortje, heeft men nog tameljjk wat
bereikt De muzikale voordracht vonden wjj
wat al te gevoelig.
..Zanglust" Koedjjk Dir. G. Anderson het
2e couplet van „Morgen” van Roeske werd
zuiver gezongen, de tenoren waren iets te
scherp.
„Euphonia” (Wjjdeues) Dir. G. Rejjns zong
„Serenade van een Landsknecht” van Orlan
do Lasso, zuiverheid en ensemble vrjj goed.
De voordracht was nog al stijf.
„Onderling Genoegen” wan Benningbroek
(Dir. R. Sasburg) heeft „Des Morgens” van
Olivier Koop muzikaal en zuiver gezongen,
't woord accent werd soms wel wat te veel
ZANGERSFEEST TE ALKMAAR.
Gistermiddag werd in den Stedelijken Mu
ziektuin een zangersfeest van den Bond van
Gemengde Zangvereenigingen in Noord-Hol-
land gehouden.
De Voorzitter van den Bond, de heer Jb.
de Jong, heette'de aanwezigen welkom, Spr.
constateerde, dat er een klimmende belang
stelling is voor de zaak, die de Bond dient
Spr. bracht dank aan de leden van het eere-
-ïcomité, die daardoor van hun moreelen steun
doen bljjken. Spr. dankte ook de juryleden,
de heeren Sem Dresden en Jan Sluis, omdat
zjj hun tjjd voor dezen dag beschikbaar wil
den stellen. Spr. wees er op, dat de leden
van den Bond door den zang hun blikken
van de aarde, die zjj dagelijks bewerken, om
hoog willen richten. Zjj jubelen het uit en zin
gen: 0, God, wat zjjt Gij groot, en hoe schoon
is Uw schepping. Spr. heette allen nogmaals
welkom en zeide, dat het hem een verheuge
nis was hen hier te zien.
Hierna verkreeg de EdelAchtb. Heer Mr.
W. C. Wendelaar, burgemeester van Alkmaar
het woord. Spr. zeide ongeveer het volgende
Ik stel er prjjs op u met een enkel woord het
welkom toe te roepan en u te zeggen, dat
wjj, niet alleen ik, maar ook de andere leden
van het eerecomité bljj zijn voor dezen dag
iets te mogen bijdragen. Ik ben bljj heel
Noord-Holland binnen onze veste te zien. Ik
heb gehoord dat do deelneming aan de dag
grooter is dan vorige jaren. Niet minder dan
1200 zangers en zangeressen hebben wjj he
den in ons midden. En dat doet ons goed
na de, de vorige week gehouden demonstra
tie op Gymnastiekgebied, bij welke gelegen
heid ik heb gezegd, dat 't voor den harmo-
nischen mensch niet goed is zich in één rich
ting te ontwikkelen. Daarom vond ik het zoo
aardig, dat op die uitvoering deze zanguit
voering volgt, alsof Noord-Holland demon- Olivier Koop muzikaal en zuiver gezongen.
lemceu was een dergeljjk z7g. Ara-
aan hoofd waar-
:apitein Auguste Doineau, on-
van dienst tot de allerbeste in het leger be-
“oorae, en die eenparig door zjjn chefs, in
net bozonder door de generaals Montauban
an de Beaufort, voor een grootsche carrière
voorbestemd geacht werd.
Te Tlemcen was ook gevestigd de „Aga”
stand in het voertuig aanwezig. Men verliet
Tlemcen, terwijl het nog stikdonker was; te
gen de gewoonte m, en eigenlijk zonder dat
de reizigers zulks bemerkten, volgde hen
geen militair geleide. Nauwelijks 'n kwartier
buiten Tlemcen zag men de gestalten van
enkele ruiters zjch nems de diligence voc-
geu bij afwezigheid van het militair
escorte te mi.uler verwondering wekte, waar
men deze ruiters voor 't escorte hield. Nau
welijks eeu kwartier buiten Tlemcen werden
geweerschoten gehoord; men dacht aan een
„fantazin”, geljjk gebruikeljjk onder de Al
gerijnen, en men hield het zelfs voor een
eerbewjjs, dat aan den „Aga" Ben-Abdallah
werd gebracht. Maar de waarheid kwam al
spoedig aan het licht; een der inzittenden,
een zekere Valette, koopman te Algiers, viel
plotseling neer, door een kogel in den on
derbuik getroffen. De diligence werd op het
zelfde «ogenblik tot stilstand gebracht; Ara
bierenhoofden vertoonden zich voor het por
tier. Het duurde niet lang of de „Aga” Ben-
Abdallah, wien men in het bijzonder bleek
te willen treffen, was onder revolverschoten
en dolksteken gevallen: ook zijn tolk werd
wreedaardig mishandeld. De overige reizi
gers spaarde men, maar men verleende geen
hulp aan den ongelukkige!! Valette, die steu
nend ter zijde lag. Na korten tjjd vertrokken
de ruiters; de passagiers kwamen uit den wa
gen en snelden naar Tlemcen terug, waar zij
de autoriteiten waarschuwden. Kapitein Doi
neau bleek nog te bed; zjjn ordonnans kwaïa
eerst na eenigen tjjd beneden en met groote
verwondering nam de kapitein kennis van
het gebeurde. Men begaf zich ter plaatee;
men bracht Valette in uiterst gevaarlijken
toestand hjj overleed spoedig daarna
naar het ziekenhuis; insgelijks geschiedde
met den tolk Hamadi, wiens toestand zooda-
nig was, dat de doktoren moesten verbieden
hem eenig verhoor af te nemen. Ook hjj
stierf nog voordat de dag voorbjj was. Men
bemerkte geen sporen van diefstal of beroo-
ving; zulks was ook op de reizigers in de
diligence niet beproefd. Zelfs de paarden had
men laten, staan. Alleen werd bemerkt, dat
het ridderkruis van het Legioen van Eer, dat
Ben-Abdallah op de borst droeg, hem waa
afgerukt.
Uiteraard bracht deze aanval op een ge
zien Algerjjnsch opperhoofd groote conster
natie met zich. De Gouverneur-Generaal
te Algiers, de Militaire Comman
danten te Oran en Tlemcen eischten strenge
vervolging. Naar het oordeel van generaal de
heeft die Rechtbank bjj vonnis van 3 Juni
op onrecht-
de grossier
mitsche Maggi-
producten onder de merken der Zwitserscle
Maggi-fabrieken verkocht had, werd veroor
deeld om aan deze fabrieken de schade te
vergoeden, welke zjj door bedoelden verkoop
hebben geleden. Bovendien werd S. L. ge
last voor goed den bedoelden verkoop te
staken op straffe van een boete voor eiken
dag van overtreding. Onnoodig te zeggen,
dat hjj in de kosten der procedure werd ver
oordeeld.
Evenals in eenige andere, docr de Zwit-
sersche Maggi-fabrieken in Nederland aan-
haogig gemaakte en nog niet beëindigde pro-
cedurea, had ook hier de President der
Rechtbank de schorsing van den gewraakten
verkoop gedurende de procedure bevolen,
eveneens op straffe van boete.
Geheel in geljjken zin als het thans gewe
zen vonnis zjjn kort geleden eenige andere
uitspraken gedaan, t.w. door de Rechtbank
te Dordrecht naar aanleiding van een .vor
dering door de N. V. Motorenfabriek „Deutz”
en door de Rechtbank te Rotterdam. Twee
de Kamer, op een vordering door de N. V.
De Lever’s Zeepmaatschappjj ingesteld. Ook
in deze beslissingen, welke reeds in de dag
bladen zjjn gepubliceerd, werd vastgesteld,
dat men onder bepaalde ingeschreven fa
brieksmerken geen andere waren mag ver-
koopen dan die, welke van den ingeschreven
eigenaar van die merken afkomstig zjju; de
verkoop van waren onder diezelfde merken,
doch van andere herkomst, is onrechtmatig.
NC9RL>SCHARWOUL»E. Benoemd.
De heer C. Balder, afhier, is benoemd
tot controleur bij het uitvoer-CQntrole-
bureau voor groepten, fruit en aardap
pelen te Den Haag.
LANGENDIJK. De aanvoer va n
aardappelen. Dat de aanvoer van
aardappelen aan onze groentenmarkten
reeds belangrijk is. blijkt wel hieruit,
dat in de afgeloopen week reeds on
geveer 1500 ton verzonden zijn, waar
clan nog bijkomt hetgeen door de sluis
te Noordscharwoucle vertrokken is.
Het aantal wagonladingen was te
Broek 44, te Noordscharwoude 17 en
wat door de sluis te Broek gepasseerd
is. was 888 ton. i
Hieruit blijkt tevens, dat het vervoer
te water steeds grooter begint te wor
den, wat vooral zijn oorzaak vindt in
het steeds toenemen van het aantal
groote wateren.
Over de prijzen welke gemaakt wor
den zijn onze tuinders tevreden. Een
prijs van 10 a 11 gulden per 100 Kilo
met een opbrengst van 200 a 250 Kilo
per snees kan als voldoende loonend
beschouwd worden, vooral omdat het
land vroeg genoeg ruim is om het met
andere producten, v-n. kool, te bezetten.
OUDKARSPEL. Mazelen. In onze
gemeente doen zich onder de schooi-
Ikinderen vele gevallen van mazelen
voor, waardoor het onderwijs ten zeer
ste te lijden heeft.
EGMOND AAN ZEE. Kunstlicht. Ingaan
de 1 Juli komt iu het wit licht van de Van
Speijktoren een roode sector naar het Noor
den, zulks ter dekking van de ondiepte* bij
de Pettemerpolder.
HOENDERS.
De gezondheid der hoenders en dus ook
uun productie hangt voor een belangrijk deel
af van de wjjze waarop ze gehuisvest en ver
zorgd worden.
Bedompte, kleine en vochtige hokken, zoo
als men die tegenwoordig nog heel wat aan
treft, zjjn absoluut schadeljjk voor de dieren.
Jammer genoeg is het met de huisvesting der
hoenders, in het algemeen genomen nog zeer
.ytrenrig gesteld. Wanneer men hier en daar
eens een kjjkje neemt, staat men dikwijls
verbaasd over de meer dan primitieve inrich
ting en vraagt men zich af hoe het mogeljjk
is, dat do dieren hierin kt*nen bljjvcn leven.
Dank zjj deskundige voorlichting wordt dit
den laatsten tjjd wel iets beter, voornamelijk
bjj de fokkers, die speciaal van hun pluim-
veebedrjjf moeten bestaan. Bjj de kleinere
pluimveehouders zjjn de hokken dikwjjls wel
mooi, soms heel sierljjk, maar doelmatig bij
na nooit. Op de boerderijen, waar het hou
den van pluimvee gewoonljjk een nevenbe-
drijf is werd tot voor een paar jaar wel het
allerminste aandacht aan de huisvesting ge
schonken. In plaats van een afzonderlijk en
doelmatig hok voor de-dieren te maken,
wordt een plaatsje ingeruimd boven koestal
of varkenshok; een zeer ongeschikte gele
genheid. Het hok reinigen gebeurde bijna
nooit. In den regel was die plaats of onbe-
reikliaar of te donker. Wel is er eenige ver
betering te bespeuren, maar goed is het nog
lang niet overat Nu zal men vragen waar
om zoo’n verblijfplaats boven den koestal on
geschikt is. Het antwoord hierop is dan: „om
dat de schadeljjke gassen naar boven stijgen
waardoor het daar benauwd wordt en het
pluimvee door de uitdampingen van het vee
daar beneden zeer gevoelig wordt voor
weers-in vloeden.
Wil men een goed hoenderhok bouwen,
dan dient men rekening te houden met twee
voorname eischen der hygiëne, n.l. dat licht
en lucht in voldoende mate in het hok kun
nen komen. Het „waarom" zullen we hier
even behandelen.
Dat de hoenders overdag licht noodig heb
ben zal wel iedereen begrjjpen, maar dat
ook in het nachthok lichtramen moeten zjjn,
is niet iedereen duidelijk. Toch is dat noodig
Wanneer men een donker nachthok heeft,
zullen de hoenders 's avonds vroug op stok
gaan en ’s morgens laat er af komen. Dat
is verkeerd, want hoe langer de dieren in
beweging zjjn, hoe beter, bovendien zj,n 's
morgens vroeg nog wel eens insecten of wor
men te vinden, later- op den dag niet zoo
gemakkeljjk. Een hok waar voldoende licht
in valt is ook gemakkeljjker en beter te rei
nigen. Een donker hok biedt welkome schuil
plaatsen aan alle mogeljjke ongedierte.
Is dit dus al een reden voor het aanbren
gen van lichtramen, veel belangrjjker is de
chemische werking van het licht.. Dat het
licht een chemische werking heeft weten wjj
allen, wanneer we slechts denken aan het
verschieten der kleuren van behangsel en
gordjjuen, terwjjl zelfs het weefsel wordt
aangetast en langzamerhand verteert.
gejaagd.
Medemblik,
i van 4c
Wettig-Weissenborn heel mooi, het
Groen,
Men denke aan Algiers, geljjk dit in de
laatste phase der 50er jaren was. Het groot
ste deel van den moeilijken strjjd, dien de
Franschen daar te strijden hebben ge'sad om
hun invloed bljjvend te bevestigen, was ach
ter den rug. De gevaugetiutming ran iKdel
Kader, die üiet ten Oljrechte de „leeuw der
yyoeslynen is genoemd, sloot de laatste pe
riode van den tegenstand af. Maar het was
overal in het groote Algiersche land onrus
tig en gevaarlijk; veel minder nog dan de
vroegere opperhoofden kon de Fransche ko
loniale Regeering afdoend tegengaan, dat
zich allerlei geboefte langs de wegen ophield
't welk de karavanen verontrustte en het al-
leenreizen uiterst gevaarlijk maakte. De di
ligences dan ook, die den dienst tusschen
de groote plaatsen onderhielden, werden in
den regel door militair geleide geëscorteerd.
Op 1 Januari 1857 bedroeg de geheele Euro-
peesche bevolking van Algiers nog slechts
167X100 zielen, onder wie ruim 92.000 Fran
schen. Houdt men rekening met het aantal
militaire en burgerlijke ambtenaren en be
ambten, dat hierin was opgesloten, dan be
hoeft het geen betoog, dat de eigenlijke
Europcescbe bevolking in Algiers nog uiterst
dun gezaaid was en dat het gezag van den
Franschen kolonisator op niet al te hechte
grondslagen berustte. Wordt het ook duide
lijk, dat de z.g. Arabische bureaux, die on
der leiding van kundige militairen de poli
tieke zaken in verschillende doelen des lands
bestuurden, grooten invloed moesten hebben.
Geljjk iu dergelijke gevallen gebruikeljjk, de
slechte elementen der bevolking toonden z.g.
afkeer tegen den vreemden overhecrscher,
doch trachtten in werkelijkheid de nog niet
geheel geregelde toestanden bruikbaar te
maken voor smokkel- en andere praktjjken.
T0 JJemceu was een dergeljjk z’g.
bisch Bureau gevestigd,
van stond de kapitein A_
geveer 38 jaar oud, een officier, wiens staat
die eenparig door zjjn chefs, in
1 J - 1
door de Rechtbank te ’a-Ortvenhage gefttst,
dat de Directie der Zwitserscbe vennoot
schap op vraagpunten zoude worden ge
hoord.
Nadat dit verhoor had plaats gevonden
1924 den bovenbedoelden verkooj
matig geoordeeld. De gedaagde, c
8. L. te ’s-Gravenhage, die Duit__
aggi-fabrieken verkocht had, werd