VOOR DE b X BI B B B B L H e MJbCöi M "XCaUt S: tJ W i] w I Jl w L O e a o ril B p I It I DAMBORD. ONS - i 18—23 12—18 7—12 20 24 14-20 17—21 2-7 DERDE JAARGANG 1924 NUMMER 47 nnr KS 91 9 9 ted moeten zijn. 10 MURIEL’S VLUCHT r Xl’l I r rT HUISKAMER AIv1duje.iv. „ucn, anrwoorai ae genees neer in ge- mij wel in wdlen dachten, Uk moet over vier weken verb in- ■AA AM BzuV aam «vaaXa wnntno •c (auteur A. H. v. d. Geest, Lisse) is als 3126 zwakke oogen aanstarend. met een boodschap van de gravin marmeren pilaren gelaten 8—12 :n als een kaartenhuis (Wordt vcortgezct). Uit te klonk als een gong, „Zegt u alstublieft, wat u wilt, Madame zwarts laatsten foutieven zet 17. PARTIJ. standen „We zullen aannemen, dat, wat fk kenen of te vragen. I I n EINDSPEL No. 24. Auteur Mr. C. Blankenaar. al- .isb' 23 24 11 12 13 14 13 16 met." Mevrouw „Je hebt het toch met opge geten?" Jans „Ja, mevrouw," VAN HET DRIL VELD behoefde men het slechts dezelfde be werkingen in omgekeerde richting te laten ondergaan, om bet varken weder levend voor den dag te zien komen. TWEE BLUFFEKh. Een Amerikaan snoefde rens op de groote uitvindingen, in den laatsten tijd CORRESPONDENTIE Uwe problemen laten hadden. Er was geen spoor van een menie heli) k leven. Het duurde bijna nen minuten, voordat de deur geopend werd en een vreemde mooie weg was, was er niets over ge bleven dan een gelaat. of ontkende. Met een hand, schitterend met ringen. 21 22 aan- het toezenden van eind- partij- 33—29!! 38 18 30 24! 28 8 Zwart antwoordt steeds symetrisch 41—27 8 10—14 47—41 9 10 3 12 9—13 VLEIEND. Koopman (tot handelsreiziger) Zwart 23 14 14—20 20—24 - of 25 buitensluitend en van geheimzinnigheid en somberheid op dezen helderen middag. winkel in Tracy Street slecht een van mijn is het gordijn, 20—25 15—20 10—15 5—10 18 27 dit zijn oorzaak hierin, dat de notatie, Stand in cijfers Wit 2 schijven op 24 en 40, en dam op 4. Zwart 1 schijf op 23 en dam op 5. ZEVENDE HOOFDSTUK. Het kantoor van mijnheer Constantine Mayberlie was gelegen in Old Broas Street met ver van de Beurs. Zooals het behoorde voor de inrichting van zulk een beroemd en modern financier, was alles even schit terend en prachtig. Men werd er binnen- St. gelaten door een livrei-bediende in een Stand in cijfers Wit 16 schijven op 26, 27, 31, 33, 14 23 25 34 25 Zwart geeft op. Zwart. 't Th. v. d. Oudenhoven Korte Centrumopening. 1 2 3 4 5 6 0 F. R., Amsterdam I hunne composities, die men vinden kan ,n goede orde ontvangen. Zal ze na- m de collectie van Baledent. DsutreviUe zien en indien geschikt, olaateen. voor lokzetten, problemen, slagzetten enz. 27-22 23 34, 31 22 Hier speculeert wit op 16 Stand na den 16e zet van zwart half bedekt met handschoenen zonder vingers, van zwarte zij, en ze liep met een hulpbronnen, die te met eens kunt raden. 1.--.L ---fk waarschuw ie nu Wit A. F. Hoogvelt yawwPA I '33—28 39—33 44-39 31—27 34—30 37—31 49-44 ben hier gekomen, om u te helpen. Ik ben hier in uw belang.” Een licht fronsen van zijn wenkbrauwen ontging niet aan de oogen van de Fransche vrouw. „En in het mijne ook, natuurlijk," ging ze onmiddellijk voort, „maar in veel min dere mate.” Toen boog ze naar voren in haar stoel en haar stem werd zachter. „Door me vrouw Mayberlie, en daarna in overleg met u ook, werd ik in staat gesteld de gravin van Stonehaven aan uw huis voor te stellen.” Onmiddellijk was de kleine man een en al aandacht. „Dat geef ik volkomen toe. Het was geheel door uw invloed bij da gravin weduwe, dat Enid bij ons kwam. Maar, ik wil niet beleedigend zijn, dat weet u, u kunt niet zeggen dal we op een of andere manier ondankbaar zijn geweest. In 't kort. Madame, u noemde uw eigen hm beloonmg waar ik het dadelijk mee eens was.” Zij knikte ongeduldig met haar hoofd. „Ja, ja, u hebt me goed betaald. U hebt DIE WAS RAAK. Advocaat Hartzeer reed naar buiten te paard en ontmoette een boer op 'n ezel. „Hoe rijdt de ezel vroeg de advocaat „Te paard, mijnheer," antwoordde de boer. krachtig en TOCH IETS Gk/iJDS. „Ik zou wel eens willen weten, wat jij zèï een vrouw in haar boosheid "tot haar den.zieke te laten spreken, man. „Wel”, gaf hij ten antwoord, „ik heb jou ten minste bespaard eene oude vrijster te worden.” k Maar die twee waren wel aan elkaar gewaagd. „U hoeft niet voorzichtig te zijn,” zei Madame dadelijk. „Ik heb uw gedachte heel makkelijk gevolgd. Ik breeds oogen, waren achtige huid, alles veroorzaakte een in- r"_."X 1 van geweld. Munel had het eigen- u een prettigen middag, UIT HET DAMSPEL. MANOURY EN Z’N WERK. Van de Fransche damschrijvers in ons land is Manoury een van de meest bekenden. In de allereerste plaats vindt -- WjU WBArmmm aas va aas, waas wv MV/issvaC, den foutz,e* d*e wi> heden ten dage nog voor onze dampartijen gebruiken ontworpen werd door Manoury en hij bovendien reeds in 1770 te Parijs een damwerk deed ver schijnen. Hij is op één na de oudste Fransche schrijver over het Poolsche dam spel. Behalve aan het ontwerp van zijn notatie, dankt Manoury, wij mogen ge rust zeggen zijn beroemdheid, aan zijn werk „Le jeu de Dames i la Polonaise” door hem zelf uitgegeven in 1787 en herdrukt in 1850 door H. Simon Dau- treviile et Cie te Parijs. Omstreeks 1750 werd Manoury eigenaar van het café van den koffiehuishouder Bertout, bij wien hij vóór dien tijd kellner was. De nieuwe eigenaar noemde zijn inrichting aan de quai de l’Ecoie café Manoury en zijn opvolgers hebben heel orthodox verloren.^ Hier was 24 -29 en 20 29 men naam behouden. Het café Manoury verkreeg een Europeesche reputatie. Ge- -.J een halve eeuw was er geen vreemdeling die het damspel beoefende te Parijs of hij wist, dat de beroemdste spelers lederen avond bijeen kwamen in het café op quai de l’Ecole. Manoury was in zijn tijd een speler van groote be kwaamheid. De eenige speler, die zich somtijds met voordeel met Manoury meten kon was de eveneens zeer bekende Fransche dammer en problemist Blonde. Het spel van Manoury was vermeteler en briilanter dan het spel van Blonde dat regelmatig was. Heel vaak wist Manoury verborgen op een mooie combinatie te spelen en daarmee de partij in zijn voor deel te beslissen. rfSSWAV WANHOPIG MINNAAR. „En is dat je laatste woord, Marie V Marie „Ja, Willem, ik kan te vrouw Willem „Alleen de dood blijft me dan nog over.' (Een hall uur later in 't restaurant). „Jan, breng om te beginnen een half dozijn oesters w Goede oplossingen mocht ik ontvan gen van de heeren J. Emanuel, G. J. Scherpemsse, Jac. Ossedrijver. PROBLEEM 22. onderstaande stand wist wit (P. G. v. Engelen) een mooie damslag halen zen en zoek een goede woning." "Neen'mijnheer, waarvoor ziet u me BEDENKELIJKE VOORUITGANG. 4UU WAO X nuii DDUUCUU. SUDCCpSDOU WH1CC31CT 1D DIKCIUW vu uu u rkwj/nrau ^ivt „HOC lUtt WOfdeO. „Mevrouw, daar is een arme man met een regel uit een telegram, dat op den kwam je er bij, mij dubbel zooveel te stu- l.,»aa Waamam aam z4a z4a<1W V-lNAenAkzM m> tA r3«<flAAl/4zAr^ W Ir Ir 1 rl 0 FCfl Als lit KaH Reiziger „Och, neemt u het niet kwa lijk, wij hadden zulke kolossaal goede in formation over u." EEN DORSTIGE KLANT. Kellner „Compliment van den kaste- lein van het „Biervat” en of u van avond T’ nog in het koffiehuis komt T” Student „Waarom wil hij dat weten?” Kellner „Omdat hij het anders de moeite niet waard vindt een nieuw vat aan te slaan." uit te oefenen in het aandienen van be- van zijn inwendige opgewondenheid. „U verbaast me,” zei hij kalm. „Ik ga u dadelijk nog veel meer ver- omtrent Munel gevormd en bevestigde daar ook m slaagden, ergon aangenaam bazen. Eerst zal ik u vertellen, wat ik wezen en stelden vragen zooals niet bewijzen kan, maar wat ik weet, en al vergeet je al stoord wenschen te worden, voordat u Stonehaventrouwt, het eigenaardig met zeg je mijn woorden te belt, mijnheer Mayberlie. Ik heb een zeer u gesteld zal zijn. Het doet er niet toe, belangrijk gesprek met u te voeren. Hoe hoe ik het weet. Zooals u weet is mijn voren. Inwendig belangrijk zult u dadelijk inzien.” Z De kleine man keek verdacht naar zijn werkzaamheden. Hij treffende moet worden geionden aan den heer W. N. Stuifbergen, adret bureau van dit blad. De oplossing van probleejn no. 11 »t»"t in dezen stand met aan te bevelen. volgt36—31 Wit 24—20, 34—29, 39 30, 32 23, <1—36 43—39, 37 28, 42— 38, 41—37, 36 9 46-41 en 15 :_4 remise Zwart gedwongen 14 25, 25 34, 18 29, 34 32, 22 33, 33 42, 42 31, 4 13. Wit haalt de damslag no. 12 als volgt: Wit 27—22, 37—31, 47-41, 38-33, 34 23. 40 20, 23 5. Zwart gedwongen 18 27, 27 36, 36 47, 47 29, 25 34, 14 25. Variant II. V?it 27—22, 38—33, 34 23, 40 20, 23 5 dam. Zwart 18 27, 27 29, 25 34, 14 25. Gaarne houdt de redacteur zich bevolen diept in hun spel. De inzet was de eer en apelen, geregeld, stond een dikke haag van leer lingen en spelers van naam om hen ge schaard, Philidor, Spencer (bijgenaamd „de Hollander”), La Condaminc, Léger, Aubry, Boutiller enzDat de meeste zeer, bekende dammers waren, bewijzen De oplossing is Wit 1 24—19 Deze speeltrant bezorgde hem omstreeks 2 410 1790 de reputatie van Europa's mooiste 3 10—46 dammer. Een eigenaardige blik, zoo ver haalt Simon Dautreviiie, leverde zulk een 4 4034 en wint, ontmoeting tusschen Manoury en Blonde in het café Manoury. Aan een klein mar meren tafeltje zaten zij, geheel en al ver- ebbenhouten stok om haar te steunen. Op haar borst droeg ze een groote camé, het andere ik onthouden Muriel kwam naar was ze bevreesd voor deze verschrikkelijke w oude vrouw, maar dat wilde ze met laten bezoekster. Toen zag hij, dat ze in ernst waarachter ik werkelijk werk. Het is ondanks haar opper- voldoende te zeggen, dat ik altijd inlich- 1 was. tingen kan krijgen, wanneer ik die was, en dat Er was een lange suite. Lady Stone- vlakkige kalmte, zeer verstoord EEN LANDELIJKE ONSCHULD. Mevrouw „Jans, haal het overgescho ten stuk pudding eens uit de provisie kamer." - -T- ---T- Jans (terugkomend) „Daar is het met, door zijn landslieden gedaan. Naar zijn mevrouw.” zeggen had men thans zelf s een werktuig Mevrouw „Dan is 't misschien in den vervaardigd dat geheel alleen, zonder hulp kelder.” van menschenhanden, een levend varken <,eru«komend> ••Daar °°k binnen ee uur in een geurig gebraad wist te herscheppen. De ander, een Fransch- man, krulde verachtelijk de bovenlip en deelde mede, dat in Frankrijk die machi nes reeds sedert lang bekend waren. De Fransche machines waren echter teel be- Sergeant (tot reczvut)„Kerel, ik heb ter. Wts het met behulp van deze wtrktui- u mê dit aties?” je sterk onder verdenking, dat jij den steen gen bereide gebraad niet naar smaak, dan h," antwoordt de geneesheer in ge- der dommen hebt gevondan SPECULATIE. „Wat doen die bestellers alle voor dat hotel „Daar is een heerendiner, en nu wachten ijven, ze, of ze straks niet een vrachtje thuis te brengen krijgen." MISPLAATSTE^ DANKBETUIGING. Oude heer (tot het zoontje van vriend, op zijn verjaardag) „Beste jongen ik hoop dat je in deugden wijsheid zult opstenen.” te zijn) Dank u wel, mijnheer, insge- aangewezen. Immers 712 verliest on- middelhjk een schijf door 33—29 van wit. durende -- 17 24 33 18 12 23 19 19 39 20 17:28? Hier was 3 12 van twee kwaden de beste geweest". 44 22 26 8 Dit geeft geen baat. 8 19 35—30 40 18 VEROORDEELD. „aa wu w» Dokter R. teis bezig om bij een ooit voor goeds in de wereld hebt gedaan,” zwaren zieke de borst te onderzoeken. Om t vraagt hij „Is deze woning u nogal naar den zin „O, zeker, best.” „Hoeveel huur doet zij „Negenhonderd gulden.” „Veel belasting?" „Neen, zeer weinig." ^En de huisheer „Een zeer geschikt man.” „Geen last van rook of keukenlucht „O neen, niets.” Ondanks zijne zwakte, waagt de zieke bet te vragen „Maar dokter, waarom „U bent haar meuwe en uw naam is Pierre Hoe eigenaardig was de mamer nette uniform van donkergroen en goud vreemden blik. Toen geheel plotseling gaf de noodige bevelen. Een opmerkzaam toeschouwer zou eenoe. «rak van e-n beslat e.oiem» «n "r "Nu dan' u opgtmwkt hebben, dat er een licht poen eigen wd. De beemge neus, de groote, Van de kamer' en bego’n 'da^ haïd ik.*Vat is "er?" 1-- mond met zijn bleeke lippen, een bel te luiden. die schrikaanjagend vol leven - tn een gerimpeld, perkament- wachten, veTache’en'de üude "toecht” Muriel hoorde een schril „Ik wensch en binnen een lijk blootgeven. Hij zag wel niet in, hoe tikken. „Ik heb bencht gehad van mijn doch ter,zei ze met een eigenaardige holle •tem die toch duidelijk macht en beslist- NAAR H«T IN31LSCH VAN OAY THORNK DOOR M ik hoop dat ie .-el (die geleerd heeft altijd beleefd 3 1 tegen zijn been ge- deeling gedaan van 't huwelijk dat de zoon lijks verhaalt, dat de held van Fontenoy, de maarschalk vanCaxen, het niet beneden zijn waardigheid achtte deze strijdtoonee- len bij te wonen, die minder bloedig wa ren, dan welke tot den roem van den maar- schalWtiadden gevoerd. Manoury wijdde hem in de geheimen van het damspel in, inaar Maunts van Saxen heelt nqpit go:de stellingen kunnen leeren bouwen. Het vunge in den knjgsmap kan zich niet ge wennen aan het behpedzaam oprukken. In heel zijn spel legde hij geheel dezelfde gedragslijn aan den dag, die hij aan het hoofd van een regiment infanterie be trachtte. Niettemin kwam hij dikwijls onder de bekoring van het damspel en nep hij soms uit „De Engelschen zou den lachen als zij konden gissen, dat de generaal die aan het hoofd van een dapper Fransch leger hun een nederlaag heeft toegebracht, zich nu amuseert met het ernstig manoeuvreeren van twintig stuk jes hout. weduwe van Stonehaven was een lange, magere vrouw, die de kanten muts, miar het minste doet om mijn dochter te teten. -t-w - - vi ic „cicvuigcii, „Hoe maakt u het. Madame Juliette,1 uit den tijd van koningin Victoria droeg helpe God je Je kan denken dat ik zei de financier, toen de deur gesloten dusiz. ---- - - -1 een oude, eenzame, versleten was. „En waarmee kan ik u vandaag BIJ DE COMMISSIE VAN HET RUNDVEE-STAMBOEK. „Mijnheer, zoudt u i schrijven „Voor een kalf?" wd*^“?” „Voor een os dan?" EBN ZOETE JONGEN. „Moe, Willem heeft me geslagen." „Zoo, en heb je hem toen teruggesla- „Neen, moe, want u heeft me verboden om mijn vriendjes te slaan." „Je bent een zoete jongen. Wat heb je dan gedaan?" „Ik heb 'm een trap geven, die raak was F ZOO WAS ’T NIET BEDOELD. Stand in cijfers Wit 14 schijven op i 25, 26, 32, 33, 4-10 34, 35, 36, 37, 38, 39, 40, 43, 45 en 46. Alle correspondentie dete rubriek be- 39—34 10 Zwart 15 schijven op 4, 5,'7, 12, 13, Wit wil het spel ingewikkeld maken 15, 17, 19, 20, 21, 22, 23, 24 en 28. 10 12—17 Het verder symetrisch blijven, is voor „De zij kan me mets schelen, ik zal de man had geleerd groote voorzichtigheid op tafel en stek ze aan een zeker teeken V*?_e“ 8«heurtemssen, die lang De gravin mompelde en knikte tegen zoekers. Soms bleken menschen, die mijn- zichzelf, ais had ze zich vooraf een idee heer Mayberlie wenschten te zien en 1 ver- omtrent Munel gevormd en bevestigde daar ook m slaagden, ergon aangenaam bazen. Eerst zal ik u vertellen, wat ik bleekt, vaag en spookachtig achter ge- ïedit nu te wezen en stelden vragen zooals niet bewijzen kan, maar wat ik weet. Toen veranderde haar heele gezicht. „Waar is mijn geld gebleven.” en zoo dat waar is. U kunt boos worden als u Het werd levendig. voorts. Deze groote, bevelende dame zou, wilt, mijnheer Mayberlie, maar dat kan „Luister naar me,” de holle stem zooals de ontvang-klerk dacht, een zeer me niets scheien, waar ik om gekomen - - klonk als een gong, ze was krachtig en moeilijke persoon wezen om mee om te ben, is van veel te ernstigen aard.” gebiedende figuur binnentrad. De gra- dreigend. gaan, en hij was dan ook zeer verwonderd, „Zegt u alstublieft, wat u wilt, Madame, vin weduwe van Stonehaven was een „Luister naar mij, meisje Als je ooit toen zijn chef zei, haar dadelijk binnen We zijn oude vrienden. We begrijpen lange, magere vrouw, die de kanten muts, maar het minste doet om mijn dochter te laten. elkaar, dunkt me.” Hierop knikte ze, gitzwarte oorbellenjen geweldige rokken kwaad te berokkenen of te beleedigen, „Hoe maakt u het. Madame Juliette,” als was het een vanzelf sprekende con- pst /4am fn/4 IrAnmmM 11 w_ a r Haar handen, groot en beemg, waren slechts een oude, eenzame, versleten was. „En waarmee kan ik u vandaag „Heel goed dan. Ik zeg alleen, dat ik vrouw ben, maar ik heb macht, ik heb dienen 200 te zeggen zeker ben, dat, tenzij uw „Door order te geven, dit we niet ge- zoon Cuthbert zeer spoedig met Lady Na deze zet is de partij voor zwart ern sterke ontroering leek het bijna, en was L„. I Er was nergens een teeken van leven; die ze om de knop van haar stok had? de lucht leek er stil te staan, de heele Ja, Lady Stonehaven” een plaats deed Munel koud aan, toen ze aan week geleden zou Munel gezegd hebben: hen door een geweldig groote kamer het ijker en handvat van de ouderwetsche „My Lady.” leidde naar het heiligdom van den chef, ,tr^k- Zij voelde de heldere oogen over haar was een jonge man met keurige manieren. Zij hoorde de doffe echo van het bellen heen gaan, toen klonk een bevel want Hij droeg een bloem in zijn knoopsgat, van ergens ver in het huis, en toen, na het was mets meer of minder dan dat en zijn kleeren pasten hem zóó goed, dat wat een heele tijd scheen, werd de groote door de stille kamer. het wel leek, als was hij gesmolten, toen deur plotseling geopend en een gebogen, „Ga alstublieft bij het raam staan, ik erin gegoten en weer gestold. grijze kaecht stond daar, haar met zijn wil je goed zien.” Wat mijnheer Mayberlie’s eigen heilig- --- -• Het meisje bloosde en aarzelde. Zij was dom betrof het middelpunt van het Muriel legde uit, dat ze gekomen was een oogenbtik woedend. Toen dacht ze web, het was een kamer, die met haar met een boodschap van de gravin en ze aan Enid, en deed, zooals haar gezegd rijkdom en bijzonder goeden smaak, er werd in een donkere hal met vele sombere werd. De gravin liep op haar toe, en leek wel op berekend was om iedereen te over marmeren pilaren gekten en toen in wel een oude heks, dacht het meisje. De bluffen. 4 een groote, lage salon, dat uitkeek op dunne lippen werkten, maar de oogen had- ,k dik struikgewas achter het huis. den een on veranderlijken glans in zich.. Hier waren de meubels, eens rijk en mo- Was de dern, nu verschoten en ouderwetsch. j^., *fiullucriing m oit Het vergulds tl van de stoelen en tafels Geen wonder, dat Emd Op zekeren morgen, tegen het einde van het seizoen, stond een groote, goed me edelmoedig behandeld. Denk maar vrouw gek, was dat de reden van gekleede dame, met teq bevelend uiter- niet, dat ik ben gekomen om nog meer haar afzonderhng in dit sombere huis? lijk, in de wachtkamer en gaf haar kaartje belooning te vragen. Ik ben gekomen - J ver van zulk een aan den volmaakt gekleedep jongen man. om u te waarschuwen, dat het mogelijk was verbleekt. De kleuren van het eens plaats en zulk een moeder woonde! „Ik ben erg bang, dat mijnheer May- is. dat al uw plant gloeiende tapijt waren verdwenen. Alles „ik heb het pakje zij van Liberty mee- berlie u met zal kunnen ontvangen,” zei in elkaar zullen vi was nu zonder leven. De plaats toonde gebracht," zei Munel met een aarzelende hij er was zooiets dominecrends en ver- Hij wist, dat ze de waarheid sprak, en geen enkel teeken, dat ze ooit gebruikt stem. trouwelijks om deze dame, en de jonge hij nam kalm e<n sigaret uit een doosje werd. Niets was versleten of verwaar- loced, maar alles sprak van een generatie etalan wél op mijn" geraak" döót kijken"" 1----j;- geleden uit de hennnenng waren wegge vaagd, en die hun woonplaats ver- Het huis van Susan, Lady Stonehaven heid uitdrukte. Was oud en stond eemgszins van den gezelschapsdame, weg af. Oude boomen omgaven het en T --- -- -- A** K WW WW aSSAASAWA WW A RW ARRARAWaRRA «B W „V** NRW WA -WW W WAA V WW drongen dicht op het huis, het Echt van doen van de oude dame Zij scheen met zooveel ordelintjes erop, dat ze twee u.„* 1 gaven het een schijn een opgewondenheid te onderdrukken, rijen vormden op zijn mannelijke borst. De wachtkamer was van een zacht het verbeelding, of beefde de hand, tapijt voorzien en de muren waren be- T hangen met goede, moderne schilderijen. De klerk, die de menschen ontving, en menschen gelukkig gedachten naging, maar men kon nooit stel dat het huwelijk nooit plaste beeft, weten. Hij had heetenaal geen illusies dat u nooit een cent na Lady Stnbe- omtrent Madame Juliette, en ze kon haven s geld krijgt,” Nu trof bet schot best hier wezen met het deel om geld te doel. De man bevochtigde rijn gr^K leenen of te vragen. lippen met zijn tong, en hij schraapte -tuien noodig hebben.' SLAGZET 23. rr r In onder staande stelling forceerde 34, 36, 37, 38, 39, 41, 42, 43, 4447, 48 wit (de heer W. N. Stuifbergen) de winst en’ 49. na Zwart 16 schijven 2, 6, 7, 8, 9, 11, 12, 13, 16, 17, 18, 19, 22, 25, 30 en 35. „Je baas schijnt tegenwoordig zijne sla gerij met een stoom-motor te drij' is het niet, slager „Hoe dat zoo. Mevrouw? Hoe meent „Nu, uit de biefstuk gisteren kon ik duidelijk de paardenkracht proeven F LEELIJKE FOUT. Dezer dagen is een dwaze drukfout in de „Times” voorgekomen. Er werd mede- van een der eerste kooplieden uit de City zou aangaan met de dochter van een scheepsbouwmeester in Sheernes en nu is houten beenen aan de deur.” kazernebouw te Dusseldorf betrekking rentals ik besteld had?” „Maar meisje, wat zullen wij uitvoeren had, daaronder gekomen. Men las na de met houten beenen Zeg hem, dat we huweüjksmededeeling _i«- a.„ kAkhW'R „Botsingen kunnen met uitblijven.” xe, in goud gevat Maar het was haar gezicht, dat dadelijk Muriel’s aandicht trok, en meer dan dat, haar afschuw. Eens moest Lady Stonehaven buiten- nen en K hield zich goed, gewoon knap zijn geweest, een groffe, r krachtige schoonheid. Nu, waar al het haven keek nog steeds naar haar met haar Hij nam de telefoon van de tafel op en wensch.” mm.. ,r A—» --- vreemden blik. Toen geheel plotseling gaf de noodige bevelen. Een opmerkzaam toeschouwer L. d‘h’k ?r“*d* Bch om >*«P 100 »>“8 met haar stok naar den anderen dien stoel wel gemaktoêtijk vinden, denk waas over het gele gezichtvan den flnan- r. --- d.L 7” der gekomen was en dat hij absoluut mon met zijn bleeke lippen, een bel te luiden. „We kennen elkaar tamelijk goed, ge- bewegingloos zat, maar niets bevestigde Als had hij juist buiten de deur staan loof ik, mijnheer Mayberlie." of ontkende. ------ De financier boog. Het was volkomen F" - -„»^.1 waar, maar hij wilde zich nog niet dade- begon Madame haar zinnen oo tafel af te druk van geweld. Munel had het e>gen- u een prettigen middag,” C Ljï J aardig gevoel, dat Lady Stonehaven paaf seconden hep ze hard naar het ijzeren dat mogelijk zou kunnen zijn, toen hij dat ze al lang geleden dood en vergeten werkelijke levende i rond liepen, en waar Charles wachtte.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1924 | | pagina 8