van het l oord-llollaiidscli Dagblad99 Een vergissing van St. Nicolaas. Surnrisssavond of de tragedie van een worst. 1 I I Voor Sf. Ideoloog Sigaretten Tabak Flleen I I ■o. 368. lei r, E f. n. - m f St. Nicolaasnummer ge- 1 Si de de jongste, niet zonder beschroomdheid. ■kerde de vijf-jarige met ’n I I be- t SI te staan bij het vérsjouweir R u. beving hem plotseling een groote deer- >^t zijn knecht, die een zwarte kist daar- iest omhoog dragen. GROOTE KEUZE Sigaren LLXE VERPAKKING ook moesten bedacht worden. Zonden die uit vrees zich hebben verborgen? Hij wilde dat probeeren. Een wenk naar Zwarte Piet, en deze greep in den zak snoep goed en wierp handen vol ervan over den vloer, en do jongens grabbelden, dat 't een lust was, maar naar een meisje zag de grijze bisschop vergeefs uit. Was hij bijziende ge worden, of had het glaasje hem van zijn po sitieven gebracht? Daar brak bet oogenblik aan, dat de goede kindervriend zijn toespraak houden moest. IIq had zich goed" voorbereid, om dat vlot van stapel te doen loopen. Doch helaas w ilde eerst na heel veel zoete troostwoordjes van mama tot stilzjjn overhalen. De kinderen waren weer bij elkaar gekro pen en deden hun best om hun vrees te over winnen. Mama zocht Uit wat er in de étagère- catastrophe nog was heelgebleven en papa meesmuilde over Sinterklaas, die zich zeker moest hebben vergist. Plotseling werd de stilte gestoord door een luiden uitroep van boven: „Vader! Moeder! Kijk eens!” riep een der jongens. „Hoe mooi! Een echte „Mecano” doos. En zoo'n groote. Juist zóó een, als in den winkel on den hoek heeft gestaan. Wat De nacht bracht raad, de eenige raad die er te brengen viel. Zo zouden weer juist weer als verleden jaar haar oogen goed open doen en zien of ze in huis nog iets geefbaars zagen ligg°n. Moe kreeg tenminste ’n mooi kopje, al moest 't 1.25 kosten. 't Kopje kostte 1. Zoo konden ze voor Leni nog ’n potlood koopen en voor Miep ’n nieuwe centimeter. Piet kreeg ’n notitieboekje van 7 cent en Ans ’n fleschje roode inkt, dat Trees, nu, was 't geen zes, dan vier weken geleden had weggékaapt van Piet’s kamertje. ’n Plaat met poppetjes voor Pieple was altjjd leuk geweest, ook als ze geen pech gehad hadden. Cok kwamen nog altjjd de tranen in de oogen als ze aan de „pech" dacht. Trees was minder zwaartillend. Do pakjes moesten maar in de groote mand en geen haan die er naar kraaide. De kunst voor Cok en Trees op 5 Decem ber was: de groote mand uit te vinden. Wie het praatje rondgestrooid had, be grepen ze niet, maar de heele familie leek wel to verwachten, dat ze ’n eigen mand Trees nam een resoluut besluit, ze nam ’t boodschappenmandje, wierp de pakjes er kritskrats in en luidde de bel. Met ’t gebruikelijke gejuich werd ’t mand je ingehaald. Moes zette in van „Sint Nicolaas Kapoen tje" en zei zachtjes voor zich heen: „Ik ben benieuwd hoe die Sint z’n geld besteed heeft” Piepie juichte van: „2 maal wat”. Piet gluur de naar do namen, ’t Was met recht: „vol verwachting klopt ons hart”. ’t Eerste pakje was: Jongejuffrouw Cor nelia C. Cok nam ’t aan. Haar zenuwachti ge vingertjes rukten aan 't touwtje. Gcdien- stigeTiet knipte het door. O. o. o.’n ketting.de ketting, ook voor haar. oos en Pa. Leen, Miep, Ans, ze bewon derden ’m om strjjd. ’s Jonge jonge, wat zou er in dat mandje nog meer zitten? De kleintjes voorop, lachte Ans, toen na Piepie Trees aan de beurt kwam. ,,’n.... ’n Ketting”, stamelde Trees. „Dezelfde”, probeerde Cok te juichen. Moes hoorde 't en knipoogde. Ze snapte dat gedwongen toontje wel. En in zichzelf moest ze glimlachen om die kin deren; hadden zeker met onderling overleg 'n cadeautje voor elkaar gekocht. De sigaren voor pg vielen ook in den smaak. Maar Miep prebeerde tevergeefs harteliik te laehen over den centimeter die zeker als 'n satyre op haar onhandigheid bedoeld was; Piet deed uitbundig dankbaar over het „snert” boekje (kon ie wel laten, sputterde Trees in haar gedachten) en Ans probeerde e.„ blij tc zijn omdat.... ze nu het inkt- fl 'schje terug had. dat ze ’n tijd geleden aan Piet geleend en nooit terug gezien had. Leni lek tenmins*'’ nog ’n beetje voldaan nvc- haar potlood. Moes nam ’t kopje met 'n koel „dank je wel Sint” aan. De gevoelige Cok merkte op. dat ze er ’s avonds niet eens uit dronk. Ach ja. Cok merkte wel dat er bij Moes iets aan haperde. Den hcelen avond was moe teruggetrokken, ’n beetje zenuw achtig ook. Leni en Miep meenden 't waarom te raden. Vader vroeg er ronduit naar ’s avonds op de slaapkamer. „O", snikte Moes teleurgesteld, „ik had nooit kunnen denken dat mijn meisjes zóó zelfzuchtig waren. Voor zich zelf koopen ze dure kettingen en hun broertjes en zusjes krijgen prullen.” Vader zuchtte eens. Hij had 't ook opge merkt, Maar ’t waren immers nog kinderen! Langer dan vier weken kon Cokkie niet met 't geheim rondloopen. Eer 't half Januari was. wist moeder de gebeele geschiedenis van de worst. En moeders echt opgeluchte lach, gaf Cokkie haar vrooljjkheid terug, al voi.den ze 't samen jammer, dood-jammer van dén surpriseavond. HARRIET VAN DELFT. gelegd om de meisjes veel te zeggen over 'huiselijken arbeid, zulks in verband met de haar toegedachto geschenken als een borduur doosje, een poppenmand en Vergelijke speel goederen. Geen wonder, dat de goede Man wel spoedig bleef haperen. Gelukkig, dat zwarte Piet handig was, om op het critische oogenblik zijn ketting te laten vallen met het reeds bekende gevolg Deze manoeuvre hield het prestige van den vriendelijken bisschop ongerept. Maar al het kwaad was nog niet geleden. De uitdeeling der geschenken moest nog vol hadden. Miep nog Leni noch Ant hadden gerept over hun pakjes. Die drie konkelden samen en lachten „grinnekten” noemde Trees het maar geen woord tegen hen. Onder Coks bed lagen de cadeautjes zorg vuldig ingepakf, met druklettertjes geadres seerd. Ze hoefden dus alleen nog maar in de mand gesmokkeld te worden. Maar, o wanhoop, de mand was niet te vinden. ’t Werd vier uur, vjjf uur, half zes. De' familie ging eten.... en nog lagen de pakjes boven. Zeven uur, half acht Moe schonk thee, maar Trees en Cok en waren er niet bü. Ze zochten 'nog altijd de mand. Acht uur! ’n Oorverdoovend gebel deed Cok en Trees door Velatus. In al de eeuwen van zijn jaarljjkschcn zegenrijken ommegang over de wereld, heeft Sint Nicolaas. voor zoover me bekend is, ziel) slechts éénmaal grootelijks vergist. Hoe het daarbij is toegegaan, zal ik den lezers in do volgende regelen trachten te beschrij ven. Tevoren meen ik echter te moeten opmer ken dat men het St. Nicolaas, die toch al sneeuwwit van ouderdom is en dies in den t(jd van zjjn naamfeest zooveel aan het hoofd heeft, niet kwalijk mag nemen, wat hij heeft begaan, en dat men daarom niet het kinder lijk vertrouwen in zjjn wijsheid en goedheid mag verliezen. In den tjjd dat St. Nicolaas reeds uit Span je was gearriveerd, en nu en dan in duplo of triplo door de grootere steden rond reed of zitting had in diverse mode en andere ma gazijnen in dien tijd toog papa Verbeek, - die zjjn vijftal spruiten op een prettigen avond wilde verrassen, er op uit om St. Ni colaas uit te noodigen on strooiavond ook vertelde echter het verbazend druk te hebben en aangezien papa Verbeek goed bij kas was, wist St. Nicolaas hem tegen belofte van een bezoek een blauw briefje af te troggelen, dat de Heilige Man wenschte te besteden om eenig arme kindertjes extra te voorzien. Tegen zulk een sympathieke daad kon papa Verbeek natuurlijk geen bezwaar heb ben. In de nu volgende dagen hadden papa en mama Verbeek herhaaldetijk fluistergesprek ken waarbij de talrijke geuite kinderverlan- gens hoofdzaak waren. Resultaat van een en ander was, dat tal van heerlijkheden bij St. Nicolaas werden •besteM en in den loop van den Woensdag morgen aan de kleine Verbeekjes li^t gewich tige nieuws werd medegedeeld dat 's avonds de sneeuwwitte bisschop een persoonlijk be zoek zou brengen en eigenhandig zijn ge schenken zou uitdeelen. De uitbundige blijdschap der kleinen laat zich niet beschrijven. Den heelen namiddag wan n de Sinter klaasliedjes niet van de lucht. Mama kreeg hoofdpijn van de eindeloos bezongen maan, die maar door de boomen bleef schijnen en papa dacht er sterk over om zwarten Piet die natuurlijk ook zou meekomen, een roede te laten brengen, om bij een volgende luid ruchtige gelegenheid zijn bengels gemakke- Ijjk tot kalmte te kunnen stemmen. Gelukkig kwam, bij het vallen der duister nis, een zeaere angstige spanning bij de kin deren de luidruchtigheid vervangen en die bleef zoo toenemen, dat toen na de maaltijd de klok op half zeven stond, slechts fluister tonen werden gehoord. Verbeeld je eens, dat Zwarte Piet om 7 uur komen zou, tegelijk met St. Nicolaas een booze bui had, of hoofdpijn zoo als ma ma, en hij zou dan boos worden.... Brrr.. als je daaraan denkt zou je wel van zelf stil zijn. Heel langzaam was de groote wijzer om hoog gekropen, en nu galmden achtereenvol gens zeven slagen door de huiskamer. Het verbeide uur was gekomen en weldra zou de groote kindervriend zijn intrede doen bij de Verbeekjes. AHe vfjf de gezichtjes ver rieden een onbestemden angst, gemengd met een hooj^ollc verwachting. Daar ratelde over de hobbelige straatkeien een rjjtujg. dat nader kwam. Dat moest St. Nicolaas zijn De spanning bij de kinderen nam zoo mo- gclijk nog toe. Maar wat was dat.De vigilante stond stil, nog voor ze de deur van de woning had bereikt. Er werd gebeld, doch niet bij Verbeek, doch bij de bovenbewoners, de fa milie Barten en even later hoorde men St. Nicolaas ontvangen worden door een paar jolige jongensstemmen, difc uit volle borst den Heiligen Man het welkom toezongen. Bij de Verbeeken was de spanning van de kinderen op de ouders overgegaan. Nog dien morgen had mijnheer Barten aan papa verteld, dat bij hem weinig aan Sinterklaas werd gedaan. Daar werd de hoop altijd gebouwd op het Kerstkindje. En hu kwam daar Sinterklaas in hoogst eigen persoon binnen beklqm do trap en werd door de jongens verwelkomd. En dat wel precies op het zelfde uur als waarop Sint Nicolaas de kleine Verbeekjes zou komen verrassen. Zou er misschien.... Plotseling klonk er een vroolijk gelach van boven en op hetzelfde oogenblik werden stoe len en tafels verschoven rechts en links. Blijkbaar had Zwarte Piet versnaperingen te grabbel gegooid en liepen de jongens bo- von rond om hun deel in té zamelen. Beneden ontspanden de kindergezichtjes zich Zwarte Piet had blijkbaar geen booze bui. „Sint Nicolaas heeft zeker oen horloge dat achterloopt, afthtte papa Verbeek zich ver plicht, den kinderen uit te leggen. „Hij zal dus wel hier komen, zoodra hij- boven gereed is, en dan Plotseling veerden papa en mama Verbeek uit hun crapauds op en vlogen de kinderen met ’n gil van schrik uiteen, op zoek naar een schuilplaats achter de canapé, onder de tafel en in verborgen hoekjes. Zwarte Piet had boven zijn zwaren ijzeren ketting plotse ling met een groot geraas op den vloer laten vallen en de uitwerking van die manoeuvre was beneden niet minder verbijsterend dan boven. De oudste der kleine Verbeekjes had b(j zjjn angstige vlucht een étagère-tafeltje omgestooten en de heele opzet rolde holder debolder over en door elkaar op den vloer met al de kwade gevolgen daarvan. Het klein ste meisje zette een huissolo in en liet zich het toeval dat hij zich vooral er op had toe- Uv ziivv tv/iivax.» VcPVlU VuJllUU’JU. „Hoe heet je wel mijn beste jongen? vroeg hem Sint Nicolaas. „Jantje”, verzekerde de vijf-jarige met ’n piepstemmetje. „Jantje?” Sinterklaas schoof onrustig op zjjn zetel. „Jantje", herhaalde de kleine nogal nauwder. „Ik dacht dat je.... poogde Sinterklaas die het ook benauwd kreeg. „Hi-hi-hibarstte de kleine in een huilbui los. A, o, niet huilen”, troostte hem de goede man. „Ik ben niet boos op je en zwarte Piet ook niet. Kijk maar een«, wat ik hier voor je heb!” En meteen reikte de goede Sint hem de Mecanodoos over, die den kleine de grootste vreugde bezorgde. „En hoe heet jij dan wel?” riep Sinter klaas den oudste der jongens bij zich. „Willem”, vertelde deze openhartig. „Willem?” Het draaide Sinterklaas in het hoofd. Op het briefje stond toch, dat de jongens Nico en Karei heetten. Nico en Karei en de meisjes waren Annie en Bertha en Ma- rietje. En nu heetten do jongens plotseling Jantje en Willem. En de meisjes.daar was geen spdbr van te zien. Droomde hjj dan? Wacht.... „En waar zijn je zusjes?” „Maar.... wij hebben geen zusjes?” Toen ging Sinterklaas plotseling een licht op. In zijn verbouwereerdheid duwde hij Wil lem de poppenmand, die boven in de kist lag, in de handen en liet het aan Zwarte Piet oyer, de vergissing te herstellen en de pop penmand door den spoortrein te vervangen. Zonder de dankbetuigingen der jongens af te wachten, stond hij op, lift z’n geheel© zorgvol samengestelde afscheidsrede in den steek en daalde onder het gezang der ver- rastte jongens, de trap af, terwijl Piet niet zonder allergrootste verbazing, met de kist en verderen inhoud den aftocht dekte. „Ezel! uilskuiken, heb ik jou daar besteld? Stommeling? Waar zjjn de locomotief en de Mecanodoos?" Deze en dergelijke Uitdrukkingen waren de woorden, waarmede Sinterklaas bij zjjn buitenkomen word ontvangen door papa Ver steeg, die Lij het wachten in de kille avond lucht zich hóe langer hoe meer had opge wonden. Een dergeljjke begroeting is de weldoende Sint natuurlijk niet gewoon. Geen wonder dat hij een paar passen achteruitweek. Da delijk daarop echter gaf zijn heilige veront waardiging hem een Spaanschen moed. Hoog dc hand opgeheven, trad hij nader. „Zooiets laat ik geen tweemaal zeggen, barstte hij uit. „Kan ik het helpen, dat die domoor van een «koetsier me op no. 26A brengt in plaats van op no. 26 Voor jouw 10 pilden heb ik angst genoeg uitgestaan. Dc kist en de overgebleven geschenken laat ik voor je kinderen achter, doch reken niet dat ik nog ooit bij je aan huis kom". Toen strekte Sinterklaas zoo dreigend den arm uit, dat papa Verbeek ontzet terug deinsde en den grjjzen bisschop en zjjn knecht vrijen toegang tot liet rjjtuig gaf, dat aarstonds met spoed wegreed. Een heel poosje duurde het, vóór papa Versteeg voldoende van zjjn emoties waa bekomen om weer in de huiskamer bipnen te gaan. Toen hjj eindeljjk weer in zijn era. paud zat, bedacht hjj, dat St, Nicolaas toen En even later weer een andere jongens stem. „O! zie eens, wat een mooie locomotief. Nog wel een, die met stoom gaat. Wat zal ik die vaak laten rjjdcn”. „En nog zes wagens met lange rails erbjj” werd door de eerste stem aangevuld. Daar rees mama Verbeek van den vloer op en keek veelbeteekenend papa aan. „Ik had het al dadelijk gedacht”, zeide de ze hard en boos genoeg om het danklied van de jongens boven tc overstemmen. „Ik zal hem lecrcn”. En met de verzekering aan de kinderen datliij St. Nicolaas tegemoet ging verliet pa pa Verbeek de huiskamer, schoot in z’n over jas zette z’n hoed op en stelde zich naast dc huisdeur op wacht. Intusschen beleefde Sint Nicolaas bij de faikilie Barten eenige benarde oogenblikken De bejaarde kindervriend had er aller- unst op gerekend, een bezoek op een eer ie etage te moeten afleggen, en toen hij, na lat. zwarte Piet had gebeld, de deur was pengetrokken en een jongensstem de komst. :an Sint Nicolaas verwonderd luidruchtig h\d aangekoudigd, de hooge trap voor zich nis mgl langs n GeluktèSg beschikt de goede Sint over een fameuze lichaamskracht, die hem in staat stelt om elft jaar zoovele drukke dagen te doorleven, eikdie hem nu ook mogelijk maak ten, Zwarten U’iet een handje te helpen. Tot uiterste verbazing merkten de zoontjes Bar ten, dat de hmlige bisschop zich niet ontzag z’n knecht bi t* -1--- *•-* der kist. J Bovenc^komen, knikte de Sint het echt- paar-RSrten gefnoedcljjk toe, zoodat van hun gezichten de trek van bevreemding al dade lijk verdween zette zich rustig neer int-den armstoel, die voor hem werd bjjgeschoven en dronk in één teug het glaasje wijn leeg dat mama Barten gauw had voor den dag gehaald. Tijdens de huldiging door de zoontjes zoch ten zjjn oogrti tevergeefs naar de drie meis jes, die volgens de opgave van papa Verbeek Vervolg. Soms durfde zo haar wel ’n oogenblik op haar schoot to laten liggen. Dat waagstuk durf da ze echter pas, toen ze al verscheide ne kee.ren de worst te voorschijn en weer weggetooverd had. Maar och. 't is te begrijpen, alleen Trees begreep het niet eens op ’n middag liep *t spaak. De worst lag in Trees’ schoot. En Trees keek er naar, met al haar aan dacht. Opeens schoot er iets langs Trees' oogen. En.... versuft staarde zij de worst na, die door ’n vinnige hand gegrepen, van haar wegzweefde verder en verder de richting van de kachel uit. Juffrouw Knottenbelt, oneerbiedig wel eens neg, dat woord durf ik niet te zeggen oneerbiedig wel eens met een verbastering van haar naam -genoemd, was even streng als geleerd. En daar ze leerares was in twee talen en cigenljjk maar bij ongeluk verdwaald aan die gewone Mulo, is het te begrijpen, hóe streng zij was. Een van haar beginselen luidde: „Snoep in de school is snoep voor de kachel.” Zoo verdween Trees’ hoop voor de toe komst, zoo verdween de worst, in het gretige vuur, dat juist extra hoog brandde ter eere van den kouden Novemberdag. Trees kon niet verontwaardigd protestee- ren, nog minder huilen. In *n soort doffe wanhoop bleef ze den heelen middag zitten. Juffrouw Knottenbelt feliciteerde zich zelf, eindelijk eens indruk gemaakt te heb ben op die brutale woelwater. Een avond gelukte het Trees, Cok over te halen nu maar eens niet naar de worst te zien. Maar den anderen avond brak de bom los. O, *t liep ook allemaal zóó tegen. Cok liet 'n schattig sigarenkistje zien, dat ze voor 1.25 gekocht'had. ’t Was 'n reclame-aan- bieding en daarom was ze er maar alleen toe over gedaan. Morgen moest ’t eens uitver kocht zjjn. Inplaats van 'n blijde kreet van instem ming hoorde Cok ’n snik. Ze trok de dekens van Trees’ hoofd om te zien, of het heuseh waar was. Ja, Trees huilde. Verontwaardiging, verdriet, angst voor Cok, dat alles uitte zich in dien eersten snik. Zóó treurig was ze, dat Cok niets anders doen kon, dan haar arm te slaan om de dikke dekenmassa, waaronder Trees zich ver- Bihanst had en te zeggen: „Heb je ’in op- gegeten, Trees? Nou, huil dan maar niet, er is immers niets meer aan te doen!” Dat.'... dit moest Cok nou nog denken. Hevig verouwaardigd stoof Trees op. En in ’n vlood van woorden vertelde ze alles al les 't kleine feit dat hun leuke plannen vernietigd had. Cok snikte zachtjes mee. „En Trees, we hebben nog maar 1.27K voor moe en zes kinderen. huiskamer loopen. Buiten weerklonk 't g- toeter van ’n auto, eigenaardig verdoft door den zwaren. lagen mist. Piet jammerde, dat hjj niet naar beneden durfde, dat Zwarte Piet ’m mee zou nemen, dat hij van schrik geen kruimel boterletter meer zou blieven. Niettemin holde hij maar weg. ’n Oogen blik Jater weerklonk zoowaar het autogetoe ter op de gang. Trees, mee gesleept door de jool van het oogenbHk. opende de kamer deur heel wjjd. En statig reed ’n luxe-auto de kamer bin nen. De verrassing was eenig. Pa en moe „voelden” zich renteniers, nu ze ’n luxe auto voor privé gebruik hadden. Piepie bewonderde de met ribspapier be plakte kap en deurtjes en leuke bankjes. Alleen Cok en Trees tieren ver van op getogen. Dat is dus de mand, dacht Trees. ..Hoe wjj nu?" filosofeerde Cok.^, zun kroost te komen bezoeken. St. Nicolaas

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1924 | | pagina 5