AERK EN SCHOOL.
r
e
B.
■>-
e-
dankend terug
■mannen van f824.
BINNENLAND.
Het 100-jarig bestaan van
het Noord-Hollandsch
Kanaal.
LANDBOUW EN VEETEELT
N. V. EIERVEILING
- TE ALKMAAR.
zeliet
len
e
r
schilderde den toestand
het N.
i
I
Als raehave* heeft Alkmaar aa 1884 slechts
eerden 4000 aee. 24000
N. H. kaaaaL
tan
rel
ijir aan den koning in
reien hier voor het b®
te Alkmaar ijverde. (Er
rt den minfa-
itlathtg in do
van
lerin-
zoo
van
een
*8,
en
do
in
en
ük
«o
aa
de
slotsom waren
kat de hel kont
11
ir.
f
g
n
ir
d
Vn enz., doch varen
naar dqn
sou lijn
Toch
^een^onmiddellyk voordeel gehad
Dit blijkt wel het best ait eea request vaa
hypotheek en eln-
landgoederen te
ue couranten van die dagen waren en
thousiast over dezen tocht en uitten woorden
van bewondering over de tot staudkoming
der nieuwe verbinding tusschen het IJ en
de Noordzee.
Ook" Alkmaar deelde in de feestvreugde.
De „Bellona” was, zooals hierboven ver
haald, 16 December Alkmaar gepasseerd,
terwjjl do „Christina Bernardina” hier 18
Dec. 1824 voorbij voer.
Alkmaar liet op 18 December het carillon
van den Waagtoren weerklinken de muziek
dienen; het was als volgt:
„Dezer dagen zag ik te Bergen een oudo
torenklok .met klepel te koop, in goeden
staat, met opschrift: „Si Deus pro nobis,
quis contra nos.” Zou deze van eenig nut
voor de toekomstige St. Adelbertkapel kun
nen zjjn?”
Of dat wat voor St. Adelberb-kapel kon
zjjn? Mijn antwoord bad ik al onmiddellijk
klaar; het luidde kort en krachtig „en of”.
Zoo toog ik dus er zonder toeven op uit,
om mijn vriend te gaan spreken over dio
oude torenklok met klepel en wat waren wij
het aanstonds hartroerend ecus, dat die ons
niet mocht ontgaan.
En nog den eigen avond ging een schrjjven
*ar het Bestuur der St. Adelbertsstiohting
te Oosterhout en even spoedig kwam van
daar het antwoord, dat wjj dio providenti-
eelo gelegen he idskoop ons niet mochten la
ten ontsnappen. Aan de, helaas, maar al to
schrale kas werd niet gedacht, wel aan het
vertrouwvolle „Dominus providetur”, „de
Heer zal zorgen”; luidde het randschrift van
den klok niet. „Als God met ons is, wie zal
dan tegen ons zijn?” en is de Heer niet mot
St. Aêlbrecht?”
Zoo werd dan die oude torenklok gekocht,
eu in mijne Egmouder Aantcekeningen, ver
meldde ik dit feit onder den titel:
„Hoe St. Aêkbrech^aan een klok kwam”.
Maar veel meer dan wat hier vermeld
wordt, viel niet te kronijken; alleen dat de
klok, na gekucht to «ijn. werd afgehaald en
nu op de Abdjj-hoeve „Het Klooster” te Eg-
mond-Binnen op de koestal staat. in afwach
ting van den blijden dag. waarop hij zyn ver
heven werk zal kunnen begihnci». Dat de kas
schraal was, werd ook niet verzuimd te boe
ken, als bewijs- van ons vertrouwen op de
Goddelijke Voorzienigheid, die reeds voor
een klok zorgde, nog voordat’ er een kapel
gebouwd was.
Nu hangt het, onder anderen, van u af,
welwillende lezer, hoe eenmaal het verder
verhaal zal luiden van wat als de titel klinkt
van een mooie, oude legende; „Hoe St. Aêl-
breeht aar. een klok kwam”.
En mjj dunkt, het kan niet uitblijven. Jat
verhaal zal eens weder getuigen, hoe vurig
Roomsch Holland verlangt alles te- berstel-
d*;
rftO'
ip „Bellona”.
December 1824,
-_1 te Buik-
H. kanaal is
welvaart. De
(waardoor de stedeljj-
ntdoken) de behoeften
ïéo te Texel voor de
i I enoorden Alkmaar,
weleer te Alkmaar gekoi ht. laat men nu uit
de buitenlandsche
-Als de meest geeigende vorm voor de vei
ling werd de naamlooze vennootschap geko
zen; zelfs voorstanders van een anderen
vonn van organisatie hebben dat ten slotte
erkend. De Naamlooze Vennootschap werd
dus opgericht; de Raad van Commissarissen
werd samengesteld uit do hceren D. de Boer
Dzn. te Stompctoren, N. Dekker, te Obdam,
H. Klaver te Alkmaar, W. van Slooten te
Heerhugowaard en Jb. Zuurbier te Alkmaar,
zeer zeker geen onbekenden voor dc land
bouwbevolking.
De Directie zal in handen komen van de
hceren P. G. Beekman en J. Steenhof voor-
noemd; als plaatsvervangend directeur is
dc heer A. J. Mulder, directeur van do Ne-
derlandeclie fjindbouwbank Alkmaar be
noemd; als technisch Adviseur is aan de
vennootschap verbonden schryver dezes,
Hoofd Ass. Rijkspliiiinvcctccltconsulent. te
Gravenbage.
De vennootscliap is aangegaan voor cir
ca 30 jaren; do koninklijke goedkeuring is
aangevraagd.
Het kapitaal is bejmald op 25000.ver
deeld in 250 aandcelen op naam, ieder 100
groot; by de oprichting zijn 50 aandcelen ge
plaatst en volgestort.
De Raad van Cotumissasissen liestaatuft
tenminste drie en ten hoogste negcnjigïlen;
hij oefent uitsluitend toezicht uit X»p den
gang van zaken. Do commissarisseiAwordcn
uit en door ,de aandeelhouders gekoVn, en
door dezen ontslagen.
Nadat de reglementen door commissaris
sen waren goedgekeurd, is door de Directio
en den Technisehen adviseur eone vergade
ring bijeen geroepen met nog een andere
groep van belanghebbenden, n.i de eieropha-
lors, en tot ons genoegen kunnen wij mede-
deelen, dat hoewel eenige bezwaren werden
geopperd, (bezwaren waarover nader over
leg zal worden gepleegd) ook deze groep van
personen zich bereid verklaard heeft met de
veiling samen te werken en de door hen op
te halen eieren aan de veiling te leveren? Wa
re do beslissing dier personen anders geweest
daA zou de Directie het verzamelen en opha
len. waarvoor dc organisatie reeds geheel ge
reed was, zelf ter hand hebben genomen.
EGMOND.
„HOE ST. AELBRECHT AAN EEN
KLQK KWAM.”
Het was kort na ons bezoek aan den St.
Adelbertsakker te Egmond, daags na het
Intern. Eucharistisch Congres, waarvan Ke«-
nemer op „St. Theresia's dag” verslag deed,
dat een der bezoekers mjj schreef:
„Reeds twee malen herben wjj de St. Adel-
berts-put bezocht met verschillende famili is,
die er nog niets van afwisten”, welke mcJe-
deeling gevolgd werd door een aansporing,
om toch te zorgen, dat meer en meer bekend
heid zou worden gegeven aan het kostbaar
bezit, dat de Voorzienigheid ons in deze hei
lige plaats heeft wedergeschonken. Moge het
geen myn vriend mij verder schreef, daartoe
„<w, *.va w. u«i„* uv.Fwii gL-iiviii< II. dienen: het was als volirt:
Gelukkig zal dit niet noodig blijken en wan- I
neer de ophaler» zich aan de gestelde voor
waarden houden, za 1de veiling daartoe ook
niet overgaan eu niemand wordt dan in zijn
bestaan bedreigd.
Verblijdend was ook de mededeeïing, dat
de eieren uit bepaalde streken, die voorbeen
in Amsterdam werden geveild, ook ter vei
ling te Alkmaar zullen worden sangevoerd.
Het aantal eieren dat hier werd toegezegd
zal ver de 2.000.000 stuks overschrijden.
Het ligt in de bedoeling de eerste veiling
op Zaterdag 10 Januari 1925 te doen plaats
vinden en verder geregeld iederen Zaterdag
tenzij tengevölge van feestdagen een andere
dag zal moeten worden vastgesteld. Inmid
dels hebben de heeren Beekman, als admini-
stratief-directeur en J Steenhof als vak man
directeur technisch nog heel wat te doen
voor het zoo ver is; aan my is opgedragen de
pluimveehouders zelve in te lichten.
Gaarne had ik dit gedaan door middel van
lezingen; waar ik eehter nog drie andere
provincies voor myn rekening heb, is mij dat
helaas onmogeljjk en zal ik dit propaganda
middel alleen in bijzondere gevallen kunnen
toepassen.
Een ander middel om de pluimveehouders
te bereiken is het geschreven woord; deze
method» hoeft het voordeel, dat men daar
mede meer belangnebbr„d«n bereikt en dat
zjj vlugger werkt.
Na bovenstaande beschouwingen wil ik
thansnog een en ander mededeelen aan
gaande de organisatie en werking der Vei
ling zelf. Zooals ik reeds zeide, zullen de
gewone eierophalers de eieren bij hun klan
ten blijven ophalen, alleen zullen zij de
eieren, zoodra zjj voor de veiling gaan wer
ken, by-het in ontvangstnemen moeten we
gen met behulp van een -klein model bascu
le, die zy op hun wagen of auto rnedene-
men. Nadat dc eieren gewogen zjjn, tot op
“en half ons nauwkeurig, (deelen van een
half ons worden verwaarloosd) worden ze in
zoogenaamde cartonkisten, dat zjjn kisten
ieder voor 500 eieren, waarbjj elk ei in een
carton vakje gaat, gepakt. Op het eerste en
laatste ei, dat gepakt wordt, wordt het num
mer geplaatst van den leverancier-pluimvee-
niet verder dan Purmerend.
Den 14en voer de „Bellona” voorbjj Ilpen-
dam, schutte om 12 uur ’s middags door de
Purmerender kanaalsluis in N.-Hollands
bozem eu zette de reis door de Beemsterring-
sloot, langs Spijkerboor, tot des avonds 5
uur, onafgebroken voort tot Westgraftdijk,
waar, wagens mist, vastgemaakt moest wor
den.
In den avond van den 15en December,
kwam do „Bellona” in hetJZeglis te Alkmaar
aan.
Deu 16eu Decemlier ging de reis van de
„Bellona” door de Voormrer, om de stad,
door de Koe< lijker vaart en de Zype tot aan
de schutsluis bij het Koegras.
Het 3-mast fregat „Christina Bernardina”
kapt. H. H. Zylstra, van Batavia naar Am
sterdam voor de eerste maal de reis door
het kanaal makend, voer de „Bellona” tus
schen do Schager- en St. Maartensvlotbrug
in de Zjjpc voorbij, salueerde het oorlogsfre-
gat met 9 kanonschoten, on lor de tonen der
muziek en luid hoera-geroep.
Op 17 December tussehen 9 en 10 uur ste
vende de „Bellona” door <le Zijner kanaal
sluis eu kwam ’s avonds 5 uur "te Willems
oord in de koopvaardersbinnenhaveu.
De reis van do „Bellona” lute vier volle
dagen geduurd. Het waren echter korte, nc-
velachlige dagen, terwijl het fregat zonder
mast of zeil voer. Het werd getrokken door
een groot aantal jaagpaarden, die, zwoegend
over do modderige kleiwegen, oude dijken
en nog niet voltooide jaagwegeu, door do
schuit jagers begeleid werden.
De couranten van die dagen
Zjj hadden vertrouwen in Alkmaar’s toe
komst. f
De burgemeèster, die van Alkmaar in die
jaren (Raadszitting 15 Juli 1819) getuigde
dat deze plaats nog een» „tot de hoogte van
een aanzienlijke negotiestad zou kunnen
worden verheven” heeft zich niet vergist.
In 1850
rivierschepen
weinig beteekenis gehad. Het eerst directe
voordeel, hetwelk Alkmaar van den nieuwen
zeeweg, het N. H. kanaal, heeft gehad, bleek
pas 4 Mei 1825. Toen kwam het eerste schip
lading klipzout, van Liverpool voor de fa.
Anna Stuurman en Comp. hier ter stede aan.
In do 18e eeuw onderhielden 35 beurtsche
pen den dienst tusschen Amsterdam en Alk
maar, welk aantal in het begin der 19e eeuw
tot op 9 verminderd was.
Van de doq;en voerden in de 18e eeuw
nog geen schuiten op Amsterdam, maar hie
ven liggen üi de buitengracht, benoorden de
stad, waar zjj do goederen van onzo beurt-
schepen overnamen.
Ook in de dagen, toen tot aanleg van het
No d Hollandsch ka*:.".c.l werd ov g gaan
was hier veel vertier door overlading van
goederen enz. Maar toen in 1825 de eerste
s toorn barges op het N. H. kanaal verschenen,
do concurrentie tusschen de trekschuiten on
derling toenam, gingen verschillende ondo
goed rendeerende veeren op Alkmaar, o.a.
het veer, door het Zjjperschuitje onderhou
den, teniet.
Het N. II.' kanaal heeft als binnenvaart
zny lieteekenis behouden en ^kmaar zou
stellig niet in zulk een ruime mate geprofi
teerd hebben van de ontwikkeling der om
beving, indien het N. H. kanaal niet door de
stal was gelegd.
Al in. 1823—*24
hier geweldig.
In 1824 werd een recordcijfer in de kaas
productie bereik».
In 1823 bedroeg de hoeveelheid gemaak
te kaas in Noord-Holland 9.114.806 Nederl.
ponden, in 1824: 11.564.770 Nederl. ponden,
waarvan alleen te Alkmaar te waag werden
gebracht ongeveer 4 millioen.
Wat zou do toekomst van Alkmaar zjjn
geweest, indien het N. H. kanaal deze stad
i ontgaan?
heeft Alkmaar aanvankelijk na 1824
van het
STATEN-GFNFRAAL.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Vervolg.
De heer VAN RAVESTEYN herinnert er
aan, dat de vlootplannen van de regeering
schipbreuk hebben geleden tengevolge van
de agitatie onder het Nederlandische volk.
Toch heeft de regeering van haar plannen
geen afstand gedaan.
Hierna komt spr. tot de gebeurtenissen,
die zich hebben voorgedaan onder het marine
personeel in den Helder. Spr. juicht hetgeen
daar is geschied, toe, omdat daaruit blijkt,
dat het marinepersoneel zich niet langer alles
maar uueu.
Tegemn ci ue houding van den-minister
als de sterke man moet het personeel zich
verweren als een sterke macht. Daarom juicht
apr. de gepleegde .laden too
Mevr. BRONSVELD—VITRINGA gewaagt
van de immoreele toestanden onder het ma
rinepersoneel. Spr. overdrijft niet, wanneer
zjj zegt, dat het Nederlandsche volk jaar
lijks meer dan 200.000 gulden moet opbren
gen voor de bestrijding vau de onzedelijk
heid bjj de marine. Spr. hoopt, dat de minis
ter deze-kwestie ernstig zal overwegen.
Ten slotte vraagt spr. uitvoering van de
motio-Bomans^ inzake afdoening van het
wetsontwerp tot instelling van één departe
ment van defensie.
De heer OUD merkt op, dat men thans,
niettegenstaande de verwrping van de Vloot
wet, tracht reeds zooveel mogeljjk materiaal
voor de nieuwe vlootwet in de wacht te
•leepen.
Voorts bespreekt hjj de bevordering
de onderofficieren bjj de marine en h<
nert hjj aan hetgeen hjj het vorig jaar ter
sprake heeft gebracht.
Ook beklaagt spr. zich over het optreden
van den minister bjj zjjn verbod tot deelne-
ming aan volkomen geoorloofde demonstra
ties en over zijn houding tegenover de be
sturen der organisaties.
Dc heer VAN DER VOORT VAN ZfJP fa
van meening, dat er wel degelijk op de ma
rine is bezuinigd.
De heer SCHAPER is van meening, dat
wjj met den bouw van kruisers de moderne
techniek niet kunnen bfjhouden. Toch wil
men een up to date vloot hebben. Maar vol
gens spr. kunnen wjj al dien duren rommel
niet betalen.
Het verbod tot bijwoning van vergaderin
gen en demonstraties noemt spr. zeer klein.
In tegenstelling met de bewering van den
beer van der Bilt merkt spr. op, dat de ver
schijnselen van sabotage wel degelijk door
Het Volk zjjn afgek eurd. Ook spr. keurt do
sabotage af.
De heer VAN SCHAIK vn
ter naar aanleiding van een
vergadering van de vereoniging ter bevorde
ring van do krijgswetenschap, of hot jufat fa
dat thans en ook in de toekomst voor de
Nederlandsche marine geen oorlogstaak meer
is weggelegd. Als dit juist fa zou spr. erop
willen aandringen onze marine maar
spdbdig mogelijk by het departement
oorlog onder te brengen, wat tevens
aanmerkelijke bezuiniging zou opleveren.
Ook in den vorm zooals de Vlootwet thans
weer fa ingediend beteekent ze niet andere
dan dat ook hierbij weer voor een jaar of
acht aanbesteed wordt het marinebeleid en
daarvan is spr. gen voorstander.
De vergadering wordt geschorst tot Vrjjdag-
riouder, aat voor hem door ae Directie der
veilingen wordt vastgesteld. Op deza wjjze
wordt dus het geleverde aantal eieren en
het gewicht direct bij de levering vastge
steld.
Aantal en gewicht worden telkens door de
eierophalers in een register geboekt, alsme
de in de eierboekjes, waarvan een exemplaar
voorzien van het algemeen registemummer,
aan iederen eierleverancier vanwege de Di
rectie der veiling wordt verstrekt.
Wellicht zal men zeggen: wat oen moeite
om al die eieren te wegen, enz. Laat ik daar
op antwoorden, dat in heel Denemarken de
eieren op die wjjze opgehaald worden en
toch zjjn er in Denemarken dubbel zooveel
kippen (2Ü.OOO.OOOJ als in ons land, de be
zwaren van sommige eierophalers waren
daardoor dan ook totaal ontzenuwd.
Iedere eierophaler is verplicht elke week
de eieren op te halen en die elke week aan
de veiling af te leveren. Dit moet echter ge
beuren vóór Donderdagavond 6 uur, opdat
de eieren aan de veiling geschouwd en ge
sorteerd kunnen worden.
Wordt vervolgd.
Alkmaar’s stadsbest
November 1826, to
hond der rechtbank
- uvi, cvisLu evuip bestonden planneiyom do rechtbank te Alk
,de Vriendschap kapt. R. R. Sap, met een maar op te heffel)
Het stadsbestul
aldus: 1
„Het maken va
noodlottig- geweest voor de
sluikhandel neemt
ke accynsen werden oo
van de schepen op de
bewoners van plaatsen
JACHTWET. s
De Minister van Binnenlandsche Zaken en
Landbouw;
Gelet op artikel öO der Jachtwet 1923;
heeft goedgevonden;
tot de sluiting van do jacht op wiMe gan
sen aan alle houders van jachtacten te ver-
runnen op den door hen gebruikten grond
of op grond in gebruik by anderen, van wie
zjj daartoe toestemming hebben verkregen,
wilde ganzen te vangen door middel van
vang- of Uekuctteit, waarvan de vluegels
een lengte hebben van meer dan tien meter
.gemeten van styggaren tot stjjggaren, zoo
als het fa bevestigd aan do bovenlyn en een
breedte hebben van meer dan drie centi
meter.
len wat eens voor ons verloren ging, zdcef
niet het minst den alouden St Adelbertak-
ker. waaraan het zoo veel dankt en welkètf
de Voorzienigheid ons wederschonk.
Immers, Holland het Missieland by uitne
mendheid, kart zjjn eigen Üroot-Missionari»
niet vergeten, het zal Hem willen e^ron op
den grond door Hem geheiligd, overtuigd daf
het herstel van St. Aêloreohta erfgoed zjjn
zegen zal afsmeeken over ons buiten- en bin
uenland's Missiewerk, over al onze Roomscti-
Hollandsche daden. Neen, Room»ch Holland
kan en zal niet vergeten, dat ^t. Adelbert het
to Egmond de onschatbare gave des Geloof»
schonk, evenmin dst zjjn glorie volle geschie
denis te Egmond aanvangt
Eeuw aan eeuw bewaarde daar de heilige
grond, de grondslagen van dat oude kerkge
bouw, zoo nauw aan die geschiedenis ver
want; God’s nEgelen hebben ze tegen ver
nictiging beschut: wjj nebben ze wederge-
vonden en straks zullen ze in hardsteen uit
gelegd, de oude akker doen verhalen van
het glorievol verleden dat was. toen St. Adel
bert Holland voor tJiristus won.
Maar, laten wy dan ook zorgen, dat op dio
gezegende plek, ook weder een kapelletje’
komt, waar de II. Offerande zal worden op
gedragen en ons spreken zal van de heer
lijke en bljjde toekomst, welke wy ook vaa
deze gezegende plaats, opnieuw mogen ver
wachten. Geen dag toch gaat voorbij waarop
wy niets vernemen van dat zielroerend heim
wee van zoovele dwalenden en zoekers naar
den Heiland, Die verlossing zal brengen, Die
licht zal geven aan het zoekend hart, dat
geen voldoening vond in tal geluk belovende
stelsels, xlie hun niets als teleurstellingen
brachten.
Er is een Adventestemming over de we
reld gekomen, ook over ons land, waarin
duidelijk waarneembaar de oudg^smeekbede
klinkt: „Dauwt Hemelen van Boven en gij,
wolken regent den Rechtvaardige.”
Waar beter zullen wy die smeekbede én
voor ons zelve èn voor anderen kunnen
uiten, dan op -de heilige plaats, welke wy
met recht het Bethlehem van Holland kun
nen noemen, omdat daar eens voor ons land,
over Egmond’s velden de blijde boodschap
der Jsngelen klonk: „Zie ik boodschap U
groote vreugde, dio voor het gcheele volk
zal zyn”.
Op St. Aêlbrec.htsdag van liet jaar 1923
schreven wy, herdenkend het vele goede, dat
God ons in het „Herlevend Kennemerlant?”
heeft geschonken: „De Klokken luiden ih
Kennemerland” en wy eindigden aldus: Zo<
moge, en met eenigen goeden wil kan he
spoedig zyn, op een anderen St. Adelberts-
dag de kapel worden ingewyd, waarvan het
klokje onze vreugde, onze Roomsche blijd
schap zal uitjubelen in het koor der Kenae-
mer klokken.” Dio bede moet werkelijkheid
worden.
Als wy 1925 schrijven, in het groote Jubel
jaar, gaat, hopen wy, schrale kas of niet,
de spade in den grond en wordt „St. Aftl-
brecht” beboseht, om een waardige omlys
ting te schenken aan de in hardsteen tot
ons sprekende lynen van de oude grondsla
gen <ier oude „Kerck van Egmond” en van
de St. Adclbertsput, die eeuw aan eeuw ge
tuigd heeft en getuigen zal, hoe God Zyn
dienaar Adelbert, den Apostel van Holland
daar verheerlijkt heeft,
In dat Jubeljaar bouwen wy, vertrouwen
we, tenminste een voorloopige kapel ter eero
van den H. Adelbert en zal St. Adelberte-
klok allen roepen naar do Heilige plaats, on.
weder de blijde boqdschap te vernemen, wel
ke St. Adelbert eens aan allen heeft gebracht
eu aan allen opnieuw wil brengen.
Daarvoor worde nogmaals veler medewer
king gevraagd van ieder uwer, welwillende
lezer in bet bijzonder en zoo zal het dus vaa
ieder uwer afhangen, hoe schoon het slot sa!
zijn van het stichtend verhaal dat eens ge
schreven 'moge worden:
„HOE St. AELBRECHT AAN EEN KLOK
KWAM”.
Alkmaar. Op den 2en Zondag van den Ad»
vent, Feestdag van St. Ambrosius, 1924.
G. TH. M. VAN DEN BOSCH.
Mijn giro-nunnner is 79881. Allen, die dit
Missiewerk als ijveraar of ijveraarster willen
bevorderen, vragen my om inlichtingen.
der schutterij stond langs den wal om uiting
to geveu aan de feestvreugde der Alkmaar;
ders, allerwegen werd gevlagd.
De gouverneur der provincie Noord-Hol
land sprak in de zitting van de staten van
Noord-Holland op 5 Juli 1825 met veel
vreugde over deu nieuwen waterweg. „Het
groot N. H. kanaal”, zeide hij, „beantwoordt
geheel aan het verheven doel, tot hetwelk
do koning het beeft daargesteld.”
„Ongeveer 200 zeeschepen hebben dat
kanaal tot 1 Juli (1825) bevaren, en dat getal
zoude nog zeer veel vermeerderd zyii ge
weest, indien de aftapping van het vloedwa-
ter door alle zeesluizen niet ware beproefd
geweest en even daardoor do vaart voor
zeer diepgaande schepen niet had moeten
gestopt worden.”
De gouverneur had in 1823 in 't vooruit
zicht gesteld, dat het kanaal in Juli 1825 of
ficieel geopend zou worden, maar het waa
nu al in gebruik genomen wegens „het wel
gelukken der genomen proeven en het alge
meen verlangen do reeders, bevrachters en
schippers, om reeds in dezen min volkomen
staat dat kanaal, boven do wisselvalligheden
der Zuiderzee en de moeilijkheden van het
Pampus, te bevaren”y
De stoomkracht vond al in 1815 bier te
lande toepas-ing bij do scheepvaart, ntiar
door het in de vaart brengen van stoomzee-
booten waren alle zeilschepen zoo maar in
eens niet door zeeutoomers vervangen.
Nog velo jaren bleven de zeilschepen het
grootste aantal innemen in de rij der inko
mend» en uitgaande schepen.
In de jaren liggende tusschen1824 en
1876 (opening van het Noordzeekanaal, de
verbinding tusschen bet IJ en Umuiden,
heeft het Noord-Hollandsch kanaal aan do
zeilvaart onschatbare diensten bewezen.
De aeeotoomers hebben niet veel gebruik
gemaakt van het N. H. kanaal daarentegen
nebben de stoombooten in de binnenvaart *n
radicale omwenteling teweeg gebracht in ’t
verkeer te .water.
bloeide de kaashandel
Amsterdam aaavor-ren:
ren (jagers ioopen/ tot sc iade der winkeliers
het platteland af, nemei
digen met eigenaars de
vor len.
De sciiippcrs van ben< orden de stad moes
ten voorheen door do s sd varen en betaal
den hier mee in het or lerhoud van water
wegen. bruggen, kaaimu
nu over het kanaal.
Reizigers van en naar <i\n Helder over
nachten niet meer in Alkmaar.
De beurtschepen op Amsterdam betaalden
nog f 1200 recognitie, do veerschuit op de
Zype 300 per jaar.
Thans niets meer en de barge vaart „tot
ongelooflijk meer gerief van het algemeen”
dagelijks, zonder Alkmaar aan te doen.”
Zoo hiidden de jammerklachten in 1826.
En nu, in 1924, zyn wjj, Alkmaarders,
trots op het mooie N. H. kanaal en zien we
op het grootschc werk der
door
N. J. M. DRESCH.
V.
De opening van het Noord-
Hollandsch kanaal in 1824.
By K. B. van 15 Jan. 1824 was een com
missie benoemd, teneinde'te overwegen en
voor te dragen wat ter opning en bevaring
van het Groot N. H. kanaal (ook wel Groot
Amsterdamse!) kanaal genoemd) met het
jaar 1825 zou behooren gedaan te worden.
De commissie zeide in een schrijven, d.d.
Amsterdam 17 Juli 1824, dat zij een inspec
tiereis langs het kanaal had gemaakt en er
toen nog 300.000 gld. noodig waren om het
kanaal geheel af te werken.
In dit schrjjven gaf de commissie verschil
lende wenken en deed allerlei voorstellen.
Een dier voorstellen hield in: aan de firma
Lioderqaooy Co. concessie to verloenen,
om met twee stoombooten een dienst voor
Ijassa^iers en goederen tussdien Aipsterdam
en Nieuwe Diep te onderhouden.
Alli-s moest er op worden gezet, aldus do
eonimisric, om het kanaal met Juli 1825 de
finitief voor het verkeer open te stellen.
Reeds in December 1824 was het kanaal
over zijn geheele lengte van Buiksloot tot
Nieuwe Diep bevaarbaar.
Hot geheele werk had natuurlijk nooit in
zoo n kort tijdsbestek gereed kunnen zjjn,
indien toen niet van bestaande wateren
ringslooten, vaarten, stadsgrachten enz.
gebruik bad kunnen maken.
Het «erste schip, hetwelk door het kanaal
voer, van Buiksloot naar Nieuwe Diep, was
de romp van het oorlogsschip „Bellona”.
De „Bellona” werd op 13 Decem
des middags, door de Willemsaluia
sloot uit het IJ goschut. Dien dag kwam men
Kippen houders!
Er zjjn in Noord-Holland een massa men-
schen die, nu ja wel kippen houden, of omdat
het nu eenmaal bij hun bedrijf hoort, of
omdat zij wel weten, dat moeder de vrouw
met het wekelykscho eiergeld een aardig deel
van do huishoudelijke uitgaven br-strjjdt,
maar die toch uiteraard weinig weten van
den pluimveeteelt en alles, wat daaraan vast
zit.-
Velen van hen zullen allicht gedacht heb
ben toen ze het bericht omtrent de oprichting
dezer nieuwo eierveiling lazen: waarom toch
al die eierveilingen tegenwoordig? Deugt cr
nu opeens aan onzo eierophalers en onze
eiermarkten niets meer en moeten nu. omdat,
een stuk of wat personen uit de stad dat in
hun kop hebben gezet, ineens alle eieren aan
veilingen geleverd worden? Wat moeten dan
do mensehen beginnen, <lie al die jaren de
eieren hij ons .opgebaald hebben?
Zij die in Noord-Holland van den pluimvee
teelt meer of min een bestaan maken, en dat
zyn er velen, zullen op die vragen wel ecu
antwoord kunnen geven. Zjj toch weten heel
goed, wat er zooal-aan’die eitjes, den eier-
afzet en do eierprjjzen -in Noord-Holland ha
pert, al loopen ze er gewoonljjk niet mee te
koop, omdat ze toch geen kans zien om aan
de bestaande toestanden, iets te veranderen
en hoogstens ii-der voor zich trachten, iet of
wat hooger prijzen voor hun eigen eieren te
bedingen
Do nieuwe veiling nu is te danken aan het
initiatief van een zakenman uit Alkmaar, den
beer P. G. Beekman, een der Directeuren vau
de Nederlandsche Landbouw bank aldaar.
Door toevallige omstandigheden kreeg hy
een overzicht van en een inzicht in de zaken
der gzooto eiermjjn te Roermond, de grootste
eierveiling van ons land (ruim 60.000.000
eieren in 1924) en op welke wjjze die instel
ling deu pluimveeteelt in Limburg en Noor«j-
Brabant bevordert en tot bloei bracht, ten
bato van Jtleine landbouwers en aj)Jere
pluimveehouders. J’oen hij dat had nagegaan,
dacht hij: waarom bestaat in Noord-Holland
niet zoo'n instelling, waarom kan ook daar
de pluimveeteelt niet worden verbeterd en
uitgebreid?
Dat denkbeeld liet hem niet meer los. lïy
informeerde rcctd» cn links en stuitte daar
bij spoedig op mij, die als rjjksambtenaar is
aangewezen voor de bevordering vA den
pluimveeteelt in Noord-Holland. Wjj kwa
men bjjeen, lang en breed hebben we ge
praat over wat er goed was in Noord-Hol
land en over wat verbetering behoefde, ovor
de kwalen en nooden, en nadat wjj tot de
gekomen, dat wjj nu samen de
iden aanbinden, werden eenige
vooraanstaande mannen uitgenoodigd, om
met ons een commissie te vormen om de
voorgenomen zaak verder te bespreken en
uit te werken.
Met vreugde mochten wy bemerken, dat
niettegenstaande verschillenden van hen zich
nog nimmer voor den pluimveeteelt hadden
geïnteresseerd, zij reeds na een enkele ver
gadering overtuigd waren van de groote be
langen, die aan een betere organisatie van
den eierafzet vast zaten; van hun stenn en
medewerking waren wy varzekerd.'
Inmiddels vergaderden wjj, de heer Beek
man voornoeunl, alsmede de heer J. Steen
hof, Bierhandelaar en eigenaar van een hoen
derpark te Oudorp en ik met verschillende
groepen van belanghebbenden; met de han
delaren, die geregeld op de markt te Alk
maar koopen, met de groote pluimveehouders
en zonder uit-ondering verklaarden allen, dat
een goede veiling in hun aller belang zou
zjjn. De groote eierhandelaars vooral waren
voorstanders, omdat zjj voornamelijk behoef
te hebben aan prima eieren, gesorteerd in
bepaalde gewichten; op de markt in Noord-
Holland wordt alleen ongeregeld en onge
sorteerd goed aangevoerd, terwjjl een vei
ling de gewenschte g«rteeringen maakt en
door alle eieren te schouwen voor de kwa
liteit kan instaan.
Nadat wy ons dus hadden overtuigd, dat
wy aan alle zjjden op medewerking konden
rekenen, is de organisatie der veiling ver
der uitgewerkt en op papier gezet.