AERK EN SCHOOL. r e B. ■>- e- dankend terug ■mannen van f824. BINNENLAND. Het 100-jarig bestaan van het Noord-Hollandsch Kanaal. LANDBOUW EN VEETEELT N. V. EIERVEILING - TE ALKMAAR. zeliet len e r schilderde den toestand het N. i I Als raehave* heeft Alkmaar aa 1884 slechts eerden 4000 aee. 24000 N. H. kaaaaL tan rel ijir aan den koning in reien hier voor het b® te Alkmaar ijverde. (Er rt den minfa- itlathtg in do van lerin- zoo van een *8, en do in en ük «o aa de slotsom waren kat de hel kont 11 ir. f g n ir d Vn enz., doch varen naar dqn sou lijn Toch ^een^onmiddellyk voordeel gehad Dit blijkt wel het best ait eea request vaa hypotheek en eln- landgoederen te ue couranten van die dagen waren en thousiast over dezen tocht en uitten woorden van bewondering over de tot staudkoming der nieuwe verbinding tusschen het IJ en de Noordzee. Ook" Alkmaar deelde in de feestvreugde. De „Bellona” was, zooals hierboven ver haald, 16 December Alkmaar gepasseerd, terwjjl do „Christina Bernardina” hier 18 Dec. 1824 voorbij voer. Alkmaar liet op 18 December het carillon van den Waagtoren weerklinken de muziek dienen; het was als volgt: „Dezer dagen zag ik te Bergen een oudo torenklok .met klepel te koop, in goeden staat, met opschrift: „Si Deus pro nobis, quis contra nos.” Zou deze van eenig nut voor de toekomstige St. Adelbertkapel kun nen zjjn?” Of dat wat voor St. Adelberb-kapel kon zjjn? Mijn antwoord bad ik al onmiddellijk klaar; het luidde kort en krachtig „en of”. Zoo toog ik dus er zonder toeven op uit, om mijn vriend te gaan spreken over dio oude torenklok met klepel en wat waren wij het aanstonds hartroerend ecus, dat die ons niet mocht ontgaan. En nog den eigen avond ging een schrjjven *ar het Bestuur der St. Adelbertsstiohting te Oosterhout en even spoedig kwam van daar het antwoord, dat wjj dio providenti- eelo gelegen he idskoop ons niet mochten la ten ontsnappen. Aan de, helaas, maar al to schrale kas werd niet gedacht, wel aan het vertrouwvolle „Dominus providetur”, „de Heer zal zorgen”; luidde het randschrift van den klok niet. „Als God met ons is, wie zal dan tegen ons zijn?” en is de Heer niet mot St. Aêlbrecht?” Zoo werd dan die oude torenklok gekocht, eu in mijne Egmouder Aantcekeningen, ver meldde ik dit feit onder den titel: „Hoe St. Aêkbrech^aan een klok kwam”. Maar veel meer dan wat hier vermeld wordt, viel niet te kronijken; alleen dat de klok, na gekucht to «ijn. werd afgehaald en nu op de Abdjj-hoeve „Het Klooster” te Eg- mond-Binnen op de koestal staat. in afwach ting van den blijden dag. waarop hij zyn ver heven werk zal kunnen begihnci». Dat de kas schraal was, werd ook niet verzuimd te boe ken, als bewijs- van ons vertrouwen op de Goddelijke Voorzienigheid, die reeds voor een klok zorgde, nog voordat’ er een kapel gebouwd was. Nu hangt het, onder anderen, van u af, welwillende lezer, hoe eenmaal het verder verhaal zal luiden van wat als de titel klinkt van een mooie, oude legende; „Hoe St. Aêl- breeht aar. een klok kwam”. En mjj dunkt, het kan niet uitblijven. Jat verhaal zal eens weder getuigen, hoe vurig Roomsch Holland verlangt alles te- berstel- d*; rftO' ip „Bellona”. December 1824, -_1 te Buik- H. kanaal is welvaart. De (waardoor de stedeljj- ntdoken) de behoeften ïéo te Texel voor de i I enoorden Alkmaar, weleer te Alkmaar gekoi ht. laat men nu uit de buitenlandsche -Als de meest geeigende vorm voor de vei ling werd de naamlooze vennootschap geko zen; zelfs voorstanders van een anderen vonn van organisatie hebben dat ten slotte erkend. De Naamlooze Vennootschap werd dus opgericht; de Raad van Commissarissen werd samengesteld uit do hceren D. de Boer Dzn. te Stompctoren, N. Dekker, te Obdam, H. Klaver te Alkmaar, W. van Slooten te Heerhugowaard en Jb. Zuurbier te Alkmaar, zeer zeker geen onbekenden voor dc land bouwbevolking. De Directie zal in handen komen van de hceren P. G. Beekman en J. Steenhof voor- noemd; als plaatsvervangend directeur is dc heer A. J. Mulder, directeur van do Ne- derlandeclie fjindbouwbank Alkmaar be noemd; als technisch Adviseur is aan de vennootschap verbonden schryver dezes, Hoofd Ass. Rijkspliiiinvcctccltconsulent. te Gravenbage. De vennootscliap is aangegaan voor cir ca 30 jaren; do koninklijke goedkeuring is aangevraagd. Het kapitaal is bejmald op 25000.ver deeld in 250 aandcelen op naam, ieder 100 groot; by de oprichting zijn 50 aandcelen ge plaatst en volgestort. De Raad van Cotumissasissen liestaatuft tenminste drie en ten hoogste negcnjigïlen; hij oefent uitsluitend toezicht uit X»p den gang van zaken. Do commissarisseiAwordcn uit en door ,de aandeelhouders gekoVn, en door dezen ontslagen. Nadat de reglementen door commissaris sen waren goedgekeurd, is door de Directio en den Technisehen adviseur eone vergade ring bijeen geroepen met nog een andere groep van belanghebbenden, n.i de eieropha- lors, en tot ons genoegen kunnen wij mede- deelen, dat hoewel eenige bezwaren werden geopperd, (bezwaren waarover nader over leg zal worden gepleegd) ook deze groep van personen zich bereid verklaard heeft met de veiling samen te werken en de door hen op te halen eieren aan de veiling te leveren? Wa re do beslissing dier personen anders geweest daA zou de Directie het verzamelen en opha len. waarvoor dc organisatie reeds geheel ge reed was, zelf ter hand hebben genomen. EGMOND. „HOE ST. AELBRECHT AAN EEN KLQK KWAM.” Het was kort na ons bezoek aan den St. Adelbertsakker te Egmond, daags na het Intern. Eucharistisch Congres, waarvan Ke«- nemer op „St. Theresia's dag” verslag deed, dat een der bezoekers mjj schreef: „Reeds twee malen herben wjj de St. Adel- berts-put bezocht met verschillende famili is, die er nog niets van afwisten”, welke mcJe- deeling gevolgd werd door een aansporing, om toch te zorgen, dat meer en meer bekend heid zou worden gegeven aan het kostbaar bezit, dat de Voorzienigheid ons in deze hei lige plaats heeft wedergeschonken. Moge het geen myn vriend mij verder schreef, daartoe „<w, *.va w. u«i„* uv.Fwii gL-iiviii< II. dienen: het was als volirt: Gelukkig zal dit niet noodig blijken en wan- I neer de ophaler» zich aan de gestelde voor waarden houden, za 1de veiling daartoe ook niet overgaan eu niemand wordt dan in zijn bestaan bedreigd. Verblijdend was ook de mededeeïing, dat de eieren uit bepaalde streken, die voorbeen in Amsterdam werden geveild, ook ter vei ling te Alkmaar zullen worden sangevoerd. Het aantal eieren dat hier werd toegezegd zal ver de 2.000.000 stuks overschrijden. Het ligt in de bedoeling de eerste veiling op Zaterdag 10 Januari 1925 te doen plaats vinden en verder geregeld iederen Zaterdag tenzij tengevölge van feestdagen een andere dag zal moeten worden vastgesteld. Inmid dels hebben de heeren Beekman, als admini- stratief-directeur en J Steenhof als vak man directeur technisch nog heel wat te doen voor het zoo ver is; aan my is opgedragen de pluimveehouders zelve in te lichten. Gaarne had ik dit gedaan door middel van lezingen; waar ik eehter nog drie andere provincies voor myn rekening heb, is mij dat helaas onmogeljjk en zal ik dit propaganda middel alleen in bijzondere gevallen kunnen toepassen. Een ander middel om de pluimveehouders te bereiken is het geschreven woord; deze method» hoeft het voordeel, dat men daar mede meer belangnebbr„d«n bereikt en dat zjj vlugger werkt. Na bovenstaande beschouwingen wil ik thansnog een en ander mededeelen aan gaande de organisatie en werking der Vei ling zelf. Zooals ik reeds zeide, zullen de gewone eierophalers de eieren bij hun klan ten blijven ophalen, alleen zullen zij de eieren, zoodra zjj voor de veiling gaan wer ken, by-het in ontvangstnemen moeten we gen met behulp van een -klein model bascu le, die zy op hun wagen of auto rnedene- men. Nadat dc eieren gewogen zjjn, tot op “en half ons nauwkeurig, (deelen van een half ons worden verwaarloosd) worden ze in zoogenaamde cartonkisten, dat zjjn kisten ieder voor 500 eieren, waarbjj elk ei in een carton vakje gaat, gepakt. Op het eerste en laatste ei, dat gepakt wordt, wordt het num mer geplaatst van den leverancier-pluimvee- niet verder dan Purmerend. Den 14en voer de „Bellona” voorbjj Ilpen- dam, schutte om 12 uur ’s middags door de Purmerender kanaalsluis in N.-Hollands bozem eu zette de reis door de Beemsterring- sloot, langs Spijkerboor, tot des avonds 5 uur, onafgebroken voort tot Westgraftdijk, waar, wagens mist, vastgemaakt moest wor den. In den avond van den 15en December, kwam do „Bellona” in hetJZeglis te Alkmaar aan. Deu 16eu Decemlier ging de reis van de „Bellona” door de Voormrer, om de stad, door de Koe< lijker vaart en de Zype tot aan de schutsluis bij het Koegras. Het 3-mast fregat „Christina Bernardina” kapt. H. H. Zylstra, van Batavia naar Am sterdam voor de eerste maal de reis door het kanaal makend, voer de „Bellona” tus schen do Schager- en St. Maartensvlotbrug in de Zjjpc voorbij, salueerde het oorlogsfre- gat met 9 kanonschoten, on lor de tonen der muziek en luid hoera-geroep. Op 17 December tussehen 9 en 10 uur ste vende de „Bellona” door <le Zijner kanaal sluis eu kwam ’s avonds 5 uur "te Willems oord in de koopvaardersbinnenhaveu. De reis van do „Bellona” lute vier volle dagen geduurd. Het waren echter korte, nc- velachlige dagen, terwijl het fregat zonder mast of zeil voer. Het werd getrokken door een groot aantal jaagpaarden, die, zwoegend over do modderige kleiwegen, oude dijken en nog niet voltooide jaagwegeu, door do schuit jagers begeleid werden. De couranten van die dagen Zjj hadden vertrouwen in Alkmaar’s toe komst. f De burgemeèster, die van Alkmaar in die jaren (Raadszitting 15 Juli 1819) getuigde dat deze plaats nog een» „tot de hoogte van een aanzienlijke negotiestad zou kunnen worden verheven” heeft zich niet vergist. In 1850 rivierschepen weinig beteekenis gehad. Het eerst directe voordeel, hetwelk Alkmaar van den nieuwen zeeweg, het N. H. kanaal, heeft gehad, bleek pas 4 Mei 1825. Toen kwam het eerste schip lading klipzout, van Liverpool voor de fa. Anna Stuurman en Comp. hier ter stede aan. In do 18e eeuw onderhielden 35 beurtsche pen den dienst tusschen Amsterdam en Alk maar, welk aantal in het begin der 19e eeuw tot op 9 verminderd was. Van de doq;en voerden in de 18e eeuw nog geen schuiten op Amsterdam, maar hie ven liggen üi de buitengracht, benoorden de stad, waar zjj do goederen van onzo beurt- schepen overnamen. Ook in de dagen, toen tot aanleg van het No d Hollandsch ka*:.".c.l werd ov g gaan was hier veel vertier door overlading van goederen enz. Maar toen in 1825 de eerste s toorn barges op het N. H. kanaal verschenen, do concurrentie tusschen de trekschuiten on derling toenam, gingen verschillende ondo goed rendeerende veeren op Alkmaar, o.a. het veer, door het Zjjperschuitje onderhou den, teniet. Het N. II.' kanaal heeft als binnenvaart zny lieteekenis behouden en ^kmaar zou stellig niet in zulk een ruime mate geprofi teerd hebben van de ontwikkeling der om beving, indien het N. H. kanaal niet door de stal was gelegd. Al in. 1823—*24 hier geweldig. In 1824 werd een recordcijfer in de kaas productie bereik». In 1823 bedroeg de hoeveelheid gemaak te kaas in Noord-Holland 9.114.806 Nederl. ponden, in 1824: 11.564.770 Nederl. ponden, waarvan alleen te Alkmaar te waag werden gebracht ongeveer 4 millioen. Wat zou do toekomst van Alkmaar zjjn geweest, indien het N. H. kanaal deze stad i ontgaan? heeft Alkmaar aanvankelijk na 1824 van het STATEN-GFNFRAAL. TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag. Vervolg. De heer VAN RAVESTEYN herinnert er aan, dat de vlootplannen van de regeering schipbreuk hebben geleden tengevolge van de agitatie onder het Nederlandische volk. Toch heeft de regeering van haar plannen geen afstand gedaan. Hierna komt spr. tot de gebeurtenissen, die zich hebben voorgedaan onder het marine personeel in den Helder. Spr. juicht hetgeen daar is geschied, toe, omdat daaruit blijkt, dat het marinepersoneel zich niet langer alles maar uueu. Tegemn ci ue houding van den-minister als de sterke man moet het personeel zich verweren als een sterke macht. Daarom juicht apr. de gepleegde .laden too Mevr. BRONSVELD—VITRINGA gewaagt van de immoreele toestanden onder het ma rinepersoneel. Spr. overdrijft niet, wanneer zjj zegt, dat het Nederlandsche volk jaar lijks meer dan 200.000 gulden moet opbren gen voor de bestrijding vau de onzedelijk heid bjj de marine. Spr. hoopt, dat de minis ter deze-kwestie ernstig zal overwegen. Ten slotte vraagt spr. uitvoering van de motio-Bomans^ inzake afdoening van het wetsontwerp tot instelling van één departe ment van defensie. De heer OUD merkt op, dat men thans, niettegenstaande de verwrping van de Vloot wet, tracht reeds zooveel mogeljjk materiaal voor de nieuwe vlootwet in de wacht te •leepen. Voorts bespreekt hjj de bevordering de onderofficieren bjj de marine en h< nert hjj aan hetgeen hjj het vorig jaar ter sprake heeft gebracht. Ook beklaagt spr. zich over het optreden van den minister bjj zjjn verbod tot deelne- ming aan volkomen geoorloofde demonstra ties en over zijn houding tegenover de be sturen der organisaties. Dc heer VAN DER VOORT VAN ZfJP fa van meening, dat er wel degelijk op de ma rine is bezuinigd. De heer SCHAPER is van meening, dat wjj met den bouw van kruisers de moderne techniek niet kunnen bfjhouden. Toch wil men een up to date vloot hebben. Maar vol gens spr. kunnen wjj al dien duren rommel niet betalen. Het verbod tot bijwoning van vergaderin gen en demonstraties noemt spr. zeer klein. In tegenstelling met de bewering van den beer van der Bilt merkt spr. op, dat de ver schijnselen van sabotage wel degelijk door Het Volk zjjn afgek eurd. Ook spr. keurt do sabotage af. De heer VAN SCHAIK vn ter naar aanleiding van een vergadering van de vereoniging ter bevorde ring van do krijgswetenschap, of hot jufat fa dat thans en ook in de toekomst voor de Nederlandsche marine geen oorlogstaak meer is weggelegd. Als dit juist fa zou spr. erop willen aandringen onze marine maar spdbdig mogelijk by het departement oorlog onder te brengen, wat tevens aanmerkelijke bezuiniging zou opleveren. Ook in den vorm zooals de Vlootwet thans weer fa ingediend beteekent ze niet andere dan dat ook hierbij weer voor een jaar of acht aanbesteed wordt het marinebeleid en daarvan is spr. gen voorstander. De vergadering wordt geschorst tot Vrjjdag- riouder, aat voor hem door ae Directie der veilingen wordt vastgesteld. Op deza wjjze wordt dus het geleverde aantal eieren en het gewicht direct bij de levering vastge steld. Aantal en gewicht worden telkens door de eierophalers in een register geboekt, alsme de in de eierboekjes, waarvan een exemplaar voorzien van het algemeen registemummer, aan iederen eierleverancier vanwege de Di rectie der veiling wordt verstrekt. Wellicht zal men zeggen: wat oen moeite om al die eieren te wegen, enz. Laat ik daar op antwoorden, dat in heel Denemarken de eieren op die wjjze opgehaald worden en toch zjjn er in Denemarken dubbel zooveel kippen (2Ü.OOO.OOOJ als in ons land, de be zwaren van sommige eierophalers waren daardoor dan ook totaal ontzenuwd. Iedere eierophaler is verplicht elke week de eieren op te halen en die elke week aan de veiling af te leveren. Dit moet echter ge beuren vóór Donderdagavond 6 uur, opdat de eieren aan de veiling geschouwd en ge sorteerd kunnen worden. Wordt vervolgd. Alkmaar’s stadsbest November 1826, to hond der rechtbank - uvi, cvisLu evuip bestonden planneiyom do rechtbank te Alk ,de Vriendschap kapt. R. R. Sap, met een maar op te heffel) Het stadsbestul aldus: 1 „Het maken va noodlottig- geweest voor de sluikhandel neemt ke accynsen werden oo van de schepen op de bewoners van plaatsen JACHTWET. s De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw; Gelet op artikel öO der Jachtwet 1923; heeft goedgevonden; tot de sluiting van do jacht op wiMe gan sen aan alle houders van jachtacten te ver- runnen op den door hen gebruikten grond of op grond in gebruik by anderen, van wie zjj daartoe toestemming hebben verkregen, wilde ganzen te vangen door middel van vang- of Uekuctteit, waarvan de vluegels een lengte hebben van meer dan tien meter .gemeten van styggaren tot stjjggaren, zoo als het fa bevestigd aan do bovenlyn en een breedte hebben van meer dan drie centi meter. len wat eens voor ons verloren ging, zdcef niet het minst den alouden St Adelbertak- ker. waaraan het zoo veel dankt en welkètf de Voorzienigheid ons wederschonk. Immers, Holland het Missieland by uitne mendheid, kart zjjn eigen Üroot-Missionari» niet vergeten, het zal Hem willen e^ron op den grond door Hem geheiligd, overtuigd daf het herstel van St. Aêloreohta erfgoed zjjn zegen zal afsmeeken over ons buiten- en bin uenland's Missiewerk, over al onze Roomscti- Hollandsche daden. Neen, Room»ch Holland kan en zal niet vergeten, dat ^t. Adelbert het to Egmond de onschatbare gave des Geloof» schonk, evenmin dst zjjn glorie volle geschie denis te Egmond aanvangt Eeuw aan eeuw bewaarde daar de heilige grond, de grondslagen van dat oude kerkge bouw, zoo nauw aan die geschiedenis ver want; God’s nEgelen hebben ze tegen ver nictiging beschut: wjj nebben ze wederge- vonden en straks zullen ze in hardsteen uit gelegd, de oude akker doen verhalen van het glorievol verleden dat was. toen St. Adel bert Holland voor tJiristus won. Maar, laten wy dan ook zorgen, dat op dio gezegende plek, ook weder een kapelletje’ komt, waar de II. Offerande zal worden op gedragen en ons spreken zal van de heer lijke en bljjde toekomst, welke wy ook vaa deze gezegende plaats, opnieuw mogen ver wachten. Geen dag toch gaat voorbij waarop wy niets vernemen van dat zielroerend heim wee van zoovele dwalenden en zoekers naar den Heiland, Die verlossing zal brengen, Die licht zal geven aan het zoekend hart, dat geen voldoening vond in tal geluk belovende stelsels, xlie hun niets als teleurstellingen brachten. Er is een Adventestemming over de we reld gekomen, ook over ons land, waarin duidelijk waarneembaar de oudg^smeekbede klinkt: „Dauwt Hemelen van Boven en gij, wolken regent den Rechtvaardige.” Waar beter zullen wy die smeekbede én voor ons zelve èn voor anderen kunnen uiten, dan op -de heilige plaats, welke wy met recht het Bethlehem van Holland kun nen noemen, omdat daar eens voor ons land, over Egmond’s velden de blijde boodschap der Jsngelen klonk: „Zie ik boodschap U groote vreugde, dio voor het gcheele volk zal zyn”. Op St. Aêlbrec.htsdag van liet jaar 1923 schreven wy, herdenkend het vele goede, dat God ons in het „Herlevend Kennemerlant?” heeft geschonken: „De Klokken luiden ih Kennemerland” en wy eindigden aldus: Zo< moge, en met eenigen goeden wil kan he spoedig zyn, op een anderen St. Adelberts- dag de kapel worden ingewyd, waarvan het klokje onze vreugde, onze Roomsche blijd schap zal uitjubelen in het koor der Kenae- mer klokken.” Dio bede moet werkelijkheid worden. Als wy 1925 schrijven, in het groote Jubel jaar, gaat, hopen wy, schrale kas of niet, de spade in den grond en wordt „St. Aftl- brecht” beboseht, om een waardige omlys ting te schenken aan de in hardsteen tot ons sprekende lynen van de oude grondsla gen <ier oude „Kerck van Egmond” en van de St. Adclbertsput, die eeuw aan eeuw ge tuigd heeft en getuigen zal, hoe God Zyn dienaar Adelbert, den Apostel van Holland daar verheerlijkt heeft, In dat Jubeljaar bouwen wy, vertrouwen we, tenminste een voorloopige kapel ter eero van den H. Adelbert en zal St. Adelberte- klok allen roepen naar do Heilige plaats, on. weder de blijde boqdschap te vernemen, wel ke St. Adelbert eens aan allen heeft gebracht eu aan allen opnieuw wil brengen. Daarvoor worde nogmaals veler medewer king gevraagd van ieder uwer, welwillende lezer in bet bijzonder en zoo zal het dus vaa ieder uwer afhangen, hoe schoon het slot sa! zijn van het stichtend verhaal dat eens ge schreven 'moge worden: „HOE St. AELBRECHT AAN EEN KLOK KWAM”. Alkmaar. Op den 2en Zondag van den Ad» vent, Feestdag van St. Ambrosius, 1924. G. TH. M. VAN DEN BOSCH. Mijn giro-nunnner is 79881. Allen, die dit Missiewerk als ijveraar of ijveraarster willen bevorderen, vragen my om inlichtingen. der schutterij stond langs den wal om uiting to geveu aan de feestvreugde der Alkmaar; ders, allerwegen werd gevlagd. De gouverneur der provincie Noord-Hol land sprak in de zitting van de staten van Noord-Holland op 5 Juli 1825 met veel vreugde over deu nieuwen waterweg. „Het groot N. H. kanaal”, zeide hij, „beantwoordt geheel aan het verheven doel, tot hetwelk do koning het beeft daargesteld.” „Ongeveer 200 zeeschepen hebben dat kanaal tot 1 Juli (1825) bevaren, en dat getal zoude nog zeer veel vermeerderd zyii ge weest, indien de aftapping van het vloedwa- ter door alle zeesluizen niet ware beproefd geweest en even daardoor do vaart voor zeer diepgaande schepen niet had moeten gestopt worden.” De gouverneur had in 1823 in 't vooruit zicht gesteld, dat het kanaal in Juli 1825 of ficieel geopend zou worden, maar het waa nu al in gebruik genomen wegens „het wel gelukken der genomen proeven en het alge meen verlangen do reeders, bevrachters en schippers, om reeds in dezen min volkomen staat dat kanaal, boven do wisselvalligheden der Zuiderzee en de moeilijkheden van het Pampus, te bevaren”y De stoomkracht vond al in 1815 bier te lande toepas-ing bij do scheepvaart, ntiar door het in de vaart brengen van stoomzee- booten waren alle zeilschepen zoo maar in eens niet door zeeutoomers vervangen. Nog velo jaren bleven de zeilschepen het grootste aantal innemen in de rij der inko mend» en uitgaande schepen. In de jaren liggende tusschen1824 en 1876 (opening van het Noordzeekanaal, de verbinding tusschen bet IJ en Umuiden, heeft het Noord-Hollandsch kanaal aan do zeilvaart onschatbare diensten bewezen. De aeeotoomers hebben niet veel gebruik gemaakt van het N. H. kanaal daarentegen nebben de stoombooten in de binnenvaart *n radicale omwenteling teweeg gebracht in ’t verkeer te .water. bloeide de kaashandel Amsterdam aaavor-ren: ren (jagers ioopen/ tot sc iade der winkeliers het platteland af, nemei digen met eigenaars de vor len. De sciiippcrs van ben< orden de stad moes ten voorheen door do s sd varen en betaal den hier mee in het or lerhoud van water wegen. bruggen, kaaimu nu over het kanaal. Reizigers van en naar <i\n Helder over nachten niet meer in Alkmaar. De beurtschepen op Amsterdam betaalden nog f 1200 recognitie, do veerschuit op de Zype 300 per jaar. Thans niets meer en de barge vaart „tot ongelooflijk meer gerief van het algemeen” dagelijks, zonder Alkmaar aan te doen.” Zoo hiidden de jammerklachten in 1826. En nu, in 1924, zyn wjj, Alkmaarders, trots op het mooie N. H. kanaal en zien we op het grootschc werk der door N. J. M. DRESCH. V. De opening van het Noord- Hollandsch kanaal in 1824. By K. B. van 15 Jan. 1824 was een com missie benoemd, teneinde'te overwegen en voor te dragen wat ter opning en bevaring van het Groot N. H. kanaal (ook wel Groot Amsterdamse!) kanaal genoemd) met het jaar 1825 zou behooren gedaan te worden. De commissie zeide in een schrijven, d.d. Amsterdam 17 Juli 1824, dat zij een inspec tiereis langs het kanaal had gemaakt en er toen nog 300.000 gld. noodig waren om het kanaal geheel af te werken. In dit schrjjven gaf de commissie verschil lende wenken en deed allerlei voorstellen. Een dier voorstellen hield in: aan de firma Lioderqaooy Co. concessie to verloenen, om met twee stoombooten een dienst voor Ijassa^iers en goederen tussdien Aipsterdam en Nieuwe Diep te onderhouden. Alli-s moest er op worden gezet, aldus do eonimisric, om het kanaal met Juli 1825 de finitief voor het verkeer open te stellen. Reeds in December 1824 was het kanaal over zijn geheele lengte van Buiksloot tot Nieuwe Diep bevaarbaar. Hot geheele werk had natuurlijk nooit in zoo n kort tijdsbestek gereed kunnen zjjn, indien toen niet van bestaande wateren ringslooten, vaarten, stadsgrachten enz. gebruik bad kunnen maken. Het «erste schip, hetwelk door het kanaal voer, van Buiksloot naar Nieuwe Diep, was de romp van het oorlogsschip „Bellona”. De „Bellona” werd op 13 Decem des middags, door de Willemsaluia sloot uit het IJ goschut. Dien dag kwam men Kippen houders! Er zjjn in Noord-Holland een massa men- schen die, nu ja wel kippen houden, of omdat het nu eenmaal bij hun bedrijf hoort, of omdat zij wel weten, dat moeder de vrouw met het wekelykscho eiergeld een aardig deel van do huishoudelijke uitgaven br-strjjdt, maar die toch uiteraard weinig weten van den pluimveeteelt en alles, wat daaraan vast zit.- Velen van hen zullen allicht gedacht heb ben toen ze het bericht omtrent de oprichting dezer nieuwo eierveiling lazen: waarom toch al die eierveilingen tegenwoordig? Deugt cr nu opeens aan onzo eierophalers en onze eiermarkten niets meer en moeten nu. omdat, een stuk of wat personen uit de stad dat in hun kop hebben gezet, ineens alle eieren aan veilingen geleverd worden? Wat moeten dan do mensehen beginnen, <lie al die jaren de eieren hij ons .opgebaald hebben? Zij die in Noord-Holland van den pluimvee teelt meer of min een bestaan maken, en dat zyn er velen, zullen op die vragen wel ecu antwoord kunnen geven. Zjj toch weten heel goed, wat er zooal-aan’die eitjes, den eier- afzet en do eierprjjzen -in Noord-Holland ha pert, al loopen ze er gewoonljjk niet mee te koop, omdat ze toch geen kans zien om aan de bestaande toestanden, iets te veranderen en hoogstens ii-der voor zich trachten, iet of wat hooger prijzen voor hun eigen eieren te bedingen Do nieuwe veiling nu is te danken aan het initiatief van een zakenman uit Alkmaar, den beer P. G. Beekman, een der Directeuren vau de Nederlandsche Landbouw bank aldaar. Door toevallige omstandigheden kreeg hy een overzicht van en een inzicht in de zaken der gzooto eiermjjn te Roermond, de grootste eierveiling van ons land (ruim 60.000.000 eieren in 1924) en op welke wjjze die instel ling deu pluimveeteelt in Limburg en Noor«j- Brabant bevordert en tot bloei bracht, ten bato van Jtleine landbouwers en aj)Jere pluimveehouders. J’oen hij dat had nagegaan, dacht hij: waarom bestaat in Noord-Holland niet zoo'n instelling, waarom kan ook daar de pluimveeteelt niet worden verbeterd en uitgebreid? Dat denkbeeld liet hem niet meer los. lïy informeerde rcctd» cn links en stuitte daar bij spoedig op mij, die als rjjksambtenaar is aangewezen voor de bevordering vA den pluimveeteelt in Noord-Holland. Wjj kwa men bjjeen, lang en breed hebben we ge praat over wat er goed was in Noord-Hol land en over wat verbetering behoefde, ovor de kwalen en nooden, en nadat wjj tot de gekomen, dat wjj nu samen de iden aanbinden, werden eenige vooraanstaande mannen uitgenoodigd, om met ons een commissie te vormen om de voorgenomen zaak verder te bespreken en uit te werken. Met vreugde mochten wy bemerken, dat niettegenstaande verschillenden van hen zich nog nimmer voor den pluimveeteelt hadden geïnteresseerd, zij reeds na een enkele ver gadering overtuigd waren van de groote be langen, die aan een betere organisatie van den eierafzet vast zaten; van hun stenn en medewerking waren wy varzekerd.' Inmiddels vergaderden wjj, de heer Beek man voornoeunl, alsmede de heer J. Steen hof, Bierhandelaar en eigenaar van een hoen derpark te Oudorp en ik met verschillende groepen van belanghebbenden; met de han delaren, die geregeld op de markt te Alk maar koopen, met de groote pluimveehouders en zonder uit-ondering verklaarden allen, dat een goede veiling in hun aller belang zou zjjn. De groote eierhandelaars vooral waren voorstanders, omdat zjj voornamelijk behoef te hebben aan prima eieren, gesorteerd in bepaalde gewichten; op de markt in Noord- Holland wordt alleen ongeregeld en onge sorteerd goed aangevoerd, terwjjl een vei ling de gewenschte g«rteeringen maakt en door alle eieren te schouwen voor de kwa liteit kan instaan. Nadat wy ons dus hadden overtuigd, dat wy aan alle zjjden op medewerking konden rekenen, is de organisatie der veiling ver der uitgewerkt en op papier gezet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1924 | | pagina 7