IM-MgM Dagblad. I Tweede Blad. Pelgrimstocht te voet van Amsterdam naar Rome. r. jan a r- 19* JAARGANG. WOENSDAG 17 JUNI 1425. LANDBOUW EN VEETEELT PLANTENZIEKTENLEER. BURGERBRUG. ZWAAG KERK EN SCHOOL. 4 PROVINCIAAL NIEUWS. EGMOND AAN ZEE. EGMOND-BINNEN. NOORD-SCHARWOUDE. OUDKARSPEL. I /iruie vyStt aard i 1. 1» derir; ccmit< en aan- t de wet T een re ien wjj de eenige ver tegen over God en *t Jen, die van ’n sta- 1 I die niet engelen op "een der xjj-altaren van den Dom te Mi laan, die sierlijk Beschadiging van bietenplanten. De aandacht van belanghebbenden wordt •r hierbij «P gevestigd, dat op dit oograbiik op venehillende plaatsen de bietenplanten door insecten worden aangetast en wel: le. het blad wordt aangevreten (soms teer sterk) door zwarte tot 15 m.M. lange larven van een aaskever en door lichtgroen gekleur- gedresseerden ootmoed. Vlak bjj me staat 'n jongen gretig te hap pen in een dikke boterham, die de keuken- zuster hem stiekum toestopte, omdat ie zoo'n honger had en 't etensuur nog zoo vér is. Onpaedagogisch misschien welmaar deed moeder niet precies hetzelfde? En ik vind de mjjne er lief om. Wat later komt de prfester-vader wat bjj ons zitten en praat over z'n jongens. Wij vragen naar de resul taten; en ’t antwoord luidt: zeer goed; ver schillende jongens werden broeder, enkelen priester, bijna allen goéde oppassendo hand- werklui. Blij dit alles te hebben meegemaakt, ver laten wij *n uurtje later het gesticht en z»t-, ten onzen tocht voort,naar Milaan, d< Po- vlakte betredend, die ons brengen zal tot Bologna. Het is een heete windstille dag. Als een gespannen boog koepelt zich de wolkcn- looze lucht boven 't vlakke land. De be-tele- foonpaalde weg ligt te branden in de zon. Wy hebben het dubbel warm, vooral daar wjj nog geen week geleden in hetzelfde cos- tuum, dat onze pels en ons zomerpak is, in vrieskou door de sneeuw ploeterden En zoo ik mjju dagboekbladen met mottos versierd had, ik zou de reis door de Povlakte zeker ingeleid hebben met ’t bekende opschrift uit de „Camera”: „Hoe warm het was en hoe ver.” Doch wat doet dit er toe? Hebben wij niet verlangd pelgrims te zjjn, en behoort het niet tot onze roeping de hitte te dragen en de dorst en de vermoeienis?. Dien dag kunnen wjj Milaan niet meer be reiken, slapen daarom in een tusschenliggend dopje en kwlmen de volgende morgen om 12 uur te Milaan. Natuurlijk moet ik even praten over den beroemden Dom. Daar -taat n(j: teer en slank op ’t ruime, van groote r(jke huizen omgeven plein, in ’t midden ’t kloek gedenkteeken van den Lombardischen oorlog met het stoere ruiterstandbeeld. Niet overweldigend is zij, gelijk de Keulsche Dom^ edel en gracieus, van 'n fijne soepele teerheid, de gebeeldhouwde droom der Itali aanse}» ziel in 't hooge moment der schep pende zelfbevrijding. Haar steenwerk is als Brusselsche kant. Het drijfwerk der zware hoofddour verschillende tafercelen uit 't leveu; van Jezua ®n Maria voorsteller-.d is van een verbazende intelligente knapheid. Dan treden wij binnen. De overgang tus schen het laaiende daglicht en het halfduis ter, dat ons plotseling omgeeft, is zoo groot, dat wij het eerste moment bijna niets zien. Dan ontplobit zich de ruimte voor onze blik ken, en zien wjj terzjj van ons de zware zui len rijzen als beuken in een boach bjj maan licht. Van den koepel uit deint het warin- goud-licht naar binnen en vloeit zacht uit over 't kostbare plaveisel. Wijder golft de ruimte open, echter de zuilen zjjn weer zuilen, die ’t kanten gewelf schragen. Er is ’t ge speel van zonlicht door gekleurde ruiten. Vèr in mystieke schemer staat ’t plechtig hoog altaar. Zoo hier en daar is ’t goudgevlam van bliie kaarsen: 'n aureool van innig licht wer pend rond ’n oud Maria-bteld, waarbij umn- schen stil geknield te bidden liggen. Wy treden rond het hoogaltaar en staan ineens in een lied van kleuren. De drie enorme ra men, welke den achtergrond vormen, staan in brand van licht. Alle tinten, diep-rood en paars en juichend-wit, hemelsblauw en smel tend violet tintelen van zou, hot is oen hymne van bloeiende kleuren. Een bruin- gepjjde monnik loopt zjjn brevier te bidden, van *t duister treedt hij in 't licht, dat aa i z'n sobere pij 'n feestgloed geeft, en weer in ’t 'donker. Hier voelen wij ons weder thuis. Van Bazel tot hier, zagen wjj zooveel leeljjks, zoovjel geestloozen opsmuk in de tjdlooze namaak- Renaissance kerkjes, dat wjj deze schoons ml als lang verwachte lentelucht inademen. Weder buiten, staan wjj in 't groote-stads- gewoel. Een onafgebroken rij van auto's snort ons toeterend voorbjj. Vrachtwagens ratelen, trams rinkelen, iedereen heeft naast. Bjj de kruispunten is 't telkens een opeen- Irooping van voertuigen "n voetgangers, die om beurten de straat mogen oversteken en de vijf verkeersagenten handen vol werk geven, 't Vervelendste is, dat je hier, in te genstelling met de omliggende plaatsen links moet houden, wat in den beginne zeer vreemd is, en je ’n aller onveiligst gevoel geeft. Des alniettemin, wjj leven nog. Zoo dwaalden wjj dan 'n paaru ur door de mooie weelde rige stad en bezochten ’t beroemde kasteel te midden van ’t park gelegen. Wjj drooinen de muren vol geharnaste krijgers, ridders op trappelende paarden over de valbrug, Je slotvrouwe, die in de torenkamer te wachten zit. Doch er is niets meer dan de burcht. 'Zij, die hem bouwden en zij die er woonden, zij zjjn voorbijgetrokken in het liefdé der ge slachten. Ondertusschen trachten wjj ’n nachtver blijf te vinden en klopjren hier en klop pen. ginder aan, maar zonder resultaat. Dan geeft iemand ons nog een adres op: toeval lig juist aan het andere einde der straat. Wjj er op af. Als wij eindelijk doodmoe het dros bereiken, blijkt het een emigranten-geoouw te zjjn. In ’t groote grauwe vertrek zi t’n «l- lendig stelletje menschen bjj lekaar: manner., vrouwen en kinderen, n schreeuwerig- praten roezemoest door onze ooren. In een hoek zit ’n vjjftal van wjjn verhitte Italianen, magere bonkige kerels mot lompen van klce- ren. te ruzieën, ’n heele rjj menschen zit aan een iangc houten tafel schrokkerig te eten, de afgeleefde moeder glimlacht 'n jong ijjdzaam vrouwtje, brood-mager met n van moeheid opgewonden gezicht, zit met ’n sla pend kind en ’n groot pak kloeten op haar knieën en sjort ze met haar armen telkens wat omhoog. licht by elkaar zitten ’u paar kleine schooiertjes aan een glas wijn en schurken van pï?izier. Twee halfdronken vrouwen, die binnengeslopen zjjn, loopen lokkend kings sde sombere kerels. Daar midden tusschen zien wij verdwaalde heeren, menschen, die aan lager wal zjjn geraakt en vrouwen met de tot 3/4 c.M. groote larven van een schild- padtorretje. d Van deze laatste soort vreet ook de vuil- groene kever aan de bietenbladeren. 2e. in het blad (tusschen de boven- en on derzijde) vreten de larven (maden) van de bietenvlieg het bladmoes weg, waardoor bruin wordende plekken ontstaan. Tegen de onder 1 genoemde vretende lar ven en insecten kan een bespuiting met Pa- rjjschgroen (100 gram per 100 Liter water, onder bijvoeging van 1 K.G. kalk) met zeer veel succes worden toegepast. Daar de lar ven zeer vraatzuchtig zjjn is bespuiting, on- middelljjk nadat men de vreterjj heeft waar genomen gewenscht. Tegen de larven van de bietenvlieg kun nen geen bestrijdingsmaatregelen worden ge nomen. Indien men zelf niet met zekerheid kan uitmaken, welke de oorzaak is van de vre terjj, die men waarneemt, gelieve men eeni- ge aangetaste planten met de beschadigers op te zenden aan ondergeteekende waarna advies omtrent de bestrijding kan worden gegeven. Zeer gaarne zou ondergeteekende tevens vernemen, of op de plaatsen, waar nu de zwarte aaskeverlarven op de bietenplanten waargenomen worden, den vorigen winter veel veldmuizen zjjn voorgekomen. De Inspecteur, Hoofd van den Plantenziektenkundigen dienst, N. VAN POETEREN. BLOEMBOLLEN. De uitvoer onzer bloembollen over de maand April bedroeg 308.936 K.G. voor eene waarde van 324.260. Over het tjjdvak Januari-April waren da- zë cjjfers 1.573.956 K.G. voor 1.668.816 tegen 1.108.214 K.G. voor 1.120.201 over eenkomstig geljjk tijdvak 1924. BURGERBRUG. „Hulp ia Nood”. Zaterdag» avond hield de vereeniging „Hulp in Nood” haar jaarlyksche vergadering in het lokaal van den heer Bethlem. De voorzitter opent de vergadering spreekt een woord van welkom tot de wezigen. De secretaris leest de notulen. Door verhindering van den penningmees ter leest de secretaris het verslag der kas, die op 1 Juni 1925 bedroeg 488.51, de reservekas bedroeg 85.48. Daar de kas order de 500.is, wordt volgens het re glement de uitkeeriug teruggebracht op 6 per week. Volgens rooster treden af de bestuursleden R. Struif, H. Del ver, A. Mors en W. Water tor; voorts een vacature A. Jon^ebioed. De heer Watertor wenschte niet meer in aanmer king te komen, daar zijn werkzaamheden elders zjjn. Bjj stemming worden de heeren R. Struif, H. Delver en A. Mors herkozen en gekozen tie heeren T. J ongebloed en J. Kou wen borg, die hun benoeming aannemen. Voor een betere opkomst der leden ter ver gadering wordt besloten de boete op 50 et. te stellen en een verloting te houden onder de leden, die aanwezig zjjn, zoodat er één is, die een vrijstelling van contributie gedu rende .een half jaar kan genieten. Hierna volgt benoeming van een bode. Mot meerderheid van stemmen wordt gekozen de heer P. de Hartog. Voor het nazien der boeken werden ge kozen de heeren A. Mink en Jb. Pool. Door den voorzitter werd een verslag ait- gebracht samengesteld door het dageljjksch bestuur, over het geheele bestaan de veree niging, in verband met het feit, dat de ver eeniging op financieel gebied niet vooruit gaat. Daar de vereeniging vele ziektegeval len boekt, die per jaar 13 volle weken uitkee- ring «-enieteu, wordt met algemeene stemmen besloten voortaan over niet meer dan 10 we ken uit te keeren. Hierna rondvraag en sluiting. Te water. Zaterdagmiddag geraakte het paard en wagen van bakker Bloothojft van St. Maartensbrug nabij de boerenplaats van den heer Kraakman in de groote sloot Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. ZWAAG. Kruisbessen. Op de gehouden blokveiling- van groene kruis bessen was de totale aanvoer 11.800 K.G.. waarvan 5000 K.G. werd af- gvmijnd <o f 14.10 en 6800 K.G. op f 13.20 per 100 K.G. Aangezien de teelt goed is. verwacht men deze week 16 a 18.000 K.G. VI. Van Como naar Bologna. Myn laatste brief eindigde ik bjj het over- tchrijden van de Italiaansche grens. Nu wil ik »*ns wrteHen, hoe wjj te Como het op voedingsgesticht binnengerolj zjjn en hoe het er was. De reden van ons bezoek was heel eenvou dig: wjj hadden honger, kwamen voorby een groot gesticht en klopten aan. ’n Klein ge bocheld zwervertje deed open en bracht ons naar den priester-direeteur, ’n prachtigen en robusten kerel, met ’n gullen lach en 'n hart van goud. Op de binnenplaats vonden wjj 'n heelen troep jongens bjj elkaar van allerlei slag, kinderen wier ouders gestorven zjjn, of welke aan de ouderlijke macht werden ontrukt, van de straat opgenomen zwerver tjes, heele en halve weezen, jonge invalieden die op krukken rond huppelen, 't zwermde aHles door elkaar als ’n groep gonzende bijen. In den eenen hoek ligt ’n stelletje op de knieën te knikkeren. Wat verder voetballen ze hun schoenen kapot, ten mirtste die nog schoenen hebben, want de meesten lo >pen blootvoets, maar wat zou dat? In een ander hoekje knökken er 'n paar 'n oude veete. uit, zjjn ze toch zeker jongens voor? geen sterveling die ’t hun kwaljjk nemen zal, zelfs de broeder niet, die met z’n vermaning docr H gewoel gaat, maar meteen ’h oogje dicht knijpt en stoeien laat wat stoeien wil. Valt er al een ’n scheur in z’n broek, ook al niet erg, wordt morgen wel weer gemaikt f t anders overmorgen; was er ooit ’n jongen minder vrooljjk met 'n scheur in z’n kleuren? In de eetzaal, een groot vierkant vertrek met gekalkte muren en steenen vloer waarop lange houten tafels staan en banken, zjjn 'n tiental jongens ieder op z’n eigen houtje, bezig te „dekken.” Wanneer ze zien, welk plaatsje ons ge ve zen wordt, komen ze allen aanhollen, de een met een servet, nog een met ’t peper-en-zout- stel en allen doen hun uiterste best, zonder dat. iemand hun iets vraagt of gebiedt. En ze loopen in en uit en voelen zich thuis. Van „systeem" valt niets 'te bespeuren: iet is een groot, wanneer gij wilt, 'n rommelig huis houden, maar ’t is in elk geval ’n huishou den, met zoo’n band tusschen elk der laden en heel die onzichtbare organisatie, lie 'n huishouden tot huisgezin maakt. Systeem, dat is de doode en doodende - letter, het „gezin”, dat is de levende werke lijkheid, die eiken dag anders is, waarvan <ie buitenstaander niet snapt, dat alles op z’n pootjes terecht komt. Er is hier geen unifor me Weeding, die alle kinderen zoo haten, wjj zien nipts van twee-aan-twee gewande! en geljjk opstaan en zitten gaan of andere vree- seljjkheden. De meeste jongens hier zien er uk als schooiertjes, maar ze hebben allen Iets.eigens, en in geen van hen vinden wü LOURDES EN BRANCARDIERS. Een brancardier schrijft aan de „Msb.”: C’est i dire, dans un endroit, qui n’est pas encore le ciel, maïs qui certainement n’est plus la terre” 1) Bovenstaande las ik in een Franse he Lour- desreisbeschrjjving, en velen met mjj, die dat seboone genadeoord bezochten zullen het daarmede eens zjjn. Doch ook velen, in het bijzonder jongemannen zullen de ware be- teekenis daarvan niet begrijpen, omdat zjj Lourdes niet kennen. Hoeveel vooroordeelen bestaan er, vooral by jongelui om ^oo’n be devaart mede te maken; te saai, goed voor zieken en voor oudere menschen enz. Geenszins, het is juist een prachtreis voer jonge sterke kerels, die als brancardier hun ne krachten ten dienste kunnen stellen der* zieken en ongelukkigen en met hart en ziel him werk verrichten, om het lijden der zie ken te verzachten, en hen in alles ter wille te zjjn. Hoe kunnen zjj in dit edele werk, hunne dankbaarheid toonen voor de goede gezondheid, die zy zelf genieten. Daar zullen zjj beseffen, welk een waarde een goede ge zondheid heeft, en welk een dank of men daarvoor aan God verschuldigd is Van 15 tot 24 Sept. as. gaat de Vereen, tot samenstelling van Nederlandsche Bede vaarten, voor de 31ste maal naar dat heer lijke Mariaoord. Daarom jongemannen, als brancardiers op naar Lourdes. Vraagt heden nog inlichtingen aan het secretariaat Begij nengang 15, Venlo. Na afloop der reis zult gij geen spijt heb- l>en aan dezen oproep gevolg te hebben ge geven en misschien wel het voornemen ma ken, zooals velen reeds deden, jaarlijks met deze bedevaart mede te gaan. 1) Dat wil zeggen, op een piek, welke nog niet de hemel ia, maar waar het toch zeker geen aarde meer is. jes f 30. Avis f45. Hendr. Stichting) f 70. Ziekenzorg) f 75. Aldus besloten. B. en W, stellen voor de waterleidingi- baizen tot «en maximum van 10 M. tot aan de gevel van het perceel vrii te ge ven. De provincie neemt ook iets voor haar rekening. Het wordt gedaan om de laatste perceelen ook aan te sluiten. Aldus besloten. Rondvraag. De heer Van Pel klaagt over de aan wezigheid van kinderen in de duinen, die heel wat schade aanbrengen. Hii wil borden plaatsen om de nïenschen te waarschuwen. De Voorzitter heeft de kolonies al verzocht er op te letten. Spr. is geen voorstander van borden om een bad plaats. Op pandringm zat een bordje worden gemaakt zonder „art. 461” De heer Ruigev. aaid: Naar aanleiding ”in het raadsbesl iit van 24 April geeft net R. K. Schoolbestuur er den Raad kennis van. dat het zich aan de hand van art 103, alinea 3 niet met het genomen beshtit, kan vereenigen. (Besluit tot in houding der subsidie, omdat pt.m. f 600 te veel werd betaald). Daarin wordt -re- zegd, dat het aan<revraaffde voorscKot door den gemeenteraad moet worden verleend. J>e Voorzitter: Is dat een stuk vau het schoolbestuur? De heer Ruigewaard: Ja, dat hebben wii cpgemaakt Ik wil daar kort mee wezen. De verrekening kan opgegeven worden en dan wordt het verrekend. De Voorzitter: Het wordt op de vol gende jaren ingehouden, zegt De heer RiuigewaardAls U keningi weeft wordt die voldaan. Besloten wordt deze zaak verder mei het schoolbestuur af te wikkelen. Mevr. Visser: Is de .vlet al of? het strand De Voorzitter: Komt pas. als Buis er op komt er zijp nu n<^ te weinjg menschen. Het kost nu ncj ie veel geid. Mevr. Visser: Een menschenfeven is veel ergeC? De Voorzitter deze 1 kjunnen ons niét woordigheid. Hier vi houding die ook wi leven durven aanva. melend, verbaasd en verrukt kind. Dan nemen wjj opnieuw den reisstaf ter hand en trekken verder. Weer ligt de weg kaal en schaduwloos voor ons. Het is zoo heet, dat wjj in het middaguur wat te rusttn trachten. Tegen ’n uur of 6 gaan wjj weer op stap. I-angzaam verglydt de ‘lag in. den avond en de avond in den koelen nacht De maan wies aan tot zachter zon en reisde vredig met ons mee." Eindeloos ver liggen de lage landen, allee zwjjgt. Als wjj heel moe worden, zoeken wjj wat hooi bij elkaar en sloepen weldra als ....pelgrims. By ’t eerste haangekraai zijn wjj weder op 't pad. De jonge dag ademt frisache geuren uit. Dan onder de kim stjjgt de zon omhoog als *n kleurige reuzen ballon. Wjj zjjn nu diep in de Povlakte, waar de rjjst groeit op do wjjde onder water gezette velden. Er is ’n bijna tropische hitte en wjj loopen als sproei wagens langs den weg. Ook was de ont vangst de laatste dagen niet erg liefderjjk, en als wjj dan ook te avond aan een pastorio kloppen, hebben wjj weinig hoop op ven goed onthaal. En ziet daar hebben wjj in eens weer ’t harteljjke, dat altjjd zoo goed doet. Wjj worden in de kamer gelaten, waar juist ’t avondmaal gereed staat. Direct wor den twee borden bjjgezet en stoelen bjjge- schoven. Of ’t vanzelf spreekt wordt .ns 'n kamer voor den nacht gewezen en wjj zijn als vrienden bjj vrienden. En dan ’s- avonds na het Lof dan zitten wjj met z’n allen op de bank voor de pastorie. De pas toor met z’n twee kapelaans en wjj, de ouwe koster en de goeie huishoudster. En aldooi wo-dt ’t kringetje grooter, dorpelin gen kalmpjes aangewandeld, oljjven staan en maken ’n praatje, kinderen .trom men om uns been. En dit is het leuke, nie mand jaagt ze weg. O neen, men gunt ze gaarne een plaatsje. Ze kruipen op de ieu- - ning der bank en aan de voeten van den pastoor. En zoo zitten wjj als een grojt ge zin in den zoeten, zoeten avond. En dan morgens na de H. Mis de glorierijke uittocht. Als twee vleugeladjudanten loopen oeide kapelaans naast ons en roepen naar hun parochianen, die in hun deur te kjjken staan: Kjjk, dat zjjn nu Hollanders die gaan te voet van Holland naar Rome! Bjj den bakker krjj- gen wjj ’n brood en elders ’n glas wijn, en tot den landweg worden wjj vergezeld. Daar nemen wij afscheid en klinkt ons de echt Christeljjke groet toe: „Dominus vobiscum” en wjj antwoorden: „Êt cuiu spirit* *uo” En dan weer is het ’t oude lied: zon en warmte en stof, dag in dag uit Wjj trekken van plaats tot plaats, 300 K.M. ver, tot wjj >in- deljjk aan den avond van den negenden dag in Italië, Bologna zien liggen. Wjj h?bben het einde der Povlakte bereikt en slaken ctn zucht van verlichting („Msb.") het gezicht van een dame. En er is gelach tn dubbelzinnig gepraat, dat wjj niet verstaan maar zien, en is gevloek en ’t gemompel van ontevreden menschen. Alleen de fge- tobte moeder glimlacht tegen haar kindje, is zjj gelukkig? Ik kijk naar ’t slapende ludf- naakte jongentje, zjjn blank, kuisch li chaampje tusschen zooveel ellendo en zonde. Den nacht mogen wjj doorbrengen in de wachtkamer, reeds liggen enkele mann m op de houten banken in het al even sombere vertrek. Dan komen er meerderen, de een na den ander, 10. 12, 14 man. Waar tn en die allen sïaj»en? Wjj weten het niet, zjj weten het. Ieder zoekt voor zichzelf ’n plaatsje; in de hoeken en op de banken, cp de ijzeren tafels, met en zondor dekens lig gen ze ineengerold, hopend op den slaap. Enkele „verharden” hebben hem direct te pakken en snltrken vrooljjk, anderen wente len zii^i om en om. Wjj liggen op een 49 c.M. breede plank, ’n meter hoog tegen den muur aangebracht en wachten den morgen af. Om G uur is het iH<pél en, nadat wjj ter kerke zijn geweest, krijgen wjj ’n kop brrr. en ’n bfbk brood, gooien onze reistasschen weer over de schouders en tarten opnieuw warm te, stof en zon. Het is Zaterdag voor Pinkster en morgen gillek wy in Pavia zjjn, ’n 35 K.M. De grint weg, recht als ’n liniaal, ligt te branden in het felle zonlicht, dat brandender wordt naarmate het middaguur nadert. Zoo hier en daar staat een enkele schrale populier met ten enkel groen pluimpje in den top als de staart van een geschoren poedel. Maar morgen is het Pinkster en zullen wjj rust houden. Des morgens bjj de ochtendmis valt het ons op bijna geen enkelen man aanwezig te zien. Onze verbazing wordt nog grooter als wij uit de kerk tredend, ineens te midden van druk marktgewoel staan, ’n markt van alles en nog wat, als de Zaterdagavondmarkt te Amsterdam. Langs ons loopen de men schen in gewone werkkleeding, ’n metsel:-ar staat lustig te bikken. Alle winkels en ban ken zjjn opien. Vrachtrjjders loopen zweep klappend achter hun paarden. Maar weet dan niemand dat het Pinkster is? Hooren wjj dan niet in de prefatie van dezen dag: „Heel het menschdom over gansch de aarde verheugt zich met uitbun dige vreugde.” Zjjn deze woorden dan aan dit geslacht voorbjj gegaan? Verbijster»! loopen wjj door de straten van 't rumoeren de stadje. Sukkelen den halven dag over keien als eierkolen en voelen ons als vreemde eenden. 's Middags staan wij voor een kerk uit de vjjfde of zesde eeuw en bewonderen de innige onbeholpenheid der figuren op de kapiteelen der zuilen. Hoe zeer nabjj weten wjj ons aan deze levensverboudin coquet is als de wierook-zwaaiem laan, die sierlijk zjjn en gracieus, met trippe lende voetjes als dansten zjj een menuet, glimlachend en bekoorljjk, maar ijdel en zonder besef van Gods verpletterende tegen* AARDAPPEL-KEURING. Men schrjjft trit I-angendjjk aan de „N. R. CL”: In deze uitgebreide tuinbouwstreek, waar de vroege-aardappelteelt in de laatste jaren tot groote uitgebreidheid is gekomen, legt men zich speciaal toe op het kweeken van ziektffvrjje aardappels. Tot dat doel is een keuringsdienst ingesteid, die bij zjjn laatste keuring kon vaststellen, dat de aardappel- cultuur zich tot hoog peil heeft ontwikkeld. Het resultaat der keuring was, dat, hoewel nog niet alle gekeurde perceelen vry waren, aan vele het hoogste cjjfer kon worden toe gekend. De laatste jaren voorzagen de aard- appelk weekers zich van goedgekeurd ziekte- vrjj pootgoed uit Friesland. Men legt er zich nu op toe de goedgekeurde poters zooveel mogelqk in deze streek te plaatsen; daar door zal het mogeljjk zjjn, dat liet te keuren gewas reeds te velde zal zjjn gedekt door een certificaat van gezondheid. De geteelde hoeveelheden zullen dan in aanmerUng ko men voor export naar de naburige landen. EGMOND AAN ZEE. Raadsverga dering. (.Vervolg). 3- «i W. steHen voor het strand te (verhwen als vorige iaren en wel Gebr. de Graaft f 300. Zeezicht t 150. Mij. Noordzeebad f300. Krab f30. Nap is nu niet voor in beroerde omstandigheden. Wii - richten naar den voor val van het vorige jaar. Dat had met ’t baden niets te maken. Als wii nu de vlet naar het strand brengen, moeten wii er ook iemand bijzetten. De heer Snoeks: Wanneer paat het seizoen in? De Voorzitter1 Juli. De heer Snodcs kan zich met de opinie van mevr. Visser vereenigen- De Voorzittererindt het in deze finan- cieele omstandigheden bezwaarlijk. De heer MaasDe baders moeten beter luisteren naar de waarschuwingen. Ze wagen er nu andere menschen aan. In Zandvoort is een reddingsbrigade en daar verdrinken ze ook. De heer Ruige waard wil het volgen de jaar de boot op 1 Juni uitzetten. Komt in orde. De heer v. d. Schinkel vraagt naar den toestand der reddingstiin. Het blijkt, dat deze in goeden staat verkeert Bij de laatste redding, is de 1 lijn losgelaten, maar niet gebroken. Ze .waren de kluts kwijt Hierna sluiting oer openbare verga dering, .waarna de Raad overgaat in cemite ter bespreking van reclames op de plaatseliike Inkómstenbe'asting. -Geslaagd. De heer G. H. Bak ker, werkzaam Aan de giemeente-gasfa- nriek, alhier, slaagde te Amsterdam voor het diploma gasfittersleerling. -EGMOND BINNEN. L. T. B. Maan dagavond vergaderde de afd. tuinders van den L. T. B. Nadat do voorzitter de verga dering geopend had, werden de notulen der bijeenkomst van 7 Mei gelezen. De heer Oiy maakte daarbij ‘1® opmerking, dat hij erkent, dat de toen gevoerde discussie niet erg mooi was, doch dat hij nog meent in zyn recht te staan. Hij laakte het, dat de pers den persoon niet genoemd had, die de aanleiding tot deze discussie was geweest Uit Heiloo was bericht ontvangen, dat op Woensdag de geregelde veiling begint Be sloten wordt, dat ook hier Woensdag en Vrydag aardbeien zullen geleverd worden, en wel om 11 uur bij café Apeldoorn. De leden worden aangespoord in den be ginne nieuwe sloffen te gebruiken, daar dit van invloed is op den prijs. De heer Orjj zou nieuwe sloffen verplichtend willen stellen. Het bestuur is van meening, dat ook oude gebruikt mogen worden, doch dat dan aparte veiling noodig is. Later is dat niet meer noo- dig. Ook zou de heer Orjj in ’t vervolg con vocaties voor de vergadering wenschen. De heer Levering maakt een opmerkiug over het krantje, dat slechts elke 14 dagen komt. Hy vraagt ook inlichtingen over een zak boonen, die vermist zou zyn, omdat er bij het wegen en inschrijven hier te weinig bestuursleden waren. Het Bestuur is hiervan niets bekend. De heer Ory zegt, dat er wel degeljjk 3 zak boonen vermist zyn, en dat liet tekort uit de kas is betaald. Het besthur merkt op, dat dit door een vergissing bij de veiling in Heiloo is geschied. Dit heeft ech ter niets te maken met het wegen en boeken hier ter plaatse. De heer Orjj meent nog te moeten opmerken, dat het bestuur niet lie gen moet, maar liever eerljjk voor de zaak uitkomen. Hij zou het ook wenschelijk vin den, dat elk zjjn eigen producten bjj de plaats van aflevering bracht. Het bestuur zou dit ook heel mooi lijken; goed was in elk geval dat wie niet zelf kwam, een briefje met zijn naam bij de producten legde. Daar niemand nog het woord verlangt, sluit de voorzitter met zjjn beste wenschen voor een overvloedigen oogst en een voor spoedig jaar de vergadering. NOORDSCHARWOUDE. Geslaagd.. Onze plaatsgenoot de jongeheer R. Kooy, slaagde voor het le gedeelte candidaatsexamen ken nis in de medicjjnen. OUDKARSPEL. Volksfeesten. De V. V. V. alhier heeft besloten wederom met de kermisdagen sportdemonstraties en volks spelen te houden. Iets nieuws zal zjju hot houden van een motorwedstrjjd voor groote en kleine motoren. Veefonds. In de gehouden vergade ring van het onderling Veéfonds waren de ontvangsten 2017.91, de uitgavee 228033 al zoo een nadeelfg saldo vaa 26288S. In plaats van den heer G. Borst die ver trokken is werd als bestuurslid gekozen de heer J. Jonsma. Als taxateur werd de heer P. Kostelijk herkozen. Besloten werd pogingen in het werk te stellen dat voor een afgekeurde koe geen keurloon wordt geheven. Goedgevonden werd den veewagen te ver- koopen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1925 | | pagina 5