„ONS BLAD
Telefoon:
Bureau: HOF ALKMAAR.
POSTGIRO 104M&
bul
F'
FEUILLETON.
MISDAAD EN STRAF.
N« SAO
kiesC
UIT DE PERS.
„DE R. K. VOLKSPARTIJ”.
DÉ TIEN GEBODEN.
DRINGENDE AANMANING.
EEN BISSCHOPPE
LIJK WOORD.
Jewertentinprijsi
Van 1—5 regHs-t 1.25: elke regel meer f 0.25; Veda*
per regel f 0.75; Rubriek -Vraag en aanbod" b| vof
uitbetaling per plaatsing f 0.60
f 400,—, f 200,—, f 1OO,—f 60,—, f 35,—, f IS*
REDELIJKE GRIEVEN?
Abonnement* prijst
•fertwaftatfroor Alkmaar - V-
Kor buiten Alkmaar f 2 85
giet QeffliiAtreerd Zondag*M*d rO 60 f booger.
püTjSie ebonné'a wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 500,—,
1
IW1G1KO IMfal
4
>4
aan
UIT HET DUITSQH.
je hoor! Voor het
een vredelievend man
ADMifOSTRAT* N«u 4M
RKOACTHI Mm M*
*«tie mij dan misschien een
ezel geven om het orgel voor
zjjn oogen op en wierp
vol haat en woede toe.
stoof hij
sproi
Zi.
der bekeken.
een
een
gen.
(Wordt vervolgd.)
i haar
ideljjk
NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD
van
genootschappen. Pak je weg, vl-
Ik wil niets met je te doen heb-
ipeningskwestie als met
'£i
n het eerst hun onver-
half
uit het achterhuis op de binnen-
i v - - a a
de rcgeering ook thans n<
sociaal werk doet, ook tl
sociale maatregelen van kracht laat.
Het valt nu achteraf niet te
kennen, dat de regeering
1918 wat te royaal gvwei
de wjjze» bedenken zich en aarzelen ten
slotte niet, zoo noodig hun geestelijke on
macht te erkennen.
Mogen wü ons met de kwestie dan niet
bemoeien?
O zeker! Wij mogen en wjj moeten cüchen
dat de regeering niet méér offers aan man
schappen en aan geld éischt, dan het lands
belang onvermijdelijk Vraagt; wij moeten
eischcn, dat de regeering medewerkt tot ver
wezenlijking van de vredesgedaehte.
Dochzijn wq in dat opzicht onder de
ze regeering dan niet veilig?
Over de hoegrootheid der militaire behoef
te kan men van meening verschillen, men
zal het daarover zelfs nooit eens kunnen
worden, omdat steeds verschillende zienswij-
zen, vooral ook met het oog op de toekomst,
mogelijk zullen blijven doch jiemnnd
zal kunnen bewijzen, dat onze regeering
de perken te buiten gegaan
En waar Roomsche Mini
ons staatsprogram onderschrijven:
tige medewerking met de plannen
Volkenbond die met de voorstel-
't Eigenaardige nu is, dat de eerste de bes
te socialistische baliekluiver in de ontwape-
nin^skwestie een gevestigde meening heeft,
doen dat de edelste en geleerdste koppen er
nog maar steeds niet achter zijn, boe nien nu
eigenlijk wel tot zooveel mogelijk ontwape
ning zal kunnen komen.
Wat weet de roode baliekluiver er van, dat
de ontwapeningskwesMe een internationaal
vraagstuk is en...*, dat men nog steeds de
gave der voorspelling mist, welke ons zou
kunnen beloeren, of en wanneer wjj een
misschien wel heel sterk leger noodig heb
ben.
Wat weet hjj yan onze positie in Europa
wat weet bij van belangen in Indie, welke
desnoods verdedigd moeten kunnen worden?
't Is met de ontwap
ieder ander vraagstol
de domsten hebben
wrikbaar oordeel
de wijze» bedei
Er zijn er, die heel wereldwijs willen^ «Sn
en beweren:
Het is waar, dat deze regeering het drei
gende inflaticgevaar van Nederland heeft
afgewend, doch ’t is baar eigen schuld, dat
zjj een inflatie-gevaar heeft moeten keeren:
de reehtsche regeering heeft in de eerste
jaren van haar optreden te veel aan dure
sociale maatregelen gedaan.
DAArvan maken velen zoowel links als
rechts deze regeering een grief; de
N. K. P. had inderdaad vobr een goed deel
dAAraan haar ontstaan te danken, en niet
weinigen zijn er, die van meening zijn, dat
te veel
is nog te veel
De „N. Haarl. Crt”, welker hoofdredacteur
lang in Tilburg heeft gewoond en die dus
bekend is met de bakermat van (de R. K.
Volkspartij, schrijft het volgende: J
(„Sancta Maria”).
van den katholieken kiezer (ook geldend
voor de katholieke kiezeres).
1. Hjj ga op Woensdag 1 Juli in ieder ge
val stemmen.
2. Hjj stelle het stemmen niet tot het laat
ste oogenblik uit.
3. Hjj vergete niet zijn oproepingskaart
mee te brengen.
4. Hij onthoude bet nummer der lijst van
de R. ^^Staatspartij: no. 23.
5. Hq*fteninie op de katholieke lipt.
6. Hjj make daartoe maar één it puntje
rood.
1. Hjj neme daarvoor bet witto puntje in
het zwarte blokje voor den naam van den
eersten candidaat.
8. Hjj doe overigens niets aan het stem
biljet.
9. Hjj vrage, indien hjj zich vergist mocht
hebben, een nieuw stembiljbt.
10. Hjj wekke kennissen, vrienden en bu
ren op, ook te gaan stemmen op de katholie
ke lijst
een persoon; wie een naain mee heeft is
voor driekwart geslaagd. Zoo was het voor
mr. P. Arts niet moeilijk zich als plaatse
lijke grootheid partjj te maken. Met het getij
mee bad hq nu een» 'n strooming kleine
njjvereu, middenstanders en sportieve jon
gelui achter zich, verklaarde zich dan op
eens voor de N. K. P.; nam dan weer de
leiding van groepen werklieden, wanneer in
een industrie als Tilburgde malaise vele
slachtoffers maakte en het socialisme tijde-
Ijjk triomfen vierde in die Roomsche stad.
>artjj kwam voor den h<rer
prijsje uit de loterjj. Hjj
den wagen en de Roomsen
gaven toch nog liever l.tm
Ikspartn met R. K. er v<-or,
bjj de I
o. ui. dit zeide: „iu uwwu wmv.v
uit balóorrigheid rood gestemd, waardoor de
S. D. A. P. leiteljjk in den Raad bumm
stand leefde. In 1923 is dat ovMi'
gel leken.
Ook de R. K. Volkspartij leeft boven haar
stand. Duizenden kiezers zullen bereids ont
dekt hebben, dat ze bedrogen zijn. De R. K.
Volkspartij voert een realpolitiek. Een poli
tiek op het behalen van succes zonder rich
van idealen veel aan te trekken. Voorts laat
zjj zich leiden door de idee: „Wjj willen niet
De R. K. Volksps
P. Arte als eea
spande zich voer i
gedoopte kiezers
stem aan een Volkspartij met R. K. er voor,
dan aan de sociaal-democraten. Vandaar dat
bjj de jongste gemeenteraadsverkiezingen in
Tilburg de socialisten weer terug liepen en
de partjj-Arte, zich noemende R. K. Volks
partij het tot negen zetels in den Raad
bracht. Blijkbaar was op zulk een succes
niet gerekend. Op de 1 ijst stonden een aantal
lieden, die op het kantje van analphaOcten
af zijn en met wie het nu in de gemeente
raad heel moeiljjk huishouden ia.
We zjjn op het oogenblik, dat wc dit
schrjjven, in hit bezit van de raadsnotulen
der gemeente Tilburg over den tjjd, waarin
(je z.g. R. K. Volkspartij daar in de groot»
industriestad mede aan het regeeren is. De
lectuur is verre van stichtelijk. En nu en
dan staat men verbaasd, als men niet van
de deesons op de hoogte is
Zoo is men algemeen van meening, dat de
zich noemende R. K. Volkspartij het voor
namelijk opneemt voor den kleinen man en
wil trachten te herstellen, wat aan ambtena
ren, Rijkswerk lieden, spoorwegpersoneel enz.
door bezuinigingsmaatregelen aan loon en
goede arbeidsvoorwaarden is ontnomen.
Wanneer men echter nagaat, welke de
practjjk is van menschen, die als R. K.
Volkspartij zitting hebben in een openbaar
bestuurscollege, dan komt men tot eigen
aardige conclusies. Zoo lezen wjj in de
raadsnotulen van Tilburg, dat het lid der
R. K. Volkspartij, de heer Coolen zich ver
zet tegen de salarls-regeling van het gc-
meenteperaoneek welke hij te hoog acht en
waardoor, naar ajjn meening, „de gememte-
arêbeiders ’n bevoorecfite positie gaan inne
men”. Zoo lezen wjj in de notulen van 7
Maart ’24 dat mr. P. Arts o.m. zeide: „De
salarissen en honen, die door de gemeeiita
betaald worden, prikkelen de ingezetenen in
hooge mate. De R. K. Volkspartij zal dan
ook elk voorttel steunen om de sslaritsen
van het gemeentepersoneel te brengen op
het peil, waarop de salarissen in het vrije be
drijf staan.”
Elders lezen wij, dat de Volkspartjjcrs
niets moeten hebben van de Centrale Com
missie van Overleg en dat een der leden
voort telde om zonder voorafgaand overleg
met de organisaties van het overheidsperso
neel een salarisverlaging van 5 tot 20 pCL
In te voeren. Dit is natuurlijk alleen moge
lijk, wanneer men een zig-zag politiek voert
en naar gelang de omstandigheden, kijkt
naar de bovendrijvende strooming in zjjn
eigei; groep. Wanneer men veel werk looien
en ondersteunden onder zjjn kiezers heeft,
kan het niet kwaad nu en dan eens op ,rie
bevoorrechte positie van overheidspersoneel”
af te geien. Het Ijjkt ons dan ook heel
begi jjpeljjk, dat het Kamerlid van Rüzewjjk,
vogi vitter der R. K. Raadsfractie in rilburg,
tvgrootingsdebatten het vorig jaar
t zeide: „In 1919 hebben vele kiezers
verzoek van het Bestuur van den
ring Helder is gisteren onder sanc
tie van Z. D. M. den Bisschop van Haarlem
onder alle H.H. Missen in het Bisdom
Haarlem vanaf den kansel de volgende aan
maning tot de katholieke kiezers gericht:
In verband met de dringende noodzakelijk
heid de R. K. kiezers, zoowel mannen als
vrouwen, in kieskring Helder aan te sporen
om als Katholieken op 1 J-ili a.s. huif stem
plicht te vervullen en daarbjj tot behjud
Den len Juli a.s. hebben onze Katholieken
Ben gewichtigen plicht te vervullen.
Wijl er zulke groote belangen Pp het spel
staan, mogen wij niet nalaten allen, zoowel
vrouwen als mannen, dringend aan te spo
ren zich van hun plicht getrouw te kwijten
en hun stem uit te brengen op de katholieke
Ijjst.
Ook de Religieuzen, zoowel vrouwelijke als
mannelijke, mogen niet verzuimen hun stem
plicht te volbrengen. Voor zoover noodig,
geven wjj aan de Religieuzen verlof hun
klooster te verlaten ten einde hun stemplicht
to kunnen vervuilen.
De Bisschop van Breda,
t P. HOPMANS.
itelqke Regeering sleehts
nen en vrouwen, eendrachtig en zonder uit
zondering, daartoe samenwerken door allen
te gaan stemmen op de Katholieke, d. i. in
onzen kieskring op de lijst van het stem
biljet, genummerd met het getal 23;
3e. dat de Katholieke kiezers, door een
drachtig aldus te stemmen, bandelen over
eenkomstig den wensch, nadrukkelijk uitge
sproken namens het Doorluchtig Episcopaat,
do(g: Z. H. den Aartsbisschop op de
eerste vergadering van den Tweeden Algc-
meenen Ncderlandselien Katholiekendag te
Nijmegen;
4e. dat allen terwille van dc eendr.icht
in de Katholieke Partjj en tot steun der
Katholieke organisatie dringend worden uit-
genoodigd hun stem uit te brengen op num
mer 1 van de Roomsch Katholieke Lijst 23
(Mr. Bomans).
mannen te gemoet, lange, beenige gestal
ten; hek waren vader en zoon, zooals men
dadeljjk zien kon.
De oudste had een zwarte doek voor het
linkeroog, zijn rechtermouw slingerde ledig
langs zjjn lichaam en zjjn linkerknie lag krom
op een houten been, dat er met stevige rie
men Aan bevestigd was. Op de linkerborst
van zijn versleten uniformjas prjjkte eer. ko
peren medaille; zjjn gelaat, dat door de zon
gebruind was, toonde eenige litteekens.
De zoon liep eenigszins gebogen onder het
gewicht vgn een draaiorgel, dat op zjjn rug
ning; zjjn pet stond hem in den nek, zoodat
zjjn laag voorhoofd en rood borstelig haar
zichtbaar waren. Zjjn breed, plomp gezicht
duidde domheid aan, maar wie hem dieper in
de groenachtige flikkerende oogen keek, be
merkte dat hjj den blik van roofdier had.
„Een kleinigheid voor een arm gebrekkig
man?” vraagde de oude op ontmoedigen
toon.
„Ik geef zulk volk niets!” zei Katernberg
barsch. „Ben je werkelijk kreupel en niet in
staat om te werken, vervoeg je dan bjj de
arnurerzorgers, of laat je zoon voor je
ken. Het is zonde en schade, dat MsdwgMtm-
de «sterke kerel als een iUe^éf langs de
straat zwerft”.
Zou deze of
rdragen?” vroeg de oude tergend en
«laats trad, kwamen hem door de poort lette daarbjj zijn oude politiemuts met een
Wie met dc toestanden beneden den Moer
dijk bekend is, weet, hoe gemakkelijk het is
bij het goed-lachscbe Brabantsehe volk in
de gratie te komen. Alles hangt daar aan
11 - m
eener krachtige, onverdeelde R. K. Staats
partij, in het waarachtig belang van Kerk
en Staat, te stemmen op No. 1 der R. K.
lij^t, willen wij er met nadruk op wjjzen:
le. dat het behoud eener Christelijke Re
geering voor onze katholieke taak van het
allergrootste belang is;
2e. dat een Christelijke Regeering slechts
mogelijk is, wanneer allé Katholieken, m&n-
ont-
in de jaren na
geweest ia en dat zij
daarom wat altijd een vervelend ding is
later heeft moeten terugkrabbelen.
Doch, mag men de regeering daarvan een
ernstig! grief maken?
Het beeld, dat de regeering te dien op-
zidjte heeft laten zien, is overal om ons
heen vertoond: er ia in heel de wereld geen
laad aan te wjjzen, waar men het beter heeft
gedaan; sterker, de schijnwelvaart van de
gouden oorlogswinstjaren heeft iedereen, den
particulier, den zakenman, de grootste han
delmaatschappijen, bankinstellingen cn in-
industrieele lichamen parten gespeeld. De
geweldige inzinking van centraal Europa
was niet te voorzien, nog minder, dat de
val zóó snel zou plaats nebben. Het was
overal een tasten in het duister. Het eenige
verwijt, hetwelk aan het kabinet-Ruys te
maken valt, is, dat het den nieuwen tijd wat
te optimistisch heeft te gemoet gezien en
„Denk aan de balk in je eigen oog! Jou
weg zon je nog wel eens in een ander juis
kunnen brengen. Mij bedriegt het masker
niet, dat je draagt, al ben je ook honderd
maai armvoogd en lid van verscheidene
liefdadige
lendeling!
ben!”
Hubert Katernberg haalde de schouders
op en greep zijn hoed. Hij liet zjjn blikken
langzaam over de aanwezigen gaan met een
uitdrukking van diep medelijden en zeide:
„Het doet mjj van harte leed-, dat u ge
tuigen zjjt van dit pijnlijk toonee), maar <<p
mijn gewten verklaar ik, dat ik bet beste
wilde. Ik moet geduldig verdragen, dat men
mij miskent. Gelooft men mij misschien op
dit oogenblik niet, eens zal men het doen en
dan aan dit uur terug denken. Vaartwel!
God behoede u lieden!”
Hq boog nederig het hoofd, stak zjjn
spitse kin in den witten das en vertrok zon
der zjjn schamper lachenden zwager met een
blik te verwaardigen. Met een dreunenden
slag werd de deur achter hem dichtgewor-
pen.
De magere heer bleef verschrikt staan,
keek nijdig om, liep toen hastig de trap ai
en mompelde daarbij eenige woorden, die niet
bijzonder getuigden van een verzoenende ge
zindheid.
Toen hij
«laats trad,
1«
„Het is jammer, dat je geen tooneelspelcr
bent geworden," sprak de dokter, die steeds
bjj de deur bleef staan, alsof bjj besloten had
dén mageren heer niet te laten vertrekken
voor hij hem alles had gezegd, wat hem op
het hart lag. „Dat Emma naar baar broeder
verlangt, heb je vroeger al geweten, maar
zoolang zjj gezond en sterk was, gevoelde je
vrees, dat wij samen plannen tegen je zouden
beramen. Zjj weet, dat ik bedrogen ben, maar
zjj moest zwjjgen en jou en je zuster den
baas laten spelen. Naar je zegt, zal zij nu niet
lang meer leven, maar mq verwondert het,
dat zij die dwingelandij en overheersching
zoo lang heeft kunnen verduren; zjj heeft e<-n
ellendig leven bij je gehad.”
„Ik vergeef je die beleedigingen. Zoo ie
mand u op de rechterwang slaat, keer hem
dan ook de linkarwang toe.”
Ja wel, maar je denkt daarbij: „met tic
woorden.” Dat zou een vreugde voor je zijn,
wanneer je mjj vergif kon ingeven; ik ken
oog der wereld wil je
schjjnen en nam .ik je
hand en naam aan, je zou kunnen zeggen,
dat ik Hmn ongeljjk erkend had. Komedie
spel, niets dan komediespel l Waarpm
wilde je Emma bij een levensverzekering
laten inschrijven?”
Katernberg sloeg
den dokter een blik
„Wat beduidt die vraag?” stoof hij op.
„Wie h|eft dat gezegd?"
„Heb je er niet over gesproken met mijn
heer Mundorf? Hij heeft het je stellig afge
raden?”
„Zwjjg van hem!”
„Waarom?”
„Omdat hij niet waard is, dat de zon hem
beechqnt. En als ik het leven mqner dier
bare vrouw wil verzekeren, wien gaat dat
aan? Is dat eem misdaad, dan moet men de
maatschappijeirapheffen, in plaats van te
dulden dat ze als heilrqke instellingen wor
den geroemd. Als Emma mjj wordt ontnikt
en het kapitaal wordt mjj uitbetaald, dan is
dat geld een moederlijk erfdeel voor mijn
zoon, die, naar ik hoop, een beter mensch
zal worden dan zjjn liederlqke oom. Neem
een voorbeeld aan den oom van mijnheer
Grundscheid, dien wij in het armhuis hebben.
Zoo ver zal jq het misschien ook nog een
maal brengen!”
Met fonkelende oogen was de dokter zijn
zwager genaderd en stond nu zoo dicht voor
hem, dat Rosa en Grundscheid beducht
voor ongelukken tusschen beiden wildon
komen-. Maar hq wenkte hen terug te blij
ven en zeide:
uitdagende houding schuin op het kale hoofd.
„Heb je zqn preek gehoord, George? - Ik zou
naar de bedeeling gaan! Voor den duivel,
mqnheer, weet jo wel dat een oud-soldaat
geen aalmoezen vraagt?”
„En wat heb jo dan zooeven gedaan?”
vroeg dc armvoogd. „Je bent een oude zon
daar, Paff; ik ken jo reeds langer.”
„Beu jq niet die kousenkoopman van do
Markt?” viel George to. „Wq kennen je ook.
Je koopwaar deugt niet, in drie dagen is
zoo’n paar kousen versleten.
,^Juist, hq is het die mij laatst zoo bedro
gen heeft met die katoenen kousen!” riep do
oude triomfeerend. „En die magere scharmin
kel wil ons de les lezen! Loop naar den dui
vel en zqn grootmoeder, en als je niet spoe
dig uit eigen beweging komt, zullen ze jo
wel balen.”
„Is het zoo gesteld?” riep mqnheer Kateru-
berg toornig uit. „Denk jelui eOn geacht bur
ger ongestraft te Bcleedigen, dan zul
len wq je da;.w*< Anders leeren.”
Goed- «yéorgel wjj zullen hem ook wat
ifTZet het orgel even neer en geef hem
pak ransel, dat hq zqn eigen ribben to
zakdoek geknoopt naar huis moet dra-
We hebben het reeds betoogd, zelfs indien
onze huidige reehtsche regeering haar taak
niet goed verricht had, zelfs indien erkend
moest worden, dat deze regeeringsm tanen
land en volk niet tot heil gestrekt hadden,
dan kon men daaraan nóg niet het recht
ontleenen, niet rechts, niet Roomsch te stem-
bjj de stembus toch gaat het niet om deze
bewtodsmannen, het gaat om de reehtsche,
om de Roomsche zaak, en een zaak een
richting, een leer wordt niet ondeugdelqk
door het feit, dat sommigen van de aan
hangers dier leer haar niet goed in pradtqk
brengen.
Al beeft men dus ook nóg zooveel grie
ven tegen de thans aftredende regeering:
man mag daarom nóg niet anders dan rechts,
anders dan Roomsch stemmen.
Anders stemmen of.... niet stemmen z<m
bovendien al een heel averechtoch middel
zijn om zjjn misnoegen recht te doen weder
varen:
nog afgezien van de onmetelijke schade,
welke daardoor aan de heilige zaak zou wor-
den toegebracht, moet de vraag gesteld wor
den of wel êénige andere regeering ons volk
fa de huidige omstandigheden gelukkiger
sou kunnen laten leven.
Voorzeker niqtl
We zouden slechte uit den goeden koers
geslagen kunnen worden, waarin wjj ons
getuige de wederinvoering van den gouden
muntetandaard gyljjktqdig met het groJte,
sterke Engeland den leatsten tijd snel
voortbewegen.
Zoowel lichtvaardige, roode als al te reac-
tionnaire politiek zou in den komenden tijd
het volksgeluk slechts kunnen schaden, mis
schien zelfs voor een goed deel vernietigan.
Doch ter zake:
Staat onze huidige regeering, zooals ze ons
laad thans bqna twee perioden bestuurd
beeft, nu werkelijk schuldig aan de verschrik
kelijke wandaden, welke haar to tallooze
dagbladartikeltjes en verkiezingspamflcttcn
worden toegedieht?
Laten we enkele van die „wandaden” eens
dat het aanvankelijk geen beslag kon leggen -
op een beproefden econoom als minister van
financién, -passend in het kader der regee
ring. De aangewezen krachten hielden zich
afzqdig, en wenschteu hun vingers liever
niet te baanden. En wat het optimisme be
treft, er was evenveel aanleiding om eeu
zwart als een blq gezicht te zetten. Wan
neer in Duitschland niet de anarchie de
overhand had gekregen, maar een krachtig
leider direct na den wapenstilstand op her
stel bad aangestuurd; wanneer de internatio
nale politiek b. v. door krachtiger optreden
van Engeland en Amerika tegenover Frank
rijk een andere koers was uitgegaau, zou
bet Nederlandsche bedrijfsleven en vooral
onze doorvoerhandel een neg grooter vlucht
hebben genomendan m de oorlogswinst
jaren en zou niemand meer over het opti
misme der regeering hebben geklaagd. Ach
teraf is dat heel gemakkelqk!
Het belachelijke is, dat degenen, die ter
linkerzijde thans bet hardst schreeuwen ever
de vroegere royaliteit der regeering, in 1918
met dure concessies aan revolutionnaire
arbeiders nog heel wat verder hadden wil
len gaan.
In hun angst zouden dezulken Alles hebben
weggeschonken zonder eenig systeem, zon
der eenige maat, zonder eenig beleid.
Wjj herhalen: achteraf kan het blijken, dat
men te royaal geweest is: in de jaren, waar
’t om gaat, was deze royaliteit heel ver
klaarbaar en ten slotte toch opk het ken
merk van een nobel karakter: men wilde bet
volksgeluk zoo groot mogelijk maken.
Voegt hier blaam of.... hulde?
Toen kwamen de magere jaren: sanering
werd dringend noodig, wilde men een nood
lottige inzinking voorkomen.
Veel mooie en goede dingen moesten wor
den teruggenomen; de arbeidsdag moest
worden verlengd, loonen daalden, ja arife
arikel 40, hetwelk de salarissen van
rijkspersoneel wettelqk vastlegde, moest
worden teruggenomen.
Daar is wat schande van gesproken!
En inderdaad was het op zichzelf ook
geen mooie geste.
nam, dochdat men het eenmaal vast
stelde!
Die aanneming is het gevolg geweest van
hetzelfde optimisme, dat in de goede jaren
tot te groote royaliteit leidde.
Moest die fout waartoe trouwens z:x>-
wat alle partjjen in de Kamer hebben mede
gewerkt, niet hersteld worden?
Wanneer men de zaak nuchter bekijkt,
dan is er waarlijk geen reden om over de
geschiedenis van artikel 40 zoozeer moord
en brand te schreeuwen.
Zouden de ergste schreeuwers daaraan
hebben kunnen ontkomen, zonder het alge
meen belang te schaden?
’t Ie alles harde noodzakelijkheid geweest
met de inkrimping der staatsuitgaven.
Al moge het waar zjin, dat sommige be
zuinigingsmaatregelen anders te wensohen
waren geweest, dat er wel eens wat onzeser
en zonderling gehandeld is, we mogen eer
lijkheidshalve niet vergeten, dat minister Co-
Ijjn voor een geweldig werk stond, waarbjj
al heel gemakkelqk groote fouten en onbil
lijkheden begaan konden worden.
In ’t algemeen mogen we dankbaar zjjn,
dat de saneering niet nog veel pjjnljjker
geweest is en dat voorloopig zulke geluk
kige resultaten voor heel de bevolking van
Nederland bereikt zjjn.
Noemen wjj tenslotte de volgens velen
te geringe geneigdheid tot ontwapening
bij deze regeering.
De ontwapeningaleuze is altijd een dank
baar middel in de demagogie.
’t Lijkt zoo mooi: geen man en geen cent!
en alles, wat we op die manier uitsparen,
wél.dat kunnen we in onzen zak houden.
En dat zjjn millioenen!
■*n is.
linisters punt 4 van
Krachtige medewerking
van den Volkenbond di<
len van Benedictus XV volkomen overeen
stemmen ter oplossing van internationale
geschillen door scheidsreehterlqke uitspraken
en ter gelqktqdige en wederzjjdscbe vermin-
vreezen, dat een reehtsche regeering met een
sterke Roomsche fractie (men vergeve ons
4e uitdrukking) op militair gebied kromme
en zal maken.
aar eenige grieven” een beetje na-
Kjjkt men goed, dan bljjft er maar een
bitter beetje van over.
Niet meer, dan wat er bjj iedere andere
regeering van grieven zon overbljjven,
Allicht minder!
Dochwat spreken we nog van
grieven!?
Waar de reehtsche regeering zoo oneindig
veel goeds tot stand gebracht heeft de
beteugeling van het revolutiegevaar, de sa
neering, de doorvoering der onderwjjsgeljjk-
stelling, enz. daar zinken alle bedenkin
gen in het niet, daar willen wjj dank en
hulde brengen.
Iets, wat we niet beter kunnen doen, dan
door op 1 Juli te bewerken, dat we weer een
sterke Roomsche Kamerfractie krjjgen, waar
door de kans opmeen nieuwe reehtsche re
geering vrijwel verzekerd wordt