a
KERK EN SCHOOL.
GEMENGD NIEUWS.
KUNST EN KENNIS.
Pluimveeteelt
„DE BARNEVELDER KIP EN DE
BARNEVELDER CLUB.”
t'
wel
...V
BERICHTEN VAN DEN
TENKUNDIGEN
nstig veel gunstiger al-
jaar f~“ ------- »-■"
i bederven.
De centra voor den
zijn Enkhuizen
groote 1
strekt
Dienst
Dienst
met
de
rvlakte vindt <>m te
en aanlokkelijk ge-
R.
praktisch zielzorger
‘t het zelf-
graut hun
aan oc-k in
«eer vlekkerig neer, waardoor een r
uitertrooien zoo al niet ónmogelijk,
f ■- - - - -
niet ver genoeg weg
ten valt het aan vlol
Niettegenstaande wij
der zjjn, kleven aan ’t pi
aangehaalde van het Centraal Bureau nog
dezelfde fouten en zjjn de producenten er
oog niet in geslaagd afdoende verbetering
aan te brengen.
Misschien is dit een der oorzaken, waar
door Leunasalpeter veel minder wordt ge
vraagd, dan men naar aanleiding der gewel
dige reclame, die er voor is gevoerd zou mo
gen aannemen.
In het Marktbericht van het Centraal Bu
reau van 1 September wordt over het ge
bruik van Leunasalpeter gezegd: „Dit artikel
ia absoluut dood; geen verbruiker vraagt er
naar en wij beginnen zachtjes aan te geloo-
ven, dat men goed doet voorloopig af te
wachten. Zooals de toestand zich op het
oogenblik iaat aanzien, pakt het bij losse ver-
lading te zeer aaneen.”
Ik geef dan ook den welgemeenden raad:
„Gebruikt voor stikstofbemesting Chilisalpe-
ter en gij voorkomt allerlei onaangenaamhe
den en teleurstellingen.”
Het malen bracht groote bezwaren mede,
daar Leunasalpeter in den kunstaaestbrckor
niet wil zakken.
Volgens verklaringen van de arbeiders kon
men vlugger 10 baal Chilisalpeter malen, dan
een baal Leunaealpeter.kOok het uitstrooien
vereischt grooter bedrevenheid van den
zaaier dan voor Chili. Leunasalpeter valt n.l.
zeer vlokkerig neer, waardoor een regelmatig
uitstrooien zoo al niet ónmogelijk, dan toen
zeer moeilijk wordt. Bij windstilte is het bijna
-te werpeili j,jj windstoo-
aan vlokken neer.
j thans drie jaar ver
leven aan ’t product zie ’t boven
aan als
aan als Kramer, die met zjjn tuin is opgegroeid
en alle bijzonderheden kent v. honderden toor
ten en nog meer variëteiten, dan krijgt men
daar werkelijk eerbied voor. Reeds de Ijitijn-
sche namen alleen vullen een behoorlijk ge
deelte van de lijvige prijscourant der firma.
In lange rijen ziet ge daar vóór U, Flora's
kinderen, die het sieraad onzer tuinen en ser
res uitmikken en ontmoet ge als leek of
liefhebber een enkele maal al een o:id-
bekende, dikwijls genoeg moet ge nog vragen
naar den naam van nieuwelingen, die U in-
teresseeren. En eigenaardigheden zijn er in
overvloed. Wel toekenden we menigen naam
aan, doch zonder object heeft men aan naam
en beschrijving niet veel. Beter kan men zelf
gaan kijken. Als men maar op een door-de»
weekschen dag komt, zal dat niet geweigerd
worden.
Opmerkelijk zijn vooral de broeikasten. Op
een warmen zomerdag mag het daarin *at
heet zjjn, gaame offert men dat klein onge
mak op voor het genieten van veel schoons
en wetenswaardigs.
Zoo zagen we een hèele kas gevuld met
Gloxinia. Dit is een der glorie’» van leze
firma, en de tuinbaas was er dan ook trotech
op, want telken jare teelt man door kruisbe-
bepaald worden gezegd.
Daar het een kalme kip is kan men
haar zeer geschikt in kleine rennen hou
den, wat voor de kleine kippenhouders
van zeer groot belang is. De vliegerige
en dikwijls veerenvretende lichte rassen
zijn voor menigeen een ergernis. Een an
der voordeel is de kleur van het geve
derte, zoo vuil en goor als de wit Leg
horns en wit Wyandotten er dikwijls uit
zien is bij de Barnevelder uitgesloten
De legcapaciteiten gaan geleidelijk
vooruit. Bij doelmatige huisvesting en
verzorging is een gemiddelde van 180
tot 200 eieren zeer zeker te bereiken.
Op dit punt verdringen ze de wit Leg
horns nog niet want het aantal produc
tieve stammen van Leghorns is momen
teel grooter; maar dit kan een kwestie
van tijd zijn. Door doelmatige teeltkeus
en selectie is de productie der B's na
tuurlijk ook op te voeren.
Opgericht 22 Maart 1924 heeft de Ned
Barnevelder Club thans reeds een groot
aantal erkende bekwame fokkers in zich
vereenigd. De ledenlijst, die in gemelde
brochure voorkomt telt ongeveer 200
namen, grootendeels Veluwsche pluim-
veefokkers, maar ook uit Groningen,
Limburg, Zeeland en Noord-Holland tref
fen we er bekende namen in aan.
Opvallend is echter het geringe aan
tal leden dezer club in Brabant en Lim
burg. Voor deze geringe belangstelling
moet natuurlijk een reden zijn en die
kleine, in hoofdtaak bruingrijze motjes, dl.-
in het een of ander schuilhoekje hebben over
winterd. Het inseet doet zelden schade van
beteekenis, en ook dit Jaar zullen er hoe al
gemeen en hevig de- plaag ook is, wel geen
>lgen voor de boo-
zelfs niet bjj kaal-
liging eerst
Wel is het
meen ik hierin te vinden, dat deze pluim
veehouders hun eieren voornamelijk
naar de Roermondsche Eiermijn brengen
waar het prijsverschil tusschen bruine
en witte eieren niet zoo heel groot is.
De op deze veiling aangevoerde eieren
worden grootendeels naar Duitschland
uitgevoerd, waar men blijkbaar aan het
bruine ei niet veel grootere waarde toe
kent. Dit is naar zijn meening de reden,
dat de Leghorns in Limburg en Brabant
populairder zijn dan de Barnevelders.
Een beschrijving te geven van de kleur
en de standaardeischen zou wat te veel
plaatsruimte vergen, ik wil hiervoor ver
wijzen naar de juist verschenen keur-
plaat met bijbehoorende tekst, terwijl
men bij den secretaris der N. B. C,. de
heer H. Pilon te Glindhorst nauwkeuri
ger inlichtingen kan inwinnen omtrent
de voorwaarden van lidmaatschap en
werkzaamheden dezer vereeniging.
Het ijverige bestuur zal zeer zeker al
les in het werk stellen, haar vereeniging
grooter en krachtiger te maken, in het
belang van hare leden en tot meerdere
glorie van ons nationaal pluimveeras de
„Barnevelder."
blijvende schadelijke gevol
men uit voort vloeien,
vraat, en wel omdat de beschadi
laat in den zomer plaats vindt. 1
mogeljjk, dat bij zeer sterk aangetaste hoo
rnen de vruchten te vroeg noodrjjp worden
en misschien te vroeg afvallen, doch in het
volgend jaar zullen de boomen zich hoogst
waarschijnlijk weer normaal ontwikkelen.
Bestrijding zou kunnen plaats hebben
door bespuiting der boomen met *n maaggif,
doch daarvoor is het nu te laat; deze be
spuiting moet n.l. plaats hebben, als het by-
eenspinneft der bladeren pas begonnen is.
Er bestaat eenige kans, in verband met
het dit jaar betrek kei jjk vroeg in den tyd
optreden der tweede generatie, dat zich nog
een derde generatie van rupsjes vertoont.
Deze zou dan nog door de spuiting bestreden
kunnen worden, doch noodjg zal dit waar
schijnlijk wel niet zjjn, daar deze late rup
sen dan vermoedelijk wel voor het grootste
gedeelte tengevolge van nachtvorsten of on
gunstig weder zullen omkomen.
Nadere inlichtingen worden gaarne ver-
door den Plantenziektenkundigen
te Wageningen en door de by dien
werkzaam zynde ambtenaren.
JAN DE BAKKER „MARTELAAR”?
De heer B. L. schrijft ons:
Uw medewerker F. 8. deed een goed werk
met bet voeren der Plstorius-herdenking ia
't juiste Rooinsche licht te stellen.
Onze pastoor zou geen praktisch zi
zijn, als hy niet in zijn Zondagspreek
de thema had behandeld.
Hy deed het dus wel en op een wjjze, die
voor de luisteraars al weer een genot was
om gespannen te volgen.
U moet niet verwachten, dat ik op dezen
Zondagmiddag een verslag ga schrrjjven van
de preek in-kwestie.
Maar wat mjj speciaal getroffen heeft, dat
Is de nadruk, welke de eerwaarde redenaar
legde op het velschil tusschen het z.g. mar
telaarschap van Jan de Bakker en het waar
achtig bloedgetuigenis van b.v. onze Gorkuns-
sche Martelaars.
Daar is een hemelsbreed verschil tusschen.
Onze Gorkunuche Belijders, negentien in
getal, hadden zelfs op 't laatste moment vóór
hun wreeden dood door 't Geloof te verza-
kyn, en de ketterij te verkiezen, zich zelf
kunnen redden, al ware dan al het tot da*
toe geledene tevergeefs geweest.
Juist hun onverzwakt getuigen voor de H.
Eucharistie in den Paus als Hoofd der Kerk
is de oorzaak van hun dood geweest, of beter
de directe aanleiding.
Er was geen Andere reden om hen anders
te treffen.
Maar geheel anders was de situatie bjj Jan
de Bakker.
Hy had zich vergrepen aan de landswetten,
de plakkaten door Karel V uitgevaardigd als
gebieder. En volgens die strenge maatstaf
was hij des doods schuldig. Ook al had hy
op ’t laatste oogenblik zjjn dwaalleer afge
zworen, hy was èn door zjjn aangenomen
leer èn door zjjn leven volgens de wetten dier
dagen gedood. Hy was als zoodanig misdadi
ger. Hij had zjjn wetsovertreding niet onge
daan kunnen maken. En ziedaar nu vooral t
kardiale punt: de H.H. Martelaren van Gor-
kum waren geen misdadigers, hadden geen
geldende wet overtreden en stierven niet
door wettige hand.
Men doet goed, als men dit groote onder
scheid wel terdege in ’t houdt.
Ons dunkt, dat onze pastoor de strijker hier
mede op den kop slaat.
BENOEMINGEN.
Z. D. H. de Bisschop van Haarlem heeft
benoemd de volgende Weleerwaarde Heeren
tot Kapelaan:
Rotterdam (H. Joseph) P. Poppen;
Heemskerk: W. J. M. v. d. Ber^!
Gravenhage (H. Gerardus Majella): H. 4.
M. Heynen;
Soestermeer: C. J. Koene, en
Kethel: F. F. van Buuren, de beide laatste»
Neomysten.
tale vlak en die gevormd women door af
neembare één ruiters in houten lijsten gevat,
die de afmeting hebben vaa 141 X 78 c.M.
Het geheel wordt gevormd en gesteund
door stylen en spanten van gewapend ^eton,
doch alles zoo rank en smal mogeljjk, <-m een
minimum schaduw te veroorzaken.
Het geheel Ijjkt dus wel wat op den bouw
van een ouderwetsche kerk met 4 evenwij
dige beuken. Elke beuk nu heet warenhui*
zoodat we in ons geval dus 4 warenhuizen
naast elkander zien.
Ook vóór- en achtergevel zjjn geheel vaa'
glas. De hoogte is verschillend, doch moet
als minimum zóó zjjn, dat men overal recht
opstaand móet kunnen werken* Overal af
hangende opzetjjzers maken, dat men de dak
ramen tot de gewenschte hoogte kan open zet
ten. De frissche lucht moet vrjjen toegang
kunnen krijgen.
Het regenwater wordt langs ijzeren goten
naar bakken geleid, die in 't warenhuis zelf
zjjn gëbetonneerd. Men doet dit, om het
sproei water de temperatuur van het waren
huis te geven. Ook plaatst men wel eens re
servoirs in de hoogte, terzijde van het waren
huis, om den sproeiingsdruk te vergrooten.
De aanleg van duinwaterleiding zal dit laat
ste ook" wel overbodig gaan maken.
Langs de wanden en ook horizontaal in de
lengterichting van de kap zjjn ijzerdraden ge
spannen, die moeten dienen tot steun van de
klimplanten, zooals sommige komkomincr-
soorten, tomaten, peulvruchten enz. Dit op
klimmen geschiedt langs touwen, die aan
deze ijzerdraden bevestigd worden, ook wel
langs rieten staven.
De serre, ten slotte, is de welbekende drui
venkas, met veel schuiner oploopende zijlen
en boven in één vorst eindigend. De heester
wordt lang» deze zyden geleld en gebogtn
naar *t midden toe, zoodat om dezen tjjd ie
zwaar geschouderde druiventrossen naar be
neden afhangen, vroegrjjpend door de zon,
die nu een groote oppei
te stoven. Een kostelyk
zicht!
HET MODEL VAN HET NIEUWE
j 10 OÜLDEN BILJET
Het bericht als zou de dienstbode van
den agent der Nederfandsche Bank te
Middelburg! gediend hebben als model
voor het portret op het nieuwe bank
biljet van f 10, wordt door de ,Mtdi
Ct.” tegengesproken. We) diende hef
costuum van deze dienstbode als voor
heek* bii deze afbeelding; ril zelf echter
niet. Het gezicht is geheel anders.
MISHANDELING EN BEROOVINQ
Zaterdagavond is de broodbezorger
H. W. in de Spiegekiisserstraat te Rot
terdam op straat van achteren door
een man aanegvallen en m?t een zwaar
voojrwerp bewusteJbos geslagen. Na
den op straat ineengezakte man te heb
ben beroofd van een zwart lederen geki-
tasch, waarin ongeveer 180, o.a. tier
bankbiljetten van f 10, is de dader, i»
mand van ongeveer 25 jaar. gekleed met
lichüie regenias en geiuite pet ont
komen. Dte bewusteloos geslagen brood-
bezorger is met een schedefcreuk in net
ziekenhuis aan deji Bergfweg opgeno»
men.
VAN HET OUDE LANDSCHAP.
XXIII.
De wandeling door den Bouwhoek van ons
gewest brengt wel de meeste afwisseling. Dat
was de conclusie waartoe we in onzen vori-
gen brief kwamen en we voegden erbjj, dat
de grootste sierlijkheid zioh ontplooit, naar
mate we den uithoek, het aloud Enkhuizen
naderen.
.De cultuur van bloemzaden heeft hier de
grootste uitbreiding verkregen. Voorheen
waren de bloemtuinen van Quedlinburg aan
den noordvoet van den Harz in Duitschland
bjjna zonder concurrentie, thans mag men
veilig in één adem met die befaamde plaats
het Hollandsche Enkhuizen noemen.
Dit maakt vooral effect, doordat men deze
oude veste bezoekend, ook tevens zoowel om
al* in de stad hare veelkleurige versiering
opmerkt. De plaats, die in haar bloeityd naar
men gist wel ’n 40000 zielen telde, heeft tr
thans 'n 8000. Daardoor ontstonden Dinnen
haar omman teling tal van leege plekken, die
echter geen beeld van verval* of varlAeen
heid opleveren, wyl het frisch groen van
boomgaarden en. plantsoenen, benevens zoo
vele kweektuinen de hiaten hebben aange
wild.
Ook als men de groene wallen bestijgt en
den blik laat weiden over den nabyen <-n
verren omtrek ziet men allerwegen als fyne
mollige Leidsche dekens uitgespreid tusschen
het helder groen der weiden. De.banen, af-
geteekend door de meest uiteeuloo|>ende
bloemsoorten, maken de ergeljpting aanne
melijk.
Naast het aloud Voorkomen dezer echt
oud-Hollandsche plaats en het keurig gezicht
op de haven en de zee, maakt dan ook die
ligging in een bed van bloemen de groote
aantrekkelijkheid uit voor de vele vreemde
lingen, die haar in ’t reisseizosn komen l«e-
zoeken.
Ook het artistiek oog vindt er bevrediging.
Hoe anders te verklaren het aantal schilders
en schilderessen, die op hoeken en kanten,
langs grachtjes en zee gezeten, zoo menig
mooi paneel aan Enkhuizen ontleenen.
Of wilt ge ’t nipt gelooveh? Hebt ge dan
niet op ’t mooi aloud stadhuis de PotSor-
tentoonstelling gezien? Ge troft daaraan be
halve natuurlijk de werken van den grooten
meester, zoo menig zee-, haven-, stads- en
landgezicht v. onze hedendaagsche meestors,
die met zoo groote voorliefde Enkhuizen tot
object hunner studie’s nemen.
We noemen slechts een W. B. Tholen, J.
E. v.M. Wetering, De Rooy, D. de Vries Lain,
G. L. Reindershof, J. C. Kerkmeijer, M. Hejji,
8. Henstra, wjjlen P. Egmond, C. M. Harms
én zeker niet in de laatste plaats
G. J4. Tamson, den organisateur
dezer tentoonstelling, alle in kunstkringen
bekende kunstenaars.
We keeren echter thans tot de bloemen
terug. We vermeldden reeds als de promotor
dezer culttiur wijlen den heer Nanne bbiis,
den stichter der grootste firma op dit gebied,
doch thans, et^ met succes door anderen na
gevolgd.
Meermalen waren we in de gelegenheid >n
de tuinen dezer firma van naby te zien. Als
men Jan daarby bet voorrecht heeft dep
hoofdtuin te bezichtigen onder begeleiding
van den ouden tuinbaas, Kramer, die nu
reeds 40 jaar daar de leiding heeft, dan wordt
het tevens een zeer leerzaam bezoek. Men
moet het echter een beetje gunstig treffen,
want 's mans rheumatiek maakt hem het
gaan zeer moeiljjk.
Indien één vak een goed geheugen en
zaakkennis echt, dan zeker wel dat van
den bloemist, en treft men dan zoo iematid
Kramer, die met zjjn tuin is opge-
stuiving er nieuwe variëteiten bjj.
Wat levert zoo'n kas een prachtig gezicht
op! Al die groote, rein gevormde bloemkel
ken, zich op 't voordeeligst toonead door de
trapsgewjjze opstelling der potten, waarlangs
ze afhangen, wjjj geopend, als om den be-
zichtiger maar niets te doen ontgaan van
haar fluweelige, heldere kleuren en uiteen-
loopende vormen, ze deden ons oogen tekort
komen. Wjj vonden vooral GL Tygriaus
getijgerd zeer mooi; de tuinbaas bad moer
oog voor de effen kleuren, omdat hij rich
meer plaatst op 'n kweekersstandpunt.
Nu kau men ook nagaan, wat 'n werk <>an
al die bloemen besteed wordt. *t Is hier na
tuurlijk om het zaad te doen en tevens urn
't ontstaan van nieuwe variëteiten. Eiken
dag gedurende den bloeitijd, wanneer van 11
tot 3 uur de kelken geopend zijn, brengt men
met t penseel het stuifmeel op de stempels.
Ook de aankweek van palmen, varens, en
andere exotische planten konden we waar
nemen.
Een centrale verwarming door alle kassen
zorgt voor de zorgvuldig op den thermometer
nagegane temperatuur.
Een opmerkelijke kweek is die van blad-
begonia’s met haar groote verschei lenheid
van kleuren. Men snijdt een daartoe geschikt
blad in kleine, rechthoekige stukjes, legt
deze in kweekkistjes op de vochtige aarde,
bedekt ze met een glasplaat en na verloop
van eenige da^en komt uit het stukje blal-
nerf, dat elk stukje bevat, een fijn worteltje
groeien: het nieuwe exemplaar ia ontstaan.
Achter in den tuin wordt een groote plek
ingenomen door zoogenaamd plat glas.
Hier zyn de bakken, waarin de jonge zaad-
plantjes geteeld worden, die 's zomers cp de
groote velden Rorden uitgezet. Degewn,
die voor de firma bouwen, d.w.z. zjj, die het
geoogste bloemen zaad by haar in 't najaar
komen verkoopen, kunnen hier
plantjes ontvangen. Zoo ziet men
de omtrek-dorpen Andyk. Bovenkarspel, Ven
huizen, Wydenes enz. tuinen en tuintjes met
viooltjes, anjers, Indische kers, reseda en
dergelijke op 't schoonst bezet.
Voorheen kon ook wel eens 'n particulier
mensch, al was 't dan ook niet om den zaden-
bouw ’n verscheidenheid van jonge plantjes
krygen, want er is natuurljjk van alles nog
heel wat over, maar dit jaar was 't mis. De
firma vofid zeker, dat er al bloempjes genoeg
in Enkhuizen zijn.
Op ’n ander gedeelt» konden we de ver
schillende proeven zien. Alle zaad, dat iuge-
leverd wordt van groent en zaden af tot gras
sen toe, wordt op afzonderlijke bedden van
naambordjes voorzien, uitgezaaid, alvorens
het als kiemkrachtig ensoort echt iu den
handel komt.
Ook zaden uit hot buitenland, of o>k wel
uit andere deelen van ons land (want lang
niet alles wordt hier geteeld of kau hier ge
teeld worden) krygen eerst een beproeving
in den tuin of in de bakken. Zoo zagen wo
een groote bak vol Spaansche pepers in di
verse 'soorten, een andere met de bekende
Elplant. Groote „eieren” hingen er reels aan
in allerlei kleur, van de bekende witte af tot
donkerrood, byna zwatt, toe.
Als men nu opmerkt, hoe het personeel
van één zoo’n tuin reeds een dertig maa be
draagt, bovendien, hoe deze bloemtuinen om
de heele stad heen liggen, terwyl ten tijde
van de zaadinzaïneling scharen vaij.jjpsl?Jlls
als losse hulptroepen komen opdagén, lerwul
by winterdag dezelfde meisjes in do zaad-
zoekery en de verpakking werkzaam zyn, dan
kan men nagaan hoe de voortdurende uitbrei
ding van zulke bedrjjven ten goede komt aan
een bepaald gebied.
Omtrent ééne zaak heerscht niet altyd te
vredenheid. Velen zyn er, zooals we reeds
opmerkten, die op eigen grond voor de za
denfirma’s bouwen en hun oogst aan deze af
leveren. De betaling nu gaat volgens tarief,
dat zoo'n firma zelf stelt. Zjj houdt daarbjj
rekening met den marktprijs vanzelf, maar
toch meent men wel eens, dat de betaling
ruimer zou zyn, indien er concurrentie tus
schen de opkoopers was. Het is nu z.oowat
hetzelfde als wat ^ve onlangs schreven over
den verkoop van groenten voordat de markt-
vereenigingen begonnen te werken.
Door het klein aantal zadenfirma’s schijnt
verbetering in deze, indien dan noodig, nog
wel wat te zullen uitblyven.
We hadden 't zoo juist over de warme
kassen en over 't gebruik van plat glas. Dik
laatste kennen we in de groenten bouwerij
al sinds jaren, doch dan meer als de ouder-
weteche ramen met kleine ruiten, die dan
over de lage bakken gelegd, dienden om in
't vroeg voorjaar bezaaid te worden
koolzaad, teneinde zoo vroeg mogelyk
bloemkoolplautjes te kunnen uitzetten.
De moderne tuinder gaat met de cultuur
ouder glas veel verder. Hy bouwt nu cok
warenhuizen en serres en al is nu hun aantal
niét zoo erg groot, wy treffen toch in heel
wat dorpen, zooals Venhuizen, Wyi‘>nos,
Wognum, Bovenkarspel, Andyk er teveel
aan, om in ons schetsje over den tuinbouw,
wil het eenigszins op volledigheid aanspnak
maken, er geheel over te zwijgen.
Allereerst,, wat Is een warenhuis?
Allicht zou ’n leek in 't vak zich by dezen
naam 'n verkeerde voorstelling maken en den
ken aan zoo’n bazar van alles en nog wat,
als men in groote steden vindt. En dat zou
toch ver bezyden de waarheid zijn.
Het warenhuis, dat wy bedoelen (en we be
palen ons nu maar eens tot een bepaald, d<»or
on^ zelf bezichtigd bouwsel) beslaat een
rejenthoekige oppervlakte gronds ter grootte
van 15 Aren, ’t Is dus niet een van de aller
grootste.
Het is opgetrokken uit drie materialen:
glas, beton en ijzer.
De wanden, langzaam schuin oploupeud,
bestaan uit klein glas (ruiten van ge<oon
vensterglasformaat) dakpansgewijs over el
kander gelegd en met stopverf aan het lijst
werk verbonden.
Dit is het vaste gedeelte van het huis, dat
dus by winterdag niet weggenomen wordt en
dus zeer stevig moet geconstrueerd zijn, om
winddruk en hagelslag te weerstaan. Het
laatstgenoemd natuurevenement wordt even
wel aan de glascultuur nogal eens noodlottig,
hoewel we in den regel er in Wost-Frieslaad
nogal goed afkomen.
Het dak bestaat eigenlijk uit 4 daken (by
groote warenhuizen kan dat natuurlijk ook
5, 6 of meer zyn) wier vlakken een hoek van
30 graden ongeveer maken roet het horizm-
P.
PLANTENZIEK-
DIENST.
Vogels in 192X
In 1925 heeft zich op bijna alle terreinen
waar thans, vooral door middel van nestkas
ten de vogelstand wordt opgekweekt een
succes voorgedaan, dat in verband mettle
uitkomsten der voorgaande jaren, buitenge
woon kan worden genoemd. Een uitvoerig
verslag daarover verschijnt in de loop van
het jaar. Hier kunnen thans de getallen van
een tweetal terreinen, die hun natuurlijk
maximum reeds hebben bereikt, volstaan:
Oranje Nassau Oord herbergde in de jaren
1924, 1925 achtereenvolgens 147 en 287 leg-
sels, „Hoogeveluwe 323 en 550. Er zyn vele
terreinen met dergelijke verhoudingen voor
den dag gekomen. Het is zeker, dat deze toe
name in verband sttat met de buitengewone
ontwikkeling van sommige insecten. Deze
sterke vermeerdering van insecten, kan zich
tot een plaag ontwikkelen: wy moeten in
onze bosschen een goeden vogelstand onder
houden, om het optreden van dergelyke
plagen te voorkomen.
Er zweeft dus thans door ons land een
buitengewone hoeveelheid jonge vogels, die
voor een deel naar hun geboorteplaats zul
len terugkeeren, voor een ander deel zich in
andere omgevingen zullen vestigen.. Het is
wenschelyk dat getracht wordt van deze vo
gels een zoo groot mogelyk gedeelte vast te
houden. De omstandigheden zyn nu buiten
gewoon gunstig, om op vogelarme terreinen
m 1926 met vogelcultuur (vermeerdering van
bet aantal insectenetende vogels) te begin
nen, en ook om de vogelstand op andere ter
reinen te vergrooten. De Plantensiekten-
kundige Dienst te Wageningen wekt belang
hebbenden hiertoe op. Daarvoor hange men
by voorkeur nu dadelijk nieuwe nestkasten
op, opdat ze de jonge vogels lokken en des
vrinters tot slaapplaats kunnen dienen. Ad
viezen hierover worden gaarne -door den
Plantenziektenkundigen Dienst gegeven,
terwijl men een uitvoerige bandleiding voor
het vervaardigen en de behandeling van nest
kasten vindt in Mededeeling No. 17 van den
Dienst.
In het bijzonder wordt de aandacht geves
tigd op het verschaffen van nestgelegenhe-
den aan spreeuwen, die door hunne-voortdu
rende aanwezigheid kunnen bijdragen tot het
verminderen van de emeltenplaag. De eerste
pogingen daartoe in 1925 begonnen, mot ef-
preseelijk geconstrueerde spreeuwenkasten
hebben eveneens een buitengewoon resultaat
gehad. In de Snippert b. v. by Oldenzaal wer
den langs weiden 65 Spreeuwenkasten opge
hangen, waarin 62 eerste en 45 tweede leg-
aels werden gebracht '(Van de eerste stier
ven door vervuiling 4, van de tweede 8 waar
omtrent een nader rapport is uitgegeven).
DE STREEK. f
Men is thans met man en macht bezig den
aadopgst binnen te halen. Het weer is voor
dezen arbeid vrij gunstjg veel gunstiger al
thans dan het vorig jaar toen onophoudelij
ke regens veel di
De centra voor den aanvoer vaa spi-
naziezaad zjjn Enkhuizen en Bovenkar-
jpel, vanwaar groote hoeveelheden die
eerst de noodzakelijke bewerking hebbed
ondergaan om dan handelbaar te zyn, naar
het buitenland worden verzonden. Het oog
sten van erwten en boonen verschaft ook
velen telers drukke dagen. De erwten zyn,
zooals men dat noemt vuil. De graansoor
ten zjjn binnen, de oogst er van was goed en
vooral het droge binnenhalen waarborgt ten
goede kwaliteit Op droog weer wordt nu
vooral gehoopt om goed zaad te verkrygen,
waarvan de handel hier in de laatste jaren
een hooge vlucht heeft genomen.
Het sterk optreden van een rupsje
in de appelboomen.
Allerwege in het land, maar vooral in het
Oosten en Zuiden treedt hoofdzakelijk in de
appelboomen, soms ook in andere ooftboo-
men beschadiging op waarbij de bladeren
bruin worden en er uitzien of zij verschroeid
z(jn. B|j nauwkeuriger beschouwing blijkt,
dat aan een zijde der bladeren bet bladmoes
weggevreten is, zjj zijn z. g. geskeletteerd en
de o verblijvende opperhuid is bruin gewor
den.
Verder zjjn de bladeren aan een zjjde om
gevouwen en het omgeelagen stukje aan do
reet vastgesponnen, of wel 2 of 3 bladeren
zijn aan elkaar vastgesponnen. In die spiii-
seltjes vindt men de daders, de kleine, gele,
Zwart gevlekte zeer beweeglijke rupsjes van
het skeletteermotje der ooftboomen, Simae-
this pariana. De thans aanwezige rupsjes,
die nu ongeveer aan het verpoppen toe zjjn,
.waartoe zy zich in een witten cocon op de
vreetplaata inspinnen, z(jn die van de 2de
generatie; de eerste generatie, die veel min
der talrjjk in de maand Juni aanwezig is, ont-
staat uit eieren, welke gelegd zijn door do
Van den Secretaris der Ned Barne
velder Club ontving ik dezer dagen een
boekwerkje getiteld ..De Barnevelder
kip en de Barnevelder Club", met de uit-
noodiging m'n medewerking te willen
verleenen om de populariteit van dit ras
en deze club te vergrooten.
Hieraan wil ik gaarne voldoen en wel
in de eerste plaats omdat de Barnevel
der kip eeri'Tokproduct van Nederland-
schen bodem is en ook omdat het stre
ven van de Barnevelder Club ons aller
sympathie heeft.
Dit streven is n.l. het verhoogen der
legcapaciteit der Barnevelders met be
houd van de veel geroemde kleur der
eieren, het brengen van meer eenheid
in vederkleur en type, steunen en be
vorderen van legwedstrijden enz.
't Is, om het eens kras te zeggen, als
het ware een ziekte van ons Nederlan
ders datgene wat één of eenige onzer
presteeren te negeeren of af te breken.
Het werk van de menschen, die de Bar
nevelder hebben gemaakt, heeft in het
begin al heel weinig waardeering gehad.
Ons nationaliteitsgevoel schiet hierin
wel wat te kort. Komt daarentegen iets
nieuws uit het buitenland b.v. Engeland
of Amerika, uan wordt dit met open ar
men ontvangen en slikken we vrijwel al
les wat de buitenlandsche fokkers ons
voorschrijven.
De Barnevelder kip beeft op 't oogen
blik de aandacht van vrijwel de geheele
fokkerswereld op zich gevestigd door de
mooie bruine kleur van het ei. Ook En
geland en Amerika beginnen zich voor
dit ras te interesseeren, in Duitschland
echter wil men er nog niet erg aan.
Door kruisingen van diverse rassen
is men indertijd aan de Barney's, zooals
de Engelschen zeggen, gekomen met dit
gevolg echter, dat de eenheid in bouw
en vederkleur, vooral bij de nakomelin
gen, wel iets te wenschen overlaat. Wan
neer men een goed toom Barnevelder
hoenders heeft is het niet gezegd, dat
daaruit weer mooie dieren kunnen wor
den gefokt. Het ras is nog niet constant
genoeg, wat tot teleurstellingen van ve
le pluimveehouders heeft geleid. De Bar
nevelder club kan hierin veel en goed
werk verrichten, maar men houde angst
vallig vast aan de mooie kleur der eie
ren, want dat is per slot van rekening
het eenige waar het op aankomt.
De Barnevelder is een nuthoen cn
moet dit ook blijven, een snortvogel
wordt het toch niet; we hebben trou
wens geen behoefte aan meer sporttas
sen, en dat de Barnevelders uitmunten
door lijn of vederkleur kan nu ook niet
bepaald worden gezegd.