Hoord-Hollanilsct
Dagblad.
Tweede Blad
ALKMAAR.
MODERN DRUKWERK.
L
k
f
INGEZONDEN STUKKEN.
19* JAARGANG.
z DINSDAG 13 OCT. 1925.
DRUKKERIJ „ONS BLAD”.
MODELBOEK TER 1NZAOE
IN EN OM ALKMAAR.
DE GEMEENTEBE-
GROOTING VOOR
1926.
in.
c
goed in, werd er vlot gespeeld en hebben de
het ten
i
I
tresent wilden zjjn bij het
gebouw. Spr. zag hier-
VVanneer uu B. en W.
a. de belastingheffing gelijk gelaten heb
ben,
b.
Om hun opmerkingen inzake subsidiën te
besluiten, merken B. en W. op, dat een
nieuwe regeling ten aanzien van de toeken
ning van subsidies bij hun college in behan
deling is.
„Het is onze bedoeling” zeggen B. on
VV. „deze regeling tijdig bij Uwe verga
dering aanhangig te maken, zoodat ook de
subsidies voor 1926, welke thans moeten wor
den beschouwd als in maximum op de ><e-
grooting voor te komen, daaraan zullen kun
nen worden getoetst.”
Wij vragen opnieuw, evenals vorige jaren:
Zou men een methodiseering van de sub-
sidie-toekenning maar niet liever geheel ach
terwege laten?
Het is toch een feit, dat ieder geval geheel
op zichzelf beschouwd moet worden.
Er zijn enkele heel algemeene normen te
stellen, dat geven wjj toe, doch deze algo-
meene normen OJL de verhouding tot de
blijkende instemming van particulieren zjjn
zóó weinig zeggend voor ieder afzon
derlijk geval, dat men zich o.L heusch de
moeite wel besparen kan, „een nieuwe rege
ling ten aanzien van de toekenning van
subsidies” te formuleeren.
Het bestuur van bet Burgerweeshuis heeft
▼oor 1926 een subsidie aangevraagd van
9600.—, dat is 2400 hooger dan wat voor
1925 aangevraagd werd.
B. en W.-schjjnen met deze aanvrage niet
zonder meer accoord te willen gaan; in
hun aanbiedingsbrief deelen zij tenminste me
de, dat zjj omtrent deze verhoogde subsidie
met het bestuur in overleg getreden zijn en
dat met een eventueele vermindering van de
subsidie bij een eerlang in te dienen Nota
van wijziging rekening gehouden kan wor
den.
Wij voor ons meenen, dat de verhoogiag
dezer subsidie alleen gerechtvaardigd kan
zijn, wanneer het aantal weeskinderen in den'
laatsten tijd zeer beduidend gestegen is.
We verondefctellen echter( dat zulks niet
het geval is; immers, blijkens de Memorie
.van toelichting wordt voor „voeding” slechts
V 300.méér aangevraagd; daartegen
over vraagt men voor werkloon 32".<n
voor vuur en licht 1600.méér.
Het heeft den schijn, dat de nieuwe instal
latie van het burgerweeshuis zich.hier finau-
tieel wreekt, en dat deze meerdere (noodig:?)
kosten het gevolg zijn van het feit, dat het
bestuur van het weeshuis indertijd door dik
en dun een zóó luxueus gebouw als weeshuis
verlangd heeft en niet heeft willen luisteren
naar de vermaningen van hen, die de betrek
kelijk weinige overgebleven weezen voor bet
grootste deel liever in gezinnen onderge
bracht hadden gezien, terwijl voor enkele •m-
deren een* ander gesticht had kunnen worden
gekozen.
Alles duidt erop, dat de meerdere kosten
aan het nieuwe gebouw te wijten zijn.
Xfzaaad sis» w ss 4 AaL mrx o a nrgagklt I H-
V xlt fX» Illxtfltc II tl tVUtt ttittrtt nvtu
passen?
Terwijl het bestuur vau het weeshuis in
dertijd zoo weinig rekening hield met de
finantieele belangen der gemeente, en --
nota bene eigenlijk zélf dezen nieuwen
geldnood geschapen heeft?
Wij hopen dat het „overleg” van het ge
meentebestuur met het weeshuisbestuur suc
ces mag hebben.
Anders moet incfl het Weeshuis dat
toch een „particuliere" instelling is even-
kls het.... stadsziekenhuis!, en dat dos
wegen indertijd zoo'n hoogen toon tegen het
gemeentebestuur aansloeg zijn eigen
boontje maar eens laten doppen.
M.H.,
Beleefd verzoeken wjj U bijgaand stukje
yen plaats in Uw Had te willen geven. Wjj
zeggen U daarvoor bjj voorbaat hartelijk
dank.
Hoogachtend,
voor „Herwonnen Levenskracht."
J TH. v. d. LAAN,
Secretaris.
„HERWONNEN LEVENSKRACHT.»
Het is ons gebleken dat de goede gezind
heid, die het publiek Goddank tegenover
onze vereeniging bezit, door gewetenlooze
personen wordt misbruikt, om onder valsche
voorwending gelden In te zamelen. Het is
daarom dat We met den meesten nadruk ver
klaren, dat door onze vereeniging aan nie
mand een verklaring of aanstelling is of
wordt gegeven, om namens ons langs de
huizen te gaan om steun.
Een geval, zooals vorige week voorkwam
in Weurt, dat men met een lijst steungelden
voor Herwonnen Levenskracht inzamelde
door een ter plaatse onbekend persoon, be
rust op zwendel.
Voor zoover door onze plaatselijke comité’s
of commissies een beroep op de liefdadigheid
der ingezetenen wordt gedaan, geschiedt dit
uiteluitend In eigen gemeente.
VOor „Herwonnen Levenskracht",
J. TH. d. LAAN.
De sympathie voor Zeeland steeg met de
seconde
Daar stond Alkmaar's Voorzitter, de heer
Keysper.
Wij zullen alles met de vliegmachine doen,
zei hij.
Maar zelfs een kaastractatie kon de zaak
voor Alkmaar niet redden. Zoowat allee
stemde voor Goes, zelfs de Hoofdbestuurs-
leden en dezen dus tegen hun eigen voorstel.
Goes behaalde de overwinning!
RIJKSPOSTSPAARBANK.
Opgave uitsluitend betreffende het post
kantoor Alkmaar en zjjne hulppostkantoren
over de maand September 1925.
Aan bovengenoemde kantoren werd, in
den loop der maand, op spaarbankboekjes
ingelegd 55.119 en terugbetaald
49.404.94. Derhalve méér ingelegd dan te
rugbetaald 5714.06. t
Het aantal nieuw uitgegeven spaarbank
boekjes bedroeg 81,
Hieronder 171 formulieren ad 1 in
spaarbaukzegels van 5 cent en 26 formulie
ren ad 1 in spaarbankzegels van 1 cent
(Schoolsparen).
Door tusschenkomst dezer kantoren werd
ter Directie op staatsschuldboekjes inge
schreven nominaal f 3550.en afgeschreven
nominaal 650.-. Derhalve méér in- dan
afgeschreven 2900.
HERWONNEN LEVENSKRACHT.
Men meldt ons:
Naar wjj vernemen, zal het PI. Comité van
Herw. Levenskracht met December a.s. zjjn
2e lustrum vieren.
Onder dit vieren wordt vanzelf sprekend
verstaan een hernieuwde krachtige actie ten
gunste der patiënten.
Oud-patiënten van H. L. zullen zeker van
de hun nu geboden gelegenheid gebruik ina-
ken hun hulp te verstrekken.
„HET CHRISTELIJK GETUIGENIS DER
CATACOMBEN.»
Was het wonder, dat gisteravond toen
de WelEerw. Pater Hendrichs zjjn, lezing
„Het Christelijk getuigenis der Catacomben”
hield „Het Gulden Vlies” geheel en al ge
vuld was met belangstellenden en dat nog
verschillenden afgewezen moesten worden?
Wjj meenen van niet. De roep van Pater
Hendrichs’ lezing was rpeds lang in Alkmaar
doorgedrongen en de R. K. Propagandaclub
Pater Hendrichs bracht haar daarvoor in
zjjn inleiding zeer terecht hulde had door
ijverige propaganda voor dezen avond heel
wat kaartjes verkocht. Ook merkten wjj vo
le Eerw. Heeren Geestelijken en inwoners
der buitengemeenten op.
Pater Hendrichs verheugde izch zeer, zoo
als hjj zeide, over deze belangstelling voor
een zoo zuiver geestelijk onderwerp als dit
is en dat terwjjl men overal spreekt over in
zinking van het geestelijk leven. Deze be
langstelling voor dit onderwerp toonde spr.
den geest van deze plaats.
Hjj wees allereerst op de omvangrijkheid
van deze stof.
En deze omvangrijkheid van dit onderwerp
bleek wej uit deze lezing, waarmede Pater
Hendrichs zjjn gehoor niet minder dan drie
uur lang werkelijk boèide. Had Pater Hen
drichs gewild, wjj twijfelen er niet aan of hjj
had er drie maal drie uur op even boeiende
wjjze over had kunnen causeeren.
Katholieken en niet-Katholieken van
welke laatsten wjj er velen in de zaal op
merkten hebben inderdaad dezen voor een
lezing toch langen tjjd ademloos naar de uit
eenzettingen van den Pater zitten luisteren.
Waartoe zeer zeker veel bijgedragen heeft
Met het Burgerlijk Armbestuur heeft de
yemeente een moeilijk geval.
Het Burgerlijk Armbestuur vermeldt op
«jjn begroeting een subsidie van 158.187.80.
'Voor 1925 is bjj de primitieve (?l) begrooting
Aoegestaan 120.000terwjjl in 1924
'f 134.189.37 is uitgegeven.
Aangezien wjj zoo zeggen B. en W.
de voor deze verhooging aangevoerde
Motieven niet aanstonds tot de onze konden
maken en bovendien de stand der middelen I
'n verhooging van 83.187.80.- niet gedoogt,
trokken wjj het subsidie aanvankelijk uit op
De zaak komt dus hierop neer dat het
Burgerlijk Armbestuur verschrikkelijk veel
geld verslindt, en dat B. en W. meenen, zóó
veel kapitaal niet te kunnen afstaan voor dit
doei.
Het wordt met het Burgerlijk Armbestuur
steeds erger:
Om slechts enkele jaren na te gaan:
voor 1924 begrootte men 89029.70,
voor 1925: 112.000.—,
voor 1926: 153.187.30—.
Weliswaar begrootte men in enkele jaren
vóór 1924 iets meer dan 89029.70,doch
toen leefde men in crisistijden, waarin bjj
ondersteuning het hek van den dam was
en ook we erkennen het ten volle
moést zjjn.
De stjjging der laatste jaren is echter
juist wanneer men de betere tjjden in aan
merking neemt, van dien aard, dat men tot
de conclusie komt:
hier moet iets niet in orde zjjn.
Wat?
We weten het niet.
Is Alkmaar de laatste jaren in pauperisme
zoozeer „vooruit” gegaan?
We weigeren het te gelooven.
Wanneer in onze gemeente een zóó groot
deel van den ganschen hoofdeljjken omslag
aan armengeld besteed wordt, dan leven wjj
als armenverzorgers ver boven onzen
stand.
Voorzoover zulks nog een gevolg is van de
r.a-oorlogw-toestanden, zal ook hiéraan
evenals aan de werkverschaffing in haar hul
digen vorm een einde moeten komen.
ST. JOSEPHS-GEZELLEN-VEREENIGING.
Nadat de vorige week vanaf Woensdag
avond tot en met Zaterdagmorgen een Tri
duüm gehouden was voor de gezellen, tel
kens ’s morgens en 's avonds door den
ZEerw. Z.Gel. Pater A. Winkel, O. P. (voor
de Gezellen waren onderwerpen behandeld,
die hunne hoogste belangen raakten), werd
Zondagmorgen eveneens in de Kapel van
het Gezellengebouw de Kerkeljjke slotplech-
tigheid gevierd. Het Tridium werd door de
gezellen, ondanks de 8-Octoberfeesten, uit
stekend bezocht. Slechts enkelen bleken af
wezig te zjjn. De Kapel zag er Zondagmor
gen, dank zjj de goede zorgen van den con
cierge, weer schitterend uit. De goede ga
ven van de natuur en de techniek, in den
vorm van bloemen en electrische verlich
ting, waren door hem op de juiste wjjze aan
gewend. De H.Mis w'erd opgedragen door den
vice-praeses, den WelEerw. Heer Kapelaan
Th. v. Haaster. De liturgiesche gezangen
worden, onder leiding van den heer P. A. v.
Langen, uitgevoerd uitgevoerd door de on
derafd. zangver. „Zanglust”.
Na het Evangelie verzocht kapelaan v.
Haaster het bijzondere gebed der gezellen
■voor een hunner voormannen die reeds
maanden in het St. Elisabethgesticht wordt
verpleegd, en verklaarde hjj op korte, een
voudige wjjze het juist voor dien dag zoo
treffende evangelie-verhaal.
Indrukwekkend in de intieme kapel was
de algem. H. Communie van gezellen en ge-
noodigden.
Na deze vierdaagsche godsdienstige feest
viering vereenigden allen zich aan een fees
telijk aangereobt gemeenschappelijk ontbijt,
waar mede aanzaten de vice-praeses, kape
laan v. Haaster, Pater Winkel, de leden van
Raad v. Bestuur en Raad v. Commissaris
sen, de leiders der onderafd., de heeren Leo
Bakker, J. Staven ui ter en Willy Köhler (de
heer v. Langen en enkele genoodigden waren
verhinderd); en nagenoeg alle 108 gezellen.
Natuurlijk heerschte er een zeer prettige
stemming. Na het ontbijt werd door den se
cretaris van den R. v. B., den heer A. B.
Winkel, het zeer uitgewerkte en inhoudsvolle
jaarverslag uitgebracht, aan het einde waar
van de beteekenis werd' uiteengezet van het
werk door Praeses van Haaster, gedurende
meer dan vjjf jaren voor de Alkmaasche
schoolvrije jeugd in bet bijzonder de St. Jo-
sephs-Gezellen verricht.
Het jaarverslag zullen wjj binnenkort zoo
uitvoerig mogelijk plaatsen.
een kort,
pakkend woord tot de Gezellen waarin
lige raadgevingen voor het
verdere leven medegaf.
jaarverslag zullen wjj binnenkort zoo
■ig mogeljjk plaatsen.
Ook Pater Winkel sprak nog
maar p
hjj hun nog eenige raadgevingen voor het
verdere leven medegaf.
’s Avonds om 8 uur waren met de hier
boven vermelde personen nog enkele genoo
digden in de intieme bovenzaal der Gez. Ver.
bjjeen. De vice-praeeee opende den avond en
heette de aanwezigen welkom, dankt* de
gezellen voor hun uitstekende opkomst bjj
het Triduum en deelde mede, dat deze avond
beschouwd moest worde» als een intieme bij
eenkomst der gezellen en eenige belangstel
lenden. Pr'aesee en R. V.'B. hadden gemeend,
dat in het bijzonder dit feest, de viering van
het Eerste Lustrum, op kerkeljjke wijze ge
vierd moest worden en de Praeses hoopte dan
ook, dat het Triduum rjjke vruchten zou af-
weroen. Toch meende h(j, dat voor de tal
rijke aanwezigen ook dezen avond wet iets
te genieten zou zjjn. Na een keurig stukje
muziek van de Gebr. Geels, leden der af-
deeling, werd het woord gevoerd door den
senior Co Franse, die in een welverzorgde
speech de bedoeling van het gezellenwerk en
het werk van den praeses in de vereeniging
nader uiteenzette en namens alle Gezellen
Kapelaan v. Haas ter en de leden v. d. Raad
v. Bestuur oprechten en innig-gemeenden
Jank bracht voor het vele, wat zjj voor de
Gezellen gedaan hadden.
Als bljjk van waardeering werden aange
boden namens alle commissarissen en gezel
len een prachtige bloemenmand en een be
drag onder enveloppe en namens den Raad
v. Commissarissen eveneens een bloemen
mand.
Hierbij sloten zich" aan de dikwjjls gees
tige en altjjd oprecht gemeende en tot ’s
Praeses hart gerichte redevoeringen van dg
voorzitters der onderafd. reep. Cor Merkx
voor „Kolping”, Piet Zeegers voor „de Tur
ner”, Piet Vink voor „Zanglust” en Age
Witteveen voor „St. Louis”, die allen reep,
prachtige bloemen en en kistje sigaren aan
boden. Kapelaan Helmer (ook Kapelaan v.
d. Berg, was later aanwezig) hield een van
geest sprankelend speechje tot de aanwezi
gen, waarvan O.a. de aanhef was: Buitenge
woon feestelijk gestemde menigte. Spr. had
o.a. gehoord, dat het nog al eens kon stormen
in de Gez. Ver., maar spr. verzocht het in
het vervolg wat kalmer aan te leggen, daar
de terugslag van die stormen en ook de re
genbuien zich zelfs in de Pastorie deden ge
voelen. Ook sprak Kapelaan Helmer over
koude thee en koude soep in de Pastorie in
verband met het feit, dat zeker iemand wel
eens wat laat het Gezellengebouw verliet. In
dit verband riep spr. de medewerking der Ge
zellen in. Nadat de heer Leo Bakker een kort
maar krachtig woordje gesproken had, deel
de de heer Winkel mede, dat een kleine afd.
van „de Turner” diep dag nog (tusschen de
bedrijven door) had deelgenomen aan de
athlefiekwedstrjjden te ’t Zand en daar twee
persoonlijke prjjzen had gewonnen n.l. een
2en en 3en prjjs Kogelstooten door de Gebrs.
Adriohem. Spr. feliciteerde den Praeses en
de turners met de behaalde overwinningen,
maar vooral met het feit, dat niet één der
deelnemende Gezellen ook maar een voor-
stelletje had gedaan om nog maar een half
uurtje te vertoeven op de zoo aanlokkelijke
kermis, die in ’t Zand gehouden werd, maar
allen 'weer tjjdig present wilden zjjn bjj het
avondfeest in het Gez. gebouw. Spr. zag hier
in de aanwijzing, dat de kern van „de Tur
ner” bestond uit een groep krachtige, karak
tervolle jonge manen, die zoo doorgaande
nog veel zouden kupnen bereiken voor de
Gez. Ver. en de onderafd. „de Turner.”
Na de pauze, die nu volgde, voerde de
tooneelclub „Kolping” onder regie van den
heer Leo Bakker op zeer verdienstelijke wjjze
op het blijspel in 2 bedrijven: „de Hoofdrol". I
Ondanks de zeer korte voorbereiding (men I
sprak van 4 repetities) zaten de rollen er
goed in, werd er vlot gespeeld en hebben de I de wjjze waarop Pater Hendrichs «Hn be
spelers de aanwezigen met de vertolking toog inkleedde en niet minder de bijzondere
van dit koddige blijspel een aangenaam I scherpte der lichtbeelden
uurtje bezorgd.
We weten, Jat we ook de Kolpingsleden
huldigen door te verklaren, dat we alle res
pect hebben voor de goede regie, keurige
tooneelaankleeding en juiste rolverdeeling
van den heer Bakker en de grime van den
heer Groothuizen. De nieuwe „tooneelster-
ren” voldeden goed. Tusschen de twee bedr.
sprak de vice-praeses, kapelaan v. Haaster
een ontroerend woord van dank tot zijn jon-
gens, die hem en de vele aanwezigen zoo’n
prachtig feest bereid hadden. Spr. begreep,
dat het zoo menschelijk was, dat men een
bepaald persoon en niet zoo makkelijk een
groep van personen, dank bracht en huldig
de, maar spr. bracht die hulde en dank over
voor een zeer groot gedeelte aan de leden
van R. v. B. en R. v. C., aan de H.H. leiders
van onderafd. en cursussen, aan de bestuurs
leden der onderafd. en de vele gezellen, die
zoo ongemerkt, maar niettemin krachtig me
dewerkten, aan de dames van het ontbijt,
waarvan er waren, die in dit opzicht ook
hun eerste lustrum vierden, „last not least”
vooral aan de vele goede inwoners van Alk
maar, die hem, hetzij jaarlijks, hetzjj zoo nu
en dan, iets in de hand stopten, wat nood
zakelijk was voor de instandhouding van het
prachtige, naar hij hoopte, resultaten ople
verende, maar dikwijls zoo moeilijke Kol-
pingswerk.
Alles bij elkaar is het een heerlijk feest ge
weest en kunnen Praeses, Bestuursleden en
Gezellen, onder Gods Zegen en de voor
spraak van St. Joseph met veel moed het
Tweede Lustrum tegemoet gaan.
HOE ALKMAAR T VERLOOR.
In een overzicht van het 6e R. K. Midden-
standscongres in de „Nieuwe Haarlemsche
Courant” vertelt de heer P. J. M. van Tete-
ring hoe Alkmaar oorspronkelijk als con
gresstad voor het volgend jaar gedacht
het verloor in den strijd met Goes.
„De plaats, waar volgend jaar de Centrale
Raad zou vergaderen, was, ingevolge voor
stel van het Hoofdbestuur, Alkmaar.
Dat voorstel gaat zeker wel onder den ha
mer door, had ik gemeend.
Doch daar kwamen de Zeeuwen los!
Altjjd is er gezegd: de Centr. Raad moet
vergaderen aan de lijn tusschen R’dam en
A’dam. Nu verbreekt het H. bestuur zelf den
regel, doch nu eischen wij volgend jaar als
vergaderplaats Goes op.
Steeds hebben wij alles getrotseerd, altijd
naar het Noorden gegaan, komt nu ook eens
bjj ons. En wjj garandeeren U een feestelijke
ontvangst: receptie op het Stadhuis, concer
ten enz. enz.
Ook bal met Zeeuwsche boerinnen werd er
gevraagd. Ook dat!
door den
uit meerdere bedrijven winst hebben
genomen,
c. meerdere bedrjjfsbegrootingen hebben
besnoeid,
d. de subsidies, behoudens enkele nood
zakelijke verhoogingen, onveranderd heb
ben gelaten,
dan zjjn ze er nóg niet;
dan is de begrooting nóg niet sluitend.
Om dat te bereiken is nog een bedrag noo
dig van 35.000—, welk bedrag B. en W.
wenschen te putten uit het „Reservefonds
voor bijzonderee doeteinden.”
Hiertegen zal wel niemand bezwaar heb
ben, aangezien het gereserveerde geld op de
ze wijze weer zoo eerlijk mogeljjk aan den
belastingbetaler terug gedistribueerd wordt.
Hoiplrin Alkmaar.
Telefoon 433 en 63X
125.000.welk bedrag wij ten slotte tot
130.000konden verhoogen.
De dezer dagen ingekomen suppletoiro
aanvrage van 27.00t£— noopte ons echter
aldus gaan B. en W. voort deze aan
gelegenheid opnieuw onder oogen te zien,
zien.
De meerderheid van het College acht zich
met het oog daarop niet verantwoord, 'net
subsidie voor 1926 lager te stellen dan
140.000, zij het dan, dat daarmede gepaard
zal moeten gaan een verhooging der bijdrage
uit het reservefonds voor bijzondere doelein
den van 10.000.
Een deel dier meerderheid kon zich (wat
’n wonder!) met deze dekking niet vereeni-
gen.
■ns en ’s avonds
Over het algemeen zullen de \oor 1926 toe
te kennen subsidiën aan instellingen en ver-
eenigingen gelijk'blij ven aan die, welke voor
1925 werden toegekend.
Niettemin vragen enkele subsidiën bijzon
dere aandacht.
Allereerst de subsidie ten behoeve van de
vereeniging „Kinderbewaarplaats”, welke
ten vongen jare weliswaar op 478.10
werd uitgetrokken, doch thans 1634.94 zal
moeten bedragen, omdat in 1926 niet meer
geprofiteerd zal kunnen worden van een ba
tig saldo over vorige jaren.
Wanneer deze hoogere subsidie werkelijk
noodig is om te voorzien in een econo-
mischen nood, welke op geen enkele andere
wijze zoo mensch waardig en zoo radicaal ge
lenigd kan worden, dan hebben wjj vrede
met deze uitkeering; -*■ er kunnen zich in <Je
samenleving immers gevallen voordoen,
waarin buitenshuis verzorging van kleine
kinderen overdag een dringende eisch, een
eisch van algwmHta maatschappelijk belang
is.
Wanneer een weduwe b.r. overdag uit
werken moet gaan om voor haar en de haren
het dageljjkseh onderhoud te verdienen, dan
is bet alleszins gewenscht, dat deze kinderen
overdag in een tehuis een liefderijke verzor
ging kunnen vinden voor niet méér geld, dan
de moeder goedschiks missen kan.
Voorzoover op dit liefdewerk echter door
de gemeenschap bijgepast moet worden, hou
tje men in het oog, dat niet dan uit ware
loodzakeljjkheid in het algemeen be
lang kinderen in dit tehuis mogen worden
apgenomen.
Allereerst ligt bet op den weg van parti
culieren, dit liefdewerk te bevorderen,
eerst wanneer giften van particulieren te
kort schieten om dktgene te bereiken, wat
in het algemeen belang (waarbij rekening
gehouden wordt met rechtvaardigheid en
naastenliefde) noodtakel ijk is, eerst dAn
heeft de gemeente den plicht bjj te springen.
Nu vragen wjj: indien over vorig» jaren
allicht ten gevolge van particuliere giften
batige saldi konden ontstaan, waarom
komt men dan nu ineens van de gemeente
zooveel méér vragen? j
Heeft men de particuliere' liefdadigheid
wel genoegzaam uitgenoodigd den laatsten
tjjd?
eerste Christenen haar toedrr
Het laatste punt waarvoor
vragen is het -
J--de vermenigvuL
diging der brooden,
r— - - a
len, van het H. Misoffer enz.
Het spreekt vanzelf, dat wjj Pater Hen
drichs’ uiteenzettingen slechts in^de hoofd-
jsxaaatVU fev, «‘ft'* ----
den, zoo uitvoerig als'door Pater Hendrichs
werd gedaan zou ons inderdaad te ver voe
ren. Zijn uiteenzettingen kregen door dase;
details die van de uitgebreide kennis van
Pater Hendrichs over dit onderwerp getuig.’
den een bijzondere bekoring, waardoor
zeer zeker de belangstelling der aanwezigen
voor de Catacomben is opgewekt
Pater Hendrichs gaf geen archeolische of
historische beschouwing der Catacomben. O,
neen hjj wilde het Christelijk getuigenis
dezer catacomben doen spreken. En daar b
hjj in geslaagd: na het bjjwonen dezer le
zing moet men wel van het krachtige Chris
telijke getuigenis der Catacomben overtuigd
zjjn.
Laten wjj de redeneering van den Pater
op den voet volgen:
De Catacomben zjjn ondergrondsche be
graafplaatsen om de stad Rome. De eerste
Christenen begroeven hun dooden op dezelf
de wjjze als de Romeinen en hadden de ge
woonte op de graven beeltenissen aan te
brengen, waardoor de gedachten aan do
dooden opgewekt werden. Deze Catacomben
bestaan uit heele netwerken van gangen met
graven, welke gangen een lengte hebben van
ongeveer 900 K.M. d.i. ongever 3 maal den
afstand Groningen—Maastricht
Dertien van deze Catacomben zjjn nog niet
opgegraven, welk opgraven vele moeiten en
kosten met zich brengt, doch het is inder
daad van groot gewicht, een cultuurwerk,
om aan den dag te brengen wat daar begra
ven is. Vandaar deze lezingen, welker op
brengst snaaks merkte Pater Hendrichs
op: ik koop er geen sigaar of doosje lucifers
voor; daar kunt U gerust op zjjn naar
Rome worden gezonden, om deze opgravin-
gen zooveel mogeljjk te bevorderen.
Pater Hendrichs zette vervolgens uiteen,
dat deze Catacomben zonder twjjfel uit do
eerste vier eeuwen zjjn en dat zjj zonder twij
fel Christelijk zjjn, wat voldoende bljjkt uit
het gemis van heidensche en het vóórkomen
van Christelijke emblemen. Spr.’s getuigenis
sen zijn de marmer- en schilderwerken en
inschriften of krabbels in de Catacomben
gevonden. Vooral de marmerwerken zjjn zeer
kostbare stukken, zoodat men wel wist
en daarop vestigde spr. speciaal de aandacht
welke teekeningen men daar op maakte.
Het zjjn alle zinnebeeldige voorstellingen.
De eerste Christenen beeldden uit wat het
graf hun ingaf: de eeuwigheidsgedachte. Zoo
als op onze hedendaagsche bidprentjes de
gedachte aan den overledenen en aan de
eeuwigheid geroepen wordt, zoo deed men
vroeger op de grafsteenen, Spr. noemde het
eigenaardig dat zij juist die zinnebeeldige
voorstellingen aan ons hebben nagelaten, die
ons de opstanding voor den geest roepen.
En de Roomsche priester bidt thans bjj het
stervensbed van een geloovige nog hetzelf
de.
Aan de hand van fraaie, bijzonder scher
pe lichtbeelden toonde de Eerw. spr. dan aas
hoe de eerste Christenen zich die eeuwigheid
dachten. Zjj geven allerlei symbolische voor
stellingen omtrent de Hemelsche zegepraalt
de zegepraal van Noë, Daniël in de leeuwen
kuil in een zegevierende houding, de opwek
king van Lazarus e.d.
Het bleek duidelijk, dat men geen geschie
denis gaf, msfhr symboliek. Een tweede vraag
is: hoe denken zij zich nu dat de mensch
komt tot die zegepraal? Als eerste punt be
schouwen zjj daarvoor het geloof en beelden
Christus uit als leeraar, ah de Goede Herder,
de tusschenkomst van Christus door middel
van het kruis, de Goddelijkheid van Chris
tus.
Christus werd bjjna altjjd ah een jeugdige
figuur voorgesteld, waarmede zjj de uitbeel
ding van den Zoon wilden geven.
Het tweede punt, waarvoor zjj veel aan
dacht vragen is het doopsel; het doopsel in
verband met de eeuwige opstanding. Uit ver
schillende stukken bljjkt ook dat de kinderen
van den eersten tijd af werden gedoopt.
Voortdurend treft men op de graven ook
aan het leergezag. Zjj vertrouwden op de op
standing hunner dooden, omdat die aan het
leergezag geloofd hadden. Zjj vonden dit zo<
voornaam, dat het aantal symbolen over he*
leergezag bijzonder groot is. Ook van de aan
stelling van Petrus tot wethouder, tot stede
houder van Christus en van zjjn Primaat
schap vinden wjj vele afbeeldingen. De eer
ste Christenen wilden daarmede zeggen: zj?
die hier rusten zullen komen tot de eeuwig»
opstanding, omdat zjj trouw waren aan Pe
trus.
’t Stond ook vast bjj de eerste Christenen dal
de overledenen niet aanstonds de gelukzalig»
eeuwigheid konden binnengaan. Er leefde bj)
hen een zeer sterke overtuiging aan een
plaats van loutering, waar de afgestorvenen
in verbinding bleven met de geloofsgenooten.
op aarde, die hen heilwenschen konden toe
sturen, opdat vervuld mocht worden, wat
zjj zich nog niet als vervuld dachten. Dft
bljjkt uit heilwenschen als: moogt gij in Goó
leven en het toewenschen van verkwikking
en de hoop, dat Christus zich hunner zal g*'
denken enz. Ook bljjkt dat zjj er aan denken,
dat de overledenen bidden voor ons.
Op den voorgrond treedt ook de vereering
der Heiligen. In de Catacomben treft men
voor de voornamere graven, waann zich de
Ijjken van Martelaren bevonden, kolommetje#
aan, waarop lichtjes ter eere dier Heilige
brandden. Ook poogde men zjjn dierbaren
steeds zoo dicht mogeljjk bij de graven der
Heiligen te begraven. Zóó was men daar op
gesteld, dat men er kostbare schilder- en
beeldhouwwerken voor beschadigde. De
krabbels op de muren der Catacomben zjj»
aanroepingen der Heiligen, aan wier voor
spraak in den Hemel men geloofde.
Ook de vereering van Maria bljjkt uit vslr
voorstellingen. Steeds werd zjj afgebeeld op
een troon met een schamel onder de voeten»
waaruit bljjkt de hooge vereering, die dr
eerste Christenen haar toedroegen.
Het laatste punt waarvoor zjj de aandacht
vragen is het H. Sacrament des Altaar». Veh»
voorstellingen ziet men van
diging der brooden, van den Ichtus, den
Visch der levenden, van Eucharistische «u-
Het spreekt vanzelf, dat wjj Pater Hen
drichs’ uiteenzettingen slechts In de hoofd
punten gevolgd hebben. Een in details tre-
edaan zou ons inderdaad te ver voe-