tong
VL Opaabare Vertos».
0.57
DC Onderstewuing asa beboeftifea «a werkloosea.
b.
d.
I
.n-irpamtn aaa de voormalige Barger- en Meisjesscholen.
19 43
1925
derhoud relatief kostbaar
■chiedt dit na aanbesteding.
van toet onderwijs niet geschaad worden. Waaneer b.v. blijkt,
dat van bepaalde leer- of hulpmiddelen eene zoo groote hoe
veelheid benoodigd to, dat* openbare sanhesteiting of in
schrijving voor de levering in massa, tot billijker prijzen zal
leiden dan bij de gewone jaarlijksche aanbesteding ver
wacht kunnen worden, gaan wij tot het eerste over.
Overigens houde men, van wat de gebouwen betreft, in
het oog, dat de meeste scholen vrij oud zijn, zoodat het on
Voor zooveel mogelijk ge-
gei
Het recht om bepaalde vormen, lijnen of kleuren
schrijven ligt daarin niet opgesloten. De plannen voor de
het verslag genoemde perceelen zijn goedgekeurd, nadat
door een bekend Amsterdamsch architect waren herzien.
Het vraagstuk vaa het bewaarschool onderwijs is reeds
sinds eenigen tijd bij ons in behandeling. Wij hopen u spoe
dig een voorstel dienaangaande te kunne, doen toekomen.
Dat overigens deze leerlingen niet allen overgaan naar hef
gym navissi-, middelbaar of handelsonderwijs, moge U blij
ken uit het laatstverschenen verslag van de commissie va»
toezicht op het L. O. als bijlage opgenomen in het gemeen
teverslag 1924 (Bijlagen FVa, IVb en IVc).
In antwoord op de slotvraag deelen wij mede dat de Wet
houder van onderwijs, na ingewonnen bericht van het hoofd
der school, de kinderen toelaat overeenkomstig de daarvoor
door ons gestelde algemeene regelen.
r ds
na
rast
aasi
ting,
der
erde
win
e in
taal
Se
als
B
1»
ant-
aan
i en
i ds
irde»
tmg,
deze
let to
tober
iting
io-
nen-
n de
arne
ngen
i bo
men
«aa
lbes
gen
om
nder
zeer
illa
of.
ring
i er
kle-
e tl
roe
ree-
>kea
7.85
050
w
1 het
aan
tdid
van
■van
be
van
iger
be-
tnij-
daL
el ijk
ver-
uwd
taal
of
zal
na
■nde
leze
xiat
odd
►or-
ei di
zal
Het is ons College onbekend, dat niet altijd economisch
wordt gewerkt.
Het is regel, dat het ophalen van kuSen in de straten tot
het strikt noodige beperkt wordt. Het ophalen van alle kui
len is onmogelijk. In plaats daarvan wordt, zoo noodig, tot
toerbestratmg overgegaan. Aan verzoeken in dit opzicht
wordt, indien de andere werkzaamheden het toelaten, steeds
gevolg gegeven. Wij geven de Raadsleden, die meenen, dat
er aanleiding is tot critiek, dringend in overweging onmid
dellijk hunne opmerkingen over bepaalde feiten ter kennis
te brengen van den betrokken wethouder.
Zooals uit de toelichting bij post 141 blijkt, zijn wij vaa
oordeel, dal de inkomsten van de kermis niet kannen worden
gemist. Een voorstel tot afschaffing is derhalve van ons niet
te verwachten. Warneer Uwe Vergadering den post aan
neemt, zuilen wij het er voor houden, dat U de kermis
wenscht te handhaven.
Indien men het tramverkeer niet wil bemoeilijken of stop
zetten, kan voor de plaatsing vaa de kramen op de Laat,
in verband met de weinige ruimte, geen betere regeling wor
den getroffen.
Besluit Uwe Vergadering de kermis in stand te houden en
eveneens de aanwijzing van de Laai voor bet plaatsen van
kiamen te bestendigen, dan zijn wij bereid het ontstaan van
„onfriasche en onhygiënische toestanden” door het uitoefe
nen van een scherp toezicht, te weren.
Het feit, dat de carrousel in 1924 en 1925 eenigszins an
ders was geplaatst dan vroeger houdt verband met de aan
wijzing van de Marktstraat tot kermisterrein, waarmede toet
terrein op de Korte Nteuwesloot en het Hofplein thans een
behoorlijk geheel vormt. Voortaan zal de Carrousel weer in
den vroegeren stand worden geplaatst.
Een lid achtte de wijze waarop het Burgerlijk Armbestuur
handelt, in bet algemeen onjuist Dit lid meende, dat het Arm
bestuur behoudens onvoorziene omstandigheden heelt te zor
gen met het op de begroeting uitgetrokken bedrag toe te
kodicn.
Dit lid zou gaarne vernemen, welke maauegelen in 1925
door het B. A. zijn genomen om binnen bet voor dat jaar
uitgetrokken bedrag te blijven en verder: of niet een reorga
nisatie van het B. A. gewensebt zou zijn, waardoor nauwer
contact tusachen het Gemeentebestuur en het B. A. zou
worden verkregen, o.a. door den Wethouder van Financiën
Voorzitter van het B. A te maken
Met dit laatste denkbeeld konden zich meerdere leden ver-
eenigcn
Enkele leden w otgea wat de oorzaken zfja geweest van de
beëindiging van de a msinMrre ringen aan uiig .-«rokken werk-
ISQCflL
Veie leden as» 4 sa toet op prijs steUen, t- rrenm, waa
neer het prae-advies omtrent de ontslag aaatenge na Mej.
v. 4, Vaart kan wart— tegemoet genen,
enz.
Ingevolge het bij de wet van 28 Mei 1925, S. 207, tot
stand gekomen vierde lid van artikel 38 der Lager Onder
wijswet 1920 kan de Gemeenteraad o.m. bepalen, dat een
onderwijzeres, die vóór het bereiken van den 45-jarigen leef
tijd in bet huwelijk treedt, op dien grond zal worden ontsla
gen. Krachtens de bewoordingen dezer bepaling zal een der
gelijke regeling niet gelden voor de eenige reeds in
vasten dienst dezer gemeente zijnde gehuwde onderwij
zeres; zij geldt n.l. alleen voor onderwijzeressen, die in de
toekomst in het huwelijk treden. De meerderheid van ons
College acht deze aangelegenheid niet van urgenten aard
en vindt derhalve geen aanleiding, dezen algemeenen regel
van toepassing te doen zijn.
De minderheid daarentegen is van oordeel, dat zoowel in
het belang van het gezin als in dat van het onderwijs de
gehuwde onderwijzeres bij bet aangaan van een huwelijk
haar schooltaak dient neer te leggen en zou mitsdien de tot
standkoming van een algemeenen regel als bovenbedoeld
toejuichen.
Wij trachten steeds de kosten van het openbaar onderwijs
Zeer vele leden maakten de opmerking, dat de kosten voor
het openbaar onderwijs koog zijn te achten en zouden gaar
ne zien, dat door B. en W. werd getracht daarin beperking
aan te brengen. Volgens genoemde leden klemt dit te meer,
de ondersteuning van alle armlastigen te bespreken en
een nieuwe regeling daarvoor in te voeren;
aan de Kerkeiijke Armbesturen mededeeling te doen van
de noodzakelijkheid, om den aan die besturen te geven
steun-bijslag te verminderen;
aan die besturen te berichten, dat de bijdragen voor ver-
pleegden op een lager bedrag zouden worden vastgo-
steld;
aan gestichten buiten Alkmaar, waarin verpleegden
voor rekening van het Armbestuur zijn opgenomen to
verzoeken het verpleeggeld te verminderen.
De uitkomst van een en ander was, dat de Kerkelijtos
Armbesturen, op eene enkele uitzondering na, niet in staat
bleken te zijn de ondersteuning te verboogen, zoodat vermto-
dering van den steun van bet Burgerlijk Armbestuur esa
vrijwel algemeene verlaging der uitkeeringen zou hebbes
veroorzaakt. Het verzoek aan de gestichten had evenmin
succes. Door het Invoeren vaa een nieuwe regeling voor de
ogen bedertdoto taa ten hoogste oogeveex 4£XXXr- aonkm
Een lid stelde de vraag of tost leerplan van de Te Gemeen
teschool reeds ia overeenstemming was gebracht met dat van
de le en 8e Gemeenteschool. De vraag nader predseerende
bracht dit lid naar voren, dat blijkens het verslag vaa de zit
ting vaa het vorige jaar, waan» de beg rooting werd behan
deld, speciaal ten opzichte vaa het vak Fransch, toenmaals
geen overeenstemming heerschte.
Voorts zou dit lid nog gaarae vernemen of er in bet afge-
loopen jaar nog overleg is gepleegd met het Ministerie van
Onderwijs, eenerzijds omtrent de wederinvoering van het 1
Fransch op de Lagere School, anderzijds omtrent dé reorga
nisatie van het M. O., aangaande de aaaabuUQg bij een L. O. I
zonder Fransch.
hoefte aan onderwijs in dit vak.
VTTL Onderwijs
Meerdere leden wenschten te vernemen, bae B. en W
■taan tegenover het verleenen vaa ontslag aan gehuwde
endcrwjjzeressen.
Wij beantwoorden deze vraag ontkennend. Het door ons
gevolgde systeem van bevolking is in overeenstemming met
de betrekkelijke verordening (Gemeenteblad nr. 831). Deze
bepaalt in artikel 16 o.m. dat wij bij de toelating er mede
rekening moeten houden, dat de leerlingen waarvan het
waarschijnlijk is, dat zij na het afloopen der school middel
baar-, hooger- of handelsonderwijs zullen genieten, worden
toegelaten op de le, 7e en 8e Gemeenteschool, en dat met de
wenschen der ouders zooveel mogelijk rekening wordt ge
houden. Uitsluiting op grond van politieke of godsdienstige
gezindheid of maatschappelijke positie der ouders of verzor
gers laat de verordening niet toe. In alle stukken, die van
ons College uitgaan met betrekking tot de toelating tot de
opleidingsscholen, wijzen wij de ouders of verzorgers» op het
doel dezer scholen. In den regel zijn dit officiëele publics
ties in de plaatselijke bladen. Het vorig jaar, toen met het
oog op een mogelijke verhooging van den toelatingsleeftijd,
de aangifte voor de niet-opleidingsscholen zoo groot was,
.dat met het oog op de plaatsruimte niet allen konden wor
den toegelaten, hebben wij ten behoeve van alle leerlingen,
voor wie toelating was verzocht, alsnog de gelegenheid
opengesteld ze naar een opleidingsschool te doen overgaan
Ook bij die gelegenheid hebben wij op het doel der scholen
gewezen. Wordt dan toelating gevraagd, dan meenen wij
deze niet te mogen weigeren. De beslissing welk onderwijs
een kind na het doorloopen der lagere school zal volgen,
behoort niet aan om, maar aan de ouders of verzorgers
Zoo niet allen kunnen worden toegelaten, gaan de ia leef
tijd ouderen voor. Voor zoover mocht blijken, dat de ople»-
In het leerplan der 7e Gemeenteschool komt het onderwijs
in Fransch niet meer voor.
In verband met hetgeen in de Staten-Generaal is voorge
vallen met betrekking tot het voorstel Mej. Westerman, tot
wederinvoering van het vak „Fransch” op de lagere school,
het daarna ingediende wetsontwerp om den termijn, binnen
welken o.m. dat vak kan blijven gehandhaafd, met een jaar
ie verlengen en alzoo te doen eindigen op 31 December
1926, en de ter zake door den Minister gedane toezeggin-
gen, hebben wij geen aanleiding tot bedoeld overleg gevoo
den.
De thans alhier bestaande particuliere cursussen u
Fransch voorzien overigens blijkbaar voldoende in de be-
f en ftd maakte de opmerking dat niet altijd economisch
wordt gewerkt, wat daaruit blijkt, dat werklieden soms een
Iml te een straat optelen, terwijl een kuil op een afstand
40 Meter m dezelfde straat blijft liggen, als voorbeel
den noemde dit lid de Houttil en de Pastoorsteeg.
Meerdere leden stelden de vraag of B en W bereid zouden
zijn met het bestuur van den glvriektuin in overleg te treden
omtrent de wijze, waarop het gemeentebestuur de contrac-
tueele verplichtingen zou kunnen vervullen zonder het
Stedelijk Muziekcorps, waardoor tot opheffing van dit corps
zou kunnen worden overgegaan. Naar de meening van die
leden zou o.a. gesproken kunnen worden over een subsidie
regeling.
Enkele andere leden zouden het bet- euren, wanneer tot op
heffing van het corps zou worden besloten. Een dezer leden
meende echter te moeten wijzer^op de weinige medewerking,
welke bij festiviteiten wordt ondervonden en op de groote
bedragen, welke dan nog worden gevraagd.
Vele leden zouden gaarne een berekening zien omtrent de
financieele gevolgen van opheffing van het Stedelijk M uziek-
corps, zoowel wat de nakoming-der contradueele verplich
tingen tegenover de exploitanten betreft, als wat betreft de
uitkeering van wachtgelden enz.
Weer andere leden zouden om zich een juist beeld te
kunnen vormen van de verhouding tuaschen de gemeente en
de Commissie tot Exploitatie van den Muziektuin gaarne
een overzicht zien overgelegd van die exploitatie en een ant
woord ontvangen op de vraag voor hoelang de tegenwoor
dige regeling is aangegaan.
Wij vestigen er de aandacht op, dat de bouw- en woning-
verordening ons slechts de bevoegdheid geeft uit de bouw-
i te weren, wat op zichzelf of in verband met de om-
uit een oogpunt van welstand „aanstoot” kan geven
voor
to op de kosten van toet bijzonder onderwijs. Gewezen werd
*p de kosten van onderhoud, waarvoor per schooi een be
langrijk bedrag aan gewoon onderhoud is uitgetrokken (s.a
7 700.voor de 2e, 3e en 4e Gemeenteschool) terwijl daar
naast nog bedragen zijn uitgetrokken voor onderhoud, het
welk eveneens onder het gewone is te rangschikken.
Met aandrang werd verzocht na te gaan of door uitbe-
stidiag aan particulieren bezuiniging is te verkrijgen.
Ees der leden stelde de vraag, of B en W met vaa mee-
mng zija, dal door het thans gevolgde systeem vaa bevoi-
Lng dsr of.leidmgssdiolen, de drang tot pprichtmg van neu
trale brzondere scholen wordt bevorderd. Naar de meeamg
van dit to valt het niet te ontkennen dat bet peil van het on-
0 op bedoelde scholen door het gevolgde stelsel wordt
ttdmkt
Een ander tod stelde ia toet bijzonder de vraag of er op de
opl«ding«scholen teerlingen worden toegelaten, waarvan
va*istaat, dat zij later afc. het ouderwijs aan een inrichting
Hooger of Middeib ar Onderwijs zulten volgen ea of m
<ht geval de opleidingsscholen er met mede gebaat zoudea
rijn, waaneer deze teerlingen werden verwezen naar de z g.
twecten- of emdschoien Dit lid zou verder gaarne een ast
w wrd wHIen ontvangen op de vraag of de toelating van
Shagen alleen wordt geregeld door den Wethouder van
of door het getoeete College ea of daaromtrent
“’«hg wordt gepleegd met de betrokksa achoortoof
den.
lede» wenschten le vernamen, of hef geea aartew-
daarvoor atamg eea bedrag op de begroo-
van nevensbedoeld- rapport
Het to ons bekend dat het Burgerlijk Armbestuur, toen
over het voor het jaar 1925 toe te kennen subsidie verschil
van gevoelen bestond, pogingen tot vermindering van zijna
uitgaven beeft aangewend, door:
thuis behooren, ligt o.L de oorzaak daarvan ia het stelsel
der verordening, dat tengevolge heeft, dat reeds bij de toe-
lating lot de eerste klasse der lagere scholen omtrent het
verder onderwijs vaa het kind moet worden beslist, wat in
de praktijk niet altijd mogelijk zal blijken. In hoever dit
laatste overigens toet geval to, kan voor het eerst pas blijken
na ds aomervacaatis 1928, als waaneer de bij de tot stand
ksoMV der scholen toegelatea eerste klasse de setoolea zal
verlaten De tegenwoordige result aten kuoaea niet tot maat
sart dscara. daar aoo aoed art aMe sadir» taarthagea rifa
Een der leden rielde de vraag, wanneer de Raad te be-
sltssen zal krijgen over het voortbestaan der kermm, daar
met bet oog op bet afloopen vaa de contracten de beslissing
qmed* dient Ie worden genomen.
Eea ander lid maakte de opmerking, dat de kramen dit
jaar op de Laat hinderlijk (jicht op de huizen waren ge
plaatst dat dit op sommige plaatsen aanleiding heeft ge
jeveo tot zeer onfrissche en onhygiënische toestendea.
Dit lid verzocht B. en Windien de Laat het volgend
Jaar weer in aanmerking mocht komen voor plaatsing van
kramen, hierin te willen voorzien en zoo mogelijk het toe
zicht te willen verscherpen.
Ten aanzien van de plaatsing vin den carrousel op bet
Hofplein stelde een lid de vraag welke motieven B en W
er toe hebben geleid, om dezen carrousel standplaats aan te
wijzen met het front naar café Central, in tegenstelling met
vorige jaren, toen het front meer in de richting van de Mag-
dalenmstraat was geplaatst
met de inrichting van de litter air-economische afdeeling der
HBS.
Genoemd lid zou het tevens op prijs stellen te vernemen, j de Voorzitters der Kamer van Koophandel *en
op welke wijze door den Directeur propaganda is gemaakt J
voor de Handetoscholen, b.v. door het zenden van circulaires,
bezoek aan de hooiden van scholen in de buitengemeenten,
enzoovoorts.
Een ander lid zou nog gaarne wenschen, of er al voorzien
is in de vacature van plaatsvervangend directeur en zoo ja.
wie daartoe is aangewezen. Genoemd lid zal het eveneens
op prijs stellen te vernemen, of het door de Commissie van
Toezicht op het Middelbaar Onderwijs toegezegde rapport
inzake de toestanden aan die school reeds to verschenen en
zoo ja of B. en W. eventueel bereid zijn dit rapport voor de
Raadsleden ter inzage te leggen. Dit lid zou ten slotte nog
gaarne antwoord ontvangen op de vraag hoe de toestand
aan de Handelaachoien thans is.
Ben der leden gaf als zijn meening te kennen, dat de bouw
van! de vier groote huizen op het terrein „Nooit Gedacht”
niet jgetuigt van den goeden smaak van de leden der Scboon-
hetdèconumasie, indien zich deze ten minste met de desbe-
trefiende piannen hebben vereemgd. Dit lid zou gaarne zien,
dat scherper werd gelet op de eiachen der aesthetics ia den
bouw van dergelgke perceetea.
De meerderheid van ons College blijft bij hare op blz 5
van den aanbiedingsbrief uitgesproken meening en hand
haaft mitsdien haar voorstel om andere muziekgezelschap
pen niet te subsidieeren.
Hoewel die meerderheid niet voornemens is een voorstel
tot opheffing van het Stedelijk Muziekkorps te doen, beeft
zij geen bezwaar, om naar de gevolgen van eene eventueele
opheffing der stedelijke muziekinstellingen een onderzoek te
doen. Wij zijn bereid U een rapport dienaangaande over te
leggen.
Wij beschikken niet over gegevens betreffende de ev-'oi-
tatie van den Muziektuin. De huurcontracten, zoowel va»
den tuin als van de woning, eindigen 30 April 1928.
In verband met het feit, dat uit de begrooting voor 1926
blijkt, dat het volgend jaar de middelen van de neutrale r
school voor Bewaarschoolonderwijs zullen zijn uitgeput
Stelden meerdere leden het op prijs te vernemen, welke de
plannen van B. ea W ten aanzien van dit onderwijs zijn.
Meerdere leden steklen de vraag, of de Handelsscholen Zooals Uwe Vergadering reeds bekend is zullen wij in de
nog wel een reden van bestaan hebben en oi de hooge kosten maand Januari a s. voorstellen indienen tot reorganisatie
daaraan besteed, gemotiveerd kunnen worden geacht Een der beide Handelsdagscbolen Bij die gelegenheid kunnen
lid wees er op, dat door het handelsonderwijs het uitgebreid tevens de hier gestelde vragen ter sprake komen.
lager onderwijs niet tot zijn recht kan komen, terwijl aan de Ete Directeur heeft in de maand Mei van dit jaar aan de
andere zijde het handelsonderwijs ook weer in botsing komt hoofden der scholen in Alkmaar en in de omgeving circulai
res gezonden, waarin op het handelsonderwijs hier ter stede
de aandacht wordt gevestigd. Voorts heeft de Directeur met
i van de beide
Middenstandsvereenigingen eene bespreking gehad en aas
die instellingen een schrijven gezonden ter bevordering van
de belangstelling in het handelsonderwijs.
Voor den duur van den cursus 1925/1926 hebben wij tot
plaatsvervangend directeur der beide handelsdagscbolen ea
der Handelsavondschool aangewezen reap, de heeren A
Prins en J. N. Kroone.
Tegen het ter inzage leggen
hebben wij geen bezwaar.
Sedert wij U in besloten zitting mededeeliugen hebben ver
strekt aangaande den toestand aan de Handelsscholen is
deze, naar wij meenen, verder verbeterd. k