oczmfngu.
P<
dit lid dient de tijdelijke aanstelling
vaste aanstelling te worden vervan-
Een Bd stelde de vraag, of het gebruikelijk is, dat de be
trokken wethouder alle brieven van de hoofden van takken
van dienst voor „gezien” teek ent, zooals dit plaats treeft ten
aanzien van de brieven van bet hoofd van het bureau voor
beroepskeuze.
Een besluit tot afwijzing van bedoeld verzoek is inmid
dels reeds in Uwe Vergadering van 19 November j.l. geno
men.
Deze zelfde leden hoewel niet kunnende beoordeelen en een
nadere toelichting willende afwachten, waarvoor de 4 tot
6 tijdeMjke agenten noodig zijn, zouden in elk geval gaarne
willen vernemen, waarom daarvoor geen bedrag bij dezen
post is uitgetrokken.
Een lid maakte hierbij dezelfde opmerking ten opzichte
van de gemaakte winst en de meterhuur als bij het Electri-
citeitsbedrijE
?92!
v«
ta
vr
n
de
n
t
o
r
Uit de vraag maken wij op, dat het de bedoeling is te
vernemen of de van Vereenigingen gevraagde huur voor het
gebruik van ’t Sportpark niet verlaagd kan worden. Speciaal
schijnt het vragende lid een verlaging van de huur voor de
„Kennemersportclub” te willen
Zoolang nog een vrij aanzienlijke bijdrage uit de gewone
middelen der gemeente aan het Sportpark moet worden ge
geven, komt verlaging ons ongewenscht voor.
Wij zien in het exploiteeren in eigen beheer van het Sport
park geen heil, door de veelsoortigheid van de spdendc
clubs en de veelheid der gestelde eischen, alsmede de grootte
van het risico, welke beter door de individtieele clubs kunnen
beoordeeld worden: tot verlagmg der huren zou dit onzes
inziens niet leiden.
Hoe het Sportpark, dat geheel geftruikt wordt en zelfs nog
ruimte te kort heeft voor de veie vereenigingen die speelveld
vragen, beter kan worden benut, vatten wij niet.
De post onderhoudswerken in 1924 is niet overschreden;
in 1925 is te verwachten, dat dit evenmin gebeurt, terwijl de
post voor 1926, in overleg met de Commissie geraamd op
2000— met bet oog op de uitgebreidheid van het Sport
park en het nut, dat de bevolking er algemeen van heeft ons
niet te boos voorkomt.
Een lid achtte het gewenscht, dat B. en W. opnieuw de
kwestie van den tijdelijken ingenieur onder de oogen zien.
Naarste meening van
toch jÜMelijk door een
gen
Een ander lid stelde de vraag of B. en W. het, met het
oog op de onder handen zijnde werken, verantwoord achten
om aan dezen tijdelijken ambtenaar het salaris uit te keeren
wat hem momenteel is toegekend.
Meerdere leden drukten hun verwondering uit over het
antwoord van B. en W. in den aanbiedingsbrief naar aan
leiding van «xn vraag van de Financiëele Commissie om
trent de in 1926 uit te voeren werken, namelijk dat B. en W
niet bedoeld hebben, dat al die belangrijke uitgaven naar de
meening van het College in 1926 zouden moeten of kunnen
worden gedaan. Het kwam deze leden vreemd voor, dat op
een begrooting voor een bepaald dienstjaar bedragen bor
den uitgetrokken voor werken, welke naar de meening van
B. en W. niet in dat dienstjaar behooren te worden uitge
voerd.
Gaarne zouden zij een opgave tegemoet zien van werken,
welke in 1926 wel voor uitvoering in aanmerking zullen
komen.
laging of afschaffing van meterhuur deelen wij mede, dat
indertijd als regel is vastgesteld, dat de kasten der meters
door de huren behooren te worden gedekt. Tot nu toe heeft
de exploitatie-rekening van dit onderdeel van het bedrijf
steeds een nadeelig verschil aangewezen, doordat de af
schrijving, de rente en bet onderhoud de
treffen. ,‘"r’
Par. 2. Grondbedrijf. ,u
Een lid vroeg, of het uit een bedrijftechnisch oogpunt wel
juist gezien is dat de boekwaarde der eigendommen met de
rente van het ongeréaliseerde kapitaal volgens de balans
over 1925, wordt verhoogd.
Dit Md meende, dat dientengevolge de grond bij verkoop
te duur zou worden.
Het zou dus zeer de vraag zijn, of door eene reorganisatie
van bet Burgerlek Armbestuur méér te bereiken zou zijn.
Het denkbeeld, om van deze instelling een tak van dienst te
maken is te overwegen.
De uitkeering van steun aan de z.g. crisis-werkloozen
door de Arbeidsbeurs is beëindigd, omdat, naar de meerder
heid van ons College meent, deze werkloozen niet immer
als slachtoffers van den oorlogstoestand doch thans veel
eer als gewone beboeftigen moeten worden aangemerkt.
Een prae-advies inzake de ontslagaanvrage van Mej. van
der Voort als lid van bet Burgerlijk Armbestuur zal U bin
nen eenigen tjjd bereiken.
Kapitaaldienst.
Omdat wij bij den Raad afkeerigheid. meenden te bespeu
ren van bet regelen der kosten van buitengewone werken bij
suppletosre begrooting, zijn ditmaal voor alle werken de kos
ten in de begrooting zelf genoemd. Ofschoon in het alge
meen kan worden gezegd, dat alle werken voor uitvoering in
1926 „in aanmerking” komen, is het ten aanzien van b v.
een werk als de verbetering van den Twuijverweg de vraag,
of die uitvoering ook zou moeten of, den omvang van de
voorbereiding in aanmerking genomen, zelfs zou kunnen
plaats hebben Het is inderdaad regel, dat sommige werken,
waarvan de uitvoering door een of andere oorzaak wordt
vertraagd, achtereenvolgens op verschillende begroetingen
voorkomen De posten van den kapitaaldienst zijn feitelijk
dan ook niets dan de aankondiging van ons voornemen om
met plannen voor de daar genoemde werken bij den Raad te
komen, zoo mogelijk in het dienstjaar waarvoor ze j0jn ver
meld, maar wellicht ook eerst na afloop daarvan Uit be-
grootingstechnisch oogpunt behoeft daartegen geen bezwaar
te zijn waar de dekking steeds met buitengewone middelen
geschiedt. Het is naar onze meening niet in de eerste plaats
de vraag, of een post wellicht onnoodig is uitgetrokken, ab
wel of zonder nadere machtiging Uwerzijds tot uitvoering
van de werken wordt overgegaan. Hieromtrent nu hebben
wij ons reeds in den aanbiedingsbrief (blz. 6) duidelijk uit
gesproken.
Volfnr. 38. Bevolkingsregister en huisnummering.
Zoolang de commissie-Vogelaar niet met haar arbeid ge
reed is, schijnt het ons niet juist in de vaste personeelsfor
matie wijziging te brengen. Handhaving van het tijdelijk
dienstverband van den bevoikings-controleur wiens functie
in het belang der bevolkingsadministratie wel van blijven-
den aard zal moeten worden, achten wij derhalve vooralsnog
gewenscht.
Enkele leden stelden de vraag, of bet in de bedoeling van I
B. en W. ligt, om de functie van bevolkingscontroieur te
handhaven en of het dan geen aanbeveling verdient de desbe
treffende ambtenaar van een vaste aanstelling te voorzien.
De belangen van het bedrijf laten toe, dat met ingang van
1 Januari 1926 de stroomprijs voor licht en voor klein
kracht, voor zooveel betreft het verbruik boven 2500 een
heden per jaar, met 1 cent per K.W.U. wordt verlaagd. Een
voorstel daartoe zullen wij U doen toekomen.
Het is ons niet bekend, dat in met Alkmaar overeenkom
stige en, wat het electriciteitsbedrijf aangaat, vergelijkbare
gemeenten in Noord-Holland de prijzen van den electri-
schen stroom lager zijn dan hier.
De mogelijkheid van invoering van een vastrechttarief is
onder de oogen gezien. Het zal echter onmogelijk zijn om
tot die invoering over te gaan, zoolang de prijs zóó hoog
moet zijn, dat de aanwending van electriciteit voor ruimte
verwarming oneconomisch blijft. Ons inkoopcontract is van
dien aard, dat voor het bedrijf zeer ongunstige resultaten
zouden zijn te verwachten, wanneer men de verbruikers in
Par. 6. Gasfabriek.
Een voorstel tot verlagmg van den gaspnjs kunnen wfl
niet toezeggen. Ten aanzien van de meterh Ar verwijzen wij
naar hetgeen hiervoor met betrekking tot de electriciteit*.
meters is medegedeeld
Par. 7. Plantsoenbedriff.
Eenige leden vroegen of B. en W het gemotiveerd achten
om den toestand te bestendigen, dat een volwassen arbeids
kracht bij het plantsoenbedrijf werkzaam is voor 1000.
per jaar.
Een der hier aan het wooed zijnde leden was van oordeel
dat het overweging verdiende vóór 1926 deze kracht uit te
schakelen en in de plaats daarvan met bet oog op bet te
verrichten schrijfwerk een schrijver in diens plaats te
stellen.
Een ander lid meende dat de hier bedoelde arbeidskracht
bij het Plantsoenbedrijf uitstekend op zijn plaats was. Vol
gens dit lid bestonden de werkzaamheden voor een zeer ge
ring deel uit schrijfwerk en zouden de andere te verrichten
bezigheden al zeer slecht passen in het kader van een schrij
ver.
Het plantsoenbedrijf heeft uitsluitend voor schrijfweb
geen beambte noodig. Deze moet bovendien belast kunne*
worden met de surveillance in den Hout, voederen en toe
zicht houden op de dieren, loopwerk en andere diensten. Oe
meerderheid acht de getroffen regeling voldoende. De min
derheid is van eene andere meening en zou er de voorkeur
aan geven een beambte aan te stellen op een wedde, die past
bij de salarisschaal.
Ten aanzien van nieuwe complexen grond wordt de boek
waarde verhoogd met de rente van het voile voor den grond
bestede kapitaal. Voor een juiste berekening van den ver
koopprijs is dit beslist noodzakelijk. Ten opzichte van de
vóór de oprichting van het grondbedrijf aangekochte gron
den is dit beginsel t<rt nu toe niet toegepast, zoodat er feite
lijk in dat opzicht een ongemotiveerde ongelijkheid bestaat
tusschen de nieuwe eigendommen en de bij de oprichting
van het bedrijf ingebrachte gronden. Immers is het bedrijf
bier voor aan de gemeente slechts rente verschuldigd over
de pro-resto-schuld, welke nog op de terreinen rust. Dit nu
komt de meerderheid niet juist voor, aangezien op*j^aCj
wijze van de uitkomsten van het bedrijf geen zuiver*^p||
wordt gegeven. Bij elke herschatting als bedoeld in artikel
11 der Verordening bestaat er gelegenheid om te onderzoe
ken in hoever met rentebijschrijving kan worden voortge
gaan.
De minderheid daarentegen, hoewel ten opzichte van
nieuwe gronden met het beginsel van volledige rentebetaling
door het bedrijf instemmende, acht dit op de z.g. oude
gronden ntej van toepassing omdat te dien aanzien bij den
opzet van het bedrijf een tegenovergestelde opvatting werd
gehuldigd, welke ook in de Verordening is neergelegd. Bo
vendien zou h. L de voorgestelde maatregel het bedrijf ver
zwakken en in elk geval de kans op bijpassen door de ge
meente van eventueel verlies volgens herschatting bespoedi
gen
Inmiddels is een voorstel tot wijziging der Verordening
betreffende het grondbedrijf in bewerking, dat U tijdig vóór
de behandeling der begrooting zal bereiken.
9 Par. 3. Sportparkbedrijf.
Een der leden stelde de vraag, of B en W ook zouden
kunnen overwegen, om de huur van het Sportpark te verla
gen. Verder sprak dit lid de wenschelijkheid uit, te overwe
gen om het contract met de Vereeniging „Kennemer Sport
dub” pu dit weldra afgeloopen zal zijn niet meer op
dezelfde voorwaarden af te sluiten. Volgens dit lid dienen
B en W. zich af te vragen of het geen aanbeveling verdient,
dat de gemeente zelf deze zaak in beheer neemt.
Volgens het hier aan het woord zijnde lid kan het Sport
park veel beter worden benut.
Een ander lid wenschte aan te dringen op bezuiniging bij
bet onderhoudswerk, daar, naar de meening van dit lid,
daarbij niet altijd economisch wordt te werk gegaan.
"Pat. 5. Gemeentewerken.
Ons standpunt in dezen is den Raad voldoende bekend.
Het ligt vooralsnog njet in onze bedoeling te bevorderen,
dat een ingenieur met vaste aanstelling aan het bedrijf der
gemeentewerken jvordt verbonden. De aanstelling van den
tijdelijken ingenieur had ten doel, indien en voor zoolang
noodig bij het bedrijf de beschikking te hebben over een we
tenschappelijk gevormd technicus, zoodat wij geen vrijheid
vinden aan deze tijdelijke functie een definitief karakter te
geven, noch daaraan hooier salaris te verbinden
Het is na de besprekingen bij vorige begroetingen begrij-
pelijk dat de Raad eenigszins verwonderd is dat uitbreiding
wordt voorgesteld van het politiepersoneel met een adjunct-
inspecteur. Toch staat eenerzijds vast, dat de gevolgde han
delwijze niet alleen -in de afgeloopen jaren een belangrijke
bezuiniging gebracht heeft, maar bovendien ook in de toe
komst een bezuiniging blijft beteekenen, en is anderzijds de
voorgestelde uitbreiding zeer goed te motiveeren met de
steeds voortgaande uitbreiding van de stad, terwijl het po
litiekorps instede van uitgebreid, om redenen van bezuini
ging gedurende de laatste jaren juist ingekrompen ia Des
niettemin is dat niet de hoofdreden voor de voorgestelde uit
breiding geweest, maar wel de vrees dat de inspecteur-titu-
lair vertrekken zou en dan niet meer door een geiijkwaardi-
ge kracht vervangen zou kunnen worden. Deze vrees
thans reeds werkelijkheid geworden, aangezien de heer Zoll
binnenkort vermoedelijk met 1 Januari den politie
dienst alhier zal verlaten Onfce Voorzitter zou het zeer scha
delijk voor dien dienst achten wanneer ook na het vertrek
van den heer Zoll niet twee inspecteerende ambtenaren bij
het korpp aanwezig bleven; men bedenke dat bij verlof van
den Commissaris, als wanneer hij door den Inspecteur ver
vangen wordt, er in dat geval toch niet meer dan een politie
ambtenaar aanwezig is, die als inspecteur dienst doet. Nog
vestigt onze Voorzitter er de aandacht op, dat de politie hier
in vergelijking met andere gemeenten van gelijke grootte
bijzonder goedkoop is en minder hoofden telt
In den staat van ambtenaren, die den toestand op 1 Juli
j.l. weergeeft, zijn 6 agenten als tijdelijk aangesteld opgeno-
men. Hiervan waren er 3 benoemd ter vervulling van vaca
ture’*. Deze zijn sedert dien dan ook reeds in vasten dienst
overgegaan, nadat hun tijdelijk (proef)jaar verstreken was.
Extra-onkoaten waren hieraan niet verbonden, daar zij wer
den bezoldigd uit het bij de begrooting 1925 voor het g*
woon personeel beschikbaar gesteld bedrag.
De overige 3 werden boven de gewone sterkte h*
dienst genomen ter vervanging van door ziekte buiten dienst
zijnde vast aangestelde agenten. Deze ziekten waren "W
vooruit te voorzien, zoodat hiermede op de begrooting voor
1925 geen rekening was gehouden De bezoldiging van d<-ro
Volgnummers.
Volgnr. 74. Belooning van de inspecteurs, enz. van Politie.
Onder opmerking, dat destijds de Raad genoegen heeft ge-1
nomen met een hooger, dan aanvankelijk genoemd, salaris I
voor een Inspecteur van Politie, opdat men een betere keuze
kon krijgen en den gewilden candidaat zou kunnen benoe-
men, wenschten enkele leden gaarne van den Burgemeester
te vernemen, waarom, terwijl er nu reeds een Commissaris,1
een Inspecteur, en een Inspecteur-tituiair zijn, er nu nog een
adjunct-msgecteur moet worden benoemd.
XL Handel en Nijverheid.
Dit is niet gebruikelijk. Slechts éénmaal heeft de Wethou
der van Onderwijs ter betuiging zijner instemming mede-
ooderteekend een aan de schoolhoofden gezonden schrijven
betreffende de beroepskeuze. Overigens ontgaat ons het be
lang van deze vraag.
XII. Belastingen.'
Enkele leden meenden, dat op een bij dit Hoofdstuk te be
handelen verzoek van den Nederlandscben Bond van Bios
coophouders om verlaging van de belastingen op vermake
lijkheden, afwijzend dient te worden beschikt.
XIII. Diensten als afzonderlijk bedrijf ingerichL
Par. 1. Electriciteitsbedrijf.
Vele leden zouden de vraag beantwoord willen zien of het
met het oog op’de gunstige uitkomsten van het bedrijf niet
mogel'jk zou zijn, den stroomprijs te verlagen.
Andere leden achtten het eveneens noodig, dat er naar
tariefsverlaging behoort te worden gestreefd, omdat de prij
zen in verhouding tot die in andere gemeenten vrij hoog
zijn. Weer een ander lid stelde de vraag, of de mogelijk
heid van de invoering van een vastrechttarief voor, particu
liere doeleinden als verwarming enz., onder de oogen kan
worden gezien. t
Ten slotte stelde een lid nog de vraag, of het niet moge
lijk is een wijziging te brengen in de meterhuur, bijvoor
beeld door een regeling te treffen dat men na een bepaalden
termijn, wanneer de kostprijs van een meter aan huur is be
taald, vrijgesteld wordt van het betalen daarvan, of wan
reer inogelijke technische bezwaren zich daartegen zouden i
v“rzetten, door de meterhuur geheel af te schaffen of te ver- staat stelde electriciteit Je bezigfti voor verwarmingsdoelein-
lagen. den enz. tegen een prijs, die met de kosten van andere ver
warmingsmiddelen zou kunnen, concurreeren.
Ten aanzien van de opmerking betreffende eventueele ver-
r
it
V-tht
1*
■fn^d?'4 «f
K
<0
Wl
COI
Ei
P*t
Mijl
tl
J>
ui
ei
t>
a
k
■U t.-
I
U A i
■<IX ‘15