z
V
iVl
a
1
Sgi
Noord-Hollandsch Dagblad
AM
I
MS
X'
IhSS
z
7
J
zOp het Kerstfeest.
rl,
•s
z
A\
7
A
I
v
I
I
I.
.1
J
V
L\
4
I
k\
•«Zi
J
jï*&
r
TT I
ein-sam wacht
iM
I
I
- 1
j 2j
I!
MARIA EN HET KIND JEZUS
NAAR DE SCHILDERIJ VAN ANDREA DEL. VERROCCHIO
L'X r'
31
<5*^
W /yT/
ft J ‘l
"PCX J
„Stille Nacht Heilige Nacht”
I j 2 .11
Het Wereldvolkslied
„Stille Nacht, Heilige Nacht".
A
4
I
t
I.
kV,
It
brengen kwam in zijn
V
f
.1
I
spoedig
van Nc
k
V»
mthuiib
i
1
L i
„Nu sijt wellecome
Jesu, lieve Heer
Gij comt van al so hooge
Van al so veer."
Male in hunmhc her Rub
liederen dichtte zoo is zijn
dat er zoo l
niet onderzijn naam wilde uitgeven.
SiM, Ntcbl
i het
afwij -
It
i. J
M- 'A
Sopraa
Alt.
al- M» acMUf.
X
heih-ge P**r
ai a :[a/
hcili-je Nacht
S3
waarmede het
een kinderlijk
impel van zijn
Franz Gruber
jU
Een
lied door
kingen
aller deel mo?'"
allen zijn, wat wij
Kerstmis, het feest van liefde en vrede
In ’t kort hebben wij de beteekenis ervan overwogen.
Hoe gelukkig gevoelen wij. Katholieken ons op dit leest,
waarop wij met de H, Kerk in
het heerlijkst „Gloria in excelsik Deo” uitjubelen,
GiiginaJ-Kompo-itioo von F. Gruber.
Andante.
H holde: klUbe mi
den Heiland ter «ere, Die hefdtfen vrede ons 1
onbegrensde goedheid.
Dat dan die liefde en vre<|c overvloedig ons
worden dan ongetwijfeld zal dit feest voor ons
u allen hierbij van harte toei*enschen
EEN ZALIG KERSTFEEST!
—4-
w
pi
z
nt 1
Wanneer wij op het schoone Kerstfeest het heerlijke lied
„Stille Nacht, Heilige Nacht” aanheffen, doortrilt ons een
zalig gevoel van rust en vrede. Het komt ons dan voor, dat dat
lied één is met het groote feest, dat wij dan vieren en de gewijde
stemming waarin wij ons dan bevinden, meenen wij niet beter
Kerstmis, het feest van liefde.
„Zoo toch heeft God de wereld liefgehad,
zijn eenigen Zoon heeft gegeven," zegt de liefde
apostel, die er op wijst, dat deze liefde van God vc
den armen, zondigen mensch allesomvattend is
Christus ons ten einde toe bemind heeft.
Van eeuwigheid God, als de Vader en de H. Gei
was Christus de Tweede Persoon der H. Drieéenhei
Die zich vrijwillig zijnen Vader aanbood om der were
heil en verlossing te brengen in rijken, overstelpend
overvloed.
„Brand- en zoenoffers hebt Gij niet gewild, to
•prak Ik Zie Ik kom.”
Het offer was gebracht Gods Zoon zou word
de Heiland Emmanuel, God met ons.
Een eenvoudige, reine Maagd werd, maagd blijvenc
de Moeder van den Godmensch, Die in jen winti
nacht, bejubeld door een juichend Engelenkoor I
wereld kwam in een stal.
Emmanuel.
Ja, God was in werkelijkheid toen met ons i k
offer was gebracht, het grootste dat ooit ter were
gebracht zou kunnen worden, een algeheele opofferi
van Zich Zelf, uit liefde alleen voor het gevalt
menschdom.
Venite adoremus 1
„Een Kindeke is ons geboren," jubelt het in oi
harte, wanneer we in diepen deemoed in dezen heiligs
der nachten vol kinderlijk geloof en dankbare liefi
neerknielen voor de kribbe, waar op een weinig str<
schreiend ligt de Glorie des Vaders, de Heilige as
Wien toekomt de macht en de kracht en de heerlijkhe.
in alle eeuwen der eeuwen.
Weinigen zal het bekend zijn dat even eenvoudig als de
woorden, ook de' dichter en de componist waren. De eerste was
een eenvoudige hulp-geestelijke, Josef Mohr genaamd, die op
11 December 1792 in Salzburg werd geboren en de zoon was
van den soldaat Frans Mohr. In Oberndorf aan de Salzbach
waar hij als geestelijke stond, dichtte hij op 24 December
1818 dat schoone lied wat thans over de geheele wereld
verbreid is.
De Componist heette Franz Xaver Gruber en was
een vriend van Josef Mohr.
Gruber werd geboren op 25 Nov. 1787 te Hochburg in
Innviertel(boven-Oostenrijk) en was zoon van 'n linnenwever.
en Japan
Stille Nacht, heilige NachtStille Nacht, heilige Nacht!
Alles schlaft, emsam wacht Wo sich heur’ alle Macht
Nur das traute, heilige Paar. Vaterlicher Liebe ergoss.
Holder Knab’ itn lockigen’Haar Und als Bruder huldvoll umschloss:
(Schlafe in himmlischer Ruh (Jesus die Völker der Welt
Still* Nacht, heilige Nacht Stille Nacht, heilige Nacht I
Gottes Sohn, o wie lacht Lange schon uns bedacht,
Lieb’ a«s deinem göttlichen Mund, Als der Herr vom Grimme befreit
Da uns schUgt die rettende Stund, In der Vater urgrauen Zeit
(Jesus in deiner Geburt (Aller Welt Schonung verhiess
Stille Nacht, heilige NachtStille Nacht, heilige Nacht I
Die der Welt Heil gebracht, Hirten erst kundgemacht
a i-l ui j u Aus des Himmels goldenen Höh’n Durch der Engel Alleluja,
kinderlijke blijdschap üns der Gnaden Fülle lasst seh’n Tont es laut bei fern und nah
(Jesum in Menschengestalt(Jesus der Retter 1st da
dracht in *t gebed vereenigd met hunne grijze priesters te nfldden
van een diep-verdorven wereld elkaar den retnen vredeskus gaven.
Maar zijn wij dan minder Christen dan zij^ die ook, als wij, te
midden van zonde en zedenbederf, een harden strijd moesten voe
ren om den vrede des harten rein en ongerept te bewaren
Dien heerlijken vrede, door Christus gebracht, wij kleingeloovi-
gen, we kennen dien zoo weipig.
Wel jubelen de Engelen in dezen geboortenacht van onzen Ver
losser „En op aarde vrede den menschen," maar zoo velen onder
ons, hebben geen deel aan dit rein geluk, omdat zij niet bezitten wa’
er noodig is om dien vrede tot hun eigendom te maken, omdat zij
niet „van goeden wille zijn."
Velen yan ons meenen, dat zij den vrede hebben, doch zij stellen
*tch tevreden met dien, welken de wereld geeft en
waar geluk, bestaande in de reinheid des harten en
geloof, ten eenenmale onbestaanbaar is.
Strijd is er in onze dagen overvloedig, twist en tweedracht en
oneemgheid, opgewekt door oproengen. die den nek niet willen
buigen voor den Vredesvorst, Wtens juk zoo zoet en Wiens lasten
zoo licht, zoo gemakkelijk te dragen zijn, omdat de liefde en genade
daar zijn om te troosten en te helpen, waar onze eigen zwakke krach
ten jammerlijk te kort schieten.
O I wilden toch allen erkennen wat hun tot vrede is, wat zouden
er velen meer tevreden zijn dan nu, hoe zou het aanschijn der aarde
veranderen en wat zouden wij gelukkig leven in het Rijk van den
Vredesvorst onder de grondwet van vrede en liefde f
te
zekere
een 1
wvan de
wijze wordt het lied thans in geheel Noord-Duitschland gezongen.
Daar dichter en componist onbekend waren verscheen
het lied als: „Geestelijk volkslied uit Tirol.”
Het bleef echter niet alleen in het midden van Europa doch
spoedig verspreidde dat kleine lied van „Stille Nacht" zich
van Noord tot Zuid en van Oost tot West over de geheele
wereld. Thans zingen het ook de Christelijke negers in Afrika,
de Indianen in Amerika, terwijl het zelfs tn China
algemeen bekend is.
Op het oude kerkhof te Hallein onder den drei
voormalige dienstwoning ligt aan den rechterkant
begraven. De inscriptie luidt
Wat hij in het lied ons leerde.
En dacht in het rijk der tonen
De oorsprong aanschouwt hij nu
Het ware en het schoone.”
Boven de deur van zijn vroegere dienstwoning hebben
verschillende bezoekers een gedenktafel laten aanbrengen waarin
op zwart fond in gouden letters zijn aangebraebt de woorden
„Den schepper van het wereldbekende Kerstlied „Stille Nacht
Heilige Nacht" Franz Gruber, wijlen koordirigent alhier is
deze Gedenktafel gezet door meerdere dankbare Halleiners.”
Ook in 't schoolgebouw te Armsdorf de geboortestad van het lied
bevindt zich een gedenktafel waarop een door Dr. Roman
gedicht vers, dat luidt
„Stille Nacht, Heilige Nacht
Wie heeft u, o lied gemaakt
Mohr heeft mij zoo mooi gedacht,
Grubfr ten gehoore gebracht
Priester en ïeeraar vereend.’
In korte trekken zijn hier de voorn amste bijzonderheden fan dat
schoone hedeke vermeld en hoefvel Jozef Mohr nog meerdere
‘ichrte zoo is zijn groote bescheidenheid oorzaak
goed als geen enkele van bekend is, «laar hij ze
- w. --«J» K.
Alleen ’t „Stille Nacht” is 't eenigste en misschien
schoonste,waarvoor de geheele wereld hem dankbaar is.
Kerstmis
Het feest van liefde en vrede.
Dat is in 't kort uitgedrukt de diepe beteekenis van 't schoonste
der feesten, dat de H. Kerk in den kringloop van ’t Kerkelijk jaar
hare geloovigen vieren laat.
Zeker mogen we het ’t schoonste feest noemen deze herdenkings
dag der geboorte van onzen Goddelijken Heiland Die de wereld
verlossen kwam en oprichten uit de boosheid en ellende, waarin
•tnds eeuwen het diep gezonken menschdom zuchtte.
De beschouwing en overdenking van deze wondere grootsche
daad van den Almachtigen God, wekt in ons het heerlijke idee van
een groote, allen en allesomvattende liefde, waarvan zij zulk een
heerlijke uiting is.
Kerstmis, het feest van vrede.
We weten het zoo goed, we gevoelen het in ons,
wanneer we dat liefelijk Kindeke voor ons zien, dat
Het ons den vrede brengen kwam, nier dien de wereld
geeft, doch de ware vrede, die is gegrondvest op de liefde.
„Mijn vrede laat Ik u, mijn vrede geef Ik u:" ’tis ons
als hooren we staande bij de kribbe, nu reeds die heerlijke
woorden, die herhaald zullen worden op den laatsten
levensdag van den Heiland, Die nu als teeder Kindje
in reine Maagdenarmen ons minzaam tegenlacht.
Jezus de Vredesvorst.
Dat begrepen die eerste Christenen, wanneer zij in vrede en een-
Zijn vader wilde geen toestemming geven, dat zij" -ron in de
muziek ging studeeren en deze zag zich daarom genoodzaakt in
het geheim les te nemen van zijn schoolonderwijzer Andreas
Peterlechner. die zeer veel in den leergierigen knaap zag. Om
zich te oefenen gebruikte Gruber klosies hout welke hij op
zijn kamertje aan den wand bevestigd had Toen zijn leermeester,
die tevens organist van de kerk was, ziek werd, bood de 12-
jarige Gruber aan, hem te vervangen. De knaap speelde toen
zoo schoon, dat zijn vader zijn verbod introk, en voor zijn zoon
zelfs een spinet kocht. Vanwege de zorgelijke omstandigheden
der ouders, kon hij zich echter pas op 18-iangen leeftijd uit de
weverij terug trekken en zich geheel aan de muziek wijden, en
bracht het tot Ïeeraar in de muziek te Armsdorf bij Salzburg. In
zijn qualiteit van organist kwam hij toen m connectie met den
hulp geestelijke Jozef Mohr, en sloot vriendschap met hem.
Op den dag voor Kerstmis 1818 nu, kwam de hulp-geestelijke
Mohr tot zijn vriend en Ïeeraar Gruber en overreikte hem het
rzen bestaande gedicht „Stille Nacht, Heilige Nacht”
verzoek dat op muziek te willen zetten. Bereidwillig
voldeed Gruber aan het verzoek en in verbazend
korten tijd was het lied klaar. Mohr bezat een mooie
tenorstem en zong nog in dezelfde nachtmis duet met
den componist, die bas zong, m de St. Nicolaaskerk te
Oberndorf. Het orgel uit genoemde kerk leed echter aan
„ouderdomszwakte” en kon deswege niet bij de eerste
uitvoering van het lied gebruikt worden. Daarom ge
bruikte men voor de begeleiding een gitaar, wat voor een
kerk zeer zeker als een bijzonderheid gold. De goed
hartige Oberndorf-bewoners hadden echter nog nooit
of te nimmer een gitaar gehoord of gezien, en toen zij
dan ook dat lied op een dusdanige wijze hoorden zingen
meenden zij dat de muziekleeraar op een „muizenvü”
gespeeld had. Her schoone gezang der beide zangers
had echter een diepen indruk op de toehoorders ge
maakt. Op dat moment hebben zij niet het minste
begrip gehad, dat ^ij de eerste uitvoering van een
wereldvolkslied bij woonden.
Over het ontstaan van het lied heeft men volkomen
zekerheid gekregen door een document van het jaar
1854 dat eigenhandig door den componist is geschre
ven, en hetwelk zich thans tn de familie Gruber.bevindt.
Uit dit stuk ontleenen wij xu het voornaamste gedeelte.
„Authentieke aanleiding tc>t componeering van bet
Kerstlied Stille Nacfit Heilige Nacht
Het was op 24 December 1818, toen de toen
malige hulp geestelijke de heer Jozef Mohr bij de
nieuw opgerichte St. Nicolaas-Parochie in Oberndorf,
den vertegenwoordiger van den orgeldienst Franz
Gruber (indertijd tegelijk ook schoolleeraar in
Armsdorf) een gedicht overreikte, met het verzoek
een hierop passende melodie voor twee solo stemmen
in gezamenlijk koor en voor een gitaar begeleiding
te willen schrijven.
Laatstgenoemde bracht nog op denzelfden avond
aan den muzikalen geestelijke, volgens zijn ver
langen, zijn eenvoudige compositie, welke in
denzelfden Heiligen Nacht met veel bijval werd voor
gedragen. De heer Jozef Mohr, als maker van dit
gedicht en meerdere gees’elijke liederen, stierf op
den 4en December 1848 als waardige „Vikar
(vert. Vicaris) Xe Wagrain tn Pcngau. (volgt korte
levensloop van Gruber)
Franz Gruber.
Stadsparochie-koor dirigent
en organist.”
Op een en denzelfden dag is alzoo „Stilte Nacht"
gedicht, op muziek gezet, en voor de eerste maal
in het openbaar gezongen geworden. Ondanks het
feit dat Gruber zijn compositie niet openbaar had
gemaakt, werd het lied tn het Salzburger land en
het nabijgelegen Beieren, deels volgens afschrift
doch in het algemeen volgens het gehoor, overal
gezongen. Langzamerhand verspreidde het lied zich
over Zwitserland waar het gebracht werd door den
orgelbouwer, die het orgel in de St. Nicolaaskerk
Oberndorf repareerde, en over Duitschland.
heer R. Friese uit Dresden liet zich
musicus overschrijven, waarbij eenige i
ongineele compositie zijn ontstaan. Op deze
lie simpele melodie.