hord- Hollandscli
Dagblad.
ALKMAAR.
weede Blad
WOENSDAG 3 MAART'26.
IN EN OM ALKMAAR»
i
I sterk met elkaar in botsing komen
DE VERBETERING VAN DE
LANGESTRAAT.
Nog eens:
Als de tractortram verdwijnt.
bleken.
J. P. BOSMAN.
bezorgd voor
i daarom wil
hq omwille van zijn tractor-ideaal al-
In ieder geval m
toestand scheppen,
rinownnn nlOt xx’/xl iaic
20e JAARGANG.
Tot slot: wq hebben geenszins de preten
tie, reeds A priori te willen verzekeren, dat
ons plan de oplossing van het vraagstuk be-
teekent; misschien heeft een ander een beter
plan, misschien zullen zich in de praktijk ook
zóóveel moeilijkheden voordoen (andere lan
de door Mr. Boeman genoemde), dat hel plan
in de praktijk op den duur onuitvoerbaar
blijkt.
*t Is mogelijk, hoewel w(J dit momenteel
niet gelooven.
Wat wjj echter willen voorkomen is, dat
de Raad tot behoud van het tractor-onding
nog meer goed geld naar kwaad geld zal
gooien, dat men daartoe althans zeker
niet eer zal overgaan, dan nadat ieders
andere oplossing absoluut onmogelijk is ge-
ta >et algemeen, als
1 stad, zonder meer.
Daaraan ontbreekt hier wel iets.
Zoo is het voor het vinden van de waar
heid geenszins bevorderlijk, dat Mr. Bos
man (als knap en handig advokaat overi
gens) een groot en voornaam deel van ons
betoog weggemoffeld houdt, zoodat (opdat)
zijne meening daaromtrent met de onze niet
in botsing behoeft te komen.
In plaats van royaal tegenover onze vol
ledige meening zijne volledige meening te
poneeren, stelt Mr. Bosman zich tevreden
met het zoeken van (schijnbare) tegenspra
ken in ons artikel, en wél enkel in dit deel
van het artikel, waarin wjj nog maar heel
terloops ons autobussenplan ontvouwden.
Méér was ’t ons waard geweest, indien Mr.
Bosman er behoefte aan gevoeld had, zich
te rechtvaardigen ten aanzien van het ver
leden:
indien hq getracht had, aan te toonen, dat
het tractortram-bedrqf indertijd niet roeke
loos op touw gezet is, dat de tractortram
op zichzelf een goed en een niet onaesthe-
tisch vervoermiddel is, dat de tractortram
voldoet aan de verkeerseischen, enz.
Niets van dit alles heeft Mr. Boainan ech
ter ook maar trachten aan te toonen.
Het zoude hem ook onmogelqk geweest
zqn!
Immers: blqkt het geen roekeloosheid,
van de gemeenschap voor het stadsverkeer
f 40.000.op te eischen en daarbq den in
druk te wekken, dat men voor dit bedrag
(te restitueeren in rente en aflossing) gedh-
rende 40 jaar een stadsvervoermiddel zal
krjjgen, blijkt dat geen roekeloosheid,
als men na verloop van heel korten tijd al
reeds moet verklaren: „wanneer de gemeen
te niet jaarlijks f 6900.bijpast (de f 6000
zqn al gegroeid tot f 6900.dan zullen
wq het trambedrijf moeten stopzetten?”
Doch.... spreken wq daar niet meer
over, en bepalen wq ons liever tot de be
merkingen van Mr. Bosman op ons autobus
senplan.
AANVULLINGSAGENDA
voor de Raadsvergadering op Donderdag 4
Maart 1926, namiddags 1 uur.
3a. Voorstel inzake verhooging van het
subsidie voor de restauratie van de Groote of
St. Laurenskerk (bijlage nr. 39.)
LICHTEN OP.
Hedenavond voor rijwielen en motorrqtui-
gen om 6.09 uur lichten op. Voor rij- en voer
tuigen om 6.39 uur.
BIJLAGEN TOT DEN RAAO.
Restauratie Groote of
Si. Laurenskerk.
De restauratie van de Groote of St. Lau-
reuskerk alhier, zal, volgens daarvan op
gemaakte begrooting f 460.000 kosten. Het
Rqk draagt hierin f 115.000 bjj onder voor
waard^ dat de kerkvoogdij f 115.000 voor
hare rekening neemt. Er is bq den opzet van
de begrooting voor het werk op gerekend
dat het restant, groot f 163.000, door de pro
vincie en de gemeente zou worden bqgedta-
gen in eene verhouding van resp. 20 pet.
en 15 pet. der totale kosten. De gemeente
stemde hierin toe. Bij raadsbesluit van 26
Juli 1923 werd het gevraagde subsidie van
f 69000 toegezegd. De kerkvoogdij verzocht
daarna aan de Provinciale Staten, ten aan
zien van het ontbrekende bedrag van pl.m.
f 94.000 een gelqk besluit te willen nemen.
Ged. Staten deelden echter mede, dat naar
hunne meening de verdeeling van het bedrag
van f 163.000 anders behoort te zqn. Zq wil
len namelqk hiervan eerst aftrekken de op
f 31.500 geraamde herstellingskosten van
den dakruiter, welke de gemeente, als zijnde
aan haar eigendom besteed, geheel te haren
laste moet nemen.
Het tekort zou dan nog f 131.500 be
dragen.
Ged. Staten zqn bereid te bevorderen, dat
de provincie daarin eene bijdrage van pl.m.
f65000 verleent Het gemeentelijk subsidie
zou dan moeten worden gesteld op f 66.500
en f 31.500 is f 98.000. Aangezien reeds
f 69.000 werd toegezegd, zou de raad alsnog
moeten besluiten tot toekenning van een
nader subsidie groot f 29.000.
B. en W. hebben getracht Ged. Staten tot
het innemen van een en ander standpunt
en tot toezegging van een hooger subsidie te
bewegen, daarbq o.m. aanvoerende, dat, al
heeft de gemeente zich steeds als eigenaren
van den dakruiter gedragen,haar eigendoms
recht op dat object, zoo dit al ooit heeft be
staan, sedert langen tqd voor de gemeente
zonder practisch belang is; dat het in elk
geval uitsluitend ter bewaring van het mo
nument is geweest, dat de gemeente haar
medewerking toegezegd heeft, een motief
derhalve,
VRIJSTELLING.
Aan de dienstplichtigen A. C. Kooq, A. J.
Sman en J. Philippo, allen uit deze Gemeen
te iskvrijstelling van den dienstplicht ver
leend.
Ja, laten we dat hopen:
dat in dit geval „du choc des opinions”
(uit de botsing der meeningen) „la vérité” (de
waarheid) zal naar voren springen!
’t Is een gelukkig verschijnsel, dat zoo
wel Mr. Bosman als wjj in deze aangelegen
heid de waarheid willen vinden.
Opdat echter de eenige, de objectieve
waarheid naar voren springe, is het noodig,
dat de meeningen geheel en al ook recht
alleen bij ons, maar bq allo gemeenten.
U heeft bij de laatste Amsterdamsche gc-
meentebegrooting zeker wel gelezen, wat
de Wethouder Wibaut hierover heeft ge
zegd; ik mag dit dus wei bij U beken 1
achten!
Ad. 4. dat heeft 2 kanten:
a. ten opzichte van het vervoer en de
deugdelijkheid Van vervanging van het
vervoer der Stadstram.
b. ten opzichte van den exploitant Ier
autobus, die de buitengemeenten bedient.
Ad. a. Voorop staat en als uitgangs
punt dient, dat er Voor het gewone straten-
verkeer in Alkmaar geen behoefte bestaat
aan tram- of autobusdienst. Het straten-
verkeer is daarvoor thans nog te gering.
Daarom kan ook de tractortram niet b. v.
om de 10 min. rijden, los van het verkeer
naar en van het station. Het op een ver
voermiddel aangewezen straten-verkeer
(kerkbezoek, bezoek aan het ziekenhuis, fa
miliebezoek, bq slecht weer, voor ouden
van dagen en zq die slecht ter been zqn)
regelt zich naar de bestaande dienstrege
ling der tractortram.
Alleen het verkeer naar en van het Sta
tion is belangrijk genoeg om het bestaan
van een tram of bus te wettigen. Trouwens
U erkent dat zelf in Uw stuk van 24 Fe
bruari (2e kolom van onder.)
De autobus van buiten zal dus alléén
moeten rqden op de vertrek-uren van onze
Alkmaarsche treinen en terugrijden in aan
sluiting van de aankomende treinen.
luiten wji als voorbeeld nemen de bus
van Limmen, ondernemer de Bruijn; die
rijdt dagelqks 18 maal in elke richting,
komt dus onze tractortram in exploitatio
nabq. Geen van de bussen volgens de be
staande dienstregeling rqdt thans zoo, dat
die aansluit op een vertrekkenden trein.
1. De dienstregeling moet dus gewij
zigd worden.
2. De bussen moeten zóó gaan loopen,
dat zq bq de Vierstaten en in de stad niet te
vroeg passeeren. Want dan kan het publiek,
later van huis gaand, nog wandelen naar
het station: niet te laat, want dan mist men
den trein. Met vertraging onderweg moet
rekening worden gehouden.
3. De bus moet het vervoer altijd mees
ter zqn. Als zij aan de Vierstaten komt
moet zij niet „vol” zitten en voor den trein
bestemde.reizigers teleurstellen.
Dit klemt te meer naarmate de bus de
stad verder inrijdt.
De druk bezette bussen van buiten zul
len ook de drukke bnssen in do stad naar
den trein zqn.
4. De bus staat gestationneerd aan den
trein. Het is vertrektijd, inaar de troin is
nog niet binnen, heeft een kwartier ver
traging. De tractortram wacht. Er is met
het oog op de terugreis tijdsruimte genoeg
om te waditen. Moet de bus wachten'.-
Loopt dan het vertrekuur voor de terug
reis der bus uit Limmen geen gevaar?
Moeten de reizigers voor Heiloo en Lim
men in regen en wind staan- wachten bq
Groote Kerk, Laat, HeilooCrbrug, en Vier
staten, totdat do bus met 13 min. vertra-
gir^ van het Station aankomt?
5. De reizigers voor Heiloo en Limmen,
het zekere voor bet onzekere nemend, Ico
nen naar het station en gaan bereids in de
bus zitten. Dan is de bus „vol” als de trein
aankomt. Geen plaats voor de stadsr?izi-
gers!
De reizigers van uit de stad naar het sta
tion zien op tegen den tocht van uit de stad
naar het Station, wachten bij kerk, Laat of
Heilooërbmg. De bus komt. „Vol mot
stadsverkeer!” Geen plaats! Dan loopt de
bus leeg bq de Vierstaten en rqdt leeg
door naar Limmen.
Hinken op twee gedachten is altjjd vor-
Ten opzichte van den oxploi-
keerd!
Ad. b.
tant.
1. Het verkeer tusseben dorp en stad re
gelt zich naar andere factoren dan de ver
trek-uren der Alkmaarsche treinen. Het
regelt zich naar: Schooltijden, Marktver
keer, Kerkdiensten, kantoor uren enz.
Verplichte wijziging van zjjn dienstrege
ling en opgelegde onregelmatigheid in de
uitoefening van zqn bedrijf door verplicht
wachten op de treinvertragingen beteekr.nt:
het leggen van een zware ongemotiveerde
last op zijn bedrijf
2. Het stadsvervoer geeft hem, gaando
naar het Station, geen noemenswaar lig
voordeel. Het verplichte Stadsverkeer van
af de treinen is moordend voor zjjn ver
keer naar buiten en .dus voor zjjn bedrijf.
De buitenbus zal verdwijnen. Naar mijn
meening mag men den exploitant van een
autobusdienst van buiten die last niet op
leggen. Integendeel dient het stadsbestuur
den autobusdienst naar buiten in plaats
van beletselen op te leggen zooveel moge
lqk te steunen, zelfs door toekenning van
geldelqke ondersteuning, wanneer hei be
drijf °P zichzelf niet geheel loonend zou
blijken te zqn.
Onze zienswijze omtrent het verkeers-
vraagstuk en de rol. die de overheid daar
bij te vervullen heeft, loopt wel zeer ver
uiteen.
Ik maak mjj niet de minste illusie door
bovenstaande vluchtige beschouwing ook
maar eenige wjjziging in Uw oordeel te iieb-
ben gebracht. Evenmin als het mog:!qk
is de zon te laten schijnen, wanneer' men
wil, is het mogeljjk voor een gewoon bur
ger een couranten-redactie haar ongelqk te
laten bekennen.
Maar voor Uw lezer kan het nuttig zjjn
ook oens een andere belichting van het
vraagstuk onder de oogen te zien.
Eenzijdige voorlichting leidt zoo licht tot
eenzijdige conclusie.
Du choc des opinions jaillit la vérité.
Hoogachtend,
trammetje!”
Wjj willen in net midden laten, in hoeverre
Mr. Bosman alléén dit waagstuk heeft aan
gedurfd: ons interesseert het nietf op
welke wijze Mr. Bosman privé kapitaal zoo
gauw mogelqk wet’"-evloeid wil zien.
Doch wanneer hjj met anderen samen
mede met het oog op do „Alkmaar Pac
ket”, 20.000.in een slechte onderneming
steekt en daardoor bewerkt of bevordert,
dat de gemeente aan diezelfde slechte onder
neming 40.000.waagt enkwijt
raakt, dan protesteeren wjj daartegen en
dan verzoeken, dan eischen wq, van die
onbaatzuchtige royalitek-iri-het-algeine :n-he-
lang in het vervolg maar liever verschoond
te bljjven.
Mr. Bosman „praat niet”, „Insinueert niet”,
„breekt niet af”, ,.inaar bouwt eindelijk ook
eene iets op” jawel: een tractortram!
Maar die had hij heusch wel onopgebouwd
kunnen laten, dan had hij méér in het
algemeen belang gehandeld.
Dat hij thans, na het jammerlijk fiasco van
de tractortram in alle opzichten en ha de
gemeente een strop bezorgd te beobeu nog
durft poseeren als redder der menschiieid,
gaat werkelijk alle perken te buiten, e:i
duidt er slechts op, dat hq althans naar
den schqn nog in 't minst geen besef heeft
van wat hjj Alkmaar beeft aangedaan.
Intusschen doet ook de onder 2 bedoelde
vraag van Mr. Bosman absoluut niet ter
zake: in ons artikel is geen svrake .^owoest
van een autobusonderneming, die concessie
van de gemeente zou verlangen; wjj willen
de gezamenlijke autobushouders in hun eigen
belang voor ons plan interesseeren, zcodat
er op privé-personen geen beroep tot het
foumeeren van geld noodig zal zqn.
3e. Het Stadsvervoer-vraagstuk is juist
voor Alkmaar heel moeilqk; het tarief van
10 ets. is eigenlijk te laag.
Daarover kunnen wq heel kort zqn.
Waar in ons systeem geen aparte st uls-
onderneming, doch slechts een uitbreóling
van de buitendiensten in de stad be
oogd wordt, waar dus met bestaande midde
len kan worden gewerkt zonder loemens-
waardige kostenvorhooging, daar zal t en
tarief van 10 ets. ruimschoots loonend z ju.
Indien het waar is, wat Mr. Bosman in de
„Alkm. Crt.” beweert, dat onze tractortram
in 1925 een kleine 150.1XMJ passagiers ver
voerde, dan zullen de gezamenlijke -utob w-
houders er gaarne wat voor over hebben, om
de daardoor opgebrachte liOOO.per jaar
samen te mogen deelen.
En dan kost het der gemeente niets!
4e. Mr. Bosman maakt verschillende be
zwaren tegen een stadsvervoer-organisatie
door middel van buiten-buseen.
We zuilen die bezwaren niet stuk voor
‘stuk behandelen: kunnen alleen maar viyze-
keren, dat al deze bezwaren o.L bij eerngen
goeden wil ondervangen kunnen worden»
Aldoor ziet Mr. Bosman maar over het»
hoofd, dat wjj met een groot aantal bussen
willen werken, alle goede en geschikte Vus-
een zooveel mogelqk willen „ausndt ’.en”
voor het stadsverkeer:
met b.v. 30 bussen, die van 4 tot 10 keer
per dag een stadsrit maken,
óf a) Friosche brug-Station-Vieretaten,
óf b) Vierstaton-Station-FrieBohe brug,
óf c) Station-Limmerhoek,
alles heen en terug is een systeem
te maken, zóó, dat er bq aankómst en ver
trek van lederen trein steeds overvloedige
plaatsruimte jn de bussen aan het station en
aan de eindpunten aanwezig is.
Wanneer wq het totaal mogelqke aantal
ritten per dag eeps op 200 stellen, dan betee-
kent dit ruim 65 ritten per dag in ieder der 3
aangeduide richtingen, heen en terug.
Welnu, kunnen 65 butsen de passagien-
van-den-dag niet b.v. van het Station naar
Vierstaten vervoeren?
Er zal over 't algemeen steeds méér dan
voldoende capaciteit zqn, en de dienst zal
nog veel beter voldoen dan die van de trac
tortram.
Alles is hier een kwestie van organisatie,
niet gemakkeljjk, dat geven we graag toe,
maar mogeljjk.
Wanneer Mr. Bosman de bus van Limmen
als voorbeeld neemt, dan is hq heel onvolle
dig, immers, in ons systeem moeten de
bussen van Langendjjk b.v. eveneens de
route Friesche brug-Station-Viers:aten (en
terug) maken; deze bussen raken onlerweg
naar Vierstaten niet vol met passagiers voor
Limmen, evenmin als de Limmer bussen, on
derweg naar het Station vol raken met pas
sagiers voor Langendqk.
De groote fout van Mr. Bosman is, dat
hq een enkele bus als voorbeeld neemt, ter
wijl wq juist van het in elkaar grqpen <im
de vele beschikbare bus-dieneten heil ver
wachten bq invoering van een goed systeem.
Had Mr. Bosman dit in aanmerking geno
men, dan zoude hjj meerdere bezwaren niet
geopperd hebben, niet hebben kunnen op
peren.
Wat betreft het belang van den exploitant:
voor de stadsrit zal een ieder (ook de buiten
passagier) 10 ets. moeten b talen; hier! >or zal
veelal voorkomen worden, dat de buitenpassi-
gier (al moet hq in de bus van zqn bestem
ming dan ook de voorkeur hebben boven
een stadspaseagier) reeds onderweg m de
stad instapt; doch ook al zou dit (mole
ten voordeele van den exploitant) gebeuren,
dan zal er in de bussen van tegenovergestel
de bestemming, dio haar stadsrit op dat mo
ment in gelqke richting maken, steeds wel
plaatsruimte genoeg zqn voor stdJspassa-
giere.
Mr. Bosman maakt zich ei
het belang der bushoudere!
J;.
vast maar verhinderen, dat hun een Kansje
geboden wordt om nog wat extra's te ver
dienen.
Ons dunkt, dat de bushouders van dergj-
lijke liefde graag verlost zullen worden.
Eenigen tqd reeds is men thans bezig mei
de werkzaamheden tot verbetering van de
Langestraat.
Dat die werkzaamheden eenig inconve
nient aan het verkeer zouden bezorg m waa
to voorzien en is zeer begrqpelqk. Derge.qke
werkzaamheden moéten nu eenmaal stagna
tie in het verkeer teweegbrengen en daar ir
wel overheen te komen.
Een en ander neemt echter niet weg, dat men
het ongemak zoo klein mogelqk zal bshoo-
ren te houden, de Langestraat is toch de
voornaamste hoofdstraat en uit dien aard
zal het verkeer, het voetverkeer althans,
blijven, daar is niet aan te ontkomen.
Overdag zullen de werkzaamheden aan
den gang moeten kunnen blqven, ongetwij
feld, en zoo goed mogelqk.
Voor avonds echter zijn dunkt ons, wel
maatregelen te treffen om het verkeer m>g
zoo gemakkelijk mogelijk te maken.
En dat is thans niet het geval.
Ter hoogte van het Stadhuis merkten wjj
gisteravond een toestand op, dien wq zeer
ongewenscht, zoo al niet'gevaarlijk achten.
Wat toch ie het geval?
Voor de perceelen, waarin gevestigd ’.qa
Spanjaard’s pianohandel, het café „De Kar-
seboom” en voor een gedeelte ook voor het
„Alm. Bioscooptheater” had men vük
langs de stoepen een geul gegraven. Het ver
keer moest zich tot die smalle stoepen bepa
len, aangezien het middengedeelte van de
straat door een aantal los-weg neergeworpen
klinkers zoo goed als versperd was.
Hoe gevaarlijk dat is, bleek ons vooral bjj
het uitgaan der bioscopen, toen een aaafrxl
personen gelijktijdig over de smalle stoepen
vlak langs de ovengenoemde geul, in ver
schillende richting moesten gaan, omdat in*n
zich in verband met de daar liggende Klin
kers .op het middengedeelte van dea weg
liever mièt „waagde”, ook al omdat ie ver
lichting niet zoo bijzonder ^schitterend” is.
Ons dunkt, dat men door dit middenge
deelte vrq van die klinkers te maken, wat
zeer gemakkelqk kón in ieder geval het
betrekkelqk gevaarlijke van den toestand
van gisteren had kunnen vermijden.
Wq willen het geval niet overdrijven, doch
*t Iqkt ons goed dezen toestand te signalee-
ren, omdat de werkzaamheden nog lang niet
ejjn afgeloopen en wij inaar af moeten wich
ten, welke „verrassingen” nog in petto zqn.
In ieder geval mag men geen gevauriqKer
toestand scheppen, dan in velband met de
werkzaamheden strikt noodzakelijk is en 1An
nog heeft men op de eerste plaats reke
ning te houden met de veiligheid van het
publiek.
Het valt ons erg tegen, dat Mr. Bosman
ons blijkens het bovenstaande zoo ver-
keerd en zoo ten halve begrepen schjjnt te
hebben.
Het moge waar zqn, dat het deel van ons
artikel, waarin wq bet autobussenplan ont
vouwden, tegen onze bedoeling in ongecor
rigeerd en onaangevuld in de krant ver
schenen is, dit neemt niet weg, dat ieder on
bevooroordeeld lezer onzo bedoeling toch
wel veel beter begrepen zal hebben dan Mr.
Bosman.
Zóó duidelqk en zóó volledig was ons voor-
loopig artikeltje nog wel, dat men daaruit
niet de onjuiste conclusies behoefde te trek
ken, ate welke Mr. Bosman daaruit heeft
willen trekken.
Wij zullen onzen geachten opponent op
den voet volgen:
le. Wjj hebben de goede bruikbaarheid
van de autobus ais stadsvervoermiddel vol
doende aangetoond:
Uit heel den samenhang is het duidelijk,
dat wq in dit deel van ons betoog uitslui
tend doelden op de autobus als vervoermid
del voor stadsverkeer,!
vervoermiddel door eed
Tot bewjjs van deze bewering verwezen
wq naar bet bussengebruik in meerdere
groote steden o.a. Berlqn, Parjjs, Brus
sel terwijl ook in de Nederlandsche ste
den het autobus-verkeer nog steeds toe
neemt.
Mochten wij daaruit niet concludeeren tot
„goede bruikbaarheid van de autobus als
stads vervoermiddel"?
Bljjkt niet uit de praktijk dat de autobus
voor het stadsverkeer goede diensten be
wijzen kan en dat het publiek $r gemakke
lqk gebruik van maakt?
Mr. Bosman oppert twee bezwaren tegen
de autobus:
a. te weinig vervoercapaciteit op drukke
oogenblikken,
b. duurder exploitatie dan de tractortram
op rails.
Uit de oppering van deze bezwaren blijkt,
dat Mr. Bosman’ ons artikel niet goed ge
lezen heeft, wq moeten haast veronder
stellen: niet goed heeft willen lezen;
't Is toch duidelijk, dat in bet door ons
gepropageerde systeem, waarbq men ge
bruik kan maken vau minstens 30 bussen,
welke alle van 4 tot 10 keer per dag ritten
door de stad kunnen maken, op ieder oogen-
blik van den dag, zoowel aan het station
als elders, een vervoercapaciteit e aanwezig
gemaakt kan worden, welke in ieder geval
minstens zoo groot zal zijn als die van het
bovendien nog onvoldoende rijdepde
tractortrammetje;
en wat de duurte van bussen-exptoitatie
betreft, deze kwestie, waarover overigens
nog heel wat te beweren zou zqn, speelt in
ons systeem vooralsnog in 't geheel geen
rol, aangezien wjj de gezamenlijke autobus
houders hun eigen belang willen laten dienen,
zóó, dat de exploitatie aan de gemeente
heelemaal niets (of in ieder geval heel wei
nig) kosten zal.
Mr. Bosman had verstandig gedaan, als
hq het gevaar voor de publieke veiligheid
maar geheel ongenoemd had gelaten: de
tractortram heeft hier in Alkmaar al heel
wat gevaren en ongelukken veroorzaakt; op
hetzelfde moment n.b., dat Mr. Bosmans
stuk ons bereikte, werd op de Laat een
jongetje door zqn veilig tractortrammetjo
overreden!
Overigens valt uit statistieken (van Lon
den) aan te toonen, dat* bussen minder on
gelukken veroorzaken dan trams.
2e. De vraag, of wij f 20.000 zouden dur
ven steken in een bussenondernetning op
bepaalde voorwaarden!
Het feit alleen, dat de vraag ons gesteld
wordt, doet ons al likkebaarden:
wq zouden er absoluut geen bezwaar te
gen hebben, zóó rqkelqk van „het slijk der
aarde” voorzien te zqn, dat wq Mr. Boman's
vraag althans in overweging'konden nemen;
het zou ons nog niet zoo onaardig l(jkcn,
zóóveel „omhanden” te hebben, dat wq ons
zelf de weelde zouden kunnen veroorloven,
o.a. ookautobus-magnaat te w >rdea.
Helaas, het heeft niet mogen zqn!
Mr. Boeman, die hier blijkbaar uiet onop
zettelijk een bedrag van 20.000.noemt,
schijnt te willen zeggen: „Zie, dat heb k wél
gedaan! Ik stak 20.00(k— ia het tractor-
Volgens afspraak komen w(j nog even te
rug op ons autobussenplan ter vervanging
van het bestaande tractortram-stadsverkeer.
Een goede naaste aanleiding daartoe vin
den wq in een ingezonden stuk van Mr. J.
P. Bosman, die er zich althans in het on»
toegezonden stuk toe bepaalt, ons auto
bussenplan als ongewenscht en onmogelijk
voor te stellen.
Geven wij allereerst aan Mr. Bosman bet
woord:
Het hooMartikel over de tractortram in
Uw Mad van 24 Februari is vol tegenstrij
digheden. Na allerlei onwelwillende be
schouwingen over de tractortram en diege
nen, die deze oplossing van het stadsver
keer voor Alkmaar hebben verkozen, komt
U tot volgende conclusies:
le. dat U de goede bruikbaarheid van
de autobus als stadsvervoermiddel voldoen
de hebt aangetoond. ’(Derde kolom boven
aan.)
Se. dat U de invoering van autobussen
bepleit.
3e. dnt het stadsvervoer-vraagstuk juist
voor Alkmaar (te groot voor servet en te
klein voor tafellaken) zoo moeilijk is.
4e. dat U (tenigschrikkcnde voor Uw
eigen stelling) die exploitatie van het
stadsverkeer wilt opleggen aan de exploi
tanten van de autobusdiensten van buiten.
Ad. 1 U heeft niets aangetoond U
heeft maar wat gezegd, zonder kennis van
zaken! De auto-bus voldoet als vervoer
middel voor het platteland met de stad.
Het is een prachtig mkidel om het platte
land te bevrqden uit ;(jn isolement.
Wanneer de gemeenschap zich getroost
het extra onderhoud van do wegen en de
bus-tarieven dan vooral niet te laag wor
den gesteld, dan kan de autobus zich zoo
wat bedruipen.
Maar niet te lago tarieven! Want anders
gaat het als met de bussen Alkmaar-Ber-
gen:
1. Bus Nassaugarage calculeerde het
verlies en verdween.
2. Eerste Alkmaarsche Autobuson ler-
neming Kooger, nam verlies en verdween.
3. Dam en Parma verdween
4. Min en Schalkwijk leven nog, hebben
het tarief iets opgezet ,en zullen dat nog
meer moeten doen om te blqven leven.
Een autobus ter vervanging van de
Stadstram zou o.m. twee bezwaren opie-
veren.
le. te wieinijr vervoercapaciteit op de
drukke oogeubltkken. Daardoor wordt het
publiek gedupeerd en mist de bus „de dik
ke reizen.”
2e. duurder exjdoitatie dan de tractor
tram op rails.
Wij spreken niet over het meerder ge
vaar, zoowel voor het straatpubliek als
voor de inzittenden, enz.
ad. 2. Wanneer het Gemeentebestuur
de Stadstram liet verdwijnen en U conces
sie gaf om met stadsbussen het locaal ver
keer door de stad te exploiteeren xoo-ils
dat thans door de tractortram geschiedt (ik
bedoel een lijn Station-Vierstaten en c* n
Iqn StationLimmerboek, met minstens
evenveel ritten als de stadstram, U vindt
dat de Stadstram onvoldoende malen 'ij<!t!
U moogt wel meer, maar niet minder kee-
ren rqden.) wilt U dan in die onderneming
een kaptiaal van 20.000 steken? Stuur nu
oens een gezegelde verklaring in aan den
Raad, dat U zich daartoe verbindt en die
exploitatie minstens 10 jaar zult volhouden,
mits de Raad U concessie verleent!
Dan praat U niet, dan insinueert U
niet, dan breekt U niet af, maar dan bouwt
U eindelijk ook eens iets op!
Dan geeft U aan de Raadsleden iets,
waar zq houvast aan hebben. Dan weten
zq tenminste als zq de tractortram los
laten, dat er iets voor in de plaats komt.
En al is dat andere minder goed, het kost
dan tenminste dc gemeente geen geld.
Dat de tractortram alleen mag ver.lwij-
nen als er een ander stadsvervoermiddel
voor in de nlaats treedt, schrqft en erkent
U met zooveel woorden in Uw eigen stuk
van 24 Februari (2e kolom J4 van onder.)
Ad. 3. Het* stadsvervoer-vraagstuk is
voor elke stad moeilijk, omdat men gebon
den is aan een tarief van 10 ct, en dit fet
telijk te laag is. Gaat men naar een hooger
tarief, dan gaat het vervoer en daarmee de
opbrengst sterk achteruit.
Dit stuk heeft o.a. gespeeld bq de laat
ste gemeentebegtooting van Amsterdam.
Ik mag het bij een vervoerspecialiteit
als U trouwens wel bekend veronderstellen.
Daarmede is eigenlijk tegelijk de auto-
bus-exploitatie voor stadsverkeer uit een
bestaansoogpunt veroordeeld. In steden
waar een intens stratenverkeer bestaat, is
het electrisch trambedrijf het eenig renda
bele.
In het trambedrijf van Amsterdam kost
een reiziger de gemeente in de electri-
sche tram 9 cent, in de bus 15.48 cent.
In onze tractortram kost de reiziger 10.6
cent, wel een bewijs, dat wjj de electrische
exploitatie vrij nabq komen.
Waardoor Is de opbrengst van de tractor
tram tekengevallen? Door het fietsonge-
bruik. De nets is de groote concurrent go-
jrorden van het stadsvervoermiddel. niet