DaHa^mg w- ptooding Gravin Caatelrosso op een klein balkon kon. De vierde brand moest te Pollena stig.wat m het f Dan naar de hoogte wijzend, hooren tij head aan. Hun komst trekt de opmerk er ata vuur Plotseling wordt de deur der on tb ij t- Wie noodigde hen ooit te voren uit op groot verspreid dorp engageerde een dozijn keeren per jaar een voor- het gedonder van den berg veidooven en verwachtingen overtrof, voorspelt, bury zichzelf nog steeds als „rentmeester grootmoeder en den brandstapel droom- een vijfde dorp, bijna beneden in de vallei, uit de Noordelijke districten, die het ern- .Maar ten laatste trok hij boetklee- machtig de droevig; litanie „Sancto Januario, ora pro notós F Zij gingen verder en de processie met haar volgelingen geraakte uit het zicht. was met een Bij slot van rekening het niet vreemd, doodgewoon uiterlijk, met meer gelijkend met ademen. Niets meer.” „En heeft zij niets gezegd „Eén oogenblik mompelde zij iets -, maar het was bijna onverstaanbaar. Ik op te vangen, H Bij deze woorden keek h# op zij hor- „Weike Cappuctm F’ „De Cappucim van San Lorenzo." „Wat is San Lorenzo T Een dorp F* De gids schudt het hoofd. „Een district. Pachthoeven boasehen mijn broeder van aangezicht tot gezicht F zoo getroffen, dat zij geloofde dat hij wer kelijk ia den nacht van de groots uit barsting Cuthbert Brackenbury ontmoet had. Maar toen er weder niets van kwam, dt familie Petructlli gezocht, gevonden en ondervraagd was en alle onderzoekin gen vruchteloos bleken toen begon Wimfneda te denken, dat baar echtgencct zich m de opwinding van het oogenblik „Eindelijk F zegt zij verheugd. „Eindelijk, liefste. Hebt ge niet op mij gewacht F’ „Wij hebben tot negen uur gewacht en Dat dunne roode stroompje reeds tot sen rivsar aangezwollen en golft snel naar beneden. Zijn er geen Chnstenzielen on der die daken daarginder m die boer derij achter de moer beziebooci gaarden t in dat huw tiwsr hui de wijngaarden T Waar Andrea Pctrucelk Hij waa hier een oogenblik geleden. Waar is da broe der Gaetano 7 Kijk I daar gaan gij als krankzinnigen bcflen rij den heuvel lot den raad van Mr. Fink. Lancelot*F fluisterde Wimfriedi en -'*n «rm. lieveling natuurlijk de hoeden af, toen a het voorbijgingen blijven T" in het wild antwoorden, zoo goed ah hij In bet volgend oogenblik werd bet we- - geutje. met hen die er ia zaten, in een nacht." zijn. het eerstvolgende dorp na Massa goivenden stroom van voertuigen meege- di Somma. Dat wen Massa di Somma sleept en wee het mt het oog verdwenen. Gedurende gennmea tijd bleven de Plants en de Stanwsy’s het stroopen en zelf genoemd op den avond, dat Mr. Mar- Zondar gehoord, maar met zonder ge- stelen zullen nalaten, en evenalsjde oven- rabies zijn spel gewonnen had, twaalf kieederdracht der oude Engelsche tuit oog Wel honger hebbent’ „Vreeselijk r „En de oude Lois F’ „Zij stierf een twintig minuten nadat geheel zonder pijn die brandende populieren, die obelisken mtzim. komt een bc voortrollende golf van gloeiend ah gesmolten metaal, breed a Sela in de velden van Paesti dan de dubbele lengte van dan schen zich naar de vlakte en ontmoeten kregen hem halverwege. „Zijn er nog menschen te redden F' met een arm en teren wijstHij schijnt te zeggen „Ga feather, wiens pogingen met een uitslag voort en en Borghetto en La Spezzia ver- celot ongeduldig ca hoe hard roepan, slaagt hij er slechts met m zich te doen verstaan. „Gij al even weinig van het land hier geuren bezwangerd, alsof lijkheden.” te kennen als wij.” „En aan het gevaar F Met beide handen ah een trechter voer O, wat dat betreft, ik geloof niet, dat den mond, schreeuwt de gids terug, dat kade onder hen scheen met hoofden ge er veel gevaar a. Men ts te spoedig ge- dit het klooster der Cappucim rr.oet zijn, fliveid. En bij den terugge kaatsten gloed neigd, van de lava als van een woedenden - op de zee en aan den hemel, en bij het bergstroom te spreken maar bij slot van licht van straat- en rijtuiglantaarns en rekening gaat zij niet heel snel voort, open vensters (ieder hun was van onder Hoe snel Lady Brackenbury T Nu, mis tot boven verlicht, en ieder venster met seksen een mijl, of anderhalve mijl in bet toeschouwers volgepropt), was bet too- uur maar dan moet ge er nog iets af- wijnbergen. Alles eigendom van het neel zoo goed zichtbaar, als zag men het doen voor de oneffenheden van den grond, klooster.” bij het rosse licht van een storniachtigen Dm stroornen. die wij lanm den kegel zien zonsondergang. De Vesuvius, die ver- vloeien, gaan natuurlijk sneller dan de hem zeggen, dat daarboven een terras is, schrikkelijk dichtbij scheen te zijn, was lava in den Atno del Cavallo.” vanwaar de Signon de lava, de brandende „En waar denkt ge dat zij op het oogen- steden, het eerste plateau alles zien kunnen. Zij moeten hem maar volgen, egj Zoo, door een dicht kreupelbosch van doornstruiken en heesters, klimmen zij de laatste steilte op, en komen uit op een vlak piëta, dat zich voor de kloosterpoor ten uitstrekt. Hier vinden zij, onder de muren op elkander gehurkt, sen troepje landvolk, allen vluchtelingen, voorname lijk vrouwen en kinderen, aan wie een paar monniken brood en wijn mtdeelen. Verhit, dorstig en vermoeid, nemen de beide Engehchen en hun gids dankbaar plotseling in vurige lijnen te voorschijn kwamen en.bij het licht van hun eigen vernietigingsproces verdwenen. Doch Napels het zorgelooze, pret- hevcr.de Napels kon niet lang treurig blijven, zelfs met al donderde de berg voor hare poorten, al vertoonde de lava al de verschrikkingen van haar ontboei de krachten voor hare vensters. De eerste ontzagwekkende schok was reeds voor bij De bevolking was weder begonnen vroolijk te worden en pleizier te maken. Het is waar, de schouwburgen waren ge sloten, maar de wijnhuizen stonden open en naarmate de nacht voortging, brak het gewone rumoer, van vioolspelen, guitaar- tokkclen, zingen en castagnetten-geklep onder het plebs dat aan de zeezijde der stad woonde, zelfs nog doller uit dan ge woonlijk. Toen had er een vreemd voorval plaats. Te midden van al deze spookachtigs vroo- 'ijkheid, te midden van al dit tumult van rollende wieieu, voetgangers, stemmen en feestvieren kwam een oogenblik pauze zulk een pauze als er soms in het hevigst van e'en orkaan kan ontstaan. Toen zag men plotseling een gloed va^ toortsen, en hoorde men den klank van een boet- neerstroomt. belanden in een soort van daar ia het madden dat andere, rechts, waa San Sebanuaoo meer naar den voet van dan berg, aaa dezen kant naar Napeta toe, was San Giorpo a Cremano. Hij boa niet zeggen, hoeveel inwoners er te Saa Sebaeoaao waren miaechien twee of drie duizend. Massa di Somma was een groots plaats veel grooter met oen dne-vw - gmt. bedenk dat.' Haastig c— schen de zijne. Toen gaf Mr. zijn hoed aan, en met een t ik»” was hij weg. Terwijl hij zich aan tafel zette, vloog de t en stormden drie drukke jon gens, waarvan één een brieventasch droeg, -* - tZ-(Wsrdt servefgd.) daa Saa maal grooter bevolking. Maar zij waren allen gevluchtl Er waren geen menschen in die brandende huizen gebleven. Waar sjti heengegaan waren Kijk eens I de stad was er vol van de kloosters, hospi talen, barakken en de kerken, allea was er vol van. Wel, de commissaris van po litie was oog geen half uur geleden hier geweest in het kantoor van den hote lier beneden en men had herr., den rrunmasir-. hoeren zeggen, dat in de laatste twaalf uren vijftig duizend vluch telingen in Napels waren gekomen 1 Plotseling keek Mr. Fink op zijn hor loge. en zeide dat het half negen en voor hem tijd was om heen te gaan. Toen kwam het voor den dag, dat hij, na het uiötroomen van de lava mt den krater boven aan dien grunmigen.hol len weg tuuschrn den top en Moote Som ma, die ah Atriz del Cavallo bekend stond gezien te hebben, nu ook haar verderen joop langs de helling van den berg wensch- tc te volgen. Dus stelde hij voor, naar zeker dorp, Santa Anastasia genaamd, te' rijden, aan de Noord-westelijke hel ling van den Vesuvius, en van daar een weg te zoeken naar den rand van het groots la va-meer op dat bovenvlak of plat, in de wandeling door de bewoners „het eerste plateau” genoemd. Voor dit uitstapje had hij diensten van den gids uit het hotel besproken en een licht één- paards wagentje besteld, dat nu op het plein op hem moest staan wachten. Zou Lord Brackenbury de tweed* plaats in dat wagentje willen innemen en met hem meenjden Lancelot antwoordde, dat hij niets be ver wenschen zou. De Gravin was opgetogen die slech te man had geweigerd dat zij hem zou vergezellen en alleen te worden gelaten in het hotel zou abc huwelijk zijn. Maar nu was het autrt chmt Nu zou zij die lieve Lady Brackenbury geheel voor *zichze!ve hebben en samen zouden zij verder toeschouwers zijn van de uitbar sting, tot de heer en terugkwamen. Het zou met recht heerlijk zijn Wimfneda zeide niets. Waren zij al leen geweest, dan zou zij haar man ver zocht hebben zich niet bloot te stellen maar zij was een te jonge wouw en te ver- zang en in statigen optocht, met afge legen, om ten overstaan van deze vreem delingen tusschenbeiden te komen. van den berg. van een moesten nog plaats hebben. Aan den an de- liever dat kleine ding van eigen maaksel, ren kant waren er eenige veranderingen dat zichzelf de wereld noemt verwon- die, hoewel zij geen bloed gekost en de derd er ^h over, dat Lord Brackenbury staatkundige kaart van Europa onveran- zoo weinig van zijn geld geniet. derd gelaten hadden, in een ander op- Hij heeft een voldoend hms, dat is zoo En Lancelot blijft staan ah ware hij noodig ia hierbij te voegen, de predikant sedert het verdwijnen van zijn broeder te verwachten. Toch, daar zij mt de Noordelijke districten, die het ern- Het was schemermorgcn. eer Wuufrw- stigst zich aan zijn taak toewijdt. Wat zijn nieta. Vijf jaran na die verdwijning had hij- ge kans, dat zij nog eens zou spreken. Hoe ongeruste® slaap viel. Het was even dag macht, en zijn macht, zoowel in stoffe- tot aangezicht, in levenden lijve. Hij stierf.' Jr c" zware rookwolk, en het woest geweid van dan die van de meeste menschen. Zij is tot de levenden behoeven t Br mocht van jog*,'maakte de JpmerHng^rtsrh« reeds de uitbarsting was tot een dMp en verwij- in alle geval geévenredigd aan het werk, komen wat wilde, Lancelot zou nooit Ov*r hart elf was en keerde in de ontbijt derd donderend gerommel verzwakt dat de arbeid en de kroon van zijn leven is. ophouden te gelooven, dat hij leefde tot- taaj terug. ..L»> KJVmi T1*m*w*£m*X*<> t ¥11 fl.lt ?iin drwid knwsvsn wnrrl FH- t - - zelve zegt, dat zij te gelukkig is. Haar kin- I” Maar het brullen der vlammen bekroond zijn, di« zijn warmste wenschen gissen kon, was, dat Lancelot Bracken- *n ik dacht, dat zij misschien van haar t -z J----u...„ .1. grootmoeder en den brandstapel droom- alle menschelijke geluid en, zonder ge- dat hij nog den dag beleven zal, dat de beschouwde. Rentmeester had hij zich- de.” hoord te worden, snelt hij voorbij. Plaats en de Stanway’a het stroopen en zelf genoemd op den avond, dat Mr. Mar- j(En zijt ge teleurgesteld, Lancelot F’ „Nu," antwoordt hij met een ongedul- tel afrijden met den gids naast den „Ik zow benen msjneif raken van an^pt owde olijfbootnea beplant, en etndehik oo- koetmer op den bok Lancelot en Mr. sta ik alleen wen," antwoordde Winifrie- der dt meten van een groot gebouw staan. meten tred, verscheen een processie van priesters. Een van hen droeg hoog voor Mr. Fink ontdeed zich van zijn horlo- zich uit een zwart geworden olieschilderij geketting en geldbeurs, en gaf ze der Gra- in een lijst, de overigen hadden fakkels, vin ter bewaring. waskaarsen en getijboeken. En terwijl zij „Zakkenrollers op voetpaden z>>n geen nader kwamen, door een grooten hoop zeldzame dingen in dit deel van de we- der armsten uit de bevolking gevolgd, reld,” zeide hij ,*n vanavond zullen ging de menigte uiteen, viel op de kniéen, er bij duizenden op uit zijn. Ik raad u, barstte in weeklagen, smartkreten en tra- Lord Brackenbury mijn voorbeeld te nen uit, en m« duizend* stemmen klonk vol Zoo, terwijl hij zijn los zilvergeld m dM zak tm zijn sttk, volgd* Lance lot den raad van Mr. Fink. Ge zult u n,et 8ev“r begeven. Eh toen sloot de menigte zich achter hiar, - jeg- de rijtuigen kwamen weer in beweging STinir bsnrl op zijn arm. en het ringen en sch-eeuwen begon op- Nmo neen, lievelingnatuurlijk nieuw. „Zoo zong Nero ook, toen Rome tn «uit te terugkeeren spoedig T” vlammen stond F zeide de Gravin Castel- ■Tm sroedit ata ik kan maar ik ga ah rosso. „Maar ten laatste trok hij boetklee- déren aan en zong van Troje, dat in vlam den kte hij haar handen tus- men verging. Deze Napohtanen beschou- Fink hem wen dpn Vesuvius ah een groote zwerm korf .jgoeden pot, die voor hun genoegen wordt afge stoken Daarop zette zii dch gemakkehjk ia Zij stoadca allen ia gsspannen afwach ting, ademloos, brandend van nieuws gierigheid wat er nu verder zou gebeuren. „Hebt ge den grond voelen bewegen F’ „Hebt ge dat krakend geweld geboord t „Het was alsof een dondersteen uit- eensprong F Toen werd de bediende ondervraagd. Welke plaats was dat, die het laatst vuur had gevat T Wat was Saa SebasbanoT Wat aacM di Somma! De arme man. Fiak keken naar hst venster en samai dn. „Ho« tang denkt ge. det zq tuBea' «t- dat, donker tegen den rossen gloed van den hemel afstekend, mt den nacht opdoetnt. «O, ik durf wel zeggen, den geheekr. Hier, ademloos en gebed ontdaan, ver- ward houden zij hak oas verkenning te „Den gebeden nacht!" houccn. De gravm lachte. „W:ar zijn wij m 1 bemdsnaam F’ Jueve Lady Brackenbury, vindt ge roep twee vrouwen hier staan, om naar de me- dat zoo erg Denk eens aan den afstand hij tr nigte en den berg te zien. De dampkring denk aan den toestand van de wegen moeiu was zoo benauwd, drukkend en met on- aan de volte de verwarring de moei- schijnt aangename zij onder het koepeldak van een reusach tig conservatorium gestaan hadden. De HOOFDSTUK LXUI. Twaalf jaar later twaalf f jaren in de geschiedenis van Jaren van oorlog en vrede, van winst en voorspoed. verlies, van veranderingen, zonneschijn E- Z11LZ.L‘-~ en storm. In lndi» waren de laatste spo- deze twaalf jaren hoofdzakelijk op Brac- zien te worden. Want hoewel slechts ge- gen zich ah eerbiedwaardige leden ves- jaren en langer geleden en een rent- digen zucht, „neen, niets kan mij te durende iin seconde, ién seconde viel tigen en huur en belasting beulen zullen, meester noemde hij rich in het dwpst zijns dien aanzien meer teleurstellen. Ik ver bet licht op zijn gelaat. I toen zij ontwaakte. Wat Mrs. Pennefeather betreft, zij dat gijn dood bewezen werd. „Lancelot F zelve zegt, dat zij te gelukkig is. Haar kin- Het was een onderwerp, dat hij en Wi- deur open Geheel ontdaan en door dan rook deren bloeien in de frisscbe lucht der nifr^eda zelden aanroerden. D^hevigheid zwart geworden mat gescheurde klaeren, heide «n haar twee oodste zonen ziin nu, zijner aandoening had haar in bet eerst de kamer binnen. hooger Atlantische Kabel de natuurlijke gren- dat een edelman met 20.000 pd. st. jaar- bevallige deftigheid gekregen, die eoo jngsren man. Zij komt, noch vloeiend, rol lend, maar onafgebroken ah een eindeloo- ze bank, een vaste massa, die voortdurend zich voortbeweegt, en altijd van achteren wordt opgestuwd, zonder te haasten, zon der ophouden, onweerstaanbaar ah bet noodlot. Maar er is geen tijd om te staan kijken geen tijd om te denken 1 Ginds, het paard to< vollen galop aangezet, vliegt een kar over den weg, met vrouwen en kinde ren volgepropt, en hier, heen en weer snellend tusschen de erven, rijn een aan tal mannen bezig (zeelieden, naar het uiterlijk), van huisraad en pachtets- werktuigen te redden, wat zij kunnen IE: --- - Jaatste raam ginds staat een ladder. r Daar is sen man aan het venster 1 Een de kolonie op de Burfield-heide geves- met een geest van Ben Johnsons, in een rfj mij zouden opgegettn hebben, Tls ik man met «u een kind zeker I in tigd. In het begin bestond zij slechts uit hal door vijftig fakkeldragers verlicht, in niet om het ontbijt had gescheld. Maar gi’ zijn armen. Hij komt naar beneden, snel, de kerk, scholen, de pastorie en een twin- de t*- - - - - met vwten, zekeren tred. De laatste poort tigtal hutten, maar in deze twaalf jaren biefstuk-eters Wie liet ooit de Fransche ovtrspringtnd, haasten de twee Engel- heeft het nieuwe district het aanzien ge- tooneelisten van Londen overkomen, of “i van een groot verspreid dorp engageerde een dozijn keeren per jaar een „a«i| mvri een iwinug minuien nasar en de bevolking telt een acht honderd militair muziekcorps Waarom, zoo-vroeg ik was aangekomen t-‘ zielen. Het zou te veel gezegd zijn te be- de wereld, waarom volgden de Bracken- en buiten kennis. Het was een ophouden Een kloek man was het. blootshoofds, weren, dat allen van het „Zwarte volk” bury's dit bewonderenswaardig langen baard, die met den eenen leden van deze ordelijke gemeente zijn beeld niet, en deden zij niets wezenlijk het geredde kind aan zijn borst drukt geworden. Velen van de oude kudde zijn bijzonders voor de maatschappij in het met den anderen gebiedend naar ach- nog niet toegetreden maar Mr. Penne- algemeen z Wat de wereld niet wist, en zelfs met meende het woord „vuur” aangenomen, en de geheele een kuetwtoel bij het open venster boomgaarden heen, cm op de erven van 'i snel m zijn werk gegaan, want zü waren nu neer boven, naar Wi- verbeen puchterswoningen terecht te ko- kaaner gegaan en voegde men en tot de ontdekking te geraken, dat zijn m geen wezenlijk gevaar geweest ata Mr. Pennefeather zelf. Haar manier van Lancelota verbeelding. Hij had den maar.... Wuufrieda. ik moet iets ver- ia bovendien een prettige manier, die man ook gezien, en wilde niet toegeven, tellen." zeer in den smaak valt. Haar medelijden dat er eenige de minste grond waa voor „lees vertellen Waarom kijkt gij miy n spoedig opgewekt en haar hand n „open Lord Brackenbury’a idee /iw. Het met zulke oogen aan Ge maakt tnij ang- als de dag tot verzachtende weldadigheid”, een groot, ruw man geweest, --.al- U~. a Hij nam haar handen m de zijne. Hij dat haar geniale natuur meer en spoediger op den vermisten Lord dan hij zelf op het zijn stem tot een gefhiuter afdalen, liefde wekt dan de ernstiger deugden van Hercules geleek. Zóó langzamerhand tot „Ik heb hem gezien Cuthbert haar echtgenoot. Zij is nog steeds, in spijt de overtuiging komende, dat zijn vrouw aan- van tijdsverloop en veranderde omstan- *n gijn eigen medegetuige beiden onge- digheden. Lady Brackenbury heeft zij loovig waren, liet Lancelot het onderworp reeds iets toe vertrouwd van den knoop van rusten, en Wuufrieda hoopte na eenigen dien nog met geschreven roman, die aan tijd, dat hij de zaak vergeten had. Maar hij belangrijke de wereld moet toonen, dat zij ook schrij- vergat haar nooit en zijn overtuigmpwan at wereklven kan onder de indrukken van den kelde geen oogenblik. En nu zijn Lancelot en Wimfrieda De Brackenbury's hebben gedurende twaalf jaren getrouwd, en twaalf jaren en zes maanden zijn voorbijgegaan, sedert ren van opstand mtgedoofd. In Abyssi- kenbury Court gewoond, op hun eigen Mr. Marrabies Lancelot overreede, het me was de inname van Magdalena door goederen, onder hun eigen volk. Somtijds testament van zijn broeder ten uitvoer te den treurigen dood van Komng Theo- gaan zij een paar maanden in het najaar brengen en zeventien jaren en één maand op reis, en zij hebben de gewoonte, een waren verloopen, sedert Cuthbert, Lord als 't ware in een vurig kantwerk gehuld, terwijl men lanjp de geheele lijn der blik zijnWaar w Santa Anastaeu F* veroordeelde dorpen de vlammen duide- jO mijn lieve Lady Brackenbury, au lijk zag voortwoekeren en voortlekken van plaatst ge mij voor een moeilijk* vraag I pont tot punt het eene huis na het an- Santa Anastaau is ver weg, ver voorbij dere vatte vuur ata een rij notendoppen San Sebastiano en Massa maar hoewel ieder hun zag er voor een oogenblik uit, ik bet vandaag van het Obeervatortum alsof zijn vensters geïllumineerd waren, mt zag liggen, zou ik met het minste óm dan als een vreugdevuur op te vlam- begnp kunnen geven van zijn omgeving men, krakend ineen te storten, en tot asch en betrekkelijke ligging. En wat ces mes en sintels te vergaan, als onder een regen steun betreft, ik denk dat zij zelve niet van vonken. Daar was een vreeselijke weten waar zij zijn F aantrekkingskracht in die brandende hui- Na deze wooiden de Gravin was te zen die, onzichtbaar en ongezien, totdat vermoeid en Winrfrieda te angstig en ge- hun aandeel van de giften dar sraidadig- zij door hun noodlot overrompeld werden, spannen om te praten staakte her ge sprek en zoetjes aan, m weerwil van bet taamheid. Hun voorkomen mactegeo- schudden der vloeren en het rammelen staande Lancelot zijn hoed heeft verloren, der vensters, viel de schoon* Amerikaan- de doornen handen en kleederen van sche vast in slaap. alle drie verscheurd hebben in hun schoe- Nog steeds bleef Wimfrieda wakker nen door de steenen aan stukken gereten nog steeds bleef zij waken nog steeds wekt geen verwondering. Zijn zij geen kwamen en gingen de nietsdoeners uit vluchtelingen gelijk de overigen! Napels op het plein onder het venster Het klooster staat boog op de uiterste en ginds, opbruisend uit bet brandend punt van een uitstek van de Monte Som- hart van „den grooten aardbol zei ven”, ma. Het vlakke land en de stad Napels rees en daalde en stroomde die vreeselijke de baai van Portici tot aan Ischia, de ge- vuurfontein Een gloeiend rookdak had heele zijde van den berg van Santa Anasta- Zich mtusschen over het vlakke land en iu in het Oosten tot aan de Hermitage, de baai uitgespreid de geheele hemel in het Westen, worden door het terras zag rood de huizen en schepen waren buiten zijn poorten beheerscht. Maar he- verlicht dg glans der sterren was ver- dennacht is de ééne helft van dat pano- doofd door dien rossen troonhemel, die ratna m de duisternis mtgewucht en de de ijselijkheden van den nacht half ver- andere helft door een gordijn, van rook en duisterde, half verlichtte. vuur half aan het oog onttrokken. Want En waar, gedurende al dien tijd, waren van hun verheven, veilige standplaats de heeren gebleven De Gravin had het zien zij, die zich op het terras bevinden, goed geraden, toen zij onderstelde, dat c*s op het tooneel in al zijn volle venchrik- messieurs nauwelijks zelve die vraag kun kehjkheid neer. Ginds, uit de opemngen nen beantwoorden. Waar, met recht, van den Amo del Cavallo, als kwam het waar waren zij T Hier- en daarheen uit de monden der hel zelve, zien zij den waren zij gereden, achteruit, voor- geheelen loop van dien voortgolvenden uit, in duisternis, verwarring en hiaat, lavastroom. Door honderden beken ge- Eerst waren zij langs den grooten weg voed, gezwollen, treedt hij ter linker- tn naar Santa Anastasia gegi.in, en toen, or> rechterzijde buiten zijn oevers, terwijl hij een halve mijl afstands van Ponticelli, steeds brullend en bruisend voort jaagt waar zij door een piket bereden carabi- naar de hoogvlakte waar hij zich tot een niets teruggedrongen werden tot aan uitgestrekte, hijgende, roodgloeiende, Barra teruggekeerd, hadden zij de zij we- half vloeibare zee verwijdt, om dan in gen genomen en zich naar San Sebastiano lange vuurstralen over te loopen, die, gewend, waar zij zoo dicht bij de lava kwa- alles voor zich heen verwoestend, naar de men. dat zij haar heeten terugge- vallei voortstroomen. De vuur-rivier is kaatsten gloed konden voelen, en de vlam- op haar grootste breedte twee mijlen breed men in vurige jongen tusschen de wijn- en op de plek, waai de voorsteden van gaarden zagen spelen. Hier opnieuw door La Cercola in laaien gloed staan, heeft de wachten te paard teruggedreven, maken lava haar weg gegraven door wijngaarden, zij een langen omweg naar La Cercola, zes mijl van haar oorsprong verwijderd. -j - •- j Zelfs nu, terwijl zij er naar zien, ziet waarin de lava nu met groote snelheid men de lava zich haven La Cercoia ver- deelen, en een smal rood stroompje af kamp van karren, en wagens, in enkele zenden in de richting van de bebouwde waarvan geheele farailién den nacht door- hellingen aan den voet i brengen, én stappen tut. terwijl zij den waarop het klooster staat. koetsier aan zijn lot overlaten, met bevel. Op dit gezicht gaat een kreet van zoo mogelijk met hét rijtuig naar Barra pamschen schrik op uit de kleine menigte terug te keeren en daar hun komst af te op het terras. Het zijn allen menschen uit wachten. Nu gaan zij te voet verder, on- San Lorenzo en toen de lava op La der geleide van eer gidrf, dien zij door het Cercola aavdrong, hielden zij zich ver- land volgen, schut ogen en steenen muur- zekerd, dat hun eigen wijngaarden en olij-1 tjes over klauterend, roekeloos door akkers venbosschen veilig waren. met te veld staand koren en over het voor De vrouwen vallen weenend op de de oogen schemerend gevlochten hek- kmeén de mannen klemmen de tanden werk van wijngaarden en moerbezie- op elkaar en ballen «Uistea de mon- afkan seaaa aprakoèocs. Hun landen zqn bloedend, en de handen vol btaéren. nadat zü han recht van toelating tot d« veroordeeld zoo de wil des hameta. stond h*i*voor haar. school veroverd hadden, studenten te ..Lancelot I o, God tq dank Waar Can budgt De „baby”, sedert lang door as Mr. F ink Waar de Gravm meuwe rechthebbenden op dien titel ont- Jj) is op het oogenblik de kamer uit- troond, n te Rugby. De „baby” de bij gegaan. Fink n bu haar. Hij n ongedeerd zonder* gunsteling van Lady Bracken- alleen een beetje gebrand en geha- bury, aan wier goedheid hij bet geld voor vend, zooata ik zalf.” rijn school te danken heeft. lattnecben ts „Gebraad! Hemel! waar zijt ge ge- Mts. Pennefeather, su zij jaarlijks zooveel weentMaar m zijt ge veihg veilig F sizpennies kan uitgeven ata zü wil, op vergist had. Wat Mr. Fink aangaat, die „O zeker srij zijn veihg genoeg Wij haar wijse zoo bedrijvig en hulpvaardig behandelde de geheele zaak ata een werk geen wezcnhjk gevaar geweest ata Mr. Pennefeather zelf. Haar manier van Lancelot* verbeelding. Hij had den gedaan en aa zaak was ióó dar Wimfneda nauwelijks de werkelijk- nstnada’s kamer gegaan en voegde men en tót de ontdekking te geraken, dat heid begreep, aar zü zacta zelve naast de er met vleiende stem bü zü al dien tüd te veel noordelijk getaouden „Ge weet zeker, dat het e nset lastig n, hebben dan gaat het weer verder vond staar vooi het nuddatota venster lieve Lady Brackenbury, dat ik hier bü dt beddmg, van tan sttgedroogden van de g wie eetzaal. Van hier wit sagen blijf totdat oost zwervend* echtgenooten bergstroom, waarna zü met moert* de zu SM bet wigsntjs het ptan van bet ho- terugtemnen F helling van een heuvel bekiinuncn. met „Ik zou bonen mijseff raken van oude oiijfboomen bepiant, en esndelqk on- dorus gevolgd. Dichterbij hadden de Fransche en paar weken gedurende ieder seizoen in Brackenbury, zijn diamanten in Genua Sardinische legers de Lombardische pro- een of ander hótei te Londen door te gakocht vincién heroverd, èn Victor Emmanuel brengen maar zü hebben geen huis in dween. was komng van Italic geworden. Maar de stad, en niet vóórdat hun kinderen op Het is Mei de tweede dag in Mei j de oorlóg tusschen Frankrijk en Prutsen, den leeftijd zijn, dat zij in de wereld moe- «n dt Brackenbury’» zijn nog te Beteken de val der Napoleontische dynastie, de ten komen, denken zij zich die kostbare bury-Court, hoewel zü van plan zijn in opkomst van het Duitsche Keizerrijk weelde te veroorlooven. De wereld of den loop der eerstvolgende week naar stad u gaan. Lancelot is op dazen schen nen, friaschen Mei-morgtn sedert half zes buiten en Lady Brackenbury wandelt de laan op en neer, langs de vensters van de ontbijtzaal. De tijd is goedgunstig ge weest voor die Wimfrieda, die Cochrane zoo hartelijk bewonderde, toen zij haar i van verschillende volken waren door een net- schrijft met milde hand in voor de jacht Langtrey-Grange. Meer Hen ooit waa zij Mr. Pennefeather ts, wat eigenlijk on- harten nog. Dat me-r dan zeventien jaren wacht niets. Ik heb het opgegeven iets -- -w «.j eens ft- plotseling in een steen veranderd. mt de Noordelijk* districten, di* het ern- voorbijgegaan waren, woog bij hem als sproken had jaren geleden, wal er eeni- Het waa >chemertnorgen. eer Winifrie- stigst zich aan zijn taak toewijdt. Wat zijn niets. Vijf jaren na die verdwijning had hij- ge kans, dat zij nog eens zou spreken. Hoe da, door waken urtgeput, eindelijk in een hand vindt om te doen, doet hij met alle hem gezien hem gezien van aangezicht het zij, ik ben blij, dat ik er was toen zij de Vesuvius lag half verborgen achter een lijken ata in geestelijken zm, b grooter leefde toen waarom zou hij nu niet meer Groote God 1 hun moeder n op de hoeve. Hun moedor, de wadwwe Fran- caaca Petrucelli, hun vrouwen, hun zus ters al bun vrouweltjkc betrekkingen atjn daar 1 In het volgend oogenblik vbegt ieder man, di* op het terras h, naar beneden, om t« helpen wat hij kan. De gids, haas tig een zakdoek om zijn hoofd bindend, geeft zijn eigen slappen vüten hoed aan Lancelot. Zij gaan voort, zooata het gaan wil, hollend, springend, struikelend over den opgebroken grond. Uit bet duister van het olijvenwoud beneden komende, steken zq dwars het stroombed over, dat zij daareven juiat beklommen hebben. Maar tusschen dat punt en de hoeve der Petracdh hggen nog een mijl lang wijn gaar den. Mr. Fink volgt oogeloong. Dat men- seben. zoo zij met stapelgek waren, in hun huizen zouden blijven tegenover een ge vaar ata drt, schijnt hem ónmogelijk. Intuaachen gaan da helpers op hun moeilijken weg voort, de groene druiven trossen vertredend, over de grensmunr- tjes heen, recht op de verder verwijderd liggend* moer bezie txwm gaarden aan, waarachter een groot licht oprijst, als bet hcht van een brandend bosch. Nu ademen zij rook en zwaveldamp in en dan, plotseling uen zq neer op een brandend hms, dat door vlammende boot- zicht mogen heeten de kaart der geheele hij onthaalt, niet buitensporig weelderig, mijten, schuren en bijgebouwen omringd wereld te hebben veranderd. De verst maar gastvrij hij vult nu en dan zijn huis n. Achter daze mijten ed schuren, achter van elkander verwijderde steden, de meest voor eenige weken met bezoeken hij duiven voederde op het binnenplein kva»v4x*ria rwwws 1 mm wkm wswm*j «amMAua elzww mmwe Mz-kae-ai/v awsmW wi*lz4a> IumouzI w -11--- ?boudeltjk werk van rads en ijzerdraad met elkan- en de plaatselijke instellingen van welda- th?na waardig,door dien uitstekenden lava, rood der verbonden terwijl de tunnel van den digheid maar hij geeft zijn geld niet zoo portretschilder. Paris Bordone, geschil- l de rivier Mont Cenis, het -Kanaal van Suez, de lichtvaardig uit, als „de wereld" begrijpt derd te worden. Haar houding heeft die zen van bergen, woestijnen en zee ver- lïjksch inkomen doen moest. Lord en bijzonder de edele Venetiaansche dames metigd hadden. Lady Everton of Toffee, die, zooals men van Bordone kenmerkt. Rood-goud schit- Dit waren m hoofdtrekken de voor- wel weet, met rijker zijn dan de Bracken- tert, terwijl zij wandelt, haar kastanjebruin naaraste gebeurtenissen, die achtereen- bury’s, geven tweemaal zooveel diners haar in de zon. Haar lang gewaad sleept volgens dat tijdperk van twaalf jaren op en de Oostersche feesten van. Mr. Fink a)s een sleep achter haar aan. Men zou het tooneel der geschiedenis hadden ge- en de Gravin Castelrosso zijn de roem van haar gekleed willen zien in echt Venetiaan- kenmerkt. Op het kleiner tooneel, waarop het land. Bals, jachtpartijen, picnics, fees- ache dracht, in een kleed van wit en goud de personen optreden, met wier lotgeval- ten in den tuin, bijzondere tooneelvoor- brocaat, met een waaier van vaderen in de len wtj on» hier bezig houden, hebben stellingen, vormen den dampkring, waar- hand en een snoer paarlen in de loss* Reen treffend* veranderingen noch ten in dat populaire paar leeft en streeft. Wie vlechten vaa beur haar. goede, noch ten kwada, plaats gevonden, dacht er daar tn de Noordelijke provincie Plotseling wordt de deur der ontbijt- Voor Lancelot en Winifrieda is. het pad aan, een bal te geven bij klaarlichten dag, kamer geopend eu een heer komt de ka der liefde zoo effen en glad geweest, dat met een dansvloer in de laan, eer deze mer door en uit het open venster naar het door den tijd geheiligd spreekwoord schoone Amerikaansche uit het verre buiten. er door gelogenstraft wordt. Gezegend Westen kwam, om aan ons Engelsch land- in hun huis, in hun kinderen, in elkander, volk te leeren, hoe zij de hun toegezonden zijn zij zei ven gelukkig «n een bron van géVen der góden moeten genieten! Het hui* schijnt vol vuur j tegen het geluk voor degenen, die hen omringen Onder hun zegenrijk bestuur is een bloeien een Drie-Koningenfeest en vermaakte hen toen waren de jongens zoo hongerig, dat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1926 | | pagina 7