van het „Noord-Hollandsch Dagblad” I is I i I Vrgdag Maart DE GRAVEN VAN EGMOND f 'W Leekenapostolaat. Uit de Kroniek der Kerk van Zwaag. EPISTEL FN FVANQELIE. volk! FFICIEEL KERKBERICHT I Zondag op Maandag in lijdensbeker 1 4 hart bloedt. tie 4 er en De Orden dree Zyn deed was bare bekoring, welke er uitgaat nieuwsbericht. Men ziet het i zichten, men leest het af van het wordt opgezogen door het verstand, Lieve kindren, door 't gemis I eert ge eerst wat een moeder is, De uwe was zoo jong, zoo goed, Ach mijn hart met uw I‘_L van een aan de ge* i de lippen, de kamer de I schijnbaar I levenloos. Op den klank van mijn stem. Iu|len tiin. elftal was nzxXnn am aam ra r i Zeker het leekenapostolaai zal iet* van ons vergen: vrjje tijd, gemak, offers. Maar waar wordt iets goeds bereikt, wanneer geen of- fers gebracht worden? En zjjn menschenzie- len geen offers van eigenliefde en gemak zucht waard't Wanneer de nood niet drong. zonder de heilige Sacramenten, welke ihij alleentuit uw hand kan ontvangen. Ook al had men niet de minste schuld men zou het toch nog eenigszins voelen als een zelfverwijtLaat ik hieraan toevoegen, om den schijn van overdrij ving te vermijden, dat meestal ook dit deel der zielzorg wel zijn gewone ver loop hebben zal. De katholieke doktoren die wij hier hebben, ofschoon niet ter plaatse woonachtig, de een woont te Wognum, de andere te Ooster-Blokker, zijn jong, waakzaam en godvruchtig. Zij zullen niet nalaten, wanneer gevaar dreigt, de huisgenooten er op te wijzen, dat zij tijdig den pastoor mpeten waar schuwen. Misschien maken zijzelf in hun Ford-auto wel het ritje naar de pastorie en loopen bij den pastoor op. De boeren, gewillig en goed katholiek, hebben zóó ingespannen en terwijl de lantarens van het rijtuigje worden ontstoken, is de priester met het Allerheiligste Sacra ment in een ommezien bij den zieke ge bracht. Wij leze» in .,De TjjdM: Op de laatst gehouden Nieuwjaarsreeep: bij Z.D.H. den Biwchop van Haarlem, Mo i- seigneur A. J. Cahier, heeft Z.D.H. woorden gesproken, die bjj velen uit het hart gegre|>en :n, dat het mij diep ge- i toch, wij priesters met J um wuiui wwi uci vcrsianu, een jarenlange praktijk, zijn aan zooveel i bet vreet in de zielen, daarna onmid- j gewend! D^goede God spaart pns dik- ze is Zondag nog in de Vrouw Walburg zyn huysvrouw, stierf An no 1459 ende worde in den Haeg begraven. Heer Willem stierf in ’t jaer 14H3 den 19 dag in January, ah hy twee-en-dertig jaor geregeert hadde. ende leyd begraven te Gra ve in Gelderland, by Hertog Arent zyn Broe der, alwaer (xoo men zeyd) dit Grafschrift nog te lezen ia, welk ik om den I^ser hier by Want den Armen bewees hy veel chtritaten; Ook heeft hy van zynen bloeden gelaten, By een Dogtcr van Meur», die hy nam ten W y ze, Drie Soonen vroom, en schoon van lyve, God wil ze in deugden aityd sterken: Ootmoedig war hy *in der Kerken; Geestrijke Persoonen hy zeer beminde, Zyn woord zyn zegel, zoo elk hem kende, Zondag na Sint Anthoni-dag hy bleef Aflyvig ter dood, als men schreef Duyzend vier honderd tagentig en dry, God markten hem van alle zonden vry. Anno 1494 kwam tot Egmond op Zee een Vis aen, 150 voeten lang. De twee-en-twintigste Heer. Jan de «ierde van die name, de eerste Gra ve van Egmond, Sone van Willem de IV is geboren Anno 1441, hy waa middelbaer van staturen, schoon van aengezigt, eerbaer van wezeir, ende geleerd, ook was hy mede zoo uyt nemen de in fcrygshandpl. Omtrent het jaer 1465 rcysde hy na bet heylig Land, ends worde te Jerusalem met Allen, die voor deze actie, door Z.D.H. zoo warm aanbevolen, gevoelen, worden ver zocht zich schriftelijk aan te melden nij Me juffrouw F. Have, directrice van de R. K. School voor Maatschappelijk Werk, Amstel 5, Amsteidam Ook de H H Geestelijken die gaarne zulke leekenapostolaten zouden gebruiken in huu parochies, worden verzocht dit aan hetzelfde adres kenbaar te maken. kwamen, gaf hy deze Jan Melisz het Schoat Ambagt van Egmond, voor zyn leven lang. Anno dnyzent vier honderd een en tagnn- tig, lag Heer Jan van Egmond. als Casteltyn binnen der Stad van Gorinehem, tegen den aenloop der Gelderschen, ende onthield by hem de Ballingen van Dordregt van der Cab- beljauscher partje, zoo worden den voor- «chreeve Heer Jan va Eginond aengebragt, dat Adriaen Jansz Schout van Dordregt eeni- ge schandelyke woorden gesprooken hadde op den Heer van Fgtnond. De Heer van Egmond dit verstaan heb bende, ontboot den Schout, dat hy zyne ste de wel bewaren zoude, want hy was van meeningo tot Dordregt te komen by schoon dag, ende niet hy nagt, ende doen hem reden geven van t gene dat hy van hem geepwken hadde, ’t welke hy niet en agte, ende Het de Stede kwatyk bewaert. Heer Jan van Egmond, met de Ballingen van Dordregt t’ Schepe gegaen zyn le, -ip den seaden dag van AprillU, ia hy des mor gens ten zeven uren gekomen voor de stad, ende de Schout waa op die» tyd aen de Water-Poort. ende vraegde den eenen schip per genaemt Jan Teeuwisa wat hy bragte, hy zdydo Heer Schout, alderl *y goed, dat ik ha est lossen zal. De schout in de stede ge gaan wezende. gingen zy alle gelyk uyt dun Schepo, wel getuigt ende geharnast ter SUd- waert in. De Overat* van der stad dH vernsasende, vielen terstond in t harnas, ende kwamen den andere tegen, ende daer geviel Ma 't Hart van eenen herder treurt, Als hem ‘t schaapje wordt ontscheurd. Maar boe groot is hier de pijn. Waar zoovele lamren zijn. Laat vrij den loop, Maar ais^Wistnen in de hoop, Dat wie 't eeuwig loon bezit. Voor haar man en kindren bidt. DE PASTOOR VAN ZWAAG. Zwaag, 23 Maart, 1926. Graf-achrift van Heer Willem. Dat buys van Egmond in grooter eer, Van welken huyse de eerste Heer, Doorluchtig van Vader en ook van Moeder, Was van Vriesland des Koning» Broeder; Van welken bloede booge gapreezen Koningen en Hertogen zyn gereezen: De Kroon van Schotland zonderling by Namen, Ook Gelderland en Beyeren te samen. Uyt welken huy«e der Edelbeyd Hy was. die in dezer plaetze leyd Begraven, hier onder door Gods genaden, Hoog gebooren en vroom van daden. Heer Willem, H-er van Egmond en van Baer, •t Welk hy regeerde twe* en dertig Jaar, De waerachtigste heer die men vand Was hy. een eenig Broeder tot Gelderland; De Gullcker hulp hy vroomelijk bevegten, Om zyn Moederlykc Erve, na alle Regten, Hy was wy.< en verstandig in alle rade, Druk, verdriet, en meenig schade, Beeft Hy achtten Jaer geh-den; Zy waren hem te m die bent dat deden; hy van 't gulden Vli j*. bh Lande een groet vertfee, Goddank., slaat zij de oogen op, een lichtloozen, onwezenlijken blik, welke u doet vermoeden en vreezen, haard van het verstand daarachter het laatste vonkje is leeggebrand. Ik heb dan mijn plicht gedaan en ben heengegaan, na de hand gedrukt te heb ben van den echtgenoot en vader, na hem een woord van troost te hebben toegesproken, want heb ik medelijden met een vrouw die bedroefd ia, ik heb nog meer medelijden, als ik zie, dat een man, sterker van nature, geweend heeft. Middags ben ik nog eens terugge komen. Toestand nog hetzelfde. Maar den anderen dag, Zaterdag, was er een kleine verbetering ingetreden. Ik heb van dat gunstig oogenblik gebruik ge- de Ridderiyke Ordre vereerd. Als hy wederom keeren zoude, hadde hy vee) tegenspoed, want alle zyne Dienaren verlieten hem, ende een aetMsnel Man Jan Mo- liez genaemt (dien by van een Oelay gekogt hadde, ende vry rnaekte van de slavernye) droeg Heer Jan (want hy heel ziek waa) ver te mylen op zyn schouderen, en was hem zeer getrouwe. Als zy nu van de reyze tot Egmoud t’hyus 19 Maart 1926 MIJN EERSTE BEDIENING. Wanneer men als pastoor alleen op een plaats staat,‘dan weet men, dat het eigenlijk ieder oogenblik komen kan. dat men 'altijd ook bij nacht en ontijde klaar moet staan voor eene bediening. In een stad, waar de parochiegeestelijkheid met meerderen is. waar men gewoonlijk nog wel een gasthuis heeft, waar men des- nood* een zieke voor lichamelijken zoo wel als geestelijken nood brengen kan, is het bewustzijn van dien plicht, dat men klaar moet staan ten allen tijde, I veel minder klemmend, ik schreef haast veel minder benauwend dan op een klei ne stille afgelegen plaats, waar men als pastoor alleen staat. Een zieke, die sterft gaat het op de dorpen. Zonder kranten. zonder telepboon. zonder radio ver spreidt zich een nieuwtje veel vlugger dan in grootstad. In grootstad zijn de nieuwtjes zoo veelvuldig, dat zij de toe hoorders koud en onverschillig laten. Er wordt niet op gereageerd. Het dringt niet door in de zielen zonder liefde en zonder medelij. Maar op een dorp met zijn schaarschte aan nieuwsberichten, s a I W—sfim» PALMZONDAG. Epistel vit het boek Exodus; In dl* dagW|^aine:> de kinderen van fsraftl te Eli «TV aar twaalf waterbronnen, en zeventig palmboomon waren; en zij sloe gen hun leger omtrent de wateren neder. En «ij vertrokken van Elim, en de gehecle me nigte der kinderen van l«raM kwzm in de woestijn Bin. die ligt turachen Elim en Sinai, op den vijftienden dag der tweede maand, nadat zij uit bet land van Egpjte waren uit getrokken Fn de geheele vergadering der kinderen van IsraH morden in de woestijn tegen Mozes en Asron. En de kinderen van Israel zeiden tot hen: A<h! of wij in het land van Egypte door de hand des Heeren gestorven waren, toen wij bjj de vleeschpot- ten zaten, en tot verzading toe brood aten. Waarom hebt gjj ons in deze woestijn ge leid, om geheel de menigte door honger te doen omkomen? F.n de Heer zeide tot Mo zes: Zie. Ik zal uw brood van den hemel la ten regenen. Dat bet volk uitkome. en ver- zansele hetgeen genoeg is voor lederen dag; opdat Ik het beproeve. of het in mijn wet wandel.», dat* niet. Op den zesden dag ech te» zullen zij zorgen om in te dragen eens zoo veel, als zij gewoon waren dngelifkr te ver zamelen En Mozes en Aaron zeiden Tot al de kinderen van Lraêl Van avond zult rd weten, dat de Heer u uit Egypfetand geleid heeft; er morgen zult gij heerlijkheid des Herren zien Evangelie volgens den B. Battheui; XXI, 1-9 in dien tijde, sis Jesus Jerusalem gena derd. en te Bethphage aan den flMifherg gef komen was: toen zond Hij Zijne twee leer lingen. en zeide hun: Gsat nsar het dom. *l|k» tegen u over ligt, en terstond zult rij vinden een* ezelin gebonden, en e-n veulen hij haar; maak zinlos en brengt ie bjj Mij E» al» iemand u ie»« morhte zeggen, zi gt dat de Heer ze noodig heeft, en hij zal zo terstond laten volgen. Dit alles nu is ge schied. opdat volbracht wlerde hetgeen door den profeet gezegd Is. die zeide: Zegt aan de dochter v«n Pion, zie uw honing komt tot <i zachtmoedig, zittende op eene ezelin, en een veul»n. het jong eenig jukdragende. De leerlingen gingen dan benen en d*<)en zooal* Jesn» hun gt-hodeo had Fn zij hzaeh- Um <*e ezelin en het veulen, en legden hun- ne kleed eren op dezelve, en deden Hem er op gitten En eene gruote menigte spreidde hare kleedrren op den weg; en anderen hakten takken van de hoornen, en strooi den ze langs den weg. En de scharen, die vooruitgingen, en die volgden, riepen, en zei den: Hosanna, den veoe van David: geze gend Hü die komt in den naam Je» Hee- ren. Als Uw Eerw. nog wil, zegt de men in de kerk, dan kunt u nog gaan. Er staat een wagentje voor. Piet van., u wegbrengen. Dan bent U er zoo. Ik mint stooltie halen en het busje met de H. Olie en ritueel en spoed mij naar buiten. Maar daar staat geen wagentje. Het heeft er gestaan, klaar om mij weg te brengen, maar ten gevolge van onze af spraak, dat ik eerst om negen uur komen zo”, is het weggereden. Op eenigen afstand bij de herberg staat wel een Utrechtsch wagentje, maar zonder paard De herbergier komt naar buiten. De eigenaar die in de kerk is, wordt gewaarschuwd. Beiden vliegen naar den stal en halen er den vos uit Ik ben al ingesta't en kan toezien, hoe vl ig het inspannen in zFn werk gaat. Het kop- stel wordt opgegocid, de strengen over den rug vastgemaakt, paard achteruitge reden met de lussen om het letnoen, strengen aan de uiteinden van den hou ten dwarshout, vtMfrman op den bok de large leidsels of koorden in de hand. Voorwaarts. f Aan de deur word ik door een vfouw, die een brandende kaars draagt, afge haald. In de kamer knielend op den grond de arme vader met rood bekreten wangen. Om hem heen zijn lieve kleine kinderen. Ook de magere man, die mij de eerste boodschap bracht, tie ik knielen. Verder eenige familieleden buurvrouwen. In den linkerhoek van zieke of stervende, bleek en zou Z. D. H. de BWchop van Haarlem het leekenapostolaat geen dringenden eisch ge noemd hebben. Laten wij fier zjjn met te mo gen helpen aan de uitbreiding van Gods kerk, vooral als wij van hoogerhan 1 daar toe geroepen zjjn. Met bewondering lezen wjj de verhalen van missionarissen die met ca techisten groote hekeeringswerken in heiden- sche landen verrichten. Maar In onze steden zyn ook menschen die hulp noodig hebben. De genade van het ‘j veelal ontvangen, godsdienstige ontwikkeling de liefde voor 0. L. Heer j zoo klein, dat zij bij het eerste het beste stootje omvielen en onverschillig werden voor alle» wat hun heilig zou moeten zijn en wat ons heilig is Ook hier is missiewerk te verrichten en ook 1n deze hiissie moeten de missionarissen geholpen worden door ibekenapo^telen. zoo wel door daadwerkeHjke hulp als door ge bed. Hoeveel tjjd 1» er niet over na gedane dagtaak, om ons zoo nuttig te maken. Hoe- vee.l jonge meisjes zijn er niet, die w->f eenige uren in de wek vrij hebben om zich aan huisbezoek te wijden? Vooral Degenen die door hun meerdere ontwikkeling zooveel kennis reeds hebben ongedaan, mogen met egoist die kennis en ontwikkeling alleen voor zich zelf gebruiken. Zij moeten van den over vloed die Gods genade hen beliefde te ge ven,- geven aan anderen Wat wij krijgen van O. L. Heer is slechts in bruikleen, om te geven aan anderen. Mochten in iedere parochie eens 10 menschen gevonden worden die hunne dien sten gingen aanbieden aan de Zeereerw. H.H. Pastoor» en Kapelaans; zij zouden dan door middel van een courantje of brochure toe gang krijgen tot de verschillende gezinnen, hun door den Pastoor opgegeven; zij zouden daar kunnen praten, zij zouden kunnen aan sporen tot kerkbezoek, de kinderen naar de Roomsche school brengen. Roomsche dag bladen invoeren, zjj zouden met beleid kun nen onderzoeken, om 'te ontdekken wat noo dig was. Met alls gegevens zouden zij dan naar Aen ZeereerwHeer Pastoor kunnen gaan die dan zjjn voordeel ermee doet en de verschillende handelingen, uoodig in dat ge zin. dadelijk zal kunnen verrich’en. Zii beivi- den de komst van den Geestelijke voor. Da geestelijkheid zoude daarmee veel tyd win nen. Om geschiktheid vooi net werk te verkrij gen zal eenig onderricht in godsdienst, apo logie. opwer pingen tegen bek ende geloofs waarheden. noodig zjjn Ook de methode van huisbezoek zal gele-’rd moeten worden. Maar zy die liefde voor 4e taak hebben, zullen dat al heel spoedig kennen. Ook hebben wjj noodig menschen die voor de goede zaak bidden; die zich zelf niet in staat achten, hetzij door drukke bezigheden, hetzjj door gezondheid of om abdeve redenen, actief deel te nemen. maakt om aan de zieke de H. Commu nie, de heilige Teerspijze, te geven. Een uur later had het niet meer gekunnen. Hersenvliesontsteking kwam er bij met inzinking van alle krachten, met totale verdoe ving. In den nacht van is de vrouw gestorven. Het is mijn eerste bediening en ook maar op een dorp met de onweerstaan- mijn eerste sterfgeval in de'parocbie van Zwaag. Moet ik zegge: troffen heeft! En Z. D. H. wees er op dal de tjjden moeiljjk zjjn en dat de individueele bewerking der dat de I Katholieken door de Geestelijkheid, dringend tot h^d moet genomen worden. Maar de taak van het huisbezoek is zoo zwaar en zoo veeleischend, dat de hulp van leek en daarby zal moeten worden ingeroepen; deze leeken moeten het terrein verkennen, den Priester voorafgaan, aan de Geestelijkheid overlatend, wat het terrein van het geweten betreft. En waar spreekt en XI. Dezen heer Willem, zjjnde een uytnemend vermaerd Man, zoo in tjjden van Oorlog als van Vrede, is van Maximiliaen den Keyser, Anno duyzend vier honderd agt en seventig nOg u tot Brugge in ’t getal van de Heeren van I stille, den Gulden Vliese gekozen. Van hem werd verteld, dat het gebeurt ie tot Leuven, dat hy aen zyn Tafel genx> «gt haddd zonimige Doetooren in de God- heyd: Ende als daer zommige Question over Tafel geproponeerd wierden, zoo was daer een Doctoor van Gent, dewelke geenon Neus en hadde. Deze Doctoor dan proponeerde wat een Geloof was zonder liefde; den een aeyde d>t, den aft der dat: onder anduen •eyde beer Willem (alzoo hy aityd genegen was tot boertigbeyd) als hy zag dat nieound den Doctoor die zonder Neus was, son le voldoen: Een Geloof zonder liefde en is an ders niet sis een schip zonder Roer, ofte een Aengezigt zonder Neuse; aerdiglyk deeze questle ontbindende, waerom zeer wierd ge- lagcben. Anno'1470 kwam Kohing Eduward de vierde van dien name, Koning van Engeland, met zyn Broeder Ritsaert, Hertog van Clou- cheeter, ende Graef van Schallen, tot Eg- mond ia t Klooster, om de Reliquie van SL Aelbert te visiteeren, en als hy daer een wyls tyds geweest wae en de Reliquien van St. Arlliert met groote devotien bezogt hadle, vertrok hy van daer na den Haeg by Hertog Karei vaa Bourgongien syn zwager. handeling. Er ligt een vrouw op sterven, kracht het gevaar dreigt, uitstel kan te laat zijn. De pastoor moet die vrouw be dienen. Dan moet de Mis en dan moet het uitreiken der H. Communie en dan moet bet biechthooren maar wachten! I O practische zin van ons geloovig Bi) mijn eerste bediening te Zwaag 1 ging het echter niet xoo. Ik had de eerste Heilige Mis om zeven uur gedaan en door het groot aantal Communies de H. Joseph is nog altijd in hooge eere bij het landvolk was het eenige mi nuten over half acht, toen ik op de sacristie terugkwam. Daar stond op zün kousen een lanOe magere man, die zijn pet zenuwachtig tusschen zijn vingers frummelde Of ik dadelijk bijwilde komen. De vrouw was niks goed. De dokter had geze«d dat zij dadelijk bediend moest worden. Waar, wonen ze, was mijn vraag, is het hier dichtbij? Bij het sluisje, zeide de man, een klein half uur hier vandaan, op het Westeind van Zwaa^. En kan ze nog de H. Communie ont vangen. informeerde ik verder. Neen, zeide de man, ze lixt buiten kennis, bet kan ieder oogenblik afge- loopen wezen. Besluiteloos ben ik. wat ik doen zaL Over een goed kwartier moet de tweede H. Mis beginnen, de Hoogmis. Het volk stroomt naar de kerk, de zangers zijn op het koor, er is communievolk en er zijn nog biechtelingen. Toch zeker een goed mensch, 'vraag ik den bode Ja, zegt hij. kerk geweest. En ik neem mijn besluit.... biechten kan ze niet meer, te communie gaan kan ze niet meerik zal het er op wagen en wachten met haar het H. Oliesel toe te dienen, totdat de Mis van achten is algeloopen. Wat eerder beginnen, wat voortmaken.... Als het een zondaar geweest was Om kwart voor negen kan de Mis af- geloopen wezen. Als je nu maakt dat er tegen dien tijd een karretje voorstaat, dan ga ik zoo mee, dan kan ik nog tegen negen uur bij de zieke zijn. i De man is weggegaan met die bood- schap, maar heeft ook het wagentje la ten wegrijden, dat al voorstond om me weg te brengen. Natuurlij.I i Ik doe gedurende eenige oogenblikken mijn dankzegging en begeef mij naar den biechtstoel, als ik in de kerk door een anderen man word aangesproken. Zoo dellijk de reactte, overgaande tot de wijls persoonlijk lijden. Wij genieten een keuze van het doeltreffend middel, de goede gezondheid en l en gegeven heeft, werken voor Zijn eer en aan het zielenheil. Maar ik vraag me zel- ven dikwijls af, wat moeten wij, die voor enzen persoon den lijdenskelk niet be hoeven te ledigen tot den bodem, wat moeten wij dikwijls de lippen zetten aan I den met droesem gevulden van anderen. Woensdag zal de Uitvaart zijn in de zal parochiekerk, daarna de begrafenis. - Men heeft mij om een bidprentje ge vraagd. Zie wat ik maakte: Arme vader, dien l edroefd. Zwaar en allerzwaarst beproefd Door dit sterven, dezen slag. Hier mijn woord slechts staamlen mag. partyen, ende tó X vegten sloeg Heer Jan van Egmond, met bulpe zjmder vrien<)en die by hem kwam, den Onderschout met den Burgemeester Gillis Adriaens*, dood, 't welk de andere aiende namen de vlugt. en week.'n achterweert*. Heer Jan van Egmond zond terstond een Bode aen beer Philips de' Baa- taerd, Kapiteyn van Rotterdam, dat hy hem senden wilde drie of vier honderd Kneg'. n, van welke tydinge hem den Bastaerd zeer verwonderde van zujkep vyoomen daed, en de Kind hem by n»«Hb Je Knegten die hy hadde, van welken ftbMcomste fleer Jan van Egmond leer vcrbiyd ende gesterkt wa«: ende mits deie bulpe ving hy omtrent 200 Poorters vau der Hoeks party*-, onder den welken dat ook gevangen werde Adriaen Jan»» de Schout vkn Dordregt. Deie dingen aldus geschied xyndo, ve»hieven iwn teer de (j^bbeliauws, ende grepejg eewn moet, mier de Hoeks ware zeer vétslageu en lis- peraét, en de Gelderso tiegonnen ook als toen wat te bexadigen, en deden xoo veel kwaets niet al» xy te voren wel gedaen hadde, want de Steden van Leerdam, wert overgegeven in handen van Jonker Jasper van Kuvlenburg, voor al xulke schade als hy hadde .met xyne gevankenisse In Vrank- ryk geleden, ende dit door consent ende be lieven van de Prince: maer niet lange daer na resigneerde ende overgaf dese Jonkheer Jasper van Kuylenburg. de Stede van Leer dam den Heer va* Egmond. onze beminde Bisschop zoo waar wjj dus zeker zijn van Z. D. H.’s goedkeuring en aanmoediging, daar waar wjj weten een dringend noodzako- Ijjk werk te verrichten, omdat anders zoo vele van onze broeders en zusters verloren zullen gaan voor het geloof, mogen wjj Roomsche mannen en vrouwen achter blij ven om gehoor te geven aan deze roepstem? H. Doopsel hebben zjj uuiiciJ en kunnen met al de maar de verdere de talenten, welke Hij on* wa* gering. stootje omvtelen en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1926 | | pagina 9