EEN STRIJD OM EER EN RECHT NOVELLE NUMMER 27 ZESDE JAARGANG 1926 O t „Nèè De bi I VOOR DE HUISKAMER liet Van Kolb legde op de bijzonderheden die ze niet kent der den stortregen, die steeds erger wordt „Gij vertelde mij dat de naam n geheel schamperen toon, „als een huishoudster beletten, zelfs maakt zij iedere toe- hfj haar huwt.” kennen. Als uw zegslieden in ai hun v tus, komt terecht bij Soeur Radejonde, grooter wordt.... Dan komt moeder Banhan naar hem zacht, als in Pierre l’Ermite. „Dat u, mijns inziens, alleen een be- spreekt. Ik heb dus alleen het goede omgekeerdvan dag tot dag wordt gij verpleegd worden A ont< vriknetsetears zich vastnestelden aan God en die aoools de rat- i Fontaine er een fHnk bestaan man wilde geven V' De arme blinde man „Daar, juffrouw Dan de kinderen voor zich uit duwende, en de twee werkzusters van den tuin het De brigadier haait zijn horloge te voor- acfatin. Op dat oogenblik begint het te regenen en dikke droppels vallen op den weg. „Dezen kant uit, ma. Soeur, roepen de boeren.” De brigadier begrijpt dadelijk het drei- en „Zeker mijnheer.” De kaalhoofdige koopt een flacon voor HOOFDSTUK I. de deur der grootste restauratie zeebadplaats „Blankenberg” be- nees schudde met het hoofd. „U moet alles betalen wat ik heb op gezet.” „Natuurlijk.” De andere wikkelde het vuldig los en toonde den ZE WAREN KLAAR. Een dame laat uit een voornamen win kel van kindercostumes eenige pakjes l aan haar huis bezorgen. Wijl na enkele dagen de verwachte bestelling uitblijft en ook de -1 niet worden teruggezonden. DE BLINDE MAN. Oude dame „Waar is het kwartje ge- „Ik heb beloofd dat we er op tijd zou den zijn.het is nu tien minuten voor zonen zijn... troep halt houden en zet zijn voet op den Terwijl ze nog spreken is het peleton al daar..vliegt hen voorbij.... en rent de eenige straat van 't dorp in met een muziek gearrangeerd. Wilt gij liever in had verwijderd, ,,d»e oude heer daar gravin Halbeggs achter zijn flesch porter schijnt uw hernam Van Kolb, „ik geef u echter toe, dacht, wat het gevolg zou kunnen zijn, „Gendarmenbreng ze naar bui ten.” Het nonnetje gaat van hand tot hand en komt eindelijk overbluft op den troittoir gend gevaar, hij springt op in 't zadel terecht. Dan begint de aanval. Tweede vijand schap eerst eens opnam, want de majoor niets V’ op non-activiteit, baron Van Kolb, bad- Een „Theophile’ ceerde oalat feilbaar midi verdwijnen. Op het „O, goeie Hemel 1" roept ze uit mkkr hier mogen geen beeren binnenko men „In naam der wet beveel ik n van hier te gaan De arme zuster, verschrikt door een paar oogen die zij nog nooit had gezien, wil antwoorden, zich nader verklarenhuis in en van 't huis op straat, gaan de Maar de woorden blijven haar in de keel soldaten zelf naar buiten, sluiten de deu ren op het nachtslotde brigadier haalt tje van den toren incluis. „Die zoeken zeker een beruchten moor denaar riep vrouw Banhan. „Of dievenantwoordde haar dienstmeisje. a „Ik geloof,” 1 bijna sterven van dorst en denken, als we gen avond in het papier gestoken. De bankhouder had haar evenwel ter geven. Dat was zijn eigen schuld, dom van den Chinees 1 verrast en nieuwsgierig luisterde. Dadelijk sprak hij zachter. „Word maar niet boos,” ging om 6 nor moet alles klaar begrepen „Begrepen....” herhalen de men. Met een vreeselijke beweging, alsof hij een stormloop moest doen in den oorlog, 'hadden1 ronder dat de buitenw'ereld stoot de brigadier de half gesloten deur open, dringt de gang binneneen gang aangemoedigd door de van 130 M. breed, waarin poppetjes van onwetendheid van haar van wie m partij caoutchouc en kartonnen schaapjes shn- te trekken «risten, stoutmoedig gewor- geren, den door hun eigen succes, hadden zij geen voorzorgsmaatregelen genomen, zelfs niet tegenover een buitenpastoor. Een dorpspastoor!,... TeM die nu mee?. Hij zou hem besrijzen, dat hij zich nog wel een beetje meetelde. gebeuren gaat om dit bevel van den Achter wit de boerderij, uit den hof, dat om zes uur ’t huis leeg n uit de tuinen komt men aangeloopeh, de Er zullen toch wel buurvroi menschen pakken zich samen op den deze negerijEen sterke man trottoir, men kijkt met opengespalkte hier.... gendarme Dubois gij die over oogeneen fermen biceps beschikt, neem de borst. Die ondervraging duurt niet lang, op matras, de zieke in de peluw en breng dat maar je niet gestolen .T Ik vinden, verklaarde zij rondweg en tame lijk scherp, dat zij aan dergelijke in richtingen nooit iets gaf aan haar hand vonkelde echter een kostbare diamanten ring en op haar stoel lag een kussen, waarop een vrijheerlijk «rapen «ras gebor duurd.” „Over dergelijke inrichtingen kan men zijn eigen meening hebben en toch met warmte deelnemen in het lot der armen,” zeide Van Halten. „O zeker, maar dan zegt men het en geeft daardoor eene verklaring van de weigering,” hernam Van Kolb „de dame behandelde mij echter als een in dringende bedelaar, die haar lastig viel. De berichten die ik ontving, voltooien het beeld, dat ik mij na mijne ontmoeting met haar had gevormd. Zij was de on bemiddelde wees van een ondergeschikt beambte. Als huishoudster op een land goed in Zuid-Duitschland, leerde zij den baron Van Galen kennen deze was weduwnaar en zocht juist een huis houdster hij had twee bijna vol wassen dochters en stond als zeer rijk bekend. Hij bood haar de betrekking aan, Koetster, nu near 1 Hoooter Z. Ru» <te 22 Mars. Den boeten lengen dag dooakretet tej Parijs; en dood de meeat ongelooflijke boe heel een bende joden - - haren, bijna gewijd door de kloosterlijke toe«rijdi - ten van aan l— dit in bet minste vermoedde. Alleen maar MOEDER BANHAN UU den njd der kloontervervoiglno In Frankrijk. „Goeie Hemel, de gendarmen I....’’ riep vrouw Banhan, die het eerste of het laatste huis van het dorp bewoonde.... De boeren keerden zich om. Het oudje had gelijk. Heel in de verte, haar brood de weesjes schreeuwen, tegen een koperkleurige onweerslucht, huilen, hechten zich vast aan haar jurk, kon men een groep ruiters onderscheiden, die met lossen teugel den weg naar ’t dorp kwamen afrennen WAAROM HIJ HUILDE. Klant „Waarom huil je zoo ventje T” Zoontje van den winkelier „Er is een ink bin- nieuw merk zeep uitgevonden en voor eiken klant word ik nu met die zeep ge- w—cbtn F VRAAG EN ANTWOORD. „Hoe lang doet zoo’n locomotief nu gemiddeld dienst vroeg een belangstel lende dame. „Zoowat vijf en twintig jaar, mevrouw,” zijde, wat de dame kon compromitteeren. een bewijs van hier en haar gedrag heeft één der be- tevens dat zij schuldigingen reeds tot leugen gestem- Voor van de vond zich een menigte badgasten. Fraai, Zonnig weder «ras gevolgd op koude, regenachtige dagen, en de ongeluks profeten, die voortdurend storm en vorst hadden voorspeld, werden hartelijk uit gelachen op ieders gelaat las men dankbaarheid, dat de hemel bet geduld der badgasten met langer op de proef had gesteld. Vroeger en talrijker dan gewoonlijk hadden de gasten zich tot het ontbijt in de groote eetzaal verzameld, afspraken makende om den namiddag door gemeen schappelijke tochtjes en wandelingen zoo goed mogelijk te besteden en jiet beste gebruik te maken van het fraaie weder. Een deftig heer, mens voorkomen den ouden militair verried, had reeds aan verschillende tafeltjes bekenden gegroet, toen zijn zoekend oog een jonkman be merkte, die, juist binnengekomen, zich aan een afzonderlijk tafeltje had geplaatst. directeur kende hem nog nietde jongere vreemd was, dat gij de dame nimmer hadt haar heer zoo ver weet te brengen, dat nadering ónmogelijk, om haar te leerea <4 rli» aan L, n j*1- tf--i_i i „Uw verwijt zou ik din rechtvaardig opgaven even waarheidlievend zijn als klein, maar dat zich iederen dag breidt, de arme boerinnetje* tot <rok en waarvan de win«t wordt steed voor 't onderhoud van voor de armen. Monsieur Jules is er nog.... Als hij mijnheer Pastoor tegenkomt glimlacht blijft waar ze is.... hij, maar met een valsche grijns; en na dat hij de haren' van zijn pastoor had doen te berge rijzen op gevaar zelfs dat hij kaal zou worden, is het thans de beurt daarvoor aan monsieur Jules juist omdat bij er geen meer heeft. PIERRE L’ERMITE. van de schoone freule Blissen „Ik blijf thuis. Verontschuldig me, ik ben uit mijn humeur, ik heb onaan- gename berichten ontvangen, die me woorden overviel, wist hij niet geheel over zijn huwelijk dachten dan hij zelve te moeten aannemen, is zelfs vcxx de begiet de slaplanten.... „Vooruit i...." De gespoorde laarzen weerklonken op de trap, verpletteren de kartonnen schaap jes in den gang de een na den ander be geven alle gendarmen zkh naar den tuin soortgelijk "pTpier. *- j. -- Ditmaal won hij, en daar het stoft 40 dollars waard was, wilde de bank! naar schaterlach, die in het ligt juist bij uw rechtervoet I” groot riddergoed, dat hij zelf bestuurde, mij voor als bemiddelaar tusschen de weduwnaar, maar nog in den vollen bloei kennismakingen, op de badplaats ge- des levens en overigens een gezien man sloten vanmorgen heb ik met de post in alle kringen der samenleving. uitvoerige berichten ontvangen." „Ha riep Van Halten, wiens trekken l en uit wiens oogen brandende nieuwsgierigheid was heffing van stem voort, toen hij het spot- had zijn zegsman, die hem de inlichting achtig lachje op Van Kolb's gelaat zag, verstrekt had, had er bovendien bij- „dat zij slaagde. Dit bewijst, dat haar gevoegd, dat hij alleen mededeelde, wat klaar maakt voor de kinderen en met open nogik zal naar Parijs telegrafeerentwee dollars en vraagt en verkrijgt de toe mond, de mik tegen zich aan, de lepel in Tegen elkaar gedrongen staan de non- stemming om zijn hoofd dadelijk in den winkel met het middel in te wrijven. Toen dit gedaan was ging hij doodbedaard voor den spiegel staan. „Zie zoo, mijnheer, nu zullen wij het „Het is toch altijd -1 en --- --- pas aangekomen badgast, die het gezel- ik ben je oude vriend en gq vraagt mij haar eigenbelang uitstekend «rist te be- peld.... zij zoekt volstrekt den omgang hartigen,” antwoordde Van Kolb op met, die haar vijanden haar trachten te duidelijk kon bemerken, dat hij liever ongestoord was gebleven. „Ik hoop niet, dat u iets onaangenaams opstaande, „men krijgt hier rheumatiek... i is overkomen,” begon Van Kolb. „Voor en dan,” ging hij zachter voort, toen hij en den spot van zijne bekenden vrij-' vanavond heb ik een watertochtje met zich met Van Halten eenige schreden moedig het hoofd te bieden." muziek gearrangeerd. Wilt gij liever in had verwijderd, ,,d»e oude heer daar „Gij hebt zeer vrijzinnige meeningen,” de eene veegt de hoenderhof, de andere der wooa het stof en bevond, dat het on geveer x) dollars «raard «ras. Het papier «rilde hij daarop wegwer Chinees het terugvroeg, om dat het eenige onbeduidende aanteeke- ningen bevatte, die hij noodig I volgenden avond verscheen hij meer terughoudend tegen mij.... beken het maar, gij zijt verliefd....” „Kolb...." „Tot over de ooren verliefd, het helpt niets, al ontkent gij het. In zulk een geval zoeken andere menschen raad en hulp bij hun vrienden, gij schijnt mij echter terug te willen stooten.” „Toch niet, Kolb, maar vóórdat men over iets spreekt, moet men toch zelve eerst overtuigd zijn. Ik ontken volstrekt niet, daf de komst dier vreemdelinge mij eigenaardig getroffen heeftnoem het belangstelling, nieuwsgierigheid, deel neming, maar spreek niet over liefde; de laren van verliefdheid ben ik ai lang te boven, ik vat zoo vlug geen vuur meer. Het prikkelt mijn nieuwsgierigheid, waar om die jonge dame zich zoo ongenaakbaar houdt. Gij weet het, in dat opzicht ben ik een eigenaardig mensch heb ik mij eenmaal iets in het hoofd gezet, is mijne mejuffrouw Gerhardine Tromm zoo belangstelling gewekt, dan heb ik geen heet de jonge dame werd huishoudster gedachte voor iets anders....” bij baron Van Galen.... twee jaar later „Juist, mijn waarde Halten," viel de werd zij zijn vrouw dat buiten het bereik der koesterende majoor hem in de rede, „juist daarom zonnestralen tegen den muur eenRIRH be- scholen en wel Soeur.... hoe dan ook weer. De naam is me gelijk er uit I. De zuster begrijpt er niets van... zeide een derde, „dat ze In de gendarmerie is men nooit ziek 1 „Simuleer je bij toeval niet, dat je zip er maar komen voordat 't onweer los- bent, om ’t Gouvernement te pesten q’ barst.” De kleine zuster, die slechts een long meer heeft, valt flauw!.... 1 De gendarmen houden krijgsraad „Wel beschouwd," zegt een hunner, een brave familievader, „als men ze maar gedreun van paardenhoeven op de keien, eens daar liet liggen Ze zal toch de dat de eenden vluchten en alle dorpabewo- Republiek wel niet benadeelen T ners aan de ramen komen kijken. „Het gaat niet om da Republiek „Wat is er toch te doen Wat gaat er roept de brigadier, die arrivist is. „Het grond. 1 gaat om dit bevel van den gouverneur, D_ 11_ Z et zijn.toe en voordat hij een beweging kon ma- 'en zijn in ken, terwijl zijn handen nog verward zit- verbazend zwaar rookte. i hier, ten in de dubbele teugels, spelt zij hem een groote chocolade medaille op zijn De eerste vqand die hij vindt is de oude soeur Radejonde, die in de spreekkamer bezig is met de kousen der «reesjes te mazen en die komt aanloopen met haar bril op den neus en een breiwerk in de Sedert eenige maanden komen de kis- hand. ten met haar wel nog altijd geregeld aan „O, goeie Hemel F roept ze uit aan 't kleine station van Berny-sw- mdhr hier mogen geen beeren binnenko- Onrcq maar het adres is veranderd.... men!....” ’n plaats dat ze gestuurd worden naar monsieur Jules, zijn ze geadresseerd aan: „Aan mejuffrouw Elisa Dubois’’. Dat is de zuster van den Pastoor, die Jp aanraden van haar broeder een haar- atelier geopend heeft: eerst heel in 't uit- zich steken. Dan ziende, dat ze niet beweegt „We hebben haastGij zijt zeker uit zijn zak een stuk lak te voorschijn, t strijkt een lucifer af tegen zijn broek en brengt de zegels aan.... en f hij badgasten deelnamen, dan de i fluisterend voort, want het gelaat van beschcidene onder hen voor de gewone bepaalde rente uitkeeren. Het testament niet waarschuwtik ben echter aiêt Van Halten was donkerrood geworden verwelkoming heeft zij bedanktmaakt de kinderen van Van Galen af- alwetend en een rechter, die de Itesten en de anders vriendelijke man maakte Klaarblijkelijk is zij dus gierig. Toen afhankelijk van de gehate stiefmoeder, zoo in het verhoor mag nemen, ben ik ook nu eene beweging, die zijn ongenoegen ik haar gisteren bezocht, om haar een lang deze blijft leven en niet hertrouwt, nietik moet mij houdenaan hetgeen te kennen gaf. „Uw oude vriend heeft bijdrage voor een adelijke inrichting te en dan is de'sluwe dame ook nog rijkeiijk in het algemeen van hen verteld wordt recht op uw vertrouwen. Sedert die verzoeken, waarin onbemiddelde zidte bedacht” en hoe men in hun woonplaats over hen mooie vreemdelinge hier is, zijt ge ah dames uit den hoogeren stand gr«is „Dat is, mijns inziens, alleen een be- spreekt. Ik heb dus alleen het goede omgekeerd van dag toe dag wordt gij verpleegd werden en een onderkomen wik, dat baron Van Galen haar hoog- voornemen gehad, een bevriend perso<* Maar ah de bende voorbij het laatste costuums niet worden teruggezonden, huis van 't dorp komt een soort van klein «sordt telefonisch gevraagd, hoe beslist kruidemerswinjkeltje, waar moeder Ban- is geworden. Bij afwezigheid der moeder han woont, komt deze naar buiten en verschijnt de 12-jarige Hilda en antwoordt snijdt den pas af met haar twee magere zeer slagvaardig uitgestrekte armen. „O, dank u, die kunt u laten terughalen, „Kom van je paard af, brigadier I.w« zijn al gefotografeerd.” „Waarom T....” ^Stijg af!.... ik heb je iets heel ge wichtigs mede te deelen....” ’Qe brigadier weifelt je me dat hier niet zeggen U... ónmogelijk.,..” t^Mser twijfelt noglaat zijn antwoordde de machinist. „Meer niet vroeg de dame, Jk dacht dat zij het langer uithield.” „Dat zou zij misschien ook wel, me vrouw,” zei de machinist, „ah zij niet zoo EEN SNEDIG ANTWOORD. Het gezin aan het avondeten bijeen. „Papa,” zegt Grietje, ^eef mij nog een boterham r „Neen, kind, je hebt genoeg gehad, anders kan je niet slapen.” Grietje kijkt verwijtend in haar theekopje, en i zegt pruilend „Moet ik dan de thee droog drinken T” GEEN TIJD GENOEG. ’rK-~te Chicago annon- zijn „Haarhersteller, on om kale plekken te doen *■*1 groeien der haren kan getracht worden.” Er komt een jong- mensch bij hem, «riens schedel aan kaal heid mets te wenschen overlaat. „Kan men «verkelijk op het groeien der haren «vachten ah men uw middel ge- gedachten verzonken. voeltiedereen weet toch, dat bet op Het gelaat van Van Kolb teekende een badplaats volstrekt niet «vreemd is, teleurstelling, ergernis. „Jawel, die arme dat avonturiers, bedriegers en dergetijk rjep hij. op spottenden toon, volkje onder het masker van belangwek- zat, en bemerkte hoe deze plotseling, een badplaats komt en wier garderobe ..Er werd een testament gevonden, waar- kende persoonlijkheden optreden. Men in alle kringen der samenleving. Over het gelaat van Van Kolb glééd een eigenaardig lachje, toen hij op Van plotseling veranderden Halten toetrad en deze hem wel vriende- - lijk, maar toch zoodanig begroette, dat te lezen. men duidelijk kon bemerken, dat hij „Wat hebt gij vernomen „Laat ons wandelen,” zei Van Kolb voortreffelijkheid een edelman kon be- men vertelde en volstrekt met kon instaan -wegen, de vooroordeelen van zijn stand voor de waarheid der bijzonderheden. In zijn ijver, den vriend van eene nu nog vluchtige neiging te redden, had de trot sere edelman er volstrekt met aan ge- het gezelschap van varen, of zal ik u noteeren in het gevolg nieuwsgierigheid te deelen. Mag ik open- dat de verantwoordelijkheid voornamelijk ah Van Halten zich niet liet afschrikken hartig met u spreken, zonder uw gevoel den man treft, en dat heeft de heer Vaq en zijn mededeelingen nader wilde onder- e kwetsen Galen dan ooi» ondervonden. Hij kon het zoeken. Daardoor was Van Kolb in een De schrik, die Van Halten bij deze niet verdragen, dat de menschen anders lastig geval geplaatsteene terechtwijzing tn het hoofd rondspoken, later zal ik het te verbergen. „Ik verzoek er u zelfs om,” hij viel in een duel, waarin hij te^knover innigste vriendschap kwetsend. u wel eens vertellen....” antwoordde hij op een toon, die onver- een spotter de eer van zijn gemalin «rilde ,;lk verspreid geen praatjes,” hernam Baron Van Kolb nam plaats, ofschoon schilhg moest klinken. „Ah uw berichten verdedigen.” hij, volstrekt niet verbergende, dat hij Mijnheer Van Kolb sprak deze woor- over die uitdrukking gevoelig «sas. „Ik Van Halten hem zeker niet uitgenoodigd aan een goede bron ontleend zijn, aou hebben. i „Betreffen die onaangename berichten te ontvangen. volkomen van zijn oagelijk overtuigd vriend ook eene zekere barones Van Galen „Dan zal ik handelen als een vaardig moest zijn, vroeg hij half spottend, half bijtend. chirurgijn, die, waar het noodig is, het Deze woorden had Van Kolb eenigs- mes weet te gebruiken. Ik had reeds een zins luid gesproken, daarbij viel zijn voorgevoel, niet veel goeds te zullen ver blik toevallig op den ouden heer, die een nemen. De dame die, vergezeld door een paar schreden van het tafeltje verwijderd gezelschapsjuffrouw en een kamenier op vrouw, en vol menschen, is bijna geen door gang meer. „Lzau uuuir uwr i 1 win l400 En Soeur Aimée met hare weesjes, ware menfehelijke druiventros, door den de gevangenen voor zich uit naar een haat geplukt op den Wijngaard van Chris- pad, dat van 't dorp naar de velden leidt. 1Z". Z T_Z, Op den drempel hunner huizen staan ,„„r waarom Kocnt i midden in den kring van boeren die steeds de boeren toe te kijken, zonder iets te „Ik had geen laarzen.' durven zeggen.Ieder is even angstig. Verheel je dat een gendarme eens een en- In de kapel niemand Ook geen sterve- kei woord opving hij zou den spreker bij den kraag gepakt hebben. „Wat.... moet je wat zeggen....We van het nieuwste Parijsche model 11 1 1aL - 1 l r~i 1 m s ja t.Wt M s en bij hun verschijning blijft de eerste vrouw als aan den grond genageld. Och ach ach roept zij uit, ter- der hem dat bedrag uitbetalen. De Chi- wijl zij de handen samenvosswt s „Ben je een zuster.... T” „....Werkzuster....” „Ik vraag je of je «en zuster bent T....“ wikkelde het napier zoeg- 11 vuldig los en toonde den bankhouder, „Je bent toch geen Broeder veronder- dat tusschen de vouwen een banknoot stel ikF’ van honderd dollars lag. Dezen schoot Het arme oudje begrijpt er nu heele- niets anders over dan het geld te betalen, mul niets van, van wat die gendarme Diezelfde banknoot had reeds den vori- van haar hebben wil en vindt geen woor- den om hem te antwoorden. „Ja.... ik snap je wel! Men «ril tijd «vinnen.... Ik zet jullie er allemaal uit. Daarmee houdt alles op....” heer daarentegen, die aan hetzelfde tafel- gezien.” tje gezeten was, scheen zich opzettelijk „Dat was acht dagen geleden het geval, van het gezelschap verwijderd te houden toen de vreemdelinge zich juist bij mij vinden, als gij kondet bewijzen, dat zij in deze, dan zult gij er werkelijk geen eer Karei van Halten was een oud vriend had aangemeld. Sedert dien tijd heb ik haar doel bereikt had door afkeurens- mede inleggen, door die printjes verder van Van ^°lb hij was bezitter van een onderzoek gedaan, dit schrijft mijn plicht waardige koketterie of listige streken, te verspreiden.” maar in zoo’n geval was de man ook niet Van Kolb veranderde van kleur. Ben veel bijzonders en bleef het feit hetzelfde, oogenblik scheen hij te aarzelen mocht of hij het offer wordt van de eene of van hij zelfsvan een vriend zich zulk een de andere intrigante. Ik wil veel liever terechtwijzing laten welgevallen? Snel aannemen, dat de dame het volkomen overwoog hij echter, dan Van Halten in waard was,” ging Van Halten met ver- de hoofdzaak niet zoo geheel ongelt'jk achtte en ten volle vertrouwde,” zaida Van Halten. „De vrienden van Van Galen’s kin deren hebben evenwel een andere op vatting,” hernam Van Kolb met bitter heid. „Men heeft de weduwe een proces aangedaan en haar beschuldigd van erf- roofeene schikking die zq dadelijk aanbood, toen zq zich zoo bedreigd zag, werd van de hand gewezen, en iedereen heeft zich van de barones Van Galen teruggetrokken. Door de openlijke mee ning gebrandmerkt, verwisselde zq voort durend van verblijfplaats de slechte naam echter, die zij heeft, vervolgt haar overal en maakt spoedig een einde aaa eiken omgang met haar.” Het gelaat van Van Halten werd nog rooder, zijn oogen blikten donker. „Is het proces tegen mevrouw de barones reeds beslist vroeg hq op rui men toon. „Nog nietdaar zij voortdurend van woonplaats verandert, belemmert dit zeer den gang van het geding.” .Als het proces nog niet beslist is,” zeide Van Halten nu, zich fier oprichtende, terwijl zijn donker, vonkelend oog de opgewondenheid verried, waarin l|ü ver keerde, „dan heeft ook niemand het recht de uitspraak der rechtbank vooruit te loepen, en alleen vooroordeel, haat en stond maak ik er u een verwijt van. Dat gij zóóveel nadruk, dat Van Halten lachend afgunst kunnen iemand tan iets laag- oude heer had Ber reeds zijn flesch niet verliefd zijt, is zoo veel te beter, dus1 aanmerkte, dat hij in dit geheele verhaal hartigs beschuldigen, die weerloos staat porter op laten plaatsen, terwijl hij met is het alleen maar belangstelling, nieuws- nog niets vreemds zag en volstrekt niets, tegenover laster en kwaadwilligheid. Me- zijn stoel wat verder in de zon was gaan gierigheid, deelneming van uw zijde, wat de dame kon compromitteeren. vrouw de barones is reeds acht dagen ritten. Iedereen die iets van de badgasten wil Z. De oude heer was zonder twijfel een weten, vervoegt zich bij den baddirecteur; groote geslepenheid „Soeur.... Nee Soeur!” „Gendarmen!.... Zooals de andere!" En de soldaten maken zich meester van Over 't algemeen heeft er nooit iemand de zuster, zonder de kinderen van haar minder haast dan een gendarm, vooral eenste kunnen losmaken. In den gang, heel gendarm te paard Wie heeft ze niet ge-£ng, Zien. Vaderlijk en dommelend stapvoets langs den weg rijdeneven ontwakend om uit gewoonte een woedenden blik te slaan op een zwerver die geen papieren bij zich heeft.... Het was dan ook een groote opschud ding toen die twaalf gendarmen, met den brigadier voorop, in een wolk van stof met een lawaai van kin-kettingen, sabels en sporen, op het late uur kwamen aange reden. Men zou haast zijn gaan meenen ling in den kelder.... dat ze heel het dorp wilden inslikken, „Vooruit met den aanval!”.... zegt met al zijn bewoners, de kerk en 't haan- de brigadier, terwijl hij vooruitloopt, zullen jouw ook eens laten brommen.' gevolgd door heel het regiment. Eerste verdieping een zieke zuster Ach!.... En de onderofficier draait verveeld zin snor op, dit geval had hij niet voorzieA. zal Mijnheer Van Kolb sprak deze woor- over die uitdrukking gevoelig wm. „Ik ik zelfs dankbaar wezen, opheldering den op een toon, alsof Van Halten nu ben geen praatjesmaker. Ik dacht een -- -‘--1- --- l een dienst te bewijzen, door inlichtingen in te «nnnen omtrent een „Die arme vrouw zei Van Haken persoon, voor wie hij belangstelling ge voelt iedereen weet toch, dat bet op - - „Beste jongen.... werkelijk die heb bleven, dat ik aan dezen armen blinden een gebaar van den brigadier slaan de heele gevalletje waar ge wilt.... maar je niet gestolen!” gendarmen linksom, rijden de kerk voor- naar buiten Is dat alles hier....? Ik En hinkend ging zij weer terug bij en het straatje in, waar zich het wees- geloof van ja haar huisje in een huis bevindtdie kleine straat wordt on- En met vorschenden blik doorzocht hij tranen eindigde, middellijk en op miliraite wijze afgesloten het pitchpin-ameublement, gaat de kleine „Daar is het," zegt de brigadier. cel rond. - „We zijn er I” amtwoordden de gendar- „Maar wat zie ik daar! Twee zusters rwiiMPtrismn? ct invwtnn dK dl. to pwden to to ÏÏÏÏE De gendarmen vliegen naar de ramen. nen# Ktte Werkeiqk daar zqn twee zusters bezig, het aas. Die kaart verfoor de bankhou- alles behalve armoedig is, droeg minder in rij tot éénige erfgename benoemd werd, maakt er den directeur een verwijt wn, bij voor een weldadig doel, waaraan alle de dochters van Van Galen moest zij, als hij personen, die hem volkomen on- -2meest wanneer zij hertrouwde, slechts eene verschillig rijn, voor dergelijke individuen 4 toen da voorgeven. had. Den i met een wendt zijn paard Volstrekt niet!.... Een bevel uit Pa- bruikt F’* Oh, vreeselijk, die.... Het is Soeur A- rijs.... Geen enkele zuster mag in het mee, die in de keuken het avondbrood dorp blijvenbehalve de zieke, en dan Tegen elkaar gedrongen staan de non- ’temming om rijn hoofd dadelijk in den de hand, naast zich een pot fijn gehakt netjes daar, kijkend, wachtend, maar niet varkensvleesch, de gendarmen aankijkt, begrijpend wat men van ze verlangt. On- T” c'- fl UU1UUS.U „In naam der wet verjaag*ik u drijven de gendarmen voor zich uit de resultaat afwachten." „Wat,” luepi ut luppe, „nier ui nujn winkel Maar dat kan niet I Ik heb er „Maar Soeur Amee vermant zich, gaat vijf vrousren, alleen Soeur Aimée weigert voor hen staan, barricadeert zich achter voort te gaan. „Waar moeten we heen vraagt ze. nog maar een paar maanden huur aan ..Naar den postwagen.’* ^Het is te ver. De postwagen is al lang dkoope „Vóór dertig jaren, zeide een oude landbouwer in Texas tot een zijner vrien- zo° den, die zich ten zijnent om den haard „Als ik wilgeschaard hadden, „was het land hier „Of je zult willen Dat zullen we zien, spotgoedkoop. Ik kon eens dertig morgen De zuster probeert te ontsnappen tus- land voor een paar laarzen koopen.” schen de paarden door, maar ze wordt „En gij kocht ze niet vroeg een pas aan- ,Dan maar door ’t raam Zoo 1” door een soldaat opgevangen en of dat ’t gekomen emigrant. „Neen,” antwoord- een bende misdadigers goldt, drijven ze de de oude ”Da“_was d' 8rond zeker met goed?” „Neen, het was grond eerste klas, die later tegen twintig dollars per morgen werd verkocht.” ..Maar waarom kocht pj ze dan niet roept de kapper, „hier in mijn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1926 | | pagina 8