1 van het „Noord-Hollandsch Dagblad J fl 99 4» BRIEVEN UIT BRAZILIS. i. - ONDER HET JUK VAN CALVUN. EPISTEL EN EVANGELIE. Tafereelen uit het Evangelie. OFFICIEEL KERKS ERIC HI o> POLITIEKE SPELBREKER» te L. v. d. A. 't Zou voorwaar (Wordt vervolgd). Meermalen s| wachi ;e, Robert de Edi- door iog weinig geoefend 1 »ger telkens wederkerende „te korten" op de Staatsbegrooting, en den lagen 1 *cn tetrark wegjagcn, waarheen hij loopen wilde, rijn paleis uitplunderen, bogen en spieren en zwaarden en schilden uit zijn tuighuis halen, en dan vooruit, met hun koning voorop, op naar Jerusalem! Zóó zouden do woelige Galileërs het Gods rijk met Jesus vestigen! verstoorder en in de verste verte niet oorlogs- itig; het n/m zelfs de verplichte arbitrage tnder de essentieele princiepen van zqne politieke gondwet. Wilt u spreken van ..poli tieke spelbrekers"’, zij ’t dan in een ander ge val, kijkt dan maar naar de antipapistische, anti-christelqke Nederlandsche Christelijk His torischen! fret CONfiTANCIO VAN EIJK, O.F.M. len zij voor Hem op de knieën, met het aan gezicht op den grond, gvlqk zij voor den re- trark deden; in de synagogen vlogen zij van hun banke^ op en joelden en juichten, dat een groot profeet was opgestaan en God zijn volk bezocht had; als Hij het meer overstak, sprongen zq in de visschensbooten en roei len Hem achterna, al zingend en joelend. Daar zou het niet bij blijven. De Rabbijnen ginder te Jerusalem mochten pioenen, dat God zelf het Messiasrijk moest stichten: dwe pers en droomer» mochten naar de wolken staan turen, naar het Rqk, dat uit den hemel zou neer zakken. Het volk van Galilea nam de vestiging van 't Godsrijk nuchter en zake- Iqker op. Zq zouden er zelf voor zorgen, met hun vuisten en zwaarden en messen, daar! Zij waren het heftig en geweldig doen, bet roeren en vechten gewend, 't Zou voorwaar de eerste keer niet zijn. Zoodra Jesus maar wilde, zou bet storm-tn over het bergland en bij bet meer; dan zouden zq Hem inhalen met palmtakken en citroen- twjjgen, hun mantel* over den grond leggen waar Hij gaan moest, Hem te paard laten rijden en toejuichen: „Hosannah, den Koning van Israël! Hosannah, den Zoon van David!” Dan zouden zjj de Syrische soldaten met bun vreemde officieren te Kapharnaum hun krommessen door het lijf steken, de tolhuizen afbreken en de tollenaars In bet meer gooien, met duizenden naar Tiberias oprukken, den Trots de verkeerde meening van het volk zou Hij toch nog trachten den aard van het Godsrijk te doen verstaan. Doch niet meer rechtstreeks; dat was vruchteloos gebleken. En Hij begon wederom te leeren aan de zee. En een groote menigte verzamelde zich bij Hem, zoodat Hij het schip besteeg en zich daar nederzette op zee, in een kreek, met ro zenlaurieren op de oevers. En geheel de scha re stond in een baiven cirkel om de kreek. buiten staande, lieten zq Hem roepen. En zat een menigte om Hem heen en men zeide tot Hem: „Zie. uw moeder en uw broeders daarbuiten zoeken U.” Doch Hü wilde deze Heden een aanschou welijke les geven en ant' ordde hun: „Wie is mqn moeder en mqn bloeders?” En ronl- ziende zegt Hq: „Ziedaar mqn moeder en mijn broeders! Want wie den wil Gods doet, die is mijn broeder en mqn zuster en mqn moeder.’ Terwijl Hij dit nu zeide, verhief zekere vrouw uit het volk hare stem en zeide :ot Hem: ..Zalig de 9 boot die U gedragen heeft en de borsten die Ge gezogen hebt!” Maar Hij zeide: „Zalig voorwaar die het woord Gods hooren en onderhouden.” moed”, al geef ik gaarne toe, dat deze bride ondeugden 'n beetje meespreken in het kapit tel en liever achter de politieke coulissen te willen kqken, waar Uncle Sam voor souffleur speelt op het Internationale tooneèlf Zóó ongeveer, waarde lezer of lezeres, DO^le dunkt mij, dat de vork aan den politieken steel zit. De Brazilianen tn het huidige getal als’„politieke spellebaas” voor te stellen, gaat m.i. te ver, daar zjj slechts spreekbuizen schij nen te zqn van de Noord-Amerikaansche po litiek. Had de Brazilaansche regeerinng vrij spel gehad, mq dunkt zq zou hare delegatie in Genève gelast hebben vóór de toelating van Duitschland tot den Volkenkond te stem men en <iumt onmiddèllqk, zooals Spanjj, hare biezen te pakken naar de beimath. Gerust, ons- volkje is volstrekt geen vrede verstoorder en in dè verste verte niet oorlogs zuchtig; het n/m zelfs de verplichte arbitrage op onder de essentieele princiepen van zqne om zoo te r land heeft aan de wereldmarkt en daarom z’n schuldenaar Brazilië gebiedt tot het einde toe „kop pig” tegen de toelating van Duitschland in den Volkenbond te stemmen, opdat zoo doende het Europa weer opbouwende verdrag van Locarno, dat een groot gevaar beteekent voor Noord-Amerika, onuitgevoerd blijve. ’t Spijt ons wel, dat wjj op die manier, door gevoerd blqve. n.l. Duitschland uit den Vol kenbond te weren, den vrede van Europa in gevaar brengen of ’m tenminsteniet helpen bevorderen, maar onze Noord-Amerikaan- schegeldschieten, waarvan wq met huid en baraafhangen? willen het nu eenmaal zoo. De onsterfelijke Wilson heeft eens gzezgd, dat het land, hetwelk economisch niet onaf hankelijk ie, op slot van rekening ook zqne I politieke onafhankelijkheid inboet. Welnu, in dit treurig geval verkeert thans mqn arm 1 vaderland. Ik verzoek u thans allen daarom beleefd de Braziliaansche regeering niet ;oo hard te beschuldigen van koppige onver zettelijkheid”, noch van '„nationalen hoog- EEN MODERN NATUURKUNDIGE OVER DEN GODSDIENST. De belijdenissen van mannen der weten schap ten gunete va» den godsdienst willen geen einde nemen. De Amerikaansche natuurkundige, Andreus Milliken, die den Nobelprqe, sonmedaille en een reeks andere hoogste on derscheidingen op bet gebied der èieetrici- teitsleer gewonnen Heeft, sluit zich aan bq de lange rij van geleerden uit oude en nieuwe tijden, welke geleerden bet niet begrijpen kunnen, hoe men den godsdienst in naam van de wetenschap bestrijden kan. In bet beroemde Collierscbe tijdschrift weidt hij over het aanrakingspunt van godedDnst en wetenschap uit en zegt o.a.: „Er is geen wetenschappelijke grondslag, om bet geloof te verloochenen. Wie beide niet weet te vereenigen, draagt de schuld alleen bij zichzelf. Ik kan het met weten schappelijk verkla ren, wiarom ik levendig en niet dood ben. De physiologic kan mij wel een groot deel der mechanische en chemische gevallen in mqn lichaam openbaren, zq kan mij ech ter niet zeggen, waarom en waardoor ik le vendig ben. En het zou toch hoogst onweten- scbapjHdqk zqn er aan te twqfelen,»dat het leven in mq toch iets geheel anders betee kent. Onze wetenschappelijke kennis is tegen over hetgeen wq voor ongeveer 100 jaar wisten; zeker groot. Maar vergeleken met hetgeen wjj nog niet weten is ze uitermate gering. De wereldkaart bad vroeger groote witte vlekken in menig werelddeel met l.et ojjsehrift: „Nog niet ontdekt” Deze witte vlekken zqn nu zeldzaam geworden. Maar de landkaart van ons weten der natuur is nog steeds een eenzijdige, groots, witte vlek, waar op de natuurkundige totnogtoe maar eeni- ge kleine deelen opgehelderd heeft. Hoe meer wij onderzoeken, des te verder ontsluit zich het rqk van datgene, wat nog onbekend w WAAROM? WAAROM is het zx> noodig dat wij ties avonds gezamenlijk, oude s e i k ri de ren. het rozenkransgebed bidden? OMDAT er van hef gezameilijk bid den een groote kracht uitgaan, getuige ’sHeeren egen verklaring: „Waar twee of drie in mijnen Naam vergadeid zijn, daar ben Ik in hun midden." OMDAT de leiding en 't eigen voor beeld der ouders de kinderen krachtig helpe nzaf dit voor hen zoo spoedig „vervelend” gebed met meer esrbicu en aandacht te lee en verrichten. OMDAT het een bijvenden indtuk cp hen moet maken, als zij z en, dat e kei) avond weer opnieuw JEDÉRS arbeid (ook van de ouders) wordt neergelegd, om aan het rozenkransgebed de p'aats der eere te geven. OMDAT eindelijk deze gcdvmchtige gewoonte uit den aard der zaak krach tig zal medehetpen, de.i geestefijk^n band nauwer aan te halen. die het ka tholiek huisgezin zoo innig moet sa menbinden. CORTw EEN VOORZEGGING VERWEZENLIJKT. Paus Pius VII, die in 1800 den Pauselqken troon beklom, sprak deze woorden. „Indien men geen banden legt aan den teugelloozen stroom van gedachten, woorden, geschriften en lezingen, dan zal men wel, dank zq het optreden vtn koningen en politieke of mili taire oversten, dank zq bataljons of andere hulpmiddelen, het kwaad verzachten. Maar aangezien men het kwaad in den wortel niet zal aantasten, teneinde de rrueht uit te roeien, zoo zal het immer aangroeieu en machtig worden totdat het den ganschen aardbodem zal vervullen en dan, om het te vernietigen, of togen te gaan, tullen regi menten of garnizoenen, politie en grenzen of forten ontoereikend zqn. En daar zqn wq toe gekomen. Het bolsjewisme wint meer en meer veld en strekt zijn vertakkingen dit over gansch het oude Europa, De soldaten van het roode leger kennen noch vaderland, noch grenzen en versprei den overal dezelfde schrik. En de regeeringen, wat doen zq? Zq bewapenen burgerwachten en verster ken legers, benoemen commissies om de gevaren van bet communisme te bestrijden en beramert te samen overeenkomsten om het kwaad te keer te gaan. De voorzegging van Pius VII is dus reeds bewaarheid. De regeeringen roepen wel: te wapen! maar aarzelen den wortel van het kwaad zelve aan te tasten. En het kwaad zal nog vergrooten, het zal de gansche wereld vervullen. En dan? Misschien zal men dan de oogen openen en 'de geschriften en bladen en boe ken die de mensehen tot opstand tegen God en het wettig gezag, tot moord beimelqk aan zetten, verbieden. Dat zou al iets zqn! En als dan de mensehen zelf tot God kee- ren in rouwmoedigheid des hartendan >1 Volkenbond, huns inzien slechts een Bond van Europeesche Staten (en dan nog maar alléén van de „sterkste”), om Noord-Ameri- ka te bestoken. Briands franke uitroep na het Loeamo- eoqgres, toch al met zoo leede oogen door Uncle Sam gezien: „Ziezoo, de Vereenigde Staten van Europa zjjn gevormd”, heeft na tuurlijk de Noord-Amerikanen nog st eiker doen verlangen naar den dood van den Vol kenbond, alhoewel ’n creatuur van hun land genoot Wilson zelf geen deel uitmakende van dezen Volkenbond, was het Noord-Amerika in deze dagen zeer moeilijk persoonlijk a:ui dit Europeeeche machtslicbaam den dood steek te geven, maar als ..groote geldschie ter” van onze berooide en verkwisteende Braziliaansc.he republiek, wist het opperb'Vt, waar dolk of mës te krijgen waren voor deze politieke misdaad. Wat malen de Noord-Amerikaansche geld magnaten om wereldvrede wanneer .Ut juist de Europeesche oorlogen zqn, die hun grond zoo lekker doen „rollen” en dus productief maken, wanneer gen verdeeld en vtrzwakt Europa ’n heerlijk kolfje naar de hand van Uncle Bams commercieele en imperi alistische poëtiek, wanneer de Joodsctie vrij metselarij van New-York haarbeilloos dui velswerk van verleeking, zedeUJke corruptie en wereldrevolutie”, vroeger zoo Christelijk een „verwordend”, vroeger zoo Christelijk Europa! Geen middelen te laag vindend, om bun einddoel: het Noord-Amerikaansche impe rialisme over héél, héél de wereld en de Jooo- sche zegepraal van de maconiek-naturalisti- sche z.g. bumaniteitsgodsdienet over de Chris telijke levensbechouwing, vooral in Europa, hebben wis en zeker deze vadéfftndlooz Is raëlitische goudkoningen dóór middel van de Noord-Amerikaansche regeering politieke pressie uitgeoefeud op ons arme land, dat tot over z’n ooren in de schuld zit, en zoo duchtig in het krqt staat bq Uncle Sam. Niet onduide- mil iusr dat in do v&n laatste weken kunnen lezen, zq ’t dan tus- seben de regels door, toen de Braziliaansche afgevaardigde naar den Volkenbond. Mello Francs, openlijk bitsprak natuurlijk in di plomatieke termen dat hij niet zoozeer voor de rechten vah Brazilië opkwam, hoewel aan dat land vroeger al eens een permanente zetel in den Volkenbondsraad beloofd was, als wel voor de rechten van de „Amerikaan- sche natie in het algemeen”, welke eene haar waardige vertegenwoordiging in dien raad eechte (eenigo dagen later bleek echter, in een gesamenlijk manifest verduidelijkt, hoe bitter weiuig kwestie de Centraal- en Zuid- Amerikaansche Staten daarvan maakten), dat er verder volstrekt, geen nationale trots in het spel was en dat Brazilië zelfs aan stonds zqne plaats in den Voleknbond zon inruimen aan Noord-Amerika, wanneer dit besluiten mocht deel uit te maken van den Volkenbond. In gewone taal zouden wij zig gen: „Heeren, weet bij dezen, dat mijn vader land slecths een stoel wil warm houden” voor zijn machtigen meester Uncle Sam en dat Brazilië eigenlijk slechts zetbaas is in eene Noosd-Amerikaansche politiek-winkel, welke zeggen verschrikkelijk het 1 Europeesche concurrentie op et«n, te dansen, kaart te spelen of eenig muziek-instrument te bespelen, behalve een trom, een trompet en een harp. Een man, die zijn vrouw slaat, zal een boete betalen van 10 pounds 50). i vrouw, die haar man slaat, zal een straf ondergaan, zooals de wet voor schrijft. Geen man zal bij een meisje aanzoek doen om haar te trouwen, persoonlijk of per brief, die niet de toestemming van zijne ouders heeft ontvangen. Bij de eer ste overtreding zal de boete zijn 5 pounds 25), bij een tweede 10 pounds 50), en bij een derde, gevangenschap „during the pleasure of the court.” ,ïn die dagen nu ging Jesus uit op het ge bergte om te bidden en bracht den nacht door in het gebed tot God. Eu toen de dag aan brak, riep Hij uit den hoop sqner leerlinge.! degenen, die Hij zelf wilde, tot zich en zij kwanten bij Hem. En twaalf stelde Hij aan om bij Hem te zijn en alles te zien en te hoo rei! en om door Hein gezonden te worden ter prediking. En Hij gat hun de macht om de ziekten te genezen en de duivelen uit tc drqven. En zq kwamen naar huis en wederom kwapt de menigte bqeen, zoodat zij niet eens brood konden eten. En toen zqn naastbc- staanden het hoorden, gingen zq uit om Hem vast te bowlen, want zij zeiden: „Hij is uiU zinnig geworden!” Uitziinnigen alleen kun nen eten en drinken vergeten. Als iemand zóó zijn behoeften verwaarloost, moet sqn fa milie ingrqpen uit broederliefde. Daar kwamen zijn moeder en zqn broeders. Maria dacht wel anders over Jesus daa zqn Baasttxwtaaixien, maar ate de familie naar haren zoon toeging, moest sq wel mea. En Anti-paapsche blaadjes spreken gaarne over het onverdraagzame en zware juk, dat Rome den mensch oplegt. Allerlei onware of verdraaide verhalen worden dan uit het verleden en heden bij el kander gezocht uit verschillende ver ouderde en eenzijdige protestantsche geschiedenisboekjes, om dit maar aan nemelijk te maken. Het getuigt van weinig zelfkennis en weinig kennis van de geschiedenis van het protestantisme. Overal, waar het protestantisme heer en meester was, aldus een protestant sche geschiedschrijver, heerschten on verdraagzaamheid en ketterjagerij. Hieronder een voorbeeld, hoe het pro testantisme ia opgetreden in den staat Connecticu (Amerika) zooals het „Hdbl.” xegL M Het zijn de beruchte „blauwe wetten" der strenge calvinisten (puriteinen). Niemand zal een „freeman” (burger) zijn of stemgerechtigd wezen, tenzij hij bekeerd is en lidmaat van een der ker ken, die in het gebied bestaansrecht heb ben. Iedere „freeman” zal zweren bij den gezegenden GoJ, getrouw te zijn aan dit gebied en erkennen dat Jezus is de eeni- ge*Koning. Geen „dissenter" (een die afwijkt) van den wezenlijken godsdienst van dit ge bied zal stemrecht hebben in de verkie zing van eenig overheidspersoon. Geen voedsel of onderdak zal worden aangeboden aan een kett Niemand dan can geordend leeiaar zal op den Sabbat een rivier mogen over steken. Niemand zal op dïn Sabbatdig reizen, eten koken, het bed schudden het huis vegen, haarknippen of scheren. Niemand zal op dm Sabbat ot op feest dagen zijne of andere k nderen kussen. De Sabbatdag zal beginnen op Zater dag met zonsondergang. Indien iemand kleeren draagt, die zijn afgezet met goud, zilver of „bone lace” boven een shilling (2H c.) per yard, zal voor de „grand jurors" gebracht worden, en op zijne goederen zal een belasting gelegd worden van 300 pounds 1500). Indien iemand kaarten of dobbelstee nen in het gebied brengt, zal hij een boe te betalen van 5 pounds 25). Niemand zal het recht hebben om te TWEEDE ZONDAG NA PASCHEN. Epistel uit den eersten brief t an den H. apostel Petrus; U, 2125. Welbeminden, Christus hoeft voor ons ge leden, u een voorbeeld nalatende, om zqne voetstappen te volgen. Hq beeft geene zon den gedaan, en in zqne.n mond is geen be drog gevonden. Die, als Hq kwalijk bejegend werd, niet kwalijk bejegende; als Hq leed, Biet bedreigde, maar Zich overgaf aan den- gene, die Hem onrechtvaardig oordeelde^ die onse sonden zelve aan bet kruishout' in Zqn lichaam beeft gedragen, opdat wij de sonden afstervende, voor do rechtvaardig heid zouden leven, door wiens striemen gij genezen zqt. Want gq waart als dwalende schapen; maar nu zqt gq bekeerd tot den herder en opziener, uwer zielen. Evangelie volgens den H. Joannes; X, 11—16. In dien tijde zeide Jesus aan. de phari- seeën: Ik ben de goede herder. De goede herder geeft Zqn leven voor Zijne- schapen. Maar een huurling, en die geen herder is, wien de schapen niet eigen zqn, ziet den wolf komen, en verlaat de schapen, en vlucht, en de wolf rooft en verstrooit de schapen. Dan de huurling vlucht, omdat hij een huurling is.» en hem de schapen niet toe- behooren Ik ben de goede herder en Ik ken Mijne schapen en de Mijnen kennen Mij. Ge lijk de Vader Mq kent, en Ik den Vader ken; en Ik geef Mqn leven voor Mijne schapen. En Ik heb nog andere schapen, die van de zen schaapstal niet zijn: deze moet Ik ook hier bijbrengen, en zij zullen Mqne stem hoo ren, en het zal één schaapstal en één herder worden. Toen vanmorgen de couranten <hn Rio de Janeiro het laconieke telegram uit Genève brachten, dat „de Volkenbondsvergadering haar werk had afgedaan”, zonder, zooals an dere telegrammen meldden, tot een positief resultaat, in caeu: de toelating van IhiHsch- land tot den Volkenbond, gekomen te zjjn, en dat wel door de oogenschfjnlqke „koppig heid” van Brazilië, bekroop mq aanstonds de lust, voor de lezers mijner „Brieven uit Bra- silië deze z. g. „koppigheid der Braziliaansche spelbrekers” eenigszins begrijpelijk, en wat meer warade heeft „vergevelqk” maken. MQn pleidooi is het volgende: Ik kan mij voorstellen, hoe het mqnen le- sers, vooral diegenen, welke in de eerwte h'rift van Maart door gèbrek aan t(jd, of door welke oorzaak ook, de verschillende telegrammen over het verloop van de Volkenbondsv-rga- dering slechts heel oppervlakkig „bq hun bo terham” hebben kunnen lezen ongewoon be vreemd moet hebben, dal het in Europa bijna onbekende, zes duizend mijlen van de ouden wereld afgelegen Brazilië weliswaar een reu zen land In territoriale uitgeetrektheid fhet kan meer dan 250 Neder landjes opslikken!) ■set onbegrensde mogelijkheden, maar z’n onbeduidende, n< en dito vloot, door tel Lviv—u vj/ u<7 i'w*—kcvTyiou uoa valutastand van s’n geld, in waarheid pygmee op het internationale concert, w:*ar het bij de z. g. „kleine en zwakke naties” ge rekend wordt, in deze dagen de eerste vi»:ol wilde spelen, of, om ’t op z’n Alkmaarsch te ze ggen, „zooveel lef” en praats kon hebb"n. Wie echter het geluk gehad heeft over vrat meer „krantentijd” te beschikken, en boven dien door eenen „politieken bril” wist te le zen, zal gauw begrepen hebben, dat achter bet „economisch zwakke” Brazilië de rjjke en sterke Unde Ham ot Noord-Amerika stond, en dat onze Zuid-Amerikaansohe republiek slechts politieken hand- en spandienst ver- richtte voor de Vereenigde Staten van Noord- Amerika, die niets willen weten van lei I is, en terwql wq de begrenzing van onze ken- I nis inzien moeten, zqn wq gedwongen tot dc erkenning van een hoogst bestaan en, een hoogste macht, van een eerste oorzaak van ons bestaan èh leven, van den Schepper, ST hoe wq Hem altjjd noemen mogen.” Dan weidt Dr. Milliken uit over bet Gods begrip. Het Godsbegrip van een materialist verwerpt hq zonder aarzelen. „Het gehruike- Iqke materialisme”, meent hq, „ie een geheel zinlooze en uiterst onlogische philosophie en wordt ook door alle dieper denkende umn- sehen als zoodanig beschouwd.” „Van werkelijke moeilijkheden tusseben het geloof en de wetenschap wil Milliken niets weten. „Zooveel mag ik met beslistheid beweren”, zegt hq, „dat de ontkenning van het geloof lederen wetensohappelqken grond slag mist. En er kan naar mqn oordeel nooit een verontschuldiging voor een tegenspraak van beide zjjn. Mensehen, die weinig van we- I tenschap weten, et> meneeben, die weinig van godsdienst begrqpen. kunnen elkaar wel eens beetrqden en de toeschouwers kunnen denken, dat daar de wetenschap en bet ge loof elkaar beetrqden, inderdaad is hot sleehts een samen treffen tuasehen twee soor ten van onwetendheid.” Tenslotte wqst Milliketr op de lange lijst van de groote en grootste natuurkundigen, vanaf Isaac Newton tot Faraday, Macwell, Lord Kelvin en Pasteur, die niet alleen een diep geloof in God hadden, maar eerst door het geloof tot geestes-reuzen geworden zijn. Merkwaardig is, dat de grootste mannen tussehen hun godsdienst en de wetenschap geen tegenstrijdigheden vinden, maar dat dt ze steeds ontdekt worden door lieden, die van beide weinig verstaan. HET VOLK DAT IN DUISTERNIS ZAT. II. Straatnieuwtjes vertelt Hq niet. Maar dat bet Rqk Gods nabq is, dat God nu voortaioi «ie Va»Ier zal zqn van de mensehen, dat zij Biet aan geld en goed moeten vaMhoutk-n; dat wie een slag krqgt op de rechterwang, ook de linker moet aanbieden; dat zq, die weenen zalig zqn; dat zij moeten bekeeren en dat hun zonden vergeven wordenIa, voorzeker. Eu dan, Hij zegt al die dingen z<to lief. Toch is dat allemaal maar omhulsel van die ééne groote zaak, waarover Hij zeker is, dat nu het Rqk Gods komt! Die andere din gen over goed zjjn en weenen mag Hq er dan ook wel bq zeggen. En schoon is ’t bjj- Bonder als Hq dat vertelt in parabelen uit bun eigen leven; van dien verioopen boeren poon, die gemeen geleefd had en naar de hof stee terugkwam, en vaa dat verloren schaap, •n van dien deugniet van een rentmeester, die de slaven afranselde, en van dien anderen die de schuldbrieven deed vervalschen: Jaar wisten zq zelf wel meer van. En van Jie huisvrouw, die een zilverutuk verloren had, on *t buis overhoop haaldd en veegde ond<*r bank en bedden. Of tjj dat zagen gebeuren? Zóó mocht HQ vertellen, dagen lang; op dia vertelsels waren zq verzot, want ze waren? duidelijk en snedig. En daar stak toch iets on der, ze moesten nadenken, vorschen; het prik kelde hun hersenen, en ze bekeken Jesus, vragend, half glimlachend: of zq dan wel juist geraden hadden? ’t Volk is overal eender: een groot kind. En dat groot kind, nieuwsgierig en opper vlakkig, vond vermaak in Jesus’ gesprekken. Maar onder het omhulsel van zjjn woorden proefde het niets van de vrucht. Jesus zou wellicht hun groote koning, hun Messias worden en ’t Godsrijk stichten; dat was wel te zien aan zqn genezingen. Maar bo venal zou Hq een aardsche volkskoning zjjn Zqn woorden over zedelqk goedzqn en kin»l van God, mochten daar wel bqkomen. Dat was Oosterocbe wijsheid en liefelijkheid, waar de tqd aangenaam mee verbeuzeld werd. Dat zou het duurzaam misverstand worden tussehen Jesus en zqn Galileesoh volk: zj) hoopten op een aardsch Godsrqke met een sterken koning; en Jesus sprak immer over een geestljjk Godsrqk, waarin God Vader was en waar geen aardsche koning bq hoorde. ipraken de Galileërs hun ve.-> uit. Want wat hun hart voelde, r buiten. Op straat bogen zjj diep voor den jongen meester eiCbrachten de rectiterikand aan den grond: als de genegenheid sterk sprak, via-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1926 | | pagina 9