1
van het
„Noord-Hollandsch Dagblad
J fl
99
4»
BRIEVEN UIT BRAZILIS.
i.
-
ONDER HET JUK VAN CALVUN.
EPISTEL EN EVANGELIE.
Tafereelen uit het
Evangelie.
OFFICIEEL KERKS ERIC HI
o>
POLITIEKE SPELBREKER»
te
L. v. d. A.
't Zou voorwaar
(Wordt vervolgd).
Meermalen s|
wachi
;e, Robert
de Edi-
door
iog weinig geoefend 1 »ger
telkens wederkerende „te
korten" op de Staatsbegrooting, en den lagen
1 *cn
tetrark wegjagcn, waarheen hij loopen wilde,
rijn paleis uitplunderen, bogen en spieren en
zwaarden en schilden uit zijn tuighuis halen,
en dan vooruit, met hun koning voorop, op
naar Jerusalem!
Zóó zouden do woelige Galileërs het Gods
rijk met Jesus vestigen!
verstoorder en in de verste verte niet oorlogs-
itig; het n/m zelfs de verplichte arbitrage
tnder de essentieele princiepen van zqne
politieke gondwet. Wilt u spreken van ..poli
tieke spelbrekers"’, zij ’t dan in een ander ge
val, kijkt dan maar naar de antipapistische,
anti-christelqke Nederlandsche Christelijk His
torischen!
fret CONfiTANCIO VAN EIJK, O.F.M.
len zij voor Hem op de knieën, met het aan
gezicht op den grond, gvlqk zij voor den re-
trark deden; in de synagogen vlogen zij van
hun banke^ op en joelden en juichten, dat
een groot profeet was opgestaan en God zijn
volk bezocht had; als Hij het meer overstak,
sprongen zq in de visschensbooten en roei len
Hem achterna, al zingend en joelend.
Daar zou het niet bij blijven. De Rabbijnen
ginder te Jerusalem mochten pioenen, dat
God zelf het Messiasrijk moest stichten: dwe
pers en droomer» mochten naar de wolken
staan turen, naar het Rqk, dat uit den hemel
zou neer zakken. Het volk van Galilea nam
de vestiging van 't Godsrijk nuchter en zake-
Iqker op. Zq zouden er zelf voor zorgen, met
hun vuisten en zwaarden en messen, daar!
Zij waren het heftig en geweldig doen, bet
roeren en vechten gewend, 't Zou voorwaar
de eerste keer niet zijn.
Zoodra Jesus maar wilde, zou bet storm-tn
over het bergland en bij bet meer; dan zouden
zq Hem inhalen met palmtakken en citroen-
twjjgen, hun mantel* over den grond leggen
waar Hij gaan moest, Hem te paard laten
rijden en toejuichen: „Hosannah, den Koning
van Israël! Hosannah, den Zoon van David!”
Dan zouden zjj de Syrische soldaten met
bun vreemde officieren te Kapharnaum hun
krommessen door het lijf steken, de tolhuizen
afbreken en de tollenaars In bet meer gooien,
met duizenden naar Tiberias oprukken, den
Trots de verkeerde meening van het volk
zou Hij toch nog trachten den aard van het
Godsrijk te doen verstaan. Doch niet meer
rechtstreeks; dat was vruchteloos gebleken.
En Hij begon wederom te leeren aan de zee.
En een groote menigte verzamelde zich bij
Hem, zoodat Hij het schip besteeg en zich
daar nederzette op zee, in een kreek, met ro
zenlaurieren op de oevers. En geheel de scha
re stond in een baiven cirkel om de kreek.
buiten staande, lieten zq Hem roepen. En
zat een menigte om Hem heen en men zeide
tot Hem: „Zie. uw moeder en uw broeders
daarbuiten zoeken U.”
Doch Hü wilde deze Heden een aanschou
welijke les geven en ant' ordde hun: „Wie
is mqn moeder en mqn bloeders?” En ronl-
ziende zegt Hq: „Ziedaar mqn moeder en mijn
broeders! Want wie den wil Gods doet, die is
mijn broeder en mqn zuster en mqn moeder.’
Terwijl Hij dit nu zeide, verhief zekere
vrouw uit het volk hare stem en zeide :ot
Hem: ..Zalig de 9 boot die U gedragen heeft
en de borsten die Ge gezogen hebt!” Maar
Hij zeide: „Zalig voorwaar die het woord
Gods hooren en onderhouden.”
moed”, al geef ik gaarne toe, dat deze bride
ondeugden 'n beetje meespreken in het kapit
tel en liever achter de politieke coulissen te
willen kqken, waar Uncle Sam voor souffleur
speelt op het Internationale tooneèlf
Zóó ongeveer, waarde lezer of lezeres, DO^le
dunkt mij, dat de vork aan den politieken
steel zit. De Brazilianen tn het huidige getal
als’„politieke spellebaas” voor te stellen, gaat
m.i. te ver, daar zjj slechts spreekbuizen schij
nen te zqn van de Noord-Amerikaansche po
litiek. Had de Brazilaansche regeerinng vrij
spel gehad, mq dunkt zq zou hare delegatie
in Genève gelast hebben vóór de toelating
van Duitschland tot den Volkenkond te stem
men en <iumt onmiddèllqk, zooals Spanjj,
hare biezen te pakken naar de beimath.
Gerust, ons- volkje is volstrekt geen vrede
verstoorder en in dè verste verte niet oorlogs
zuchtig; het n/m zelfs de verplichte arbitrage
op onder de essentieele princiepen van zqne
om zoo te r
land heeft aan
de wereldmarkt en daarom z’n schuldenaar
Brazilië gebiedt tot het einde toe „kop
pig” tegen de toelating van Duitschland
in den Volkenbond te stemmen, opdat zoo
doende het Europa weer opbouwende verdrag
van Locarno, dat een groot gevaar beteekent
voor Noord-Amerika, onuitgevoerd blijve.
’t Spijt ons wel, dat wjj op die manier, door
gevoerd blqve. n.l. Duitschland uit den Vol
kenbond te weren, den vrede van Europa in
gevaar brengen of ’m tenminsteniet helpen
bevorderen, maar onze Noord-Amerikaan-
schegeldschieten, waarvan wq met huid en
baraafhangen? willen het nu eenmaal zoo.
De onsterfelijke Wilson heeft eens gzezgd,
dat het land, hetwelk economisch niet onaf
hankelijk ie, op slot van rekening ook zqne
I politieke onafhankelijkheid inboet. Welnu,
in dit treurig geval verkeert thans mqn arm
1 vaderland. Ik verzoek u thans allen daarom
beleefd de Braziliaansche regeering niet ;oo
hard te beschuldigen van koppige onver
zettelijkheid”, noch van '„nationalen hoog-
EEN MODERN NATUURKUNDIGE
OVER DEN GODSDIENST.
De belijdenissen van mannen der weten
schap ten gunete va» den godsdienst willen
geen einde nemen.
De Amerikaansche natuurkundige,
Andreus Milliken, die den Nobelprqe,
sonmedaille en een reeks andere hoogste on
derscheidingen op bet gebied der èieetrici-
teitsleer gewonnen Heeft, sluit zich aan bq de
lange rij van geleerden uit oude en nieuwe
tijden, welke geleerden bet niet begrijpen
kunnen, hoe men den godsdienst in naam
van de wetenschap bestrijden kan. In bet
beroemde Collierscbe tijdschrift weidt hij
over het aanrakingspunt van godedDnst
en wetenschap uit en zegt o.a.:
„Er is geen wetenschappelijke grondslag,
om bet geloof te verloochenen. Wie beide
niet weet te vereenigen, draagt de schuld
alleen bij zichzelf.
Ik kan het met weten schappelijk verkla
ren, wiarom ik levendig en niet dood ben.
De physiologic kan mij wel een groot deel
der mechanische en chemische gevallen in
mqn lichaam openbaren, zq kan mij ech
ter niet zeggen, waarom en waardoor ik le
vendig ben. En het zou toch hoogst onweten-
scbapjHdqk zqn er aan te twqfelen,»dat het
leven in mq toch iets geheel anders betee
kent.
Onze wetenschappelijke kennis is tegen
over hetgeen wq voor ongeveer 100 jaar
wisten; zeker groot. Maar vergeleken met
hetgeen wjj nog niet weten is ze uitermate
gering. De wereldkaart bad vroeger groote
witte vlekken in menig werelddeel met l.et
ojjsehrift: „Nog niet ontdekt” Deze witte
vlekken zqn nu zeldzaam geworden. Maar de
landkaart van ons weten der natuur is nog
steeds een eenzijdige, groots, witte vlek, waar
op de natuurkundige totnogtoe maar eeni-
ge kleine deelen opgehelderd heeft. Hoe
meer wij onderzoeken, des te verder ontsluit
zich het rqk van datgene, wat nog onbekend
w WAAROM?
WAAROM is het zx> noodig dat wij
ties avonds gezamenlijk, oude s e i k ri
de ren. het rozenkransgebed bidden?
OMDAT er van hef gezameilijk bid
den een groote kracht uitgaan, getuige
’sHeeren egen verklaring: „Waar twee
of drie in mijnen Naam vergadeid zijn,
daar ben Ik in hun midden."
OMDAT de leiding en 't eigen voor
beeld der ouders de kinderen krachtig
helpe nzaf dit voor hen zoo spoedig
„vervelend” gebed met meer esrbicu
en aandacht te lee en verrichten.
OMDAT het een bijvenden indtuk cp
hen moet maken, als zij z en, dat e kei)
avond weer opnieuw JEDÉRS arbeid
(ook van de ouders) wordt neergelegd,
om aan het rozenkransgebed de p'aats
der eere te geven.
OMDAT eindelijk deze gcdvmchtige
gewoonte uit den aard der zaak krach
tig zal medehetpen, de.i geestefijk^n
band nauwer aan te halen. die het ka
tholiek huisgezin zoo innig moet sa
menbinden. CORTw
EEN VOORZEGGING VERWEZENLIJKT.
Paus Pius VII, die in 1800 den Pauselqken
troon beklom, sprak deze woorden. „Indien
men geen banden legt aan den teugelloozen
stroom van gedachten, woorden, geschriften
en lezingen, dan zal men wel, dank zq het
optreden vtn koningen en politieke of mili
taire oversten, dank zq bataljons of andere
hulpmiddelen, het kwaad verzachten.
Maar aangezien men het kwaad in den
wortel niet zal aantasten, teneinde de rrueht
uit te roeien, zoo zal het immer aangroeieu
en machtig worden totdat het den ganschen
aardbodem zal vervullen en dan, om het te
vernietigen, of togen te gaan, tullen regi
menten of garnizoenen, politie en grenzen
of forten ontoereikend zqn.
En daar zqn wq toe gekomen.
Het bolsjewisme wint meer en meer veld
en strekt zijn vertakkingen dit over gansch
het oude Europa,
De soldaten van het roode leger kennen
noch vaderland, noch grenzen en versprei
den overal dezelfde schrik.
En de regeeringen, wat doen zq?
Zq bewapenen burgerwachten en verster
ken legers, benoemen commissies om de
gevaren van bet communisme te bestrijden
en beramert te samen overeenkomsten om
het kwaad te keer te gaan.
De voorzegging van Pius VII is dus reeds
bewaarheid. De regeeringen roepen wel: te
wapen! maar aarzelen den wortel van het
kwaad zelve aan te tasten.
En het kwaad zal nog vergrooten, het zal
de gansche wereld vervullen.
En dan? Misschien zal men dan de oogen
openen en 'de geschriften en bladen en boe
ken die de mensehen tot opstand tegen God
en het wettig gezag, tot moord beimelqk aan
zetten, verbieden.
Dat zou al iets zqn!
En als dan de mensehen zelf tot God kee-
ren in rouwmoedigheid des hartendan
>1
Volkenbond, huns inzien slechts een Bond
van Europeesche Staten (en dan nog maar
alléén van de „sterkste”), om Noord-Ameri-
ka te bestoken.
Briands franke uitroep na het Loeamo-
eoqgres, toch al met zoo leede oogen door
Uncle Sam gezien: „Ziezoo, de Vereenigde
Staten van Europa zjjn gevormd”, heeft na
tuurlijk de Noord-Amerikanen nog st eiker
doen verlangen naar den dood van den Vol
kenbond, alhoewel ’n creatuur van hun land
genoot Wilson zelf geen deel uitmakende van
dezen Volkenbond, was het Noord-Amerika
in deze dagen zeer moeilijk persoonlijk a:ui
dit Europeeeche machtslicbaam den dood
steek te geven, maar als ..groote geldschie
ter” van onze berooide en verkwisteende
Braziliaansc.he republiek, wist het opperb'Vt,
waar dolk of mës te krijgen waren voor deze
politieke misdaad.
Wat malen de Noord-Amerikaansche geld
magnaten om wereldvrede wanneer .Ut
juist de Europeesche oorlogen zqn, die
hun grond zoo lekker doen „rollen” en dus
productief maken, wanneer gen verdeeld en
vtrzwakt Europa ’n heerlijk kolfje naar de
hand van Uncle Bams commercieele en imperi
alistische poëtiek, wanneer de Joodsctie vrij
metselarij van New-York haarbeilloos dui
velswerk van verleeking, zedeUJke corruptie
en wereldrevolutie”, vroeger zoo Christelijk
een „verwordend”, vroeger zoo Christelijk
Europa! Geen middelen te laag vindend, om
bun einddoel: het Noord-Amerikaansche impe
rialisme over héél, héél de wereld en de Jooo-
sche zegepraal van de maconiek-naturalisti-
sche z.g. bumaniteitsgodsdienet over de Chris
telijke levensbechouwing, vooral in Europa,
hebben wis en zeker deze vadéfftndlooz Is
raëlitische goudkoningen dóór middel van de
Noord-Amerikaansche regeering politieke
pressie uitgeoefeud op ons arme land, dat tot
over z’n ooren in de schuld zit, en zoo duchtig
in het krqt staat bq Uncle Sam. Niet onduide-
mil iusr dat in do v&n
laatste weken kunnen lezen, zq ’t dan tus-
seben de regels door, toen de Braziliaansche
afgevaardigde naar den Volkenbond. Mello
Francs, openlijk bitsprak natuurlijk in di
plomatieke termen dat hij niet zoozeer
voor de rechten vah Brazilië opkwam, hoewel
aan dat land vroeger al eens een permanente
zetel in den Volkenbondsraad beloofd was,
als wel voor de rechten van de „Amerikaan-
sche natie in het algemeen”, welke eene haar
waardige vertegenwoordiging in dien raad
eechte (eenigo dagen later bleek echter, in
een gesamenlijk manifest verduidelijkt, hoe
bitter weiuig kwestie de Centraal- en Zuid-
Amerikaansche Staten daarvan maakten),
dat er verder volstrekt, geen nationale trots
in het spel was en dat Brazilië zelfs aan
stonds zqne plaats in den Voleknbond zon
inruimen aan Noord-Amerika, wanneer dit
besluiten mocht deel uit te maken van den
Volkenbond. In gewone taal zouden wij zig
gen: „Heeren, weet bij dezen, dat mijn vader
land slecths een stoel wil warm houden” voor
zijn machtigen meester Uncle Sam en dat
Brazilië eigenlijk slechts zetbaas is in eene
Noosd-Amerikaansche politiek-winkel, welke
zeggen verschrikkelijk het
1 Europeesche concurrentie op
et«n, te dansen, kaart te spelen of eenig
muziek-instrument te bespelen, behalve
een trom, een trompet en een harp.
Een man, die zijn vrouw slaat, zal een
boete betalen van 10 pounds 50).
i vrouw, die haar man slaat, zal een
straf ondergaan, zooals de wet voor
schrijft.
Geen man zal bij een meisje aanzoek
doen om haar te trouwen, persoonlijk of
per brief, die niet de toestemming van
zijne ouders heeft ontvangen. Bij de eer
ste overtreding zal de boete zijn 5
pounds 25), bij een tweede 10 pounds
50), en bij een derde, gevangenschap
„during the pleasure of the court.”
,ïn die dagen nu ging Jesus uit op het ge
bergte om te bidden en bracht den nacht door
in het gebed tot God. Eu toen de dag aan
brak, riep Hij uit den hoop sqner leerlinge.!
degenen, die Hij zelf wilde, tot zich en zij
kwanten bij Hem. En twaalf stelde Hij aan
om bij Hem te zijn en alles te zien en te hoo
rei! en om door Hein gezonden te worden
ter prediking. En Hij gat hun de macht om
de ziekten te genezen en de duivelen uit tc
drqven.
En zq kwamen naar huis en wederom
kwapt de menigte bqeen, zoodat zij niet eens
brood konden eten. En toen zqn naastbc-
staanden het hoorden, gingen zq uit om Hem
vast te bowlen, want zij zeiden: „Hij is uiU
zinnig geworden!” Uitziinnigen alleen kun
nen eten en drinken vergeten. Als iemand
zóó zijn behoeften verwaarloost, moet sqn fa
milie ingrqpen uit broederliefde.
Daar kwamen zijn moeder en zqn broeders.
Maria dacht wel anders over Jesus daa zqn
Baasttxwtaaixien, maar ate de familie naar
haren zoon toeging, moest sq wel mea. En
Anti-paapsche blaadjes spreken gaarne
over het onverdraagzame en zware juk,
dat Rome den mensch oplegt. Allerlei
onware of verdraaide verhalen worden
dan uit het verleden en heden bij el
kander gezocht uit verschillende ver
ouderde en eenzijdige protestantsche
geschiedenisboekjes, om dit maar aan
nemelijk te maken.
Het getuigt van weinig zelfkennis en
weinig kennis van de geschiedenis van
het protestantisme.
Overal, waar het protestantisme heer
en meester was, aldus een protestant
sche geschiedschrijver, heerschten on
verdraagzaamheid en ketterjagerij.
Hieronder een voorbeeld, hoe het pro
testantisme ia opgetreden in den staat
Connecticu (Amerika) zooals het „Hdbl.”
xegL M
Het zijn de beruchte „blauwe wetten"
der strenge calvinisten (puriteinen).
Niemand zal een „freeman” (burger)
zijn of stemgerechtigd wezen, tenzij hij
bekeerd is en lidmaat van een der ker
ken, die in het gebied bestaansrecht heb
ben.
Iedere „freeman” zal zweren bij den
gezegenden GoJ, getrouw te zijn aan dit
gebied en erkennen dat Jezus is de eeni-
ge*Koning.
Geen „dissenter" (een die afwijkt) van
den wezenlijken godsdienst van dit ge
bied zal stemrecht hebben in de verkie
zing van eenig overheidspersoon.
Geen voedsel of onderdak zal worden
aangeboden aan een kett
Niemand dan can geordend leeiaar zal
op den Sabbat een rivier mogen over
steken.
Niemand zal op dïn Sabbatdig reizen,
eten koken, het bed schudden het huis
vegen, haarknippen of scheren.
Niemand zal op dm Sabbat ot op feest
dagen zijne of andere k nderen kussen.
De Sabbatdag zal beginnen op Zater
dag met zonsondergang.
Indien iemand kleeren draagt, die zijn
afgezet met goud, zilver of „bone lace”
boven een shilling (2H c.) per yard, zal
voor de „grand jurors" gebracht worden,
en op zijne goederen zal een belasting
gelegd worden van 300 pounds 1500).
Indien iemand kaarten of dobbelstee
nen in het gebied brengt, zal hij een boe
te betalen van 5 pounds 25).
Niemand zal het recht hebben om te
TWEEDE ZONDAG NA PASCHEN.
Epistel uit den eersten brief t an den
H. apostel Petrus; U, 2125.
Welbeminden, Christus hoeft voor ons ge
leden, u een voorbeeld nalatende, om zqne
voetstappen te volgen. Hq beeft geene zon
den gedaan, en in zqne.n mond is geen be
drog gevonden. Die, als Hq kwalijk bejegend
werd, niet kwalijk bejegende; als Hq leed,
Biet bedreigde, maar Zich overgaf aan den-
gene, die Hem onrechtvaardig oordeelde^
die onse sonden zelve aan bet kruishout' in
Zqn lichaam beeft gedragen, opdat wij de
sonden afstervende, voor do rechtvaardig
heid zouden leven, door wiens striemen gij
genezen zqt. Want gq waart als dwalende
schapen; maar nu zqt gq bekeerd tot den
herder en opziener, uwer zielen.
Evangelie volgens den H. Joannes;
X, 11—16.
In dien tijde zeide Jesus aan. de phari-
seeën: Ik ben de goede herder. De goede
herder geeft Zqn leven voor Zijne- schapen.
Maar een huurling, en die geen herder is,
wien de schapen niet eigen zqn, ziet den
wolf komen, en verlaat de schapen, en
vlucht, en de wolf rooft en verstrooit de
schapen. Dan de huurling vlucht, omdat hij
een huurling is.» en hem de schapen niet toe-
behooren Ik ben de goede herder en Ik ken
Mijne schapen en de Mijnen kennen Mij. Ge
lijk de Vader Mq kent, en Ik den Vader ken;
en Ik geef Mqn leven voor Mijne schapen.
En Ik heb nog andere schapen, die van de
zen schaapstal niet zijn: deze moet Ik ook
hier bijbrengen, en zij zullen Mqne stem hoo
ren, en het zal één schaapstal en één herder
worden.
Toen vanmorgen de couranten <hn Rio de
Janeiro het laconieke telegram uit Genève
brachten, dat „de Volkenbondsvergadering
haar werk had afgedaan”, zonder, zooals an
dere telegrammen meldden, tot een positief
resultaat, in caeu: de toelating van IhiHsch-
land tot den Volkenbond, gekomen te zjjn, en
dat wel door de oogenschfjnlqke „koppig
heid” van Brazilië, bekroop mq aanstonds de
lust, voor de lezers mijner „Brieven uit Bra-
silië deze z. g. „koppigheid der Braziliaansche
spelbrekers” eenigszins begrijpelijk, en
wat meer warade heeft „vergevelqk”
maken. MQn pleidooi is het volgende:
Ik kan mij voorstellen, hoe het mqnen le-
sers, vooral diegenen, welke in de eerwte h'rift
van Maart door gèbrek aan t(jd, of door welke
oorzaak ook, de verschillende telegrammen
over het verloop van de Volkenbondsv-rga-
dering slechts heel oppervlakkig „bq hun bo
terham” hebben kunnen lezen ongewoon be
vreemd moet hebben, dal het in Europa bijna
onbekende, zes duizend mijlen van de ouden
wereld afgelegen Brazilië weliswaar een reu
zen land In territoriale uitgeetrektheid fhet
kan meer dan 250 Neder landjes opslikken!)
■set onbegrensde mogelijkheden, maar
z’n onbeduidende, n<
en dito vloot, door tel
Lviv—u vj/ u<7 i'w*—kcvTyiou uoa
valutastand van s’n geld, in waarheid
pygmee op het internationale concert, w:*ar
het bij de z. g. „kleine en zwakke naties” ge
rekend wordt, in deze dagen de eerste vi»:ol
wilde spelen, of, om ’t op z’n Alkmaarsch te
ze ggen, „zooveel lef” en praats kon hebb"n.
Wie echter het geluk gehad heeft over vrat
meer „krantentijd” te beschikken, en boven
dien door eenen „politieken bril” wist te le
zen, zal gauw begrepen hebben, dat achter
bet „economisch zwakke” Brazilië de rjjke en
sterke Unde Ham ot Noord-Amerika stond,
en dat onze Zuid-Amerikaansohe republiek
slechts politieken hand- en spandienst ver-
richtte voor de Vereenigde Staten van Noord-
Amerika, die niets willen weten van lei
I is, en terwql wq de begrenzing van onze ken-
I nis inzien moeten, zqn wq gedwongen tot
dc erkenning van een hoogst bestaan en, een
hoogste macht, van een eerste oorzaak van
ons bestaan èh leven, van den Schepper, ST
hoe wq Hem altjjd noemen mogen.”
Dan weidt Dr. Milliken uit over bet Gods
begrip. Het Godsbegrip van een materialist
verwerpt hq zonder aarzelen. „Het gehruike-
Iqke materialisme”, meent hq, „ie een geheel
zinlooze en uiterst onlogische philosophie en
wordt ook door alle dieper denkende umn-
sehen als zoodanig beschouwd.”
„Van werkelijke moeilijkheden tusseben
het geloof en de wetenschap wil Milliken
niets weten. „Zooveel mag ik met beslistheid
beweren”, zegt hq, „dat de ontkenning van
het geloof lederen wetensohappelqken grond
slag mist. En er kan naar mqn oordeel nooit
een verontschuldiging voor een tegenspraak
van beide zjjn. Mensehen, die weinig van we-
I tenschap weten, et> meneeben, die weinig van
godsdienst begrqpen. kunnen elkaar wel
eens beetrqden en de toeschouwers kunnen
denken, dat daar de wetenschap en bet ge
loof elkaar beetrqden, inderdaad is hot
sleehts een samen treffen tuasehen twee soor
ten van onwetendheid.”
Tenslotte wqst Milliketr op de lange lijst
van de groote en grootste natuurkundigen,
vanaf Isaac Newton tot Faraday, Macwell,
Lord Kelvin en Pasteur, die niet alleen een
diep geloof in God hadden, maar eerst door
het geloof tot geestes-reuzen geworden zijn.
Merkwaardig is, dat de grootste mannen
tussehen hun godsdienst en de wetenschap
geen tegenstrijdigheden vinden, maar dat dt ze
steeds ontdekt worden door lieden, die van
beide weinig verstaan.
HET VOLK DAT IN DUISTERNIS ZAT.
II.
Straatnieuwtjes vertelt Hq niet. Maar dat
bet Rqk Gods nabq is, dat God nu voortaioi
«ie Va»Ier zal zqn van de mensehen, dat zij
Biet aan geld en goed moeten vaMhoutk-n;
dat wie een slag krqgt op de rechterwang,
ook de linker moet aanbieden; dat zq, die
weenen zalig zqn; dat zij moeten bekeeren en
dat hun zonden vergeven wordenIa,
voorzeker. Eu dan, Hij zegt al die dingen z<to
lief. Toch is dat allemaal maar omhulsel van
die ééne groote zaak, waarover Hij zeker is,
dat nu het Rqk Gods komt! Die andere din
gen over goed zjjn en weenen mag Hq er
dan ook wel bq zeggen. En schoon is ’t bjj-
Bonder als Hq dat vertelt in parabelen uit
bun eigen leven; van dien verioopen boeren
poon, die gemeen geleefd had en naar de hof
stee terugkwam, en vaa dat verloren schaap,
•n van dien deugniet van een rentmeester,
die de slaven afranselde, en van dien anderen
die de schuldbrieven deed vervalschen: Jaar
wisten zq zelf wel meer van. En van Jie
huisvrouw, die een zilverutuk verloren had,
on *t buis overhoop haaldd en veegde ond<*r
bank en bedden. Of tjj dat zagen gebeuren?
Zóó mocht HQ vertellen, dagen lang; op dia
vertelsels waren zq verzot, want ze waren?
duidelijk en snedig. En daar stak toch iets on
der, ze moesten nadenken, vorschen; het prik
kelde hun hersenen, en ze bekeken Jesus,
vragend, half glimlachend: of zq dan wel juist
geraden hadden? ’t Volk is overal eender: een
groot kind.
En dat groot kind, nieuwsgierig en opper
vlakkig, vond vermaak in Jesus’ gesprekken.
Maar onder het omhulsel van zjjn woorden
proefde het niets van de vrucht.
Jesus zou wellicht hun groote koning, hun
Messias worden en ’t Godsrijk stichten; dat
was wel te zien aan zqn genezingen. Maar bo
venal zou Hq een aardsche volkskoning zjjn
Zqn woorden over zedelqk goedzqn en kin»l
van God, mochten daar wel bqkomen. Dat
was Oosterocbe wijsheid en liefelijkheid, waar
de tqd aangenaam mee verbeuzeld werd.
Dat zou het duurzaam misverstand worden
tussehen Jesus en zqn Galileesoh volk: zj)
hoopten op een aardsch Godsrqke met een
sterken koning; en Jesus sprak immer over
een geestljjk Godsrqk, waarin God Vader
was en waar geen aardsche koning bq hoorde.
ipraken de Galileërs hun ve.->
uit. Want wat hun hart voelde,
r buiten.
Op straat bogen zjj diep voor den jongen
meester eiCbrachten de rectiterikand aan den
grond: als de genegenheid sterk sprak, via-