■s
*pl.
off»
1
JACHTAVONTUREN.
In bet midden van 1925 is de heer
Beenaard Ledeboer, de bekende jager °P
la
la-
GEMENGD NIEUWS.
OVERREDEN EN GEDOOD.
PROVINCIAAL NIEUWS.
ENKHUIZEN.
ENKHL’IZEN. Uitvoering bzu^er-
werken. Voor het jaar 1o26 Is de uit
voering van diverse baggerwcr.en in
deze gemeente opgedragen aan d* N. V.
ore Oroot’s Bargermaatsehappii te Hil
versum. voor den prijs van f 0.23 per
kubieke Meter.
H.-HUGOWAARD.
ZWAAG.
RADIO.
WOENSDAG 21 JULI.
de
aarde
we
Nu ben ik Klein
Maar ben Ik eens
Dan sla Ik ka-pi-ta-l
echter
!oe end
8olistea-
levoigt. 3o-
i het
naar jachtveld
week ai zeer slecht en niet
peii»efK
bloem
poot
-li® ten dood.
ons over de goede oude t^den
Dat was heel aanlig, maar
niets over deze tijden.
Herinnert u zich den storm, dien
meegemaakt hebben?
Oom Trot-ski
rten-kin-der-tjes.
„Dag kinder-tjes” zegt hij, „als jul-li* braaf
ha-ten, krijg jé het la-ter goed. Dan wordt
ju LI ie ook boér-awa’a.” I.ie«-Je haar bn»er le
a-aar-chist. Hij haat het ge-zag en de a-gen-
ten. Een a-gent heeft een «a-beï en een paard.
Een sa bel is van ijzer. Een paard hln nikt.
Een koe loeit.
De a-grn ten heb-ben broer ge-ar-res teerd.
Het zijn hand langers van de ka-pi-ta-li*-ten.
Ka-pi-ta-lis-ten heb-ben geld. Com mn nis
ten zijn arm. Alle ka-pi-ta-lis-ten zwel-gea
Dat doen de bol-aje-wieken niet. Wij zwel-gen
met on-ze keel. Wij schreeuwen er ook mee.
Hier ie een vers-je voor I.lea-je om te lee
ren voor zij naar haar bed-je gaat.
Dit hand-je is Mn
Dit hand-je is twee
Daar worg ik ka-pf-ta-tta-ten mee
't I* o, zoo goed.
Dat ik ha-ten leer,
Dan ziet oom Le-nin uit den he-mel op
mij neer.
MARK TWAIN GESTRAFT.
In Zwitserland maakte Mark Twain eons
kennis met een aardigen jongen man, dien hfl
Harris wilde noemen, omdat hij niet Har
ris heette. Eens stond hij met dezen Harris in
de eetzaal van een groot hotel, waar zich
ook een jonge dame bevond.
Mark Twain en zijn vriend gingen aan 't
raden, hoe oud deze dame wel zou zjjn. De
een raadde 17 de andere 19 jaar en geen van
beiden wilden den ander toegeven. Eindelijk
viel het hun In, dat er volstrekt geen reden
was om hierover te twisten, daar zij immers
naar de dame toe konden gaan en haar vra
gen hoe oud zfj was. Harris betwijfelde of
Mark Twain den moed zou hebben haar aan
te spreken; deze wilde bewijzen dat h|j niet
hang voor haar was en bood aan tot haar te
gaan en ze uit te hooren. Het ging
niet aan haar pardoes te vragen: „H
Is u. juffrouw?”
Daarom, na eeerst bjj zichzelf overlegd te
hebben, hoe het meisje aan te pakken, maak
te h|j een hoffelijke buiging en hield zich als
of hfl de dame van vroeger kende. Het be
kwam hem echter slecht. Zoodra hjj de dame
bad aangsproken, vroolfjkte haar gezicht en
straalde van vreugde. 7,(J scheen hem werke
lijk te kennen. Het was een lastige positie.
Z(j zeide, dat z|j hem dadelijk herkende, toen
hjj in de zaal kwam, en wist dat hij bij haar
zou komen. Neemjjlaate, zeide zjj en laat
-km-j -«raten.
'wain wist
He ma a rd Ledeboer, de bekende h
groot wild, erfpacht, r van het jamt
ienau en mede-eigenaar van het kc
land Wadoeng West (Banjoewangi), naar
Oost-Afrika gegaan om daar te jagen.
Dezer dagen is in Indië ontvangen een
iets gevaarlijke*,
iepen bijna
Den storm?.... o ja, dien storm, ant
woordde Twain, die nooit een storm meege
maakt had.
Zoo ging het verder en de dame kwam met
herineringen over een „Mary”, over een
„George zonder dat Mark Twain iets andere
Itg,
wel een tamelijke In
heeft ook da slapende in behoorlijke hoeveel
heid noodig. Brandt er du* in de slaapka
mer licht, dan wordt men daardoo- berooid
van een groot deel levenslust.
Parijs, „Radio Parts”, 17Ml M.
12 50 Concert door bet orkest Gayina.
6.05 Concert. 8A0 Galaconcort.
Khnigswusterfaausen, 1300 M.
8.50 Knut Hamsun-avond. Voorlezing uit
zijn werken. 9.50 lm WaMe, «ymphonie voor
poot orkest op. 153 no. 8, Raff. Daarna
nieuws ber.
Brussel 486 1. en Antwerpen, 265 M.
8.35 Concert. Werken v. Belgische com
ponisten. 9.20 Militaire marschen.
Minster. 410 M
1.852.50 Concert. 4.10 Sprookjes vertel
len. 5.506.20 lezingen 7.00- 8.00 Werken
v. Mozart. 8.20 Ijzing. 8.5010.20 Rudyard
Klpling-avond 10.20 Zitherconcert. 11.06
Cabaret.
Van de maatmachlne zijn het veelal d<
vlijmscherpe messen die de ongevallen ver
oorzaken, dikwijl» reeds voordat het eigen
Hjke maaien begonnen ia, doordat zjj on
achtzaam on zolder of dorschvloer opgebor
gen aanleiding geven tot verwondingen
bi. het verzetten of te voorschijn halen.
Het verdient daarom aanbeveling, dat de
messen zoolang zij niet in de machine ge
bruikt worden, steeds beveiligd zjjn door
een eenvoudige houten schede, zooals die in
den handel voor f 0.40 of f 0.60 verkrijg
baar zijn.
Een dergeljjke echee le kan ook zoolang le
machine buiten gebruik is of langs den weg
wordt vervoerd, dienst do^n ter beveiliging
tegen de scherpe punten van den vingerbalk.
Ook tijdens net maaien blijft het mes het
gevaarlijke deel van de machine. ïn de ..Me-
dedeelingen" van de Centrale Landbouw-On-
derlinge en de Tuinbouw Onderlinge werden
eenigsn tijd geleden twee rnstige ongeval
len b|j het machine maaien beschreven wel
ke veroorzaakt waren doordat de maaier,
toen het mes stopte, dit ging schoonmaken
zonder de machine uit ’t werk te stellen.
Doordat de paarden onverwachts aantrekken,
werd In het eene geval de top van den pink
afge*n«-den en was In het andere geval een
diepe snijwon.le in het onderbeen het gevolg,
waardoor amputatie van het geheele been
noodzakelijk werd.
Uit deze ongevallen kan de les worden
getrokken, dat bfj federe werkzaamheid aan
net mes. dit uit het werk moet worden gezet.
Aangezien ook dan no? de scherpe pnrven
van den vingerbalk een gevaar bljjven vor
men. zouden wij er aan toe willen voegen:
bljjft zooveel mogclijk aeht'r me» en vtnger-
baUt. Alleeen op deze wijze beveiligt men zich
afdoende tegen ernstige ongevallen als bo
ven vermeld.
KAPIT AUSTEN HAAT.
In „De Liberale Wegwijzer” vinden wij het
volgende pappige stukje:
In den laatsten tijd hoort m*n de commu
nisten meer en meer verkondigen, dat ze de
kinderen znllen leeren haten, De proletari
sche jeugd moet weten wat haar te kort ge
daan wordt, en de kinderen moeten oppoden
In gloeienden brandenden haat tegen tllea
wat niet-commnwist is.
Als proeve geef ik een le«je uit een lees
boekje voer de proletarische Jeugd. Het boek
je hees: Liesje's Rem Verder is in bewerking
De Roode Hendrik. En ook ,.De kinderen van
den ouden Anarchist.”
Hier volgt lesje 4 Hz. 12 uit Liesje’s Bom:
IJes-je is stout. Zij heeft met een bom van
haar pa ge-spee|d. Kin-de ren spelen niet
met borw-men. In een bom zit dy-na-miet of
tri-no to lu d. Liee-je haar pa is com-mu-nist.
Een com-mn-nist is een braaf menseh Een
boer-rws is een wit-zuiger. Wij rui-gen met
onze mond. Men moet de boer-zwa’s ha-4en.
Liee-je haar pa haat ook. Hij haat den ar
beid. Ar-heid is vree-se-l|jk. Hjj maakt ons
ziek, als Mesje ziek la, komt de dokter. Mes
je haat den dokter. Hij is een boer-zwa.
Alle lie-ve kin-der-tjes ha-ten. Z|) b*bben
Moskou lief. In Mos kou re-gee-ren de bol-aje-
wie-kea. Een bol-aje-wiek is altijd braaf Hij
doet veel goed. Lles-je houdt veel van haar
pop en van Gom lenin. Doth I^-nin is dood.
Maar oom Trot-aki leeft noj
houdt veel van com-mu-ni
een illusie
in het laatst
A»ar brieven
tv an gen: hij
reerd te zijn
Zondag wandelde het dochtertje van den
melkelijter C. Kuperus met twee broertjes
van acht en vjjf jaar op den Wirdumerdijk
te Leeuwarden. De kinderen wilden deze
straat oversteken, juist naderde een auto,
bestuurd door Mej. A. 0. Het achtjarig
Boontje werd door de auto gegrepen en te
gen den grond geworpen. In zeer ernstigen
toestand is het knaapje bewusteloos een win
kel binnengedragen, waar «en hersenschud
ding geconstateerd werd. Het kind Is des
avonds nog overleden. De politie heeft dade
lijk de remmen van de aut» laten onderzoe
ken, welke geheel ia orde b’eken te zjjn.
WINDHOOS.
Gistermorgen te ongevee» half negen stak
er te Ede plotseling een sterke windhoos op,
welke gevolgd werd door nweer, een vrfj
hevigea slagregen en een hagelbui.
De hoos richtte nog al groote schade aan.
Tal van bootsen werden ontworteld; yrjj
dikke Mammen knapten als 't ware als riet
jes af.
Ook op de straatweg naar Arnhem werd
door de hoos danig huls gehouden. Eenige
ontwortelde boomen versperden geruimen
tjjd het verkeer aldaar.
te den weg naar Otterloo viel een zeer
zware boomtak op den auto van den heer
A. Rijks, uit Rotterdam, die daar juist pas
seerde. Gelukkig kwam de heer R. er zon
der verwondingen af.
Er ie veel sehade aan het te velde staande
gewas toegebracht.
VERDUISTERING.
Eenigen tjjd geleden nam een groot» fir
ma op de Rozengracht te Amsterdam een
man aan om bedragen te innen. Deze man
was een paar weken tevoren gefailleerd en
werd achtervolgd door schnldeischerz. Hy
kwam er toe met gelden, die b|j voor de be
wuste firma geïncasseerd had zjjn tchuld-
•isebert te betalen en stopte zoodoende het
•ene gat met het andere Het eind was, dat
h|j zich zelf bü de politie aanmeldde. Het
verduisterde bedrag beloopt ongeveer f 1000.
EEN REUZEN ZOEKLICHT.
Een passagier reizend van San Francisco
naar Japan zou dezen zomer, staande op het
achterdek van een trans atlantische Oceaan-
stoomer zijn courant kunnen lezen b|j .iet
Bobt, dat nitgeworpen wordt door het gel
dige zoeklicht der Centennial Seeqni de
wereldtentoonstelling te Philadelphia.
Indien tenminste de rondheid der
zulks niet verhinderde.
Een lichtstraal sterk genoeg om die af
stand eenigen tfjd in recht* l(jn te verüehten
zal schijnen van tost grootste zoeklicht ter
wereld, dat geplaatst te op het ten toons teL
Kngsterrein.
Aangezien echter de aarde rond te kan het
zoeklicht slechts” een plek der aarde be
reiken, dat gelegen te op 106 K. M. afstand
van de licht-ooraprong.
Een billioen, tweehonderd achttien mlllioen
kaarssterkte zullen van dezen 52 M. hoogen
lichttoren uitstralen, hetgeen door den aan
legger sterkrr wordt geoordeeld dan Wet licht
vermogen van sommige sterren.
Het is eenige millioenen maal sterker daa
bet koplicbt van e«n automobiel.
De kosten van het zoeklicht fn werking
bedragen 12 dollar per mfnuut.
DE GEVAREN BIJ DEN LANDBOUW.
Al* de hooitijd weer gaat beginnen, ds tjjd
die voor den boer de grootste bedrjjfsdrukte
medebrengt, is het weaschrljjk te wyzen op
eenige oorzaken van de, in dien tqd zoo
veelvuldig voorkomend* ongevallen.
had weten te antwoorden dan: Dat herin
ner ik mij.
En herinnert u zich dat kind, hoe noem
de u het ook weer?
Mark Twain wist wiet, of het kind een jon
gen of een meisje was, en noemde du* een
naam. die voor beide geslachten paste:
Franete.
Maar er was nog een kind, dat ik niet
gekend heb. Hoe heette dat ook weer?
Mark Twain hoorde, dat zij het kind niet
kende en waagde daarom een naam te noe
men: Henry.
De dame begon na te denken.
Ér is mjj iet» niet recht duidelijk, zeide
zij. want als ik mij goed herinner, noem le
men het in den familiekring van het kind al
tijd Elisabeth.
Twain bemerkte, dat hij zich met geen her
inneringen kon inlaten, die hjj niet had en
nam afscheid van de dame.
De dame lachte. Ik ken u in het geheel
niet, zei ze maar ik bemerkte dat u mij
on ier een val»ch voorwendsel aangesproken
had en.... wilde u daarvoor straffen.
voor de meubelyervaardiging, M en ge- WOrdt eerst gevaarlijk afe bil nief MM
vhjdifen kam of douMijk gewaad ia.
Natuurlijk te er geen regef zonder ui&
zondering Toeft, ondanks dl« mftucll
ting voor den tijger, zóó zuiver gemeend,
dat hii een aangeschoten tijger, die dft
y ««df* hofen en grotten
in de buurt van Pafakoemboeh, op hat»
den en voeton nakroop, het geweer nvotf
sleepend, tot ie het doodeiijk schot kon
plaatsen, was deze jacht voor hem hel
aantrekkelijkst
Een tijger is slim, voorzichtig: fti
streken van Sumatra, waar veel op hem
wordt gejaagd, bijv, de doesoens, komt
hii wiis door routine, niet meer terug
bn het achter{fetaten aas- Zoo had d«
jacht on hem iets fascineerends.
Ledeboer kende de taaf van het woud,
het leven in de ruige geheimenis en hii
las de historie van den dag op de paden
waarlangs bet gedierte zich beweegt
na^r jachtveld of bron, uit de geluiden
hoorde hij, wie er op het pad wtaren«
Het zenuwachtig geluid der eekhoorns,
de kakelend wegvliegende bo«chkip, dp
met blaffend gerucht vluchtende kidang
en vooral: de luidruchtig-iangstige apen,
zii leeren dat de sch'rik vtan hef woud»
de gestreepte Dood, rondsluipt, onhoor
baar en zelfs in het donker een takfe
op z’n weg vermijdend.
Maar vooral leefde Ledeboer op, toen
hii begon te vertellen van olifant en rhb>
noceros opvSumatra Hii nam op deze
jacht niet stelling ni een boom, tenzif dit
voor het werk noodig was, doch nooit
voor eigen veiligheid. Zoo trad hi< den
olifant tegemoet, met vast vertrouwietf
op het nlmmerfaleod schot.
De olifant reageert niet op geluid
hii maakt zelf te veel lawaai in het
bosch doch op reuk. Niemand weet
wat het is met den reuk vpn den mensen
en het is misschien ook niet erg vleiend
voor ons, maar er Is «een monster fn
het bosch óf jungle, ot het wórdt aar>
gegrepen door een vreemden angst alg
net den reuk van den mensch waar*
neemt. Is het een waarschuwend
stinct, dat hier hef grootste gevaar
dert, bedreigen kan, of iets anders?
zijn uitzonderingeneen kwaadaardige
rhinoceros ot olifant die attaqueert, ooto
al is hii niet aangeschoten, maar als read
neemt alles de vlucht en er zijn voor*
beelden uit de groote jacht, dat een oB-
fant dagen achtereen voortliep, als ie detf
mensch had geroken.
Maar als hii aanvalt,,. Bij dit verhaal
sprong Ledeboer op en zef„De breed*
kop, daarna de ncusachtige, wijd uit
staande ooreu, de recht vooruitgestoken
slurf., een breede massa, die op f<
toeschiet Dan spring je op *t laatste
moment op zii en plaatst Ie kogel in di
hersens, achter het oog/’ l
Men moet dan wèl een zeker arfiot
hebben, mi liet me het geraamte van
een kop rlen, waarin de nolle voor do
hersenen, ongeveer de grootte van wel
klapper. En dan- In die voorbil vHerend*
geweldige massa, bet doodend schot t<
zetten in deze kleine ruimte,., dit i<
wei bet echte jagerwerk. i
Hii heeft eens In de buurt van Kotg
Agoeng dagen achtereen bet spoor van
een vluchtenden olifant gevolgd, zonder
eenig ander voedsel dan de kern van
een bepaalde rotansooit slechts te eten
voor hem, die in hoogsten nood is,
Maar, hoewel uitgepunt van ont
bering, schoot hii hem.
Toen heeft hij getracht het minst
harde stuk van het dier: de tong, te
koken wor voedsel, doft dit was na
12 uur nog even hard als in den aai*
vang, volmaakt oneetbaar. Dan de tang*
tocht door de wildernis terug met de
slagtanden-
Hii was zich volkomen bewust von
het gevaar dezer (acht: eenmaal in den
aanval, vechten olifant en rhinoceros tot
het bitter eind en zii «chiefen heen en
weer met bijna ongelooflijke snelheidi
tot ze den vijand verpletterd hebben.
Zoo zag Ledeboer op Sumatra een on-
Lant staan bij het li|k van een Maletecheo
jager en de kolossus was langer dan
een kwartier bezig met het in den grond
wrijven, onder zijn zware poolen van
het vermorzelde lichaam van ziln slaeht-
ofter.
De rihonceros is nog iets g
Ledeboer en een Maïeier H<
tegen zoo’n monster op, dat i_
in Sumatra een weg baande in een dlcht-
begroeiden poel- De Maleier vloog als
een kat in een sliert Pianea, werkte zi<hi
in doodsangst wat naar boven, terwijl
de neushoorn tevergeefs met den gnir-
w el ijken bek naar hem beet Op het
zelfde moment vtei Ledeboer’s schot en
terwijl de rhinoceros neerstortte, tui
melde de MaleMri die zóó vermoeid
was, dat hii zich aiet langer kon hand
haven in z’n vreemde positie, op het
stervende dier.
De jacht in Afrika w
voor Ledeboer, en hii
van 1925 heengegaan, fll
zijn in Indiê van hetw 1
scheen ietwat gedesitfusio-
en sommige dingen wezen er op, dat
hii spoedig zou terug keeren. Hii klaag
de er over, dat ook daar het terrein
was afgejaagd en dat men vrijwel geen
groote olifanten meer zag- f
Vermoedelijk beeft hii er nog wei tin
telegram van den consul te Mombosa' ontmoet en toen is daar het drama af-
«espeeld, dat,, op z’n kortst saamgew
ons is meegedeeld: „Kifled by efephat.
Eigenlijk zou hij moeten rosten op
den koninklijken Jang, den Godenberg
waar bij leefde als een heerscher. Doch
wefGcht is het zóó maar beter, hii rust
vermoedelijk op de plek, waar hij. na
honderden victories, voor het eerst de
groote fout maakte. Men weet bet niet
hoe dit ring en zal het verm<j«k<iik
nooit wefen, maar hi1 ligt dan op hef
terrein der groote jacht, waarvan hit
in Indië kontng was. Indtf- kent meer
onverschrokken jagers, die tijger en on-
fant zoeken in hun schuilplaats. Maar
allen zulten ongetwijfeld v*n Ledeboer
erkennen: Hii
H H WAARD Collecte. De
ZeerEerw. Heer J. Dulmel heeft al
hier voor zijn nieuwe H. Sacramentskerk
in Den Haae t 325.0 gecolTecteerd
ZWAAO. .„Bangerten Omstreken
Met de aardbeient?elt begint het af te
loepen. De aanvoeren worden gaande
weg minder, de prijzen bleven *oet,
doch waren steeds zeer schommelend.
Zwarte bessen werden de afgel w*e.*
heel wat aangevoerd. Waren ze begin
der week ruim 80 cent per kilogram,
vermoedelijk door het warmt weer,
waardoor de verzendine riskanter wordt,
daalde de prijs tot 70 cent per kilogram,
i Deze prijs is echter nog bevredigend te
noemen. Roode bessen worden steeds
meer aangeboden. Was de prijs in het
begin der week zeer goed- in ’t laatst
is hij wat aan het dalen gegaan. [>ez>e
week worden de veilingen \an roode
bessen voor de fabrieken gehouden en
’t is maar te hopen, dat deze flink wat
zullen kunnen afnemen dan zal de prijs
zteto wel Spoedig hersteken. Tomaten
weiden ook heel wat aangevoerd, de
prijs blijft 'zeer goed, doch is steeds
trfugloopend. Sla- en snijboonen blii-
VBh zeer goed in prijs, doch een spoe
dige daling is wei te verwac! ten. daar
de artikelen spoedig van den kouden
grond zulten komen. Deze week liepen
de prijzen om de 30 cent per pond.
Kruisbessen worden in rijpen toestand
ook heel wat aangeboden- L>rt vindt
zijn oorzaak wel hierin- dat ze nage
noeg ook slechts een laag prijsje op
brachten. De meeste marktdagen komen
er dan nu ook wel wat veel en ze gaan
zoodoende soms voor een prikje van
de hand. Van aardapp- len was de prijs
afreloonen v-_1
loonena te noemen, eveneens
doppers en tuinbonnen. Ooede
\Ooi bracht redelijke prijzen op.
Hilversum, 1050 M.
12.00 Politieber. 5.00—7.00 V oravonJ-
ooncert door het H. D. O.-orkazt. 7.00 Poii-
tieber 7J07.45 Lezing: Het zwermen der
bijen in verband met bet ongunstige voor
jaar, door <len heer J. de Meza van lea NL
•netand MoUona, Santpoort. 7 45 en 10.00
Pensber. 8.15 Kuriiane-uitzem"
eoncert, L vaa Prof. G. Sc
list: Josef Wolfsthal, viool. 1. Hkadeldtegeri
Concerto groeeo no. 1 B-dur op. 8 (Allegro-
Grsve-Mo-lerato). 2. Svendsen: Zorahayda
Legende. 8. Mouasorgeky: Une nuit or
Mon'chauve. Fantasie voor orkest. Pauze.
4. Mos. t: Ouverture ZauberflOte. 5. Mo
zart: Vioolconcert \-Jur (allegro apart»,
Adagio, Tempi di men uetto), J. Wolf* tb al.
Daveotry, 1600 M.
11.201.20 Het razbokwartet en soifcten
(contra alt, tenor, viool). 1.20—2.20 Muziek
van restaurant Frascati. 4.20 Causerie: Out
of door*. 4.35 Orkeetconeert. 5.35 Kinder-
uurtje. 6.20 Lichte muziek. 7.20 Tijdsein
Big Ben, weerber., nieuws. 7.45 Pianocompo
sities van Bach. 8.00 Muziek. 820 Tosessn-
eobe liedjes met guitaarbegel. De Lon.ion
dansband. 8.50 Concert. Pier revel* of 1926,
van het Pier Paviljoen Eastbourne. Orkest
en solisten. 9.50 Weerber., nieuw*. 10.25
Walsen door de London dansband. 10.40
„TTie long day closes concert. ll.Xk—12.26
Dansmuziek.
HET HUISRAAD IN VROEGER TIJD.
Wanneer men vergelijkingen gaat maken
tusseben huizen van „vroeger" en buizen van
„nu” dan moet men tot de conclusie komen,
dat niet zoozeer het uiterljjk, als wel het in
wendige van onze woningen zich met de
eeuwen heeft gewijzigd, en vooral meubilee-
ring en verdere inrichting belangrijk Veran
derd is. De huizen der Mi.ldeleeuwsche ste
delingen, de poorters, zagen er naar moder
ne opvattingen, armzalig uit, wat hun inrich
ting betrof. En in de buret ten der ridder*
wae het .niet veel beter gesteld. De gewoon
ten en behoeften der middeleeuwers waren
primitief, het woord „comfort” stond niet in
hnn woordenboek, en dit was goed merk
baar In hun binnenkamers. Wat had men in
de oude b|jna ontoegankelijke ridderburch
ten, met hun dikke muren en diepe maur-
nisseo moéten beginnen met tafeltjes en
stoeltjes, met kasten en kastjes, divans, so
fa’s e.d.? Men bad er, zonderling moge het
klinken, geen plaats voor. Want ook het
kleinste slot, moest, behalve de bewoners en
hun familie, 'n stoet van dienaren en veel
krijgsvolk herbergen. Voorraad en wapen
kamers namen de voornaamste ruimte in
beslag, evenals ds vertrekken, voor het
dienstpersoneel bestemd. Wanneer de ridder
en zjjn edele vrouwe er slechts een muur
kast, een bed, een stoel en een kleerenkast
op na hielden waren ze reeds tevreden. De
tafels waren opgeslagen, wanneer men ze
noodig had, en na afloop der maaltijden borg
men schragen en planken weer weg. De
groote open haarden, met hout gestookt,
dienden ter verwarming d ?r vertreltken en
In de huurt van het vuur stonden wat ze
tel* en banken losweg neergezet. Stormde
het buiten, dan sloot men de deuren en luiken
sn zat men vrijwel in dnieU-rni* De schaar-
sche venster* lieten weinig licht en lucht
binnen. Men vreesde het aanbrengen van
vele ramen, omdat deze, In geval van bele
gering, een gevaarlek mikpunt vormden. De
meeste keken uit op de binnenplaats van het
slot Ze hadden ruiten van gevernist perka-
mentpapier of dus hoorn en menigmaal moest
ook een lichtkleurige lap het licht filtreeren.
Geen wonder, dat de kamera daardoor vrjjwel
steeds In schemering lagen. De groote zaal
was nog het best gemeubileerd van den gan-
schen bnrcht. Daar vond m*n vaak eep vloer,
belegd met marmerplaten of met gekleurde
steenen, langs de wanden en in de diepe
mnnrnissen stonden lange, doorloopende
banken, en op de eere-zetels, voor gasten be
stemd, lag een „phimit”, een kussen. Wa-
peneehiMen en tapijten, de bekende en be
roemde gobelins, sierden de muren. In de
ketnenade zaten de edelvrouwe, haaj dochter*
en maagden jaar en dag over dergelfjke go
belins gebogen, die zij stuk voor stuk eigen
handig bewerkten, totdat groote jachttafe-
reelen aliegoriFn of siermotieven op de ta
pijten waren ontstaan. Vaak duurde het een
heel vrouwenleven voor en aleer sulk een
gobelin gereed was. In de middeleeuwen dacht
men er niet aan, om het weinige licht, dat de
huizen binnenviel, nog te temperen door gor
dijnen. En ook in de onmiddelljjk daarop
volgende eeuwen wa* het gordijn een vrij
wel onbekend artikel, ofschoon ben hier en
daar toch wel begon om gordfnen voor de
bedden te hangen. In de 16e eeuw gold een
klaptafeltje, aan een ledikant bevestigd voor
een gewekiiige moderniteit en een ander
snufje uit die dagen, dat de huismoeders, die
het bezaten, met jaleozie vervulde, was een
venster van hel-gekleurd glas-in-k>od. dat op
scharnieren kon draaien. De ledikanten,
aanvankelijk van een niet meer te vereen
voudigen eenvoud, werden langzamerhand
ook sierl|jker gemaakt, met behulp vaa,
vaak verguld houtsnijwerk en beschildering.
Het ledikant placht op vier klossen te staan;
het bed en de kussen» waren met leer be
kleed. De huisvrouw maaxte deze ietwat
stugge matrassen zoo behageljjk mogeiyk met
behulp van grove, zelfgesponnen linnen la
kens sn gestikte deken*. Een klein kussentje
met eider- of adelaarsdona gevuld onder
steunde het hoofd en met dal fijne dons vulde
then, vooral in Duitsche landen, ook de met
zijde overtrokken dekbedden, die in den
winter nog aangevuld werden met dekena
van bont. Gewoonljjk maaktea het. ledikant,
een zitbank, een laag bidbankje op een ta
pijt, onder een kruisbeeldje geplaatst, en een
kleerenkast bet gansche slaapkamermeubilair
uit. In deze kisten borg men zoowel onder
ste bovengoed; de jonge meisjes bewaarden
er het hagelwitte zelfgesponnen linnen, de
zelf-gekk>ste kanten en de fijne borduursel*
voor haar uitzet; de jonga ridder* pakten
in de kist hun galakleed, dat *e op de hof
feesten droegen, de met juweelen beslikte
handschoenen, hun door een edele dame ver
eerd, en hun gouden munten. De kisten wa
ren vaak prachtig bewerkt, droegen soms
het monogram des eigenaars en het jaartal.
ZQ vervingen kasten en laden.
Zeer geleidelijk begon de huisinrichting
weelderiger te worden. Kletdjj en eten wa
ren ten deze voorgegaan; het kwam voor,
dat prachtig geklcede dames en heeren der
vroegere Renaissance nog zaten óp ruwe,
dunkergeverfde stoelen en dat z(j sliepen op
lompe, harde bedden. De 15e en 16e eeuw
gingen zoetjes aan andere eischen stellen;
men begon fraaie houtsoorten te combincc-
ren i
bruikte de kostelijke brokaten ate ovei“rek'cn
sierlijke meubeltjes deden hun intocht in de
deftige binnenkamer*. De met zijde en satijn
bekleede meubelen, diepgeplooide en gebor
duurde gordijnen, kristallen lichtkronen en
fjjnporceleinen serviezen. ‘Jok in de huiska
mers der brave burgers trof men uurwerken
aan, gesteund door zuilen val albast of
schildpad, hooge en sierlijke kandelabers,
fraaie metalen drinkkannen, in leder gebon
den boeken en kostelijke uitheemsche tapij
ten. Wie zich of de zijnen wilde doen ver
eeuwigen, liet een miniatuur van zich ma
ken. En zoo naderde de woninginrichting
langzaam maar zeker de onze, zjj het dan,
dat de allermodernste interieurs zich weer
trachten te ontdoen van de al te gevulde
kamers en de allermodernste binnennuis-ar-
ehitectuur pogingen aanwendt om terug te
voor de dagen
(Br. OosWkfrika), (htf vroegere Dkiit-
sche gebiert). meldend, dat de he»r Le
deboer op jacht door een olifant is
gedood.
Z(entgraafT) herdenkt hem in het
Soer.. Hbl, en vertelt van een onder
houd, dat hii eens met den jager had.
Ledeboer was in de eerste plaats tiL
gerjager, hoeWel hii in z’n hart de
echte jagers zullen dit met hem een»
zijn dit. niet de echte jacht noemde.
De groote jacht was voor hem die
olifant en rhinoceros, wlaartoe hii in
de meest afgelegen streken van Sums*
tra tot het hart van Atjeh doortrok.
De tijger is taf, zei L„ hii vlucht
altijd, ook als hij is aangescheten en
keeren tot den eenvoud van
van Barok- en Rococo-tjjd..
SLAPEN BIJ LICHT
Vele menschen hebben de gewoonte te sla
pen bjj licht. Zjj meen en bjj lamplicht beter
te rusten en vinden het ook bepaald nood
zakelijk, direct bjj het ontwaken om zich heen
te kunnen zien. Het is daarom wel noodig,
er eens op te wjjzen, dat het slapen bjj licht
zeer nadeelig is voor de gezondheid.
Vooreerst heeft het licht een ongun„igen
invloed op de zenuwen; Terwjj] het duis«er
de zenuwen tot rust brengt Er kan daarom
reeds met beslistheid gezegd worden, dat al
leen zonder licht de beste slaap mogelijk te.
Wel meenen zjj, die bjj licht slapen, dat zf]
in het donker niet goed slapen, doch dat Is
slochts verbeelding. Zjj moeten maar eens
ernstig probeeren zonder licht te slapen
zullen Jan spoedig bemerken, dat dit uitste
kend gaat. Ja, zjj zullen ondervinden, dat zjj.
nu zjj zich aan het donker gewend hebben,
ni.-t meer met licht kunnen slapen.
Zjj echter, die het donker van den nacht
vreezen, door een angstgevoel overvallen
worden en zonder licht geen oog dicht doen,
Ijjtlen bepaald aan zenuwziekte en moeten er
Bever op bedacht zjjn, door de natuurlijke
geneeswijze hun gezondheid te herwinnen,
dan door het slapen, want er moet wel aan
gedacht worden, dat slapen bjj licht niet al
leen de zenuwen verstoort, maar ook een
sterken invloed beeft op den heden gezond
heidstoestand.
Zooals bekend fa, verbruikt bet licht
electrisch licht uitgezonderd zuurstof en
loeveelheid. Deze zuurstof