I
„ONSBLAD’»
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. Telefoon:
brieven uit frankrijk.
Ne. 170.
Deederdag ft* Jell Iftftft.
«Oe Jaarlaag
i
FEUILLETON.
EEN OFFER.
i
BUITENLAND.
Mwertentioprijsi
Vm l-J regels 1.25: elke regel meer f 0.2fe tedta»
per regel f 0.75; Rubriek „Vraag ca unbotf* b| vat
uitbetaling per plaatsing t 0.60.
f 400,—, f 200,—, f 1OO,—f 60,—, f 36,—, t 18?
UIT DE PERS.
Verklezings-Reclame.
Abonnemontaprijci
tar kwtnaal voor Alkmaar «- i Tj i x—
1
POSTGIRO 104863.
POSTGIRO 104861
NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD
a
elyke bevoegdheid voor
Mr. P. v. 8.
en
j
schokt syn en meenen, dat de verwerping,
door Amerika, van de uitn<
Volkenbond tot de conferentie in
geen invloed lal hebben op de
ADNMMSTlUTa Nat 489
MDACTW NO. «99
-
66.
„Maar, mijn God, wat xijn dit alle toch
▼oor onzinnige gedachten!” riep zjj plotse
ling luid uit, evenals wilde zjj door den klank
barer stem de kobolden verjagen.
gevoerd, en terwijl hij hier plot-
beide handen greep, zeide hij iif
waljjk onderdrukte heftige opwinding:
HERRIOT’S REGEERINGSVERKLARING.
Slecht» een derde der Kamer
applaadiseert.
Gietemamiddag is de Fransche Kamer
weer bijeengekomen. Onder doodsche stilte
hoorde de Kamer de regeeringsverklaring
van Herriot aan.
Toen Herriot geëindigd had, werd hij
slechts door een derde gedeelte van de Ka
mer toegejuicht.
Er hadden geen demonstraties plaats.
Herriot vraagt in lijn regeeringsverklaring
geen algemeene volmacht. Hjj verklaarde,
dat Frankrijk in staat-is de oorlogsschulden
te betalen, doch het land moet onafhankelijk
blijven.
Hoe aal de toestand over een tiental da
gen zjjn, als wij uit Lourdes zijn terugge
keerd, waarheen wij de Ned. bedevaart ho
pen te vergezellen.
Parijs, 20 Juli 1926.
om mij alles te leggen. Wat gééf ik er om,
of wij met ons gefluister aan den anderen
reden tot aanstoot geven? Ik smeek je, ver
tel me terstond wat je bedrukt."
„Hier, te midden van deze drukte en in
een bestendigen vrees, van door den een of
anderen onverschilligen persoon onderbro
ken te worden? Neen, Isa, dat is onmogelijk.
En daarenboven zou ik liever niet willen,
dat hier zoo inderhaast de beslissing over
mjjn toekomst viel.”
,J)e beslissing over jou toekomst, Heil-
muth?” hertaalde zij verwonderd. „Hos
moet ik dat verstaan en wie is het, die haar
geven moet?” Het klinkt half en half, alsof
zij bij mij lag?”
„Bij jou alleen, Isa. Ik mag mijn geluk niet
met een bedrog koopen, en aan een bedrog
heb ik mij schuldig gemaakt, toen ik ver
zweeg, wat ik als man van eer nooit had
moeten verzwijgen. Zooals de zaken voor
eenige dagen stonden, was ik wellicht nog
te verontschuldigen, maar wat inmiddels ge
schiedt is, dwingt mij gebiedend onverbid
delijk en zoo mogelijk onverwijld te spreken.
Maar hier is het ónmogelijk, waar de tegen
woordigheid van anderen mij het woord in
de keel verstikt.”
Met vorschenden ernst doch zonder wan
trouwen hing Isa’e blik aan zijn mannelijk
schoon gelaat, en terwijl zjj haar arm zacht
om zijn hals legde, ten einde zijn hoofd een
weinig naar zich toe te buigen,, zeidst sü vol
XVII.
HET AFSCHEID DER VRIENDEN.
Nog dien avond kwam eindelijk do kapi
tein, doch zijn bezoek bracht Isa niet de za
ligheid, welke zjj zich daarvan had voorgc-
steld.
Reeds het voorkomen van den geliefde
had haar doen schrikken en bezorgde haar
een ongerustheid, die haar niet meer wilde
verlaten, ofschoon Nordenholz op hare be
zorgde vragen steeds weder verzekerde, dat
hij zich volkomen wel bevond. Hij was dan
ook inderdaad gedurende deze tweedaagsche
scheiding in het oog loopend veranderd.
Zijne gelaatstrekken hadden bun frischheid
verloren, zijn oogen blikten dof en waren
met zwarte randen omgeven, evenals na
slapelooze nachten. Ook sprak hjj weinig en
zeer verstrooid te midden van het vroolijk
gezelschap, dat zich weder bijna iederen
avond, in het gastvrije huis had verzameld.
Reeds den volgenden dag zou Kurt Von
Hedujoudt zijn oefeningsreis aanvaarden, en
g - 11
dat spoedig nadat die bijeenkomst afgeloo-
pen is, de volkeren elk voor zich weldra hun
instemming met de toetreding van Amerika
bekend zullen maken.
DE BELGISCHE FINANCIEELS CRISIS.
Mgr. van Roey, aartsbisschop van Meche
len, heeft ter gelegenheid van den Belgischen
Nationalen feestdag (21 Juli), in een herder
lijken bripf, de geloovigen aangespoord tot
het volbrengen, in dezen tijd van ©economi
sche en financieele crisis, van hun vader-
landschen plicht. Hij waarschuwt allen tegen
de gevolgen van een gemis aan kalmte en
koelbloedigheid welke zich uit in het zich
ontdoen, op welke wijze dan ook, van Bel
gische waarden en Belgisch geld. De plicht
van het oogenblik gebiedt: solidariteit, ar
beid, vooruitzicht en spaarzaamheid. Ten
einde de bescherming van de Voorzienigheid
af te smeeken zullen de priesters, tot 13
Augustus, tjjdens de Heilige Mis, het „Pro
congregations et familia” bidden.
DE BUITENLANDSCHE POLITIEK IN
POLEN.
Gistermorgen heeft de Poolsche minister
van buitenlandsche zaken Zalesky in de com
missie voor buitenlandsche aangelegenheden
een uiteenzetting gegeven van de buiten-
landscbe politiek van Polen. Hij verklaarde,
dat alle- berichten die den laatsten tijd over
agressieve plannen van Polen den ronde heb
ben gedaan, in strijd zijn met de waaqbe*d.
Zalesky kondigde aan, dat hij in overleg
met den minister van oorlog Pilsoedsky bin
nenkort de militaire attaché’s in het buiten
land zal terugroepen.
De positie die Polen in het economische
leven van Europa inneemt, eischt dat Polen
een permanenten zetel in den Raad van den
Volkenbond bezit.
Zalesky sprak vervolgens over de verhou
ding tusschen Polen en Duitschland. Hjj con
stateerde in de eerste plaats, dat de belangen
van beide landen reeds door hun geografi
sche ligging nauw salnengaan.
In de verhouding tusschen Polen en Sovjet
Rusland is een belangrijke ontspanning tot
stand gekomen.
Aan het slot van zjjn rede sprak de minis
ter van buitenlandsche zaken over de vre-
des-verdragen in het Oosten. Polen volgt met
groote belangstelling de onderhandelingen,.
die tusschen Sovjet Rusland en de Randsta
ten worden gevoerd.
Zalesky betoogde, dat Polen de zelfstan
digheid van de Baltische staten respecteert.
Over de betrekkingen van Polen tot Li-
thauen verklaarde hjj, dat Polen steeds be
reid is normale betrekkingen met Lithanen
aan te knoopen. Met de Kleine Entente zal
Polen, ook in de toekomst, vriendschappelij
ke betrekkingen houden.
DE AMERIKAANSCHE MARINE.
De minister van marine der V. S. Wilbur,
die p ode marinewerf te Philadelphia een
gedenkteeken onthulde ter herdenking van
net honderdvjjftigjarig bestaan van de Ame-
rikaansche marine, gaf uiting aan de hoop,
dat de marine zich in de volgende jaren
krachtig zal ontwikkelen. In vredestijd, zoo
zeide de minister, moet er meer geëxperimen
teerd worden, want in oorlogstijd wordt al
het gebruikte op de proef gesteld.
NAAR NORMALE TOESTANDEN
IN GRIEKENLAND.
De vrijlating der naar bet eiland Nazns
verbannen voormalige Grieksche minister
presidenten en andere politici werd gisteren
bevolen.
De huidige minister-president Eutaxias ver
klaarde, dat de gedeporteerden verlof zullen
krijgen Zaterdag naar Athene terug te kee-
ren.
Ook de vervolging tegen Papanastasioe ia
ingetrokken.
kant, omdat h.i. de veiligheid van België
niet voldoende zou zjjn verzekerd.
Waarmede wij maar willen zeggen, dat,
óók naar het oordeel der Belgische sociaal
democraten, Nederland niet kin en niet mag
ontwapenen. Met ons zijn de heeren Van der
Velde c.8. van meening, dat ontwapening
alléén mogelijk ie, wanneer daartoe gelijk
tijdig en wederkeerig door een voldoend
kantal aan elkaar-grentende mogendheden
wordt besloten.
Het propaganda-brochuurtje van de hee
ren Kleerekoper ca. is jan ook niet de ver
dediging van een ernstig voorstel, maar een
stukje verklezings-reclame.
innige teederheid: „Heeft je verschrikkelijk
geheim dan werkelijk iets met onzo liefde
te maken, Hellruuth? Gaf je me soms een
hart, dat je niet meer toebehoorde?"
„Isa!” riep hjj bijna heftig* doch nog eer
hij kon voortgaan, sloot Isa’s poezele hand
hem de lippen.
„Genoeg!” fluisterde zjj. „Ik wil niets
meer hooren, niets, niets, wat het ook zijn
moge, dat ge me openburen wilt. Je hebt
me nog lief, niet waar? En je wilt me toch,
hoop ik, niet van je stooten? Wat kan er
daarbij nog beteekenis genoeg hebben, om
ons midden in ons gehik met kommer en
zorg te vervullen?”
„Je bent nu eenmaal vol blind vertrou
wen Isa, doch het ware erbarmeljjk, wan
neer’ ik dit vertrouwen wilde misbruiken. Ik
heb je vergiffenis te vragen voor iets, wat ik
onder den druk van,vreeseljjke omstandig
heden gedaan heb
„Zjj is u verleend, ook .zonder dat ik bet
weet Want slechts twee zaken zjjn er, die
Ik niet zou kunnen vergeven! trouwbreuk,
en de ontdekking dat het leugen was, toen
je me over je liefde spraakt Voor al het
andere verleen ik gaarne een generaal par
don, want ik zou toch immers mjjzelven van
een kostelijke bezitting berooven, wanneer
Ik gelooven kon, dat de een of andere han
deling van mijn held werkelijk in ernst mjjn
vergiffenis behoefde. En daarmede genoog
over dit onderwerp, niet waar?”
eenige zjjner kameraden waren nu gekomen
om bij het lustig aanstoot en der glazen af
scheid van hem te nemen. Men benijdde hem
de onderscheiding, die hem te beurt was ge
vallen en wanneer de overmoedige vroolqk-
beid van den jongen officier werkelijk uit
bet hart kwam, Jan^noeet men wel geloo
ven, dat ook hjj zelf er een buitengewone
vreugde over ondervond.
Des te zondeliqger scheen het hardnekkig
stilzwijgen, dat kapitein Von -
bleef bewaren. Zjjn verloving
denroth was natuurlijk fn de
publiek geheim, en al waren voor dé* offi
cieels bekendmaking daarvan ook die ge-
lukwenschen uitgesloten, zoo ontbrak het
toch in de vrooljjke tafelstemming niet aan
meer of min bedekte toespelin
gen, die voor geen der aanwezigen onbegrij
pelijk bleven. Dat de gelukkige, jonge brui
degom, wien zelfs menigeen het op hem ge
vallen lot benijdde, ook tegenover deze goed
gemeende plagerijen in een sombere stem
ming bleef, dit werd hem eindelijk door de
goede mevrouw Haedenroth zelfs een weinig
kwaljjk genomen.
Isa zat stil en bleek naast hem, en steeds
menigvuldig er verried een trilling der mond
hoeken, dat zjj zich in het diepste harer ziel
gekrenkt en verontrust gevoelde.
Na afloop van het souper, van hetwelk
Hellmath met een diepe zucht van verlich
ting was opgeetaan, was er ten minste voor
„De Tijd" schrijft het volgende:
De sociaal-democraten zijn toch handige
kerels! Zjj zjjn er nu weer in geslaagd, een
propaganda-brochuurtje op *s Rijks kosten
te laten drukken. Het ding, dat zooeven bjj
de Landsdrukkerij van de pers is gekomen,
telt niet minder dan 28 bladzijden, en draagt
den gewichtig-officieefen naam van: „Memo
rie van Antwoord op het voorstel-Ontwape-
ningswet van den heer K. ter Laan c.s.”
„C.s.", dat z|jn de heeren Albarda, Klee-
hun godsdienstige gevoelens te kunnen
uiten. Met daartegenover 'de onteigening der
kerkelijke goederen, der Katholieke bedehui
zen, de vervolging der geestelijke orden, en
men zal begrijpen, hoe weinig recht de Pre
sident der Republiek bezat, te verklaren, dat
in Frankrijk de godsdienstige overtuiging
van een ieder wordt geëerbiedigd.
Men heeft hier ter stede met twee maren
gemeten. En het bedroevende is dat de be
langen van Rome hier steeds op de tweede
plaats komen, zoo zjj al niet geheel worden
terzjjde gesteld, terwijl men zich van officiee-
1c zjjde nimmer ontziet de nietAkatholiekon
mgt eerbetuigingen te overladen. Een
staaltje te meer L ons daarvan in de afge-
loopen week gegeven.
Een staaltje eveneens van de hopelooze
verwarring die hier nog altijd op politiek en
financieel gebied blijft heerseben.
Een nieuwe ministerieele crisis waarvan
de directe oplossing gemakkelijker is dan
het overzicht wat er ten bate van bet finan
cieel herstel uit zal voortvloeien. Dat men
huiverig was een man als Caillaux met dic
tatoriale macht te bekleeden, wekt geen ver
bazing, al zou zjjn beleid hebben geeiecht
het kabinet Briand te laten toonen, waar
toe het in staat is.
Maar dat men het opnieuw heeft aange
durfd in de hachelijke tijdsomstandigheden
alles wederom op losse schroeven te zetten,
zonder een vast plan te stellen tegenover
diens.maatregelen, werpt een zware verant
woordelijkheid op Herriot die den kat den
bel heeft aangebonden. Wat nu, vraagt men
zich af. Zullen wederoqa meerdere kabinetten
elkander moeten opvolgen, alvorens defeni-
tieve beslissingen worden genomen.
De toestand duldt geen uitstel. Het mi
nisterieele stuivertje verwisselen heeft reeds
te lang geduurd. Het pond dat de 200 frs.
heeft overschreden dreigt zijn opwaarteeben
gang voort te zeden.
Hiervan is een ieder overtuigd, dat vroeg
of laat bet parlement ten deele van zjjn rech
ten afstand zal moeten doen, in navolging
van andere landen die de noodzakelijkheid
reeds hebben ingezien.
Caillaux moge bet vertrouwen van een
blanco-mandaat niet zjjn waardig gekeurd,
iedere Regeering die den chaos wil redderen
zal een ongeveer g
zich moeten opvorderen.
Zal Ovi[ Nationaal kabin t ten lange leste
de oplossing brengen, nadat de Herriot epi
sode er vermoedeljjk spoedig zal zjjn ge
weest?
Alle mogelijkheden staan wederom open.
De mogelijkheid alleen boe Frankrjjks finan
ciën in het rechte spoor te brengen, is de
meesten niet recht duideljjk.
Hoe warm het is en hoe ver fluistert niet
alleen de wandelaar lange de Parjjeche bou
levards, hoe warm de politieke strjjd nog
zal zjjn en hoe ver het einddoel van finan
cieel herstel nog verwjjderd is, hiervan is
geheel het land overtuigd.
De motie van vertrouwen in de
Fransche regeering verworpen.
De Kamer heeft het vertrouwensvotum in
de regeering-Herriot met 290 tegen 287 stem
men verworpen.
Nadat de stemming over het vertrouwens
votum had plaats gevonden, moesten Her
riot en de leden van zjjn kabinet zich door
een achterdeur verwijderen, omdat links en
uiterst links ietwat- dreigend manifesteerde.
Vooraf'had De Monde de Kamer nog ge
vraagd om een stemming te houden over het
wetsontwerp, waarbij de Banque de France
wordt gemachtigd om over het Morganfouds
te beschikken en verder de deviezen in om
loop te .brengen, welker verkoop noodzake-
Ifjk is geworden om den Staat in de gelegen
heid te stellen aan zjjn verplichtingen te vol
doen.
Dit wetsontwerp werd aangenomen.
Het kabinet-Herriot afgetreden.
Poincaré met de vorming ervan
belast.
Het kabinet-Herriot is afgetreden. Poin
caré heeft de opdracht tot kabinetsformatie
aanvaard. Poincaré beeft verklaard een ka
binet te zullen vormen met zeven andere le
den.
AMERIKA EN HET INTERNATIONALE
HOF.
In Februari hebben de Ver. Staten aan 42
regeeringen gevraagd, of zjj het eens waren
met zekere voorbehouden, door den Ame-
rikaaAscbeu Senaat gemaakt, eer dit lichaam
de toetreding tot het protocol nopens het
wereldgereehtehof kon goedkeuren. Thans
wordt meegedeeld, dat slechts 8 landen, Cu
ba, Griekenland en Liberia, met die voorbe
houden hun instemming hebben betoond, dat
19 landen louter formeels berichten van ont
vangst hebben gestuurd, dat 6 landen heb
ben verklaard, dat zjj zich hun beslissing
voorbehouden tot na de conferentie te Ge
neve, terwjjl 14 landen, w. o. Engeland, Ja
pan, Italië en België, en verschillende an
dere Europeeeche landen in het geheel niet
hebben geantwoord. De ambtenaren van het
departement van staat zeggen evenwel, vol
gens de Associated Press, dat zjj niet ge-
loodiging van den
ntie in September
oi eindbeslis
sing van de deelnemende regeeringen
den duur van eenige minuten gelegenheid
om op bet een of ander stil plekje onl>eepied
eenige vluchtige woorden te fluisteren. De
kapitein had Isa naar een der aangrenzende
vertrekken
seling bare
een kt
„Vergeef mjj, geliefd meisje, wanneer mjjn
gedrag norsch en onvriendelijk scheen
wanneer het wellicht zelfs het voorkomen
had, al wist ik het hooge en heerlijke geluk
niet te waardeeren, dat mq het geschenk
uwer liefde is ten deel gevallen. Doch zeer
zeker ware ik niet gekomen, wanneer ik bad
kunnen verwachten, hier een groot gezel
schap te zullen vinden. Dat ik hiervoor juist
heden het allerminst deugen zou, dat wist
ik toch maar al te goed. Mjjn wensch was
alleen om u te spreken, Isa. Doch waar zul
len wjj thans de mogelijkheid vinden oio
voor een poos alleen en ongestoord te blij
ven?"
Hjj sprak als iemand, die een vreeseljjke
last drukt, en in Isa’e oogen schitterden
tranen, toen zjj, zich dichter tegen hem aan-
vljjeude vroeg: „Heb je langen tjjd noodig,
Hellmuth, om me te zeggen, wat je kwelt.
Wanneer je ook maar in de verste verte
kondet vermoeden, hoe nameloos ik gedu
rende het laatste uur onder de zekerheid ge
leden heb, dat het een of ander Zwaar ver
driet je op de ziel licht, dan zou je niet eerst
op bijzondere gelegenheid willen wachten
San alle abonné’a wordt op aanvrage gratis een poli» verstrekt, welke hen verzakert tegen ongevallen tot een bedrag van f 600,-
rekoper, Schaper en Van Zadelhoff.
Een vluchtige lezing gaf ons den indruk,
dat alléén de heer Kleerekoper het pamflet
heeft samengeflanst. Op elke bladzjjde vindt
men zjjn stijl en.... krantenknipsels. Voor
een „oproerig krabbeltje" in „Het Volk”
wa« dit schotschrift te groot en daarom
blijkbaar kreeg de landsdrukkerij de op
dracht.
Onze S. D. A. P.-ors krjjgen echt-minir-
terieele allures. De Memorie van Antwoord
gaat vergezeld van een Nota van Wjjziging.
De heeren K. ter Laan c.s. hadden aanvan
kelijk voorp-esteld met de ontwapening cp
1 Januari 1926 te beginnen. Dat kan nu na
tuurlijk nist*Meer. Daarom zjjn de heeren
zoo vriendeljjk de invoering van hun wet
tot 1 Januari 1927 uit te stallen. Op dien
dag wordt de weermacht in Nederland op-
gedoekt. Althans wanneer het wetsvoorstel
tegen dien tjjd door de Staten-Generaal
aangenomen, en voorzien van de ondertee-
kening van Hare Majesteit de Koningin en
van het contraseign van den Minister van
Oorlog, in het „Staatsblad” is verschenen.
Als men hierbjj in aanmerking neemt, dat,
naar de meening van zeer vele leden der
Tweede Kamer, aanneming van dit soc.-dem.
voorstel in etrjjd is met de Grondwet, dat er
dus eerst een wet moet komen, welke be
paalt, dat er grond bestaat om een concreet
voorstel tot verandering der Grondwet in
overweging te nemen, dat daarna de Kamen
moeten worden ontbonden, en dat de nieuwe
Kamers niet dan met twee derden der uit
gebrachte sten”i de aan haar overeen
komstig voornoemde wet voorgestelde ver
andering kunnen aannemen, als men dit
alles overweegt, zal men met ons wellicht
van meening ziin, aat de heeren Kleerekoper
c.8. in hun „Nota van Wjjziging” den datum
der invoering van hun ontwapeningswet ge
rust naar een ietwat verder gelegen toe
komst hadden mogen verschuiven.
Intusschen is er nog een kleinigheid aan
de aandacht der voorspellers ontsnapt.
Sedert 1918 wordt er in België, óók deor
de socialisten, aangedrongen op een militair
bondgenootschap met Nederland. De Belgi
sche socialisten zouden gaarne zien, dat de
generale staven van Nederland, België en
Frankrjjk reeds in vredestijd een vooraf v»»b-
gesteld krjjgsplan zouden opmaken, om voor
een gi-Jeenscbappeljjke verdediging van
Ned.-Limburg bjj een „niet-uitgelokten aan
val” van Duitschland te en.
Onze Regeering heeft dien aandrang weer
staan. Wat de Belgische socialisten dood
jammer vinden. Om van den hinderlijken
aandrang uit Brussel toch eindelijk eens af
te komen, heeft Minister van Karnebeek de
vanzelfsprekende verklaring afgelegd, dat
Nederland elke schending van zjjn grondge
bied als een casus belli (een aanleiding
tot oorlog) zal beschouwen. Met andere
woorden: mocht Duitschland door ons Lim
burg willen trekken om België nogmaals
aan te vallen, dan zal onze Koningin, na de
Staten-Generaal te hebben geraadpleegd,
Duitschland den oorlog verklaren.
Met deze verklaring neemt men in België
genoegen. Zij vormt mede den grondslag,
waarop het nieuw Ned.-Belgisch verdrag is
gebaseerd. Die verklaring beteeként natuur
lijk niet, dat wjj een leger van een bepaalde
omvang op de been moeten houden, may zij
beteekent wél, dat Nederland, om het woord
onzer Regeering gestand te kunnen doen,
een leger moet hebben. Niet een politiek
legertje, maar een leger om oorlog te voeren.
De Belgische Minister van Buitenlandsche
Zaken beeft zich j.l. Zaterdag nog op deze
verklaring van onze Regeering beroepen. Do
socialistische Minister ziet in die verklaring
een der voornaamste waarborgen voor de
veiligheid van België. Mede op dien grond
heeft Minister Van der Velde voor aanneming
van het Ned.-Belgische verdrag gepleit, «.n
juist om die reden heeft hjj ook den steun
gekregen van de Belgische Kamerleden, die
aanvankelijk tegen het verdrag waren g^-
IN DE HITTEDAGEN.OOK POLL
TIEKE TE PARIJS.
Het is tegenwoordig gewoonte van een hit
tegolf te spreken, zoodra de zon haar heer
schappij eens duchtig doet gevoelen en blijk
geeft nog niets als warmtebron te hebben
ingeboet. Ondanks de beweringen van som
migen die het tegendeel volhouden. Hittegolf
of niet, het ia gloeiend heet in Parjjs. Boven
geheel de stad hangt een benauwende warm-
tenevel, die doet denken dat er onweer aan
de lucht is, maar tot nu toe bljjft meer dan
een kortstondig regenbuitje uit. In vier we
ken bqna geen drop regen is bitter weinig,
zelfs als men in den voorzomer van dat goede
te veel heeft gehad.
Men vefwondert er zich over dat zoovele
duizenden vreemdelingen niettemin vrijwil
lig die hitte trotseeren en hun vacantie in
Parjjs komen doorbrengen. En toch is Parijs
nooit zoo overvol geweest met buitenlanders.
Zelfs niet verleden jaar toen de tentoonstel
ling van decoratieve kunst een speciale at
tractie vormde.
In dicht bezette autocars rollen de En-
gebebe en Amerikaansohe toeristen aan ons
voorbjj of beschouwen van achter een fokaal
kleurig jjs, het Parjjeche leven op de stoffige
boulevards.
Wie in het fransch een voorbijganger dun
weg vraagt heeft groote kans niet verstaan
te worden. Wjj hebben voor de merkwaardig
heid eens de proef genomen. Zevenmaal
hebben wjj bot gevangen en driemaal zjjn wjj
landgenooten tegen het Ijjf geloopen. Bewijs
dat ook de Hollanders in groote getalen mee
zingen in het koor der vreemdelingen, die,
na eerst van een gunstige wisselkoers in
Duitschland te hebben geprofiteerd, thans
Frankrijk tot zomerverblijf hebben uitgeko
zen.
Hoewel minder dan in de Belgische Arden
nen, waar men in de hotels bijna niets anders
dan Hollandsch hoort praten, is ook bier onze
landstaal menigmaal troef.
Marokko doet dit jaar ook mee. In bun
wjjde witte mantels vormen de gebruinde
marokkanen een scbilderachtige decoratie
der café-terrassen en trekken zjj bijzonder
de belangstelling. Aan zonnehitte gewoon
hebben zjj althans geen last van den strak
blauwen hemel. Hun overkomst heeft een
begrjjpeljjke reden.
Edkele dagen geleden is hier in bet hartje
van de stad op plechtige wjjze de Moskee
ingewjjd, door gemeenschappelijke hulp van
den Franschen Staat en particuliere bijdra
gen der Muzelmannen tot stand gekomen.
Een merkwaardig bouwwerk van Ooster-
sche schoonheid.
Rondom den tempel een reeks van gebou
wen die het eigen home der Oosterlingen te
Parjjs, ongeveer 50.000 zullen vormen.
Ook den Parjizenaars zal bet vergund zjjn
van de badinrichting, de leeszaal sn het Ma-
rokkaansche café, zooal niet van de Moskee,
gebruik te maken.
Dit gebouwencomplex is ongetwijfeld een
aanwinst voor het stadskwartier van de
^Jardln des Plantis”, een hoekje te zeer in de
vergetelheid geraakt, om geen nieuwe op-
frissching noodig te hebben. En de vreugde
door den Sultan aan den dag gelegd een Mos
koe zich in de Ville Lumière te zien verhef-
J«n is begrijpelijk.
De geloovige Muzelmannen hadden er in
derdaad behoefte aan. Dit neemt niet weg
dat wjj met uiterst gemengde gevoelens de
officieele toespraken van den Sultan en den
President der Republiek bjj de opening heb
ben aangeboord.
Het doet immers pjjnljjk aan op zulk eert
duidelijk wjjze te zien aangetoond, hoe geheel
anders de aanhangers van den Islam worden
behandeld dan de millioeivn katholieken uit
bot eigen land. Een grootech monument met
flnanoieelen steun van Staatswege opgericht
ten behoeve der Oostersche onderdanen, om
Nordenholz
met Isa Hao-
lezen kring een
daarvan ook ills