„ONS BLAD"
Bureau: HOF 6, ALKMAAR. Telefoon:
N«. 177.
H. SCHOOIHOVBI en In.
1
FEUILLETON.
Een Offer.
'i
r
V0III611RICHTIIG
LANGESTRAAT IOO - ALKMAAR
f
UIT DE PERS.
Vermindering van
bewapening.
■g, oud-minister van
Abonnormnteprjj»»
aA F*-
ifoor buiten ABqsmt
Vryda* 30 Juli 1O«O. postgiro 104863.
BUITENLAND.
A<wertentlepriJ«l
Van 1—5 MrtdB-f 1.25: dkcregel meer f 0.25: RedaV
I per regel f 0.75; Rubnek -Vraag en aambocF b« vqj
uitbetaling per plaatsing f 0.60
f 400,—, f 200,—, f IOO,—, f 60,—, f 35,—, f isj!
ADuaaar x
i HM
O flO f hoogcr.
Ur rUr abonné*» wordt op aanvrage grati» een poli* VTRtrRkt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f SOO,
BRIEVEN Ü1TFRAN 'IJK.
De Nederlanusche Bedevaart
te Lourdes.
Fl
POSTGIRO 104863.
worden
kend en
f
,Docb naar uwe woorden,
i
(Wordt vervolgd^
Meubelen door one verwaar
digd, worden op den duur
faml ieatukken.
verdringt
“1 in aandachtige stil
le H. Eucharistie voor-
uitste
er hem
leid
;an,
I
1
Isabella Haedenroth?
Ehrenfried Klingenberg
geen slecht komediant m
„De Telegraaf” o.m.
tiinder te
radt heb-
Ki hebt.’’
im mfl
rd mij
AVon
gÜ gedaan
erkeljjk gex
dan ookde moeite «paren,
Mercker geleidde haar naar een stoel. Htf
xelf bleef hoog opgerichc naast de hooge
schrijftafel van den heer Ehrenfried Klingen-
Een gevolg van Cook’s redevoe
ringen.
Ten gevolge van de redevoeringen van
Cook is het aantal mijnwerker*, die in War
wickshire aan den arbeid zjjn, verminderd van
7700 tot 4700. De politie houdt toezicht, dat
de werkwilligen niet in hun bewegingsvrij
heid belemmerd worden.
heer geld geleend op zijn zoogenaamd aan
staand huwelijk, en ik ben de voogd der jon
ge dame, waarvan hier bij dit huwelijk sprake
fe. Het is dus zeker wel meer dan een geheim
zinnige bedreiging, wanneer ik u zeg, dat ik
de macht bezit, om aan uwe zaken met don
heer Von Nordenholz door een enkel woord
haar gouden bodem te ontnemen.”
Isa maakte eetie beweging, alsof zij op
springen en protesteereg wilde. Mercker keer
de zich echter naar baar om en zijn tegelijk
verwonderde en ernstige waarschuwende blik
ketende haar weder ondanks haar wil aan
haar plaats.
Ehrenfried Klin|
duimen weder in
I'
Dr. Bernhard Dernberp
Duitschland, schrijft in
het volgende:
Eén' ding moet reeds thans gezegd wor
den. Slaaft de Volkenbond er niet in de
ontwapening tot stand te brengen, dan zal
hü hoe nuttig ook in andere richting
zijn hoofddoel gemist hebben, en niet lan
ger in stand kunnen worden gehouden. Den
ernst van dit feit kan men niet duidelijk un
nadrukkelijk genoeg voor oogen houden.
Want het is, zooals het Pauseljjk schrijven
van Augustus 1917 zegt, „in de plaats van
het ruwe geweld der wapenen moet de ge
ordende weg van het Recht komen”. Ge
looven de volken niet, dat zij kunnen afzien
van hunne bewapening, dan gelooven zij ook
zonder dat er reden is aan te nemen dat al-
I dus geconstateerde genezingen niet inderdaad
I aan Maria's inwerking wanen te danken, uit
j bet oog verloren, kaa niet anders dan Lour
des en de ware godsvrucht tot de H. Maagd
ten goede komen: Niet alleen de geloovigen
maar ook de ongeloovigen hebben steeds het
Oog op dit genadeoord gevestigd. De laat-
sten vooral zijn al te graag geneigd de be
slissingen van dit geneeskundig bureau aan
kritiek te onderwerpen. Zij mogen niet de
minste aanleiding vinden hun partijdig oor
deel gestaafd te zien, door al te lichtvaardige
uitspraken.
I Want vergeton wij het niet, Lourdes vindt
niet alleen, zelfs niet hoofdzakelijk zijn be
staansgrond in bet wobder der lichamelijke
genezing. De bekeering der zondaren, het
heil van den inwendigen mensch heeft Maria
bjj haar verschijning aan Bernadette mede op
den voorgrond gesteld.
Dat wonderbare genezingen plaats vonden
staat onherroepelijk vast. Maar dat deze nog
verre worden overtroffen door de geestelijke
gunsten, te Lourdes verworven, wordt door
niemand ontkend.
Ook Dr. Vallet is daarvan overtuigd en
Lourdes mag dankbaar zijn dezen medicus,
gesteund door tal van doctoren uit alle lan
den, aan het hoofd te zien geplaatst van een
bureau, dat het centrum vormt van het ge
neeskundig leven in deze stad der mirakelen
en de aandacht van geheel de wereld op zich
heeft gevestigd.
Zijn strenge eischen zijn een waarborg dat
officieel miraculeus verklaarde genezingen
dit ook inderdaad zijn, voor zoover bij de hul
digen stand der wetenschap zjjn oordeel als
maatgevend kan worden aangenomen.
Een opwekking Lourdes te bezoeken, zich
aan te sluiten als een volgend jaar, hoogst
waarschijnlijk vergezeld door den Aartsbis
schop van Utrecht, opnieuw de Ned. bede
vaart uittrekt, is overbodig.
Wij zjjn er van overtuigd dat het aantal
pelgrims uit Nederland steeds zal blijven
groeien, evenals dat uit andere landen.
Maar allen die in deze dagen opnieuw de
zegeningen van deze bevoorrechte plaats heb
ben ondervonden, kunnen niet anders dan
apostelen zich gevoelen in dienst van Maria’s
heiligdom en het verlangen uiten zooveel mo
gelijk hunne landgenooten te zien opgaan
naar de wonderbare grot van Lourdes.
Lourdes, 27 Juli 1926. Mr. P. v. S.
AOMnOSTRATM Nou 4M
REDACT® No. «3»
IS! I» IB
in de delicaatste toestanden van uw zaak?”
„Men moet dingen,
maken hebben, niet t
T'
zeker nooit in het hoofd komen, om mjj te be
kommeren over uwe betrekkingen tot kapi
tein VonNordenholz, wanneer ik daar niet een
*"OPt persoonlijk belang bjj had. Gü hebt dien
De ministerraad bevestigde daarna defini
tief de opheffing der onderstaatssecretariaton.
Het onderstaatssecretariaat voor de Bezette
Gebieden zal bij het ministerie van Openbare
Werken worden ondergebracht; dat voor
Luchtvaart onder het ministerie van Han
del.
Voorts heeft de ministerraad een door den
minister van Arbeid ingediend wetsontwerp
bekrachtigd, waarin faciliteiten worden be
paald met betrekking tot den aanvoer •'an
graan.
NOORD-HOLLANÜSCH DAGBLAD
DE FRANSCHE FINANCiéN.
De uiteenzetting van Poincaré.
Poincaré deelde in zijn uiteenzetting in de
financieele commissie der Fransche Kamer
het volgende mede:
Het bdrag van 2518 millioen francs, dat,
volgens het rapport der experts, het totaal
der supplementaire uitgaven over 1926 aan
geeft, kan niet meer over zes maanden, doch
moet over vijf maanden verdeeld worden.
Deze supplementaire uitgaven omvatten de
verhooging der salarissen van de ambtenaren
ad 669 millioen, het tweede kwartaal der uit
gaven voor Marokko en den Levant ad 300
millioen, de amortisatiebetaling aan de Ban-
que de France ad 900 millioen en die in min
dering, van de buitenlandsche schuld ad 400
millioen, tezameh 2300 millioen.
Behalve dit bedrag, waarin zal
voorzien door de opbrengst van inkomsten
ten bedrage van 2258 millioen, zal gezorgd
moeten worden voor een bedrag van 200 mil
lioen ter storting in het aflossingsfonds. Dit
bedrag zal worden verkregen door een bij
zondere belasting op de overdracht van on
roerende goederen of handelsvoorraden. Ia
1927 zullen In dit fonds, behalve deze 200
millioen (d. L 800 millioen voor het gebeele
jaar) nog 1700 millioen worden gestort, en
wel uit de opbrengst der successierechten,
zoodat de totale storting 2500 millioen zal be
dragen.
Met betrekking tot de schatkist verklaarde
Poincaré, dat er sinds enkele dagen een ver
betering valt te constateeren in de noteering
der bons de la Défense Nationale. Hy wees er
op, dat de inning der belastingen over 1926
te Parjjs vrij goed vorderde.
De totale opbrengst der financieele bron
nen, welke de regeering in het leven wenscht
te roepen, zal voor 1927 10.892 millioen be
dragen.
Poincaré verklaarde, dat hq, door tegelij- „is van een
kertijd de directe en de indirecte belastingen r^.__
te verhoogen, niet bedoeld heeft, het vraag
stuk van een theoretisch standpunt te be
schouwen; slechts de noodzakelijkheid om
over onmiddellijke inkomsten te beschikken
heeft hem ertoe bpwqgen, voor een groot deel
te steunen op een verhooging der indirecte
belastingen.
Vervolgens beantwoordde Poincaré ver
schillende hem gestelde vragen; bij verklaar
de, op elk voorstel te zullen ingaan, dat een
aanmerkelijke verhooging der inkomsten te-
weeg zou kunnen brengen.
Uit den ministerraad.
De Fransche ministerraad kwam gisteren
bjjeen onder voorzitterschap van den presi
dent der republiek, Doumergue. De beraad
slagingen duurden eenige uren. Minister-pre
sident Poincaré bracht verslag uit omtrent
zijn besprekingen in de financieele commis
sie, minister Briand over den buitenlandschen
toestand.
DE SCHULDENREGELING.
De anti-Amerikaansche agitatie in
Europa. Een kenmerkende uit
lating van een Amerikaansch Se
nator.
Al laat de anti-Amerikaansche agitatie in
Europa, die in de Engelscbe scbuiden-con-
troverse met Amerika en de anti-vreemdelia-
gendemonstraties in Frankrijk tot uitdruk
king komt, de officieele V. S. voorloopig
schijnbaar koud, niet te miskennen valt, iai
de openbare mee.ning aan gene zijde varf ien
oceaan geleidelijk er op begint te reageeren.
Sommige bladen als bijv, de „New York
Times” willen genezing voor deze epidemie
van wrokgevoelens zoeken in meerdere toe
schietelijkheid, speciaal jegens Frankrijk.
Daartegenover is niet zonder symptomati
sche beteekenis een uitlating van senator
Johnson van California, die beweert dat „Eu
ropa het slechts in één opzicht eens Is, aJ.
in zijn haat tegen Amerika, dat bet als een
paria onder de volken en als een „Shyiock”
brandmerkt, die door allen veracht wordt.
„De eenige grond daarvoor”, zegt Johuson,
„is dat Amerika poogt, een deelf en dan nog
maar een klein deel der verbintenissen te
doen naleven, die door de Europeesche da
ten jegens Amerika zjjn aangegaan.”
Ondanks dezen haat zegt Johnson verder,
is een deel der Amerikaansche burgerij slap
genoeg, om te pleiten voor de opneming van
den gehaten crediteur in bet Wereldgerechta-
hof, dat door de hatende debiteurstaten wordt
geleid. Ook al, wijl geen enkele groote natie
in Europa Amerika’s reserves op het statuut
van het Hof schijnt te willen aecepteeren,
eischt Johnson de onverwijlde intrekking
door Amerika van zjjn verzoek om toelating
tot het Int. Hof.
igenberg had de korte dikke
beweging gebracht, en zijn
eerwaardig vriendelijk hoofd was bijna geheel
naar den rechter schouder overgezonken. Zijn
lang, veelbewogen leven was rijk aan erva
ring van den meest verschillenden aard, doch
een toestand, die te vergelijken ware met dien
waarin hij zich thans bevond, was hem toch
nog nooit overkomen. Zooalz hij de zaak
overzag, kon inderdaad een ondoordacht
woord nier duizenden kosten, en was hij al
onder gewone omstandigheden de man niet,
om ondoordacht te bandelen en te sprek
dan zou hij zeer zeker thane aan zulk e
druk van zulk een overrompeling lieten zjjn
kunsten hem toch in den steek. Hg richtte
zich op en steunde op den rand van zjjn
schrijftafel, terwjjl hij met eene zichtbare on
zekerheid vroeg: „En wanneer ik u daar nu
eens op antwoordde, neen, het is niet waar,
zoudt gij daar dan mede voldaan zijn?”
„Ik voor mijn persoon, ja, want ik bezit
geen middelen om u tot de bekentenis der
waarheid te dwingen. Doch ik vrees, dat ge
alsdan zeer spoedig gedwongen zoudt worden,
om een ander inzage te vergunnen van uwe
boeken, zoowel de openbare als de geheime.
„Een ander? En wie zou die ander dan wel
zjjn, mjjn waarde heer?”
„De procureur-generaal, die aangaande en*
kele verkoopen van juweelen zonder twijfel
wel eens een bijzondere weetgierigheid aan
den dag kon leggen.”
Niets wat meer grechikt was, om mijnheer
Klingenberg zijn tegenwoordigheid van geest
terug te‘'doen krijgen, dan zulk een bedrei
ging. Nooit had hij vriendelijker geglimlacht
daa op dit oogenblik.
:en,
een
domheid zich wel het allerminst schuldig ma
ken.
„Het is zeer pijnlijk, om een meening fe
zeggen over dingen, die mij volstrekt niet
aangaan," zeide njj op zjjn zachteten. meedoo-
gendsten toon. „Lwu nvv.v---
I hooggeachte heer, heeft het al den schijn,
alsof de een of andere slechte of afgunstige
persoon den kapitein bjj u heeft belasterd.
En in dat geval zou ik u den beleefden raad
willen geven, om aan dergelijke lasteringen
geen gehoor te willen schenken. Mijnheer de
Kapitein is een trotech mensch, een zeer
trotsch mensch, dat moet waar zijn, maar hij
ie ook een gentleman en een edelman van
top tot teen. Wanneer ik een huwbare doch
ter had en de kapitein Von Nordenholz zon
mij de eer hebben willen bewijzen, om haar
tot zijn vrouw te begeeren^ dan zou ik hem
haar zonder bedenken hebben gegeven, zelfs
wanneer ik een commandeerend generaal of
vorst ware.”
„Gij schjjnt u zijner toch eensklip
kend te herinneren”, onderbrak Mere
met kouden spot.
„Doch, eerlijk bekend, is het mij a
doen om te weten, wat gij gedaan zb
ben, dan wel. wat gij werkelijk gedaa
„WU u t T *- 7’
een geschiedenis te vertellen. Antwi
eenvoudig met ja of neen. Is de kapil
Nordenholz u twintig duizend mark schuüflg
tegen een bewijs, waarin hij zich op zjjn eere-
woord verbindt om kapitaal en interest terug
te betalen op den dag na zijn huwelijk mot
was zeer zeker
iL maar onder den in-
POLEN EN DE H. STOEL.
Polen hecht de grootste waarde
aan de betrekkingen met den II.
Stoet
In de eomndseoriale bijeenkomst der Pool-
sche Kamer legde de Mla. van Baitenland-
sche Zaken de verklaring af, dat Polen de
grootste waarde hecht aan de betrekkingen
met den H. Stoel, zooals het steeds gedaan
heeft. Ook. thans zijn de betrekkingen uitete
nde H. Vader”, aldus de minister,
i onveranderijjke welwillendheid
jegens Polen bezield.”
HET ENGELSCHE MIJNCONFLICT.
Een hervatting van den arbeid
volgens de oude loonregeling?
Naar verluidt, zal de executie commissie
haar besluit tot aanvaarding der voorstellen
van de bisschoppen handhaven, hetgeen neer
komt op een hervatting van den arbeid vol
gens de oude loonregeling, welke gedurende
vier maanden van kracht zal blijven, waarna
arbitrage zal volgen, wanneer er in dien tus-
schentijd geen overeenstemming is bereikt.
schrijftafel
berg staan.
Jijt wij ongestoord en gewaarborgd tegen
ongeroepen luisteraars?” vroeg hij, en daar
de juwelier dit dooreen gebaar bevestigde,
ging hij voort:
„Wij behoeven ons, geloof ik, niet met
lange en nutteiooze inleidingen bezig te hou
den, want de zaak is te pijnlijk, dan dat zij
ook maar een overtollig woord zou kunnen
verdragen. Gjj staat in handelsrelaties met
den kapitein Von Nordenholz?”
De waardige heer Klingenberg schudde zijn
rils hoofd heen en weer.
Jk herinner me da< niet precise. Men zou
eerst in de boeken moeten nakijken, om het
te kunnen zeggen. Doch bet zou wei kunnen
wezen, dat de kapitein eens wat bjj mij ge
kocht had. Ik heb in deze kringen een zeer
vitgebreide clientèle.”
„Neen, neen, mijn waarde heer, op deze
wjjze zullen wjj bet nimmer met elkander eens
worden. Ook zonder uwe boeken na te slaan,
•uit ge me wel uit het geheugen zeggen kun-
^en’ °f mijnheer Nordenholz geld ge-
De juwelier kneep de listige oogjes achter
de blauwe brilleglazen te zamen en zette
overigens het onschuldigste en onbevan-
gendste gezicht ter wereld.
„Dat is een duidelijke en ondubbelzinnige
vraag, mijn wamxlo heer”, zeide hij uiterst be
leefd, „en het betaamt mg, dat ik u daar dan
ook een duidelijk en ondubbelzinnig antwoord
op geef. En dat antwoord luidt, dat ik u tot
mijn leedwezen geen inlichtingen kan geven
omtrent mijn interne handelsaangelegenhe
den.”
„Ook niet wanneer dit geven van inlichtin
gen in uw eigen belang dringend geboden,
wanneer het het eenige middel ware, om voor
zeer gevoelige verliezen te behoeden?”
„Het belieft u zeker te schertsen. Al denk
ik er ook in de verste verte niet aan om mjjn
kleinen, bescheiden handel met uw grootsche,
wereldberoemde zaak te vergelijken, zoo zal
het mg wellicht vergund zjjn, om de alleron-
derdanigste vraag tot u te richten, of gij in
een dergelijk £eval dat wil zeggen alleen
op geheimzinnige bedreigingen af genegen
zoudt zijn een vreemde een blik te vergunnen
in zlm vratr» iitkv wonb-9,>
die niets met elkaar te
let te zamen gooien,” wees
Mercker hoogmoedig af. „Het zou mg zeer
niet, dat langs andere wegen hun recht ge
waarborgd kan worden. En meenen zjj ter
handhaving van dit recht hunner veiligheid
en vrijheid te moeten steunen op een eigen
militaire macht, opgewassen tegen elke mo
gelijkheid, dan gelooven zij ook niet, dat
hun ten slotte een naar verhouding van
krachten samenwerken met den Volken
bond als uitvoerder, deze heilige bezittingen
zal waarborgen. Nemen zij derhalve in deze
geestesgesteldheid het ontwapeningsvraag-
stuk ter hand, dan negeeren zij meteen de
kern'van het Volkenbondsverdrag, dat in
de plaats van de oude, zoo barbaarsche en
verderfelijke methode, een nieuwe orde van
hooge zedeljjke waarde, wil stellen. Daar
mee is echter het vonnis zoowel over den
Volkenbond als over de internationale ge
dachte geveld: „Gewogen en te licht be
vonden.
eerste plaats, die dat ontroerende stempel
van naastenliefde en opoffering op Lourdes
drukken. Zg zijn het ook, die dit stadje der
Pyreneeën, al te geneigd een wereldscben
geest aan te nemen om de talrijke pelgrims
misplaatste verstrooiing te bieden, het besef
blijven bgbrengen, dat zij deelen moeten in
het lijden en de ontbering van ben, hier ge
komen om genezing voor zich zelf en anderen
te vragen.
Het zou inderdaad te betreuren zjjn, indien
om practische redenen besloten moest wor
den het zieker. *?J te verminderen. En toch is
hiervan ernstig' sprake. Het comité met de
leiding van Lourdes belast, overweegt name
lijk iedere bedevaart overeenkomstig haar
aantal deelnemers een zeker percentage zie
ken toe te staan. Dit zou voor Holland hoog
stens 200 bedragen.
De reden? Gebrek aan plaatsruimte in de
hospitalen voornamelijk, allen te samen
hoogstens in staat een duizendtal te herber
gen. -
En velen vragen zich af, waarom geen
nieuw hospitaal aan de bestaande toege
voegd. Plaatsruimte is voldoende te vinden
in het park, dat de grot omgeeft. Geldeljjke
bezwaren zyn moeilijk aan te voeren.
Het is alleen de conservatieve geest der
Franschen, die men op menig gebied te Lour
des bespeurt. Zeker, de blik van ben, die een
halve eeuw geleden den terreinaanleg heb
ben verzorgd, is ver vooruitziende geweest.
De kerken zyn nu nog groot genoeg de
breede scharen pelgrims te ontvangen.
Maar itat den bouw betreft der hospitalen,
en de inrichting der piscines, is men niet
met zijn tyd meegegaan. Alles is juist nog als I
30 jaar en meer geleden. Wij hebben hier
over langdurig van gedachten gewisseld met
den tegenwoordigen president van het „Bu
reau des Constatations” Dr. Vallet, den kun- I
digen en yverigen opvolger van Dr. Mar
chand, die zoo lange jaren de onvolprezen
pleitbezorger is geweest in dienst van de I
H. Maagd.
Wy wezen hem op de noodzakelükh<
uitbreiding te geven aan de bad-inrichting.
die inderdaad niet meer aan de eischen van
onzen tyd beantwoorden. De piscines zijn te
klein en te onvoldoende talrijk om allen vol
gens Maria’s verlangen, in het miraeuleuse
water onder te dompelen. En dat niet alleen.
Ook de hygiënische inrichting laat veel te
wenschen over. De verfrisaching van het wa
ter is uiterst spaarzaam en de cabines ver
raden al te zeer, dat de gewenschte verbete
ringen, lange jaren zijn uitgebleven.
Ongetwijfeld stemmen wij in met Dr. Vallets
overtuiging dat aan den ingang der pisci
nes het woord ie aan de H. Maagd en de ge
varen niet dienen geteld. Het zou van een
gering geloofsvertrouwen getuigen hier aan
te twyfelen. Maar ditJieemt niet weg dat de
ten dienste staande natuurlijke middelen be
smetting te voorkomen, niet mogen verzuimd
alvorens op de bovennatuurlyke inwerking
te vertrouwen. -
Bovendien de beperkte plaatsruimte maakt
het de gezonden, waarvan zoovelen gaarne
de piscines betreden zouden, schier ónmo
gelijk het verkwikkend bad te gebruiken.
Waarom naast de bestaande geen nieuwe en
afzonderlijke cabines voor hen gebouwd.
Eveneens over de wonderbare genezingen
spraken wy met Dr. Vallet.
En den indruk door ons verkregen is deze,
dat hy met de grootste gestrengheid te werk
gaat. Wars van ieders overdreven enthou
siasme, zich welbewust van zjjn verantwoor
delijke taak, eischt hy de onbetwistbare ze
kerheid dat een hem voorgelegde genezing
niet aan de natuurlijke krachten kan worden j
toegeschreveir.
Hierop vooral is zjjn streven gericht de
deskundige rapporten, de diagnose der ziek
tegevallen voor het bezoek aan Lourdes zoo
uitvoerig mogeljjk te zien vastgesteld, alvo
rens een genezing officieel als bovennatuur-
Ijjk te verklaren.
Dece zorgvuldigheid In bet verleden wel
eens, zjj het dan ook ter goeder trouw en
De jaarljjkeche bedevaart naar Lourdes is
wederom ten einde.
De ongeveer 20Q0 pelgrims, waaronder een
300 zieken zjjn naar het Vaderland terug
gekeerd met een bljjde en dankbare herinne
ring aan de al te snel vervlogen dagen in
Maria’s heiligdom. Getroost en gesterkt zyn
de zieken door de bijzondere genade onder
vonden. En al hebben geen wonderbare gene
zingen den bedevaart gekenmerkt, allen dra
den met zich mee de zekerheid, Jat ook dit
maal wederom Maria’s steun zich op buiten
gewone wjjze beeft geopenbaard.
Niet alleen lichamelijke gunsten zjjn hen
ten deel gevallen, het zjjn vooral de geeste
lijke vruchten, die zich na een Lourdesreis
doen gevoelen.
Te vaak is de schoonheid bezongen van
de H. Sacramentsprocessie, om deze in haar
steeds treffende heerlijkheid opnieuw te be
schrijven.
Onvergeteljjk zjjn die oogenblikken, als
langzaam de processie voorbijtrekt, gewyde
gezangen weerklinken, de aanroepingen met
luider stem worden aangeheven, en het Al-
lerhegigste boven de hoofden der zieken,
langs de Esplanade uitgestrekt, wordt gehe
ven.
Rondom de heiligdommen en op de ter
rassen voor de Rozenkranskerk
zich een dichte menigte
te neergeknield als de J
bjjtrekt
Men moet de zieken hun banden zien
strekken in smeekend gebed, hun blikken
vol geloofsvertrouwen hebben aanschouwd,
om te beseffen wat in die oogenblikken om
gaat in hun geest Waar ook de herinnering
zal bljjven voortleven aan de uren, doorge
bracht te midden der Ijjdende mensehheid,
aan de piscines en de grot.
Wjj danken terug aan de uaohtelyke aan
bidding, den gemeenschappelijk gebeden
kruisweg, aan al die godsdienstige plechtig
heden, die xich in onafgebroken reeks in de
ze dagen hebben voltrokken.
Wie zal de eeuwige bekoorlijkheid van
Lourdes ontkennen? Hoe vaker men terug
keert in het begenadigde oord, des te ster-
ker wordt men er van doordrongen, dat daar
een bron van hemelsche zegeningen steeds
krachtiger vloeit
Niet iedere pelgrim kan terugkeeren naar
Lourdes, maar hjj die niet het verlangen be
zit deze plek terug te zien, is een zeldzaam
heid.
Steeds groot er wordt de sfroom van pel
grims uit alle oorden der wereld.
Werd reeds in 1925 de 80.000 overschre
den, het jaar 1926 zal nog van een veel
grooter aantal mogen gewagen. Vooral het
aantal zieken neemt in sterke mate toe.
Wie den geest van Lourdes begrypt zal
dit verheugend verschijnsel niet genoeg
kunnen toejuichen. Zjj zjjn het immers in de