1927
20 Februari
27 Februari
„NOORDHOLLANDSCH DAGBLAD
c
1
IK.
uitgegeven bij gelegenheid van de MISSIETENTOONSTELLING
te ALKMAAR.
Tweede Blad
r
99
GOUD, WIEROOK EN
MYRRHE.
UW W. N-t Vebraari
lit ijj
rliii
ks H t A
V-
I
VREEMDE MISSHN TE LYON.
STAND DER PATERS VAN DE
DE AANKOMST VAN Z.EXC. MGR. LORENZO SCHIOPPA.
I
AANKOMST VAN MGR. DR. MICHAEL BUCKX AAN HET STATION.
Wlerowk öf
plaat». Gd4k de wierook al kreukelend op
ben aam
gaven tocli door de geloovlge wereld lot bei!
on tot welzijn der ongelooy'
bsatauchtigen Heiland too
•chook en, tou 't hek coring
heidenen. menschelQker wj
om gefaald hebben. ZonjjA
myrrhe. rinde onheus
ge hand aangeboden^
loovigen wellicht nd.
Satan's da venketen, bank tij die drie offer
gaven. rijn ontell>are heidenen than* herscha
pen in ledematen van Christus’ Kerk, in kin
deren Gods en erfgenamen de* Hemela. bank
aan dietelfdo giften rijn er dollenden en nog
eena duitonden geloovigen, wijd en zjjd over
den aardbol verspreid, die er tieh in den oor-
werk zoozeer tot groei en bloei gebracht heb.
tog dagelijks brengen. Zonder die drie
>cn door da
nen ons tot taak atollen de bekeering van ékn
enkelen verstokten heiden, ergens in China
of waar dan ook. We kunnen eindelek bidden,
dat de Heer van dan oogst werklieden m«ge
lenden in Z|fn wjjngaara, en wanneer we
tus-
ono
passieve versterving.
Door Father C. B. Simons van het
Missiehuis te Roosendaal.
DE OFFICIEELE PERSONEN TIJDENS DE OPENINGSPLECHTIGHEID IN
„T GULDEN VLIES".
der heidenen. l)e groote H. Thereaia was vol
bloed Missionaris. En toch heeft te nimmer
haar geliefkoosd Spanje verlaten. Hoe was ze
i|ni> Mi-- "tiaris? was Missionaris van l>e-
gesrte. Meermalen daags toch stortte te vuri
ge gebeden tot God, voor de bekeering der
heidenen, en het is haar geopenbaard gewor
den, dat te door haar gel>ed evenveel heide
nen gebracht heeft in den schoot «Ier ware
Kerk sle de groote II FrancUcu» Xaverius.
die meer dan honderdduitend heidenen met
eigen hand heeft gedoopt.
Wat de H Theresia heoftge daan. dat kun
nen ook wjj. Wij allen kunnen bidden voor
het Missiewerk. Wat beteekent voor ons een
Ave dagelijks voor de bekeering der ongeloo-
vigenV We kunnen bidden, dat God de po
gingen der Missionarissen overvloedig zegeno
en de harten der heidenen vermurwo. We kun.
Doch vader heft den snaak vol leedvermaak
Omhoog, e» tlo nu kan h|j de appels
grepen.
Wat de kngap ia met betrekking tot bet
fruit, dat ia de Missionaris met betrekking tot
1» eu biyft steeds
tjj vol blijde herinneringen voor
Katholiek, doch ia bjj uitstek liet
sulks voor de bekeert!
offeren we myrrhe en i
van begeerte.
O gij. die ia de hospitalen ligt nitgestrok»
op uwe Itidenssponde, overweegt deae rsge-
enooten te brengen tot Christus.
jtyrrhe! Misschien I» 't
ligon bekend, dat die drie schoons
der Wijten ook te vent de gaven
welke in den loop der eeuwen het Mis»la
ge wereld don on-
bnbaatsuchtig ge
preek onder do
fze gesproken, al-
goud, wierook en
jffk.- tijden met kwistl-
touden mlllloenen onge-
gekluisterd liggen aan
specerijen, terwijl een kleurling kwam
jearagen met een ailveren schaal, waarop
een stapeltje goud. Naar lands teden wa
ren allen barrevoets, doch met tulband
’t hoofd. Nabij den troon van den monarch
gekomen, maakten te eerst een gracieuss
buiging, teraelfdert|jd de reebterhaisd aan
het voorhoofd brengend. Daarop vielen al
len plat ter aarde neder, het gelaat steeds
naar den vorst gekeerd. Op een wenk van
desen richtten se aieh vervolgens op, nader
den den troon, bogen weer en lioden dan
eerst don gebieder geknield hunne geschen
ken. Opvallend was bet. hoe de Maharadjah
den offeraars van vruchten, bloemen en spe
cerijen slechts een toeken gaf, dat te zich
mochten verwijderen, doch dat hij renige
oogenblikken de rechterband liet rusten op
het goud, als wilde hij hiermee te kennen
geven, dat h|j als he< r-< her over alli'i- en
over‘allen het zich wiesverklezende kon lOS
éigenen, waarop h(j beduidde, dat hij bet
grootmoedig terugschonk.
Missie -nummer
van het
Kjjk, dacht ik bjj me zvlvun, dat ia wer
kelijk leerzaam. Zulk een ceremonie tonden
de Katholieken in Holland een» moeten bjj-
wonen, want dat sou hun een levendige Il
lustratie geven van betgjen er moet sjjn
voorgevallen in bet grjj» verleden, toen de
H. Driekoningen uit het Oosten hun op
wachting maak (én bij het goddelijk Kind,
eveneens een vorst, in het Oosten geboren.
Heel eigenaardig 'waren de offergaven,
welke Caspar, Melchior en Balthasar mee-
brachten voor het Kindeke Jeins! En too
vol diepe geheimen! Goud, het symbool van j
Chriatus-Koniag; wierook, het zinnebeeld l
van Christus-God? en myrrhe, ten teeken
van Christus-Menschheid. Epiphania,
het Driekoningsfevstj Is en
een hoi
inderen
feest van den Missionaris, daar do drie Ko-
tongen ds eerste heidenen waren, die tol
de kennis van den lang verwachten Megaia»
gevoerd werden, en tevens bet instrument om
eigen landg
Goud, wierook en myrrhe! Misschien I» 't
slecht» weinigen bekend, dat die drie schoone
geschenken
ge.
d»
Oostersche etikette, welke vordert, dat Oos
terlingen nimmer bun opwachting maken bij
hooge personages met ledige handen. Som
mige inlanden* verschenen met een mand
bloemen. Anderen brachten een schotel met
vruchten. Weer anderen kwamen met geu
rige S|
sangi.
bokeeringen. Ze zijn boven s'n macht. Met
God's genade evenwel is hij sterk en machtig.
Wil God aieh van bent bedienen al» werktuig,
dan volgt succes op Missiegebied*, too niet,
dan mislukken s'n pogingen, schijnbaar ten
minste, want somtijds is bet grootste fiasco
bet grootste succes, maar over die parados
■on ipen wel boekdeelen kunnen schrijven.
Door het gebed nu wordt den Hemel een Jtei-
lig geweld aangedaan. Het beweegt God tien
geloofsberaut op Zijn eigen mysterieus» en
wonderbare wjjse te helpen, s'n pogingen te
legenen en dexelve tot een glansrijk resultaat
te brengen. Vandaar de dringende noodzake
lijkheid om veel voor bet Missiewerk te bid
den.
De H. Franciscus Xaveriu» was zoo diep
doordrongen van die waarheid, dat schrijvend
aan s'n medebroeders te Rome, hjj huu ver-
zocht vurig te bidden, dat God sieb van hem
maakt, dan zullen »i|ti |*ogingen weinig of I mocht liediencn ala instrument tot liekeenng
niets listen. Laat de Missionaris met nog zoo. u---t»—-i--i
vael (jver en geestdrift het zaad van het H.
Evangelie strooien te midden der landouwen
vau liet tropische land, als de heinclsche
dauw dat door hem gestrooide zaad niet be
vochtigt. doet out kiemen en tot wasdom
brengt, dan zal het van lieverlede verdorren
en geeiie vruchten vóórtbrengen.
Dit wordt gestaafd door de woorden van
Qhristu- Zelf: „Zonder Mij kunt gij niets.”
Inderdaad, wc kunnen niets zonder de God
delijke genade. Dus ook de Missionaris niet.
Maar met de genade kan bij alles in Hem, die
hein versterkt.
Het volgende voorlieeld *al dit dui lelyk
mak* n.
Een kleine knaap strekt gretig uit de hand
Naar 't sappig fruit, maar kan het niet
bereiken,
zulks getrouw doen, dan zips wo evenals de
groote II Theresia waaraebtige Apostelen en
Missionarissen van begeerte. Maar ook
MYRRHE BEHOEFT HET MISSIEWERK.
D« myrrhe is een^afómatische plant, welke
voornamelijk inTloitersche landen groeit en
van oudsher werd gebnlkt l>|j het balsemen
der dooden. Dientengevolge hebben geeste
lijke schrijvers haar altijd beschouwd ah het
symbool der versterving. Want evenals de
myrrhe de lichamen bewaart tegen vleesche-
lijk bederf, zoo behoedt de versterving de
ziel des menschen tegen zedelijk bederf, het
bederf der zonde.
Nu ondersebelden de godgeleerden
schen actieve versterving, welke we
zelven opleggen, en
welke ons wordt opgelegd door God of wei
met God's toelating zijdelings door de schep
selen. In sommige zaken moeten en in anders
zaken kunnen we ons versterven. Ihi» mos
ten we ons zelven versterven In ongeoorloof
de zaken. We moeten onze oogen versterven
en ze nimmer werpen op onwaardige zaken.
We moeten onze ooren versterten en nim
mer luisteren naar de sirenetaal van t den
verleider. <>nze tong moeten we veratgrve*
en ze nooit bezoedelen door IsxW-rtaal of
kwaadsprikendheid. In geoorloofde zaken
echter kunnen we ons versterven Zoo kun
nen we ons bijwijlen een onschuldig vermaak
ontzeggen. We kunnen het stilzwijgen be
waren onder «ene Keleediging. Een kind kan
van tjjii tot tijd z'n snoefAust liedwingen. En
wanneer we nu bij dergeljjke geh-genh*den
ons zelven plaatsen op ren honger niveau,
liandelen uit honger motief, b. v voor de he-
kiering der heidenen, dan offeren we aan
God de genade van myrrhe. en z|jn we hier
door missionarissen van begeerte.
Doch gelijk de eene myrrhe-plant de ande
re niet zelden in kwaliteit en aroma over
treft, zoo zjjn er ook graden van actieva
versterving. Versterving nu betracht In zeer
verheven grzuid, omvat niets minder dan e<
persoonlijk offer of een offer van den ge-
heelen mensch. Het lieteekent gehoor gi ven
aan de Goddelijke roepstem: „Ga uit uw land
en uit uw maagschap en uit 't huir uw» va
ders en kom in het land, dat ik u toonen
ral." (Gen. XII). Het beteekant dus zelf mis
sionaris worden, zich zelven geven al» le
vend slachtoffer voor het nobele missiewerk.
Maar dst is geen kinderspel Daartoe l>e-
boort stalen moed. Daartoe behoort alge
heels zelfverloochening, doch wat hiertoe
voornamelijk vereischt wordt is waaraclitige
roeping van Roven.
ll<laas, zich dus voor de goede zaak ten
slachtoffer stellen Is slechts aan weinigen ge
geven. en toch kunnen we allen slachtoffers
van liefde worden voor de Missie, en hoe?
Door de beoefening der |»a»sieve versterving,
dat is door edelmoedig alles te aanvaarden
uit de handen van God, rechtstreeks of zij
deling», en zulks te doen voor de bekeering
dor ongeloövigen. O, la'seften we een» goed
welke waarde onze kruisen hcliben in de
oogen van God, welke munt we er uit kun
nen slaan voor den Hemel, nimmer, nimmer
zouden we re verwerpen, maar ae, groot-
moedig van God aanvaarden, en doen we
Tng der heidenen, dan
zyn we mlsslonarissan
stijgt In onze kerken en dmi ganschen tempel
met hars aromatische geuren vervult, zoo
ook stijgt het gebed van den rechtvaardige
air een dulzendMoemeegeur opwaarts tot
v64r den troon van den Allerhoogste en ver
vult den gansoben flemel met zjjn balsemende
geuren. IMt verklaart waarom <le wierook
steeds is beeehouwd als het zinnebeeld des
Gebed».
Het Missiewerk heeft veel gebed van noode
Bekeeringen immers zijn niet het werk van
den Missionaris, o neen, hij is met betrek
king tot deze niets meer dan een nietig in
strument: hekeeringen zijn het werk «Ier god
delijke genade. Iaat de Missionaris nog zoo
veel Hieven en zwoegen, laat hem al zjjn lm-
loOgkracht en rt- lenaarstalent aanwenden,
laat hem een organiasteur zjjn van den eer
sten rang, Indien God de steenen harten
der heidenen niet verbrijzelt en tot gruis
Tjjden» mijn Missionarisleven in Kash
mir, was ik meermalen op audiëntie bjj den
inlandwclien grootvorst of Maharadjah, en
zag dan vaak hoe de inboorlingen, (Iindoe*
zoowel als Mahomedauen, tot Zijne Koninkllj-
ke Hoogheid kwamen met allerhande
schenken. Dit nu is overeenkomatig
deelulag op imigen Imroemen, dal zjj gedureu
de hun leven ofschoon niet zelf huu ge
gaan naar de verre gewesten, omdat tg hier
toe geen roeping gevoelden toch hebben
meegewerkt aan het grootache verjotsiugs-
werk der wereld, dat zjj MissiouariHitbn waren,
zoo niet „in re”, dat ia in werkelijkheid, even
als de geloofsheraut, die zjjn va lerland ver
laat, dan toch zoker „in spe", of door in*,
geerte, en *tus eenmaal met de Missionarissen
als eeuwig loon yen schoone kroon in 'a He
mel» wooiuzullen ontvaugeu.
I>. u<l, w ichook-Tt' myrrhe! Door het goud
worden ver-taau stoffelijke offers, door de
wierook geestelijke offer» en door de myrrhe j
levendige slachtoffers. Welke dier drie gaven I
rou, uaar uw meening, het Missiewerk wel
het meest behoeven?
„Goudl" zoo hoor ik sommigen zeggen,
„want MiaMouariiwen zjjn gepatenteerde be
delaars, altijil eu eeuwig vragen ze oin geld."
Mis geraden. Het Missiewerk behoeft on de
eerste en voornaamste plaats: wierook, daar
na my rrhe, eu sleobts op de allerlaatste
plaat» gouii.
Wterook behoeft bet Missiewerk.
gacsteUjke offer» op de eerste
de wierook al kronkelend op-
A .flK 1